Dornröschen war ein schönes Kind t. Margarethe Löffler (19e eeuw) 1. Dornröschen war ein schönes Kind, schönes Kind, schönes Kind. Dornröschen war ein schönes Kind, schönes Kind. 2. Dornröschen, nimm dich ja in acht, ja in acht! … 3. Da kam die böse Fee herein, … 4. Dornröschen, schlafe hundert Jahr‘! … 5. Da wuchs die Hecke riesengroß, … 6. Da kam ein junger Königssohn, … 7. Dornröschen, wache wieder auf! … 8. Da feiern sie das Hochzeitsfest, … 9. Da ging das junge Königspaar, … 10. Da fingen sie zu tanzen an, … Doornroosje was een heel mooi kind 1. Doornroosje was een heel mooi kind, heel mooi kind, heel mooi kind. Doornroosje was een heel mooi kind, heel mooi kind. 2. Doornroosje hoedt je voor de boze fee, boze fee, … 3. Toen kwam de boze fee eraan, … 4. “Doornroosje, jij slaapt honderd jaar, …” 5. Een heel hoog hek stond om ’t paleis, … 6. Toen kwam een jonge koningszoon, … 7. “Doornroosje, lief, ontwaak nu maar, …” 8. Doornroosje die ontwaakte toen, … 9. En alle anderen met haar mee, … 10. Zij vierden toen het huwelijksfeest, … gedownload van www.vrijeschoolliederen.nl, het verzamelde liedrepertoire van vrijescholen in Nederland
© Copyright 2024 ExpyDoc