1 Rochdale meerjarenplan en -begroting 2015 - 2019 1. Inleiding 2 Rochdale meerjarenplan en -begroting 2015 – 2019 Inhoudsopgave Onze financiële positie is inmiddels dusdanig verbeterd dat we dit jaar (2014) voor het eerst weer wat meer ruimte hebben om keuzes te maken. 3 De hoofdpunten voor 2015 Wij willen die beperkte ruimte die wij in de begroting 2015 hebben, met name gebruiken voor twee belangrijke zaken. In de eerste plaats voor maatregelen om de betaalbaarheid van onze 1. Inleiding 3 Daar waren we ook wel aan toe na vijf zeer woningen voor de meest kwetsbare groepen te 2. Huurbeleid en verhuur 7 magere jaren waarin bezuinigen en krimpen de verzekeren en in de tweede plaats voor verdere 3. Dienstverlening 9 boventoon voerden. Bij de hoofdpunten voor verbetering van de kwaliteit van onze woningen. 4. Participatie 10 2015 geven wij aan waar wij in 2015 (en volgende 5. Woningen en wijken 11 jaren) op inzetten. 6. Financiën en risicomanagement 15 7. Organisatie 18 Nu de Parlementaire Enquête is afgesloten, is geformuleerd. Onze missie is om mensen met 8. Meerjarenbegroting 2015-2019 19 de verwachting dat in 2015 de nieuwe wetgeving een laag inkomen te ondersteunen bij hun eigen 9. Toelichtingen op de balans 28 voor de woningcorporaties van kracht wordt. keuzes in het wonen. 10. T oelichting op de winst- en Dat sluit aan bij onze missie en de twee hoofddoelstellingen die wij in 2012 hebben De precieze inhoud van de zogenaamde En onze belangrijkste speerpunten uit het verliesrekening 31 Herzieningswet en andere voorstellen van Koersdocument zijn: 11. Toelichtingen kasstroomschema 41 het kabinet is nog ongewis omdat de meeste •G oede dienstverlening in actief contact met onze voorstellen bij het schrijven van dit plan nog niet zijn vastgesteld. Toch is wel duidelijk dat onze koers in hoofdlijnen aansluit op de wetsvoorstellen. Dat geldt met name voor het werkveld van de corporatie en de aanscherping van het toezicht; dat laatste zeker als het advies van de Enquêtecommissie wordt gevolgd om het extern toezicht los te koppelen van het ministerie. Wij zien eigenlijk maar één groot knelpunt en dat is de voorgenomen scheiding tussen het sociale en commerciële bezit. Zeker wanneer de scheiding op de manier wordt vormgegeven zoals nu wordt voorgesteld, verwachten wij erg veel (nodeloos) administratief werk. klant en omgeving. •V erbeteren van de kwaliteit van onze woningen en wijken. 4 5 Mede met het oog op deze doelstellingen, hebben In hoofdlijnen doen we dat als volgt: Kwaliteit van de woningen Betere dienstverlening we in 2014 ons portfoliobeleid bijgesteld. Verderop •G erichte woningtoewijzing: we wijzen de In de eerste plaats trekken we komende jaar Voor het verbeteren van onze dienstverlening is dat nader uitgewerkt, maar de belangrijkste goedkopere woningen bij voorkeur toe aan de € 4 miljoen extra uit om de kwaliteit van onze hebben we eerder aanpassingen in de organisatie wijzigingen zijn er op gericht onze voorraad lagere inkomens en omgekeerd de wat duurdere bestaande woningen op peil te houden en waar doorgevoerd, informatiesystemen ingericht en goedkopere (en dus kleinere) woningen op woningen aan de huishoudens met een wat mogelijk op een hoger peil te brengen. Ook de metingen van onze prestaties uitgebreid. peil te houden en waar mogelijk uit te breiden. hoger inkomen. trekken we extra geld uit voor het verbeteren van Tezamen met het cultuurveranderingstraject •S timuleren van zogenaamde “friendscontracten” de veiligheid. In twee jaar tijd vervangen we de dat we de komende jaren voortzetten (gericht woningen hebben we juist laten vallen. Dat sluit bij de verhuur van vrije sectorwoningen. Op die open verbrandingstoestellen die een verhoogd op zakelijk werken, meer samenwerken en goed aan bij de grote vraag van de één- en manier kunnen twee vrienden/vriendinnen met risico op koolmonoxidevergiftiging opleveren. Dat verantwoordelijkheden lager in de organisatie), tweepersoonshuishoudens. een laag inkomen toch betaalbaar wonen door zijn er nog 2.000 en deze moeten uiterlijk 2017 moet dit leiden tot een ruime voldoende voor onze samen één woning te huren. allemaal zijn vervangen. dienstverlening in 2015. met een erg laag inkomen houden we een aantal Om de leefbaarheid te verbeteren, gaan we Voor het bereiken van de bovengenoemde doelen woningen bewust beneden de zogenaamde extra investeren in de kwaliteit van ons bezit in is het van belang om goede mensen te hebben en aftoppingsgrens. de wijken Slotermeer, Kolenkit en Poelenburg een gezonde bedrijfsvoering. Uitbreiding van ons bezit met grotere (eengezins) Betaalbaarheid en kwaliteit van de bestaande woningen staan dus centraal. Betaalbaarheid De afgelopen twee jaar hebben wij de huren boven inflatie verhoogd en hebben we •M aatwerk bij het leegkomen: voor huishoudens •M aatwerk bij huurverhoging: voor huishoudens (Zaandam). In onze investeringsbegroting voor de vrijkomende woningen veelal opgetrokken naar de met een erg laag inkomen beperken we de komende jaren hebben we extra projecten in deze maximale huur. Dat was en is naar onze mening huurverhoging zodat de huur niet boven de wijken toegevoegd. Het programma dat al eerder Gemotiveerde en professionele medewerkers aftoppingsgrens komt. voor andere wijken is vastgesteld blijft intact. Na alle reorganisaties die wij de afgelopen jaren Duurzaamheid is een vast ingrediënt van onze hebben moeten doorvoeren, ontstaat er nu verantwoord, temeer omdat voor de laagste inkomens de verhoging door de huurtoeslag werd •B ij renovatie zetten we in op een opknapbeurt gecompenseerd. Maar dat geldt niet voor iedereen met een beperkt investeringsniveau en bij aanpak. Renovatie gaat voor sloop en verbetering (eindelijk) de ruimte om met de nieuw ingerichte en de huurtoeslagregeling pakt voor sommige nieuwbouw zetten we in op kleine, goedkope van de energieprestatie is het uitgangspunt. organisatie aan de slag te gaan. Op allerlei huishoudens niet altijd even goed uit. sociale huurwoningen. Komend jaar gaan we aan de hand van een manieren zetten we erop in om met de kennis proefproject bekijken of deelname aan de en inzet van medewerkers het werk verder te Wij kiezen er daarom de komende jaren voor om Stroomversnelling meerwaarde voor ons heeft verbeteren en ook leuker te maken. Dat is niet 1 miljoen extra in te zetten voor de groepen die in bij de renovatie van onze vele portieketageflats. altijd eenvoudig omdat voor veel mensen de de knel komen. Voor hen nemen we een aantal Met dat project zouden we met een iets hogere afgelopen jaren er fors hebben ingehakt. Het specifieke maatregelen die de betaalbaarheid investering dan nu op een nul-energiewoning vraagt tijd om weer voldoende vertrouwen te verbeteren. moeten kunnen uitkomen. krijgen in de organisatie en in eigen kunnen. Samen met de Ondernemingsraad werken wij er de komende jaren aan om medewerkers met scholing en training zo goed mogelijk uit te rusten voor het werk. Daarnaast zijn we druk doende om een andere manier van werken van de grond te krijgen waarbij de begrippen eigen verantwoordelijkheid, zakelijkheid en samenspel de kapstok vormen. 2. Huurbeleid en verhuur 6 Bedrijfsvoering en bedrijfsresultaat met de nieuwe colleges in onze gemeenten is Zoals gezegd gaat het steeds beter met onze gestart in 2014. bedrijfsvoering, al voldoen we nog maar In Amsterdam ligt er de opgave om nieuwe net aan de eisen die wijzelf maar ook onze prestatieafspraken overeen te komen tussen toezichthouders stellen. gemeente en corporaties. Planning is dat deze er onze doelgroep in staat moeten zijn de huur medio 2015 moeten zijn. op te brengen, waarbij wij ervan uitgaan dat de •M et de betaalbaarheidsmaatregel bedienen we Er is een aantal uitgangspunten leidend voor ons (ver)huurbeleid. concept: Friends-contracten. Twee of meer huishoudens met een laag inkomen betrekken samen een duurdere woning. Zo kan onze • In de eerste plaats dat alle huishoudens in primaire doelgroep ook bediend worden met vrije sector huur. huurtoeslag het belangrijkste instrument is om de groep waarvoor betaalbaarheid een groot ophanden zijnde wijziging van de wetgeving In de volgende hoofdstukken werken we per de verschillen tussen draagkracht en huurhoogte probleem is: de meerpersoonshuishoudens met voor de woningcorporaties (Herzieningswet en thema uit wat onze belangrijkste activiteiten en te op te vangen. Waar dat systeem te grof is of een inkomen tot € 29.000. Voor hen verlagen we Novelle). Hoewel deze wetgeving nog in discussie behalen resultaten zijn. waar op een ander manier onevenwichtigheden bij nieuwe verhuringen de huurprijs van sociale is, staat wel vast dat de komende twee jaar een ontstaan, proberen wij zoveel mogelijk op maat huurwoningen tot de hoge aftoppingsgrens. flinke druk op de organisatie is te verwachten door oplossingen te bieden. Verder beperken we de huurverhoging Grote onbekende in dit verband is nog de de voorgestelde scheiding tussen commercieel en niet commercieel bezit. Stakeholders •L eegkomende woningen worden verhuurd tegen de huurprijs die ze waard zijn. Deze wordt bepaald door het puntensysteem (WWS) en de marktomstandigheden. Komen er door de Wij kunnen onze kernactiviteiten alleen vervullen strikte toepassing daarvan te weinig betaalbare in nauwe samenwerking met onze partners. Dat woningen beschikbaar, dan zal daarop een zijn onze collega-corporaties, gemeenten en stadsdelen, maatschappelijke organisaties op het uitzondering worden gemaakt. •B ij de huurverhogingen is het toegestane gebied van onder andere schuldhulpverlening, verhogingspercentage uitgangspunt. Dus als maatschappelijk werk, jeugdzorg en politie. Ook er een huurverhoging boven inflatie en/of een met commerciële partners zoals beleggers en inkomensafhankelijke verhoging is toegestaan, ontwikkelaars werken we samen zodat er een zullen wij die ook de komende jaren doorvoeren. gevarieerd woningaanbod komt in de wijken en Ook hier wordt op maat van afgeweken als buurten waar wij actief zijn. Dat is niet alleen daardoor bepaalde huishoudens in de knel een voorwaarde om betere maatschappelijke komen. resultaten te halen, het is ook belangrijk voor de legitimatie van woningcorporaties in brede zin. Afspraken •B ij nieuwe verhuringen is de huurprijs In de afgelopen jaren hebben we ons overleg met 100% van de maximale huur, maar van alle onze stakeholders structureler vorm gegeven. leegkomende woningen wordt nooit meer dan Onder andere door reguliere overleggen 25% geliberaliseerd. Dus minimaal 75% van de met gemeenten en door onze jaarlijkse nieuwe verhuringen blijft in de sociale sector. stakeholderbijeenkomsten. Wij zijn ook steeds •M inimaal 80% van ons aanbod in de vrije sector meer in gesprek gegaan met onze collega- heeft een huurprijs onder de € 955 per maand corporaties in Amsterdam en elders in het land. zodat deze woningen bereikbaar zijn voor de Hierbij richten wij ons op uitwisseling van onze middengroepen. Bovendien bieden wij deze ervaringen en best-practices. De kennismaking woningen met voorrang aan met het nieuwe voor huishoudens met een inkomen op bijstandsniveau. 7 3. Dienstverlening 8 Nieuwe stappen •M eer gebruik maken van flexibele contracten Daarnaast willen we in 2015 nog de volgende zodra wettelijk geregeld. Hiermee kunnen stappen zetten: we ervoor zorgen dat betaalbare woningen • Introductie van passend toewijzen van sociale beschikbaar zijn en blijven voor de doelgroep. huurwoningen op basis van inkomen. We willen In de afgelopen jaren hebben we de basis gelegd voor de verbetering van onze dienstverlening. 9 KWH-metingen zijn per afdeling en medewerker beschikbaar gemaakt. Zo weten we nog beter waar de dienstverlening aandacht nodig heeft. Zo komt al het telefoonverkeer tegenwoordig Belangrijkste activiteiten in 2015 de goedkope sociale huurwoningen meer Zodra er meer duidelijkheid is over de binnen via ons KlantContactCentrum (KCC), We willen onze bereikbaarheid en beschikbaar houden voor de groepen met Herzieningswet, het nieuwe WWS en de geplande voerden we een klantvolgsysteem in waarin klachtenafhandeling verbeteren. Daarnaast willen de laagste inkomens en ook voorkomen dat voorstellen voor de huursombenadering kunnen we klantcontacten vastleggen en hebben we we onze online dienstverlening uitbreiden. mensen een voor hen te dure woning huren. we ons beleid op deze punten uitwerken. klantprocessen verbeterd. Verder zijn we gaan Maatregelen die we hiervoor nemen zijn: werken met ‘wijkteams’. Dit zijn multi-disciplinaire • In gebruik nemen van een klantportaal op onze Belangrijkste resultaten 2015 • Minimaal 75% van ons aanbod is een sociale huurwoning. • Minimaal 80% van ons aanbod in de vrije sector heeft een huurprijs onder de € 955 teams per geografisch gebied, waardoor we de internetsite. Huurders kunnen daar onder andere kennis van onze wijken meer bundelen en de reparatieverzoeken indienen, de huur betalen, onderlinge samenwerking verbeteren. Deze teams vragen stellen en een vraagbaak raadplegen. hebben een eigen budget om problemen aan Ons streven is dat de portal in 2016 door 10% te pakken. Zo is er op meerdere plekken in de organisatie voor gezorgd dat medewerkers zelf van onze huurders wordt gebruikt. • Medewerkers trainen om aan huurders onze vragen van huurders kunnen oplossen. Dit moet beleidskeuzes uit te leggen en om te gaan met leiden tot meer tevredenheid en minder klachten. ontevreden huurders. per maand en • Minimaal 25% van ons aanbod in de vrije sector verhuren we met Friends-contracten. • We nemen extra maatregelen in De belangrijkste graadmeter voor de kwaliteit van onze dienstverlening is onze score op het KWHlabel. Op de meeste onderdelen van deze meting ons huurbeleid ten behoeve van de scoren we voldoende, maar op bereikbaarheid betaalbaarheid. Dit betreft maatwerk en klachtenafhandeling nog niet. Om die reden voor specifieke groepen. In 2015 zetten hebben we het KWH-label in 2013 niet gehaald en we hiervoor circa € 1 miljoen extra in ten ook in 2014 scoren we vooralsnog onvoldoende opzichte van 2014. op deze punten. Belangrijkste resultaten 2015 • Het KWH-label is behaald. Om de bereikbaarheid te verbeteren zijn in 2014 verschillende maatregelen ingezet. We verwachten dat het effect hiervan in 2015 zichtbaar wordt. Voor verbetering van de klachtenafhandeling hebben we een klachtencoördinator aangesteld die toeziet op de afhandeling van klachten. Verder hebben we onze monitoring verbeterd. De resultaten van de • Het online klantenportaal is in gebruik genomen. 10 4. Participatie We willen weten wat er speelt onder onze huurders en we willen ze betrekken bij de keuzes die we maken. 5. Woningen en wijken Belangrijkste activiteiten in 2015 •W e evalueren onze pilots op het gebied van zelfbeheer en maken op basis hiervan plannen De kwaliteit van wonen voor onze huurders wordt bepaald door zowel de woning als de woonomgeving. voor het breder mogelijk maken van zelfbeheer. • Verbeteren van de duurzaamheid van ons bezit, aanpakken van de woningen met de slechtste energielabels (de F- en G-labels). We richten onze investeringen op woningen in de sociale Daarom zoeken we actief contact met onze In minimaal drie complexen zijn bewoners actief Eerste prioriteit is het op orde krijgen en houden huur; labels van woningen bestemd voor verkoop huurders. Op bestuurlijk niveau overleggen met zelfbeheer. van de technische kwaliteit, veiligheid en verbeteren we niet. Dit betekent dat ons doel om we regelmatig met onze Bewonersraad. In de •W e maken in werkgroepen samen met duurzaamheid van ons bezit. Daarnaast willen we op termijn alle F- en G-labels te verbeteren komt afgelopen jaren hebben we deze samenwerking de Bewonersraad beleid op de volgende dat al onze wijken minimaal een zeven scoren op te vervallen. vernieuwd en dit is vastgelegd in een nieuwe onderwerpen: leefbaarheid en dat is nog niet overal het geval. samenwerkingsovereenkomst. Ook werken we -H oe huurders op complexniveau te • Verbeteren van de veiligheid van ons bezit: Onze investeringen in fysieke projecten en onze Belangrijk is het aanpakken van open steeds vaker met inhoudelijke werkgroepen betrekken bij het opstellen van de inspanningen ten aanzien van onderhoud en verbrandingstoestellen die een verhoogd risico waarin leden van de Bewonersraad en Rochdale meerjarenonderhoudsplanning beheer zijn erop gericht om deze doelstellingen te op koolmonoxidevergiftiging opleveren. We samen plannen of beleid uitwerken. Daardoor - Bewonersparticipatie op wijkniveau behalen. hebben nog open verbrandingstoestellen in ontstaat er meer wederzijds begrip en de inbreng - Huurbeleid Onze aanpak de komende jaren is de volgende: 2.000 van onze woningen en deze moeten van bewoners zorgt ervoor dat ons beleid beter Algemeen wordt. In 2015 zullen de prestatieafspraken met de gemeente Amsterdam een belangrijk onderwerp van gesprek met de Bewonersraad Belangrijkste resultaten 2015 zijn. Deze afspraken gaan we als gezamenlijke • In drie complexen zijn bewoners actief met zelfbeheer. corporaties en gemeente opnieuw met elkaar maken voor een aantal jaar. Tot op heden werd • Samen met de Bewonersraad uitgewerkt beleid voor: vooral de Huurdersvereniging Amsterdam betrokken bij de gesprekken hierover. Deze keer aanhaken. - proces opstellen meerjarenonderhoudsplanning willen wij ook onze Bewonersraad vroegtijdig - bewonersparticipatie op wijkniveau - huurbeleid • We richten ons met name op onderhoud en uiterlijk 2017 allemaal zijn vervangen. • Verbetering van bezit met name door complexmatige renovaties, te beginnen met verbetering van ons bestaande bezit; nieuwbouw complexen die in de wacht zijn gezet. Dat zijn staat op een laag pitje. Daarnaast zullen we ook gebieden buiten onze aandachtswijken alleen nog woningen slopen als dat echt niet zoals Jeruzalem (Amsterdam Oost), Kinkerbuurt anders kan. (Amsterdam West) en Zuid (Boelelaan en • Beperkte nieuwbouw met name in gebieden waar we nog lopende verplichtingen hebben of Amstelveenseweg). in kwetsbare wijken waar een kwaliteitsimpuls Verkoop nodig is. • We gaan meer bedrijfsruimten en overig • Betaalbaarheid krijgt meer een plek in onze vastgoed (zoals parkeerplaatsen) verkopen dat Op complexniveau overleggen we met wensportefeuille en ons huurbeleid. Het geen belangrijke rol heeft in de leefbaarheid van bewonerscommissies en projectcommissies. In streven uit ons portefeuilleplan om meer grote wijken. 2014 zijn we gestart met zes pilots zelfbeheer. Op woningen in onze portefeuille op te nemen, deze manier geven we onze huurders meer ruimte schrappen we. Bij renovatie zetten we in op een woningen dan eerder gepland, gemiddeld om zelf aan de slag te gaan en worden ze meer opknapbeurt met een beperkt investeringsniveau ongeveer 250 in plaats van 200 woningen per betrokken bij hun woonomgeving. Met de pilots en bij nieuwbouw zetten we in op kleine sociale jaar. De opbrengsten zijn nodig voor de geplande krijgen we inzicht in wat onze huurders op dit huurwoningen. investeringen in de kwaliteit van ons bezit. We gebied willen en wat er geregeld moet worden om zelfbeheer goed te laten werken. Kwaliteit bestaand bezit op orde brengen en houden • De technische kwaliteit van onze complexen is minimaal conditiescore vier conform NENnormering. • We verkopen de komende vijf jaar iets meer breiden onze verkoopvijver uit van 7.000 naar 9.000 woningen om te garanderen dat er jaarlijks voldoende woningen vrijkomen voor verkoop. 11 12 13 Vrije sectorhuur is liberaliseren noodzakelijk. In 2015 gaan we Nieuwbouw 2015 • Ons streven ten aanzien van onze portefeuille onze doelstellingen ten aanzien van vrije sector Op te leveren: vrije sector huurwoningen stellen we naar huur verder uitwerken en op complexniveau Breehorngebied fase 1 voor Achmea, Amsterdam Noord boven bij. Ons portfolioplan gaat uit van 2.200 vastleggen wat vrije sector is of wordt en wat eenheden in 2020, maar dit aantal hebben we niet. Havenbuurt, Zaandam Jeruzalem blok M voor Habion en blok I voor Bouwinvest, Amsterdam Oost nu al gepasseerd en ook voor de komende jaren Totaal: 49 sociale huurwoningen, 84 vrije sector huurwoningen, 80 koopwoningen en 1.350 m2 bedrijfsruimten Belangrijkste activiteiten in 2015 Te starten: Investeringen Breehorngebied fase 1, Amsterdam Noord Studentenhuisvesting Frankemaheerd, Amsterdam Zuidoost Renovaties 2015 Bij voldoende voorverkoop: Op te leveren: Ankerplaats, Amsterdam Noord Amstelveenseweg, Amsterdam Zuid Schepenlaan, Amsterdam Noord Boelelaan fase 1, Amsterdam Zuid Amstelkwartier, Amsterdam Oost Osdorperhof, Amsterdam Nieuw-West Totaal: 40 sociale huurwoningen, 123 studentenwoningen en 87 koopwoningen Suringarstraat/Heimanstraat, Poelenburg, Zaandam Jan Hanzenstraat, Amsterdam West Ten Katestraat, Amsterdam West Totaal: 583 sociale huurwoningen, 79 studenteneenheden, 34 koopwoningen en 680 m2 bedrijfsruimten • Uitwerken van gebiedsvisies voor Nieuw-West en Kolenkit en een vertaling maken naar een fysieke aanpak voor complexen. Te starten: • We vervangen 600 open verbrandingstoestellen Seniorencomplex De Bogt, Amsterdam West in onze woningen door gesloten toestellen. Havenbuurt fase C, Zaandam • Duurzaamheid: Kinkerbuurt fase 4, Amsterdam West Leegstaande bedrijfsruimten, Amsterdam West - Verbeteren van 500 woningen met de slechtste energielabels (label F en G1). Dodonaeusstraat/Clusiusstraat, Zaandam Poelenburg Postjesweg, Amsterdam West - Starten van een pilotproject i.h.k.v. de Stroomversnelling waarbij we een complex verbeteren naar label A+. Totaal: 502 sociale huurwoningen, 68 koopwoningen en 630 m bedrijfsruimten 2 1 Per 1 januari 2015 verandert de methodiek voor vaststellen van de energieprestatie van een woning. Daarbij komen de energielabels te vervallen en deze worden vervangen door een energie-index. In dit stuk gaan we nog uit van de oude energielabels. Redenen daarvoor zijn dat de huidige energielabels nog maximaal tien jaar geldig blijven en dat pas bij mutatie of het aanbrengen van een verandering in de woning de nieuwe energie-index bepaald wordt. 6. Financiën en risicomanagement 14 Onderhoud onderhoud ten opzichte van 2014. • Leidend voor ons onderhoud is de • Verdere verschuiving van klachten- en conditiemeting. • In 2015 is er € 4,1 mln. extra beschikbaar voor Onderhoud mutatieonderhoud naar planmatig onderhoud. Prognose 2014 Budget 2015 Planmatig onderhoud 22.592 28.194 Reparatieonderhoud 12.199 10.655 Mutatie onderhoud 6.163 Convenantverplichtingen Calamiteiten en veiligheid Totaal In deze begroting staan de doorgerekende cijfers voor de komende vijf jaar op basis van het koersdocument en de daarvan afgeleide kaderbrief. 15 verplichtingen tegen die tijd tot krappere marges zal leiden. De financiële positie van Rochdale ontwikkelt zich positief. De ingezette koers van kostenreductie Financiën begint vruchten af te werpen. Door de positieve De in de eerste drie jaren ingerekende ontwikkeling van de financiën ontstaat ruimte investeringen zijn zo goed als definitief. Doordat voor nieuw beleid. Dit is voor 2015 en volgende het investeringsprogramma voor de hierop jaren ingevuld door een bedrag beschikbaar 4.125 volgende jaren nog niet vaststaat, zijn in dit te stellen voor gerichte verlaging van huren, 1.000 2.500 opzicht beperkt verplichtingen ingerekend. de betaalbaarheidsmaatregelen, en is het 1.900 2.500 Hierdoor ontwikkelen de kengetallen zich in deze investerings- en onderhoudsniveau omhoog 43.854 47.974 periode positief. Er moet rekening mee worden bijgesteld. Met al deze extra maatregelen voldoet gehouden dat inrekening van de definitieve Rochdale aan de criteria van het WSW. Leefbaarheid van onze wijken Huse’) realiseren voor mensen die veel overlast We streven naar leefbare wijken en hebben dat veroorzaken en waar getracht wordt het gedrag vertaald naar een score van minimaal een zeven bij te sturen. Per locatie worden maximaal twee voor de wijk in de beleving van de bewoners. Dit Financiële kengetallen 2014 2015 2016 2017 2018 2019 WSW norm Solvabiliteit bedrijfswaarde (%) 32,8 35,7 36,5 39,8 43,4 47,7 20,0 à drie containers geplaatst. Dit project doen we Loan to Value bedrijfswaarde (%) 68,0 63,2 61,5 58,6 55,3 51,5 75,0 meten we tweejaarlijks. Gebieden die lager scoren gezamenlijk met de andere corporaties waarbij Loan to Value WOZ-waarde (%) 24,1 22,8 22,0 21,2 20,1 18,5 50,0 zijn onze ‘aandachtswijken’. Dit zijn met name Rochdale fungeert als trekker. Vreemd vermogen per gewogen VHE 39,5 37,6 37,1 36,4 35,3 33,2 ICR 1,37 1,63 1,78 1,93 2,12 2,39 1,40 DSCR 0,94 1,13 1,23 1,30 1,36 1,49 1,00 wijken in de stadsdelen Zuidoost, Nieuw-West en Noord in Amsterdam en Poelenburg in Zaandam. In deze gebieden proberen we vooral de Belangrijkste resultaten 2015 leefbaarheid te verbeteren door intensief beheer. •A fgeronde renovatie van: 583 sociale Met name Slotermeer en Kolenkit in Amsterdam huurwoningen, 80 studenteneenheden, 29 Nieuw-West scoren nog ver onder de maat. Hier koopwoningen en 680 m2 bedrijfsruimten. gaan we extra beheermaatregelen nemen. Belangrijkste activiteiten in 2015: • We gaan ongeveer € 400.000 extra investeren •O pgeleverde nieuwbouw van: 49 sociale huurwoningen, 84 vrije sector Uit bovenstaande tabel blijkt dat Rochdale alleen huurwoningen, 80 koopwoningen en 1.350 in 2014 niet aan de voorwaarden van het WSW m2 bedrijfsruimten. voldoet en vanaf 2015 wel. Het WSW toetst in het verbeteren van de algemene ruimten •5 00 verbeterde F- en G-labels. met het gewogen gemiddelde van de laatste van onze complexen ten behoeve van de •6 00 vervangen open drie afgesloten jaren. Omdat de ICR en DSCR leefbaarheid. • We gaan door met de aanpak van extreme overlast door middel van de Treiteraanpak en het project Skaeve Huse. We willen op twee locaties in Amsterdam speciale wooncontainers (‘Skaeve verbrandingstoestellen. •S kaeve Huse is gerealiseerd op twee locaties in Amsterdam. voor 2012 en vooral 2013 ruim voldeden, zal het gemiddelde van deze kengetallen over 3 jaar naar verwachting boven de norm uitkomen. 16 17 Risico’s Risicomanagement 3. Bedrijfsruimten De aandacht van het risicomanagement zal • Er is een huurstijging ingerekend conform Rochdale heeft voor alle sturende, primaire Het risico dat we onze bedrijfsruimten en overig het komend jaar op deze toprisico’s worden de huidige mogelijkheden, met de en ondersteunende processen de risico’s vastgoed niet meer of niet tegen acceptabele gericht. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt inkomensafhankelijke verhoging. De ontwikkeling geïdentificeerd en gewaardeerd. Dit is huurprijzen kunnen verhuren door de slechte in de eerste plaats bij het management dat van de kengetallen en de marktwaarde is mede vastgelegd in een risicoregister. Elk jaar verhuurmarkt van met name winkelpanden en uitvoering zal geven aan de te implementeren gebaseerd op de ontwikkeling van de huren. wordt dit risicoregister geactualiseerd. De parkeerplaatsen. beheersmaatregelen. De RvB heeft een rol door Als de huurstijging niet wordt gerealiseerd is proceseigenaren (de managers) stellen vast dit ook van invloed op de ontwikkeling van de of de genoemde risico’s nog actueel zijn en kengetallen en de marktwaarde. of het risico groter of kleiner is geworden. 4.Inkooprisico met betrekking tot inkoop onderhoud Per risico worden beheersmaatregelen en • Risico met betrekking tot contractbeheer: • In deze begroting is ervan uitgegaan dat het nieuwe woningwaarderingsstelsel geen effect verbetermogelijkheden beschreven. De werking risico van ongunstige inkoopvoorwaarden, heeft op onze totale huur. van de beheersmaatregelen wordt getoetst met leveranciers die niet aan hun verplichtingen interne controles op de afdelingen zelf. Daarnaast worden gehouden en/of onvoldoende sturing op voert IB audits uit op de grootste risico’s. de dienstverlening door leveranciers aan onze • Momenteel is de rente historisch laag, als deze de komende jaren stijgt zal dit invloed hebben op de rentelasten en daarmee op de operationele kasstroom. • De verhuurderheffing is bepaald op basis van de per jaar geprognosticeerde sociale analyse om de toprisico’s voor de organisatie in te veel betaald of te weinig geleverd krijgt. huurwoningen. Voor de berekening is gebruik schatten. De verbeterinspanningen voor komend gemaakt van de door het ministerie verstrekte jaar richten zich op de volgende 6 toprisico’s: miljard moet zijn en er, naar verwachting, meer 1. Betaalbaarheid woningen geliberaliseerd worden, is het niet Het risico dat de (potentiële) huurder niet meer in ondenkbaar dat de tarieven nog stijgen. staat is de huur op te brengen. Op korte termijn 5. Scheiding DAEB en niet-DAEB Het risico dat Rochdale niet of niet tijdig voldoet aan de wetgeving rond de scheiding DAEB en niet-DAEB. van de verbetering van de risicobeheersing. Belangrijkste resultaten 2015 •W e hebben ons eigen financieel beleid vastgesteld. •S core op belangrijkste financiële parameters: Solvabiliteit marktwaarde 63,7% Loan to value marktwaarde 34,9% 6. Bezit in Verenigingen van Eigenaren langere termijn ook tot lagere verhuuropbrengsten • Risico dat we voor ons bezit dat deel uitmaakt ICR1,63 DSCR1,13 en het niet meer kunnen vervullen van de missie van een VvE onnodige kosten maken of niet noodgedwongen gericht geweest op het bereiken (betaalbare huisvesting voor mensen met een voldoen aan de onderhoudsnorm. van de situatie waarin aan de voorwaarden van laag inkomen). vanaf 2015 structureel wordt gerealiseerd, zullen 2. Dienstverlening de doelstellingen voor een financieel beleid meer • Het risico dat Rochdale niet voldoet specifiek bepaald en geformuleerd worden. twee maal per jaar rapporteren over de voortgang leidt dit tot hogere betalingsachterstanden, op In de afgelopen jaren is het financiële beleid het WSW wordt voldaan. Nu dit uitgangspunt risico’s. En de afdeling Interne Beheersing zal • Geen goede opdrachtverstrekking en prestatiecontrole met als gevolg dat Rochdale te Acties 2015 verantwoordelijk zijn voor de beheersing van deze klanten. Op basis van de risicowaardering door de proceseigenaren maken we elk jaar een risico- tarief per jaar. Omdat de totale opbrengst € 1,7 aansturing van en overleg met de managers die aan het KWH-label t.a.v. de norm voor klachtenafhandeling en bereikbaarheid. • Het risico van hoge kosten in het verhuurmutatieproces (leegstand, mutatieonderhoudskosten). • Het risico dat de kosten die Rochdale maakt voor de dienst Technisch beheer VvE niet in verhouding staan tot de opbrengsten (financieel, sturing en kwaliteit). 18 7. Organisatie We streven naar een organisatie die bestaat uit gemotiveerde en professionele medewerkers. 8. Meerjarenbegroting 2015-2019 en het lager in de organisatie onderbrengen van verantwoordelijkheden. De verantwoordelijkheden en het trekkerschap van dit traject schuift in 2015 van de RvB richting de afdelingen. Er In dit document staan de doorgerekende cijfers voor de komende vijf jaar op basis van het koersdocument en de daarvan afgeleide kaderbrief. • De verhuurderheffing is bepaald op basis van de per jaar geprognosticeerde sociale huurwoningen, rekening houdend met een liberalisatie bij mutatie van 10%. Voor de Dit is een belangrijke voorwaarde om onze blijft een programmateam dat coördineert en doelstellingen ten aanzien van onder andere de de voortgang monitort. De cultuurverandering De in de eerste drie jaren ingerekende ministerie verstrekte tarief per jaar en voor 2018 verbetering van onze dienstverlening te kunnen meten we af aan resultaten van het jaarlijkse investeringen zijn zo goed als definitief. De ruimte en verder is met het tarief voor 2017 gerekend. behalen. medewerkersonderzoek (waarin de medewerkers die volgens planning in de jaren daarna ontstaat, Omdat de totale opbrengst € 1,7 miljard moet In de afgelopen jaren hebben we fors aangeven hoe ze hun werkomgeving ervaren), kan aanleiding zijn voor beleidsaanpassingen. zijn en er meer woningen geliberaliseerd gereorganiseerd om de organisatiekosten terug de resultaten van de KWH-metingen en de mate Kanttekening hierbij is dat Rochdale intern een worden, is het niet ondenkbaar dat de tarieven te dringen. In 2015 verlaten de laatste boventallig waarin we de doelen uit onze meerjarenplannen ander beoordelingskader, op marktwaarde, nog stijgen. geworden medewerkers de organisatie en realiseren. hanteert dan het WSW. Door de positieve centraliseren we de afdeling Dagelijks Onderhoud. Daarmee is de reorganisatie volledig afgerond. Het ziekteverzuim gaat als gevolg van maatregelen die we hebben genomen (onder andere nieuwe Arbodienst, betere afspraken en berekening is gebruik gemaakt van de door het ontwikkeling van de financiën ontstaat enige ruimte Marktwaarde voor nieuw beleid. Onder andere is een bedrag Rochdale waardeert haar bezit op basis van • Opleiden en trainen medewerkers. beschikbaar voor gerichte verlaging van huren waar marktwaarde in verhuurde staat. De waardering • Centraliseren van de afdeling Dagelijks mensen in problemen komen, de zogenoemde wordt voor de jaarrekening in samenspraak met betaalbaarheidsmaatregelen, en is het investerings- IPD en Colliers gedaan. Het model van IPD en onderhoudsniveau omhoog bijgesteld. voorziet niet in de mogelijkheid om meerdere jaren Belangrijkste activiteiten in 2015 Onderhoud. • Marktconform gaan werken in het dagelijks meer signalering) de goede kant op. De focus onderhoud: starten met een nulmeting. lag tot nu toe op het zoveel mogelijk beperken • Voorbereiden scheiding DAEB en niet- te simuleren, wat voor de forecast jaren in de De gepresenteerde resultaten en kengetallen zijn begroting wel nodig is. Daarom is de marktwaarde van verzuim in geval van ziekte. In 2015 gaan we DAEB: vertalen naar o.a. gevolgen voor de afhankelijk van het realiseren van de aannames in het Woningcorporaties Assets & Liabilities meer aan de slag met preventie, onder andere administratie. en voornemens die in deze begroting zijn gedaan: Scenariosysteem van Ortec ingelezen en • Uitgangspunt is evenals in 2014 een vervolgens voor de jaren erna doorgerekend. De door verbetering van ons arbobeleid en meer maatregelen om veilig te werken. In 2015 gaan we extra inzetten op het opleiden en trainen van onze medewerkers. De afgelopen • Arbobeleid vaststellen, gericht op preventie. Onderdelen daarin zijn onder andere veilig inkomensafhankelijke huurverhoging tussen 4 werken, werken met asbest en een vernieuwd en 6,5% met reservering van € 1 miljoen voor ziekteverzuimprotocol. specifieke maatregelen die de betaalbaarheid Voor de marktwaardering hanteert Rochdale verbeteren. voor onderhoud VEX-normen. Deze normen • Medewerkersonderzoek uitvoeren. • In deze begroting is ervan uitgegaan dat het jaren hebben we de beschikbare budgetten uitkomsten hiervan zijn in de begroting verwerkt. hebben betrekking op het in stand houden van het hiervoor telkens niet opgemaakt. Dit jaar nieuwe woningwaarderingsstelsel geen effect object (planmatig en reparatieonderhoud). Bij de is er meer dan € 800.000 voor opleidingen heeft op onze totale huur. verdeling van het onderhoudsbudget 2014 zijn de gereserveerd en het streven is dit budget ook volledig te benutten. Het budget wordt op basis Belangrijkste resultaten 2015 van een uitgewerkt opleidingsplan besteed. •E xtra inzet op opleiden medewerkers. Budget van meer dan € 800.000 hiervoor In 2014 is gestart met een meerjarig traject gericht geheel benutten. VEX-normen als leidraad gehanteerd. De VEX- stijging van de rente heeft een negatieve invloed norm voor reparatieonderhoud is aanmerkelijk op de rente en daarmee op de operationele lager dan Rochdale feitelijk besteedt. Het is niet kasstroom. realistisch te verwachten dat we dit niveau snel • Door herstel van de huizenmarkt is het aantal kunnen halen, dit zal zeker enige jaren in beslag verkopen bestaand bezit in 2014 toegenomen nemen. Onder de investeringen zijn bedragen tot ruim 300. Voor de jaren daarna is rekening gereserveerd voor energiemaatregelen (het verbeteren. Uiteindelijk doel is een meer zakelijke gehouden met 275 in 2015 aflopend naar 243 in verbeteren van F- en G-labels) en het vervangen en samenwerkingsgerichte cultuur en werkwijze 2019. van open verbrandingstoestellen. op een verandering van onze cultuur, met name met het doel om de dienstverlening aan de klant te •H et ziekteverzuimpercentage is maximaal • Momenteel is de rente historisch laag. Een 5,0%. 19 20 21 Beoordelingskader rente-uitgaven en aflossingsverplichtingen dient Uit de tabel blijkt dat Rochdale in 2014 niet aan Harmoniseren en liberaliseren: basis is 100% Het WSW heeft in november 2013 het minimaal 1 te bedragen. Deze norm vervangt de de voorwaarden van het WSW voldoet en vanaf van de maximale huur en maximaal 10% van de beoordelingskader (financiële ratio’s) aangepast. generieke aflossingsfictie van 2%. 2015 wel. Het WSW toetst met het gewogen nieuwe verhuringen in de vrije sector. De definitieve normering en definities van deze gemiddelde van de laatste drie afgesloten jaren. Loan to value (LTV) Omdat de ICR en DSCR voor 2012 en vooral Huurderving Meet de kasstroom-genererende capaciteit (KGC) 2013 ruim voldeden, zal het gemiddelde van deze De huurderving is voor 2015 ingerekend op op lange termijn in relatie tot vreemd vermogen. kengetallen over drie jaar naar verwachting boven maximaal 1,2% bij huurwoningen en 6,0% bij De uitkomst dient lager dan 75% te zijn. de norm uitkomen. BOG. Het percentage voor het BOG is exclusief vermogen. De norm is 1,4 en houdt rekening met Solvabiliteit Organisatiewijziging noodzakelijke geachte risicobuffers. Geactiveerde Meet de omvang van het eigen vermogen van de Door het invoeren van de verhuurderheffing is Zakelijke Markt (verkoop) en Vastgoed (projecten) rente en kosten voor eigen productie en corporatie in relatie tot het totale vermogen. De het noodzakelijk om naast het aanpassen van gemonitord. renteontvangsten worden conform voorschrift van minimale norm voor de solvabiliteit is 20%. het huurbeleid ook de eigen apparaatskosten ratio’s zijn: Interest Coverage Ratio (ICR) De kasstroom uit operationele activiteiten ten opzichte van rente-uitgaven op het vreemd WSW in het model buiten beschouwing gelaten bij Dekkingsratio de bepaling van de operationele kasstroom. Debt Service Coverage Ratio (DSCR) de grote kantoren. Leegstand als gevolg van verkoop of projecten wordt door de afdelingen te verlagen. Daarom is de organisatie Verkoop ingrijpend gewijzigd, met als gevolg nieuwe De uitgangspunten in de begroting zijn: Verhouding tussen het schuldrestant van door en gewijzigde afdelingen en een daling van de • Gemiddelde verkoopprijs van € 170.000 per het WSW geborgde leningen en de WOZ-waarde organisatiekosten. De kasstroom uit operationele activiteiten bij van het onderpand. Deze verhouding is maximaal exploitatie tot einde levensduur ten opzichte van 50%. Uniformiteit woning. • Directe verkoopkosten per woning € 22.000. • Kosten Startersrenteregeling € 175.000 in 2014 Alle producten uit de planning- en controlcyclus zijn gebaseerd op dezelfde grondslagen. Dit Financiële kengetallen 2014 2015 2016 2017 2018 2019 WSW norm Solvabiliteit bedrijfswaarde (%) 32,8 35,7 36,5 39,8 43,4 47,7 Solvabiliteit marktwaarde (%) 61,4 63,7 64,8 66,7 68,9 71,6 Loan to Value bedrijfswaarde (%) 68,0 63,2 61,5 58,6 55,3 51,5 Loan to Value marktwaarde (%) 37,8 34,9 33,4 31,8 29,8 27,4 Loan to Value WOZ-waarde (%) 24,1 22,8 22,0 21,2 20,1 18,5 Loan to Value leegwaarde (%) 25,7 24,3 23,5 22,6 21,4 19,8 Vreemd vermogen per gewogen VHE 39,5 37,6 37,1 36,4 35,3 33,2 ICR 1,37 1,63 1,78 1,93 2,12 2,39 1,40 DSCR 0,94 1,13 1,23 1,3 1,36 1,49 1,00 20,0 50,0 • Splitsingskosten € 1,1 miljoen voor 2014 en € 0,4 miljoen voor 2015 en verder. betreft de begroting, de kwartaalrapportages en de jaarrekening. Uitgangspunten 75,0 en € 70.00 in 2015 en verder. • Derving maximaal € 1,8 miljoen per jaar • Verkoopaantallen: 2015: 275 woningen Naast wijzigingen worden jaarlijks uitgangspunten 2016: 268 woningen geformuleerd. 2017: 259 woningen 2018: 250 woningen 2019: 243 woningen Huurbeleid Omdat de huurverhoging voor 2015 nog niet bekend is, is de inkomensafhankelijke huurverhoging 2014 ook voor 2015 en verder toegepast. Om specifieke groepen te ontzien wordt een deel van de huurverhoging gereserveerd voor betaalbaarheidsmaatregelen. Voor 2015 betreft dit een bedrag van € 1 miljoen. Voor BOG wordt de inflatie gehanteerd, parkeerplaatsen de realisatie 2014 en voor de geliberaliseerde woningen inflatie plus 3%. 8.2 Cijfers en kengetallen Balans (geconsolideerd) ( x € 1.000) 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 ACTIVA Materiële vaste activa 22 23 Materiële vaste activa Onderhoud rekening, calamiteiten, veiligheid, MVA ten dienste van de exploitatie Rochdale past voor het begrip onderhoud de convenantverplichtingen en energielabels. De met Sociaal vastgoed in exploitatie volgende definitie toe: uitvoeren van de onderhoudsopgave gemoeide kosten worden Commercieel vastgoed in exploitatie werkzaamheden die noodzakelijk zijn om de bepaald aan de hand van externe normen – OHW voor eigen verhuur oorspronkelijke kwaliteit, van zowel de binnen- als afgeleid van de vastgoedmarkt. Dit zijn de eerder Financiële vaste activa buitenschil, in stand te houden. Dit is inclusief het genoemde VEX-normen. Hier groeien wij contractonderhoud (met uitzondering van het deel gefaseerd naar toe. De combinatie van de VEX- Deelnemingen (geen projectontw.) dat als servicekosten bij de huurder in rekening normen en het oude beleid geeft de volgende wordt gebracht), maar exclusief schades eigen verdeling: Onderhoud 2015 2016 2017 2018 2019 22.592 28.194 32.010 31.962 33.049 33.830 Calamiteiten en veiligheid 1.900 2.500 2.500 2.500 2.500 2.500 Convenantverplichtingen 1.000 2.500 2.499 2.499 2.500 2.500 12.199 10.655 8.927 9.106 9.288 9.473 Mutatie onderhoud 6.163 4.125 4.208 4.292 4.377 4.465 Lasten Onderhoud 43.854 47.974 50.144 50.359 51.714 52.768 Planmatig/cyclisch onderhoud Reparatieonderhoud 22.389 22.083 21.712 21.401 20.963 20.380 3.420.675 3.521.108 3.608.954 3.703.497 3.794.003 3.874.699 3.946.787 525.599 520.705 524.914 533.865 544.373 551.912 559.268 35.551 18.789 16.182 14.086 8.324 3.439 1.157 4.274 2.093 2.862 2.862 2.862 2.862 2.862 Vorderingen op deelnemingen 6.014 6.014 0 0 0 0 0 Latente belastingvorderingen 44.927 44.927 44.927 44.927 44.927 44.927 44.927 1.826 1.655 2.045 1.885 1.725 1.565 1.405 4.062.443 4.137.680 4.221.967 4.322.834 4.417.615 4.500.367 4.576.786 Voorraad verkoop gereed product 10.359 6.685 6.736 6.870 7.008 7.148 7.291 OHW nieuwbouw koop 23.598 26.217 3.896 1.289 120 496 0 33.957 32.902 10.632 8.159 7.128 7.644 7.291 Vorderingen 13.577 12.700 12.683 13.197 13.660 14.052 14.445 Liquide middelen 31.814 30.269 0 0 0 2.976 9.420 45.391 42.969 12.683 13.197 13.660 17.028 23.865 4.141.791 4.213.551 4.245.282 4.344.190 4.438.403 4.525.039 4.607.942 2.409.079 2.465.592 2.581.479 2.696.551 2.809.296 2.955.805 3.112.082 56.513 115.887 115.072 112.745 146.509 156.277 179.958 2.465.592 2.581.479 2.696.551 2.809.296 2.955.805 3.112.082 3.292.040 9.676 17.994 21.515 38.462 23.795 12.723 0 18.990 12.653 11.153 11.153 11.153 11.153 11.153 28.666 30.647 32.668 49.615 34.948 23.876 11.153 1.572.874 1.527.201 1.443.539 1.412.841 1.377.080 1.319.519 1.236.117 18.493 19.767 19.690 19.689 19.689 19.689 19.689 1.591.367 1.546.968 1.463.229 1.432.530 1.396.769 1.339.208 1.255.806 Crediteuren 10.103 10.268 10.214 10.210 10.206 10.201 10.197 Opgelopen rente leningen u/g 39.826 27.285 25.216 25.135 23.271 22.268 21.342 Leningen u/g 2014* 23.577 Vlottende activa Vlottende activa PASSIVA * De prognose 2014 is gebaseerd op de werkelijkheid tot en met september. Eigen vermogen Algemene reserve De energielabels F en G en de open van 31% tot uiteindelijk 25%. Het aandeel van de verbrandingstoestellen worden projectmatig werkgever hierin is twee derde. aangepakt. Het project genereert inkomsten, in de vorm van huurstijging en/ of levensduurverlenging. Organisatiekosten Resultaat lopend boekjaar Voorzieningen De overige posten zijn voor 2015 en verder Voorziening ORT (gesaldeerd) geïndexeerd met inflatie. Overige voorzieningen De personeelskosten zijn gebaseerd op het Het totaalbedrag voor de organisatiekosten is aantal fte na de reorganisatie, waarbij rekening € 50 miljoen. Dit is een daling van € 0,8 miljoen Kredietinstellingen is gehouden met de medewerkers die uitgesteld ten opzichte van de verwachte kosten over 2015 boventallig zijn tot uiterlijk eind 2015. in de vorige begroting. Overige langlopende schulden De personeelskosten voor 2015 en verder zijn gebaseerd op de huidige formatie en vervolgens geïndexeerd met de loonindex. In verband met het aanpassen van de pensioenwet schatten wij in dat de pensioenpremie per jaar met 1% daalt Langlopende schulden Kortlopende schulden Overige kortlopende schulden 6.237 16.904 17.404 17.404 17.404 17.404 17.404 56.166 54.457 52.834 52.749 50.881 49.873 48.943 4.141.791 4.213.551 4.245.282 4.344.190 4.438.403 4.525.039 4.607.942 Winst en verliesrekening (geconsolideerd) Winst en verliesrekening (model jaarrekening) functioneel model t.b.v. interne sturing 24 25 ( x € 1.000) 2014 2015 2016 2017 2018 2019 ( x € 1.000) 229.573 239.826 247.606 257.145 266.737 275.661 18.379 18.426 18.547 18.684 18.838 19.042 Verkoopresultaat 4.502 13.547 11.933 12.543 9.748 9.015 Geactiveerde productie eigen bedrijf 4.319 6.819 6.331 6.147 2.579 733 Overige bedrijfsopbrengsten 7.635 7.666 7.723 7.798 7.889 8.024 264.408 286.284 292.140 302.317 305.791 312.475 Bedrijfsopbrengsten Huuropbrengsten Vergoedingen Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille Bijzondere waardevermindering van vlottende activa 2015 2016 2017 2018 2019 228.565 239.151 246.806 256.204 265.692 274.538 -113 -113 -114 -114 -115 -117 -83.558 -92.402 -96.138 -98.090 -98.918 -99.318 144.894 146.636 150.554 158.000 166.659 175.103 Vastgoedbeheer Bedrijfslasten Afschrijvingskosten 2014 1.688 1.806 1.871 1.811 1.938 2.083 33.275 39.859 63.952 41.747 14.276 614 Huuropbrengsten Servicekosten eigen rekening Exploitatiekosten Verkopen Verkoop bestaand bezit 60.815 54.789 58.104 66.210 50.930 47.945 Marktwaarde verkopen -48.702 -35.844 -39.226 -46.605 -34.224 -32.075 Verkoopkosten -10.149 -9.555 -9.337 -9.326 -9.154 -9.014 -175 -70 -70 -70 -70 -70 1.789 9.320 9.471 10.209 7.482 6.786 Kosten Startersrenteregeling 2.517 2.524 2.540 2.559 2.580 2.608 25.174 23.773 24.053 24.464 24.883 25.421 Sociale lasten 3.222 3.484 3.525 3.585 3.647 3.726 Resultaat verkoop nieuwbouw 536 1.684 19 0 0 0 Pensioenlasten 4.160 3.941 3.858 3.791 3.722 3.666 Overige waardeveranderingen -33.275 -39.859 -63.952 -41.747 -14.276 -614 Overige organisatiekosten 17.148 17.002 17.182 17.419 17.633 17.865 -32.739 -38.175 -63.933 -41.747 -14.276 -614 Servicekosten 18.492 18.539 18.661 18.798 18.953 19.159 Onderhoud 43.854 47.974 50.144 50.359 51.714 52.768 -51.392 -50.006 -50.489 -51.070 -51.823 -52.761 Geactiveerde kosten projecten 2.403 4.055 3.860 3.980 1.808 712 Onderhoud eigen bezit 4.755 4.779 4.817 4.871 4.938 5.041 610 622 634 647 660 673 -43.624 -40.550 -41.178 -41.572 -44.417 -46.335 70.320 77.231 54.914 84.890 115.448 134.940 Rentebaten 70 70 142 188 235 418 Rentelasten -62.789 -59.672 -57.290 -54.740 -54.147 -51.189 1.916 2.764 2.471 2.167 771 21 -60.803 -56.838 -54.677 -52.385 -53.141 -50.750 113.959 94.679 114.875 116.470 96.533 98.421 -7.589 0 -2.367 -2.466 -2.563 -2.653 Lonen en salarissen Erfpacht Belastingen en verzekeringen 2.035 1.787 1.663 1.624 1.550 1.357 13.730 13.857 14.002 14.185 14.347 14.515 1.717 910 891 894 902 904 0 1.220 1.230 1.244 1.261 1.287 20.558 23.671 25.195 26.738 26.060 25.355 0 422 431 442 453 467 Overige lasten 4.544 5.448 5.488 5.531 5.582 5.648 Heffing CFV 7.589 0 2.367 2.466 2.563 2.653 199.703 206.217 237.053 217.657 192.064 180.096 64.705 80.067 55.087 84.660 113.727 132.379 Niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 113.957 94.677 114.876 116.471 96.532 98.420 Bedrijfsresultaat 178.662 174.744 169.963 201.131 210.259 230.799 -175 -70 -70 -70 -70 -70 Rentebaten 70 70 142 188 235 418 Rentelasten -62.789 -59.672 -57.290 -54.740 -54.147 -51.189 115.768 115.072 112.745 146.509 156.277 179.958 Resultaat deelnemingen 119 0 0 0 0 0 Vennootschapsbelasting 0 0 0 0 0 0 115.887 115.072 112.745 146.509 156.277 179.958 1.930 20.395 -2.131 30.038 59.745 81.538 Leefbaarheid Wijkteam Verhuurderheffing Verhuurklaar maken BOG Saldo bedrijfslasten en bedrijfsopbrengsten Projecten Organisatiekosten Bruto organisatiekosten Af: doorbelastingen: Verkoop Netto bedrijfsresultaat Financieringsresultaat Geactiveerde rente Financiële baten en lasten Waardeverandering FVA Resultaat normale bedrijfsuitoefening Excl. niet gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Heffing CFV Vennootschapsbelasting Overige baten en lasten Jaarresultaat Overige baten en lasten Jaarresultaat 0 0 0 0 0 0 106.370 94.679 112.508 114.004 93.970 95.768 115.887 115.072 112.745 146.509 156.277 179.958 3.1 dPi Kasstroomoverzicht ( x € 1.000) 1. Kengetallen 2014 2015 2016 2017 2018 2014 2019 Operationele Activiteiten Ontvangsten 1.1 26 2015 2016 2017 2018 2019 Aantallen in verhuur Huren 229.573 239.826 247.606 257.145 266.737 275.661 1.1.1 Zelfstandige huurwoningen Daeb 190.178 199.259 206.229 214.672 223.090 231.069 1.1.2 Zelfstandige huurwoningen en onzelfstandige wooneenheden niet-Daeb 23.078 23.943 24.447 25.259 26.092 26.684 Aantal VHE's primo jaar 41.476 41.083 40.981 40.691 40.396 Aantal sloop -218 -121 -155 -48 -146 40.023 0 Aantal verkopen -368 -302 -338 -395 -270 -243 1.1.3 Onzelfstandige overige wooneenheden Daeb 4.517 4.601 4.662 4.727 4.808 4.904 Aantal nieuwbouw huur 193 321 203 148 43 18 1.1.4 Overige niet woongelegenheden Daeb 2.719 2.860 2.929 2.984 3.049 3.111 1.1.5 Overige niet woongelegenheden niet-Daeb 9.082 9.165 9.339 9.504 9.696 9.892 Aantal VHE's ultimo jaar 41.083 40.981 40.691 40.396 40.023 39.798 1.2 Vergoedingen 18.379 18.426 18.547 18.684 18.838 19.042 1.4 Overige bedrijfsontvangsten 4.087 3.434 2.906 2.927 2.951 2.984 Aantal woongelegenheden 1.5 Rente ontvangsten Saldo ingaande kasstromen 70 70 142 188 235 418 252.109 261.756 269.201 278.945 288.761 298.105 2.035 1.788 1.663 1.624 1.550 1.358 Uitgaven 1.6 Erfpacht 1.7 Personeelsuitgaven 32.556 31.198 31.436 31.840 32.252 32.813 1.7.1 Lonen en salarissen 25.174 23.773 24.053 24.464 24.883 25.421 1.7.2 Sociale lasten 3.222 3.484 3.525 3.585 3.647 3.726 1.7.3 Pensioenlasten 4.160 3.941 3.858 3.791 3.722 3.666 1.8 Onderhoudsuitgaven 39.098 43.195 45.328 45.488 46.776 47.727 1.9 Overige bedrijfsuitgaven 60.024 59.250 58.774 59.499 60.176 60.911 1.10 Rente uitgaven 64.421 61.742 57.372 56.604 55.150 52.115 1.11a Sector specifieke heffing onafhankelijk van het resultaat 7.589 0 2.368 2.466 2.563 2.653 1.11b Verhuurdersheffing 20.558 23.671 25.195 26.738 26.060 25.355 1.12 Leefbaarheid externe uitgaven niet investeringsgebonden Saldo uitgaande kasstromen Kasstroom uit operationele activiteiten 1.717 2.131 2.121 2.137 2.163 2.191 227.996 222.974 224.256 226.397 226.691 225.123 24.113 38.782 44.945 52.548 62.070 72.982 52.225 61.594 46.760 43.131 4.814 2. (Des) investeringsactiviteiten MVA ingaande kasstroom A. DAEB en B. niet DAEB activiteiten 2.1 A Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden 31.894 49.198 2.1 B Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden 28.921 5.592 5.879 4.616 4.170 2.3 B Verkoopontvangsten nieuwbouw, woon- en niet woongelegenheden 22.255 46.094 2.802 1.032 252 855 Tussentelling ingaande kasstroom MVA 83.070 100.883 60.905 67.242 51.182 48.800 38.156 37.892 37.606 37.311 36.938 36.713 Aantal niet-woongelegenheden 2.927 3.089 3.085 3.085 3.085 3.085 Aantal verbeteringen 1.305 3.131 2.502 3.519 3.583 1.692 Aantal afkoop erfpacht 1.150 347 109 271 625 1.143 25 380 368 35 22 50 2.127 1.943 1.943 1.954 1.924 1.904 230.874 242.413 250.372 258.393 267.873 276.839 1.310 1.532 1.248 1.269 309 136 567 410 842 1.079 1.098 51 -2.939 -2.632 -3.004 -2.895 -2.463 -1.796 Effect reguliere huurverhoging 9.363 5.896 6.547 7.902 8.063 8.183 Effect mutatie 3.239 2.753 2.387 2.124 1.959 1.999 Aantal nieuwbouw koop Aantal mutaties Huursomstanden ( x € 1.000) Huursom ultimo vorig jaar Effect oplevering nieuwbouw en aankoop Effect renovatie Effect verkoop/sloop 0 0 0 0 0 -1.002 Huursom ultimo jaar Effect einde exploitatie 242.413 250.372 258.393 267.873 276.839 284.410 Gewenste huur ultimo jaar 316.450 319.656 322.683 328.934 335.782 339.680 76,6% 78,3% 80,1% 81,4% 82,4% 83,7% Huidige huur / Gewenste huur (%) MVA uitgaande kasstroom A. DAEB en B. niet DAEB activiteiten 2.6 A Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden 12.350 15.604 13.889 14.919 4.902 0 2.6 B Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden 4.826 2.306 5.255 3.438 0 0 2.7 A Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden 8.651 40.231 45.442 53.810 33.019 13.195 2.7 B Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden 1.037 1.697 766 1.276 1.037 419 2.9 A Aankoop, woon- en niet woongelegenheden 0 0 0 0 0 0 2.10 B Nieuwbouw verkoop, woon- en niet woongelegenheden 18.872 20.018 279 0 693 452 2.12 A Sloopuitgaven, woon- en niet woongelegenheden 101 49 0 0 0 0 2.13 A Aankoop grond 7.707 1.804 559 1.649 3.441 9.036 2.13 B Aankoop grond 1.297 255 103 31 893 206 Aantal woningen in verhuur per prijsklasse goedkoop (kwaliteitskortingsgrens) 8.031 7.229 6.612 5.886 5.136 4.771 betaalbaar (lage aftoppingsgrens) 17.276 16.106 14.846 13.916 13.109 12.204 bereikbaar (hoge aftoppingsgrens) 3.222 3.501 3.830 3.783 3.602 3.599 middelduur (tot liberalisatiegrens) 6.821 7.981 8.917 9.930 10.957 11.788 middensegment 2.358 2.532 2.786 3.111 3.395 3.566 448 543 615 685 739 785 duur 2.14 B Investeringen overig 500 1.500 1.500 1.500 1.500 1.500 2.15 A Externe kosten bij verkoop 5.025 6.381 6.273 6.487 6.444 6.254 2.15 B Externe kosten bij verkoop 3.179 772 761 644 585 672 Exploitatiekosten % van de huur 56% 56% 56% 55% 54% 53% Tussentelling uitgaande kasstroom MVA 63.544 90.618 74.828 83.754 52.513 31.733 Huurderving door leegstand 2,3% 2,0% 1,9% 1,6% 1,5% 1,4% Saldo in- en uitgaande kasstroom MVA 19.526 10.266 -13.923 -16.512 -1.331 17.067 Huurderving vanwege oninbaarheid 1,1% 1,0% 1,0% 1,0% 0,9% 0,9% Huurachterstand % v.d. netto huur op jaarbasis 0,6% 0,6% 0,6% 0,6% 0,6% 0,6% Rendement op het eigen vermogen 4,8% 4,7% 4,4% 5,4% 5,6% 6,1% Direct rendement op vastgoedbeheer 3,6% 3,6% 3,6% 3,7% 3,8% 3,9% Indirect rendement 2,8% 2,3% 2,8% 2,7% 2,2% 2,2% Gemiddelde rentelast leningen o/g (%) 3,7% 3,7% 3,7% 3,7% 3,8% 3,8% 61,4% 63,7% 64,8% 66,7% 68,9% 71,6% 1,37 1,63 1,78 1,93 2,12 2,39 2.16 FVA 2.17.1 Ontvangsten verbindingen 2.17.2 Ontvangsten overig 2.18.1 Uitgaven verbindingen 2.19 Saldo in- en uitgaande kasstroom FVA Kasstroom uit (des)investeringen 3. Financieringsactiviteiten 3.1.1 Ingaand 3.1.2 Nieuwe ongeborgde leningen Daeb-investeringen 3.1.3 3.2.1 Nieuwe te borgen leningen Nieuwe ongeborgde leningen niet-Daeb-investeringen Uitgaand Aflossing geborgde leningen 3.2.2 Aflossing ongeborgde leningen Daeb-investeringen 3.2.3 Aflossing ongeborgde leningen niet-Daeb-investeringen Kasstroom uit financieringsactiviteiten 4.1 1.988 -1.278 -485 -434 -362 -362 160 171 -391 160 160 160 1.670 -6.014 0 0 0 0 489 4.346 -325 -274 -202 -202 20.015 14.611 -14.248 -16.787 -1.533 16.865 93.400 37.847 37.508 33.492 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 139.036 121.470 68.206 69.254 57.561 83.402 37 38 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 -45.673 -83.662 -30.698 -35.761 -57.561 -83.402 Mutatie liquide middelen -1.545 -30.269 0 0 2.976 6.445 Liquide middelen per 1/1 31.814 30.269 0 0 0 2.976 Liquide middelen per 31/12 30.269 0 0 0 2.976 9.421 Exploitatiegegevens Financiële kengetallen Solvabiliteit (%) Interest Coverage Ratio Debt Service Coverage Ratio Loan to Value 0,94 1,13 1,23 1,30 1,36 1,49 37,8% 34,9% 33,4% 31,8% 29,8% 27,4% 27 28 9. Toelichtingen op de balans De meerjarenbegroting (de balans, winst- en verliesrekening en het kasstroomoverzicht) is opgesteld op geconsolideerd niveau. 29 de jaarrekening 2013. Voor de waardering De in de meerjarenbegroting gehanteerde en verder zijn de lange termijn percentages. op marktwaarde is gebruik gemaakt van het indexeringen voor de ontwikkeling van huurprijzen Voor de parameters baseert Rochdale zich op Assets & Liabilities scenariosysteem van en exploitatiekosten zijn in onderstaande tabel de verwachtingen die door Ortec Finance zijn Ortec. De verhuurderheffing is voor de gehele samengevat. De percentages in de kolom 2019 gepubliceerd. kasstroomperiode ingerekend, de huurstijging Dat betekent dat Woningstichting Rochdale, boven inflatie van 1,5% is voor de periode 2014 Rochdale Onderhoud BV en Rochdale tot en met 2019 ingerekend. Projectontwikkeling BV en andere 100% deelnemingen als een geheel worden In de komende jaren is het waardeverloop van het gepresenteerd. Alleen deelnemingen waarin vastgoed in exploitatie tussen de € 80 Rochdale een belang van 50% of minder en € 110 miljoen. Dat is een stijging van 2,0% tot heeft, zijn niet integraal geconsolideerd en 2,5%. Deze stijging is te verklaren door: staan als deelneming op de balans. Hiermee Parameters 2014 2015 2016 2017 2018 2019 e.v. Prijsinflatie (%) 1,25 1,50 2,00 2,00 2,00 2,00 Looninflatie (%) 1,25 1,75 2,13 2,39 2,57 3,00 Bouwindex (%) 1,25 1,75 2,13 2,39 2,57 3,00 Onderhoudsindex (%) 1,25 1,75 2,13 2,39 2,57 3,00 Marktindex (%) 0,50 0,75 2,00 2,00 2,00 2,00 • Waardeveranderingen als gevolg van mutaties wordt aangesloten bij de presentatie in de voor verbeteringen, verkoop, sloop en geconsolideerde jaarrekening. Sociaal en commercieel vastgoed nieuwbouw huur. De waarderingsgrondslag in de • Waardeveranderingen door autonome mutatie: In de meerjarenbegroting heeft Rochdale haar meerjarenbegroting is conform de richtlijn voor de - Gunstiger ontwikkeling van de leegwaarden, bezit gecategoriseerd in sociaal vastgoed en jaarrekening (RJ 645). Rochdale heeft gekozen en een minder negatieve verwachting voor de commercieel vastgoed. Dit is conform de richtlijn voor waardering op marktwaarde in verhuurde ontwikkeling van de leegwaarden ten opzichte RJ 645. In onderstaande tabel is dat in beeld staat. van voorgaande jaren. gebracht voor de stand per 1-1-2014: - Ontwikkeling van de actuele huur, markthuur Materiële vaste activa in exploitatie en maximaal redelijke huur liggen beduidend Sociaal en commercieel vastgoed boven het inflatieniveau. Aantal vhe’s De balans is opgesteld in overeenstemming woning Marktwaarde ultimo vorig jaar Mutatie a.g.v. verbeteringen Mutatie a.g.v. verkoop Mutatie a.g.v. sloop Marktwaarde primo jaar Autonome mutatie marktwaarde Mutatie a.g.v. nieuwbouw huur Marktwaarde ultimo jaar 2014 2015 2016 2017 2018 15.696.449 wooneenheid 1.711 783.064 bedrijfsruimte 583 577.240 36.589 17.056.753 2.361 1.920.439 wooneenheid 110 103.637 bedrijfsruimte 234 265.885 overige ruimte 253 14.155 1.929 129.219 Totaal 4.887 2.433.334 12,5% Totaal bezit 41.476 19.490.087 100,0% Totaal 2019 3.946.274 4.041.813 4.133.868 4.237.362 4.338.376 4.426.611 7.457 10.327 9.882 9.008 18.981 1.528 -48.701 -35.844 -39.226 -46.605 -34.224 -32.075 -2.219 -14.346 -11.243 -3.379 -10.190 0 3.902.811 4.001.950 4.093.281 4.196.386 4.312.943 4.396.064 118.104 106.464 122.997 121.274 108.401 107.709 20.898 25.455 21.084 20.715 5.267 2.282 4.041.813 4.133.868 4.237.362 4.338.376 4.426.611 4.506.055 Verdeling obv huursom 34.295 Sociaal vastgoed met de waarderingsgrondslagen volgens Waardeverloop Som van de netto huur Commercieel vastgoed woning parkeergelegenheid 87,5% 10. Toelichting op de winst enverliesrekening 30 In de uitwerking van de meerjarenbegroting Voorzieningen voor de Prognose informatie (dPi) wordt het De post bruto voorziening ORT (onrendabele onderscheid sociaal versus commercieel nader top) heeft betrekking op de reeds getroffen uitgewerkt voor de balanswaardering. De voorzieningen voor verwachte verliezen in relatie waardering is gebaseerd op marktwaarde. tot het onderhanden werk in ontwikkeling. De De winst- en verliesrekening is opgesteld volgens het model van de externe verslaglegging. 31 Voor de interne rapportage gebruikt Rochdale een functioneel model waarin beter inzicht wordt geboden in de resultaten behaald met vastgoedbeheer, verkoop en projectontwikkeling Specificatie resultaat Vastgoedbeheer en daarnaast de organisatiekostenbegroting. In de toelichting volgen we dat model. voorzieningen zijn in de meerjarenbegroting Financiële vast activa consistent volgens de waardering op marktwaarde Hieronder zijn deelnemingen en leningen u/g berekend. 2014 Huurinkomsten (theor.) Vlottende activa 2017 2018 2019 236.605 246.537 254.089 262.937 272.341 281.069 De overige voorzieningen hebben Huurderving door leegstand -5.523 -4.862 -4.743 -4.174 -4.069 -3.923 onder andere betrekking op belangen Huurderving door oninbaarheid -2.517 -2.524 -2.540 -2.559 -2.580 -2.608 228.565 239.151 246.806 256.204 265.692 274.538 18.379 18.426 18.547 18.684 18.838 19.042 -18.492 -18.539 -18.661 -18.798 -18.953 -19.159 -113 -113 -114 -114 -115 -117 22.592 28.194 32.010 31.962 33.049 33.830 in minderheidsdeelnemingen, mogelijke De onder dit kopje opgenomen Voorraad verkoop schadeclaims, reorganisatie en diverse gereed product betreft de prognose van de afloop operationele zaken. Servicecomponenten voorraad opgeleverde en onverkochte Langlopende schulden Servicekosten koopwoningen. Volgens de realisatie in 2014 tot In overeenstemming met de doelstellingen voor heden en de prognose van de afdeling Verkoop de middellange termijn loopt de leningportefeuille is de afloop verrekend in een deel dat alsnog in niet meer op en kan naar verwachting per saldo verhuur gaat en een deel dat verkocht wordt. In worden afgelost. van de ultimo 2013 op de balans opgenomen 2016 Huuropbrengsten opgenomen, voor zover die geen betrekking hebben op projectontwikkeling. 2015 het kasstroomoverzicht is inzichtelijk gemaakt welke verkoopopbrengsten hieruit worden Voor nieuwe leningen (herfinancieringen) is met verwacht. de volgende basisrentes gerekend: Netto opbrengst vergoedingen Servicekosten eigen rekening Exploitatiekosten Planmatig/cyclisch onderhoud Calamiteiten en veiligheid 1.900 2.500 2.500 2.500 2.500 2.500 Convenantverplichtingen 1.000 2.500 2.499 2.499 2.500 2.500 12.199 10.655 8.927 9.106 9.288 9.473 6.163 4.125 4.208 4.292 4.377 4.465 43.854 47.974 50.144 50.359 51.714 52.768 Reparatieonderhoud Mutatie onderhoud Lasten Onderhoud Parameters 2014 2015 2016 2017 2018 2019 e.v. 1.717 2.130 2.121 2.138 2.163 2.191 Korte rente (%) 0,28 1,17 1,8 2,23 2,54 3,25 Belastingen en Verzekeringen 13.730 13.857 14.002 14.185 14.347 14.515 Lange rente (%) 1,9 2 2,68 3,15 3,48 4,25 Verhuurderheffing 20.558 23.671 25.195 26.738 26.060 25.355 2.035 1.787 1.663 1.624 1.550 1.357 369 241 240 237 239 242 Hiervoor baseert Ortec Finance zich op bronnen zoals het CPB en het Economisch Kwartaal Bericht van de Rabobank. Het in de tabel opgenomen percentage voor de rente op langlopende leningen wordt met 0,5% verhoogd. Dit is afgeleid van de opslag (0,479) op de laatst afgesloten fixe lening. De korte rente waarmee in de meerjarenbegroting wordt gerekend wordt nog verhoogd met een credit spread van 0,3%. Leefbaarheid Erfpacht Zelfbeheer Beheerkosten derden 2.281 2.287 2.302 2.319 2.338 2.363 Overige exploitatiekosten 1.894 3.342 3.377 3.417 3.458 3.510 Diverse exploitatiebaten -2.880 -2.887 -2.906 -2.927 -2.951 -2.983 83.558 92.402 96.138 98.090 98.918 99.318 144.894 146.636 150.554 158.000 166.659 175.103 43.624 40.550 41.178 41.572 44.417 46.335 101.270 106.086 109.376 116.428 122.242 128.768 Huurderving 3,4% 3,0% 2,9% 2,6% 2,4% 2,3% Exploitatieresultaat 44% 44% 44% 45% 46% 47% Bruto exploitatieresultaat Kosten eigen organisatie Netto exploitatieresultaat 32 33 Voor 2015 en verder wordt er – ondanks de met een inkomen boven € 43.000. Omdat de Huurderving Exploitatiekosten verhuurderheffing – ten opzichte van 2014 een huurverhoging voor 2015 en verder nog niet Voor 2014 is voor derving door leegstand Onderhoud verbetering van het exploitatieresultaat verwacht. bekend is, is ook voor de jaren na 2014 met deze gerekend met 1,2% van de huursom Het totale budget 2015 voor het uitvoeren van Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door meer percentages gerekend. voor de woningen en met 7,5% voor onderhoudstaken aan het bezit bedraagt bijna bedrijfsonroerendgoed (BOG). Vanaf 2015 is de € 48 miljoen. Per gewogen vastgoedeenheid is dat € 1.170. huuropbrengsten als gevolg van huurverhoging en een daling van de kosten eigen organisatie als Een deel van de huurverhoging is gereserveerd berekening van de huurderving door leegstand gevolg van de reorganisatie in 2013. voor individuele betaalbaarheidsmaatregelen. In per soort vastgoed eenheid gedifferentieerd. 2015 is hiervoor € 1,0 miljoen beschikbaar. Conform de kaderbrief bedraagt deze 0,9% van In de meerjarenbegroting 2015-2019 zijn de de huursom voor sociale huurwoningen, 1,2% onderhoudskosten verdeeld in planmatig Huuropbrengsten Het verloop van de huuromzet in de De mutatiegraad in ons bezit is gedifferentieerd voor de woningen in de vrije sector en 5,0% voor onderhoud, calamiteiten en veiligheid, meerjarenbegroting wordt beïnvloed door ingerekend. Vanwege de verwachte het BOG. Omdat deze doelstellingen ambitieus convenantverplichtingen en reparatie- en mutaties in de hoeveelheid en in de prijzen. marktdynamiek is gerekend met een lagere zijn, is in deze begroting voorzichtigheidshalve mutatieonderhoud. Deze verdeling heeft een In de kengetallen is het inzicht in het verloop mutatiegraad dan de huidige mutatie in ons bezit. gerekend met 1,2% derving voor woningen en relatie met de VEX-normen. De VEX-normen daarvan onder de kopjes aantallen in verhuur en We maken voor de begroting onderscheid in drie 6% derving voor BOG. Bij complexen die worden hebben alleen betrekking op reparatieonderhoud huursomstanden in beeld gebracht. categorieën: gerenoveerd (na uitplaatsing van huurders) of en planmatig onderhoud. In 2014 zit het • Woningen doorexploiteren: 5% gesloopt wordt projectleegstand ingerekend. Het reparatieonderhoud nog niet op de VEX-norm. De huurstijgingen als gevolg van mutatie • Woningen in de verkoopvijver: 5% totale huurdervingpercentage bevat daarnaast Hier groeien wij in vier jaar naartoe. Vanaf 2016 is zijn gebaseerd op het beleid van Rochdale, • Niet-woningen: 5% ook nog derving vanwege oninbaarheid van meer budget beschikbaar dan benodigd op basis huurvorderingen. Hiervoor is jaarlijks € 2,5 miljoen van de VEX-normen. In de jaren 2016-2019 is opgenomen. ruimte voor extra onderhoud. wat samengevat is in de regel: “bij mutatie gaat de huur naar 100% van de maximaal In de kengetallen, onder het aantal woningen toegestane huur”, tenzij sprake is van in verhuur per prijsklasse is in beeld gebracht meerpersoonshuishoudens met een inkomen wat de ontwikkeling is van het woningbezit in Servicekostencomponenten Contractonderhoud en bijdrage aan onderhoud beneden € 29.325. Voor deze doelgroep is ons prijsklassen als gevolg van het huurharmonisatie- Het resultaat op de servicekostencomponenten voor VvE’s maken deel uit van het planmatig beleid erop gericht deze in voldoende mate tegen en mutatiebeleid en daarnaast ook mutaties in de is nog negatief vanwege inefficiënties en onderhoud. In de jaarrekening worden deze een betaalbare huur te huisvesten. Daarnaast voorraad. onvolledigheden in de samenstelling van posten afzonderlijk weergegeven. liberaliseren wij maximaal 10% van de huren Op basis van de huurprijzen in 2014 gelden ter de huurprijzen. Er wordt gewerkt aan het en houden daarvan minstens 80% op een huur indicatie de volgende bedragen per prijsklasse: terugdringen van het tekort en als doel is Erfpacht beneden € 930 per maand (prijspeil 2014). De gesteld om vanaf 2016 een break-evenresultaat Onder deze post worden de jaarlijks te betalen te behalen. In theorie is een positief resultaat erfpachtcanons opgenomen. Bij de bepaling van haalbaar vanwege de vergoeding van de begrote bedragen voor 2015 tot en met 2019 beperking van 10% heeft te maken met de wens om voldoende vrijkomende woningen in de sociale sector te kunnen blijven aanbieden. Met ingang van 2013 moeten verhuurders van sociale huurwoningen een verhuurderheffing betalen. Ter compensatie hiervan is een naar inkomen gedifferentieerde huurverhoging van toepassing. Dit is inflatie plus 1,5%, 2,0% en 4,0% voor 2014 voor respectievelijk de lage inkomensgroep, de middengroep en de groep Prijsklasse Bovengrens maandhuur administratiekosten en huismeesters waarvan is rekening gehouden met indexering volgens goedkoop (kwaliteitskortingsgrens) € 389,05 de kosten als personeelskosten zijn begroot de erfpachtvoorwaarden en afkoop in geval van betaalbaar (lage aftoppingsgrens) € 556,82 en verantwoord. In de praktijk blijkt dat door expiratie van het lopende erfpachtrecht. bereikbaar (hoge aftoppingsgrens) € 596,75 middelduur (tot liberalisatiegrens) € 699,84 middensegment € 930,00 duur > € 930,00 afspraken met zittende bewoners het proces om het tekort terug te dringen minder snel verloopt. Verhuurderheffing Voorzichtigheidshalve is dan op de lange termijn De begrote heffing is conform de richtlijn van het niet met een positief resultaat gerekend. WSW berekend op basis van de WOZ-waarde van het sociaal woningbezit. Voor berekening is uitgegaan van 0,381% in 2014, oplopend tot 34 35 0,536% in 2017. Hoewel de wet alleen de jaren Leefbaarheid Verkopen (bestaand bezit) 2014 t/m 2017 noemt, is voor 2018 en 2019 op De kosten van leefbaarheid bestaan uit fysieke en Specificatie resultaat Verkopen basis van het tarief 2017 de verhuurderheffing sociale activiteiten. Voor de jaren 2014-2019 is de ingerekend. volgende verdeling gemaakt. ( x € 1.000) 2014 2015 2016 2017 2018 2019 60.815 54.789 58.104 66.210 50.930 47.945 -48.702 -35.844 -39.226 -46.605 -34.224 -32.075 Splitsingskosten -1.119 -407 -419 -428 -436 -445 Derving leegstand voor verkoop -1.510 -1.850 -1.739 -1.618 -1.536 -1.486 Directe verkoopkosten -6.910 -6.676 -6.545 -6.633 -6.522 -6.410 Kosten Startersrenteregeling -175 -70 -70 -70 -70 -70 Bruto verkoopopbrengsten 2.399 9.942 10.105 10.856 8.142 7.459 610 622 634 647 660 673 1.789 9.320 9.471 10.209 7.482 6.786 Verkoop bestaand bezit Belastingen en verzekeringen Omzet verkoop bestaand bezit De zakelijke lasten bestaan uit Marktwaarde verkopen onroerendezaakbelasting, rioolrechten, waterschapslasten, precario, brand- en opstalverzekering en kosten van schades die onder het eigen risico vallen. 2014 2015 2016 2017 2018 2019 Leefbaarheid sociaal beheer 906 932 939 948 957 971 Leefbaarheid fysieke aanpak 811 1.198 1.182 1.190 1.206 1.220 1.717 2.130 2.121 2.138 2.163 2.191 Totaal Verkoopkosten eigen apparaat Netto verkoopresultaat De verkoopopbrengsten zijn per complex bepaald De Startersrenteregeling was in 2012 populair. De op basis van taxaties, gerealiseerde verkopen in verwachting was dat deze trend zou doorzetten. 2014 en de leegwaarde uit de marktwaardering. In de praktijk blijkt dat er aanmerkelijk minder Onder fysieke activiteiten vallen beveiliging Onderdeel van de reorganisatie was het inrichten Voor woningen die vanuit grootschalige renovaties gebruik gemaakt is van deze regeling. Voor van algemene ruimten (schoon, heel, veilig), van wijkteams met meerdere disciplines om zo komen, is met een marktconforme vierkante de komende jaren verwachten wij dat een graffitiverwijdering, afsluiting portieken, de klant professioneler te bedienen. Vanaf 2015 meterprijs gerekend. klein deel van de kopers gebruik maakt van de brandpreventie en dergelijke. Onder sociale beschikken deze teams over een eigen budget De directe verkoopkosten komen uit op Startersrenteregeling. Iedere regeling ‘kost’ zo’n activiteiten vallen de inzet van wijkbeheerders, waardoor de kosten voor leefbaarheid met ongeveer 12% van de verkoopopbrengsten. De € 15.000 op basis van een verkoopprijs van € huismeesters, sponsoring van buurtactiviteiten, ongeveer € 400.000 stijgen. verkoopkosten bestaan uit alle kosten die nodig 180.000. Dit wordt in de kosten meegenomen zijn of worden geacht om de woningen te kunnen terwijl het eigenlijk een lening betreft. Rochdale verkopen. Rochdale draagt, voor zover deze voorziet voorzichtigheidshalve het gehele bedrag. bestrijding van woonoverlast en dergelijke. Zelfbeheer Het is van belang dat wij ons blijvend inzetten Ter compensatie van het vervallen van de woning niet op eigen grond staat, per verkochte voor de leefbaarheid in wijken en buurten en ProPoints worden met de Bewonersraad woning een bedrag van € 9.100 af aan de De huurderving als gevolg van verkopen is ons ook op het niveau van individuele huurders afspraken gemaakt over een andere invulling. gemeente Amsterdam (bestemmingswijziging, ingeschat op ongeveer € 1,8 miljoen per jaar. Dit blijven inzetten voor goed sociaal beheer. Dat Hiervoor is jaarlijks een bedrag van € 240.000 in tarief 2014). Daarnaast geeft Rochdale voor het bedrag is gebaseerd op de gerealiseerde cijfers kan echter minder breed en tegen lagere kosten. de begroting meegenomen. fysiek verkoop gereedmaken van de woning zo’n tot en met september 2014. In de categorale €13.000 per woning uit. resultatenrekening is deze post conform de RJ645 Wij beperken ons tot die activiteiten die direct met het wonen samenhangen. Ook kan onze rol verwerkt onder de post huurderving als onderdeel in veel gevallen teruggebracht worden naar een De kostprijs van de verkopen, de marktwaarde faciliterende rol richting bewonersgroepen en wordt in tegenstelling bij de waardering op individuele bewoners. bedrijfswaarde en conform de RJ 645 in het verkoopresultaat verwerkt. van de huuropbrengst. 36 37 Specificatie omzet verkoop bestaand bezit Specificatie resultaat Projecten 2014 2015 2016 2017 2018 2019 310 275 268 259 250 243 58 27 70 136 20 0 368 302 338 395 270 243 Algemeen Verkopen na renovatie Aantallen verkopen Gemiddelde omzet per eenheid Projectresultaten 165.258 181.421 171.905 167.620 188.630 197.305 ( x € 1.000) 2014 2015 2016 2017 2018 2019 Resultaat onderhanden projecten 417 1.684 19 0 0 0 Resultaat projecten deelnemingen 119 0 0 0 0 0 536 1.684 19 0 0 0 - 101 - 50 0 0 0 0 Onrendabele investeringen bestaand bezit - 21.917 - 35.894 - 59.772 - 40.589 -14.276 - 614 Onrendabele top nieuwbouw - 11.257 - 3.915 - 4.180 - 1.158 0 0 - 33.275 - 39.859 - 63.952 - 41.747 -14.276 - 614 - 32.739 - 38.175 - 63.933 - 41.747 -14.276 - 614 Resultaat verkoop nieuwbouw Overige waardeveranderingen Sloopkosten Rochdale verkoopt de komende vijf jaar gemiddeld 259 woningen bestaand bezit per jaar, exclusief de woningen die na een renovatie worden verkocht. De verkoopkans is in principe 100%, dit is mede gedaan omdat de mutatiegraad al laag is. Totaal Projectresultaat Resultaat verkoop nieuwbouw Gezien de financiële positie van Rochdale bestaat Uitzondering hierop zijn grotere complexen (> 200 Resultaat onderhanden projecten woningen) en complexen in Amsterdam Zuidoost. In deze post is het begrote resultaat opgenomen Deze is als volgt: Voor deze uitzonderingen zijn de verkoopkansen van de verkoop van koopwoningen die gedurende • Contractuele verplichtingen. geschat tussen de 25% en 75% op basis van de uitvoering – op basis van voorverkoop en • Project past binnen de doelstellingen uit het ervaring of verkopen in het verleden. verkoop gedurende de bouw – zal worden gerealiseerd Naast de verkoop van woningen zijn er 15 winkels aan de Postjesweg en de Hoofdweg verkocht in Resultaat projecten deelnemingen 2014. Dit betreft het geprognosticeerde resultaat van het aandeel van Rochdale in koopprojecten in er voor de investeringen een strikte prioritering. Koersdocument. • Project past binnen de financiële randvoorwaarden die we (onder meer in het Koersdocument) hebben gesteld. • De belangen van en afspraken met bewoners/ stakeholders. minderheidsdeelnemingen. Het resultaat in 2014 heeft betrekking op het resultaat in Amstelkwartier Doordat meer financiële ruimte in onze begroting en Django. ontstaat, zijn de volgende criteria toegevoegd: Overige waardeveranderingen Het saldo van per jaar ten laste van de • Onveilige situaties, projecten met open verbrandingstoestellen en het vervangen van cv’s hebben een hoge prioriteit. resultatenrekening te treffen voorzieningen en • Investeringen in F- en G-labels. projectuitgaven waartegenover geen inkomsten • Projecten in het kader van de conditiemeting staan. Zie bijlage voor specificatie voor de overige moeten leiden tot levensduurverlenging en meer waardeverminderingen. punten (anders is het regulier onderhoud). • Bijdragen aan het terugdringen van leegstand. 38 39 Organisatiekosten Overige baten en lasten Specificatie Organisatiekosten ( x € 1.000) 2014 2015 2016 2017 2018 2019 25.174 23.773 24.053 24.464 24.883 25.421 Sociale lasten 3.222 3.484 3.525 3.585 3.647 3.726 Pensioenlasten 4.160 3.941 3.858 3.791 3.722 3.666 Overige personeelskosten 2.345 2.440 2.468 2.510 2.553 2.609 Huisvestingskosten 2.105 2.514 2.540 2.574 2.603 2.634 Automatiseringskosten 5.014 5.082 5.135 5.203 5.263 5.324 Advieskosten 2.087 1.904 1.924 1.949 1.972 1.995 469 390 394 399 404 409 Afschrijvingskosten 1.688 1.806 1.871 1.811 1.938 2.083 Overige algemene kosten 5.128 4.672 4.721 4.783 4.838 4.895 51.392 50.006 50.489 51.070 51.823 52.761 Organisatiekosten Salarissen Communicatiekosten Bruto organisatiekosten RD Verbijzonderd over hoofdactiviteiten Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 2014 2015 2016 2017 2018 113.954 94.680 114.879 116.467 96.533 98.421 -7.589 0 -2.367 -2.466 -2.563 -2.653 0 0 0 0 0 0 106.365 94.680 112.512 114.001 93.970 95.768 Heffing CFV Vennootschapsbelasting Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille Deze post bestaat uit de volgende onderdelen: Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 2014 2015 2016 2017 2018 2019 118.104 106.464 122.997 121.274 108.401 107.709 7.457 10.327 9.882 9.008 18.981 1.528 Mutatie a.g.v. sloop -2.219 -14.346 -11.243 -3.379 -10.190 0 Mutatie a.g.v. nieuwbouw huur 20.898 25.455 21.084 20.715 5.267 2.282 -17.559 -17.084 -21.564 -20.377 -5.441 0 0 -1.976 -1.960 0 0 0 -8.585 -33.392 -45.631 -49.947 -25.740 -12.080 0 -7.156 0 -6.999 -8.041 0 Autonome mutatie marktwaarde Projectontwikkeling 2.403 4.055 3.860 3.980 1.808 712 Onderhoud eigen bezit 4.755 4.779 4.817 4.871 4.938 5.041 610 622 634 647 660 673 Verhuur en beheer 43.624 40.550 41.178 41.572 44.417 46.335 Kasstroom opstal nieuwbouw huur Totaal verdeelde organisatiekosten 51.392 50.006 50.489 51.070 51.823 52.761 Kasstroom Invest. Vervanging open verbranding Verkoop 2013 Mutatie a.g.v. verbeteringen Kasstroom Invest. Renovaties per complex Vanaf 2014 nemen de kosten voor de eigen organisatie sterk af als gevolg van de reorganisatie. De bijbehorende Kasstroom Invest. Aanpak F en G labels eenmalige lasten zijn in 2013 verantwoord. Kasstroom Invest. Verbetering -1.854 -2.261 -2.252 -2.268 -2.240 -2.217 Kasstroom afkoop erfpacht -9.003 -2.060 -661 -1.679 -4.335 -9.242 Mutatie MVA in ontwikkeling -9.296 4.891 13.202 -17.055 -22.779 -3.356 Onrendabele investeringen 16.011 25.818 31.025 67.174 42.650 13.797 113.954 94.680 114.879 116.467 96.533 98.421 Financieringsresultaat 2013 2014 2015 2016 2017 2018 Rentelasten - 62.789 - 59.672 - 57.290 - 54.740 - 54.147 - 51.189 Rentebaten 1.986 2.834 2.613 2.355 1.006 439 - 60.803 - 56.838 - 54.677 - 52.385 - 53.141 - 50.750 De rentelasten laten een dalend verloop zien als gevolg van verminderde operationele activiteiten en het verlagen van de schuldenlast door aflossen van uitstaande leningen. Zie post materiële vaste activa op pag. 28 voor de toelichting van autonome mutatie marktwaarde. 11. Toelichtingen kasstroomschema 40 Heffing saneringssteun CFV De heffing bedraagt voor 2014 € 202 per zelfstandige woongelegenheid en € 101 per onzelfstandige eenheid. De bedragen zijn berekend op basis van de In deze meerjarenbegroting wordt het kasstroomoverzicht opgesteld volgens format dat voor de dPi wordt gebruikt. Zo worden de kasstroomgegevens op een eenduidige manier gerapporteerd. 41 Geldstroom uit (des)investeringsactiviteiten De desinvesteringskasstromen (opbrengst verkopen) uit reguliere verkopen bewegen zich tussen de € 50 en € 100 miljoen per jaar. Verantwoordingsinformatie (dVi 2013). Naar Van 2015 tot 2017 is een duidelijke stijging in de verwachting (bron: CFV) zal voor 2015 geen Geldstroom uit operationele activiteiten investering in nieuwbouwbouw en renovaties te heffing worden opgelegd. Voorzichtigheidshalve Het saldo uit operationele activiteiten geeft een zien, met als gevolg een negatieve kasstroom in hebben wij voor 2016 en verder 1% van de positief beeld voor de komende vijf jaar. Ondanks de jaren 2016 en 2017. huursom ingerekend. de extra hoge last vanaf 2014 in verband met de verhuurderheffing en de heffing saneringssteun Naast de opbrengsten uit projecten zijn in het is het resultaat positief. Doordat de inkomsten uit kasstroomoverzicht op pag. 26 in de rubriek Op basis van een toets van de verwachte verhuur toenemen en de organisatiekosten op verkoopontvangsten nieuwbouw, woon- en niet fiscale resultaten en de nog te verrekenen hetzelfde niveau blijven, worden de extra lasten woongelegenheden (2.3B) ook de volgende compensabele verliezen verwachten we tot en goedgemaakt. posities en complexen verwerkt. Vennootschapsbelasting met 2019 geen vennootschapsbelasting te hoeven betalen. Er zijn wel risico’s verbonden aan deze inschatting omdat de reeds ingediende aangiften vennootschapsbelasting nog niet definitief zijn vastgesteld. Met mutaties in de geactiveerde latente belastingverplichtingen is in de begroting geen rekening gehouden. Verkoop posities 2014 2015 -832.000 0 0 -23.000.000 Zeeburgerpad -2.450.000 0 Totaal -3.282.000 -23.000.000 AB 25, Fannius 3e fase, nwb 12 soc huur, 12 markt app, 495 m bog, 25 pp 2 Boelelaan fase 2, reno 154 app soc huur, 2.600 m2 bog Woningstichting Rochdale Bos en Lommerplein 303 1055 RW Amsterdam Postbus 56659 1040 AR Amsterdam Telefoon 020 215 00 00 E-mail [email protected] rochdale.nl december 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc