testprincipes

De testprincipes van de Interuniversitaire Taaltest Nederlands voor Anderstaligen (ITNA)
De Interuniversitaire Taaltest Nederlands voor Anderstaligen (ITNA) is een objectief meetinstrument dat
op een valide en betrouwbare manier weergeeft of de kandidaat beantwoordt aan taalcriteria voor het
hoger onderwijs. De test gaat na of minimaal het B2-niveau van het Europees Referentiekader voor Talen
(ERK) wordt bereikt.
Bij de ontwikkeling van de ITNA wordt veel belang gehecht aan een onderbouwde testmethodiek. De
ITNA wordt hier beschreven op basis van de minimumstandaarden die de Association of Language
Testers in Europe (ALTE) gebruikt om een test te beoordelen.
1. Testconstructie
De constructie van de ITNA kenmerkt zich door een continu evaluatieproces van alle onderdelen
van de testconstructie.
testopzet
monitoring
ontwikkeling
evaluatie
De testontwikkeling stoelt op het socio-cognitieve model van Wier en O’Sullivan1. In dit model
staan kandidaat, testsysteem en het scoreproces centraal. Het laat toe een computertest met
afzonderlijke items te combineren met een meer taakgerichte benadering in de productieve
testen.
De relevantie van elk vraagtype voor de reële gebruikssituatie en de authenticiteit van het
gebruikte materiaal zijn van groot belang bij het operationaliseren van het testdoel. Twee
voorbeelden kunnen deze principes illustreren: (1) de relevantie van de presentatietaak bij het
mondelinge deel omdat die opdracht vaak voorkomt in het (eerste jaar) hoger onderwijs en (2)
de authentieke lees- en luisterteksten uit de computertest.
Alle testtypes en -vragen worden nauwkeurig ontwikkeld, geëvalueerd en gepretest. De
testitems worden kwalitatief getest op een aantal proefpersonen via een think aloud protocol
1
O'Sullivan, B. & Weir, C. (2011). The Test Development & Validation. In Barry O'Sullivan (ed) Language Testing:
Theory & Practice. Oxford: Palgrave.
(Morae-software), dat inzicht geeft in mogelijke verbeteringen voor de test. Ook de relevantie
van de testvragen voor het testdoel kan op die manier worden bevraagd.
Anderzijds worden de testitems intensief gepretest in verschillende pilootversies. Een
representatieve steekproef van potentiële deelnemers legt de test af, zodat de testitems
statistisch kunnen worden geverifieerd via een klassieke itemanalyse, via item-moeilijkheid en
item-betrouwbaarheid. Op basis van die analyse worden de vragen verder aangepast.
De verschillende versies van de test zijn gelijkwaardig qua inhoud en moeilijkheidsgraad. Voor
elke testafname wordt er een randomselectie gemaakt uit een vragenpool.
De ITNA-ontwikkelgroep beschrijft in detail welke descriptoren van het ERK worden
geoperationaliseerd. Bijkomend onderzoek gaat na of deze niveaubepaling correct is. Zo werd
bijvoorbeeld in 2009 vastgesteld dat de computertest van de ITNA een hoge correlatie heeft met
het vergelijkbare deel van het profielexamen Taalvaardigheid Hoger Onderwijs van het
Certificaat Nederlands als Vreemde Taal.
2. Testafname en logistiek
De testafname is gelijkvormig binnen de verschillende centra die de test afnemen. Hiertoe
volgen testafnemers een gedetailleerd protocol.
De verzamelde testgegevens worden vertrouwelijk behandeld en geanonimiseerd bij gebruik
voor onderzoeksdoeleinden.
De testitems worden bewaard in databanken die met een paswoord zijn beveiligd. De
ontwikkelgroep waakt erover dat de vragen steeds confidentieel worden behandeld.
De test voorziet adequate voorzieningen voor deelnemers met speciale noden, bv. dyslexie.
3. Beoordeling en normering
De beoordelaars van de productieve taken van de ITNA zijn ervaren taaldocenten. Voor deze
beoordeling volgen ze een gedetailleerde beoordelaarsmatrix.
Vooraleer docenten kunnen starten als beoordelaar, volgen ze een training. Ze scholen zich ook
jaarlijks bij tijdens een examinatorentraining.
Gegevens van de beoordelingen worden verzameld voor statistische analyse en onderzoek.
4. Toets- en itemanalyse
Er wordt bij de ITNA nauwgezet toegekeken op het vermijden van gevoelige onderwerpen. We
onderzoeken of testresultaten niet worden beïnvloed door factoren als moedertaal, land van
herkomst, geslacht of leeftijd.
Een grondige postanalyse van de bestaande items, met o.a. een Cronbach’s Alpha, wijst uit dat
de test een betrouwbare indicatie geeft van het niveau van de deelnemer.
5. Communicatie met belanghebbenden
De examenresultaten worden snel en helder gecommuniceerd aan de kandidaten. Er wordt ook
de nodige informatie gegeven om hen te helpen de examenresultaten te interpreteren en op
juiste wijze te gebruiken.
De website informeert belanghebbenden over het doel en de te volgen inschrijfprocedures van
de ITNA. Daarnaast beschrijft de website de inhoud van de test en de vraagtypes in detail.
De ITNA-ontwikkelgroep doet onderzoek naar verschillende deelaspecten van de test en
presenteert de resultaten van dat onderzoek op nationale en internationale congressen.