verander met resultaat Gedragspatronen: vechten, vluchten of verstarren Wanneer je als mens in een lastige, vervelende of bedreigende situatie terecht komt, zijn er drie basisstrategieën van reageren, dus van gedrag mogelijk. Ieder mens heeft bepaalde basisangsten, zoals de angst voor afwijzing, vernedering of in de steek gelaten worden. Als kind heb je jezelf geleerd om daar mee om te gaan. Je hebt letterlijk of figuurlijk voor een overlevingsstrategie gekozen, om je leven veilig, controleerbaar en overzichtelijk te houden. De drie basisstrategieën van gedrag zijn: • Vechten • Vluchten (je komt direct in actie en zet de aanval in) (je bent op je hoede en ontwijkt de bedreiging) • Verstarren (je houdt je ‘dood’, zoals veel dieren dat doen in een noodsituatie) Vaak pas je deze strategie als volwassene nog steeds toe, omdat je dat al jaren zo gewend bent. Meestal is dat echter helemaal niet meer nodig. Sterker nog, soms is het totaal niet functioneel om zo’n strategie toe te passen: je kunt jezelf en/of de ander tekort doen. Voorbeeld: Karel heeft een rapport geschreven over een project dat hij heeft uitgevoerd. Zijn leidinggevende heeft het zojuist gelezen. Hij geeft Karel als feedback mee dat de structuur helderder kan en dat hij de conclusies concreter dient te onderbouwen. • • • Vechtreactie: Karel zegt dat de leidinggevende geen duidelijke instructies heeft gegeven, dat ie zelf ook geen fantastische rapporten schrijft etc. Vluchtreactie: Karel geeft de leidinggevende gelijk, maakt excuses en druipt snel af. Verstarren: Karel klapt dicht en reageert niet of nauwelijks op de feedback. Hij komt pas weer in beweging als zijn leidinggevende de kamer uitgelopen is. www.vmrpartners.nl Theorie Gedragspatronen - pagina 1 verander met resultaat In alle drie de gevallen is er geen gelijkwaardig gesprek geweest en is er geen praktische oplossing gekomen. Een volwassen reactie in dit voorbeeld zou kunnen zijn dat Karel zijn leidinggevende voorstelt om even samen te gaan zitten. Hij stelt de leidinggevende enkele verduidelijkende vragen zodat hij goed snapt wat deze met de feedback bedoelt. Vervolgens overlegt Karel met zijn leidinggevende over wat en hoe nu verder: wat zal hij in het rapport veranderen, op welke manier en hoeveel tijd kan hij daaraan spenderen. Weet je welke van de drie strategieën jij zelf hanteert? Is dat altijd effectief? Zijn er situaties waarin je liever ander zou willen reageren? www.vmrpartners.nl Theorie Gedragspatronen - pagina 2 verander met resultaat Gedragspatronen: ouder, volwassene of kind Op basis van hoe je over wilt komen en al je innerlijke factoren, kun je een van de vijf zogeheten ego-toestanden aannemen. Dit zijn manieren van gedrag. Deze zijn gebaseerd op de termen ouder, volwassene en kind: Kritische ouder: je als een werkelijke ouder gedragen bij het vaststellen van regels; als je streng moet zijn Voedende ouder: je als een werkelijke ouder gedragen als je voor iemand moet zorgen Volwassene: je als een volwassene gedragen als je met een collega samenwerkt om problemen logisch en actief te lijf te gaan Aangepast kind: je beleefd gedragen zoals je als kind is aangeleerd; welgemanierd zijn Natuurlijk kind: je op een natuurlijke manier gedragen zoals we als kind wellicht deden; vriendelijk zijn en creatief In principe kan iedereen naar eigen keuze schakelen tussen deze vijf ego-toestanden, afhankelijk van de situatie waarin je je bevindt. Vaak gaat dit vanzelf ‘goed’. Soms merk je echter dat je in bepaalde situaties niet het resultaat krijgt dat je wilt, of dat je je onprettig voelt over je eigen opstelling in de communicatie met iemand. In die gevallen kan het handig zijn om te onderzoeken welke ego-toestand je hanteert en of dat de beste keuze is. www.vmrpartners.nl Theorie Gedragspatronen - pagina 3 verander met resultaat Hieronder zie je per ego-toestand kort weergegeven welk gedrag effectief is en welk gedrag juist niet: Ego-toestand Natuurlijk kind Effectief oprecht, spontaan, creatief, open, nieuwsgierig Niet effectief naïef, overgevoelig, onvolwassen, kinderlijk, onbenullig Aangepast kind beleefd, netjes, behulpzaam, sociaal, meegaand logisch, rationeel, probleemoplossend onzichtbaar, subassertief, weinig zelfvertrouwen saai, overmatig analytisch, gevoelloos Voedende ouder helpen, troosten, geruststellen, steunen, verzorgen betuttelen, anderen klein houden door alles voor ze te doen Kritische ouder grenzen stellen, streng zijn, regels hanteren autoritair, bazig, star Volwassene Voorbeeld: Petra werkt al enkele jaren op de afdeling Klantenservice. Sinds een paar weken begeleidt ze een nieuwe collega, Jaap. Ze doet haar best hem zo praktisch en duidelijk mogelijk in te werken: ze besteedt veel aandacht aan de werkwijzen en gebruiken op de afdeling. Jaap reageert echter wat afwerend en korzelig op haar goedbedoelde uitleg. Petra ontdekt dat ze zich opstelt als ‘kritische ouder’ tegenover ‘aangepast kind’. Jaap voelt zich echter niet thuis in de rol van ‘aangepast kind’, waardoor de samenwerking niet lekker verloopt. Wellicht is het effectiever als Petra zich tegenover Jaap opstelt als ‘volwassene’, eventueel in afwisseling met ‘voedende ouder’. Door Petra’s gedragsverandering geeft zij ook Jaap de kans om zijn gedrag te veranderen, waardoor hun samenwerking beter verloopt. Wanneer hanteer jij welke ego-toestand? In welke situaties en met welke mensen? Wat drijft je hiertoe? Ben je hier tevreden mee of zou je liever een andere ego-toestand willen kiezen? www.vmrpartners.nl Theorie Gedragspatronen - pagina 4
© Copyright 2024 ExpyDoc