Docentenhandleiding Flits 1+2

DOCENTEN
HANDLEIDINGEN
BRIDGE IN EEN FLITS 1
LES 1-12
BRIDGE IN EEN FLITS 2
LES 1-12
Op http://www.bridge.nl/bridgedocenten/1429-downloads-voor-bridgedocenten
staan de bijbehorende PowerPoint-presentaties
November 2013
INHOUDSOPGAVE
Flits 1 12 lessen
Les 1: De Regels ...................................................................................................................................... 9
Les 2: De Opening .................................................................................................................................. 13
Les 3: Afspelen ....................................................................................................................................... 17
Les 4: Antwoorden ................................................................................................................................. 21
Les 5: Uitkomen ..................................................................................................................................... 25
Les 6: In Gesprek ................................................................................................................................... 29
Les 7: Strategie ...................................................................................................................................... 35
Les 8: Tussenbieden .............................................................................................................................. 39
Les 9: Defensie ....................................................................................................................................... 45
Les 10: De 1SA Opening ........................................................................................................................ 49
Les 11: Hoog In De Boom ...................................................................................................................... 55
Les 12: Slotdrive .................................................................................................................................... 61
Flits 2 12 lessen
Les 1: Een Man met een Plan ................................................................................................................ 69
Les 2: The Bloody Limit ......................................................................................................................... 74
Les 3: Uitgekiend uitkomen .................................................................................................................. 79
Les 4: Gestoord Bieden ......................................................................................................................... 84
Les 5: Plan B ........................................................................................................................................... 88
Les 6: Prioriteiten ................................................................................................................................... 93
Les 7: De Snit ......................................................................................................................................... 99
Les 8: Het Rode Kaartje ....................................................................................................................... 103
Les 9: Samenwerken ............................................................................................................................ 109
Les 10: Naar Slem ................................................................................................................................ 117
Les 11: De Verbinding ......................................................................................................................... 123
Les 12: Conventies .............................................................................................................................. 129 Errata Flits 1 en Flits 2 (september 2012)
Flits 1
lesboekje correctie
Blz 45
1e alinea ♠5 en ♠2 zijn goed voor twee slagen,
Blz 50
motto onderaan de bladzijde:
Speel alleen een honneur voor als je de onderliggende honneurs ook hebt
Blz 64
1♣/♦----2♣/♦ = 6-9 punten
Dit moet zijn:
1♣------1SA = 6-9 punten en geen vierkaart in ♦/♥/♠
1♣------2SA = 10-11 punten en geen vierkaart in ♦/♥/♠
en
1♦-------2♦ = 6-9 punten
1♦-------3♦ = 10-11 punten
blz 91
2e voorbeeld biedt Zuid 1♠ i.p.v 1♥
Flits 2
Blz 18
Zijn 1♦ bod is ongelimiteerd, moet zijn 1♥
Blz 28
Wat is de beste uitkomst tegen een 4♥ contract? Moet zijn 4♠ contract
Blz 64
lezers van bridge Flits 2 moet zijn bridgeflits 1
Blz 73
Laatste regel klaverensnit i.p.v. hartensnit
2
DOCENTEN
HANDLEIDING
BRIDGE IN EEN FLITS 1
(12 LESSEN)
Naschrift september 2014
De Powerpoint-presentaties zijn aangepast, daardoor kunnen de kopieën van dia’s anders zijn. Ga er
vanuit dat de Powerpoints goed zijn.
Tafelopdrachten staan in een apart document
3
TEN GELEIDE
Bridge in een flits is een andere cursus dan andere. Doel is niet om de leerlingen aan de hand te nemen en
ze stapje voor stapje kennis te laten maken met het spel. Voor veel mensen met een latente interesse in
bridge is dat een te lang traject en eigenlijk is het ook niet meer van deze tijd. Het streven van Flits is om
leerlingen direct aan het bridgen te krijgen. Klassieke ‘drempels’ om het spel te gaan spelen zijn
weggenomen. ‘Geen tijd’, is het meest gehoorde excuus van mensen van middelbare leeftijd. Het leren
van de spelregels kan echter binnen een kwartier. Het grote struikelblok is vervolgens het leren van een
biedsysteem. Dankzij Berry’s Internet Club (BIC) valt echter al te genieten van bridge als wedstrijdsport
zonder dat je een biedsysteem kent. En je kunt spelen op elk moment van de dag dat het je uitkomt. Een
mooiere ‘warmmaker’ is niet denkbaar.
Wat betekent deze ontwikkeling voor de bridgeleraar? In Flits speelt de eerste les een sleutelrol. Idealiter
is dit een kennismakingsles, die geïnteresseerden gratis of voor een gering bedrag kunnen volgen. De les
beperkt zich tot een uitleg van de regels en moet vooral leuk zijn. Vervolgens kunnen de leerlingen per
direct in wedstrijdvorm gaan spelen op BIC. Dit is mogelijk dankzij het vraagteken in de bidding-box. Er is
geen enkele kennis van bieden nodig om met de computer als partner in een speelbaar contract te komen
en vervolgens je krachten te meten met andere beginnende bridgers.
Het is mijn overtuiging dat deze mogelijkheid weer vijftigers, veertigers en dertigers voor het spel kan
interesseren. Een geheel nieuwe doelgroep dus om aan te boren. Dit wil uiteraard niet zeggen dat Flits
louter voor die groep is geschreven. Niet voor niets bevat deze map twee handleidingen, een voor zes
lessen en een voor twaalf lessen. Het is aan u als leraar om te bepalen welk tempo het beste is voor de
groep aan wie u les geeft. Ook ouderen vinden het leuk om meteen al een wedstrijd te kunnen spelen. Dus
hen zal een flitscursus eveneens aanspreken. Hetzelfde zal gelden voor het lesboek. Waar veel
leerboeken uitblinken in saaiheid sprankelt Flits, dankzij de opzet, de schrijfstijl, de anekdotes en de
lay-out. Jongeren, die nauwelijks nog lezen, kunnen de inhoud gemakkelijk ‘scannen’. En voor de echte
lezer valt er veel te leren en te genieten. Door elk onderwerp tot één pagina te beperken ben ik er denk ik
in geslaagd om tot de kern van het spel door te dringen. Wel staan er daardoor veel minder voorbeelden
en al helemaal geen oefeningen in het lesboek. Die zijn allemaal in deze docentenhandleiding terecht
gekomen.
De lessen
Na de eerste les heeft de leraar de keuze hoe verder te gaan. De klassieke methoden op de markt hebben
voor oudere doelgroepen hun waarde bewezen. Wie dat wil kan ook met Flits het ‘langzame’ pad
bewandelen. Wel valt te verwachten dat het vanaf dag 1 spelen van wedstrijdbridge zal leiden tot een
steilere leercurve. Het maakt een wereld van verschil of je na de eerste les een week duimendraaiend hebt
zitten wachten op de volgende les of dat je zeven dagen hebt gespeeld. Leerlingen zullen ook vol vragen
zitten. Het is raadzaam om daar tijdens de les een kwartiertje voor uit te trekken. Waak echter voor al te
gedetailleerde antwoorden die ver op de stof vooruitlopen, en weeg mee of de gestelde vraag voor de hele
groep interessant en te volgen is.
Een belangrijke rol in de cursus is weggelegd voor de oefenspellen. In mijn visie is het creëren van sociale
interactie binnen de groep een van de belangrijkste taken van de bridgeleraar. Het sociale aspect heeft het
bridgespel groot gemaakt en wie alleen op de computer speelt gaat op termijn toch weer verloren voor het
spel. BIC is een belangrijk instrument om drempelvrees weg te nemen, maar kan geen substituut worden
voor fysieke clubs. De stap naar een ‘echte’ vereniging gaat een stuk gemakkelijker als de leerlingen
onderling aansluiting hebben gevonden. Die aansluiting kan worden bevorderd door oefenspellen in
wedstrijdvorm met wisselende tegenstanders te laten spelen. Dat kan via de ‘Franse’ methode: twee
spellen per ronde en OW gaan een tafel hoger of lager. Iedereen blijft dan in zijn eigen windrichting en
krijgt evenveel ‘te doen’. De oefenspellen zijn overigens volledig toegesneden op de onderwerpen uit de
betreffende les.
5
Software
Zowel bij Flits1 als bij Flits2 is een CD met oefenmateriaal beschikbaar. Aangezien de leerlingen direct al
kunnen spelen op BIC rijst misschien de vraag wat de meerwaarde is van de ondersteunende software.
Om te beginnen zijn de oefenspellen op de CD gecomponeerd; ze hebben een pointe die hoort bij in de les
behandelde onderwerpen. Verder krijgt de leerling tijdens het bieden ‘begeleiding’; als een gekozen bod
foutief is wordt dat gemeld met een toelichting waarom het bod niet goed is.
Maar er is meer. Elk biedonderwerp uit de cursus kan op de CD tot in het eindeloze worden geoefend, met
automatisch gegenereerde problemen. De gebruiker kan bijvoorbeeld de Jacoby transfer net zo lang
oefenen totdat hij de conventie kan dromen. Dit valt te vergelijken met het oefenen van je slagenrepertoire
in tennis door de bal eindeloos tegen een muurtje te slaan. Niet zo leuk als het spelen van een wedstrijd,
wel effectief om je spel te verbeteren.
Tijdsduur
De flitscursus wordt in deze handleiding aangeboden in een lange versie van 12 lessen en een korte
versie van 6 lessen. In de laatste versie wordt er na de eerste les telkens per les een bied- en een
speelonderwerp behandeld. Ik heb er bewust voor gekozen om niet het klassieke pad van ‘eerst spelen,
dan bieden’ te bewandelen. Niet alleen omdat er al een overvloed van dergelijke cursussen op de markt is,
maar vooral omdat dit tot gevolg heeft dat je niet echt snel leert bridgen. Het bieden uitstellen is
verdedigbaar in een traject met leerlingen waarvan je weet dat ze dat geduld kunnen opbrengen. Flits wil
echter ook ongeduldige doelgroepen aanboren.
Biedsysteem
Niet alleen de opzet van de cursus, maar ook het te leren biedsysteem maakt Flits uniek. Ik heb gekozen
voor vijfkaart hoog en zwakke twee, wat bijna vloeken in de kerk is in bridgelesgevend Nederland.
Waarom? Omdat ik een begin wil maken met het dichten van het gapende gat tussen wedstrijdbridge en
recreatiebridge. Zolang leraren en lesboeken een systeem aanleren dat afwijkt van wat in de wereld van
het wedstrijdbridge usance is, wordt dat gat alleen maar groter. En didactisch zie ik geen bezwaren,
integendeel.
Ter onderbouwing:
Vijfkaart hoog
In bridge zijn hoge kleuren belangrijker dan lage kleuren. Het vinden van een achtkaart fit in harten of
schoppen is prioriteit nummer 1 van het bieden. Met vijfkaart hoog wordt de 5-3 fit direct ontdekt, terwijl dat
in standaard Acol voor beginners praktisch onmogelijk is.
Het feit dat de 1♣ opening geen vierkaart garandeert is minder bezwaarlijk dan sommige didactici willen
doen voorkomen. Neem het steunen. Allereerst wordt met een fit in een lage kleur sowieso al doorgezocht
naar een fit in een hoge kleur. Daarnaast leren de cursisten dat 1♦-1SA logischerwijs een klaverkleur toont
(anders was 1♥, 1♠ of 2♦ geboden). Nu geldt voor 1♣-1SA hetzelfde.
Ik heb overigens niet de intentie om beginners regelmatig 1♣ te laten openen op een driekaart of
doubleton. Sterker nog, in de handleiding staat geen enkel spel waarin ze dat moeten doen. En ook op
BIC zal dat in het eerste leerjaar niet gebeuren. Dat specifieke onderdeeltje van de biedtheorie is van later
zorg.
Zwakke twee
Een zwak punt in beginnerscursussen is het focussen op honneurpunten en het verwaarlozen van de
waarde van lange kleuren. Flits brengt daar verandering in. Gedurende het hele boek wordt er op
gehamerd dat lange kleuren een geweldige meerwaarde zijn, mits die kleur troef wordt. En dat je er dus
veel aan gelegen moet zijn om dat te bewerkstelligen. Het aanleren van de zwakke twee en zwakke
sprongvolgbiedingen ondersteunt dat. Daarnaast is een groot voordeel van deze afspraak dat alle
sprongbiedingen in het hokje ´preëmptief´ terecht komen.
6
Toelichting:
1.
West Noord Oost
1♣
Zuid
3♦
2.
West Noord Oost
1♥
Zuid
3♦
Het is voor een beginner uitermate lastig om te begrijpen en te onthouden dat 3♦ in biedverloop 1 zwak is
en in biedverloop 2 sterk. In Flits zijn alle sprongbiedingen zwak. Hoe hoog je biedt hangt af van a) de
lengte van je kleur en b) hoe hoog je durft.
Niet iedereen zal er even blij mee zijn dat ik op pagina 134 suggereer dat je in een dolle bui 3♣ mag
openen op een zeskaart, omdat 2♣ niet als zwakke twee beschikbaar is. Het is echter wel de kijk op het
bridgespel die ik flitslezers wil meegeven: niet blind regeltjes volgen maar ook durven experimenteren.
Tot slot
De discussie of vijfkaart hoog geschikt of ongeschikt is voor beginners is in mijn ogen een
achterhoedegevecht. Bij een eerste cursus is het enige wat telt dat de leerlingen het spel leuk gaan
vinden. In het verleden stond de leraar er wat dat betreft grotendeels alleen voor. Bridge in een flits in
combinatie met Berry’s Internet Club is de ultieme poging om op dat cruciale gebied ondersteuning te
bieden. Het lesboek straalt plezier uit, en ook dat het spel niet té serieus moet worden genomen (in dat
kader is de foto op de achterflap bewust gekozen). En Berry’s Internet Club wordt de komende jaren
uitgebouwd tot het mooiste dat er wereldwijd beschikbaar is op het gebied van online bridge voor de
beginnende bridger. Ik hoop van harte dat ik ook u met uw leerlingen daar kan begroeten!
Berry Westra
7
BERRY’S INTERNET CLUB
In Bridge in een flits is een belangrijke rol weggelegd voor Berry’s Internet Club (BIC). De bedoeling is dat
de leerlingen daar vanaf dag 1 in wedstrijdvorm spelen. Zij kunnen een gratis proefaccount van zes weken
nemen op de Toekomstclub, precies de duur van een compacte flitscursus. Daarna zijn ze hopelijk voor
het spel gewonnen.
Op de toekomstclub kan de beginnende bridger dagelijks een toernooi spelen van 8 spellen. Daarin
worden zijn resultaten alleen vergeleken met die van andere beginnende bridgers. Binnen de
toekomstclub worden de eerstejaars en tweedejaars leerlingen van elkaar gescheiden. Elke speler moet
na twee jaar vanuit de toekomstclub doorstromen naar de wedstrijdclub of de nog op te richten
recreatieclub. Naast het dagtoernooi van 8 spellen zijn er regelmatig speciale toernooien, zoals een Berry
Challenge, waarin de cursist het tegen mij persoonlijk kan opnemen.
Binnen de toekomstclub spelen de leraren een belangrijke rol. Zij kunnen ‘klassen’ aanmaken. De leerling
kan zich aanmelden bij een docent, die hem/haar vervolgens in een klas plaatst. Op het ‘prikbord’ kunnen
leerlingen vragen stellen, die indien gewenst alleen zichtbaar zijn voor leraar en klasgenoten. Zelfs de
wedstrijden kunnen binnen de eigen klas worden gespeeld, dus zonder de scores van andere leden mee
te tellen (een topintegraal uitslag is dan opvraagbaar). De klas kan dus als onafhankelijke entiteit binnen
de toekomstclub fungeren.
Naast klaslokalen zullen er op termijn ook ‘demonstratiekamers’ worden ontwikkeld, waar op het gebied
van lesgeven nog veel meer mogelijk zal zijn.
Uiteraard zal het spelen op BIC vragen bij de leerlingen losmaken. Ook vragen in de trant van ‘waarom
doet de computer dit of dat?’ Daarom is het van belang om iets van de werking van het
computerprogramma Jack (de ‘engine’ achter BIC) te weten.
Jack is een programma dat werkt op basis van ‘simulatie’. Hij genereert handen die passen bij bied- en
spelverloop en kiest vervolgens voor het bod of de kaart die hem volgens de simulaties de meeste punten
oplevert. Hij volgt dus niet altijd ‘regeltjes’. Wel heeft hij een ‘biedboek’. In de beginfase van het
biedverloop volgt hij dat boek. Zodra hij echter ‘out of book’ is, bepaalt hij aan de hand van zijn simulaties
de te ondernemen actie. Dit kan soms van de gebaande paden afwijken. Op de toekomstclub zal dit
nauwelijks aan de orde zijn, omdat de spellen zijn geselecteerd op eenvoud en Jack binnen zijn ‘biedboek’
blijft. Maar na een biedfout van de cursist kan het bieden ontsporen, zoals het voorbeeld op pagina 139
van Flits1 illustreert.
Ook tijdens de speelfase wil Jack zo goed mogelijk scoren en kan hij om die reden afwijken van regeltjes
en richtlijnen die de leerling heeft geleerd. Op zich is dat niet erg; beginners kunnen wat mij betreft niet
vroeg genoeg meekrijgen dat bridge meer is dan het volgen van regeltjes. Bovendien is de computer
nadrukkelijk niet onfeilbaar. Ook Jack kan niet door de kaarten heenkijken. Het is gewoon een sterke
speler, die vaak goede en soms foute beslissingen neemt.
Tot slot zij nadrukkelijk vermeld dat de spellen op BIC niet zijn uitgezocht op instructieve waarde. Het kan
dus zijn dat goed bieden of spelen niet wordt beloond. Op de toekomstclub wordt gewoon wedstrijdbridge
gespeeld en het leven van een bridger kan nu eenmaal hard zijn…
8
LES 1: DE REGELS
De naam ‘flits’ dekt de lading van de cursus. Na de eerste les kunnen de leerlingen al gaan oefenen op een
internet club. In wedstrijdvorm! Het is eigenlijk het tegenovergestelde van de belastingdienst: makkelijker
kunnen we het niet maken, wel leuker...
Deze introductieles verloopt in vier stappen. Voornaamste doel is om de leerlingen warm te maken voor het
spel. In dat kader kan na elke stap ter verluchtiging een leuke anekdote over het spel worden verteld. De vier
onderstaande verhaaltjes zijn geschikt voor mensen die nog niet kunnen bridgen. Een advies: doe dit alleen
als het vertellen van luchtige verhalen je redelijk ‘natuurlijk’ afgaat.
Waar gebeurd
Het bridgespel in zijn huidige vorm bestaat pas sinds 1925. Grote promotor van het spel in de begintijd
was Ely Culbertson, Amerikaan met Russische roots. Culbertson zag regelmatig kans om bridge op de
voorpagina's van kranten te krijgen. Soms werd hij daarbij een handje geholpen. Zoals door het
echtpaar John en Myrtle Bennett. Die speelden in 1929 een partijtje thuisbridge tegen een bevriend stel.
De stemming tussen de echtelieden was al niet best toen John Bennett down ging in een maakbaar
contract. Dit kwam hem op wat geschamper van zijn echtgenote te staan. In een vlaag van woede reikte
Bennett naar de overkant van de tafel om zijn partner bij de blouse te pakken en een paar tikken te
verkopen. Myrtle verdween snikkend naar de slaapkamer. Even later verscheen ze weer, met een
damespistooltje in de hand. Met een paar welgemikte schoten hielp ze haar echtgenoot naar de andere
wereld.
De rechtszaak werd een spektakel. De officier van justitie zette in op moord met voorbedachte rade. De
jury vond het echter een ´crime passionnel´ en sprak Myrtle vrij. Dit verhaal klinkt nu misschien nog vrij
ongelofelijk maar over een jaar begrijpen jullie het volkomen…
Etiquette
In elke sport zijn er spelers die de grenzen van het toelaatbare opzoeken. Dus ook bij bridge. Neem het
kijken in de kaarten van een tegenstander. Doe je het of doe je het niet als de gelegenheid zich
aandient? De een wil er niets van weten, de ander pikt zo'n voordeeltje stilzwijgend mee. En dan is er
nog de categorie die ze eerst bekijkt en dan het slachtoffer waarschuwend toespreekt: "Mevrouw, u
moet uw kaarten voor u houden, ik kan ze bijna zien." Hoe hypocriet kun je zijn. Nee, neem dan de
topspeler met de reputatie dat hij 'ogen op steeltjes' had. Hij speelde tegen twee dames, waarvan er een
bij het sorteren haar kaarten nogal ver van zich af hield. Haar partner zag het en sprak vermanend:
"Marie-Louise, houd je kaarten voor je."
Waarop onze held sprak: "Marie-Louise, het is te laat."
Bekvechten
Napraten over een spel doen bridgers graag. Bij voorkeur direct. En sommige partners wrijven je maar al
te graag onder de neus wat je fout hebt gedaan. Er zijn dan twee mogelijkheden: een andere partner
zoeken of er de draak mee steken. Zoals een Nederlandse topspeler toen ik hem tijdens een toernooi in
de wandelgangen vroeg hoe het ging: "Ja, goed. Ik krijg op elk spel les, ook nooit weg natuurlijk".
Mop
Komt een man te biecht bij de pastoor. Op enig moment vraagt hij: ‘’Eerwaarde, ik maak mij zorgen. Als
fanatiek bridger vraag ik me af: wordt er in de hemel wel gebridged?” De pastoor antwoordt: “Poeh, geen
idee eigenlijk. Maar ik zal het navragen zodra ik weer contact heb met boven.”
Twee weken later komt de man weer te biecht. Aan het einde zegt de pastoor langs zijn neus weg: “Over
dat bridgen in de hemel, ik heb goed nieuws en slecht nieuws. Het goede nieuws: ja, er wordt gebridged.
Het slechte: je staat op de deelnemerslijst voor de wedstrijd van aanstaande dinsdag.”
9
Stap 1

Introductie kaarten  kleuren + volgorde

Aantal spelers (4), de windrichtingen (NOZW)

Het verloop van de slagen  de winnaar speelt voor

De plicht om te bekennen
Na uitleg van deze vier punten wordt het eerste spel gespeeld. Het gaat er alleen maar om dat alles volgens
de spelregels verloopt. Het is nog even ‘ieder voor zich’.
Iedereen zal wel een paar slagen maken. Het spel
wordt verder niet besproken.
♠ A87
♥ H107
♦ VB3
♣ 10763
♠ HVB
♥ 842
♦ 10965
♣ A84
N W O Z ♠ 10654
♥ AV3
♦ H87
♣ B52
♠ 932
♥ B965
♦ A42
♣ HV9
Stap 2a

Bridge is een spel van koppels  NZ tegen OW

Doel is om samen zo veel mogelijk slagen te maken  pak dus niet elkaars slagen af.
♠H
♠B
N W O Z ♠4
West speelt ♠B voor, waarop noord de heer speelt.
De slag ligt nu aan NZ. Er is dus voor zuid geen
noodzaak om de aas te spelen. Dat zou ‘overkill’ en
zonde zijn: twee hoge kaarten voor een slag.
♠ A72
Stap 2b

Strategie is heel belangrijk bij bridge. Je moet een plan uitstippelen om zo veel mogelijk slagen te
maken.
Oost begint
♠ VB109876
♥ 76
♦ 32
♣ AH
♠ 54
♥ VB1098
♦ 97654
♣2
N W O Z ♠ 32
♥ 5432
♦ VB108
♣ 543
10
♠ AH
♥ AH
♦ AH
♣ VB109876
De strategie moet zijn om de lange kleur te
ontwikkelen. Als oost dat direct gaat doen maken
OW 11 slagen. Bij de nabespreking kan worden
getoond dat NZ 7 slagen maken als noord mag
beginnen en schoppen voorspeelt.
Stap 3

introductie troefkleur

introductie dummy

introductie uitkomst  voordat de dummy opengaat en gedaan door de speler die voor de dummy zit.
Een aardig probleem om te behandelen:
♣ AV6
♣ HB84
Hoe speel je deze kleur als je hand plus dummy ziet?
Zuid leider, harten troef, west komt uit
Zuid speelt met harten troef en kan alle (!) slagen
maken. Wordt ook wel ‘Grand Slam’ genoemd.
Roger Federer is het nooit gelukt...
♠ 64
♥ H842
♦ A76
♣ HVB2
♠ B972
♥ 103
♦ HVB10
♣ 975
N W O Z ♠ V1085
♥ 95
♦ 952
♣ 10643
♠ AH3
♥ AVB76
♦ 843
♣ A8
Stap 4

Introductie bieden
Leuk bij bridge is dat de spelers zelf mogen bepalen welke kleur troef wordt. Doorbieden dus als je een lange
kleur hebt die je graag troef wilt maken (zie pagina 13).
-
Biedtrap  van laagste bod naar hoogste bod (7SA, Grand Slam!)
gever begint
Met het laagste bod moet je al de meerderheid der slagen maken
bieden moet omhoog  rangorde kleuren
afgelopen na 3x pas  eenmaal andermaal verkocht
West gever.
♠ 62
♥ 953
♦ H9532
♣ 1042
♠ HVB74
♥ 864
♦ 87
♣ AHB
N W O Z ♠ A1093
♥ AB2
♦ AV4
♣ 875
Het is hier absoluut niet van belang hoe het bieden
verloopt, als het maar volgens de regels verloopt.
Als OW met schoppen troef spelen is dat al een
compliment waard. Hoe hoog is niet relevant; de
leerlingen kennen de puntentelling nog niet en weten
dus ook niet dat hoog bieden extra wordt beloond.
♠ 85
♥ HV107
♦ B106
♣ V963
11
Als er nog tijd en energie is kan ter afsluiting gezamenlijk het volgende spel worden bekeken. Het is een spel
dat op de cover stond van het eerste bridgeboek dat ik ooit in handen kreeg. Ik was direct verslingerd aan het
spel.
Zuid speelt zonder troef, west komt uit met ♠10.
♠7
♥ V743
♦ AHV
♣ VB632
N W O Z Hoe moet zuid spelen om negen slagen te maken?
Oplossing: gooi op ♠AHV in de dummy ♦AHV weg!
Heeft wel een hoog ‘don’t try this at home’ gehalte...
Dit voorbeeld toont de schoonheid van het
bridgespel. 99 van de 100 keer is het zeer dom om
hoge kaarten weg te gooien. Maar omdat je bij bridge
zowel je eigen hand als die van je partner (de
dummy) ziet, kun je echt een strategie uitstippelen.
En soms kan dat een hele bijzondere strategie zijn.
♠ AHVB
♥ B10
♦ B10987
♣ 84
Aan het einde van de les wordt Berry’s Internet Club geïntroduceerd. Op deze club kunnen de leerlingen
direct oefenen in wedstrijdvorm. Idealiter kan de leraar via zijn eigen account laten zien hoe inloggen en
spelen verloopt. In het boek staat het uitgelegd op pagina 20-22. Adviseer de leerlingen om dagelijks mee te
doen aan het dagtoernooi, ook als ze geen tijd hebben om alle acht spellen te spelen. Stoppen in het midden
van een toernooi of zelfs in het midden van een spel is geen enkel probleem. Via het vraagteken in de
bidding-box kunnen de leerlingen zich door het bieden laten loodsen (pagina 21).
12
LES 2: DE OPENING
Na een week spelen op Berry’s Internet Club moet er bij de leerlingen nieuwsgierigheid zijn ontstaan naar
de puntentelling. Daar wordt de les dus mee begonnen.
Twee zaken zijn belangrijk:
‐
Het verschil in waardering tussen klaveren/ruiten en harten/schoppen
‐
Het premiestelsel
Met name dat laatste maakt het erg belangrijk om samen met partner te kunnen inschatten hoeveel slagen
er ongeveer gemaakt kunnen worden. Dat gaan we onderzoeken via het bieden. De biedafspraken samen
vormen ons ‘biedsysteem’. Het leren van een biedsysteem kan worden vergeleken met het leren van een
nieuwe taal. Gelukkig is het minder lastig dan Chinees!
Alvorens de eerste biedafspraken te gaan maken wordt eerst wat aandacht besteed aan kaartwaardering.
Allereerst natuurlijk het klassieke tellen van plaatjespunten. Het te leren biedsysteem is daar mede op
gebaseerd. Aan vrijwel alle biedingen wordt een bepaald puntenaantal (of liever: puntenrange) gekoppeld.
Je krijgt dan snel inzicht in de kracht van partners hand.
Eventueel kunnen wat tafeloefeningen worden gedaan met betrekking tot het ‘puntentellen’.
Daarnaast wordt de speelkracht van een lange kleur aangestipt. Mits die troef wordt!
Dan volgen de doelstellingen van het bieden:
‐
Fit vinden van 8 of meer kaarten, bij voorkeur in een hoge kleur
‐
Uitvinden of meer of minder hebben dan 25 punten
Tot slot de eerste afspraken omtrent openen:
‐
Vanaf 12 punten
‐
Langste kleur
‐
Van vijfkaarten de hoogste
‐
Van vierkaarten de laagste
‐
1♥/♠ belooft een vijfkaart
‐
Met alleen vierkaarten in harten en/of schoppen  1♣
‐
15-17 punten met regelmatige verdeling  1SA
Ten opzichte van andere cursussen twee noviteiten, die meer aansluiten op de praktijk van het
wedstrijdbridge: openen vanaf 12 punten in plaats van 13 punten en de afspraak dat 1♥ en 1♠ een vijfkaart
beloven. De reden is gemakkelijk uit te leggen door terug te grijpen naar doelstelling 1: het vinden van een
fit in een hoge kleur. Omdat 1♥ en 1♠ een vijfkaart beloven is er een fit zodra de partner drie of meer
kaarten mee heeft. Lekker snel dus.
Belangwekkend is verder wat we verstaan onder een ‘regelmatige verdeling’: 4333, 4432, 5332. Oftewel
handen zonder korte kleur en met hooguit één tweekaart.
13
OEFENINGEN OPENEN
Opgave
♠76
♥A4
♦HV872
♣H983
Antwoord
1♦
2.
♠HB3
♥AV6
♦H942
♣B52
1♦
3.
♠AV762
♥HB943
♦65
♣A
1♠
4.
♠H76
♥B9542
♦A
♣ V 10 7 4
Pas
5.
♠H762
♥B2
♦B952
♣AHV
1♦
6.
♠64
♥B9653
♦A2
♣AHV4
1♥
7.
♠A65
♥B3
♦HV2
♣ A V 10 4 3
1SA
8.
♠643
♥AH2
♦HV3
♣AH32
1♣
9.
♠B643
♥A H 2
♦HV6
♣984
1♣
10.
♠AB43
♥HV76
♦HV92
♣B
1♦
1.
14
OEFENSPELLEN LES 2
1.
♠A9
♥H65
♦AHV2
♣6542
♠H862
♥ V 10 8 4
♦B6
♣ 10 9 7
N W O Z 2.
♠ V B 10 4 3
♥A92
♦ 10 9 3
♣B8
♠B
♥ B 10 7 6 5 4
♦65
♣ A 10 8 6
♠A842
♥HV3
♦V4
♣V953
♠75
♥B73
♦8754
♣AHV3
West
pas
Noord
1SA
pas
Oost
pas
pas
♠HV765
♥A92
♦HB83
♣7
N
W O Z
♠ 10 9 3
♥8
♦ A 10 9 7 2
♣HB42
Zuid
3SA
West
4♠
Noord
pas
Oost
1♠
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Noord bezit 16 punten met een 4432 verdeling. Daarmee
wordt 1SA geopend. Zuid heeft tien punten mee. De
gezamenlijke handen bevatten minstens 10 + 15 = 25
punten, dus er kan een manche worden gespeeld.
Bieden
Oost is met 13 punten sterk genoeg om te openen. Hij
begint met zijn langste kleur. West heeft een vierkaart
schoppen mee. Dat wordt dus de troefkleur. Aangezien er
genoeg punten zijn voor de manche, wordt het 4♠.
Spelen
Oost komt uit met schoppen. Doel is om in die kleur
genoeg slagen te maken om 3SA down te spelen. Noord
is echter eerst aan de beurt. Na het uitspelen van de hoge
ruiten en klaveren komt in beide kleuren de vierde lage
kaart vrij. De leider maakt één schoppen, vier ruitens en
vier klaveren.
Spelen
Zuid heeft verschillende opties bij de uitkomst. Niet zo gek
is ♥8. Je hoopt dan dat er snel een tweede ronde harten
wordt gespeeld, zodat je kunt troeven. De leider kan dat
voorkomen door na het winnen van de eerste slag de
troeven bij zuid weg te spelen.
Resultaat: 4♠ +1 (elf slagen).
Resultaat: 3SA precies gemaakt (negen slagen).
3.
♠HB7
♥V963
♦A83
♣ 10 7 6
♠864
♥ A 10 2
♦HV76
♣AH2
N W O Z 4.
♠A92
♥875
♦ B 10 2
♣9843
♠HB76
♥V83
♦V965
♣92
♠953
♥ A H 10 2
♦B4
♣V854
♠ V 10 5 3
♥HB4
♦954
♣VB5
West
1SA
Noord
pas
Oost
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Zuid heeft onvoldoende punten om de bieding te openen.
Voor west ligt dat anders. Met 16 punten en een 4333
verdeling is 1SA de juiste opening. Oost weet op basis
van zijn eigen puntenbezit dat de gezamenlijke handen
niet sterk genoeg zijn voor de manche. Hij past.
Spelen
Tegen een SA-contract is het meestal goed om met je
langste kleur uit te komen. Noord start dus met harten. De
leider moet aan de slag met de ruitenkleur. Zodra ♦A is
verdreven kan hij in die kleur slagen maken.
♠A
♥B974
♦ 10 8 7 2
♣ H B 10 3
N
W O Z
♠ V 10 8 4 2
♥65
♦AH3
♣A76
West
pas
pas
pas
Noord
pas
2♠
Oost
pas
pas
Zuid
1♠
pas
Bieden
West, noord en oost hebben onvoldoende punten om te
openen. Als zuid ook past wordt er niet gespeeld (heet
een ‘rondpas’). Zuid opent echter met 1♠. Noord heeft een
mooie schoppenfit en mag daarom een voorzichtig
steunbodje doen. De manche is echter te hoog gegrepen.
Spelen
West begint met ♥A in de hoop in die kleur meerder e
slagen te kunnen oprapen. Het blijft bij ♥AH. De leider
gaat zo snel mogelijk proberen de troeven bij OW weg te
halen.
Resultaat: 1SA precies gemaakt (zeven slagen).
Resultaat: 2♠ +1 (negen slagen)
15
5.
♠84
♥AB63
♦HVB2
♣H92
♠ H 10 6 2
♥V874
♦87
♣ 10 8 6
N W O Z 6.
♠AVB75
♥H92
♦64
♣A74
♠765
♥A93
♦6432
♣753
♠ V 10 8 3
♥B75
♦ H 10 7
♣A94
♠93
♥ 10 5
♦ A 10 9 5 3
♣VB53
West
2♠
Noord
1♦
???
Oost
1♠
♠B94
♥ V 10 6 4
♦VB8
♣H82
N
W O Z
♠AH2
♥H82
♦A95
♣ V B 10 6
Zuid
2♦
West
pas
Noord
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1SA
Bieden
Leuk spel waarin beide partijen bieden. Noord opent de
bieding met 1♦, de laagste van zijn twee vierkaarten.
Hierna ontstaat een biedgevecht waarbij het interessant is
om te zien wie het hoogst durft te bieden.
Bieden
Ditmaal is het zuid die met 17 punten en een regelmatige
verdeling 1SA kan openen. Noord heeft bij lange na niet
voldoende punten om aan een manche te denken. Het
bieden is dus snel afgelopen.
Spelen
NZ kunnen met ruiten troef negen slagen maken. Het
bieden van 3♦ is dus verantwoord. OW zouden daar
overheen kunnen gaan met 3♠. Dat contract gaat echter
down.
Spelen
West start met schoppen, zijn langste kleur. De leider
moet met de klaverkleur aan de slag. Als hij er in slaagt
om in die kleur twee slagen binnen te halen maakt hij zijn
contract.
Resultaat: 3♦ contract (NZ) of 2/3♠ -1/-2 (OW).
Resultaat: 1SA Contract (zeven slagen)
7.
8.
♠932
♥A74
♦HB952
♣B8
♠AH76
♥HV92
♦A4
♣762
N W O Z ♠V85
♥ 10 5
♦ 10 8 6
♣AHV93
♠HVB92
♥96
♦A75
♣H43
♠6
♥A432
♦H842
♣AVB7
♠ B 10 4
♥B863
♦V73
♣ 10 5 4
West
1SA
pas
Noord
pas
pas
Oost
3SA
Zuid
pas
pas
Bieden
West heeft een SA-verdeling met 16 punten en opent met
1SA. Voor oost is de verleiding groot om de klaverkleur te
bieden. Noodzakelijk is dat echter niet. Wie recht op het
doel af gaat biedt 3SA, de kortste weg naar de
manchepremie!
♠5
♥ B 10
♦ V 10 9 6 3
♣ 10 9 6 5 2
N
W O Z
♠ A 10 8 7 4 3
♥HV875
♦B
♣8
West
1♣
pas
Noord
1♠
pas
Oost
pas
pas
Zuid
4♠
Bieden
West heeft 14 punten, voldoende om 1♣ te openen, de
laagste van zijn drie vierkaarten. Noord heeft een mooie
vijfkaart schoppen en ziet graag schoppen troef worden.
Hij biedt 1♠. Dit klinkt zuid als muziek in de oren. Met een
dergelijk overweldigende schoppensteun is het niet zo
gek om de manche te proberen. Veel troeven zijn veel
slagen!
Spelen
Noord start met ruiten zijn langste kleur. De leider moet na
♣AHV niet vergeten de vierde en vijfde klaveren van oost
te verzilveren. Ook de schoppenkleur kan in zijn geheel te
gelde worden gemaakt.
Spelen
Noord zal weinig moeite hebben om elf slagen te maken.
Meer dan ♣A en ♥A hoeft hij niet te verliezen. De troeven
doen hun werk volop.
Resultaat: 3SA +1 (tien slagen).
Resultaat: 4♠ +1 (elf slagen).
16
LES 3: AFSPELEN
In deze les draait het om het afspel. De belangrijkste basistechnieken passeren de revue.
Oprapen van slagen
Alles draait om de regel ‘honneur(s) van de korte kant eerst’. Wat extra voorbeelden:
1
♠H8743
2.
♥HV2
3.
♦V2
4.
♣H7632
♠AV6
♥AB65
♦AH853
♣AVB5
Belangrijk is dat vaste slagen in korte kleuren niet worden opgeraapt (zie pag. 48 van het boek).
Bij het oprapen van lengteslagen blijkt hoe belangrijk ‘tellen’ is. Dit hoeft minder energie te kosten dan het
lijkt. Een kleur bestaat uit 13 kaarten, nooit meer en nooit minder.
Je ziet hoeveel kaarten je samen hebt met dummy en kunt op basis daarvan uitrekenen hoeveel kaarten
de tegenpartij in die kleur heeft:
♠76
♠AHV53
OW hebben zes schoppens. Die zitten verdeeld over twee spelers. Mogelijke zitsels: 3-3, 4-2, 5-1. Bij 3-3
komen de vierde en vijfde schoppen vrij. Speel ♠A, ♠H en ♠V. Als oost en west in de derde ronde nog
bekennen zat de kleur 3-3 en zijn ♠5 en ♠3 vrij. En anders niet.
Extra voorbeelden:
1.
♠7632
2.
♥H4
3.
♦H83
4.
♣A2
♠AH954
♥AV9653
♦AVB76
♣HV43
In 1. heb je een 2-2 zitsel nodig voor vijf slagen,
in 2. een 3-2 zitsel voor zes slagen,
in 3. lukt vijf slagen bijna altijd (alleen 5-0 niet) en
in 4. lukt vier slagen nooit.
Ontwikkelen van slagen
Het ontwikkelen van slagen is het belangrijkste onderdeel van het spelen. Vaste slagen oprapen kan
iedereen. Dankzij het zicht op de dummy kun je goed inschatten in welke kleur(en) er slagen zijn te
ontwikkelen. Daarbij is het van belang om geen goedkope slagen aan de tegenpartij te schenken.
♦H872
♦VB65
Hier moet een hoge ruiten worden gebruikt om de aas te verdrijven.
17
Belangrijk is dat de leerlingen zich realiseren dat naast plaatjes ook lengteslagen ontwikkeld kunnen
worden. Nog wat voorbeelden.
1.
♠873
2.
♥V7
3.
♦H83
4.
♣V76
♠ 10 9 6 4 2
♥ B 10 8 4 2
♦A762
♣HB832
In 1. zijn bij een 3-2 zitsel twee lengteslagen te ontwikkelen,
in 2. kun je met een beetje geluk drie slagen ontwikkelen,
in 3. is er een lengteslag mogelijk als de ontbrekende ruiten 3-3 zitten en
in 4. kun je twee klaverplaatjes plus twee lengteslagen ontwikkelen.
Naar de honneur(s) toespelen
Dit is een belangrijk onderwerp. Zeer nuttig om naast elkaar te zetten:
1.
♠876
2.
♥B76
3.
♦A76
4.
♣A76
♠HV2
♥HV2
♦V843
♣ V B 10 3
In 1. moet je trachten om tweemaal naar heer-vrouw toe te spelen,
in 2. kun je een honneur voorspelen.
In 3. moet je een kleine ruiten naar de aas spelen en dan een kleintje richting de vrouw.
In 4. speel je ♣V voor om de heer te ‘vangen’.
18
OEFENSPELLEN LES 3
1.
♠AB5
♥V3
♦A954
♣A762
♠V976
♥9874
♦HVB
♣ 10 3
N W O Z 2.
♠ 10 8 4
♥A65
♦ 10 8 3
♣HVB9
♠HB8
♥B9842
♦ V B 10
♣B9
♠ 10 6 5
♥HV3
♦H76
♣A753
♠H32
♥ H B 10 2
♦762
♣854
West
pas
Noord
1SA
Oost
pas
♠A43
♥A75
♦A43
♣H842
N
W O Z
♠V972
♥ 10 6
♦9852
♣ V 10 6
Zuid
pas
West
3SA
Noord
pas
Oost
1SA
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Noord toont met 1SA 15-17 punten. Zuid telt daar zijn
zeven punten bij op en komt tot maximaal 24 punten
samen, te weinig voor de manche.
Bieden
Oost heeft 15 punten, precies genoeg om 1SA te openen.
West weet dat er genoeg punten zijn voor de manche en
verhoogt naar 3SA.
Spelen
Oost komt uit met klaveren. De werkkleur voor de leider is
harten. Als eerste wordt ♥V gespeeld, honneur uit de
korte kant eerst. In schoppen kan worden gesneden op de
vrouw door vanuit zuid een kleine schoppen te spelen en
in noord de boer te leggen.
Spelen
Zuid komt uit met schoppen of eventueel met ruiten, in
ieder geval een van zijn twee lange kleuren. De werkkleur
van de leider is klaveren; daar kan hij een lengteslag in
ontwikkelen. Dat moet meteen gedaan worden.
Resultaat: 1SA +1 (acht slagen, drie hartens, drie
schoppens, een klaveren en een ruiten)
3.
♠B973
♥AV72
♦84
♣HVB
♠ H 10 4
♥H6
♦ V B 10 9
♣9852
N W O Z Resultaat: 3SA precies gemaakt (negen slagen, drie
klaveren, drie harten, twee ruiten en een schoppen)
4.
♠A82
♥ B 10
♦7532
♣ 10 7 6 3
♠ V 10 8 4 3
♥76
♦ H 10 9
♣H92
♠B72
♥AHB
♦A65
♣V753
♠V65
♥98543
♦AH6
♣A4
West
pas
pas
Noord
4♥
Oost
pas
Zuid
1♥
pas
Bieden
Zuids hartenkleur ziet er wat zielig uit, maar 1♥ is toch
echt de juiste opening. Noord heeft een fit en voldoende
punten om naar de manche te gaan.
Spelen
West start met ruiten. De juiste aanpak van de troefkleur
is klein vanuit zuid en op ♥6 van west in dummy de vrouw
leggen. In klaveren moet eerst ♣A gespeeld worden,
honneur van de korte kant eerst. Interessant is wat je
weggooit op de derde hoge klaveren van noord. Dat moet
een schoppen zijn, want ♦6 kun je in noord troeven.
♠AH
♥V92
♦V8732
♣ 10 8 6
N
W O Z
♠965
♥ 10 8 5 4 3
♦B4
♣AB4
West
1SA
pas
Noord
pas
pas
Oost
3SA
Zuid
pas
Bieden
West heeft de punten en de verdeling voor een 1SA
opening. Oost heeft de punten om naar 3SA te gaan.
Spelen
Noord start met een kleine schoppen (goed te zien valt dat
♠V ‘zonde’ is). Ruiten is de werkkleur en er moet naar ♦V –
de losse honneur – worden toegespeeld. Speel ♦2 naar
♦A en dan ♦5 richting de vrouw.
Resultaat: 3SA precies gemaakt (negen slagen, vier
ruitens, drie hartens en twee schoppens)
Resultaat: 4♠ +1
19
5.
♠AH4
♥8652
♦HV8
♣A97
♠ 10 9 3 2
♥94
♦ A 10 7
♣B854
6.
♠V87
♥ H V B 10
♦B94
♣ 10 6 2
N W O Z ♠B7
♥ 10 5 2
♦A832
♣ H 10 9 5
♠ V 10 8 3
♥AHB
♦H65
♣642
♠B65
♥A73
♦6532
♣HV3
West
pas
Noord
1SA
pas
Oost
pas
pas
♠AH642
♥864
♦974
♣AV
N
W O Z
♠95
♥V973
♦ V B 10
♣B873
Zuid
3SA
West
4♠
Bieden
Noord telt 16 punten en heeft een SA-verdeling, hij opent
met 1SA. Zuid telt zijn tien punten op bij de 15-17 punten
van partner komt tot minimaal 25 punten samen. Hij
verhoogt naar 3SA.
Spelen
Oost start met harten. De werkkleur van de leider is ruiten.
Het beste is om naar de honneurs toe te spelen. Neem ♥A
en speel ruiten vanuit zuid. Als west klein legt wint ♦H de
slag. Steek nu over naar ♣H en speel nogmaals ruiten
vanuit zuid. Als west ♦A pakt gaat daar ♦8 onder. Dankzij
het 3-3 zitsel in ruiten komt zuids ♦6 uiteindelijk vrij.
Noord
pas
Oost
1♠
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Oost opent de bieding met zijn langste kleur. West heeft
voldoende punten mee om naar de manche te gaan.
Spelen
De beste uitkomst is ♦V. Als in dummy ♦H gezet wordt
neemt noord ♦A, en als er klein wordt gelegd speelt noord
ook een kleintje in de wetenschap dat partner zuid de slag
gaat winnen. De leider moet snijden op ♣H en snijden op
♥V.
Resultaat: 4♠ precies gemaakt
Resultaat: 3SA precies gemaakt (negen slagen: drie
ruitens, twee schoppens, drie klaveren en een harten).
7.
♠87
♥A74
♦975
♣AV962
♠ V B 10 9 5
♥B83
♦ V 10 6
♣ 10 7
N W O Z 8.
♠62
♥ V 10 6 5
♦HB8
♣B854
♠B64
♥V
♦ B 10 9 4 2
♣ 10 8 7 2
♠753
♥H9842
♦AH
♣V54
♠AH43
♥H92
♦A432
♣H3
West
pas
pas
Noord
3SA
Oost
pas
Zuid
1SA
pas
Bieden
Zuid is met 17 punten sterk genoeg om met 1SA te
openen. Noord verhoogt naar 3SA. Een reden om de
klaverkleur te noemen is er niet; 3SA is een lucratievere
manche dan 5♣.
Spelen
De beste uitkomst is ♠V; wie met de ♠5 begint ziet dummy
de eerste slag met ♠7 maken en dat is pijnlijk. De
werkkleur van de leider is klaveren. Juiste aanpak: ♣H
(honneur aan de korte kant eerst) gevolgd door ♣3 naar
♣A. Dan ♣V en ♣9. Oost maakt ♣B, maar hierna is ♣6 vrij
en bereikbaar via ♥A.
Resultaat: 3SA precies gemaakt (negen slagen: vier
klaveren, twee schoppen, twee harten en een ruiten)
20
N
W O Z
♠AH2
♥ 10 7 6 5 3
♦V8
♣A63
♠ V 10 9 8
♥AB
♦7653
♣HB9
West
1♥
pas
Noord
pas
pas
Oost
4♥
Zuid
pas
Bieden
West heeft 12 punten, precies genoeg om te openen.
Oost heeft voldoende punten om naar 4♥ te verhogen.
Spelen
Noord start met ruiten. De troefkleur moet vanuit oost
worden aangespeeld om harten richting de heer te
spelen. Zuid maakt dan alleen ♥A. Ook in klaveren moet
naar de losse honneur toe worden gespeeld, dus vanuit
oost een kleintje richting de vrouw.
Resultaat: 4♥ precies gemaakt
LES 4: ANTWOORDEN
Deze les gaat over het antwoorden op partners kleuropening. Om te beginnen worden de prioriteiten nog
eens gesteld:
1.
2.
Het vinden van de beste speelsoort.
Uitvinden hoeveel punten we samen hebben.
Belangrijk is dat 2. pas een prioriteit wordt als 1. vaststaat. Dat verklaart het onderscheid tussen bieden
met fit en bieden zonder fit. Zolang de speelsoort nog niet vaststaat wordt het bieden laag gehouden, als
de fit eenmaal gevonden is wordt de puntenkracht zo nauwkeurig mogelijk getoond.
Nog geen fit  zoektocht prioriteit  nieuwe kleur 6 of meer punten
Wel fit  punten prioriteit  steunen: 6-9, 10-11, 12+
Dan zijn er nog wat hobbels te nemen:
1.
2.
3.
Nieuwe kleur op tweeniveau
Het verschil tussen steunen op tweeniveau (6-9 punten) en een nieuwe kleur op tweeniveau (vanaf
10 punten) is uit te leggen aan de hand van de waarde van troeven. Extra troeven betekent extra
speelkracht. Zonder zekerheid van een fit is van groot belang dat je met weinig punten laag blijft,
anders ga je vaak down. Vandaar dat zonder fit 1SA wordt bijgeboden met 6-9 punten als je geen
kleur op eenniveau kunt bieden.
1♥/1♠ antwoord
Goed is om extra te benadrukken dat dit geen vijfkaart belooft. Dat geldt alleen voor de opening.
De klaver’fit’
Als partner 1♣ opent wordt er niet gesteund. In plaats daarvan wordt 1SA (6-9) of 2SA (10-11)
geantwoord. Mits je geen andere vierkaart hebt om te bieden.
21
OEFENINGEN ANTWOORDEN OP PARTNERS OPENING
Opgave
1.
1♠ - ??
2.
1♥ - ??
3.
1♦ - ??
4.
1♦ - ??
5.
1♣ - ??
6.
1♥ - ??
7.
1♣ - ??
8.
1♥ - ??
9.
1♠ - ??
10.
1♠ - ??
22
♠B864
♥982
♦A42
♣B43
Antwoord
2♠
♠B4
♥H83
♦AH96
♣ V 10 8 4
4♥
♠H76
♥A4
♦ H 10 8 2
♣9876
3♦
♠H76
♥9876
♦ H 10 8 2
♣A4
1♥
♠HB872
♥A654
♦76
♣84
1♠
♠AV76
♥8
♦HB82
♣AB63
1♠
♠842
♥V72
♦B83
♣A762
1SA
♠H8
♥6
♦HB7632
♣8543
1SA
♠B5
♥AHV6
♦V983
♣982
2♦
♠6
♥HB762
♦AV983
♣B2
2♥
OEFENSPELLEN LES 4
1.
♠ A 10 9 3 2
♥B6
♦HV32
♣A4
♠H8
♥A542
♦ B 10 8 6 4
♣ H 10
N W O Z 2.
♠74
♥ H 10 8 7 3
♦9
♣V8765
♠B875
♥B764
♦ V 10 6
♣65
♠H942
♥AH
♦A943
♣HV4
♠VB65
♥V9
♦A75
♣B932
West
pas
pas
Noord
1♠
4♠
Oost
pas
pas
♠ 10 3
♥ V 10 8 3 2
♦B75
♣AB9
Zuid
3♠
pas
West
1♦
3SA
Bieden
Noord opent met zijn langste kleur. Zuid heeft een
schoppenfit en steunt dus direct. 3♠ toont 10-11 punten.
Noord zit op de wip om naar de manche te gaan. Een
optimist gaat ervoor!
Spelen
Een goede uitkomst met de oosthand is ♦9. Zodra er een
tweede ronde ruiten wordt gespeeld kun je troeven. De
leider mag het echter niet zo ver laten komen. Hij gaat zo
snel mogelijk de troeven bij OW weg te halen. Het beste is
om de schoppenkleur vanuit zuid aan te spelen om te
kunnen snijden op ♠H. Win de eerste slag met ♦A en speel
♠V van tafel. Als west klein legt doet noord hetzelfde. Legt
west ♠H, dan neemt noord natuurlijk ♠A.
Resultaat: 4♠ C
3.
Noord
pas
pas
♠V83
♥86
♦ B 10 8 3
♣AV32
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: Met 18 punten is west te sterk voor een 1SA
opening. Hij opent 1♦, laagste van vierkaarten. Oost moet
10+ punten hebben om 2♣ te antwoorden. Bij ontstentenis
daarvan biedt hij 1SA. West wil tegenover een partner met
6-9 punten wel een manche proberen en biedt 3SA. Merk
op dat west niet op zoek hoeft te gaan naar een 4-4 fit
schoppen; met een vierkaart schoppen had oost 1♠
geantwoord.
Spelen: Zuid komt uit met zijn langste kleur, harten.
Klaveren is de werkkleur van de leider en die moet
worden aangespeeld vanuit oost. Steek over naar ♠A en
speel klaveren richting de heer. Als die houdt ga je met ♠V
weer naar de oosthand om klaveren richting de vrouw te
spelen. Zo maakt zuid in klaveren alleen de aas.
N W O Z 4.
♠H654
♥ H 10 9 5
♦H42
♣B6
♠9842
♥B
♦ A H 10 6
♣B984
♠AB3
♥A7432
♦V9
♣V65
♠A7
♥V43
♦AV965
♣975
Noord
2♦
Oost
pas
1SA
pas
Resultaat: 3SA +2
♠ B 10 9 2
♥AB72
♦7
♣ H 10 8 4
West
pas
pas
♠AV6
♥95
♦H82
♣ 10 8 7 3 2
N
W O Z
Oost
pas
Zuid
1♦
pas
Bieden
Zuid heeft precies genoeg punten om te openen. 2♦ van
noord toont 6-9 punten. Tevens ontkent het een vierkaart
in een hoge kleur, want dan was 1♥ of 1♠ geboden. Zuid
weet dat de gezamenlijke handen minder dan 25 punten
bevatten. Hij past.
Spelen
De beste uitkomst is ♠B. De leider moet snijden op ♦H en
♣H. Dat laatste moet als eerste gebeuren om in dummy te
komen. Pas als je in de noordhand aan slag bent kun je
♦B voorspelen om te snijden op ♦H. En klaveren is de
kleur om mee in dummy te komen.
N
W O Z
♠H65
♥ 10 9 6 5
♦842
♣A72
♠ V 10 7
♥HV8
♦B753
♣ H 10 3
West
1♥
pas
Noord
pas
pas
Oost
2♥
Zuid
pas
Bieden
Na de 1♥ opening van west steunt oost de hartenkleur. 2♥
toont 6-9 punten. Zelfs als oost negen punten heeft zijn er
wat west betreft onvoldoende punten voor de manche. Hij
past.
Spelen
Noord komt uit met ♦A. De leider moet in schoppen
snijden op de vrouw door vanuit oost een kleine schoppen
te spelen en in west de boer te leggen. In klaveren moet
naar de vrouw toe gespeeld worden.
Resultaat: 2♥ precies gemaakt
Resultaat: 2♦ +1
23
5.
♠A9842
♥A43
♦H6
♣V92
♠ 10 7 3
♥ V B 10 6
♦B82
♣A43
6.
♠HV6
♥H85
♦ 10 7 5
♣HB87
N W O Z ♠ 10 8 3
♥H865
♦ V B 10
♣HB4
♠V942
♥B7
♦983
♣A653
♠B5
♥972
♦AV943
♣ 10 6 5
West
pas
Noord
1♠
pas
Oost
pas
pas
N
W O Z
♠AHB6
♥A92
♦AH
♣ 10 9 8 2
♠75
♥ V 10 4 3
♦76542
♣V7
Zuid
1SA
West
1♠
pas
Bieden
Zuid heeft voldoende punten om bij te bieden, maar
onvoldoende punten om 2♦ te antwoorden. De juiste
bijbieding is 1SA: 6-9 punten, geen steun voor partner en
geen kleur die je op het eenniveau kunt bieden. Noord
weet dat er onvoldoende punten voor de manche zijn en
vindt SA een prima speelsoort. Hij past.
Spelen
West komt uit met harten. De leider moet de ruitenkleur te
gelde maken. Dat doet hij door eerst ♦H te spelen en dan
♦6 naar ♦A. Onder ♦V vallen alle ruitens bij OW, waardoor
♦9 en ♦4 ook slagen opleveren.
Noord
pas
pas
Oost
1♣
4♠
Zuid
pas
pas
Bieden
Oost is met 19 punten te sterk voor een 1SA opening. Hij
opent met 1♣ de laagste van zijn vierkaarten. Oost
antwoordt 1♠, een hoge vierkaart moet altijd geboden
worden. Dit legt de schoppenfit bloot. Oost weet dat zijn
partner 6+ punten heeft. Er zijn dus voldoende punten om
een manche te proberen. Hij biedt 4♠.
Spelen
Noord komt uit met ♦V. De leider kan het beste eerst de
troeven weghalen bij NZ en daarna de klaverlengte
ontwikkelen. NZ mogen twee klaverslagen maken, maar
uiteindelijk komt de vierde klaveren vrij.
Resultaat: 1SA precies gemaakt
Resultaat: 4♠ precies gemaakt
7.
♠75
♥HV987
♦9643
♣HV
♠B43
♥ A 10
♦VB87
♣7642
8.
♠ H 10 6
♥42
♦ A 10 5
♣ 10 9 8 5 3
N W O Z ♠953
♥B65
♦ A 10 3
♣ H V 10 6
♠A72
♥HV84
♦VB76
♣B2
♠AV982
♥B653
♦H2
♣AB
West
pas
pas
Noord
2♥
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1♠
4♥
Bieden
Zuid heeft 15 punten, maar geen SA-verdeling. Hij opent
met zijn langste kleur, 1♠. Noord heeft geen schoppenfit
en biedt dus zijn eigen lange kleur. 2♥ is een nieuwe kleur
op tweeniveau en dat belooft 10+ punten. Zuid kan
uitrekenen dat de gezamenlijke handen minstens 25
punten bevatten. Hij biedt 4♥. Meer dan ♥A en ♦A hoeft
noord niet te verliezen.
Spelen
Oost komt uit met klaveren. De leider moet de
schoppenkleur vanuit noord aanspelen om te kunnen
snijden op de heer.
Resultaat: 4♥ +1
24
N
W O Z
♠H86
♥A972
♦842
♣983
♠ V B 10 4
♥ 10 3
♦H95
♣A754
West
1♦
2♥
Noord
pas
pas
Oost
1♥
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
West opent met de laagste van zijn vierkaarten. Oost
heeft een vierkaart die hij op eenniveau kan bieden. 1♥
brengt de hartenfit aan het licht. West steunt derhalve.
Vanwege de minimale puntenkracht (1♦ beloofde al 12+
punten) doet hij dat zo goedkoop mogelijk.
Spelen
Zuid komt uit met ♠V. Belangrijk is de aanpak van de
ruitenkleur. Oost moet tot tweemaal toe naar de honneurs
toe spelen. Dan verliest hij niet meer dan twee
ruitenslagen en maakt hij zijn contract.
Resultaat: 2♥ precies gemaakt
LES 5: UITKOMEN
Tegenspelen is uitermate lastig, omdat de partners moeten samenwerken zonder dat ze elkaars kaarten
zien. Ze kunnen wel trachten te communiceren via de kaarten die ze spelen. Uitkomstafspraken maken we
om partner enig inzicht te geven wat je bezit in de uitgekomen kleur. De basisafspraken op een rijtje:
1.
2.
3.
Van een serie honneurs de hoogste
De laagste van een kleur met een plaatje
De hoogste van kleur zonder plaatjes
Een serie oefeningen om er in te komen:
♦VB972
♦HV6
♦AH43
♦ B 10 9 4
♦V864
♦AV632
♦B976
♦9853
♦65
Lezen
Belangrijk is dat de partner de uitkomst tracht te ‘lezen’. Ook hier wat oefeningen:
A  belooft de heer
H  belooft de vrouw, ontkent de aas
V  belooft de boer, ontkent de heer
B  belooft de tien, ontkent de vrouw
10  belooft de negen, ontkent de boer
♣V64
♣2
♣AB7
Wie heeft ♣H?
♣V64
♣8
♣A B 7
Wie heeft ♣H?
Speelsoort
Bij de keuze van de uitkomst is de speelsoort van belang. Tegen een SA-contract start je doorgaans met je
langste kleur. Tegen troefcontracten heeft uitkomen van series de voorkeur boven uitkomen onder een
plaatje vandaan.
♥VB2
versus ♣ H 8 5 3 2
In een schoppencontract valt ♥V te prefereren boven ♣2
Daarnaast is het uitkomen met een korte kleur aantrekkelijk. Dat geldt met name voor de singleton.
Uitkomen van een doubleton is minder aantrekkelijk, omdat de kans op een aftroever aanzienlijk afneemt.
Partner heeft immers veel minder vaak aas-heer van een kleur dan alleen de aas.
De regel dat in een SA-contract bij een uitkomst van een lange kleur met een serie van twee plaatjes met
een kleintje wordt uitgekomen wordt bewaard voor flits2.
25
Ranking the leads
1.
Kleur met een serie plaatjes
2.
Kleur met een los plaatje
3.
Kleur zonder plaatjes
Toevoegingen:
SA  langste kleur
Troef  eventueel met korte kleur (singleton)
Biedverloop
Tot slot kan nog worden aangestipt dat het niet aantrekkelijk is om met een door de tegenpartij geboden
kleur uit te komen.
West Noord Oost
Pas
Pas
1♥
pas
pas
pas
Zuid
1♦
1SA
West kan het beste een keuze maken tussen schoppen en klaveren.
26
OEFENSPELLEN LES 5
1.
♠H84
♥76
♦HB872
♣AHB
♠ 10 6 5 2
♥A853
♦A5
♣854
N W O Z 2.
♠B73
♥ V B 10 4
♦943
♣ V 10 6
♠A7
♥ 10 6 5
♦98765
♣A96
♠86
♥B943
♦VB4
♣ H 10 4 2
♠AV9
♥H92
♦ V 10 6
♣9732
West
pas
Noord
1SA
pas
Oost
pas
pas
N
W O Z
♠ H V B 10 2
♥AH2
♦H3
♣VB3
♠9543
♥V87
♦ A 10 2
♣875
Zuid
3SA
West
1SA
pas
Bieden
Een 5332 is een SA-verdeling, dus opent noord met 1SA.
Zuid heeft voldoende punten om naar de manche te gaan.
Spelen
Oost komt uit met ♥V, de hoogste van zijn serie. Zodra de
leider in dummy ♥H zet neemt west met de aas. OW
maken vier hartenslagen en daarna nog ♦A.
Resultaat: 3SA -1
Noord
pas
pas
Oost
1♠
3SA
Zuid
pas
pas
Bieden: Na de 1♠ opening heeft west voldoende punten
om bij te bieden. Zonder fit voor partner wordt het 1SA (2♣
toont 10+ punten). Oost weet nu dat zijn partner 6-9 punten
heeft. Aangezien er geen schoppenfit is verhoogt hij naar
3SA.
Spelen: Noord komt uit met ♦9 om een plaatje te
ontkennen. Toch moet zuid na het maken van ♦A ruiten
doorspelen. Het vrijspelen van partners lengte kan ook
slagen opleveren. De leider drijft zo snel mogelijk ♠A er uit.
Aan slag met ♠A speelt noord een derde ronde ruiten, voor
♦V van west. De leider heeft nu acht slagen (vier
schoppens, twee ruitens en twee hartens) en heeft dus nog
een klaverslag nodig om 3SA te maken. Zodra hij echter
klaveren speelt pakt noord ♣A om ♦8 en ♦7 op te rapen.
Resultaat: 3SA -1
3.
♠872
♥ H 10 3
♦ A B 10 8
♣H84
♠ H 10 6 5 3
♥842
♦76
♣B65
N W O Z 4.
♠V94
♥B975
♦H43
♣ V 10 9
♠V
♥A975
♦98542
♣ A 10 6
♠AB76
♥HV32
♦AHV6
♣8
♠AB
♥AV6
♦V952
♣A732
West
pas
pas
Noord
3SA
Oost
pas
Zuid
1SA
pas
Bieden
Wederom twee SA-verdelingen tegenover elkaar en
voldoende punten voor de manche. Het juiste biedverloop
is 1SA-3SA.
Spelen
West komt uit met ♠3, kleintje belooft plaatje. Oost moet
♠V spelen, anders kan zuid de slag winnen met ♠B. De
leider kiest ruiten als werkkleur en neemt de snit op ♦H.
Die zit mis. Aan slag met ♦H speelt oost schoppen door,
waarna west vier slagen in die kleur kan oprapen.
N
W O Z
♠ H 10 8 5 3
♥ B 10 8 4
♦♣VB53
♠942
♥6
♦ B 10 7 3
♣H9742
West
1♦
4♠
Noord
pas
pas
Oost
1♠
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
West opent met de laagste van zijn drie vierkaarten. Oost
heeft voldoende punten om te antwoorden en biedt zijn
langste kleur als eerste. De fit is gevonden en west gaat
met 19 punten direct naar de manche.
Spelen
Tegen een troefcontract is het aantrekkelijk om met een
korte kleur uit te komen. Zie wat er mogelijk is als zuid met
♥6 start. Noord wint de slag met ♥A en speelt harten terug,
getroefd door zuid. Als zuid nu klaveren speelt maakt
noord ♣A en speelt hij nogmaals harten, wederom
getroefd door zuid! Oost zit er bij en kijkt er naar…
Resultaat: 3SA -1
Resultaat: 4♠ -1
27
5.
♠AHB43
♥64
♦94
♣HVB2
♠7
♥ A V 10 2
♦ 10 8 2
♣ 10 8 7 4 3
N W O Z 6.
♠982
♥9853
♦V7653
♣A
♠ A 10 4
♥ B 10 8 4 3
♦ A 10 6
♣ 10 9
♠HVB65
♥AH5
♦97
♣B54
♠ V 10 6 5
♥HB7
♦AHB
♣965
West
pas
Noord
1♠
pas
Oost
pas
pas
N
W O Z
♠32
♥V97
♦V85
♣HV832
♠987
♥62
♦HB432
♣A76
Zuid
4♠
West
1♠
Pas
Bieden
Noord opent met zijn langste kleur en zuid is sterk genoeg
om naar de manche te verhogen.
Spelen
Oost komt uit met ♣A. Dat maakt de weg vrij voor een
klaveraftroever. Nu partner nog even bereiken. Gezien de
dummy gaat dat niet lukken in ruiten. Oost speelt dus
harten na. Als west vervolgens klaveren terugspeelt
kunnen OW een feestje gaan bouwen.
Resultaat: 4♠ -1 of -2
Noord
pas
pas
Oost
Pas
1SA
Zuid
pas
pas
Bieden
Oost komt een puntje te kort om 2♣ te mogen antwoorden
op de 1♠ opening van west. Hij antwoordt dus 1SA. De
westhand telt 14 punten, te weinig om tegenover
maximaal negen punten bij partner naar de manche te
gaan.
Spelen
Zuid heeft geen serie ruitenplaatjes en komt dus uit met
♦2. Noord doet als derde man wat hij kan en neemt ♦A.
Het ruitennaspel ziet zuid met genoegen tegemoet: als
oost ♦V speelt pakt hij de heer en als oost een kleintje
bijspeelt is de boer hoog genoeg. In beide scenario’s
rapen NZ vijf ruitenslagen op. Daarnaast maken ze nog
♣A en ♠A.
Resultaat: 1SA -1
7.
♠HV75
♥VB74
♦H9
♣H65
♠B9632
♥9
♦B74
♣ B 10 9 2
8.
♠ 10 8
♥832
♦A8532
♣AV7
N W O Z ♠HVB
♥87
♦H8432
♣986
♠A72
♥V9654
♦A5
♣VB2
♠A4
♥ A H 10 6 5
♦ V 10 6
♣843
West
pas
pas
Noord
4♥
Oost
pas
Zuid
1♥
pas
Bieden
De 1♥ opening van zuid legt direct de fit in die kleur bloot
en er zijn voldoende punten om een manche te proberen.
N
W O Z
♠984
♥AHB2
♦ B 10 7 6
♣H3
♠ 10 6 5 3
♥ 10 3
♦V9
♣ A 10 7 5 4
West
1♥
pas
Noord
pas
pas
Oost
4♥
Zuid
pas
Bieden
Na de 1♥ opening van west heeft Oost voldoende punten
om naar 4♥ te gaan.
Spelen
Uitkomen van een serie heeft de voorkeur boven
uitkomen onder een plaatje vandaan. West start dus met
♣B. Omdat oost met ♣A achter de heer van dummy zit
kunnen OW de eerste drie klaverslagen maken. ♦A is
vervolgens goed voor de downslag.
Spelen
Qua uitkomst heeft ♠H duidelijk de voorkeur boven ♦2 of
♣9. West neemt ♠A, haalt de troeven weg bij NZ en speelt
dan ♣H om de aas te verdrijven. Zuid speelt schoppen
door, de uitkomstkleur van partner. Noord maakt slagen
met ♠B en ♠V en uiteindelijk maken NZ ook nog een
ruitenslag.
Resultaat: 4♥ -1
Resultaat: 4♥ -1
28
LES 6: IN GESPREK
Dit is een pittige les, maar nodig om de leerlingen definitief ‘aan het bridgen’ te krijgen. Hierna kunnen ze
namelijk op eigen kracht naar een eindcontract bieden. Bij het oefenen op Berry’s Internet Club is het dan
ook de bedoeling dat ze zelf gaan bieden, of op zijn minst eerst zelf bedenken wat ze zouden bieden
alvorens op het vraagteken te klikken.
Heel belangrijk is het begrip ‘verdeling’. Zolang er geen fit is bepaalt de verdeling namelijk de herbieding.
Er zijn drie typen verdelingen:
1.
SA-verdeling  4333, 4432, 5332
2.
Tweekleurenspel  5-4, 5-5, 6-4, etc.
3.
Eenkleurenspel  6322, 6331, 7-3-2-1, etc.
Het driekleurenspel blijft voorlopig buiten beschouwing.
Wat voorbeelden die gebruikt kunnen worden:
♠H76
♥V32
♦B84
♣AH65
SA-verdelingen
♠84
♥V32
♦AB42
♣HVB3
♠976
♥AHB32
♦V93
♣H2
♠AV932
♥8
♦HB652
♣A3
Tweekleurenspellen
♠AV932
♥8
♦HB654
♣A3
♠AV93
♥8
♦HB6542
♣A3
♠64
♥HV3
♦V8
♣AHB765
Eenkleurenspellen
♠6
♥HV3
♦V92
♣AHB765
♠64
♥HV3
♦8
♣AHB7652
Algemene idee van de herbieding is dat met een SA-verdeling SA wordt herboden, met een
eenkleurenspel de kleur wordt herboden en met een tweekleurenspel de tweede kleur wordt geboden.
29
OEFENINGEN BIEDEN ZONDER FIT
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
30
Opgave
♠6
♥AV764
♦HB32
♣A65
♠64
♥HV82
♦AB73
♣H84
Antwoord
2♦
1♥ - 1♠
??
1SA
1♦ - 1♠
??
2♥
♠65
♥AHB762
♦H83
♣V2
1♥ - 2♦
??
♠H82
♥65
♦AVB
♣AHV76
1♣ - 1♥
??
♠HV76
♥6
♦A43
♣AHV92
1♣ - 1♥
??
♠B64
♥AH82
♦H763
♣V2
1♦ - 2♣
??
♠B864
♥A3
♦8
♣AHB762
1♣ - 1♥
??
♠932
♥B
♦AH2
♣AHB982
1♣ - 1♥
??
2SA
2♠
2SA
1♠
3♣
Met fit
Als partner een kleur heeft geboden waar je vier kaarten in hebt is het gemakkelijk: steunen! Hoe hoog
hangt af van de puntenkracht:
12-14  zo goedkoop mogelijk
15-17  met sprong
18-19  de manche
OEFENINGEN BIEDEN MET FIT
1.
2.
3.
Opgave
♠9843
♥AH6
♦H82
♣VB6
Antwoord
2♠
1♣ - 1♠
??
3♦
♠64
♥A6
♦AV94
♣AV763
1♣ - 1♦
??
♠62
♥VB84
♦AHB
♣AH64
1♣ - 1♥
??
4♥
31
Tweede bijbod
Hier moet de leraar de focus niet leggen op wat er geboden moet worden, maar op wat partner heeft
aangegeven. Wanneer de antwoorder tot zich laat doordringen wat zijn partner hem heeft verteld, volgt het
juiste eindbod vanzelf. Bij onderstaande oefeningen moet telkens de hand van noord worden ‘ingevuld’,
qua puntenkracht en verdeling.
OEFENINGEN TWEEDE BIJBOD
1.
2.
3.
4.
Opgave
Noord
1♦
1SA
Noord
1♦
2♦
Noord
1♦
3♥
Noord
1♥
2SA
Antwoord
12-14 punten, SA-verdeling
Zuid
1♥
Zuid
1♥
12-14 punten, zeskaart ruiten
Zuid
1♥
15-17 punten, vierkaart harten
Zuid
1♠
18-19 punten, SA-verdeling
BIEDOEFENINGEN
Opgave
West Noord Oost
1♦
pas
Pas
2♣
pas
Zuid
1♠
??
♠H843
♥854
♦V92
♣V76
2.
West Noord Oost
1♣
pas
Pas
1SA pas
Zuid
1♥
??
♠AV7
♥HVB2
♦64
♣ B 10 8 4
Partner heeft SA-verdeling met
12-14 punten  3SA
3.
West Noord Oost
1♦
pas
Pas
2SA pas
Zuid
1♠
??
♠HB7632
♥6
♦843
♣A76
Partner heeft 18-19 punten met
SA-verdeling  4♠
4.
West Noord Oost
1♣
pas
Pas
2♣
pas
Zuid
1♥
??
♠AH76
♥B9432
♦76
♣84
Partner heeft zeskaart klaveren
met 12-14 punten  pas
5.
West Noord Oost
1♣
pas
Pas
2♠
pas
Zuid
1♠
??
♠ H B 10 3
♥84
♦A92
♣H653
Partner heeft schoppensteun en
12-14 punten  3♠ laatste poging
voor de manche!
1.
32
Antwoord
Partner heeft 5-4  laag blijven
maar wel in beste speelsoort
2♦
OEFENSPELLEN LES 6
1.
♠H82
♥763
♦HV52
♣A96
♠B963
♥B8
♦AB4
♣V854
N W O Z 2.
♠ 10 7 5
♥ H 10 5 2
♦ 10 7
♣ H 10 7 2
♠ 10 7 5
♥ V 10 8 5 2
♦ A 10 5
♣B7
♠H3
♥H964
♦VB92
♣A84
♠AV4
♥AV94
♦9863
♣B3
West
pas
pas
Noord
1♦
1SA
pas
Oost
pas
pas
pas
N
W O Z
♠AV96
♥A3
♦64
♣H9632
♠B842
♥B7
♦H873
♣ V 10 5
Zuid
1♥
3SA
West
1♦
3SA
Noord
pas
pas
Oost
1♣
1♠
pas
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Na de 1♦ opening van noord biedt zuid 1♥ om een 4-4 fit in
die kleur te zoeken. Met 1SA toont noord een
SA-verdeling met 12-14 punten, uiteraard zonder
hartenfit. Zuid weet nu dat 3SA de beste manche is.
Bieden
Oost opent met zijn langste kleur, west biedt van twee
vierkaarten de laagste en oost herbiedt zijn tweede kleur
op eenniveau. West weet nu dat er geen fit is in harten
(oost heeft 1♥ overgeslagen), dus koerst hij naar 3SA.
Spelen
Omdat de hartenkleur door zuid is geboden start oost met
♣2. Cruciaal is de aanpak van de ruitenkleur. De leider
moet ruiten vanuit zuid spelen, naar de ♦HV toe. In harten
moet worden gesneden op de heer.
Spelen
Noord start met ♥2. Klaveren is de werkkleur en daarin
kan west twee lengteslagen ontwikkelen. De juiste
aanpak in schoppen is eerst ♠H en dan ♠3 naar de aas.
Resultaat: 3SA Contract
Resultaat: 3SA precies gemaakt (Contract)
3.
♠65
♥V872
♦A74
♣AH43
♠ A 10 4
♥B93
♦ H V 10 2
♣B92
N W O Z 4.
♠987
♥ 10 6
♦B853
♣ V 10 6 5
♠ A 10 6
♥H7
♦H753
♣B974
♠932
♥B832
♦AV
♣A V 6 5
♠HVB32
♥AH54
♦96
♣87
West
pas
pas
pas
Noord
2♣
4♥
Oost
pas
pas
Zuid
1♠
2♥
pas
Bieden
Zuid opent met zijn langste kleur. Noord is sterk genoeg
om een nieuwe kleur op tweeniveau te bieden (belooft
10+ punten). Na de vijfkaart schoppen toont zuid ook de
vierkaart harten. Dit legt de fit bloot en noord verhoogt
naar de manche.
Spelen
West komt uit met ♦H, de hoogste van zijn serie. De leider
moet de troeven bij OW weghalen maar en de
schoppenkleur ontwikkelen door ♠A te verdrijven.
N
W O Z
♠HV7
♥ V 10 9 6 4
♦96
♣832
♠B854
♥A5
♦ B 10 8 4 2
♣ H 10
West
1♣
2♥
Noord
pas
pas
Oost
1♥
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
West opent met de laagste van zijn vierkaarten. Oost
heeft voldoende punten om bij te bieden. 2♥ van west
toont een minimale opening. Oost ziet geen manche zitten
en past.
Spelen
Zuid komt uit met ♦B. De leider probeert de vrouw, maar
de snit zit mis. Meer geluk heeft de leider in de zwarte
kleuren. In schoppen kunnen twee slagen gemaakt
worden door naar de honneurs toe te spelen en in
klaveren kan gesneden worden op de heer.
Resultaat: 2♥ Contract
Resultaat: 4♥ +1
33
5.
♠HB54
♥H6
♦ A 10 8 4 3
♣HB
♠863
♥ V 10 8
♦V7
♣87432
6.
♠A9
♥B743
♦HB2
♣V965
N W O Z ♠B84
♥H82
♦B873
♣V84
♠972
♥B4
♦AV92
♣AH65
♠ V 10 7 2
♥A952
♦965
♣ A 10
West
pas
pas
pas
Noord
1♦
1♠
4♠
Oost
pas
pas
pas
N
W O Z
♠AH3
♥ V 10 7 6 5
♦H6
♣ 10 7 2
♠ V 10 6 5
♥A93
♦ 10 5 4
♣B93
Zuid
1♥
3♠
pas
West
2♣
3SA
Bieden: Noord heeft 15 punten, maar de verdeling is
geschikter voor 1♦ dan voor 1SA. Zuid biedt de laagste
van zijn twee vierkaarten. Nu kan noord ook zijn tweede
kleur op eenniveau bieden. Zodra de schoppenfit is
gevonden wordt er gas gegeven. Met 3♠ toont zuid 10-11
punten. Noord weet vervolgens dat er voldoende punten
zijn voor de manche.
Spelen: Oost komt uit met ♣5, de enige kleur die niet door
NZ is geboden. De leider verdrijft als eerste troefaas.
Zodra de troeven bij OW zijn weggehaald gaat hij de
ruitenkleur ontwikkelen. Nadat OW twee ruitenslagen
hebben gemaakt zijn noords vierde en vijfde ruiten vrij.
Noord
pas
pas
Oost
1♥
2SA
pas
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Oost heeft precies voldoende punten om te openen. West
mag op tweeniveau antwoorden en biedt de laagste van
zijn twee vierkaarten. Met 2SA toont oost een
SA-verdeling met 12-14 punten. West weet nu dat 3SA
het juiste contract is.
Spelen
Zuid komt uit met ♠5. Harten is de werkkleur van de leider
en hij moet zowel ♥A als ♥H verdrijven. NZ hebben de
schoppenkleur eerder ontwikkeld, maar kunnen niet meer
dan ♥AH en twee schoppenslagen maken.
Resultaat: 3SA Contract
Resultaat: 4♠ Contract
7.
♠ H B 10 5 4
♥65
♦A75
♣942
♠82
♥ V 10 3
♦ H 10 6 4 3
♣ V 10 7
8.
♠A973
♥H97
♦B8
♣H865
N W O Z ♠ 10 6 5
♥H94
♦ 10 4
♣ H 10 8 4 2
♠V942
♥65
♦AHB52
♣AB
♠V6
♥AB842
♦V92
♣AB3
West
pas
pas
Noord
1♠
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1♥
1SA
N
W O Z
♠B3
♥AVB2
♦V987
♣976
♠AH87
♥ 10 8 7 3
♦63
♣V53
West
1♦
1♠
3SA
Noord
pas
pas
pas
Oost
1♥
3♦
pas
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Opening en antwoord spreken voor zich. De 1SA
herbieding van zuid toont een SA-verdeling met 12-14
punten. Noord weet dat er niet voldoende punten zijn voor
de manche en past.
Bieden: Na de 1♦ opening begint oost met het zoeken
naar een hartenfit. 3♦ in de tweede biedronde toont een
ruitenfit met 10-11 punten. West weet nu dat de
gezamenlijke handen 25 of 26 punten bevatten. Een
manche is verantwoord en 3SA is aantrekkelijker dan 5♦.
Spelen
West komt uit met ♦3. De leider laat klein bijspelen uit
dummy en neemt oosts ♦B met de vrouw. In slag twee
wordt ♠V voorgespeeld, honneur uit de korte kant eerst.
De leider maakt vier schoppenslagen, twee ruitenslagen,
♥A en ♣A.
Spelen: Noord komt uit met ♣2. Zuid moet ♣V leggen om
te voorkomen dat west een slag maakt met ♣B. De leider
moet naast vijf ruitenslagen ook drie hartenslagen maken
om aan negen slagen te komen. Dat kan door te snijden
op ♥H. Speel vanuit west harten en leg in oost de vrouw.
Later kun je de snit ‘herhalen’ door nogmaals harten uit
west te spelen en in oost de boer te leggen.
Resultaat: 1SA +1
Resultaat: 3SA Contract
34
LES 7: STRATEGIE
In les 3 is een aanvang gemaakt met het behandelen van de speeltechniek. Dat gebeurde met
speelfiguren in één kleur. In deze les gaan we een stapje verder door naar meerdere kleuren te kijken. Het
maken van een echt speelplan is uitermate lastig voor beginnende bridgers en wordt uitgesteld tot flits 2.
Troeftrekken
Idee achter troeftrekken is dat de tegenpartij jouw hoge kaarten niet kan troeven en dat je zelf wel troeven
over houdt om hun vrije kaarten te troeven. Een voorbeeldspel:
Zuid speelt 4♠ met de uitkomst van ♣6. Je moet
precies drie keer troeftrekken.
♠A876
♥V43
♦H8
♦ H V 10 3
♠ B 10 4
♥ A 10 7 6
♦ A 10 6 5 2
♣6
N W O Z ♠53
♥ H B 10 5
♦943
♣B754
♠HV92
♥92
♦VB7
♣A982
Belangrijk is dat het plan mogelijk moet worden
aangepast bij onverwachte zitsels:
♠B876
♠ 10 9 5 3
N W O Z ♠4
♠AHV2
Zuid begint opgewekt met troeftrekken. Wanneer
oost de tweede ronde niet bekent is duidelijk dat
west vier troeven heeft. Doorgaan met troeftrekken
moet nu heroverwogen worden; je houdt dan zelf
immers ook geen troeven meer over.
Of doorgaan met troeftrekken verstandig is hangt af
van de vraag wat schadelijker is: zelf geen troeven
meer hebben of de tegenpartij kansen geven op
aftroevers. Hangt dus af van het hele spel. Bij
bridge moet je een flexibele geest hebben. Geen
spel is hetzelfde!
Aftroevers aan de korte kant
Voortbordurend op het troeftrekken is het maken van aftroevers op pagina 97 interessant. Alleen
aftroevers aan de korte kant (normaliter de dummy) leveren extra slagen op. Belangrijk is om van te voren
te bedenken hoeveel aftroevers je wilt maken.
1.
♥V84
2.
♥B843
3.
♥B843
4.
♥B8543
♥ A H B 10 6
♥AHV2
♥AHV65
♥AHV76
In 1. Moet je aftroevers in dummy maken voor het troeftrekken. In 2. Kun je na het troeftrekken (3x) een
aftroever maken, als je meer wilt moet je het ervoor doen. In 3. Volstaat bij een 2-2 zitsel twee keer
troeftrekken en houd je dus twee troeven over voor aftroevers. En in 4. Kun je vrijwel altijd beginnen met
troeftrekken; je houdt aan beide kanten drie troeven over.
Voor het op een efficiënte manier tellen van de troeven is het nuttig als de leerlingen pagina 102
doorlezen.
35
Communicatie
Over kunnen steken van hand naar dummy en vice versa is een groot goed. Voorbeeld 3 van pagina 99
kan worden gebruikt om te laten zien hoe je kunt ‘spelen’ met potentiële entrees. Wat extra voorbeelden:
1.
♥AB3
2.
♦HB9
3.
♣V642
♥HV6
♦ V 10 3
♣AHB5
In 1. Kun je een tweede entree in dummy creëren door ♥6 naar ♥B te spelen en ♥H of ♥V over te nemen
met de aas.
Ook in 2. kun je desgewenst tweemaal de dummy bereiken.
3. is leuk om er met zitsel uit te lichten:
♣V642
♣ 10 8 7
♣93
♣AHB5
Je speelt ♣AH en ziet iedereen bekennen. Nu is dit over:
♣V6
♣10
♣♣B5
Door ♣B naar ♣V te spelen maak je van ♣6 een tweede entree!
Hoe belangrijk entrees zijn kan worden geïllustreerd aan de hand van het volgende spel (staat ook
beschreven in flits 2):
♠AB4
♥A764
♦AH82
♣H3
N W O Z ♠ 10 8 7
♥H3
♦652
♣ V B 10 7 2
Een spel dat ik vaak gebruik op clinics. Zuid speelt
3SA (biedverloop: 1♦-1SA-3SA), west komt uit met
♥V.
De meeste leiders laten de eerste slag naar ♥H
lopen en spelen in slag twee klaveren naar de heer.
Wanneer die houdt volgt klaveren voor vrouw en
aas. Hierna is dit over:
♠AB4
♥A76
♦AH82
♣N
W O Z
♠ 10 8 7
♥3
♦652
♣ B 10 7
De klaveren zijn vrij, maar hoe kom je er bij…
Correcte speelwijze: slag 1 ♥A, slag 2 ♣H
(honneur uit korte kant eerst).
36
OEFENSPELLEN LES 7
1.
♠HV6
♥B842
♦AH53
♣76
♠ B 10
♥ H 10
♦ 10 8 6 4
♣B9842
2.
♠9853
♥AV5
♦97
♣ V 10 5 3
N W O Z ♠843
♥ V 10 7 4
♦ 10 3
♣AB97
♠B75
♥86
♦A654
♣V853
♠A742
♥9763
♦VB2
♣AH
West
pas
pas
Noord
1♦
2♥
pas
Oost
pas
pas
pas
N
W O Z
♠AHV92
♥AH3
♦982
♣H2
♠ 10 6
♥B952
♦HVB7
♣ 10 6 4
Zuid
1♥
4♥
West
2♠
pas
Noord
pas
pas
Oost
1♠
4♠
Zuid
pas
pas
Bieden
Noord opent met de laagste van zijn vierkaarten. Zuid
gaat op zoek naar een fit en vindt die. Er zijn voldoende
punten voor de manche.
Bieden
Omdat de 1♠ een vijfkaart belooft mag west steunen vanaf
een driekaart. 2♠ toont 6-9 punten, dus gaat oost naar de
manche.
Spelen
West komt uit met ♠B. Ondanks het gammele troefbezit
moet de leider troef gaan trekken. Zolang OW geen
aftroevers maken verlies je niet meer dan drie troefslagen.
Spelen
Zuid komt uit met ♦H. Als de leider direct de troeven trekt
bestaat het gevaar dat hij een hartenslag verliest. Beter is
om ♥3 te troeven aan de korte troefkant. Dat moet dan wel
voor het troeftrekken gebeuren.
Resultaat: 4♥ C
Resultaat: 4♠ Contract
3.
♠HVB98
♥64
♦AVB
♣HVB
♠76
♥AH73
♦H96
♣ 10 8 3 2
N W O Z 4.
♠542
♥ B 10 9 8
♦ 10 5 3
♣A94
♠ A 10 8 3
♥B87
♦HV94
♣ 10 2
♠976
♥ A 10 6 4 2
♦A
♣A843
♠ A 10 3
♥V52
♦8742
♣765
West
pas
pas
pas
Noord
1♠
4♠
Oost
pas
pas
Zuid
pas
2♠
pas
Bieden: Omdat de 1♠ opening een vijfkaart belooft mag
zuid steunen vanaf een driekaart. Noord heeft aan het
beleefdheidssteuntje genoeg om naar de manche te
gaan.
Spelen: Oost komt uit met ♥B. De leider verliest geen
ruitenslag als hij tweemaal snijdt op ♦H. Daarvoor zijn
twee entrees in dummy nodig en die liggen er in de vorm
van ♠A en ♠10. Troef de derde hartenronde en speel ♠9
naar de tien (wie het breed heeft…). Dan volgt ruiten
vanuit zuid. In noord wordt ♦B gelegd. Als die houdt steek
je over naar ♠A om ruiten naar de vrouw te spelen.
N
W O Z
♠V42
♥HV3
♦865
♣B765
♠HB5
♥95
♦ B 10 7 3 2
♣HV9
West
1♥
pas
Noord
pas
pas
Oost
2♥
Zuid
pas
Bieden
West opent met zijn langste kleur. Omdat 1♥ een vijfkaart
belooft mag oost steunen op een driekaart. West weet dat
de gezamenlijke handen minder dan 25 punten bevatten
en past.
Spelen
Noord komt uit met ♦H. West moet troeftrekken en de
klaverkleur ontwikkelen. De vierde klaveren levert
uiteindelijk een lengteslag op. Merk op dat het maken van
ruitenaftroevers in de hand geen extra slagen genereert;
je maakt nooit meer dan vijf hartenslagen.
Resultaat: 2♥ Contract
Resultaat: 4♠ Contract
37
5.
♠ H 10 5 3
♥ 10 9 2
♦V97
♣ H 10 5
♠8764
♥VB53
♦ 10 4
♣A82
6.
♠B92
♥AH
♦A653
♣V764
N W O Z ♠973
♥AB2
♦874
♣B953
♠65
♥ 10 8 7 5
♦ 10 6 5
♣AV84
♠AV
♥8764
♦HB82
♣B93
West
1♥
pas
Noord
pas
pas
pas
Oost
1♣
1SA
♠ V B 10 8
♥964
♦H92
♣H62
N
W O Z
♠AH42
♥HV3
♦AVB3
♣ 10 7
Zuid
pas
pas
West
pas
pas
Bieden
Oost en west bieden vierkaarten ‘van onderaf’. De 1SA
herbieding van oost toont een SA-verdeling met 12-14
punten en ontkent het bezit van een vierkaart schoppen,
de kleur die op eenniveau geboden had kunnen worden.
West weet dat er geen fit is in een hoge kleur en dat er
onvoldoende punten zijn voor de manche.
Spelen
Zuid komt uit met ♦2 (of eventueel ♥8). De leider moet
♥AH oprapen alvorens over te steken naar ♣A. In dummy
aangeland kunnen ♥VB te gelde worden gemaakt. In
klaveren moet naar de vrouw toe worden gespeeld.
Noord
1SA
pas
Oost
pas
pas
pas
Zuid
1♦
3SA
Bieden
Zuid is met 19 punten te sterk voor 1SA en opent met de
laagste van zijn vierkaarten. Noord heeft geen vierkaart
die hij op eenniveau kan bieden. Dan is 1SA de juiste
bijbieding met 6-9 punten.
Spelen
Oost komt uit met ♠V. De ruitenkleur moet vanuit noord
worden aangespeeld om te kunnen snijden op ♦H, liefst
meerdere malen. De hartenkleur bevat twee entrees.
Noodzakelijk is dan wel dat je ♥3 naar ♥B speelt. Dan
ruiten naar de boer, harten naar de aas en ruiten naar de
vrouw. Omdat de ontbrekende ruitens 3-3 zitten komt ♦3
vrij.
Resultaat: 1SA Contract
Resultaat: 3SA Contract
7.
♠6
♥B65
♦AB8762
♣ 10 5 3
♠H74
♥H98
♦54
♣V9872
8.
♠ A 10 5 3
♥ V 10 7 4
♦ 10 9 3
♣B6
N W O Z ♠B
♥97542
♦B943
♣AHV
♠64
♥AH3
♦HV762
♣984
♠VB982
♥A32
♦HV
♣AH4
West
pas
pas
Noord
1SA
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1♠
3SA
Bieden
Noord heeft net voldoende punten om bij te bieden op 1♠,
maar is niet sterk genoeg om een nieuwe kleur op
tweeniveau te bieden (belooft 10+ punten). Hij antwoordt
1SA. Zuid verhoogt naar 3SA.
Spelen
Oost komt uit met ♥4. Cruciaal is de aanpak van de
ruitenkleur. De leider moet eerst ♦H spelen en dan ♦V
overnemen met de aas. Oosts ♦10 valt onder de boer,
waarna ook ♦8, ♦7 en ♦6 kunnen worden verzilverd.
♠ V 10 5
♥ V B 10 8
♦ 10 8 5
♣ 10 7 6
West
1♦
1SA
pas
Noord
pas
pas
pas
Oost
1♠
4♠
Zuid
pas
pas
Bieden
De 1SA herbieding van west toont een SA-verdeling met
12-14 punten. Oost heeft genoeg punten voor de manche
en wil dolgraag met schoppen troef spelen. Hij biedt 4♠.
Spelen
Zuid komt uit met ♥V. De blokkade in de ruitenkleur is
vervelend, zeker nadat oost in de eerste slag zijn ♥6 is
kwijtgeraakt. Toch is de blokkade niet onoverkomelijk.
Speel in slag twee ♥H en gooi daar ♦A op weg! Dat maakt
de weg vrij voor ♦HV. Een spel met een hoog ‘Don’t try
this at home’ gehalte…
Resultaat: 3SA Contract
Resultaat: 4♠ Contract
38
♠AH98732
♥6
♦A
♣B532
N
W O Z
LES 8: TUSSENBIEDEN
Tussenbieden is een lastig onderwerp dat luchtig behandeld moet worden. Duidelijk gemaakt moet
worden dat er twee goede redenen zijn om je in de bieding te mengen:
‐
‐
Een goede lange kleur die je graag troef maakt
Geen lange kleur, maar wel puntenkracht
Het volgbod
Vanaf een (goede) vijfkaart mag een volgbod gedaan worden. De puntenkracht is van ondergeschikt
belang. Doel is niet zozeer om een manche uit te bieden (het is niet vaak een manche voor jou als de
tegenpartij de bieding opent), maar om de biedstrijd aan te gaan en je lange kleur troef te maken. Om dat
extra te benadrukken heb ik er in deze cursus voor gekozen om alle sprongvolgbiedingen zwak te
maken. Daar zijn twee goede redenen voor. Het is eenvoudiger en sluit meer aan bij het moderne
wedstrijdbridge. Bovendien wordt het belang van het troef proberen te maken van een lange kleur extra
geaccentueerd: hoe meer kaarten je hebt in een kleur, hoe hoger je mag bieden. De reden: je hebt extra
speelkracht als de kleur troef wordt. In principe is dit het schema:
Vijfkaart  volgbod
Zeskaart  sprongvolgbod op tweeniveau
Zevenkaart  sprongvolgbod op drieniveau
Achtkaart  sprongvolgbod op vierniveau.
Een voordeel van dit schema is dat het voor leerlingen onduidelijke verschil tussen 1♥-3♦ (enkele sprong)
en 1♣-3♦ (dubbele sprong) wegvalt. Een (klein) nadeel dat na 1♠ met een zeskaart geen zwak
sprongvolgbod gedaan kan worden. In een later stadium kan dat genuanceerd worden, met name als de
begrippen kwetsbaar en niet kwetsbaar nader worden ingevuld.
1.
♠H75
♥AVB92
♦ B 10 3
♣96
2.
♠962
♥AVB972
♦ B 10 3
♣6
3.
♠96
♥AVB9752
♦ B 10 3
♣6
Na een 1♦ opening voor je neus bied je 1♥, 2♥ en 3♥. Hoe langer je kleur, hoe meer speelkracht met de
betreffende kleur als troef, hoe hoger je durft.
39
OEFENINGEN
Opgave
West Noord Oost
1♥
Zuid
??
2.
West Noord Oost
1♦
Zuid
??
3.
West Noord Oost
1♣
Zuid
??
♠ H V 10 9 7
♥864
♦A9
♣864
1♠
4.
West Noord Oost
1♥
Zuid
??
♠ V B 10 8 7 6 4 2
♥8
♦H7
♣94
4♠
5.
West Noord Oost
1♦
Zuid
??
♠H872
♥ AV B 3
♦96
♣HB2
Nader te bepalen
1.
♠86
♥H93
♦AHB76
♣V92
♠64
♥84
♦AH732
♣AV84
Antwoord
2♦
Pas
Informatiedoublet
De natuurlijke betekenis van een doublet is dat je denkt dat de tegenpartij het geboden contract niet kan
maken. Het is onfortuinlijk dat de eerste serieuze kennismaking met het doublet feitelijk ook de eerste
kennismaking is met een speciale afspraak (conventie). Ter introductie is het dan ook goed om eerst een
voorbeeld van een gewoon (= straf)doublet te geven.
♠A72
♥ V B 10 9
♦952
♣A74
West Noord Oost
pas
3♥
pas
dbl
Zuid
1♥
4♥
West heeft twee azen en twee zekere troefslagen. Hij gelooft niet dat NZ 4♥ kunnen maken.
Wanneer iemand zich afvraagt hoe OW 4♥ kunnen bieden als west dit heeft is dat eenvoudig te pareren
door te wijzen op het troefzitsel:
♥H842
♥A7653
Met deze troefkleur hebben NZ zelden twee hartenverliezers. Dat de hartens 4-0 zitten kunnen zij op
voorhand niet weten.
40
Dan het informatiedoublet. Dat onderwerp is te introduceren door te vertellen dat er geen verplichting is
om alle biedingen op een ‘natuurlijke’ wijze te gebruiken. Je mag er ook speciale betekenissen aan geven.
Wij gaan dat in hoofdstuk 10 ook doen met Stayman en Jacoby. Hier nemen we een voorschotje. Direct na
de opening is de klassieke betekenis van het doublet niet erg nuttig. Het komt hoogst zelden voor dat je de
tegenpartij al in 1♦ denkt te kunnen downspelen. Daarom geven we er een andere betekenis aan. Het
toont openingskracht en vraagt aan partner om zijn langste kleur te bieden. Net als bij een volgbod is het
doel om het biedgevecht aan te gaan, maar ditmaal wil je de keuze van de troefkleur aan partner
overlaten. Enkele voorbeelden, de tegenpartij opent met 1♥:
1.
♠HB72
♥6
♦AV94
♣ A 10 9 3
2.
♠8653
♥A2
♦HV9
♣HB62
Essentie van een informatiedoublet is dat je partner vraagt om een andere kleur te bieden. Logischerwijs
ben je dus kort in de door de tegenpartij geopende kleur. Met de volgende hand wordt geen
informatiedoublet gegeven:
♠6
♥AB72
♦HV84
♣VB73
Met een doublet op 1♥ vraag je partner om een troefkleur te kiezen. Elke kleur moet goed zijn. Hier wil je
niet dat partner schoppen gaat bieden.
Belangrijk om te benadrukken is dat het niet verplicht is om met openingskracht in de bieding te komen. Als
je denkt dat tegenspelen lucratiever is dan zelf spelen, mag je passen met 12+ punten.
Daarnaast kan worden aangestipt dat het informatiedoublet alleen gebruikt kan worden na een
openingsbod van de tegenpartij. ‘Openen’ met een doublet is niet toegestaan en een bod van partner
doubleren evenmin. Samengevat:
Informatiedoublet
‐
Na opening tegenpartij
‐
12+ punten
‐
Steun voor de ongeboden kleuren
‐
Niet mogelijk als opening
‐
Niet mogelijk na een bod van partner
Antwoorden
Over het antwoorden op het informatiedoublet kan de leraar kort zijn: bied je langste kleur.
1.
♠A642
♥64
♦842
♣B972
2.
♠874
♥64
♦842
♣B9742
3.
♠963
♥B32
♦AV92
♣ 10 7 6
Na een 1♦ opening links en een informatiedoublet van partner wordt met hand 1. 1♠ geboden,
met hand 2. 2♣ en met hand 3. 1SA (omdat je geen vierkaart in een ongeboden kleur hebt).
41
Het 1SA volgbod
Tot slot is er nog het 1SA volgbod. Dat belooft net als de 1SA opening 15-17 punten met een SA-verdeling.
♠AV
♥HB72
♦AV32
♣976
Na een 1♥ opening bij de tegenpartij is dit een geschikt 1SA volgbod: 16 punten en een SA-verdeling.
OEFENINGEN
Opgave
West Noord Oost
1♠
Zuid
??
♠64
♥B982
♦AV7
♣AB65
2.
West Noord Oost
1♥
Zuid
??
♠64
♥AB973
♦AH4
♣ B 10 6
pas
3.
West Noord Oost
1♥
dbl
pas
Zuid
??
♠6
♥873
♦B9642
♣H765
2♦
4.
West Noord Oost
1♠
Zuid
??
♠AB2
♥643
♦A7
♣AVB72
1SA
5.
West Noord Oost
1♦
Zuid
??
♠HV92
♥AB73
♦96
♣AH7
dbl
1.
42
Antwoord
dbl
OEFENSPELLEN LES 8
1.
♠86
♥AB4
♦ A V B 10 6 4
♣ 10 3
♠532
♥753
♦975
♣VB64
N W O Z 2.
♠AVB94
♥ 10 9 8 6
♦H2
♣97
♠9875
♥75
♦A75
♣A752
♠ V 10 6
♥H82
♦B8432
♣B8
♠ H 10 7
♥HV2
♦83
♣AH852
West
pas
pas
Noord
1♦
2♦
pas
Oost
1♠
pas
pas
Zuid
2♣
3SA
West
2♥
pas
Spelen
West heeft zijn partner schoppen horen bieden en start
om die reden met ♠5, zijn hoogste om een plaatje te
ontkennen. Oost neemt ♠A en speelt ♠V na om de heer te
verdrijven. Zuid moet leven van de ruitenkleur en probeert
de snit op ♦H. Die zit mis, waardoor oost nog een paar
schoppenslagen kan oprapen. Met dank aan het volgbod!
Noord
3♣
pas
3.
4.
♠8432
♥75
♦ H 10 6 3
♣A54
♠HVB9832
♥6
♦H75
♣84
♠A7
♥ H V 10 8 4
♦ 10 6 4
♣A75
♠AH975
♥A6
♦94
♣H872
West
dbl
Pas
Noord
pas
pas
Oost
2♦
Zuid
1♠
pas
Bieden
Zuid opent met zijn langste kleur. West heeft voldoende
punten om in de bieding te komen, maar geen lange kleur.
Via een informatiedoublet kan hij partner vragen of die zijn
langste kleur wil bieden. Zo wordt de ruitenfit gevonden.
Het is niet verantwoord voor west om na 2♦ door te
bieden; oost moest antwoorden en heeft geen enkele
kracht beloofd.
Spelen
Zuid komt uit met ♠A. Het is een lastig spel, zowel om af te
spelen als om tegen te spelen. Waarschijnlijk verliest de
leider twee schoppens, twee klaveren en ♥A. In dat geval
wordt 2♦ precies gemaakt.
Zuid
2♣
pas
Spelen
Zuid komt uit met ♣H. NZ hebben vijf slagen voor het
oprapen: twee klaveren, twee ruiten en ♠A. 3♥ gaat dus
eentje down. Merk op dat OW in 2♥ afstoppen als NZ niet
bieden.
Resultaat: 3♥ -1
♠ B 10
♥ B 10 8 4 3
♦752
♣VB3
Oost
1♥
3♥
Bieden
Zuid heeft een goede vijfkaart klaveren met 13 punten,
genoeg voor een volgbod op tweeniveau. Omdat 1♥ een
vijfkaart belooft steunt west naar 2♥. Noord op zijn beurt
steunt de klaveren. Oost heeft onvoldoende punten voor
een manchebod, maar wil toch wel erg graag met harten
troef spelen. Hij biedt nog 3♥. Hierna wordt door iedereen
gepast.
Resultaat: 3SA -1
N W O Z ♠H42
♥AVB964
♦V9
♣63
♠AB3
♥ 10 3
♦ H 10 6
♣ H V 10 9 4
Bieden
Oost heeft een goede vijfkaart schoppen, reden genoeg
voor een volgbod. Zuid is sterk genoeg om zijn lange kleur
op tweeniveau te bieden. Noord toont zijn lange
ruitenkleur door het herbieden van 2♦. Zuid heeft
voldoende punten voor de manche en met een fit in een
lage kleur heeft 3SA de voorkeur boven 5♦.
♠V6
♥HV92
♦AVB8
♣ 10 9 6
N
W O Z
N
W O Z
♠ 10 5 4
♥752
♦A83
♣ V B 10 2
♠6
♥AB93
♦VB92
♣H963
West
1♥
pas
Noord
3♠
Oost
pas
Zuid
pas
Bieden
Noord wil dolgraag met schoppen troef spelen. Met een
zevenkaart mag na de 1♥ opening naar 3♠ worden
gesprongen; dat toont weinig puntenkracht, maar heel
veel troeven. Het snoert iedereen de mond. Mission
accomplished.
Spelen
Bij de uitkomst kan oost kiezen tussen ♥7 (partners kleur)
en ♣V (hoogste van een serie). De leider gaat zo snel
mogelijk ♠A verdrijven en troeftrekken. Daarna ontwikkelt
hij de ruitenkleur.
Resultaat: 3♠ Contract
Resultaat: 2♦ Contract
43
5.
♠HVB72
♥ H 10 8
♦A7
♣ 10 9 8
♠965
♥972
♦V964
♣A65
N W O Z 6.
♠ A 10 3
♥AB4
♦HB82
♣VB3
♠AH7
♥952
♦ 10 6
♣B7432
♠ V 10 6 5
♥ 10 8 4
♦V8532
♣8
♠84
♥V653
♦ 10 5 3
♣H742
West
pas
Noord
1♠
pas
Oost
1SA
N
W O Z
♠B93
♥AV
♦A974
♣ H 10 9 5
♠842
♥HB763
♦HB
♣AV6
Zuid
pas
West
pas
pas
Bieden
Oost heeft 16 punten met een SA-verdeling, geschikt voor
een 1SA volgbod. Zowel zuid als west is niet sterk genoeg
om iets te bieden. En aangezien ook noord is uitgepraat
(1♠ toonde al 5+ schoppens met 12+ punten) blijft het bij
1SA.
Spelen
Zuid kan het beste uitkomen met partners lange kleur: ♠8.
Een hoge schoppen van noord verdrijft de aas. Ruiten is
de werkkleur van de leider. Aan slag met ♦A kan noord
vier schoppenslagen oprapen. Genoeg om 1SA down te
spelen is dat echter niet.
Resultaat: 1SA Contract
Noord
2♥
Oost
1♣
pas
Zuid
1♥
pas
Bieden: Oost opent met de laagste van zijn vierkaarten.
Zuid wil zich in de biedstrijd mengen en doet dat met 1♥,
de kleur waarin hij een vijfkaart heeft. Noord heeft drie
hartens mee en dan mag er gesteund worden. Wat als
zuid zwakker is en je down gaat in 2♥? Dan kunnen OW
ongetwijfeld wel een contract maken.
Spelen: West start met ♣8 in de hoop op een aftroever.
Oost moet zich realiseren dat partner geen klaverplaatje
heeft en ♣AV dus bij zuid zitten. Om die reden doet hij als
derde man niet wat hij kan. Zuid wint de eerste slag met
♣V en steekt over naar ♠A om de troefkleur vanuit dummy
aan te spelen. Als oost ♥A pakt en klaveren speelt, maakt
west een aftroever. Ruitennaspel is voor de aas en er
volgt nog een klaveraftroever. Mooi tegengespeeld!
Resultaat: 2♥ Contract
7.
♠ B 10 7 5
♥7
♦ 10 9 2
♣AB963
♠84
♥AVB942
♦74
♣542
N W O Z 8.
♠V9632
♥85
♦AB3
♣ H V 10
♠A842
♥A765
♦8
♣AV96
♠HV
♥B
♦ A H 10 9 7
♣HB753
♠AH
♥ H 10 6 3
♦HV865
♣87
West
2♥
Noord
pas
Oost
pas
Zuid
1♦
pas
Bieden: Zuid heeft 15 punten maar geen SA-verdeling.
Hij opent met 1♦. Met een goede zeskaart mag west een
sprongvolgbod doen: weinig punten veel speelkracht als
harten troef wordt. Noord had net genoeg punten om bij te
bieden op 1♦, maar nu het bieden zo hoog wordt
opgeschroefd zegt hij pas. Oost en zuid doen hetzelfde.
Spelen: Noord start met ruiten, de door partner geopende
kleur. De leider neemt ♦A en speelt harten naar de vrouw.
Als die houdt wil hij oversteken naar oost om de snit te
‘herhalen’. Daartoe speelt west klaveren richting de
heer-vrouw in dummy. Met goed afspel verliest west niet
meer dan twee schoppenslag, een hartenslag, een
ruitenslag en een klaverslag.
Resultaat: 2♥ Contract
44
N
W O Z
♠B965
♥ H 10 8 3
♦53
♣842
♠ 10 7 3
♥V942
♦VB642
♣ 10
West
1♦
2♣
pas
Noord
dbl
2♥
Oost
pas
pas
Zuid
1♥
pas
Bieden: West opent met de hoogste van zijn twee
vijfkaarten. Noord heeft een zeer geschikte hand voor een
informatiedoublet: Partner, ik heb openingskracht maar
geen uitgesproken voorkeur voor een troefkleur. Zuid
moet uit de overige kleuren een troefkleur kiezen. Hij biedt
derhalve 1♥. West kan via 2♣ goedkoop zijn tweede kleur
laten horen, waarna noord de harten een keertje steunt.
Hierna is iedereen wel uitgeboden.
Spelen: West komt uit met ♦A of eventueel ♠H. De leider
moet in de troefkleur naar de vrouw toespelen. In klaveren
kan gesneden worden ; ♣H zit gezien de openingskracht
bij west ongetwijfeld voor de vork. Al met al een lastig spel
om te spelen.
Resultaat: 2♥ Contract
LES 9: DEFENSIE
In deze les wat basisvaardigheden voor het tegenspel. De volgende onderwerpen passeren de revue:
Tweede hand laag
Honneur op honneur
Derde man doet wat hij kan
Partners kleur terugspelen
‐
‐
‐
‐
Het beste kan met het laatste worden begonnen. Samenwerking is essentieel voor goed tegenspel. Als
ieder zijn eigen ding gaat doen loop je vaak achter de feiten aan. Het spel op pagina 112 illustreert dat.
Een alternatief voorbeeldspel:
♠H76
♥AV32
♦H6
♣ B 10 9 3
♠ V B 10 9 2
♥ 10 8 6
♦754
♣A4
N W O Z ♠853
♥B95
♦ V B 10 9 2
♣H6
West komt tegen 3SA uit met ♠V. De leider wint in
de hand en speelt klaveren, voor de heer van oost.
Als oost nu zijn eigen kleur (ruiten) inspeelt heeft de
leider zijn klaverkleur als eerste vrijgespeeld.
Speelt oost schoppen door, dan winnen OW de
temposlag en maken zijn drie schoppenslagen en
twee klaverslagen.
♠A4
♥H74
♦A83
♣V8752
De ‘regels’ uit deze les zijn overigens niet meer dan richtlijnen. Wanneer je kunt ‘zien’ dat er in de
uitkomstkleur geen toekomst zit hoef je er uiteraard niet mee door te gaan.
♦ H B 10 8
♦2
♦A 6
West start tegen een SA-contract met ♦2, voor boer en aas. Hier valt te zien dat er in ruitens verder niets te
halen valt. Nu verleg je je aandacht naar een andere kleur.
♦76
♦V
♦A94
Harten is troef en west komt uit met ♦V. Je ‘weet’ dat zuid ♦H heeft en dat de dummy de derde ruitenronde
kan troeven. Er zit dus weinig toekomst in ruiten.
De positie
Voorafgaande de bespreking van ‘tweede hand laag’ en ‘derde man doet wat hij kan’ is het nuttig om de
positionering aan tafel even te bespreken en dan met name het feit dat die per slag kan wisselen. Met zuid
als leider is west als uitkomer ‘eerste man’ en oost ‘derde man’. Als zuid de eerste slag wint, is west in de
volgende slag ‘tweede man’ en oost ‘vierde man’. Etcetera.
45
Tweede hand laag
De voorbeelden in het boek spreken voor zich. Uiteraard geldt ook hier dat er uitzonderingssituaties zijn.
De belangrijkste: speel met een serie honneurs een kaart van je serie als je daarmee een slag kunt
vastleggen.
♥ A 10 3
♥VB7
♥52
♥H9864
Wanneer zuid een kleine harten voorspeelt moet west ♥B inleggen om zich te verzekeren van een
hartenslag. Wie ♥7 bijspeelt maakt geen slag als de leider onverhoopt ♥10 in dummy zet.
Van de andere kant bekeken:
♣73
♣ A 10 6 4 2
♣VB5
♣H98
Idem als er een kleine klaveren uit dummy wordt gespeeld.
Honneur op honneur
Honneur op honneur (stelt nooit teleur…) heeft als doel de leider te dwingen meerdere hoge kaarten te
gebruiken voor het winnen van één slag. Je hoopt dat jij of je partner dan een slag maakt met een lagere
kaart. Uiteraard bestaan ook voor deze richtlijn uitzonderingen, maar het gaat te ver om die nu al te
belichten.
Derde man doet wat hij kan
De derde man is als laatste van zijn partij aan de beurt. Wanneer zijn partner een kleintje heeft
voorgespeeld is het zijn plicht om een zo hoog mogelijke kaart bij de leider er uit te dwingen. Wie dat niet
doet geeft goedkope slagen weg. Wat extra voorbeelden:
1.
2.
♦864
♦2
3.
♦B63
♦AB7
♦4
♦864
♦H7
♦3
♦B92
In alle gevallen wordt de hoogste ruiten bijgespeeld.
Uiteraard moet de regel wel met beleid worden gevolgd:
1.
2.
♣V76
♣V76
♣8
♣HB4
♣2
♣AB4
Wanneer in 1. klein wordt gelegd in dummy speel je de boer, ook daarmee dwing je de aas er uit.
En in 2. kun je bedenken dat de boer de slag gaat winnen. Met dank aan onze uitkomstafspraken!
Tot slot de gebruikelijke uitzonderingen. De derde man doet niet wat hij kan als:
‐
Partner een hoge kaart voorspeelt
‐
Hij niet boven de door dummy gespeelde kaart kan
♥V
♥ 10 6 3
♥ H 8 7 Hier is er geen noodzaak om ♥H te leggen; partners ♥V dwingt de aas er al uit.
♥V4
♥3
46
♥ B 6 5 En hier ligt de slag aan dummy. Geen reden om ♥B op te offeren.
OEFENSPELLEN LES 9
1.
♠H3
♥654
♦ V B 10 6 5
♣A84
♠ V 10 8
♥87
♦A92
♣ V B 10 6 5
N W O Z 2.
♠9742
♥VB92
♦H4
♣932
♠B983
♥A87
♦ 10 9 4
♣A72
♠H54
♥B65
♦AB853
♣93
♠AB65
♥ A H 10 3
♦873
♣H7
West
pas
pas
Noord
pas
3SA
Oost
pas
pas
N
W O Z
♠AV7
♥H93
♦V6
♣B8654
♠ 10 6 2
♥ V 10 4 2
♦H72
♣ H V 10
Zuid
1SA
pas
West
1♦
pas
Bieden
Zuid heeft 15 punten met een SA-verdeling. Hij opent met
1SA. Met tien punten mee verhoogt noord
direct naar 3SA. Het bieden van de ruitenkleur dient geen
doel; noord wil niet naar 5♦.
Spelen
West komt uit met ♣V. Zuid wint met de heer en speelt
ruiten, zijn werkkleur. West legt klein en oost maakt ♦H.
Oost moet nu klaveren doorspelen. Dit verdrijft ♣A en
maakt drie klaveren vrij bij west. Die kan hij oprapen zodra
hij met ♦A aan slag komt.
Noord
pas
pas
Oost
1♣
1SA
Zuid
pas
pas
Bieden
Oost opent de bieding met 1♣. Na het 1♦ antwoord is 1SA
de juiste herbieding: SA-verdeling, 12-14 punten, geen
vierkaart in harten of schoppen. West weet dat de
gezamenlijke handen samen hooguit 23 punten bevatten.
Hij past.
Spelen
Zuid komt uit met ♥2. Noord doet als derde man wat hij
kan en wint de slag met ♥A. Het hartennaspel ontwikkelt
de vrouw bij zuid, of de leider ♥H nu neemt of duikt.
Wanneer oost op enig moment ♦V voorspeelt moet zuid
dekken met de heer.
Resultaat: 3SA -1
Resultaat: 1SA -1
3.
♠874
♥V876
♦ A V 10 2
♣A5
♠V65
♥AB2
♦87
♣ V 10 8 6 4
N W O Z 4.
♠ B 10 9 3
♥ 10 5
♦B65
♣HB92
♠H8653
♥432
♦H65
♣43
♠A9
♥AH5
♦A987
♣ B 10 9 8
♠AH2
♥H943
♦H943
♣73
West
pas
pas
pas
Noord
1♥
4♥
Oost
pas
pas
Zuid
1♦
2♥
pas
Bieden
Zuid opent de bieding met de laagste van zijn vierkaarten.
Noord gaat met 1♥ op zoek naar een fit in de hoge kleur.
Na 2♥ is noord sterk genoeg om voor de manche te gaan.
Spelen
Oost komt uit met ♠B. Als de leider in slag twee een kleine
harten van tafel speelt moet west ♥2 bijspelen. Noord
maakt ♥V, maar daarna zit west nog met ♥AB achter de
heer. Uiteindelijk verliest noord een klaverslag, een
schoppenslag en twee troefslagen.
Resultaat: 4♥ -1
N
W O Z
♠B42
♥V76
♦ V B 10 4 3
♣A2
♠ V 10 7
♥ B 10 9 8
♦2
♣HV765
West
1SA
pas
Noord
pas
pas
Oost
3SA
Zuid
pas
pas
Bieden
West heeft 16 punten met een SA-verdeling en oost
voldoende puntenkracht om linea recta naar de manche
te gaan.
Spelen
Noord komt uit met ♠3. Als de leider ♠B legt in dummy dekt
zuid met de vrouw. Wordt ♠2 bijgespeeld, dan is ♠10 de
juiste kaart; die is ‘even hoog’ als ♠V. Aan slag met ♠A
steekt de leider met ♥5 over naar ♥V om ♦V voor te
spelen. De snit op ♦H mislukt en nu kunnen NZ vier
schoppenslagen oprapen als noord nogmaals schoppen
onder zijn heer vandaan speelt. Te vinden? Ja, mits je de
eerste slag goed bestudeerd hebt!
Resultaat: 3SA -1
47
5.
♠V972
♥HV
♦B43
♣ H V 10 6
♠65
♥ B 10 9 3
♦AV92
♣A87
N W O Z 6.
♠ 10 3
♥A72
♦ 10 8 6 5
♣9543
♠973
♥82
♦H832
♣VB64
♠8
♥ V 10 7 6 4
♦A75
♣9732
♠AHB84
♥8654
♦H7
♣B2
West
pas
pas
Noord
1♣
2♠
pas
Oost
pas
pas
pas
N
W O Z
♠ H V B 10 5
♥AHB5
♦V6
♣ H 10
♠A642
♥93
♦ B 10 9 4
♣A85
Zuid
1♠
4♠
West
1SA
4♥
Bieden
Noord opent met de laagste van zijn vierkaarten. In
antwoord op de opening biedt zuid zijn langste kleur als
eerste. 2♠ toont steun met een minimale opening. Zuid
gaat echter toch naar de manche.
Spelen
West komt uit met ♥B, voor vrouw en aas. Oost kan aan
de dummy zien dat er in harten verder niets meer valt te
halen. Hij speelt daarom niet partners kleur na. De
ruitenkleur biedt meer perspectief. Ruitennaspel van oost
geeft west twee ruitenslagen op een presenteerblaadje.
Samen met ♣A is dat voldoende voor een down.
Resultaat: 4♠ -1
Noord
pas
pas
Oost
1♠
3♥
pas
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: Oost opent met zijn langste kleur. West heeft
voldoende punten om te antwoorden maar is niet sterk
genoeg om zijn kleur op tweeniveau te noemen. Hij
antwoordt dus 1SA. Oost springt nu naar 3♥ om kracht te
tonen. West heeft een prachtige hartenfit en besluit op
basis van partners kracht de manche te proberen.
Spelen: Zuid komt uit met ♦B. De leider laat klein bijspelen
uit dummy en noord wint de slag met ♦H. Omdat ♦B de
vrouw ontkent weet noord dat die kaart bij oost zit. De
ruitenkleur gaat dus geen tweede slag opleveren. Beter
kan noord zijn heil zoeken in een andere kleur. Klaveren
bijvoorbeeld. Als noord ♣V op tafel legt kunnen NZ twee
klaverslagen maken. En aangezien ♠A ook nog op komst is
gaat 4♥ aldus eentje down. Te hoog geboden? Nee, OW
hebben 25 punten samen, maar het zitsel is ongunstig.
Resultaat: 4♥ -1
7.
♠A43
♥B92
♦863
♣H732
♠H8
♥ V 10 7 4 3
♦952
♣ 10 9 5
N W O Z 8.
♠ V B 10 9 2
♥65
♦A4
♣B864
♠ A 10 7 5 2
♥V3
♦H92
♣865
♠V94
♥AH2
♦B86
♣HVB3
♠765
♥AH8
♦ H V B 10 7
♣AV
West
pas
pas
Noord
1SA
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1♦
3SA
Bieden
Noord kan geen nieuwe kleur op eenniveau bieden en
antwoordt daarom 1SA. Zuid weet nu dat zijn partner 6-9
punten heeft. Hij verhoogt rechtstreeks naar 3SA.
Spelen
Oost komt uit met ♠V. Als west hierop ♠8 bijspeelt gaat de
kleur blokkeren. In het kader van ‘honneur van de korte
kant eerst’ moet west ♠H bijspelen, ook al is dat op het
eerste gezicht zonde. Richtlijn: probeer altijd te zorgen dat
jouw laatste kaart in partners lange kleur een kleintje is.
Zodra ♠H uit de weg is kan oost aan slag met ♦A de hele
schoppenkleur afdraaien.
Resultaat: 3SA -1
48
N
W O Z
♠86
♥8654
♦A743
♣ 10 9 2
♠HB3
♥ B 10 9 7
♦ V 10 5
♣A74
West
1SA
Noord
pas
Oost
pas
Zuid
pas
Bieden
West opent met 1SA. De noordhand is niet mooi genoeg
voor een volgbod op tweeniveau. Aangezien ook oost en
zuid niets te bieden hebben blijft het bij 1SA.
Spelen
Noord komt uit met ♠2. Zuid moet als derde man doen wat
hij kan en ♠H leggen. In slag twee wordt ♠B nagespeeld,
voor vrouw en aas. Noord kan nu de hele schoppenkleur
te gelde maken. Hoe het afloopt hangt af van een aantal
factoren, onder meer van de vraag wat noord naspeelt na
het oprapen van de schoppen.
Resultaat: 1SA C of -1 of -2.
LES 10: DE 1SA OPENING
Het bieden na een 1SA opening is voor de beginnende bridger lastig, omdat de antwoorden geheel
kunstmatig zijn. Ik heb het daarom achter in de cursus geplaatst. Het is een uitdaging om de reden van het
verschil in aanpak tussen bieden na een kleuropening en na een 1SA opening goed over het voetlicht te
krijgen. Cruciale verschil is dat openaar met 1SA direct een nauwkeurig beeld van zijn hand schetst:
‐
‐
15-17 punten
SA-verdeling  4333, 4432, 5332
Hierna weet meestal meteen al of er voldoende punten zijn voor de manche. En regelmatig is voor hem
ook al duidelijk wat de juiste speelsoort is. Kortom, de antwoordende hand moet het heft in handen nemen!
Hij is de ‘captain’ in het partnership.
Wanneer dit duidelijk is beginnen we met het ‘slopen’ van de biedregels zoals die gelden na een
kleuropening, te beginnen met:
♠874
♥B62
♦V953
♣A72
Niks antwoorden vanaf zes punten. Er zijn te weinig punten voor de manche en SA is de juiste speelsoort,
dus zeg je pas.
♠64
♥ 10 8 6 4 3 2
♦6
♣9843
Niks pas, omdat je nul punten hebt. Alleen in een hartencontract is je zeskaart van waarde. Je wilt 2♥
spelen.
♠AB92
♥HV43
♦82
♣ B 10 3
Met deze hand wil je naar de manche. Je weet echter nog niet of het 3SA, 4♥ of 4♠ moet worden. Je wilt
uitvinden of partner een vierkaart in een hoge kleur heeft.
Het is uitermate nuttig om de laatste twee voorbeelden naast elkaar te zetten. In de eerste wil je 2♥ bieden
als eindcontract en in de tweede wil je 2♥ bieden om uit te vinden of partner ook een vierkaart harten heeft.
Dat gaat niet samen. Conclusie: het bieden zoals we dat doen na een kleuropening werkt na een 1SA
opening minder goed.
Gelukkig is er geen verplichting om ‘natuurlijk’ te bieden en daar gaan we gebruik van maken. Hierna volgt
de introductie van Stayman en Jacoby. In flits heb ik Stayman geïntroduceerd als ‘vraaggesprek’: je vraagt
partner om een hoge vierkaart te bieden. Jacoby is een ‘vertelgesprek’ (met dank aan W.F. Hermans!): je
vertelt partner dat je een lange harten- of schoppenkleur hebt.
49
We pakken de voorbeelden er nog eens bij:
♠64
♥ 10 8 6 4 3 2
♦6
♣9843
1SA - 2♦
Je vertelt partner dat je een lange hartenkleur hebt. Hij is verplicht om 2♥ te bieden. Vervolgens zeg je pas.
♠AB92
♥HV43
♦82
♣ B 10 3
1SA - 2♣
Je vraagt partner of hij een vierkaart in harten of schoppen heeft.
OEFENINGEN BIJBIEDEN NA 1SA OPENING
Opgave
1.
1SA -??
2.
1SA - ??
3.
1SA - ??
4.
1SA - ??
5.
1SA - ??
6.
1SA - ??
7.
1SA - ??
8.
1SA - ??
50
♠876
♥VB2
♦A9742
♣H2
Antwoord
3SA
♠H654
♥84
♦B732
♣AH3
2♣
♠ VB763
♥842
♦H72
♣95
2♥
♠V842
♥B76
♦93
♣H652
Pas
♠64
♥ H 10 4 2
♦AB764
♣84
2♣
♠HV7632
♥84
♦96
♣ A V2
2♥
♠62
♥93
♦VB984
♣ 10 7 6 2
Pas
♠B3
♥HVB2
♦H96
♣8743
2♣
Verder bieden
Allereerst het verdere bieden na Stayman. Dit is gewoon een vraag en antwoord spelletje:
1SA - 2♣
2♦
2♥
2♠
geen vierkaart hoog
vierkaart harten
vierkaart schoppen
Meer smaken zijn er niet. Met vier harten en vier schoppen wordt 2♥ geboden.
Na het antwoord bepaalt de antwoorder in principe het eindcontract. Als de les heel soepeltjes verloopt
kan de leraar nog aanstippen dat 2SA en 3♥/♠ (over 2♥/♠) inviterend voor de manche zijn.
♠H872
♥B843
♦A6
♣B65
1SA - 2♣
Na 2♦ bied je 2SA, 2♥ of 2♠ wordt opgehoogd naar 3♥/♠. Beide biedingen nodigen partner uit om naar de
manche te gaan als hij 17 punten heeft.
Na het gebruik van Jacoby past de antwoorder met 0-7 punten; dan is er immers geen manche mogelijk.
Met sterke handen wordt doorgeboden. Dat mag een nieuwe kleur zijn:
♠AV762
♥8
♦HV963
♣75
1SA - 2♥
2♠ - 3♦
Na de vijfkaart schoppen wordt nu ook de ruitenkleur getoond. Partner weet dat je naar de manche wilt,
want anders had je gepast op 2♠.
51
OEFENINGEN
1.
Opgave
West Noord Oost
pas
2.
pas
West Noord Oost
pas
3.
2♣
2♣
pas
West Noord Oost
pas
2♦
pas
Antwoord
2♦
Zuid
1SA
??
♠AHV
♥B82
♦96
♣AB962
Zuid
1SA
??
♠AHV2
♥B832
♦96
♣AV7
2♥
Zuid
1SA
??
♠AV72
♥85
♦HB32
♣AH4
2♥
4.
West Noord Oost
1SA pas
pas
2♥
pas
Zuid
2♣
??
♠H842
♥963
♦AV75
♣V3
3SA
5.
West Noord Oost
1SA pas
pas
2♠
pas
Zuid
2♥
??
♠AV7542
♥84
♦B
♣VB62
4♠
6.
West Noord Oost
1SA pas
pas
2♥
pas
Zuid
2♣
??
♠B863
♥H854
♦V93
♣H6
3♥
7.
West Noord Oost
Zuid
1SA
??
♠VB3
♥HB2
♦HV763
♣A2
3SA
Zuid
1SA
2♠
??
♠H84
♥A6
♦HV42
♣H963
4♠
pas
8.
pas
West Noord Oost
pas
pas
52
2SA
2♥
3SA
pas
pas
OEFENSPELLEN LES 10
1.
♠V843
♥AH
♦AH3
♣8643
♠ H 10 6
♥V9632
♦V84
♣B9
2.
♠B9
♥ 10 7 5
♦ B 10 9 2
♣ H 10 7 5
N W O Z ♠V76
♥V765
♦ A 10 2
♣ B 10 3
♠85
♥B3
♦98754
♣AH96
♠A752
♥B84
♦765
♣AV2
West
pas
pas
Noord
1SA
2♠
pas
Oost
pas
pas
pas
N
W O Z
♠AH3
♥H92
♦HV3
♣V752
♠ B 10 9 4 2
♥ A 10 8 4
♦B6
♣84
Zuid
2♣
4♠
West
2SA
pas
Noord
pas
pas
Oost
1SA
3SA
Zuid
pas
pas
Bieden
Zuid wil na de 1SA opening naar de manche. Opties zijn
3SA of 4♠. Voor dat laatste moet partner een vierkaart
schoppen hebben. Via 2♣ Stayman kan zuid daar naar
informeren.
Bieden
De westhand telt acht punten. Oost toont 15-17 punten.
Tegenover 17 punten wil west wel de manche proberen.
Hij biedt daarom 2SA. Dit nodigt partner uit om 3SA te
bieden als hij maximaal is binnen zijn puntenrange.
Spelen
Oost komt uit met ♦B. De juiste aanpak van de troefkleur
is kleintje naar de aas en kleintje richting vrouw. In
klaveren moet worden gesneden op de heer.
Spelen
Zuid komt uit met ♠B. Ruiten is de werkkleur en die moet
vanuit west worden aangespeeld. Steek over naar ♣A en
speel ruiten naar de heer. Als die de slag wint ga je met
♣H weer naar dummy om ruiten naar de vrouw te spelen.
Omdat onder ♣V de boer valt kun je dummy’s ruitenlengte
nog bereiken door ♣7 naar ♣9 te spelen.
Resultaat: 4♠ C
Resultaat: 3SA +1
3.
♠V42
♥ 10 9 8 7 5 4
♦754
♣6
♠ H 10 7 5
♥B3
♦A96
♣ V B 10 3
4.
♠B6
♥AV2
♦ B 10 8 2
♣H875
N W O Z ♠ H 10 4
♥86
♦ 10 6 5
♣ V B 10 9 2
♠A62
♥AB92
♦H4
♣H874
♠A983
♥H6
♦HV3
♣A942
West
pas
pas
Noord
2♦
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1SA
2♥
N
W O Z
♠B953
♥V4
♦VB872
♣A6
♠V87
♥ H 10 7 5 3
♦A93
♣53
West
1SA
2♥
pas
Noord
pas
pas
pas
Oost
2♣
3SA
Zuid
pas
pas
Bieden
De noordhand is alleen van waarde als harten troef wordt.
Dat is dan ook wat hij na de 1SA opening van zuid wil
bewerkstelligen. Daartoe wordt de Jacoby transfer
gebruikt. Noord biedt 2♦. Dit gebiedt zuid om 2♥ te
zeggen. Vervolgens zegt noord uiteraard pas.
Bieden: Na wests 1SA opening heeft oost voldoende
punten om naar de manche te gaan. 5♦ komt niet in
aanmerking, maar 4♠ wel. Om een eventuele schoppenfit
te ontdekken wordt Stayman gebruikt. West toont met 2♥
een vierkaart harten. Dat was niet het antwoord waar oost
op hoopte. Hij legt nu aan in 3SA. N.B. Merk op dat west nu
kan concluderen dat oost een vierkaart schoppen bezit!
Spelen
West komt uit met ♣V. Zuid neemt ♣A en troeft een
klaveren om harten richting heer te kunnen spelen. De
juiste aanpak van de schoppenkleur is om naar ♠V, de
losse honneur, toe te spelen.
Spelen: Tegen 3SA komt noord uit met ♣V. Ruiten is de
werkkleur. De leider wint de eerste slag met ♣H in de hand
en speelt in slag twee ♦H, honneur uit de korte kant eerst.
Zuid neemt ♦A en speelt klaveren door voor de aas in
dummy. Onder ♦VB vallen alle ruitens bij NZ, zodat ♦87 ook
slagen opleveren. Na het oprapen van de ruiten kan op ♥H
gesneden worden door vanuit oost ♥V voor te spelen.
Resultaat: 2♥ C
Resultaat: 3SA Contract
53
5.
♠V7
♥865
♦ 10 6 5
♣AV942
♠ B 10 9 6 2
♥94
♦AV
♣8753
N W O Z 6.
♠H83
♥ H B 10 7
♦H872
♣ 10 6
♠B64
♥V95
♦A754
♣A95
♠8
♥ H 10 7 6 3
♦ 10 6 2
♣H843
♠A54
♥AV32
♦B943
♣HB
West
pas
pas
Noord
pas
2SA
Oost
pas
pas
N
W O Z
♠AV752
♥A4
♦H93
♣VB2
♠ H 10 9 3
♥B82
♦VB8
♣ 10 7 6
Zuid
1SA
pas
West
2♦
pas
Bieden
Met acht punten wil noord naar de manche als zijn partner
een maximale 1SA opening heeft van 17 punten. Hij biedt
2SA als uitnodiging. Zuid is echter minimaal.
Spelen
West komt uit met ♠B, voor vrouw, heer en aas. De leider
moet het hebben van de klaverkleur. Hij incasseert ♣H en
neemt vervolgens ♣B over met de vrouw, omdat hij
anders nooit meer in dummy komt. Onder ♣A vallen niet
de twee resterende klaveren, maar wie ♣10 in de tweede
ronde heeft zien vallen weet dat ♣9 hoog is en daarna ♣4
vrijkomt. In harten moet worden gesneden op de heer.
Noord
pas
pas
Oost
1SA
2♥
Zuid
pas
pas
Bieden
Na de 1SA opening wil west niet naar de manche. Hij
heeft de keuze tussen pas en 2♦, Jacoby transfer. Dat
laatste is het beste; partner heeft regelmatig drie of zelfs
vier hartens. Op het verplichte 2♥ wordt gepast, de
manche is immers te hoog gegrepen.
Spelen
Zuid komt uit met ♦V. Noord neemt ♦A en speelt ruiten na,
die oost neemt met de heer. Via ♥A, harten naar de heer
en harten na worden alle troeven getrokken. Daarna moet
klaverkleur worden ontwikkeld door ♣A te verdrijven.
Resultaat: 2♥ +1
Resultaat : 2SA contract.
7.
♠B54
♥2
♦AB74
♣ 10 9 5 4 2
♠H6
♥AVB3
♦ 10 8 3
♣AB76
N W O Z 8.
♠AV9873
♥976
♦V9
♣V8
♠HV3
♥AH
♦652
♣A9842
♠9752
♥B862
♦H87
♣B3
♠ 10 2
♥ H 10 8 5 4
♦H652
♣H3
West
1SA
2♠
pas
Noord
pas
pas
pas
Oost
2♥
4♠
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
De 1SA opening belooft een regelmatige verdeling. Oost
weet dus direct dat 4♠ het juiste contract is. Hij gebruikt
echter eerst de Jacoby transfer. Zo wordt west leider, wat
wel eens voordelig kan zijn.
Spelen
Tegen 4♠ start noord met zijn singleton harten. West
neemt ♥H met de aas en speelt ♠H, ♠6 naar de aas en ♠V.
Daarna volgt ♣V, die zuid moet dekken met de heer. Bij
goed tegenspel maken NZ uiteindelijke twee ruitenslagen.
N
W O Z
♠ A 10 8 4
♥ 10 7 5 3
♦A93
♣V6
West
pas
pas
pas
Noord
1SA
2♦
pas
Oost
pas
pas
pas
Zuid
2♣
3SA
Bieden
Na de 1SA opening wil zuid weten of zijn partner een
vierkaart in een hoge kleur heeft. Via 2♣ Stayman kan hij
dat achterhalen. 2♦ ontkent het bezit van een vierkaart
harten of schoppen, waarna zuid aanlegt in 3SA.
Spelen
Oost komt uit met ♦V. Klaveren is de werkkleur van de
leider en hij moet vanuit noord een kleintje richting de
vrouw spelen. Oost mag ♣H maken, maar daarna is ♣V
hoog. In schoppen moeten de heer en vrouw als eerste
worden gespeeld. Omdat de boer valt maak je vier
schoppenslagen.
Resultaat: 4♠ +1
Resultaat: 3SA contract
54
♠B6
♥V94
♦ V B 10 4
♣ H 10 7 5
LES 11: HOOG IN DE BOOM
We zijn bij het laatste hoofdstuk van het boek aangeland. Na deze les is alle basiskennis behandeld. In
Flits 2 worden onderwerpen nader uitgediept en nog wat conventies toegevoegd, maar wie de theorie uit
dit boek beheerst kan gerust aan een bridgewedstrijd meedoen. Helaas staat lezen niet gelijk aan
beheersen. Een nieuwe taal krijg je het snelst onder de knie door hem te spreken. Dat geldt ook voor de
biedtaal. Het is dus oefenen, zo veel je kunt. En ook voor goed spelen en tegenspelen geldt: al doende
leert men. Echt goed leren spelen is nog moeilijker dan echt goed leren bieden. Het duurt een jaar of tien
voor je aan je top zit. Leuk om te weten dat je steeds beter gaat worden!
Deze laatste theorieles gaat over openingen op twee- en drieniveau. Die zijn te sterk (20+ punten) of te
zwak (minder dan 12) voor een opening op eenniveau. We beginnen met de sterke openingen.
2SA opening
Met een SA-verdeling bied je zo snel mogelijk sans-atout. Dit is het schema:
12-14 punten  open met 1♣/♦/♥/♠ en herbiedt zo goedkoop mogelijk SA
15-17 punten  open 1SA
18-19 punten  open met 1♣/♦/♥/♠ en spring daarna in SA
20-22 punten open met 2SA
Na een 2SA opening wordt net als na een 1SA opening gebruik gemaakt van Stayman en Jacoby. Dat ligt
nog vers in het geheugen en hoeft verder niet veel aandacht aan besteed te worden. Hooguit kan worden
aangegeven dat je op basis van de puntenkracht van partner al snel naar de manche kunt.
♠B98432
♥863
2SA - 3♥
♦A92
3♠ - 4♠
♣7
Tegen een partner met 20-22 punten wil je de manche spelen. En de gezamenlijke handen bevatten
minstens acht schoppens.
2♣ opening
2♣ is een conventionele opening. In principe worden alle andere handen van 20+ punten daarmee
geopend. Dus:
-
Handen met een of twee lange kleuren en 20+ punten
Handen met een SA-verdeling en 23+ punten
Op een 2♣ opening mag nooit of te nimmer worden gepast. Openaar staat te popelen om te vertellen wat
hij precies heeft en antwoorder moet hem die ruimte geven. Daarom wordt meestal 2♦ geantwoord, ook al
conventioneel. Andere antwoorden worden in het boek slechts in één zin aangestipt. Een ander antwoord
dan 2♦ toont 8+ punten met een vijfkaart in de geboden kleur.
2♣
2♦
2♥/♠
2SA
3♣/♦
0-7 punten, elke verdeling
8+ punten, 5+kaart
8+ punten, geen lange kleur
8+ punten, 5+kaart
55
OEFENINGEN STERKE OPENINGEN
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
56
Opgave
♠6
♥9864
♦H5432
♣B93
♠ A H B 10 7 6
♥AH3
♦H3
♣V2
♠6
♥HVB92
♦AHB65
♣AH
♠64
♥93
♣B32
♣B87654
♠ H V 10 7 6
♥53
♦A92
♣ 10 9 6
Antwoord
3♣
2SA - ??
2♣
??
2♣
??
2♦
2♣ - ??
2♠
2♣ - ??
2SA
♠H8
♥AH3
♦HVB72
♣AH9
2♣ - 2♦
??
♠AH42
♥A
♦V6
♣AHV972
2♣ - 2♦
??
♠AHVB743
♥A6
♦HVB
♣V
2♣ - 2♦
??
3♣
3♠
De zwakke openingen
Flits is op dit moment de enige cursus die de zwakke twee in plaats van de sterke twee aanleert. Dat sluit
nochtans veel meer aan op het moderne wedstrijdbridge. Bovendien is het eenvoudiger voor de
leerlingen. Buiten 2♣ en 2SA zijn immers alle hoge openingen zwak, waarbij het afhangt van de lengte van
de kleur hoe hoog je gaat. En op zich is dat logisch, want elke extra troef is een extra slag. Dus:
Zeskaart (alleen niet met klaveren)  tweeniveau
Zevenkaart  drieniveau
Achtkaart  vierniveau
Van belang is de kleurkwaliteit. Er is een gerede kans dat je het geboden contract moet spelen en dan is
het wel prettig dat je verzekerd bent van een minimaal aantal (troef)slagen.
Dit is een mooi moment om zo aan het slot van de cursus aandacht te besteden aan de kwetsbaarheid.
Niet kwetsbaar kost een downslag 50 punten, kwetsbaar 100 punten. Logischerwijs is het kwetsbaar dus
‘gevaarlijker’ om hoog te openen. Het is immers mogelijk dat partner een ongeschikte dummy neerlegt en
dat je veel down gaat. 3♠ -2 is niet kwetsbaar een prima resultaat als de tegenpartij 3♥ kan maken: -100
versus -140. Kwetsbaar is het echter -200 versus -140. Kwetsbaar moet je dus wat voorzichtiger zijn. Maar
ook weer niet al te voorzichtig; preëmptief bieden is vooral een kwestie van durven. En angst is een
slechte raadgever.
Tot slot het antwoorden op een preëmptieve opening. Dat is niet aan puntenregels gebonden. Er zijn
eigenlijk maar twee opties: passen of de manche bieden. Dat laatste doe je als je denkt dat er voldoende
slagen gemaakt kunnen worden. Dat moet je trachten te visualiseren. Dat kan door na een preëmpt op
drieniveau partner met HVB8543 te plaatsen. Als je tegenover een dergelijke hand de manche kunt maken
bied je die. En anders pas je. Voorbeelden:
1.
♠92
♥HV72
♦AV93
♣V85
2.
♠9
♥A872
♦AH93
♣H854
♠HVB8543
♥63
♦84
♣B7
Tegenover hand 1. heeft 4♠ geen kans, tegenover hand 2. wel.
En:
1.
♠AH64
♥HB82
♦A754
♣6
2.
♠A92
♥A75
♦ B 10 4 3
♣A43
♠84
♥93
♦86
♣HVB9872
Na een 3♣ opening is met hand 1. geen manche haalbaar. Met hand 2. is het geen 5♣ maar wel 3SA.
Voor dat laatste is lengte (min 3 krt) in partners kleur noodzakelijk!
57
OEFENINGEN ZWAKKE OPENINGEN
Opgave
♠A7
♥VB9842
♦96
♣743
Antwoord
2♥
2.
♠A7
♥V98532
♦B6
♣B83
pas
3.
♠6
♥84
♦ H V 10 8 7 4 3 2
♣V7
4♦
4.
♠ A B 10 7 4 3 2
♥♦B92
♣ 10 7 4
3♠
1.
5.
2♠ - ??
6.
3♥ - ??
7.
3♦ - ??
♠6
♥HB752
♦AH953
♣B2
pas
♠AV9643
♥♦B843
♣H9
pas
♠AH
♥A94
♦763
♣AB743
3SA
4♥
8.
3♥ - ??
58
♠A842
♥6
♦B953
♣AHV7
OEFENSPELLEN LES 11
1.
♠974
♥A54
♦B63
♣6543
♠H852
♥ B 10 7
♦ H 10 2
♣ 10 9 2
2.
♠ A V 10 3
♥9863
♦9854
♣B
N W O Z ♠ 10 9 6 5 3
♥3
♦ V B 10 7 2
♣H6
♠8
♥ B 10 6
♦H654
♣B9432
♠B6
♥HV2
♦AV7
♣AHV87
West
pas
pas
Noord
pas
3SA
Oost
pas
pas
N
W O Z
♠AV4
♥AHV972
♦A93
♣V
♠HB72
♥854
♦8
♣ A 10 8 7 5
Zuid
2SA
pas
West
2♦
4♥
Bieden
De zuidhand telt 21 punten, te veel voor een opening op
eenniveau. 2SA toont een SA-verdeling met 20-22
punten. Met vijf punten mee weet noord dat er voldoende
puntenzijn voor de manche. Hij verhoogt naar 3SA.
Spelen
West komt uit met ♠2. OW rapen vier schoppenslagen op.
Interessant is wat zuid afgooit. ♣8 en ♣7 moet je bewaren,
want die gaan lengteslagen opleveren. Doe afstand van
♦3 en ♦V.
Resultaat: 3SA Contract
Noord
pas
pas
Oost
2♣
2♥
pas
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
De oosthand is te sterk voor een 1♥ opening. Met een
ongebalanceerde hand van 20+ punten wordt 2♣
geopend. West mag hierop niet passen. Met een zwakke
hand biedt hij 2♦ om openaar zijn hand nader te laten
omschrijven. 2♥ belooft een 5+kaart. West biedt nu 4♥.
Spelen
Zuid komt uit met ♦8. De leider kan twee extra slagen
genereren door schoppenaftroevers te maken aan de
korte troefkant. Neem de uitkomst met ♦A en speel ♠A,
schoppen getroefd, harten naar de aas en schoppen
getroefd. Daarna speel je klaveren uit dummy.
Resultaat: 4♥ +1
3.
♠A
♥H64
♦ A H 10 9 8 7
♣AH3
♠ H 10 8 5 3
♥A975
♦B6
♣B5
4.
♠9762
♥ B 10 8
♦V43
♣V97
N W O Z ♠952
♥854
♦65
♣ H V 10 5 3
♠AVB7
♥AV32
♦A43
♣A7
♠VB4
♥V32
♦52
♣10 8 6 4 2
West
pas
pas
pas
Noord
2♣
3♦
pas
Oost
pas
pas
pas
Zuid
pas
2♦
3SA
Bieden
De noordhand is te sterk voor een 1♦ opening, dus wordt
het 2♣. Zuid antwoordt 2♦, dat is het verplichte antwoord
met een zwakke hand. Noord vertelt met 3♦ dat ruiten zijn
lange kleur is. Zuid ziet meer in 3SA dan in 5♦.
Spelen
West komt uit met ♠3, voor de aas in dummy. De leider
speelt via ♦A, ♦H en ruiten na zijn lange kleur vrij. Aan slag
met ♦V speelt oost schoppen door. West wint ♠H en speelt
een derde ronde schoppen. Zuid maakt ♠V en steekt over
naar ♣A om de rest van de ruitenslagen te incasseren.
Resultaat: 3SA Contract
N
W O Z
♠843
♥ H B 10 6
♦ 10 8 7 2
♣96
♠ H 10 6
♥97
♦HVB9
♣B842
West
2SA
3♥
pas
Noord
pas
pas
pas
Oost
3♣
4♥
Zuid
pas
pas
Bieden: West heeft 21 punten met een SA-verdeling en
opent derhalve 2SA. Oost weet niet zeker of er 25 punten
zijn, maar besluit het er op te wagen. Hij gebruikt de
Stayman conventie om te ontdekken of er een hartenfit is.
Dat blijkt het geval.
Spelen: Noord komt uit met ♣H. 4♥ is een ambitieus
contract, maar toch zijn er elf slagen te maken. Je moet
hopen dat ♠H ‘goed’ zit. Belangrijk is dat je twee keer kunt
snijden. De enige entrees in oost liggen in de troefkleur.
Neem ♣A, speel ♥A en ♥3 naar ♥10. Nu volgt eerst een
schoppen naar de vrouw en pas dan trek je de derde
ronde troef door harten naar de boer te spelen. Nu weer
een schoppensnit en na ♠A is ♠7 hoog. Daar gooi je in
dummy ♣9 op weg. Je verliest alleen twee ruitenslagen!
Resultaat: 4♥ Contract
59
5.
♠84
♥ V B 10 9 7 6 2
♦A43
♣7
♠B972
♥A43
♦ 10 8
♣ V 10 6 5
♠ H V 10
♥H8
♦B976
♣B843
N W O Z ♠ H875
♥85
♦A943
♣762
6.
♠ 10 4
♥ B 10 9 6
♦ V B 10 6
♣AH8
♠A653
♥5
♦HV52
♣AH92
West
pas
Noord
3♥
pas
Oost
pas
pas
Zuid
4♥
Bieden
Noord heeft weinig punten maar heel veel hartens, ideaal
voor een preëmptieve opening. Met een zevenkaart wordt
op drieniveau geopend. Noord brengt een berg slagen
mee en verhoogt naar 4♥. Hartensteuin is daarvoor niet
vereist; noord is op dat gebied selfsupporting.
Spelen
Oost komt uit met ♠H. De leider neemt ♠A en speelt ♣A en
♣H. Op die laatste kaart gooit hij vliegensvlug ♠8 weg.
Daarna gaat hij troeftrekken.
Resultaat: 4♥ +1
N
W O Z
♠AB9632
♥V72
♦5
♣ B 10 5
♠V
♥AH43
♦H872
♣V943
West
pas
pas
Noord
3♦
Oost
2♠
pas
Zuid
dbl
pas
Bieden
Oost heeft een zwakke hand met een redelijke zeskaart
schoppen. Daarmee wordt 2♠ geopend, de zwakke twee.
Dit plaatst zuid, die 1♣ had willen openen, in een lastig
parket. Zonder lange kleur is een volgbod uit den boze.
Wel kan zuid een informatiedoublet geven, al dwingt dat
noord wel om een kleur op drieniveau te bieden. Maar
aangezien angst een slechte raadgever is gaat zuid er
voor.
Spelen
Oost komt tegen 3♦ uit met ♣B. Mede door het slechte
troefzitsel loopt het niet goed af met 3♦. Hebben NZ iets
fout gedaan? Nee, de preëmpt heeft ze gewoon het leven
zuur gemaakt.
Resultaat: 3♦ -2
7.
♠4
♥B32
♦AV43
♣ 10 9 7 6 3
8.
♠ V 10 3
♥ A H 10 7 5
♦H7
♣B52
♠7
♥V964
♦ B 10 8 6 5
♣AHV
♠AHB98652
♥8
♦92
♣84
♠AVB9864
♥ 10 6
♦V73
♣9
Oost
pas
West
3♠
West
pas
Noord
pas
N W O Z Zuid
4♠
Bieden
Met een goede achtkaart mag op vierniveau worden
geopend. Weliswaar zit 4♠ er net niet in, maar dat is niet
erg, want OW kunnen 4♥ maken.
Spelen
West komt uit met ♥A. Zuid troeft de tweede hartenronde
en speelt ♠AH in de hoop dat alle uitstaande troeven
daaronder vallen. In ruiten moet worden gesneden op de
heer. Uiteindelijk verliest zuid een harten, een schoppen
en twee klaveren.
Resultaat: 4♠ -1
♠H72
♥AH9
♦B65
♣ V 10 8 4
N
W O Z
♠ 10 5 3
♥V7542
♦ A 10 8
♣B7
Noord
pas
Oost
pas
Zuid
pas
Bieden
West opent de bieding met 3♠: veel schoppens, minder
dan 12 punten. Dat komt oost slecht uit, maar het is erg
onverstandig om 4♣ te bieden; als je geschoren wordt
moet je stil blijven zitten. Bovendien is wests hand alleen
van waarde met schoppen troef.
Spelen
Noord komt uit met ♥A en gaat verder met ♥H en harten
na. West troeft de derde harten en speelt ♠A gevolgd door
♠V om de heer te verdrijven. Aan slag met ♠H speelt noord
ruiten. De leider legt klein in dummy en zuid wint de slag
met ♦A. Als zuid nu een vierde ronde harten speelt, moet
west troeven met ♠8 of ♠9, anders troeft noord over!
Resultaat: 3♠ Contract
60
♠♥B83
♦H942
♣AH6532
LES 12: SLOTDRIVE
Een leuke drive is een passende afsluiting van een cursus van 12 lessen.
Iets om in ere te houden, ook al is het in flits al lang niet meer de eerste kennismaking met bridge in
wedstrijdvorm.
Op de volgende pagina’s 20 spellen die geënt zijn op de lesstof, met extra aandacht voor preëmptief en
competitief bieden.
61
SPELLEN SLOTDRIVE
1.
♠A8752
♥A93
♦A83
♣ B 10
♠B43
♥H74
♦ V B 10 7 2
♣H7
N W O Z 2.
♠HV6
♥ V 10 5 2
♦H5
♣AV94
♠A5
♥HV4
♦ B 10 7 5 3
♣972
♠B9763
♥752
♦2
♣ B 10 8 6
♠ 10 9
♥B86
♦964
♣86532
West
3SA
Noord
1♠
pas
Oost
1SA
pas
N
W O Z
♠842
♥B9
♦A986
♣A543
♠ H V 10
♥ A 10 8 6 3
♦HV4
♣HV
Zuid
pas
pas
West
pas
pas
Bieden
Oost heeft 16 punten met een SA-verdeling. Daarmee is
de hand geschikt voor een 1SA volgbod op de 1♠
opening. West is met tien punten mee sterk genoeg voor
een verhoging naar 3SA.
Spelen
Zuid komt uit met ♠10, de door partner geboden kleur. De
leider gaat onmiddellijk ♦A verdrijven. Dat doet hij door ♦H
voor te spelen, honneur aan de korte kant eerst.
Resultaat: 3SA Contract
Noord
3♥
pas
Oost
pas
pas
pas
Zuid
1♥
4♥
Bieden
Omdat de 1♥ opening een vijfkaart belooft steunt noord
direct om de fit te vertellen. 3♥ toont 10-11 punten. Noord
gaat uiteraard naar de manche.
Spelen
West komt uit met ♦2 in de hoop aftroevers te maken.
Oost neemt ♦A en speelt ruiten terug, zodat west die
aftroever ook krijgt. Als west nu klaveren speelt komt oost
nogmaals aan slag en volgt er nog een aftroever. En dan
gaat zuid met 29 punten samen down in 4♥. Vanuit zijn
perspectief is bridge een vreselijk onrechtvaardig spel…
Resultaat: 4♥ -1
3.
♠5
♥ V B 10 3
♦A53
♣ B 10 7 5 4
♠A82
♥752
♦ H B 10 2
♣H98
N W O Z 4.
♠63
♥AH94
♦V876
♣AV6
♠AVB95
♥92
♦HV4
♣ 10 8 2
♠86
♥AH653
♦962
♣HV3
♠ H V B 10 9 7 4
♥86
♦94
♣32
West
pas
3SA
Noord
pas
pas
Oost
dbl
pas
Zuid
3♠
pas
pas
Bieden: Zuid opent de bieding met 3♠ en toont daarmee
een goede zevenkaart schoppen en minder dan
openingskracht. Na tweemaal pas besluit oost zich met
zijn 15 punten niet uit de bieding te laten drukken. Via een
informatiedoublet vraagt hij partner iets te bieden. West
kan 4♦ bieden, maar dat levert geen manchepremie op.
Een moedig bod is 3SA.
Spelen: Noord komt uit met ♠5. De leider moet na het
maken van ♠A de ruitenkleur ontwikkelen. Wanneer noord
♦A blijkt te hebben haalt hij opgelucht adem, want als die
kaart bij zuid zit krijgt hij nog een karrenvracht aan
schoppens over zich heen!
Resultaat: 3SA Contract
62
N
W O Z
♠742
♥B87
♦B753
♣AB5
♠ H 10 3
♥ V 10 4
♦ A 10 8
♣9764
West
1♥
pas
Noord
1♠
pas
Oost
2♥
pas
Zuid
2♠
Bieden
Na de 1♥ opening van west doet noord een 1♠ volgbod.
Dat belooft een vijfkaart. Zuid mag dus net als oost
steunen op een driekaart. Na 2♠ hebben OW weinig reden
om nog 3♥ te bieden.
Spelen
Oost komt uit met ♥7. Na het maken van ♥AH speelt west
♣H na. OW maken twee hartenslagen en drie
klaverslagen.
Resultaat: 2♠ Contract
5.
♠H42
♥96
♦ H B 10 4 2
♣AH3
♠ V 10 9 5
♥53
♦965
♣9652
N W O Z 6.
♠B83
♥ V B 10 8 2
♦AV
♣ 10 8 4
♠62
♥ B 10 5 3
♦952
♣ H 10 6 3
♠84
♥AH92
♦ H V 10 6
♣V84
♠A76
♥AH74
♦873
♣VB7
West
pas
Noord
1♦
pas
Oost
1♥
pas
N
W O Z
♠AH75
♥874
♦B73
♣B92
♠ V B 10 9 3
♥V6
♦A84
♣A75
Zuid
3SA
West
Dbl
pas
Bieden
Na de 1♦ opening wil zuid 1♥ antwoorden. Oost is hem
echter voor met een 1♥ volgbod. Wat nu? Een hartenfit
hoeft natuurlijk niet meer onderzocht te worden. Zuid
heeft voldoende punten voor de manche en kan het beste
3SA bieden.
Spelen
West komt uit met ♥5, de kleur die partner geboden heeft.
Ruiten is de werkkleur van de leider en hij speelt een
kleintje naar de boer om te snijden op de vrouw. Aan slag
met ♦V speelt oost een hoge harten om zuids tweede
dekking in die kleur te verwijderen. Even later komt oost
aan slag met ♦A en kan hij drie hartenslagen oprapen.
Noord
pas
pas
Oost
pas
1SA
Zuid
1♠
pas
Bieden
West heeft een geschikte verdeling voor een
informatiedoublet op 1♠. Oosts enige vierkaart zit in
schoppen, maar die wordt hij niet geacht te bieden. Het
juiste antwoord is 1SA, dat toont 6-9 punten.
Spelen
Zuid komt uit met ♠V. Oost drijft onmiddellijk ♦A er uit. Hij
heeft dan zeven slagen: twee schoppens, drie ruitens en
twee hartens.
Resultaat: 1SA Contract
Resultaat: 3SA -1
7.
♠V83
♥653
♦HB2
♣VB86
♠AH542
♥AVB
♦86
♣732
N W O Z 8.
♠ 10 7 6
♥842
♦97543
♣AH
♠97632
♥AH5
♦ V 10 3
♣H6
♠B5
♥V42
♦H98
♣ V 10 7 3 2
♠B9
♥ H 10 9 7
♦ A V 10
♣ 10 9 5 4
West
1♠
pas
Noord
pas
pas
Oost
2♠
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Na de 1♠ opening weet oost dat er in die kleur een fit is. Hij
biedt 2♠ en geeft daarmee 6-9 punten aan. West weet dat
er onvoldoende punten zijn voor een manche.
Spelen
Noord komt uit met ♣V. De leider moet zijn derde klaveren
troeven aan de korte troefkant en tweemaal snijden op
♥H.
Resultaat: 2♠ +2
N
W O Z
♠ A 10 4
♥ 10 9 8 6
♦A52
♣B94
♠HV8
♥B73
♦B764
♣A85
West
pas
pas
Noord
1♠
pas
Oost
pas
pas
Zuid
3♠
Bieden
Noord heeft precies genoeg punten om te openen. Het
wordt 1♠, want een slechte vijfkaart is ook een vijfkaart.
Met 3♠ toont zuid 10-11 punten. Dat is niet genoeg voor
de manche.
Spelen
Oost komt uit met ♥10. Noord wint de eerste slag en
speelt schoppen naar de heer. Als die de slag wint gaat hij
terug naar de hand door ♣5 naar ♣H te spelen. Dan volgt
nogmaals schoppen vanuit de hand. Zo maakt oost alleen
♠A. Na het troeftrekken wordt de ruitenkleur ontwikkeld.
Resultaat: 3♠ Contract
63
9.
♠B4
♥AH2
♦AH64
♣B632
♠HV9
♥B8
♦ V 10 5 3
♣8754
N W O Z 10.
♠A8
♥ 10 7 6 5 4 3
♦B97
♣ 10 9
♠9752
♥A7
♦VB2
♣ B 10 8 5
♠HV4
♥ 10 5
♦9643
♣A963
♠ 10 7 6 5 3 2
♥V9
♦82
♣AHV
West
pas
pas
Noord
1SA
2♠
pas
Oost
pas
pas
pas
N
W O Z
♠ B 10 6 3
♥V932
♦AH
♣HV4
♠A8
♥HB864
♦ 10 8 7 5
♣72
Zuid
2♥
4♠
West
2SA
Bieden
Na de 1SA opening gebruikt zuid de Jacoby transfer om
zijn lange schoppenkleur te tonen. Vervolgens legt hij aan
in 4♠. Noord heeft minstens twee schoppens, er is dus
een fit.
Spelen
Oost komt uit met ♣10. De leider gaat direct troeftrekken.
Als hij dat blijft doen verliest hij alleen drie troefslagen.
Resultaat: 4♠ Contract
Noord
pas
Oost
1SA
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Na de 1SA opening wil west alleen naar de manche als
oost binnen zijn 15-17 puntenrange niet minimaal is. Om
die reden biedt hij 2SA als uitnodiging. Oost is met 15
punten minimaal en past.
Spelen
Zuid komt uit met ♥4. Noord wint de eerste slag met ♥A en
retourneert ♥7. Zuid maakt ♥B en ♥H, maar de vierde
hartenronde is voor oost. Schoppen is de werkkleur van
de leider. Aan slag met ♠A kan zuid zijn vrije vijfde harten
oprapen, maar de rest van de slagen zijn voor oost.
Resultaat: 2SA Contract
11.
♠874
♥842
♦ H V 10 6
♣VB4
♠ A H B 10 5 3
♥6
♦92
♣ A 10 7 5
N W O Z 12.
♠V92
♥V9
♦AB73
♣H832
♠9872
♥A4
♦VB53
♣AH4
♠AVB
♥HB976
♦ 10 8
♣V32
♠6
♥ A H B 10 7 5 3
♦854
♣96
West
3♠
pas
Noord
pas
pas
Oost
4♠
Zuid
3♥
pas
Bieden
Zuid opent de bieding preëmptief met 3♥: goede
zevenkaart, minder dan 12 punten. West laat zich met zijn
goede zeskaart schoppen niet van de weg drukken en
doet een volgbod van 3♠. Dit is niet preëmptief (er wordt
zelden of nooit door beide partijen gepreëmpt, iemand zal
toch de punten moeten hebben). Oost verhoogt naar 4♠.
Spelen
Noord komt uit met ♥8. West troeft de tweede
hartenronde, trekt de troeven en speelt de klaverkleur vrij.
Hij verliest een harten, een ruiten en een klaveren.
Resultaat: 4♠ Contract
N
W O Z
♠ H 10 6 5
♥ 10 5 3
♦H92
♣ B 10 5
West
1♥
pas
Noord
dbl
pas
Oost
2♥
pas
Zuid
2♠
Bieden: Noord heeft openingskracht maar geen
uitgesproken eigen kleur. Via een informatiedoublet
vraagt hij aan partner om een kleur te bieden. Omdat de
1♥ opening een vijfkaart belooft mag oost steunen op een
driekaart. Interessant is of zuid het aandurft om 2♠ te
bieden. Hij weet dat de punten ongeveer gelijk verdeeld
zitten tussen OW en NZ en mag bij partner
schoppensteun verwachten. Ik zou er voor gaan!
Spelen: West heeft geen serie in harten en start dus met
♥6. De leider neemt ♥A en gaat troeftrekken. De troeven
zitten niet gunstig, zodat er drie schoppenslagen verloren
gaan. Toch is dat nog niet de nekslag voor het contract.
Als zuid kans ziet om daarnaast alleen ♦A en een
hartenslag te verliezen maakt hij 2♠ en is hij spekkoper.
Resultaat: 2♠ Contract
64
♠43
♥V82
♦A764
♣9876
13.
♠H75
♥8762
♦ V 10 4
♣A52
♠ 10 4
♥VB4
♦HB73
♣ 10 8 7 6
14.
♠B63
♥AH5
♦A 9 6 2
♣943
N W O Z ♠ 10 8 5
♥A74
♦ H 10 9 6
♣ V 10 8
♠AH42
♥8
♦AB32
♣A742
♠AV982
♥ 10 9 3
♦85
♣HVB
West
2♦
pas
Noord
pas
2♠
Oost
1♦
pas
N
W O Z
♠73
♥ H V B 10 6 5 2
♦8
♣965
♠VB96
♥93
♦V754
♣HB3
Zuid
1♠
pas
West
4♥
Bieden
Zuid heeft een goede vijfkaart schoppen en doet daarom
een 1♠ volgbod. West steunt de ruiten en noord de
schoppen. Hierna heeft niemand nog iets aan de
conversatie toe te voegen.
Spelen
West komt uit met ♦3. Oost maakt de eerste slag met ♦A
en kan nu het beste harten spelen. Wanneer alles goed
gaat beginnen OW met het oprapen van twee
ruitenslagen en drie hartenslagen. Zuid is echter heer en
meester in de zwarte kleuren.
Noord
pas
Oost
3♥
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Oost heeft een perfecte hand voor een preëmptieve
opening: veel harten, weinig punten. West heeft geen
steun, maar wel slagen. Hij verhoogt naar 4♥.
Spelen
Zuid komt uit met ♠V. De leider gaat troeftrekken en
verliest naast ♥A alleen twee klaverslagen.
Resultaat: 4♥ Contract
Resultaat: 2♠ Contract
15.
♠H32
♥62
♦B84
♣V5432
♠984
♥9854
♦AHV
♣ B 10 9
16.
♠5
♥ V B 10 3
♦ 10 9 7 3
♣H876
N W O Z ♠B6
♥VB76
♦HVB9
♣B93
♠ A H 10 4 3
♥AH2
♦ 10 8
♣A84
♠ A V B 10 7 6
♥AH7
♦652
♣A
West
pas
pas
Noord
2♠
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1♠
4♠
Bieden
De 1♠ opening belooft een vijfkaart, dus steunt noord met
een driekaart. 2♠ toont 6-9 punten. Voor zuid is dat
voldoende om de manche te proberen.
Spelen
West komt uit met ♦A en hij raapt ook ♦H en ♦V op. Hierna
moet zuid de rest van de slagen maken. Dat kan door ♥7
in dummy te troeven. Dat moet dan wel voor het
troeftrekken gebeuren.
N
W O Z
♠9875
♥ 10 5 4 3
♦A764
♣V
♠V2
♥98
♦532
♣ H 10 7 6 5 2
West
1♠
4♠
Noord
pas
pas
Oost
2♠
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
De schoppenfit is al direct na de opening ontdekt. Met 18
punten is 4♠ met de westhand verantwoord. In een
troefcontract heb je regelmatig minder dan 25 punten
nodig voor de manche (dit geldt niet voor 5♣/♦).
Spelen
Noord komt uit met ♦H. De leider heeft maar twee rondjes
nodig om de troeven te trekken. Daarna kunnen ♣4 en ♣8
in oost worden getroefd.
Resultaat: 4♠ +1
Resultaat: 4♠ Contract
65
17.
♠85
♥96
♦HVB9743
♣ 10 4
♠9763
♥V83
♦A85
♣976
N W O Z 18.
♠AHB2
♥AH75
♦ 10 6
♣B83
♠ B 10 3 2
♥V97
♦ B 10 5 3
♣86
♠954
♥B52
♦9872
♣ V 10 3
♠ V 10 4
♥ B 10 4 2
♦2
♣AHV52
West
3♠
Noord
3♦
pas
Oost
dbl
pas
N
W O Z
♠86
♥ A H 10 4 3
♦A6
♣H972
♠AHV7
♥86
♦HV4
♣AB54
Zuid
pas
pas
West
pas
pas
Bieden
Noord heeft een hand die alleen van waarde is met ruiten
troef, ideaal voor een preëmptieve opening. Oost laat zich
met 15 punten de kaas niet van het brood eten en plaatst
een informatiedoublet. West biedt hierop zijn langste
kleur.
Spelen
Noord komt uit met ♦H. De leider moet een schoppen, een
ruiten en drie klaveren verliezen en gaat dus een down.
Succesje voor de preëmpt!
Noord
1♠
pas
Oost
1♥
pas
pas
Zuid
dbl
3♠
Bieden
Zuid heeft geen uitgesproken kleur en plaatst dus een
informatiedoublet op 1♥. Het 1♠ antwoord van noord is
een gedwongen bod en belooft geen enkele
puntenkracht. Het is daarom onverstandig om met de
zuidhand naar 4♠ te verhogen.
Spelen
Oost komt uit met ♥A. De leider moet troeftrekken en de
ruitenkleur ontwikkelen. Hij verliest twee harten, ♦A en
een klaverslag.
Resultaat: 3♠ -1
Resultaat: 3♠ Contract
19.
♠B984
♥9
♦ 10 3
♣B75432
♠AH632
♥V54
♦A84
♣ 10 6
N W O Z 20.
♠V5
♥ A H 10 7 6 2
♦965
♣V8
♠HVB963
♥86
♦93
♣V94
♠A52
♥A75
♦ H 10 8 5
♣H75
♠ 10 7
♥B83
♦HVB72
♣AH9
West
1♠
3♥
pas
Noord
pas
pas
pas
Oost
2♥
4♥
Zuid
1♦
pas
pas
Bieden
Met zijn goede vijfkaart schoppen doet west een volgbod.
Met 2♥ belooft oost op zijn beurt een goede lange kleur.
Tevens ontkent het een schoppenfit, want dan was
gesteund. West heeft hartensteun en best een mooie
hand. Hij inviteert met 3♥ voor de manche. Die voorzet
wordt door oost ingekopt.
Spelen
Zuid kom uit met ♣A of ♦H. De leider moet zo snel
mogelijk troeftrekken en daarna de drie schoppenslagen
oprapen door de honneur aan de korte kant eerst te
spelen.
Resultaat: 4♥ Contract
66
N
W O Z
♠ 10 8 7
♥VB92
♦VB2
♣ B 10 6
♠4
♥ H 10 4 3
♦A764
♣A832
West
1♦
pas
Noord
2♠
Oost
pas
Zuid
pas
Bieden
Een goede zeskaart schoppen is voldoende voor een
(zwak) sprongvolgbod. 2♠ snoert iedereen de mond.
Spelen
Oost komt uit met ♦V, de kleur van partner. De leider gaat
troeftrekken en speelt hoge schoppens om de aas te
verdrijven. De juiste aanpak van de klaverkleur is om naar
de vrouw toe te spelen.
Resultaat: 2♠ Contract
DOCENTEN
HANDLEIDING
BRIDGE IN EEN FLITS 2
(12 LESSEN)
67
TEN GELEIDE
Bridge in een flits deel 2 sluit aan op zowel Bridge in een flits 1 als op Start bieden. Het basissysteem in
deze beide boeken is echter verschillend. Lezers van Flits1 spelen vijfkaart hoog en zwakke twee, terwijl
cursisten van Start Bieden alles vierkaart en sterke twee hebben geleerd. Consequentie hiervan is dat de
2-openingen in dit vervolgdeel niet nogmaals aan bod komen. Helemaal niet erg, want er zijn meer dan
voldoende belangrijkere onderwerpen te behandelen. Vijfkaart hoog versus vierkaart hoog is al helemaal
geen issue. De ‘samensmelting’ van twee systemen heeft alleen consequenties gehad voor de
oefenspellen. Er zijn geen spellen opgenomen waarin verschillen in openen of antwoorden aan het licht
komen.
Net als Flits 1 is de cursus te geven in zes of twaalf lessen. Die keuze is aan de leraar, hij/zij kan verreweg
het beste bepalen wat het juiste tempo is voor de groep. Op de volgende pagina’s volgt de compacte
cursus (zes lessen) na de klassiek versie (12 lessen).
Berry Westra
68
LES 1: EEN MAN MET EEN PLAN
Het maken van een coherent speelplan is lastig voor beginnende bridgers. Eigenlijk voor alle bridgers,
want bijna niemand doet het. Toch is het niet zo moeilijk als je de discipline en het geduld hebt om het
stappenplan uit het boek te volgen:
-
Tellen van vaste slagen
Vaststellen hoeveel je er te kort komt
Werkkleur(en) zoeken en selecteren
Vaste slagen
Belangrijk is dat het duidelijk wordt wat we precies verstaan onder een 'vaste slag'. De essentie:
HV
84
Dit is geen vaste slag. Om een ruitenslag te maken moet je eerst een slag aan de tegenpartij gunnen.
Vaste slagen zijn slagen die je kunt 'oprapen', je hoeft er niets voor te doen. Wat extra oefeningen:
HV3
HB3
HV
HVB2
A75
3
A75
2
A6
2
A97
4
Overigens is het tellen van vaste slagen een iets minder exact karwei dan het op het eerste gezicht lijkt:
1.
752
2.
752
3.
752
AHV863
AHV86
AHV8
In 1. is er een hele grote kans op zes ruitenslagen (alleen een 4-0 zitsel gooit roet in het eten), in 2. een
grote kans op vijf slagen, maar in 3. slechts een kleine kans op vier slagen. Kortom, hoeveel lengteslagen
een kleur oplevert is op voorhand vaak onduidelijk. Het bewijst dat je bij bridge een flexibele geest nodig
hebt. Op het moment dat het zitsel duidelijk wordt moet je de telling aanpassen. In eerste instantie is het
verstandig om rekening te houden met een slecht zitsel.
Werkkleuren
Er zijn drie typen werkkleuren:
-
Kleuren waarin je hoge kaarten kunt vrijspelen
Kleuren waarin je lengteslagen kunt ontwikkelen
Kleuren waarin je kunt snijden
Op pagina 10 in het lesboek staan drie basisvoorbeelden. Heel vaak gaat het ontwikkelen van
lengteslagen vrijwel gelijktijdig met een van de andere manieren.
1.
765
2.
AVB32
 V B 10 3 2
765
In 1. verdrijf je AH. Daarmee speel je niet alleen een hoge kaart vrij, maar ontwikkel je bij een 3-2 zitsel
69
ook twee lengteslagen. In 2. snijd je H er uit en ontwikkel je tevens lengteslagen.
Belangrijk is het verhaal op pagina 11 over vaste slagen binnen een werkkleur. Veel bridgers gaan in een
SA-contract automatisch op de langste kleur af. Dat is echter niet per definitie de kleur waarin de meeste
slagen ontwikkeld kunnen worden.
De voorbeelden spreken boekdelen en het is van belang dat de leerlingen ze begrijpen.
Overslagen
Een speelplan focust zich op het maken van het contract. In de praktijk speelt iedereen voornamelijk
parenbridge, waarin overslagen van groot belang zijn. Het is derhalve logisch om ook daar aandacht aan
te besteden. Het najagen van overslagen mag echter niet ten koste gaan van het contract. In dat kader is
het begrip tempo belangrijk. Zolang je alle kleuren onder controle hebt is het veilig om extra slagen te
ontwikkelen. Zodra er een kleur 'wijd open' ligt is voorzichtigheid op zijn plaats.
Bij het spel op pagina 16 wordt geadviseerd om na een hartenstart negen slagen op te rapen. Na een
schoppenstart is het daarentegen volstrekt veilig om klaverslagen te proberen te ontwikkelen.
Nog een stap verder is het inzicht dat het 'tempo' van invloed kan zijn op de keuze van de werkkleur:
HV3
H4
 V 10 7 6 2
A42
N W O Z B92
A5
B93
HVB76
70
In ruiten kun je drie slagen ontwikkelen, in
schoppen twee. Na een hartenstart verlies je met
het ontwikkelen van de ruiten echter de temposlag:
OW hebben hun hartenkleur eerder vrij. In
schoppen kun je de temposlag winnen. En
aangezien twee schoppenslag voldoende zijn voor
je contract is dat de aangewezen werkkleur.
OEFENINGEN SLAGEN MAKEN
Hoeveel slagen kun je ontwikkelen.
Opgave
1.
872
Antwoord
2
 B 10 9 4 3
2.
8743
1
 B 10 9 5
3.
A65
2 bij een 3-2 zitsel
98732
4.
HV6
4
 B 10 8 4 3
5.
H643
 B 10 9 2
6.
V874
3 met V goed,
2 met V mis
2
 B 10 9 2
7.
 H 10 9 5 3
4
VB6
8.
 A 10 9 6 3
VB8
9.
A82
V743
10.
653
HV4
4 met H goed,
3 met H mis
2 met H bij oost en de kleur 3-3,
1 met H bij oost en de kleur 4-2 of met H bij
west en de kleur 3-3,
0 met H bij west en de kleur 4-2.
2 met A goed,
1 met A mis
71
OEFENSPELLEN LES 1
1.
9853
8653
A84
V4
West
pas
pas
Noord
1
2SA
pas
A64
AHV
V6
 A 10 9 8 6
N W O Z H7
 10 7 4
 H B 10 3 2
753
Oost
pas
pas
pas
2.
 V B 10 2
B92
975
HB2
Zuid
1
3SA
V96
A843
 A 10 5 2
A7
West
1
3SA
Bieden: Noord heeft een SA-verdeling met 19 punten. Bij
de herbieding maakt hij dat kenbaar door naar 2SA te
springen. Tegenover een partner met 18-19 punten heeft
zuid aan zeven punten voldoende om naar de manche te
gaan.
Spelen: Oost komt uit met V. Ruiten is de werkkleur, je
kunt er vier slagen in ontwikkelen. Correct is om te
beginnen met V, honneur uit de korte kant eerst. Ook
verstandig is om de eerste slag te nemen met A. Indien
nodig kunnen de ruitens dan altijd bereikt worden via H.
Kortom, de juiste speelwijze: eerste slag A, tweede slag
V.
Noord
pas
pas
A84
 V B 10 6
H3
9543
N
W O Z
 10 7 5 3
9752
VB8
 10 6
Oost
1
2
pas
HB2
H
9764
HVB82
Zuid
pas
pas
pas
Bieden:Oost opent met zijn langste kleur. In antwoord
daarop biedt west zijn laagste vierkaart. De steun naar 2
toont een fit met 12-14 punten. Tevens ontkent oost een
vierkaart in harten of schoppen, want dan wordt
doorgezocht naar een fit in de hoge kleur. West gaat dus
niet meer op zoek naar een hartenfit. In plaats daarvan
biedt hij 3SA, dat is een aantrekkelijkere manche dan 5.
Spelen:Noord komt uit met V. De leider telt acht vaste
slagen (vijf klaveren, twee hartens en A). Schoppen is
de meest aantrekkelijke werkkleur, daarin kun je twee
slagen ontwikkelen. Het beste is om in slag twee direct
A te verdrijven. In klaveren moet de honneur aan de
korte kant als eerste worden gespeeld.
Resultaat: 3SA +1
Resultaat: 3SA +1
3.
H854
H86
73
 V 10 5 3
West
pas
pas
Noord
1
pas
B962
 10 7 2
H96
A62
N W O Z  V 10 3
AV43
AB42
87
Oost
pas
pas
4.
A7
B95
 V 10 8 5
HB94
Zuid
1
1SA
86
HB32
94
HVB87
West
pas
2
3SA
Noord
pas
pas
pas
 H 10 5
A974
8752
63
N
W N O Z
AB7
 10 8 5
 V B 10 3
 10 5 4
Oost
1SA
2
pas
V9432
V6
AH6
A92
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Zuid opent met de laagste van zijn vierkaarten. Na het 1
antwoord is 1SA de juiste herbieding: SA-verdeling met
12-14 punten. Zo blijft het bieden lekker laag.
Bieden
Na de 1SA opening van oost onderzoekt west via
Stayman of er een 4-4 fit is in harten. Wanneer dat niet het
geval blijkt legt hij aan in 3SA.
Spelen
Uitkomst 3.
West prefereert klaveren als uitkomstkleur boven de door
noord geboden schoppenkleur. Voor de leider is
schoppen de meest aantrekkelijke werkkleur. Door A en
H te verdrijven kunnen twee slagen worden ontwikkeld.
In harten en ruiten wordt met wisselend succes gesneden.
Spelen
Zuid komt uit met V. Oost telt zeven vaste slagen (vijf in
klaveren, twee in ruiten) en kan twee slagen ontwikkelen
in harten. Hij neemt H en speelt V, honneur uit de
korte kant eerst.
Resultaat: 3SA Contract
Resultaat: 1SA Contract
72
5.
H632
V96
B75
AB2
West
pas
Noord
1SA
AV7
852
AH93
H65
N W O Z 84
 H 10 4 3
 10 8 2
8743
Oost
pas
6.
 B 10 9 5
AB7
V64
 V 10 9
Zuid
pas
West
3SA
Bieden
Noord heeft 15 punten met een SA-verdeling en opent
1SA. Daar heeft niemand iets aan toe te voegen.
Spelen
Oost komt uit met B. De leider neemt H met de aas en
speelt AH en ruiten na om in die kleur een lengteslag te
ontwikkelen. In harten en klaveren moet naar de heer toe
worden gespeeld.
Resultaat: 1SA Contract
7.
87
 V 10 7 5 3
H98
 10 6 2
West
pas
pas
pas
Noord
1
3SA
N W O Z B65
AH
 A V 10 6 5
A93
B9872
875
943
A7
Oost
1SA
pas
AV3
AV6
VB65
V82
Zuid
pas
pas
Bieden
Een kort en krachtig biedverloop. Oost wil tegenover een
gebalanceerde hand met 15-17 punten 3SA spelen en
heeft dus geen reden om iets anders te bieden.
Spelen
Zuid komt uit met 2. Voor de leider is klaveren een
aantrekkelijkere werkkleur dan ruiten. In klaveren kun je
met zekerheid drie slagen ontwikkelen, in ruiten ontwikkel
je slechts twee slagen als de snit op H mislukt.
8.
 A 10 9 3
B64
74
B875
Zuid
1
2SA
pas
Bieden
Zuid heeft net een punt te veel voor een 1SA opening. Hij
opent 1 en herbiedt na het 1 antwoord van noord 2SA
om 18-19 punten te tonen. Noord verhoogt naar 3SA.
Spelen
West komt uit met 3. De leider kan in schoppen
afhankelijk van het zitsel twee of drie slagen ontwikkelen
en in ruiten afhankelijk van het zitsel drie of vier slagen. Hij
steekt over naar H en speelt B van tafel om te snijden
op de heer. De snit mislukt, maar er zijn negen slagen:
vier ruitens, drie klaveren en twee hartens.
Resultaat: 3SA Contract
Noord
pas
N
W O Z
Resultaat: 3SA Contract (of eventueel +1)
HV42
982
B32
HV4
Oost
pas
pas
 10 4
H92
 A 10 7 2
 H B 10 3
H65
 B 10 4 3
H8
9654
AVB
 B 10
AHVB6
H74
West
2SA
3
pas
Noord
pas
pas
pas
76
V9432
842
AV6
N
W O Z
 H 10 5 2
H875
93
 10 9 5
Oost
3
3SA
9843
A6
 10 7 5
B832
Zuid
pas
pas
Bieden
West opent 2SA: SA-verdeling met 20-22 punten. Oost
onderzoekt via Stayman of er een 4-4 fit is in schoppen en
legt dan aan in 3SA.
Spelen
Noord komt uit met 2. De leider telt zeven vaste slagen:
vijf ruitens, A en A. In schoppen zijn twee extra slagen
te ontwikkelen als de snit op H goed zit. Aan slag met
A wordt dan ook een schoppen naar de vrouw gespeeld.
Als die houdt moet 10 worden benut om weer in dummy
te komen en een schoppen naar de boer te spelen.
Resultaat: 3SA Contract
73
LES 2: THE BLOODY LIMIT
In flits 1 (en Start bieden) is het limietbod al behandeld, maar nu pakken we het structureel aan. Geen luxe,
want ons biedsysteem zit vol met limietbiedingen. Duidelijk moet worden dat alle steunbiedingen en
SA-biedingen gelimiteerde biedingen zijn, waar de partner op mag passen. Dat geldt zowel voor openaar
als voor antwoorder en zowel voor de eerste als de tweede biedronde.
Steunbiedingen antwoorder
goedkope steun  6-9 punten
steun met sprong  10-11 punten
steun naar de manche  12+ punten
SA-biedingen antwoorder
1SA  6-9
2SA  10-11
3SA  12+
Steunbiedingen openaar
Goedkoop
 12-14
Met sprong
 15-17
naar de manche  18-19
SA-biedingen
Zonder sprong
met sprong
15-17
 12-14
 18-19
 1SA openen
De moeite waard om er uit te lichten is het laatste voorbeeld op pagina 20. Daar 'weet' de antwoorder
dankzij de 2 herbieding dat openaar een vijfkaart ruiten heeft. Nu is het geoorloofd om een uitgesteld
limietbod te doen op een driekaart. Voor leerlingen die hebben leren bieden via Start bieden is dat extra
belangrijk, omdat de 1/ opening geen vijfkaart belooft en de 5-3 fit in de hoge kleur dus pas in tweede
instantie wordt ontdekt.
74
OEFENINGEN LIMIETBOD
4 tot en met 10 gaan wat verder dan de behandelde stof. Een korte toelichting staat bij het antwoord.
Opgave
Antwoord
1.
West Noord Oost
pas
2
pas
Zuid
1
??
842
AHV92
H6
B83
2SA
2.
West Noord Oost
1
pas
pas
2
pas
Zuid
1
??
AV72
84
HB93
 10 7 6
2SA
3.
West Noord Oost
1
pas
pas
1
pas
Zuid
1
??
H872
AB72
8
A932
4
4.
West
pas
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1
1
??
HB72
65
H93
AB72
Pas
Het herkennen en vertalen van een
limietbod. Je bent minimaal en past.
5.
West Noord Oost
Zuid
1
1
??
 B 10 8 6
6
AV743
AHB
3SA
Hier zijn er voldoende punten voor de
manche. 3SA is aantrekkelijker dan 5.
pas
pas
Noord
1
3
1
3
pas
pas
6.
1
Ondanks de SA-verdeling is 1 en niet
1SA de juiste herbieding.
Uitzonderingssituatie  een kleur die je
op het eenniveau kunt bieden mag je niet
overslaan. Een 1SA herbieding kan een
4-4 fit schoppen doen missen.
West Noord Oost
pas
1
pas
Zuid
1
??
H872
B3
HV2
AB73
7.
West Noord Oost
1
pas
pas
2
pas
Zuid
1
??
 A 10 4 3
8
9743
AV92
3
Spring met 10-11 punten nooit naar 4/;
daarmee ga je 3SA voorbij.
8.
West Noord Oost
1
pas
pas
2
pas
Zuid
1
??
B9543
6
A75
V943
Pas
Geen 2SA, dat toont 10-11 punten. Ruiten
is een redelijke speelsoort, zeg pas.
9.
West Noord Oost
1
pas
pas
2
pas
Zuid
1
??
B954
V6
A2
65432
2
Zie 8, maar hier prefereer je 2 in de 5-2
fit boven 2 in de 4-2 fit.
10.
West Noord Oost
1
pas
pas
2
pas
Zuid
1
??
 H V 10 9 7 4
A4
B6
B93
3
Het herbieden van de eigen kleur met
sprong is eveneens een limietbod:
10-11 punten.
75
Na Stayman en Jacoby
Het tweede gedeelte van de les gaat over verder bieden na Stayman en Jacoby. Stayman wordt alleen
gedaan met handen van minstens acht punten. Na het antwoord zijn 2SA en 3/ limietbiedingen.
Jacoby kan vanaf nul punten en is daarom iets gecompliceerder. Het vervolg:
0-7 punten  pas
8-9 punten  2SA (vijfkaart) of 3/ (zeskaart)
10+ punten  3SA (5332), 4/ (zeskaart) of nieuwe kleur (5-4, 5-5)
OEFENINGEN BIEDEN NA STAYMAN EN JACOBY
Opgave
Antwoord
West Noord Oost
1SA pas
pas
2
pas
Zuid
2
??
H982
64
V732
A65
2SA
West Noord Oost
1SA pas
pas
2
pas
Zuid
2
??
AB732
64
H84
972
2SA
West Noord Oost
1SA pas
pas
2
pas
Zuid
2
??
64
B98543
HV
V72
3
West Noord Oost
1SA pas
pas
2
pas
Zuid
2
??
V6
V9842
72
V965
Pas
5.
West
pas
pas
Noord
2
2SA
Oost
pas
pas
Zuid
1SA
2
??
AB93
HV65
A4
H32
4!
6.
West
pas
pas
Noord
2
3
Oost
pas
pas
Zuid
1SA
2
??
H762
AB3
HV3
V92
Pas
7.
West
pas
pas
Noord
2
2SA
Oost
pas
pas
Zuid
1SA
2
??
HV742
A96
B3
AB2
3
West
pas
pas
Noord
2
3
Oost
pas
pas
Zuid
1SA
2
??
84
A972
HV96
AV2
4
1.
2.
3.
4.
8.
76
OEFENSPELLEN LES 2
1.
 H 10 6 2
V7
 10 9 6 5
 V 10 8
West
pas
Noord
1
pas
853
AB986
H3
A92
N W O Z A74
5432
AV7
B65
Oost
pas
pas
2.
VB9
 H 10
B842
H743
Zuid
3
West
1
3
Bieden
3 van zuid is een limietbod: hartenfit, 10-11 punten.
Noord heeft een minimale opening en past.
Spelen
Oost komt uit met V. De leider neemt A en gaat
troeftrekken. Bij het oprapen van de ruitenslagen moet de
honneur aan de korte kant eerst worden gespeeld. Op
een hoge ruiten van zuid kan in noord een klaververliezer
weg.
Resultaat: 3 Contract
3.
864
H96
 10 4
 V 10 8 5 4
West
pas
pas
pas
Noord
1
3
pas
Noord
pas
pas
 10 4
 A 10 6 5
A95
 10 9 7 2
Oost
1
1
pas
A652
V2
 V 10 8 4 3
A6
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
In antwoord op de 1 opening biedt west zijn laagste
vierkaart als eerste. Na 1 is de fit ontdekt. 3 van west
is nu een uitgesteld limietbod. Het toont 10-11 punten.
Oost mag 4 bieden als hij meer dan een minimale
opening heeft. Dat is niet het geval.
Spelen
Zuid komt uit met 10. De leider trekt driemaal troef en
gaat daarna de ruitenkleur ontwikkelen. Hij begint met
B, honneur uit de korte kant eerst.
Resultaat: 3 Contract
V5
 B 10 8 3 2
AB72
H3
N W O Z AB72
5
HV983
AB2
Oost
pas
pas
pas
HV97
H943
B6
B84
B83
B87
H72
HV53
N
W O Z
4.
 H 10 9 3
AV74
65
976
Zuid
1
1
3SA
 B 10 6 4
84
AH32
H76
West
pas
1
2SA
pas
Noord
pas
pas
pas
pas
H75
 A 10 3
 V 10 7 4
985
N
W O Z
V982
B95
B96
 V 10 4
Oost
1
2
3SA
A3
HV762
85
AB32
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: 3 van noord is een uitgesteld limietbod. Het
toont een ruitenfit met 10-11 punten. Zuid is met 15
punten sterk genoeg om naar de manche te gaan. Hij
prefereert 3SA boven 5. De singleton harten is geen
bezwaar, aangezien noord die kleur geboden heeft.
Bieden
Na de 1 opening is 1 de 'laagste' vierkaart (1 is
goedkoper dan 2). Na de 2 herbieding van oost (toont
een 5-4 verdeling) biedt west 2SA. Dit toont 10-11 punten.
Een optimistische oostspeler verhoogt naar 3SA.
Spelen: West komt uit met 4. De leider laat klein uit
dummy bijspelen om de slag te nemen met B in de
hand. De ruitenkleur is goed voor vijf slagen. In schoppen
kan worden gesneden door vanuit noord V voor te
spelen. Oost moet dekken met de heer (honneur op
honneur). H moet tijdig worden geïncasseerd om ook
A te kunnen oprapen.
Spelen
Noord komt uit met 4. West wint de eerste slag met H
en speelt harten naar de heer. Als die houdt moet worden
overgestoken naar H om nogmaals harten vanuit west
te spelen, naar V toe. Noord maakt nu alleen A en de
leider uiteindelijk vier hartenslagen.
Resultaat: 3SA +1
Resultaat: 3SA Contract
77
5.
A9
 V B 10 8 4
 10 5 4
V92
West
pas
pas
pas
Noord
1SA
2
4
HB65
AH65
A93
B3
N W O Z V874
932
HV76
A6
Oost
pas
pas
pas
6.
 10 3 2
7
B82
 H 10 8 7 5 4
Zuid
2
3SA
pas
West
1SA
2
3
Bieden: Zuid gaat via Stayman op zoek naar een 4-4 fit
schoppen. Noord biedt de laagste van zijn twee hoge
vierkaarten. Nu er geen schoppenfit is gevonden legt zuid
aan in 3SA. Noord moet concluderen dat zijn partner een
vierkaart schoppen heeft (anders biedt zuid geen 2) en
'corrigeert' naar 4.
Spelen: Tegen een troefcontract is uitkomen met een korte
kleur aantrekkelijk. Oost start dus met 7. Noord wint de
eerste slag met H en speelt troef. Aan slag met A speelt
west een hoge harten en troeft oost A van noord. De
leider neemt het ruiten- of klavernaspel met de aas en trekt
de troeven. Bij het uitspelen van de ruiten komt zuids vierde
ruiten vrij. Daar kan in noord een klaveren op weg.
B72
 H 10 9 5
 H V 10 3
 10 6
West
pas
pas
pas
Noord
2
3
pas
V965
AV83
B6
842
N W O Z AH43
742
A2
HV93
Oost
pas
pas
pas
Noord
pas
pas
pas
N
W O Z
 V 10 9 2
 A 10
H765
 10 8 3
Oost
pas
2
2SA
pas
H76
HV942
84
954
Zuid
pas
pas
pas
pas
Bieden:
Na de 1SA opening is 2 een Jacoby transfer. Het toont
een vijfkaart harten en verplicht west tot het bieden van
2. Hierna toont 2SA 8-9 punten met exact een vijfkaart
harten. Het is een limietbod; openaar mag wel of niet naar
de manche gaan.
West is met 15 punten minimaal en besluit in de deelscore
af te stoppen. Hij prefereert 3 in de 5-3 fit boven 2SA.
Spelen
Noord komt uit met V. De leider begint met troeftrekken.
In schoppen kan worden gesneden op de vrouw. Als NZ
goed tegenspelen maken ze twee klaverslagen.
Resultaat: 3 Contract
Resultaat: 4 Contract
7.
AB43
B76
A9
HV76
85
853
 V B 10 3 2
AB2
8.
 10 8
B6
98754
AB75
Zuid
1SA
2
4
Bieden: Na zuids 1SA opening gaat noord via Stayman op
zoek naar een 4-4 fit in een hoge kleur. Het 2 antwoord
legt de schoppenfit bloot. Noord wil naar de manche als
zuid meer heeft dan het minimum van 15 punten. Hij biedt
3 als limietbod. Zuid zit met 16 punten precies in het
midden van zijn 15-17 range. Wie een zonnige kijk heeft op
het leven rondt naar boven af...
H8
A3
VB942
HB43
West
1
2
4
Noord
pas
pas
pas
543
9875
 A 10
V952
N
W O Z
 10 7
HVB2
H76
 10 8 7 6
Oost
1
3
pas
AVB962
 10 6 4
853
A
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: West opent met zijn vijfkaart en biedt na het 1
antwoord van oost zijn tweede kleur. Hierna herbiedt oost
zijn zeskaart. Aangezien 2 een minimaal bijbod van 6-9
punten toont doet hij dat met een sprong. 3 is een
limietbod en toont 10-11 punten. Omdat het een zeskaart
belooft mag west steunen met een doubleton.
Spelen: West komt uit met H. De leider neemt A en
trekt drie keer troef. In harten kan worden gesneden op de
H. Dat doe je door harten vanuit zuid te spelen en in
noord V te leggen. In klaveren moet naar de honneurs toe
worden gespeeld, dus tweemaal vanuit noord naar HV
toe spelen. Dankzij het gunstige zitsel wordt  gemaakt.
Spelen: Zuid komt uit met H, die de leider neemt met
A. Belangrijk is om een slag te maken met H.
Incasseer in slag twee A, speel schoppen naar de heer,
gooi op H een harten weg en ga dan pas verder met
troeftrekken. In ruiten moet tweemaal naar de honneurs
toe worden gespeeld. Zo verlies je niet meer dan twee
ruitenslagen en een hartenslag.
Resultaat: 4 Contract
Resultaat: 4 Contract
78
LES 3: UITGEKIEND UITKOMEN
Deze les wordt het uitkomen wat nader uitgediept. Twee belangrijke zaken:
1.
2.
Het verschil tussen uitkomen tegen SA en uitkomen tegen troef
Luisteren naar het biedverloop
ad. 1
Met een lange kleur en slechts twee aaneengesloten honneurs wordt tegen SA met een kleintje gestart.
Doel is om een blokkade te voorkomen. Extra voorbeeld naast die uit het boek:
975
VB632
N W O Z Als west met V uitkomt treedt een blokkade op.
H8
 A 10 4
975
HVB63
N W O Z 82
Bottom line: met twee plaatjes heb je hulp van
partner nodig om de kleur (snel) te ontwikkelen).
Daarom start je met een kleintje.
Hier heb je geen hulp van partner nodig en start je
dus met H.
 A 10 4
In een troefcontract ligt de zaak anders, omdat je de lengte niet kunt benutten:"
 H 10 4
VB632
N W O Z A87
95
Als west met V uitkomt maken OW twee
ruitenslagen. Een 2 start geeft de leider de kans
om in een troefcontract maar een ruitenslag te
verliezen.
Het meest duidelijke voorbeeld:
B95
AH432
N W O Z  10 7
V86
In een troefcontract is de uitkomst van 2
waanzinnig. In een SA-contract is het daarentegen
niet zo gek, zeker als je geen zij-entree hebt. Je
hebt immers partner nodig om de lengte te
benutten.
Dan het uitkomen van een kleur waarin je de aas als enige plaatje hebt:  A 10 8 4 2
In een SA-contract is 2 een prima uitkomst. Je doel is wederom om je lengte te benutten:
6
 A 10 8 4 2
N W O Z HB9
V753
Na een schoppenstart voor vrouw en heer hoeft
oost nog maar een keer aan slag te komen en OW
kunnen vier schoppenslagen oprapen. In een
troefcontract ligt de zaak geheel anders. Door de
singleton in dummy maak je A helemaal niet
meer.
Uitkomen onder een aas vandaan is in een troefcontract dus een grote 'nono'. de aas van aas-heer staat
op pagina 32 tegen troef echter op 1. De reden: je krijgt de dummy te zien terwijl je aan slag blijft. En nadat
de dummy is opengegaan wordt het tegenspel in de regel iets overzichtelijker.
79
Ad. 2 (luisteren naar het biedverloop)
Het citaat op pagina 30 is van Wubbo de Boer. Het advies om met partners kleur uit te komen en niet in
een door de tegenpartij geboden kleur zal door de meeste leraren waarschijnlijk al in de eerste cursus
gegeven zijn. In hoofdstuk 3 van het boek staat het nu ook zwart op wit. Belangrijk is nog de uitkomstkaart
in een door partner geboden kleur. Een groot deel van recreatief bridgend Nederland heeft de afspraak om
altijd met de hoogste te starten, ongetwijfeld gebaseerd op de richtlijn 'hoge kaarten van de korte kant
eerst'. Dit is niet iets wat ik aanbeveel. Van een doubleton wordt uiteraard met de hoogste gestart om een
blokkade te voorkomen. Met honneur-derde is mijn advies om met de laagste uit te komen. Dus:
V7
V72
Als partner schoppen heeft geboden start je met het bovenste bezit met V en met het onderste met 2.
Tot slot is het belangrijk om aan te geven dat het gaat om richtlijnen, geen keiharde regels. Wat dat betreft
is opgave 10 uit onderstaande oefeningen zeer illustratief.
80
OEFENINGEN
Met welke kaart kom je uit?
Opgave
Antwoord
1.
AV982
763
8
V942
West Noord Oost
pas
3SA pas
pas
Zuid
1SA
pas
2
2.
H432
84
7652
VB3
West
pas
pas
Oost
pas
pas
Zuid
1
4
V
Uitkomen van een serie is
aantrekkelijker dan onder een
plaatje vandaan
3.
A842
7
A982
8754
West Noord Oost
pas
4
pas
pas
Zuid
1
pas
8
4.
764
B9543
8
AH65
West
pas
pas
Oost
pas
pas
pas
Zuid
1
4
A
Eventuele ruitenaftroever
nastreven kan altijd nog.
5.
VB32
764
H842
76
West Noord Oost
pas
3SA pas
pas
Zuid
1SA
pas
2
Heeft minder hulp bij partner nodig
om de kleur te ontwikkelen dan
2.
6.
763
A6
B982
9653
West
pas
pas
Noord
1
2
pas
Oost
pas
pas
pas
Zuid
1
4
A
Aantrekkelijker dan andere
doubletons, omdat H bij partner
genoeg is voor een aftroever.
7.
762
8
H9543
B765
West
pas
pas
pas
Noord
1
4
Oost
pas
pas
Zuid
1
1
pas
8
Een aftroever in een door de
tegenpartij geboden kleur is ook
lekker.
8.
A42
B943
762
VB2
West
pas
pas
pas
Noord
1
2SA
Oost
pas
pas
Zuid
1
1SA
pas
V
Als je in een driekaart een serie
van twee honneurs hebt, start je
nooit met een kleintje
9.
 B 10 8 4
973
V2
 10 7 6 2
West
pas
pas
Noord
1
3
pas
Oost
1
pas
pas
Zuid
1
4
V
Partners kleur, hoogste van een
doubleton.
10.
A62
84
A983
 10 7 6 4
West
pas
pas
pas
Noord
1
1
3
pas
Oost
pas
pas
pas
pas
Zuid
1
3
4
A
Kom uit met partners singleton!
Goed luisteren naar het bieden.
Noord
3
pas
Noord
1
3
pas
81
OEFENSPELLEN LES 3
1.
752
963
 B 10 8 6 3
84
West
pas
pas
Noord
pas
3SA
AV3
85
H72
 B 10 6 5 3
N W O Z HB9
AH7
A95
V972
Oost
1
pas
2.
 10 8 6 4
 V B 10 4 2
V4
AH
Zuid
1SA
pas
West
4
Bieden
Zuid heeft de punten en verdeling voor een 1SA volgbod.
Ook een hartendekking is aanwezig. Het komt niet vaak
voor dat er na een opening bij de tegenpartij voldoende
punten zijn voor een manche, maar hier is dat het geval.
Noord verhoogt naar 3SA.
Spelen
West komt uit met de door partner geopende kleur.
Hierdoor liggen OW net een tempo voor bij het
ontwikkelen van de lange kleur. Oost heeft zijn harten
eerder vrij dat zuid de klaveren. Hij maakt drie
hartenslagen en twee klaverslagen.
3
AV8742
V72
H82
West
1
pas
pas
Noord
1
4
AHVB7
 B 10 5
H83
 10 4
N W O Z 9852
H6
A5
AV965
Oost
pas
pas
 10 6 4
93
 B 10 9 6 4
B73
Zuid
1
2
pas
Spelen: Oost komt uit met 9 in partners kleur. West
maakt hierdoor de eerste twee slagen. Daarna breekt een
belangrijk moment aan. Wie goed heeft geteld weet dat
alleen noord nog een (hoge) harten heeft. Het beste is om
een derde ronde harten te spelen. Oost kan dan de slag
binnenhalen door te troeven met 10! H wordt
vervolgens de downslag.
82
Oost
1
pas
Zuid
pas/2
pas
Bieden
Zuid heeft 13 punten met een vijfkaart klaveren. Een 2
volgbod is beslist niet opgelegd. Een volgbod belooft
normaliter een goede vijfkaart, zeker op tweeniveau. West
heeft voldoende punten om tegenover een opening bij
partner de manche te proberen.
Spelen
Uitkomen van een serie is aantrekkelijker dan onder een
plaatje vandaan. Zuid start dus met H. Dit ontwikkelt
twee hartenslagen. En als zuid nooit klaveren speelt
verliest de leider ook nog A en een klaverslag.
4.
Bieden: NZ hebben van het 1 volgbod geen last en
vinden eenvoudig hun schoppenfit. Noord is sterk genoeg
om tegenover een opening bij partner naar de manche te
gaan.
Resultaat: 4 -1
Noord
pas
75
HVB
A52
H8742
AV9843
 10 9 5
V3
AV
Resultaat: 4 -1
Resultaat: 3SA -1
3.
HB62
A64
 H 10
 B 10 6 3
 10
8732
B98764
95
N
W O Z
 V 10 2
H32
 V 10 8 4
AHB
West
1SA
pas
Noord
pas
pas
AH764
B65
93
 10 8 5
N
W O Z
85
 V 10 8 7
H75
7642
Oost
3SA
B93
A94
AB62
V93
Zuid
pas
Bieden
OW hebben 27 punten samen met allebei een 4333
verdeling. Dan moet het uiteraard 3SA worden. Het
afgebeelde biedverloop is 'uit het boekje'.
Spelen
Tegen een troefcontract zou A de juiste uitkomst zijn,
maar tegen 3SA kan zuid beter opteren voor 4. Om de
schoppenkleur in zijn geheel te benutten heeft hij hulp van
partner nodig. Die hulp krijgt hij hier niet, maar als zuid
aan slag met H schoppen doorspeelt kan noord
uiteindelijk toch vier slagen in de kleur oprapen.
Resultaat: 3SA -1
5.
 10 9 5 3
75
AB92
H94
West
pas
pas
Noord
1
2
pas
AVB62
AV83
8
B65
N W O Z 87
HB92
HV76
A73
Oost
pas
pas
pas
6.
H4
 10 6 4
 10 5 4 3
 V 10 8 2
Zuid
2
4
West
1
2SA
pas
Bieden
Noord opent met zijn langste kleur en zuid biedt in
antwoord daarop zijn laagste vierkaart. Uiteindelijk wordt
de hartenfit gevonden. Zuid is sterk genoeg om tegenover
een partner met openingskracht naar de manche te gaan.
Spelen
Oost komt uit met de enige ongeboden kleur: 2. De
leider legt klein in dummy en ziet west de slag nemen met
H. Op het klavernaspel legt oost alleen de vrouw als
noord de boer speelt. Met goed tegenspel maken OW
twee klaverslagen, A en H.
Resultaat: 4 -1
7.
A82
H764
9843
86
West
pas
pas
pas
Noord
1
3
pas
Noord
pas
pas
pas
N
W O Z
B964
862
B953
AV
Oost
1
1
3SA
AH72
H3
72
 H B 10 9 3
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: Oost opent met zijn langste kleur en kan daarna
ook zijn tweede kleur op eenniveau bieden. Als west nu
6-9 punten heeft biedt hij 1SA en met 12+ punten 3SA.
2SA zit daar precies tussenin en toont 10-11 punten. Met
14 punten zit oost op de wip om naar de manche te gaan.
Spelen: Noord komt uit met 4. De leider neemt in de
hand en speelt klaveren naar de boer, aldus snijdend op
de vrouw. De snit mislukt en zuid speelt harten, de
uitkomstkleur van partner, door. De leider speelt nu H
voor de aas en een derde rondje harten ontwikkelt noords
lengte. Zodra hij aan slag komt met A kan noord twee
hartenslagen oprapen.
Resultaat: 3SA -1
 V B 10 7
AV95
 10 5
V94
N W O Z H964
B2
HVB2
 A 10 3
Oost
pas
pas
pas
8.
53
 10 8 3
A76
HB752
Zuid
1
1
4
Bieden
Het duurt even, maar uiteindelijk vinden NZ hun
schoppenfit. 3 van noord is een uitgesteld limietbod en
toont 10-11 punten. Zuid kan zowel opteren voor pas als
voor 4. 14 punten is een randgeval.
Spelen
West komt uit met de enige ongeboden kleur, 8 om een
plaatje te ontkennen. Als in dummy klein wordt gelegd
dwingt oosts B de aas er bij zuid uit. Aan slag met
troefaas speelt west klaveren door. Oost maakt H en
geeft zijn partner een klaveraftroever. Hierna is A de
downslag.
Resultaat: 4 -1
83
 A V 10
HV864
752
 V 10 5
B9754
 A 10
864
H98
B93
AB84
A43
West
1
1SA
pas
Noord
pas
pas
pas
5
 A 10 6 2
 10 9 7 2
 10 9 8 5
N
W O Z
 V 10 2
H85
H63
VB62
Oost
1
4
AB7643
V74
V5
H7
Zuid
pas
pas
Bieden
Na de 1 opening bouwt oost de bieding rustig op met
1. Zodra zijn partner echter een SA-verdeling met 12-14
punten toont, weet hij het juiste contract. Er zijn immers
voldoende punten en voldoende schoppens voor 4.
Spelen
Zuid komt uit met V. Oost neemt H en gaat
troeftrekken. Het zitsel is niet gunstig. Wanneer oost op
enig moment V voorspeelt moet zuid dekken met de
heer, honneur op honneur. Met optimaal tegenspel kan
4 een down.
Resultaat: 4 -1
83
LES 4: GESTOORD BIEDEN
Omgaan met tussenbieden is misschien wel het belangrijkste onderwerp in deze cursus. Tenslotte komt
het om de haverklap voor. In deze les wordt de basis gelegd, op het eind van de cursus volgt nog het
negatief doublet.
Belangrijk is het verschil tussen een hinderlijk volgbod en een niet hinderlijk volgbod. Een volgbod is
hinderlijk als het je geplande bod afneemt. Richtlijnen:
-
Nieuwe kleur op tweeniveau blijft 10+ punten
Bied met 6-9 punten 1SA als je een dekking hebt en je geen kleur op eenniveau kunt noemen.
Zeg met 6-9 punten pas als je geen dekking hebt en geen kleur kunt bieden.
Openaar
Voor openaar geldt na een volgbod van de rechtertegenstander min of meer hetzelfde. Belangrijk is het
voorbeeld op pagina 38. In het verlengde daarvan:
West Noord Oost
pas
1
2
Zuid
1
??
HB42
96
B43
AH76
2 is niet verantwoord tegenover een partner met
mogelijk maar zes punten. Er is immers geen
zekerheid van een fit.
Met lange kleuren mag je eerder 'doorbijten':
West Noord Oost
2
pas
1
Zuid
1
??
V3
96
AVB762
AB6
De zeskaart geeft voldoende speelkracht om 3 in
plaats van het geplande 2 te bieden.
Het valt aan te raden om nog even te benadrukken dat de biedplicht niet vervalt na een volgbod van de
linkertegenstander:
In deze biedsituatie mag je niet passen, tenzij
partner een bod (2, 1SA) heeft gedaan dat niet
forcing is
West Noord Oost Zuid
1
1
2
pas ??
Redoublet
Het redoublet op pagina 37 is een klein en niet zo belangrijk stukje biedtheorie. Het geeft wel een helder
inzicht in de doelstelling van wedstrijdbridge: niet slaafs regeltjes volgen, maar trachten zoveel mogelijk
punten te scoren. Tussenbiedende tegenstanders zijn vaak lastig, maar het biedt ook kansen. Hoe beter je
in staat bent om tussenbieden af te straffen, hoe voorzichter tegenstanders worden. En het
tegenovergestelde: als je daar niet toe in staat bent bestaat het gevaar dat ze met je gaan 'sollen' door
volstrekt onverantwoorde biedingen te doen.
Met een redoublet op een informatiedoublet zet je de 'jacht' in op de tegenpartij. Je bent uit op bloed:
West Noord Oost
dbl
1
84
Zuid
??
6
HB93
 A V 10 4
 V B 10 6
Hier ben je van plan elk volgend bod van oost of
west te doubleren.
OEFENING
Opgave
Antwoord
1.
West Noord Oost
1
1
Zuid
??
V76
H82
VB32
976
1SA
Vrouw-derde is een dekking.
2.
West Noord Oost Zuid
1 ??
1
854
H6
V972
H843
2
Je geplande bod.
3.
West Noord Oost
1 1
Zuid
??
AV76
H83
B76
A92
3SA
Genoeg punten voor de manche
en de schoppenkleur goed gedekt.
4.
West Noord Oost
1
1
Zuid
??
H6
AB984
H76
V92
2
Sterk genoeg voor nieuwe kleur
op tweeniveau.
5.
West Noord Oost
1
pas
1
Zuid
1
??
H8
976
A92
AV976
1SA
Je geplande herbieding. Belooft
schoppendekking.
6.
West Noord Oost
2
pas
1
Zuid
1
??
A6
8
HV982
HV765
3
Met lange kleuren tandje erbij.
Lengte = speelkracht!
7.
West Noord Oost
2
pas
1
Zuid
1
??
H42
96
HV76
AB32
2SA
Je hebt biedplicht.
West Noord Oost
dbl
rdbl
2
Zuid
1
??
B4
AV982
76
AH42
Pas, partner toont interesse in
gedoubleerd tegenspelen. Zelf
kun je niet doubleren zonder
troeflengte. Met pas laat je die
optie over voor partner.
9.
West
dbl
2
Oost
pas
pas
Zuid
1
pas
??
AV982
H86
VB2
94
pas
Met redoublet is de jacht ingezet.
Elk volgend doublet is nu voor
straf.
10.
West Noord Oost
1
3
Zuid
??
84
H96
9843
AB43
pas
Het bieden is te hoog
opgeschroefd om partner nog te
steunen.
8.
Noord
rdbl
dbl
85
OEFENSPELLEN LES 4
1.
V75
 V 10 5
 10 8 5 3
B96
West
pas
pas
Noord
1
3
A6
6432
V2
AV842
N W O Z 942
AHB98
B94
H7
Oost
1
pas
2.
 H B 10 8 3
7
AH76
 10 5 3
Zuid
2
4
West
3SA
Bieden: Oost heeft een redelijke vijfkaart en doet een
volgbod. Dit ontneemt zuid zijn geplande 1 antwoord.
Met 12 punten is hij echter sterk genoeg om zijn kleur op
tweeniveau te bieden. Noord mag niet passen op 2. Hij
steunt en zuid biedt de manche.
Spelen: West komt uit met 5, de door partner geboden
kleur. De leider neemt A en speelt AH. Hierna laat hij
de hoge V zitten om zijn aandacht naar de klaverkleur te
verleggen. Hij speelt H (honneur uit de korte kant eerst)
en klaveren naar de aas. Op V gooit hij een schoppen
weg en op de vrije 8 nog een schoppen. West troeft met
V, maar omdat zuid zijn beide schoppens kwijt is maken
OW alleen nog AH.
Resultaat: 4 Contract
3.
 10 5 3
AHV97
 H 10 4 3
6
West
1
pas
pas
Noord
2
3
N W O Z AH
843
AV762
843
B8742
 10 5
B85
 V 10 9
Zuid
1
2
pas
Spelen
Oost komt uit met 10. West maakt de eerste drie slagen
met AHV, maar daarna maakt oost alleen nog een slag
met troefvrouw.
86
Oost
1
pas
Zuid
3
pas
Bieden
Zuid heeft een goede zevenkaart schoppen. Dat maakt de
hand geschikt voor een preëmptief volgbod op drieniveau.
West laat zich met 13 punten de kaas niet van het brood
eten. 4 is een mogelijkheid, maar dat gaat 3SA voorbij.
En dat laatste is de meest aantrekkelijke manche met een
lange lage kleur.
Spelen
Noord komt uit met B. Dit is een eng spel, omdat wests
schoppendekking direct wordt verdreven. Zodra je van
slag gaat krijg je een lawine aan schoppenslagen om de
oren. Gelukkig zijn er negen slagen voor het oprapen...
4.
Bieden
Uiteraard doet west een volgbod met zijn prachtige
vijfkaart. Na 1-pas-2-pas zou zuid 2SA hebben
geboden: SA-verdeling, 12-14 punten. Nu is een
hartendekking nodig voor 2SA. Zuid herbiedt daarom 2:
lange ruitenkleur, minimale opening. Noord herhaalt zijn
zeskaart klaveren en zuid past.
Resultaat: 3 Contract
Noord
pas
 A V 10 9 4 3 2
 V 10
8
 V 10 5
8
AB76
H42
A9643
Resultaat: 3SA Contract
V96
B62
9
AHB752
Oost
pas
pas
H75
84
AVB93
H72
B6
H9532
 10 7 6 5
B8
N
W O Z
84
H65
AV732
A96
West
1
pas
pas
Noord
pas
pas
pas
6
B987
H954
8543
N
W O Z
 A H 10 9 7 5 3
 10 5 2
 10 6
VB2
Oost
1
3SA
VB2
AV43
 B 10 6
 H 10 7
Zuid
3
pas
Bieden
Na 1-1 doet zuid een preëmptief volgbod in schoppen.
West kan nu het beste passen; hij heeft met zijn opening
al 12+ punten getoond. Het is oost die met 13 punten nog
actie onderneemt. Aangezien hij de schoppenkleur
gedekt heeft is 3SA een aantrekkelijke optie.
Spelen
Zuid begint met A en H. Daarna maken OW alleen nog
H.
Resultaat: 3SA +1
5.
A7
AB9843
 V 10 4
B3
West
2
Noord
1
pas
84
H76
A932
AV76
N W O Z V9532
 10 5
HB6
842
Oost
pas
pas
6.
 H B 10 6
V2
875
 H 10 9 5
Zuid
1
pas
 V 10 7 5
 10 7
 H V 10 3
V84
West
1
3
Bieden
Na 1-1 is noords normale herbieding 1SA. Het 2
volgbod ontneemt hem die mogelijkheid. Het is nu
onverstandig om 2SA te bieden; dat is onverantwoord
hoog als zuid maar zes punten heeft. Beter is om te
passen; door het volgbod ben je van je biedplicht
ontheven. Als zuid een mooie hand heeft kan hij nog iets
bieden, maar dat is hier niet aan de orde.
Noord
2
pas
A963
B3
96
 A H B 10 3
N
W O Z
HB42
V984
52
752
Oost
1
2
pas
8
AH652
AB874
96
Zuid
pas
3
pas
Bieden
Oost opent met de hoogste van zijn twee vijfkaarten. Na
het 1 antwoord van west volgt noord 2. Dit is niet
hinderlijk voor oost, die gewoon zijn geplande 2
herbieding kan doen. Zuid steunt de klaveren op een
driekaart en west de ruiten op een vierkaart. Na 3 is
iedereen uitgeboden.
Spelen
Noord komt uit met 8. De leider gaat zo snel mogelijk
troeftrekken. Waarschijnlijk worden er acht of negen
slagen gemaakt.
Spelen
Zuid komt tegen 3 uit met 7. Oost troeft de derde
klaveren en moet na het troeftrekken de hartenkleur gaan
vrijspelen. Speel A, H en harten getroefd. Door later
nog een harten in west te troeven kan de vijfde harten
worden vrijgespeeld.
Resultaat: 2 Contract (+1)
Resultaat: 3 +1
7.
V43
B43
HB972
96
West
Noord
pas
pas
pas
2
 10 6 5
H52
 A 10 8 4
 B 10 2
N W O Z H87
AV987
53
V87
8.
AB92
 10 6
 V6
AH543
Oost
Zuid
pas
1
1
allen pas
Bieden
Het 1 volgbod ontneemt west zijn 1 antwoord.
Aangezien hij onvoldoende punten heeft voor 2 (en een
hartendekking voor 1SA) resteert hem niets anders dan te
passen. Met drie hartens mee mag noord steunen naar
2. Als oostt nu 2 biedt is dat een erg moedig bod. Maar
niet erg verantwoord. West kon niet bijbieden en heeft dus
zeker geen vierkaart schoppen en 6+ punten. Wel kan
west nul punten hebben!
Spelen
Oost komt tegen 2 uit met 9. West maakt zijn twee
hoge klaveren en geeft oost een klaveraftroever. Als OW
verder goed tegenspelen verliest de leider ook nog twee
schoppenslagen en een ruitenslag.
Resultaat: 2 -1
 A B 10 9 7
84
95
AHB6
West
1
pas
dbl
Noord
dbl
2
pas
V
A763
HV84
 V 10 4 3
N
W O Z
H65432
 10 5 2
 10 6
75
Oost
rdbl
pas
pas
8
HVB9
AB732
982
Zuid
pas
pas
??
Bieden
Noord heeft de perfecte verdeling om op 1 een
informatiedoublet te geven. Oost redoubleert echter.
Daarmee kondigt hij aan dat hij NZ 'rauw' lust. Als NZ 1
geredoubleerd uitpassen kost dat een berg punten (west
maakt zijn contract). Noord zoekt dus met 2 een veilig
heenkomen. Dat contract wordt echter door west
gedoubleerd. Hierna is er geen redden meer aan voor NZ.
Spelen
Welk contract NZ ook spelen, het wordt een 'bloedbad'.
'Shit happens', zoals de Amerikanen zeggen...
Resultaat: ??
87
4.
V43
B43
HB972
96
West
pas
pas
Noord
pas
2
 10 6 5
H52
 A 10 8 4
 B 10 2
H87
AV987
53
V87
AB92
 10 6
 V6
AH543
Oost
Zuid
1
1
allen pas
Bieden
Het 1 volgbod ontneemt west zijn 1 antwoord. Aangezien hij onvoldoende punten heeft voor 2 (en een hartendekking
voor 1SA) resteert hem niets anders dan te passen. Met drie hartens mee mag noord steunen naar 2. Als oostt nu 2
biedt is dat een erg moedig bod. Maar niet erg verantwoord. West kon niet bijbieden en heeft dus zeker geen vierkaart
schoppen en 6+ punten. Wel kan west nul punten hebben!
Spelen
Oost komt tegen 2 uit met 9. West maakt zijn twee hoge klaveren en geeft oost een klaveraftroever. Als OW verder
goed tegenspelen verliest de leider ook nog twee schoppenslagen en een ruitenslag.
Resultaat: 2 -1
88
LES 5: PLAN B
Na het maken van een speelplan in sans-atout staat nu het speelplan in een troefcontract op het
programma. Allereerst is daar de introductie van het begrip 'verliezer'. Dit zijn slagen die je zou kunnen
verliezen. Bij het maken van een speelplan zet je in eerste instantie een pessimistische bril op. Wat extra
voorbeelden:
Verliezers
H72
H72
H32
HV2
V84
2
V8
1
B6
2
743
2
Van belang is dat het tellen van verliezers gebeurt vanuit de hand met de lange troeven. Doorgaans is dat
de hand van de leider, maar soms (na een Jacoby transfer) liggen de lange troeven in dummy. Dan moet
er dus feitelijk een speelplan gemaakt worden vanuit dummy. In dit stadium erg lastig. Hooguit aanstippen
dus.
1.
A93
2.
6
6
A93
In 1 tel je nul ruitenverliezers, omdat je de tweede ruiten al kunt troeven. In 2 tel je twee verliezers, omdat
het maken van aftroevers in dummy (korte troefkant) in het speelplan moet worden opgenomen.
Dan het wegwerken van verliezers. Op een rijtje:
-
In de kleur zelf
Op hoge kaarten van dummy
Door aftroevers
De laatste is verreweg het interessantst. Verliezers wegwerken door te snijden of naar de losse honneur
toe te spelen kan de leerling inmiddels hopelijk wel. Ook de tweede lijkt evident, maar is misschien toch
lastiger dan het oogt. Een testcase:
HB72
AV3
A93
973
N W O Z Zuid speelt 4. Na het troeftrekken kun je op
noords V in zuid een verliezer wegwerken. Op
welke kaart valt de keuze? De vierde klaveren kan
in dummy worden getroefd. Het is dus B waar
afscheid van genomen moet worden.
 A V 10 8 5
H2
VB
 10 5 4 2
89
Aftroevers aan de korte kant moeten vaak worden voorbereid. Een instructief voorbeeld:
H83
9842
76
A842
N W O Z AVB72
A3
A92
H65
90
Zuid speelt 4 met de uitkomst van H. Je hebt
vier verliezers: een harten, een klaveren en twee
ruitens. Een ruitenverliezer kan worden getroefd in
dummy. Je moet dan wel eerst een ruitenslag
weggeven. Direct, omdat de aftroever gemaakt
moet worden voor het troeftrekken.
OEFENSPELLEN LES 5
1.
6542
85
A753
952
West
pas
pas
Noord
1
2
pas
AV
B942
862
AV64
N W O  10 9 8
 A H V 10 6
B94
H3
Oost
pas
pas
pas
2.
HB73
73
 H V 10
 B 10 8 7
Zuid
1
4
West
1
4
Bieden: Na de 1 opening bouwt zuid de bieding rustig
op met 1. 2 toont hartensteun en een minimale
opening. Voor zuid genoeg om 4 te proberen.
Spelen: West komt uit met 6. Zuid telt drie
ruitenverliezers en twee schoppenverliezers. Een
schoppen kan worden getroefd in dummy. Een
ruitenverliezer kan worden weggewerkt op een hoge
klaveren van dummy. Daar is wel haast bij geboden. Wie
in de eerste slag V legt gaat down als OW na H drie
ruitenslagen oprapen. Veiliger is om A te pakken, troef
te trekken en dan de klaverkleur uit te spelen. Speel eerst
H en dan 3 naar A. Op V gooi je in de hand 4
weg.
Resultaat: 4 Contract
3.
B842
A76
8543
72
West
pas
3
4
Noord
pas
pas
pas
N W O Z  10 7 3
 H V 10 3
H9
B986
 10 3
653
9432
 H 10 5 3
Oost
1
3
pas
V876
AHVB2
A6
94
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Na het 1 antwoord springt oost naar 3. Dat toont 15-17
punten. West heeft net voldoende om de manche te
proberen.
Spelen
Noord komt uit met H. De leider telt vier verliezers: A,
een ruitenslag en twee klaverslagen. In 4 is dat een te
veel. Wie na A troef speelt stelt NZ in staat om de vier
slagen ook daadwerkelijk op te rapen. Beter is om eerst
de hoge harten uit te spelen. Op V gaat in west B weg.
Nu is de ruitenverliezer verdwenen en kan er troef
getrokken gaan worden.
4.
AHV6
84
A72
AH53
Zuid
pas
pas
pas
pas
Bieden: Oost heeft 20 punten met een SA-verdeling en opent
met 2SA. West gebruikt de Stayman conventie om te
onderzoeken of er een 4-4 fit is in schoppen. Dat blijkt het
geval. Het wordt dus 4.
Spelen: Zuid komt uit met H. Oost telt vanuit de hand vijf
verliezers: een harten, twee ruiten en twee klaveren. De beide
klaververliezers kunnen in dummy worden getroefd. Dan mag
je echter niet drie keer troeftrekken, want dan houd je maar
één troef over in west. Beter is om eerst de aftroevers te
maken. Neem A, speel A en H en troef een klaveren in
west. Dan volgt schoppen naar de aas en de vierde klaveren.
Als zuid nog bekent weet je dat noord ook geen klaveren meer
heeft. Dus is het verstandig om te troeven met B, dat
voorkomt een overtroever. Pa daarna ga je troeftrekken.
Resultaat: 4 Contract
Noord
2
pas
N
W O
Resultaat: 4 Contract
95
B952
 V B 10 6
 V 10 4
Oost
2SA
3
pas
HB942
 10 7
B7
VB82
A5
984
 H V 10 8 5
A76
A9543
87
 10 8 5
H73
West
pas
pas
pas
Noord
1SA
2
pas
HB76
HB92
H7
A65
N
W O Z
V
 V 10 4 3
AV432
984
Oost
pas
pas
pas
 10 8 2
A65
B96
 V B 10 2
Zuid
2
4
Bieden: Noord heeft 15 punten met een SA-verdeling en
opent dus 1SA. Via de Stayman conventie wordt de 4-4 fit
harten ontdekt. Zuid legt aan in 4.
Spelen: Oost komt uit met V. Noord telt verliezers in
schoppen, harten en klaveren. Zodra A is verdreven
heeft hij haast met het wegwerken van een verliezer. Hij
gaat geen troeftrekken (dat stelt OW in staat om vier
slagen te maken), maar speelt H gevolgd door 7 naar
A. Dan volgt V, waar in noord een klaveren op wordt
weggedaan. De leider haalt opgelucht adem als niemand
troeft. Hij kan nu gaan troeftrekken en verliest uiteindelijk
niet meer dan A, A en één klaverslag.
Resultaat: 4 Contract
91
5.
 10
HV754
B952
743
West
pas
Noord
1
pas
AB732
86
AV3
H86
N W O Z HV654
B93
H7
A92
Oost
pas
pas
6.
98
 A 10 2
 10 8 6 4
 V B 10 5
Zuid
4
West
1
pas
Bieden
Zuid heeft voldoende punten en troefsteun om de 1
opening naar 4 te verhogen.
Spelen
Oost komt uit met V. De leider neemt en trekt twee
rondjes troef. Er zijn drie verliezers: twee in harten en een
in klaveren. De klaververliezer kan worden weggewerkt
door driemaal ruiten te spelen en op de derde hoge ruiten
in zuid een klaveren af te gooien. Noord kan zijn derde
klaveren dan in dummy troeven.
Resultaat: 4 +1
7.
A3
VB9
 10 7 5
 10 8 7 5 4
West
pas
pas
Noord
2
pas
Noord
pas
pas
N
W O Z
 10 3
HB42
AV8
 A 10 6 5
Oost
2
B84
76
 H 10 7 3 2
HB4
Zuid
1
pas
Bieden
Als je een vijfkaart hebt, heeft een volgbod de voorkeur
boven een informatiedoublet. Oost mag steunen op een
driekaart. NZ hebben ondanks de opening weinig in de
melk te brokkelen.
Spelen
Noord komt uit met 8. West telt zes verliezers: een
schoppen, twee hartens, twee ruitens en een klaveren.
Een hartenverliezer is weg te werken door de derde
harten te troeven aan de korte troefkant. Dat moet dan wel
voor het troeftrekken gebeuren.
Resultaat: 2 Contract
V764
 10 7 6
H982
B2
N W O Z  B 10 9 8 2
A32
A
AHV6
Oost
pas
pas
8.
H5
H854
VB643
93
Zuid
1
4
Bieden
De zuidhand is sterk genoeg om tegenover een partner
met 6-9 punten de manche te proberen.
Spelen
West komt uit met V. Zuid telt vier verliezers: AH en
twee hartens. Een hartenverliezer kan worden
weggewerkt op H. Wie na A begint met troeftrekken
stelt OW in staat om twee hartenslagen op te rapen. Beter
is om A op te rapen, met 8 over te steken naar B en
op H een harten weg te gooien.
Resultaat: 4 Contract
92
AH752
A53
65
V93
V96
 V 10 9 8
B94
872
AV7
A875
AH
 V 10 8 4
West
1
4
Noord
pas
pas
 H 10 4 2
6
 V 10 8 5
A976
N
W O Z
B983
 10 9 4
B9642
2
Oost
1
pas
65
HVB32
73
HB53
Zuid
pas
pas
Bieden
West heeft met 19 punten net niet de kracht niet voor een
2SA opening. Wel is hij sterk genoeg om 1 naar 4 te
verhogen.
Spelen
Zuid komt uit met zijn singleton klaveren. Noord moet zich
realiseren dat zijn partner niet voor niets met een door de
tegenpartij geboden kleur uitkomt. Hij neemt A en speelt
klaveren na, die zuid kan troeven. Wanneer zuid nu
schoppen speelt breekt een belangrijk moment aan. Als
noord weer aan slag komt geeft hij zijn partner een
tweede aftroever. Oost wil dat niet riskeren en en snijdt
daarom niet op H. Hij pakt A en trekt vliegensvlug de
troeven.
Resultaat: 4 Contract
LES 6: PRIORITEITEN
De herbieding is in flits 1 en start bieden al in vogelvlucht behandeld. Nu gaan we structuur aanbrengen.
Er zijn vier handtypen:
-
SA-verdelingen
Eenkleurenspellen
Tweekleurenspellen
Driekleurenspellen
 4333, 4432, 5332
 6322, 6331, 7321
 5422, 5431, 5521, 6421
 4441, 5440
Biedstructuur SA-verdelingen
SA openen (15-17, 20-22) of SA herbieden (12-14, 18-19, 23-24)
Uitzonderingen:
Als je een nieuwe kleur op eenniveau kunt bieden
Als je fit hebt voor partner
765
B942
AH
HV76
Deze hand open je met 1. Na 1 van partner bied je 1SA: SA-verdeling met 12-14 punten. De
uitzonderingen treden op na 1 (dan 1) en 1 (dan 2).
Biedstructuur eenkleurenspellen
Lange kleuren wil je graag troef maken, zelfs als partner geen fit heeft. Een zeskaart of langer bied je dus
twee keer.
12-14 punten  zonder sprong
15-17 punten  met sprong
18-19 punten > de manche
Met een lange lage kleur is 3SA aantrekkelijker dan 5/.
93
Biedstructuur tweekleurenspellen
Dit is verreweg de lastigste. Omdat je nog geen fit hebt en ook geen lange kleur moet het bieden laag
gehouden worden als je niet heel sterk bent. Daarom vloeien de minimum en medium handen samen:
Nieuwe kleur zonder sprong  12-17 punten
Nieuwe kleur met sprong
 18-19 punten
En dan is er nog de reverse regel. Het is het enige onderwerp waar in flits2 twee pagina's aan gewijd is.
Dat zegt al genoeg. Het nut van reverse is wellicht het best te begrijpen door het vanuit de antwoorder te
bekijken:
West Noord Oost
pas
1
pas
pas
2
Zuid
1
??
HB43
76
V842
973
Om voorkeur te geven voor ruiten moet zuid
helemaal naar het drieniveau. Met een minimale
openaar en een minimale antwoorder is de
bedoeling dat het bieden op een- of tweeniveau
eindigt. Om die reden belooft 2 overwaarde: vanaf
16 punten. Met minimale handen en 4-5 moet
noord een minimale herbieding (1SA of 2) doen.
Biedstructuur driekleurenspellen
Deze vertoont grote gelijkenis met die van tweekleurenspellen. Zolang er geen fit is gevonden bied je een
nieuwe kleur zonder sprong met 12-17 punten en spring je pas vanaf 18 punten. Doorgaans bied je je
nieuwe kleur zo goedkoop mogelijk. Een uitzondering:
West Noord Oost
pas
94
1SA
pas
Zuid
1
??
AB762
H942
HV32
-
Hier is 2 de betere herbieding. De reden: de kans
is groot dat je niet al je kleuren kunt bieden. En dan
zijn hoge kleuren belangrijker dan lage.
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
1.
West Noord Oost
pas
pas
2
Zuid
1
??
H762
AB3
H982
V6
2SA.
SA-verdeling met 12-14 punten
2.
West Noord Oost
pas
pas
2
Zuid
1
??
A65
AHV76
98
HV3
3SA
SA-verdeling met 18-19 punten
3.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
76
HV72
AB98
AHB
2SA
SA-verdeling met 18-19 punten. 2
belooft tweekleurenspel.
4.
West Noord Oost
pas
1SA pas
Zuid
1
??
AV7632
8
HB2
AV3
3
Zeskaart met medium kracht (15-17)
5.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
AB
A9
76
AHV9832
3SA
Te sterk voor 3. Liever 3SA dan 5.
6.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
6
H9
VB9642
AH43
2
Een 6-4 is een tweekleurenspel
7.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
64
 A H 10 9 2
AV86
H3
2
3 is mancheforcing en belooft 18-19
punten.
8.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
H2
92
AH76
V9642
1SA
2 is reverse en belooft 16-19 punten
9.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
AH96
H96
3
AHB92
2
Geen reverse, maar een sprongbod.
Belooft 18-19 punten
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
AB42
H864
V
AV32
10.
3
Steun partners hoge kleur direct. Met
sprong is medium range (15-17).
95
OEFENSPELLEN LES 6
1.
B942
B853
V8
 10 9 5
West
pas
pas
pas
Noord
1
2
3SA
V853
AV
A3
AVB76
N W O Z AH7
942
B7652
84
Oost
pas
pas
pas
2.
 10 6
 H 10 7 6
 H 10 9 4
H32
Zuid
1
3
pas
West
pas
pas
Bieden: In de tweede biedronde springt noord naar 2
om zijn grote kracht te tonen. Omdat met een
SA-verdeling 2SA wordt herboden belooft 2 een
tweekleurenspel, dus vier schoppens en vijf klaveren.
Zuid heeft geen dekking in de ongeboden hartenkleur.
3SA is om die reden geen goed bod. Beter is 3, in die
kleur is een fit. Nu is het noord die 3SA biedt; die heeft de
hartenkleur immers wel gestopt.
Spelen: Oost komt uit met 2. Noord wint de eerste slag
met V, steekt over naar A en speelt klaveren naar de
vrouw. Oost neemt de heer en speelt zijn hartenkleur vrij.
Bij het afspelen van de klaveren moet west al zijn
schoppens bewaren, anders wordt noords 8 een slag.
H4
AHB2
AB93
H92
West
1
2SA
pas
Noord
pas
pas
Noord
1
pas
N
W O Z
AB2
H5
A87632
A4
Oost
pas
pas
pas
H973
 V 10 8 4
 H 10 5
H5
Zuid
1
3
Bieden
De sprong naar 3 toont een zeskaart ruiten met
overwaarde, 15-17 punten. Het is niet forcing en noord
maakt daar dankbaar gebruik van door te passen.
Spelen
West komt uit met V. De leider moet een
schoppenaftroever aan de korte troefkant maken. Neem
A en speel A en schoppen na. Je verliest twee
troefslagen, een schoppenslag en een klaverslag.
Resultaat: 3 Contract
Resultaat: 3SA +1
3.
 V 10 6 5
B9
B9
 V B 10 9 2
84
A7632
V4
8763
 10 8 7
943
 H 10 6
 V 10 7 4
N W O Z B962
 V 10 8
V75
A83
Oost
1
3SA
4.
AV53
765
842
B65
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Na het 1 antwoord is 2SA de juiste herbieding met de
westhand: SA-verdeling, 18-19 punten. 2 zou een 5-4
verdeling beloven.
B943
V863
VB7
84
West
pas
1
pas
Noord
pas
pas
pas
76
 H 10 7 4
A843
952
N
W O Z
 H 10 8 5
AB52
 10 6 5
 10 7
Oost
1
3SA
AV2
9
H92
AHVB63
Zuid
pas
pas
Bieden
Na het 1 antwoord is oost sterk genoeg om naar de
manche te gaan. 3 is verleidelijk, maar daar mag west
op passen. Niet zo gek is om 3SA te 'knallen'; de
klaverkleur is ook in dat contract goud waard.
Spelen
Noord komt uit met 4. Zuid neemt A en speelt klaveren
door. De leider moet in schoppen eerst de heer spelen en
daarna met 4 oversteken om A en V te maken. In
harten moet vanuit oost een kleintje naar de boer worden
gespeeld. Je maakt dan vier hartenslagen.
Spelen
Zuid komt uit met 5. Oost neemt met de vrouw en telt
acht vaste slagen: zes in klaveren en twee in schoppen. In
ruiten kan hij nog twee slagen ontwikkelen. Verstandig is
om dat direct te doen. Aan slag met A speelt noord
schoppen - de uitkomstkleur van partner - terug. Oost
maakt tien slagen.
Resultaat: 3SA Contract
Resultaat: 3SA +1
96
5.
 H 10 9 3
AB63
87
953
West
pas
pas
Noord
1
2SA
AVB72
V84
 10 5
H76
N W O Z 84
975
HVB32
A84
Oost
pas
pas
6.
65
 H 10 2
A964
 V B 10 2
Zuid
2
pas
V9842
V7
AV3
965
West
1
3SA
Bieden
Zuid is precies sterk genoeg om een nieuwe kleur op
tweeniveau te mogen bieden. De 2SA herbieding van
noord toont een SA-verdeling met 12-14 punten. Zuid
weet dat er onvoldoende punten zijn voor de manche en
past.
Noord
pas
pas
 10 5
B94
 B 10 7 4 2
AB2
N
W O Z
HB73
 10 8 6 5
H98
 10 7
Oost
1
2
pas
A6
AH32
65
HV843
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
2 is een reverse herbieding. Het toont een
tweekleurenspel met overwaarde, vanaf 16 punten. West
is met tien punten sterk genoeg om naar de manche te
gaan. Hij kiest voor 3SA.
Spelen
Oost komt uit met V. De leider moet nemen in de hand
en 10 voorspelen, honneur uit de korte kant eerst om
een blokkade te voorkomen. Of oost A nu vroeger of
later neemt, de leider maakt altijd vier ruitenslagen.
Spelen
Noord komt uit met 2. West neemt H met de aas en
speelt klaveren naar de heer. Als die houdt moet de
volgende klaverronde weer uit west worden gespeeld. De
leider steekt over naar V en speelt klaveren richting de
vrouw. Hij maakt vier klaveren, drie hartens, twee ruitens
en A
Resultaat: 2SA Contract
Resultaat: 3SA +1
7.
 10 6
AB96
 V 10 5 4
HB7
West
pas
pas
Noord
1
pas
AVB3
 V 10 3
862
 10 5 3
N W O Z H5
82
AHB3
V9642
Oost
pas
pas
8.
98742
H754
97
A8
Zuid
1
1SA
6
AV543
AHB6
V92
West
1
2
Noord
pas
pas
 10 8 5 2
H97
 10 3 2
HB3
N
W O Z
AB97
B86
54
A864
Oost
1
pas
HV43
 10 2
V987
 10 7 5
Zuid
pas
pas
Bieden
Na 1-1 is 2 van zuid reverse. Daar ben je niet sterk
genoeg voor. Beter is om de minimale herbieding van 1SA
te doen. Dat houdt het bieden lekker laag zolang er geen
fit is gevonden.
Bieden
Na 1-1 is er nog geen fit gevonden. Zonder
uitgesproken lange kleur is het met handen van 15-17
punten niet verstandig om het bieden al te hoog op te
schroeven. Een rustige 2 is het beste. Oost ziet geen
mancheperspectieven en past.
Spelen
West komt uit met 6. De leider kan het beste in dummy
10 leggen. Dan wordt V een slag. Oost neemt H en
speelt harten door. Bij het oprapen van de schoppenkleur
moet als eerste H worden gespeeld.
Spelen
Noord start met klaveren, de enige ongeboden kleur.
Aangezien hij geen serie heeft is 3 de juiste kaart. NZ
rapen drie klaverslagen op en maken daarna ook nog een
schoppenslag en een hartenslag.
Resultaat: 1SA Contract
Resultaat: 2 Contract
97
98
LES 7: DE SNIT
Het snijden is in zijn meest simpele vorm al in flits1 behandeld. Ditmaal komen de wat meer
gecompliceerde varianten aan bod, te weten:
-
De dubbele snit
De herhaalde snit
De gemarkeerde snit
De dubbele snit
Extra voorbeelden van een dubbele snit:
1.
 A B 10 2
2.
 H 10 9 3
3.
HB3
765
765
765
In 1. kun je snijden op HV, in 2. op VB (kleintje naar de negen en later kleintje naar de tien). Ook 3. is
een soort dubbele snit; eerst een kleintje naar de boer, later naar de heer. Afhankelijk van het zitsel maak
je nul, een of twee ruitenslagen.
Een bijzondere dubbele snit:
 A 10 9 3
V854
Hier kun je dubbel snijden op H en B. Let op: de aanwezigheid van 9 is een voorwaarde.
De herhaalde snit
Om een snit te kunnen herhalen zijn ondersteunende kaarten nodig. Als je in het tweede voorbeeld van
pagina 66 10 weghaalt lukt de herhaalde snit niet:
VB43
H92
 10 8
A765
Als de leider na V-klein-klein-klein verder gaat met B dekt oost met de heer. Nu maken OW de derde
schoppenslag.
Andere voorbeelden van herhaalde snits:
1.
2..
 V 10 9 8
AB42
765
 A B 10 7 2
H3
V965
3
H84
In 1. kan zuid meerdere malen snijden op B, in 2. Meerdere malen op V.
99
De gemarkeerde snit
In het boek staan twee verschillende voorbeelden van een gemarkeerde snit. De eerste is 100%, omdat
oost niet bekende, de tweede vloeit voort uit een logische interpretatie van het spelverloop. Die laatste is
de belangrijkste. Met name als het om lagere kaarten gaat worden er nog wel eens kansen gemist:
A973
H865
 10 2
VB4
Zuid speelt V, gedekt met de heer voor de aas. Nu volgt 3 naar B. Wanneer bij oost 10 valt 'weet' je
dat west nog 86 heeft. Speel 4 naar 7.
Wie het nog een stapje verder wil voeren kan de volgende twee speelfiguren met elkaar vergelijken:
1.
2.
 V 10 5 4 2
A763
 H 10 5 4 2
H
A763
V
1. staat in het boek en zoals gezegd is de snit op B gemarkeerd; als oost de heer gooit zet hij een zekere
slag op de tocht. 2. is een ander verhaal. Hier zijn V en B 'even hoog' en dus onderling inwisselbaar. Nu
is er geen sprake van een 'gemarkeerde snit'.
Kansberekening
Aansluitend op hoofdstuk 7 staat in flits2 een hoofdstuk over kansberekening. Eventueel kan dat worden
meegenomen in de les. Meest interessant is de vraag wanneer je moet snijden op de vrouw, inclusief het
ezelsbruggetje eight ever, nine never. Verder is kansrekening veel minder belangrijk dan je wellicht zou
denken. In praktisch opzicht is kennis van beperkte waarde. Hooguit in een spel van het type zoals op
pagina 73.
100
OEFENSPELLEN LES 7
1.
B87
B932
92
H985
West
pas
pas
Noord
1
2SA
pas
AH3
AHV
653
V643
N W O Z 965
874
 A V 10 8 4
B2
Oost
pas
pas
pas
2.
 V 10 4 2
 10 6 5
HB7
 A 10 7
Zuid
1
3SA
West
4
Bieden
Noord toont met de sprong naar 2SA een SA-verdeling
met 18-19 punten. Zuid heeft dan een gemakkelijke
verhoging naar 3SA.
Spelen
Oost komt uit met 2. In ruiten moet dubbel worden
gesneden op heer en boer. Win de eerste slag met H en
speel in slag twee 3 voor. Als bij oost de zeven
verschijnt leg je in zuid de tien. Hierna ga je terug naar de
hand met A om ruiten naar de vrouw te spelen.
 V B 10 8 5
V84
8
 H 10 9 5
West
pas
pas
pas
Noord
2
3
pas
643
A9762
543
84
N W O Z AH9
B
 A H V 10 6
AV32
Oost
pas
pas
pas
B92
 B 10 9 2
V76
B95
Oost
1
pas
AH765
84
AB3
764
Zuid
pas
pas
Bieden
Na de 1 opening heeft west voldoende punten om direct
naar de manche te gaan.
Spelen
Zuid komt uit met B, voor heer en aas. Oost troeft de
derde hartenronde en trekt drie keer troef. Daarna komt
de klaverkleur aan de beurt. Oost speelt klaveren naar de
heer. Noord neemt A en speelt ruiten. Om zijn contract
te maken moet de leider snijden op B door vanuit oost
klaveren te spelen en in dummy de tien te leggen.
4.
72
 H 10 5 3
B972
B76
Zuid
2
3
3SA
Bieden
Zuid gebruikt de sterkste opening die hem ter beschikking
staat. Met een zwakke hand van 0-7 punten is het 2
antwoord verplicht. Pas in de tweede biedronde bieden
NZ hun lange kleuren. Als blijkt dat er geen fit is legt zuid
aan in 3SA.
Spelen
West komt uit met V. Zuid neemt en speelt A en H.
Als west de tweede ronde niet bekent is duidelijk dat oost
nog B9 bezit. De leider steekt over naar A om ruiten
naar de tien te spelen en zo de gemarkeerde snit op B te
nemen.
Resultaat: 3SA Contract
Noord
pas
N
W O Z
Resultaat: 4 Contract
Resultaat: 3SA +1
3.
V843
H76
H9
 H V 10 3
 10
AV53
 10 8 5 4 2
A82
AVB
AB
V653
B942
West
1SA
2
pas
Noord
pas
pas
pas
852
 V 10 8 4 2
HB7
V3
N
W O Z
H94
9765
 A 10
 10 8 7 5
Oost
2
3SA
 10 7 6 3
H3
9842
AH6
Zuid
pas
pas
Bieden: Na de 1SA opening onderzoekt oost via Stayman
of er een 4-4 fit in schoppen is. Wanneer dat niet het geval
blijkt wordt in 3SA aangelegd.
Spelen: Noord komt uit met 2. Schoppen is de
werkkleur en die moet vanuit oost worden aangespeeld
om te kunnen snijden op de heer. Om die reden wint de
leider de eerste slag met H in dummy. Dan volgt 3
naar B, 2 naar A en 6 naar V. Onder A valt de
heer en de dummy kan met 4 naar H worden bereikt
om 10 op te rapen. Wanneer in de tweede klaverronde
bij noord de vrouw verschijnt kan ook nog een
gemarkeerde snit op 10 worden genomen!
Resultaat: 3SA +1
101
5.
B853
 V 10 7 5
 B 10 3
65
West
pas
Noord
2SA
pas
A964
AH
AHV2
982
N W O Z V7
864
8654
A743
Oost
pas
pas
6.
 H 10 2
B932
97
 H V B 10
Zuid
3SA
West
1
4
Bieden
Noord heeft 20 punten met een SA-verdeling en opent de
bieding met 2SA. Zuid verhoogt naar 3SA.
Spelen
Oost komt uit met H. Belangrijk is de aanpak van de
schoppenkleur. Je moet vanuit noord een kleintje richting
de vrouw (de 'losse' honneur) spelen. Oost maakt H,
maar nu levert de schoppenkleur twee slagen op.
V7
V92
 V B 10 4
H954
West
pas
pas
Noord
3
A965
874
A92
VB3
N W O Z HB842
AHB
876
 10 6
Oost
pas
 10 3
 10 6 5 3
H53
A872
Zuid
1
pas
Spelen
West komt uit met V. De leider mist V en heeft negen
kaarten samen. Aas-heer slaan is dan iets kansrijker dan
snijden. Inderdaad valt de vrouw tweede. Na het
troeftrekken speelt zuid klaveren. Als west niet op enig
moment in de AHB-vork van zuid speelt kan de leider
B wegwerken op de vrij te spelen V van dummy.
102
 B 10 7 5
52
V85
H543
Oost
1
2
pas
A3
HB94
AB32
986
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
De hartenfit wordt snel ontdekt en west heeft voldoende
punten om tegenover openingskracht bij partner de
manche te proberen.
Spelen
Noord komt uit met V. West neemt A en trekt de
troeven. In ruiten moet dubbel gesneden worden op
vrouw en heer. Laat eerst 10 uitlopen en later 9. Je
verliest een ruitenslag en twee klaverslagen.
8.
Bieden
3 van noord is een limietbod en toont 10-11 punten. Zuid
heeft een absoluut minimale opening en past.
Resultaat: 3 Contract
Noord
pas
pas
N
W O Z
Resultaat: 4 Contract
Resultaat: 3SA Contract
7.
H84
 A V 10 6
 10 9 4
A72
V962
873
H76
 V B 10
V
H732
A84
A8732
West
1
2
pas
Noord
pas
pas
pas
 10 7 5 4
V94
 10 9 3 2
 V 10
N
W O Z
A983
 10 6
HV75
B94
Oost
1
4
HB62
AB85
B6
H65
Zuid
pas
pas
Bieden
Het uitbieden van 4 moet te doen zijn. De 4-4 fit wordt
snel ontdekt en oost weet dat er voldoende punten
aanwezig zijn.
Spelen
Zuid komt uit met H. Belangrijk is de aanpak van de
troefkleur. Met acht kaarten samen moet gesneden
worden op de vrouw. Speel harten vanuit west en leg in
oost B. Na het troeftrekken moet de klaverkleur worden
ontwikkeld. Je verliest een klaverslag, een ruitenslag en
A.
Resultaat: 4 Contract
LES 8: HET RODE KAARTJE
Beginners doubleren vrijwel nooit voor straf. Een reden is dat er in lesboeken weinig tot geen aandacht
aan wordt besteed. Flits brengt daar verandering in. In deel 2 zijn er vier pagina's aan gewijd. Algemene
richtlijnen voor het strafdoublet:
Op deelscoreniveau:
In troefcontracten  troefslagen
In SA-contracten  de meerderheid aan punten
Op manche- en slemniveau:
Slagen
Wanneer is een doublet voor straf?
Zodra partner geboden heeft
Na een 1SA opening
Op mancheniveau
Wanneer is een doublet informatief?
Op een kleuropening
Op deelscoreniveau zolang partner niet heeft geboden
Redbod
Het begrip 'redbod' komt voor het eerst aan de orde. Soms kost zelf (gedoubleerd) down gaan minder
punten dan de tegenpartij laten spelen. De kwetsbaarheid speelt daarbij een belangrijke rol:
West Noord Oost
1
1
3
4
??
Zuid
3
??
Wanneer NZ denken dat 4 gemaakt wordt komt het in aanmerking om nog 4 te bieden.
Rekensommetjes:
NZ kwetsbaar
Niemand kwetsbaar
Allen kwetsbaar
OW kwetsbaar
 4 = -420  1 down gedoubleerd -200, 2 down -500
 4 = -420  1 down X -100, 2 down -300, 3 down -500
 4 = -620  1 down X -200, 2 down -500, 3 down -800
 4 = -620  1 down X -100, 2 down -300, 3 down -500, 4 down -800
Conclusie: niet kwetsbaar tegen kwetsbaar is een redbod verreweg het aantrekkelijkst. Je mag dan drie
down voor een goede score. Mits de tegenpartij zijn manche ook daadwerkelijk kan maken natuurlijk.
Anders spreken we van een 'spookredding'.
Vanuit de andere stoel bekeken (jouw partij biedt een manche om te maken) is het van belang dat het
redbod wordt gedoubleerd. Ongedoubleerd ga je nooit voldoende punten scoren om jouw manche te
compenseren.
103
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
1.
West Noord Oost
1
3
4
2
Zuid
pas
??
854
 V B 10 8 3
H76
84
dbl
Je hebt drie troefslagen en partner zal
voor zijn bieden ook wel iets hebben.
Het 5-0 zitsel in troef is een koude
douche voor de leider!
2.
West Noord Oost
1SA
pas
1
Zuid
1
??
A4
83
 A H B 10 7
AB32
dbl
Een doublet op 1SA is voor straf. Jij hebt
17 punten, partner heeft er minstens
zes. Met een duidelijke meerderheid
aan punten zal 1SA doorgaans niet
gemaakt worden.
3.
West Noord Oost
1
3
4
Zuid
??
932
8542
HV854
B
4
Zal tegenover een zevenkaart bij partner
niet heel veel down gaan. Merk op dat
noord gezien het bieden van OW
hooguit één harten heeft.
4.
West
2
5
Oost
pas
4
pas
Zuid
1
4
??
 A 10 9 3 2
65
HB32
96
dbl
Je bood 4 omdat je dacht dat te
kunnen maken. 5 van OW is een
redbod. Laat ze dat niet ongedoubleerd
spelen.
5.
West Noord Oost
2
4
1
Zuid
??
92
A843
V752
954
5/pas
Hangt een beetje af van de
kwetsbaarheid. Niet kwetsbaar tegen
kwetsbaar zal 5 meestal een goed
redbod zijn. Bij ongunstige
kwetsbaarheid zou het wel eens te veel
down kunnen gaan. Kortom, een lastige
beslissing. Bieden kan goed en slecht
uitpakken. That's bridge.
Noord
1
3
pas
Antwoorden op een informatiedoublet
Het andere 'grote' onderwerp van deze les is het antwoorden op het informatiedoublet.
Duidelijk moet worden dat dit een zeer apart stukje biedtheorie is. De reden: je moet bieden, zelfs met nul
punten. Meestal zul je ook zwak zijn; zowel partner als openaar heeft immers 12+ punten. De enkele keer
dat je een redelijke hand hebt moet je een teken van leven geven. Dat doe je door te springen.
-
Nieuwe kleur zonder sprong
Nieuwe kleur met sprong
1SA
 0-8 punten
 9-11 punten
 6-9 punten, lengte in kleur tegenpartij
Eventueel kan worden aangestipt dat het bieden van een hoge kleur voorrang heeft boven het bieden van
een lage kleur. Achterliggende gedachte: partner vraagt aan jou de troefkleur te bepalen en zal die keuze
respecteren. We gaan dus niet 'kleuren van onderaf' bieden.
104
West Noord Oost
dbl
pas
1
986
B942
65
AB72
Zuid
??
Antwoord 2: je speelt liever met harten troef dan
met klaveren troef. Betaalt beter.
Tot slot nog pagina 86. Dat gaat over een bijzonder gebruik van het informatiedoublet. De bovengrens van
een kleurvolgbod heb ik opgetrokken naar 16 punten, wat in lijn is met de moderne stijl onder
wedstrijdbridgers. Eerst doubleren en dan een eigen kleur bieden toont 17+ punten. En eerst doubleren en
dan SA bieden toont 18-19 punten, te sterk voor een 1SA volgbod.
West Noord Oost
1
pas
pas
1
H32
HB92
A6
VB32
Zuid
dbl
??
Met deze hand pas je op 1. 1SA zou 18-19 punten
aangeven.
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
6.
West Noord Oost
1
dbl
pas
Zuid
??
HB2
84
AV953
H76
3SA
Partner heeft openingskracht en jij 13
punten. Dat moet een manche worden.
Met de schoppen gedekt is 3SA
aantrekkelijker dan 5.
7.
West Noord Oost
dbl
pas
1
Zuid
??
76
8542
B964
754
2
Belooft geen enkele kracht
8.
West Noord Oost
dbl
1
1
Zuid
??
843
965
V93
B842
pas
Dankzij het 1 bod van oost ben je van
je biedplicht ontheven.
9.
West Noord Oost
1
Zuid
??
AH532
863
AH
A92
dbl
Te sterk voor een 1 volgbod. Dat
laatste heeft een range van 8-16 punten.
10.
West Noord Oost
dbl
pas
1
pas
pas
2
Zuid
1
??
V7653
B82
A6
982
4 (3)
Partner toont een 5+kaart harten met
17+ punten. Dan is 4 waarschijnlijk
een goed contract. Wie dat niet aandurft
biedt 3 om partner uit te nodigen naar
de manche te gaan.
105
OEFENSPELLEN LES 8
1.
AVB83
 H 10 7 5
B764
-
West
1
pas
Noord
1
2
pas
942
6
AH3
HV9764
N W O Z H65
VB932
 10 8 5
53
Oost
pas
dbl
2.
 10 7
A84
V92
 A B 10 8 2
Zuid
1
pas
AVB3
865
854
B65
West
1
pas
Bieden: Na de 1 opening wacht oost in eerste instantie
rustig af. Wanneer partner een volgbod doet en noord de
klaverkleur herbiedt is er echter alle aanleiding om een
strafdoublet uit te delen. Je maakt vrijwel zeker A en vier
troefslagen. Daarnaast zal een biedende partner meestal
ook wel wat slagen meebrengen.
N.B. Het doublet is voor straf omdat west al geboden
heeft. Zonder het 1 volgbod zou een doublet van oost op
2 niet voor straf maar informatief zijn.
Noord
dbl
pas
9
HV72
B32
AV843
N
W O Z
 10 6 5 4
AB93
H97
 10 9
Oost
1
2
pas
H872
 10 4
 A V 10 6
H72
Zuid
pas
3
Bieden
Noord heeft een ideale hand voor een informatiedoublet
op 1: openingskracht en steun voor beide ongeboden
kleuren. Zuid weet nu dat de punten ongeveer 20-20
verdeeld zitten. Na 2 gaat hij de strijd om de deelscore
aan in het vertrouwen dat noord inderdaad hartensteun
heeft.
Spelen: Oost komt uit met 10, waardoor west de eerste
drie schoppenslagen maakt. Voor de leider is er geen
redden aan. Niet omdat 2 een slecht contract is, maar
vanwege het abominabele zitsel.
Spelen
West komt uit met 8. Als in dummy klein wordt
bijgespeeld legt oost 10 om de heer te verdrijven. De
leider kan het beste in slag twee direct de klaversnit
nemen. Die zit mis, maar toch zijn er kansen om negen
slagen te maken.
Resultaat: 2X -3/-4
Resultaat: 3 Contract
3.
 10 3
AB65
AHB7
A82
West
dbl
pas
Noord
pas
pas
B6
 V 10 3
854
 B 10 7 5 4
N W O Z AHV92
H84
96
V93
Oost
2
4.
8754
972
 V 10 3 2
H6
Zuid
1
pas
Bieden
Vanwege het ontbreken van een schoppendekking is de
westhand niet geschikt voor een 1SA volgbod. Een
informatiedoublet is beter. Na het 2 antwoord van oost
mag west niet al te enthousiast worden; partner kan nul
punten hebben!
Spelen
Zuid komt uit met A. Als de leider het spel goed afspeelt
hoeft hij niet meer dan twee schoppen en twee harten te
verliezen.
Resultaat: 2 +1
106
8652
 10 6 5
876
 10 5 3
West
pas
pas
Noord
1
pas
A93
HV972
A2
976
N
W O Z
 B 10 7 4
84
 H 10 4 3
AV8
Oost
1SA
pas
HV
AB3
VB95
HB42
Zuid
dbl
Bieden
Zuid weet dat zijn partner openingskracht heeft. Hij telt
zijn eigen tien punten er bij op en komt op 22+ punten
samen. Genoeg om 1SA te doubleren. Dit is een
strafdoublet.
Spelen
Zuid komt uit met 8, de door partner geopende kleur.
Voor de leider is er geen spelen aan met deze troosteloze
dummy. Het beste is om de klaverkleur te gaan
ontwikkelen door een kleintje richting de tien te spelen.
Resultaat: 1SAX -3
5.
 10 6 5
 V 10
 A H 10 7 5 2
V8
West
3
pas
pas
Noord
1
4
dbl
AHV72
A93
6
 A B 10 4
N W O Z B943
H854
V9
972
Oost
pas
5
pas
6.
8
B762
B843
H653
Zuid
2
pas
pas
West
pas
pas
pas
Bieden: Als west met zijn goede zeskaart een volgbod op
drieniveau waagt moet oost zeker overwegen om over 4
van noord 5 te bieden. Niet met de illusie dat 5 er in zit,
maar wel omdat hij denkt dat 4 gemaakt wordt. En dan
zou bij de gegeven kwetsbaarheid 5 gedoubleerd wel
eens minder punten kunnen kosten.
Spelen: Tegen 5 gedoubleerd start noord met A. NZ
maken verder nog AH en A. Het contract gaat dus
twee down en dat kost OW slechts 300 punten.
In 4 speelt de leider vanuit zuid een klaveren naar de
boer. Hij verliest dan niet meer dan een ruitenslag, een
hartenslag en een klaverslag. Dat is +620. Het redbod
levert dus 320 punten op.
98
A832
 A H V 10
V93
West
dbl
4
Noord
pas
pas
B72
9
B982
 10 7 6 4 2
N W O Z  H V 10 6 5
H74
3
AB85
Oost
3
pas
84
A6
 A V B 10 6 4
AH3
Oost
1
pas
pas
 H V B 10 3
H7
H75
 V 10 2
Zuid
dbl
3
pas
Bieden
Na de 1 opening van oost is zuid met 18 punten te sterk
voor een 2 volgbod. Hij begint met een
informatiedoublet en biedt over het 2 antwoord van
noord alsnog zijn eigen kleur. Dit toont een hand die te
sterk is voor een direct volgbod (17+ punten). Met die
informatie probeert noord 3SA.
Spelen
Oost komt uit met H. Aan slag met A moet noord 9
voorspelen. Als bij oost een kleintje verschijnt wordt in
zuid ook klein gelegd. Je blijft nu aan de goede kant aan
slag om de snit te herhalen.
8.
A43
 V B 10 6 5
7654
H
Zuid
1
pas
pas
Bieden
Na het informatiedoublet moet oost naar 3 springen om
aan te geven dat hij niet onbemiddeld is (2 kan vanaf nul
punten). West verhoogt naar 4.
Spelen
Zuid komt uit met zijn singleton ruiten. De leider wint met
de aas in dummy en steekt over naar A om de troefkleur
vanuit de juiste kant te kunnen spelen. Door V voor te
spelen wordt H er uit gesneden. Na het troeftrekken
wordt A verdreven. Op V verdwijnt in oost een ruiten.
Resultaat: 4 +1
Noord
2
3SA
N
W O Z
Resultaat: 3SA +1
Resultaat: 5X -2
7.
75
 B 10 8 5 3
82
9874
A962
V942
93
B65
VB32
A9432
AH
97
West
1
4
pas
Noord
pas
dbl
A76
 V B 10 8
98
A642
N
W O Z
 10 8 5 4
76432
HB83
Oost
3
pas
H9
H765
 V B 10 5
 V 10 5
Zuid
pas
pas
Bieden
3 is een limietbod en toont 10-11 punten. West heeft
voldoende overwaarde om naar de manche te gaan.
Noord is verzekerd van twee troefslagen naast zijn twee.
Hij plaatst een strafdoublet.
Spelen
Normaal gesproken valt het af te raden om met een aas
uit te komen als je de heer niet hebt. Hier weet noord
echter dat 4 down is als hij zijn beide azen maakt. Hij
begint daarom met het oprapen van A en A. Als hij
daarna klaveren doorspeelt maakt zuid H en gaat 4
twee down.
Resultaat: 4X -2
107
108
LES 9: SAMENWERKEN
Twee belangrijke onderwerpen deze les:
-
derde man
signaleren
Derde man
De afspraak dat de derde man van een serie de laagste bijspeelt is een bijzonder nuttige. Het voorbeeld op
pagina 89 spreekt boekdelen. Het kan niet duidelijk genoeg worden gemaakt dat het bijspelen van een
plaatje door de derde man nooit iets kan garanderen:
86
 H 10 7 5 3  B 4
AV9
Ook hier speelt oost B. Pas nadat zuid heeft genomen met de vrouw is het zitsel duidelijk voor west.
86
 H 10 7 5 3  V 4
AB9
Na 3-6-V-A weet west hier dat zuid B heeft. Van VB had partner immers de boer bijgespeeld.
Dat bij het bepalen van de kaart die de derde man speelt de dummy wordt meegenomen is logisch. Met de
heer in dummy speel je van aas-vrouw de vrouw en natuurlijk niet de aas.
Lezen van partners kaart
Het lezen van partners kaart lijkt lastiger dan het is. Belangrijk is de volgende regel:
Als partner een kaart een speelt die lager is dan jouw plaatje, dan weet je dat hij geen kaart heeft die hoger
is dan jouw plaatje.
Het laatste voorbeeld op pagina 89 kan verhelderend werken:
86
B9753
 10
A
10 kan van B10, VB10 of zelfs HVB10 zijn. Maar omdat west zelf B heeft weet hij dat deze
varianten niet aan de orde zijn. Zuid heeft dus AHV. Eventueel kan worden aangestipt dat veel leiders in
zo'n geval de aas nemen om te doen alsof ze zwak zijn in de kleur. Dat kan probleemloos, omdat:
a.
b.
Aas, heer en vrouw even hoog zijn
De leider geen partner heeft waarmee hij rekening moet houden. Hij kan zoveel rookgordijnen
optrekken als hij wil.
109
Instructief is om het bovenstaande voorbeeld te vergelijken met:
86
V9753
 10
A
B is lager dan de vrouw en dus een kaart die partner kan bezitten. Uit het feit dat de leider slag niet neemt
met B kun je zelfs concluderen dat partner die kaart bezit. Het is namelijk niet 'gratis' voor de leider om
AHB de aas te nemen. Hij maakt dan maar twee in plaats van drie ruitenslagen.
Zodra partner een kaart speelt die boven jouw plaatje ligt, weet je niets over de plaatjes die onder jouw
plaatje liggen:
86
V9753
H
A
Hier is onduidelijk wie B heeft. Partner speelt van HB immers de heer maar van Hx ook.
Een leuke puzzel ter afsluiting van dit boeiende onderwerp:
 10 6 5
V7432
9
A
Plaats de ontbrekende H, B en 8.
Oplossing:
 10 6 5
V7432
B9
AH8
Dit is het zitsel dat je logischerwijs mag verwachten.
110
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
H84
AVB2
B
7
3
 10 6 5
V98
V
 10 6 5
B98
8
3
965
A
1.
2.
3.
4.
3
AB2
965
5.
3
6.
V843
H
 H B 10
965
N W O Z B
Zuid
van HB speelt oost de heer van en van
B10 de tien.
V
Oost A, zuid B
Oost speelt van VB de boer en zuid
neemt met AB de aas.
A
Wie heeft H en wie 10?
7.
H65
N W O 8743
Z 2
Wie heeft A en wie B?
8.
 V 10 8 4
965
N W O Z onduidelijk
H
A
Wie heeft B?
9.
 A 10 8 4 2
965
N W O Z B
Onduidelijk
Partner speelt van VB de boer en zuid
kan van HV (even hoog) de heer nemen.
 10
zuid H, oost B
Oost speelt van HB de heer, zuid neemt
van AHB de boer.
H
Wie heeft V?
10.
V7432
965
N W O Z A
Wie heeft B en wie H?
111
Signaleren
Persoonlijk vind ik signaleren niet zo'n heel belangrijk onderwerp, ontwikkelen van spelinzicht is in dit
stadium veel belangrijker. Toch mag het in een cursus niet ontbreken. Met leraren die vinden dat beter
laag-hoog signaleren kan worden aangeleerd (analoog aan 'kleintje belooft plaatje') ben ik het niet eens.
Wanneer je de slag niet kunt winnen is je laagste kaart de natuurlijke om te spelen. Wie enthousiast is over
partners uitkomst moet dat laten blijken door iets bijzonders te doen, een hogere kaart dan nodig te
spelen. Vanuit dat didactische perspectief vind ik hoog = aan de beste manier om te leren signaleren.
Later kan iedereen uiteraard een keuze voor zich maken.
Interessant is met welk bezit je op welke uitkomst aansignaleert. Een overzicht:
Uitkomst
aas
heer
Vrouw
Boer
Aansignaleren met...
vrouw
aas of boer
heer (aas of tien)
vrouw (aas of heer)
Afsignaleren met...
boer of lager
tien of lager
negen of lager
lage kaarten
Uitgangspunt is dat de uitkomer de direct onderliggende honneur zelf heeft. Je signaleert aan als je
ondersteuning hebt voor partners serie. Bij vrouw en boer staan kaarten tussen haakjes, omdat ze
optioneel zijn. Na een uitkomst van de boer moet je als derde man vaak de aas of heer spelen.
Lezen signaalkaart
Het is te kort door de bocht om te stellen dat een lage kaart een afsignaal is en een hoge kaart een
aansignaal. Het is roeien met de riemen die je hebt. Aansignaleren doe je door eerst een hogere en dan
een lagere kaart te spelen. De drie gevolgd door de twee is dus een aansignaal! En de zeven gevolgd door
de acht een afsignaal. De uitkomer moet trachten te doorgronden of partners kaart het begin is van een
hoog-laag of een laag-hoog signaal. Dat doet hij door op te letten welke kaarten hij na de eerste slag nog
'mist'.
OEFENINGEN Z.O.Z.
112
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
876
1.
A
2.
H
4
Speel de hoogste kaart die je kunt missen
bij een aansignaal.
V42
987
2
Speel altijd je laagste kaart als afsignaal.
432
874
3.
H
B
Partner belooft de vrouw. Met B vertel je
dat jij de tien bezit.
 B 10 2
764
4.
B
H83
B
V74
H63
5.
H
Derde man doet wat hij kan.
6
Aansignaal.
987
6.
5
 A H 10 3
Aansignaal
Je mist zowel 4 als 2.
6
Is oosts kaart een aan- of afsignaal?
7.
864
N  H V 10 2
5
W O Z 3
Is oosts kaart een aan- of afsignaal?
Afsignaal
5 is partners laagste schoppen.
8.
864
N V
AH73
W O Z 2
Is oosts kaart een aan- of afsignaal?
Aansignaal
Partner belooft het bezit van B.
9.
864
N B753
 10
W O Z A
Is oosts 10 een aan- of afsignaal?
geen signaal
Derde man doet wat hij kan.
862
10.
N W O Z A
Wie heeft H en wie V?
 B 10 9 3
4
Zuid
H zou partner spelen, met V zou hij
aansignaleren.
113
OEFENSPELLEN LES 9
1.
AB42
V42
95
 10 8 7 4
West
pas
Noord
1SA
pas
 H V 10 5
HB9
 H 10 7
VB9
N W O 973
86
VB642
AH3
Oost
pas
pas
2.
86
 A 10 7 5 3
A83
652
Zuid
3SA
West
2
3SA
Bieden
Noord heeft 15 punten met een SA-verdeling en opent
1SA. Zuid verhoogt naar 3SA. Een kind kan de was doen.
Spelen
Oost komt uit met 3, voor vrouw en heer. De leider
ontwikkelt de ruitenkleur. Aan slag met A speelt oost
geen harten door. Dankzij partners V in de eerste slag
'weet' hij dat B bij noord zit (van de serie vrouw-boer
speelt de derde man de laagste bij). Beter is 8 na in een
poging partner te bereiken, zodat die harten door de boer
heen kan spelen.
3
AV64
A87
H9752
West
dbl
pas
Noord
4
AHB854
B72
VB
86
N W O Z V9762
H9
 H 10 9 6
 A 10
Oost
pas
 10
 10 8 5 3
5432
VB43
Zuid
1
pas
Spelen
West komt uit met 2. Oost legt als derde man B, die
zuid neemt met A. Na het troeftrekken wordt de
ruitenkleur ontwikkeld. Als west aan slag is met A breekt
een cruciaal moment aan. Als west opnieuw onder zijn
H vandaan speelt naar partners (bekende) V toe, kan
oost harten spelen door de heer heen en gaat 4 een
down.
114
 V B 10 6 4
73
A82
 10 4 2
Oost
1
2SA
pas
A83
 H 10 8
 10 5
AV965
Zuid
1
pas
pas
Bieden
Het 1 volgbod is aan de magere kant, maar zuid heeft
een goede vijfkaart. Het kan niet verhinderen dat OW 3SA
bereiken. 2 toont 10+ punten en 2SA een SA-verdeling
met 12-14 punten plus een ruitendekking.
Spelen
Zuid komt uit met V. Noord moet hierop de heer
bijspelen om te voorkomen dat de kleur blokkeert. Aan
slag met A kan zuid dan zijn gehele schoppenkleur te
gelde maken.
4.
Bieden
West heeft een uitermate geschikte verdeling om op de
1 opening van zuid een informatiedoublet te plaatsen.
Met zijn gigantische schoppenfit besluit noord het doublet
te negeren en rechtstreeks naar 4 te verhogen.
Resultaat: 4 -1
Noord
pas
pas
N
W O
Resultaat: 3SA -1
Resultaat: 3SA -2
3.
952
A54
HVB974
H
H7
VB962
63
B873
A43
 A H 10
HV7
9842
West
Noord
1SA
pas
pas/3SA pas
987
V9632
 10 8 5 4
A
HVB
85
B92
V7653
N
W O Z
 10 6 5 2
B74
A63
 H B 10
Oost
2SA
pas
Zuid
pas
pas
Bieden
Met negen punten tegenover 15-17 bij partner inviteert
oost met 2SA voor de manche. West is met 16 punten niet
minimaal en niet maximaal. Hij kan passen of 3SA bieden,
al naar gelang hoe zijn pet staat.
Spelen
Noord komt uit met 2. Op het moment dat zuid B legt
moet het hartenzitsel helder zijn. West heeft AH10, want
van AB of HB had zuid zijn hoogste harten gespeeld.
En van de serie B10 wordt juist de laagste gespeeld.
Wanneer hij met A aan slag komt mag noord dus geen
harten doorspelen, want dat is in de vork van west.
Resultaat: 3SA -1/2SA Contract
5.
 V B 10 5 3
H8
A74
853
West
1
pas
Noord
1
2
pas
A7
 10 6 5 3
 V 10 3
 A H B 10
N W O Z H4
AVB92
865
V96
Oost
pas
2
pas
6.
9862
74
HB92
742
Zuid
1
4
West
2
pas
Bieden
Het tussenbieden in schoppen door OW kan niet
verhinderen dat NZ hun hartenfit vinden en de manche
uitbieden.
Spelen
West komt uit met V. De leider neemt de eerste slag met
A om direct harten vanuit noord te spelen en te snijden
op de heer. Oost speelt in de eerste slag 2 bij. Dankzij
dit afsignaal weet west dat zuid H heeft. In die kleur zit
dus geen toekomst. Aan slag met H zoekt west zijn heil
in ruiten. A en ruiten na brengt het contract tot zinken.
Resultaat: 4 -1
7.
AV72
75
V764
 10 4 2
West
pas
pas
pas
Noord
1
4
Noord
pas
pas
N
W O Z
B3
 B 10 4
B76
AH753
Oost
1
4
AHV42
A76
A3
B82
Zuid
pas
pas
Bieden
Na het steuntje van west is oost sterk genoeg om de
schoppenmanche te proberen.
Spelen
Zuid komt uit met A. Dit belooft het bezit van H. Noord
wil graag dat zuid klaveren doorspeelt, zodat hij een
aftroever kan maken. Hij signaleert aan met 10. Zuid
speelt nu inderdaad H en klaveren, die noord troeft.
Daarna leunen NZ achterover en krijgen ze uiteindelijk
nog een hartenslag voor een down.
Resultaat: 4 -1
94
AHV92
HB32
B8
N W O Z H65
 B 10 8 4 3
 A 10
V96
Oost
pas
pas
8.
 B 10 8 3
6
985
AH753
Zuid
pas
3
pas
Bieden
3 toont een hartenfit met 10-11 punten. Noord noord
heeft iets meer dan een minimale opening. Hij biedt 4.
Spelen
Oost komt uit met A. West speelt 2 bij, een afsignaal.
Oost moet nu niet op de 'automatische piloot' verder gaan
met H en klaveren na. Met een doubleton klaveren zou
west immers hebben aangesignaleerd (zie spel 6).
Wanneer oost tijdig schoppen speelt maken OW twee
schoppenslagen en gaat 4 down.
Resultaat: 4 -1
 10 9 6 5
H92
H85
V96
87
V853
 V 10 9 4 2
 10 4
B6
AHVB92
84
B96
West
1
3
pas
Noord
2
pas
pas
9752
 10 3
AHVB2
 10 5
N
W O Z
 A V 10 4
874
963
743
Oost
3
4
H83
65
 10 7 5
AHV82
Zuid
pas
pas
Bieden: Iedereen heeft een dichte kleur (nou ja, bijna
iedereen dan). Wanneer west zijn hartenkleur herbiedt
verhoogt oost naar 4. 3SA komt niet in aanmerking;
daarvoor ontbreekt een dekking in de door noord geboden
ruitenkleur.
Spelen: Noord komt uit met A, waarop zuid de drie
bijspeelt. Na dit afsignaal moet noord begijpen dat zijn
partner geen doubleton ruiten heeft, want daarmee zou hij
aansignaleren. Noord raapt ook H op, maar kan
uitrekenen dat west de derde ruitenronde zal troeven
(iemand moet een doubleton hebben). Hij speelt daarom
in slag drie schoppen, wat zuid in staat stelt om twee
slagen in die kleur te maken.
Resultaat: 4 -1
115
116
LES 10: NAAR SLEM
Eindelijk het slembieden. Wellicht zitten de leerlingen er met smart op te wachten. Om te beginnen de
vereiste punten:
Klein slem  33 punten
Groot slem  37 punten
Aan de voorbeelden in het lesboek valt te zien dat dit redelijk klopt zolang er geen lange kleuren in het spel
zijn. Met lange kleuren is een compleet ander verhaal. Dat is logisch, want dankzij een lange kleur maak je
veel slagen met lage kaarten. En dan is het logisch dat je minder punten nodig hebt voor meer slagen.
Zelfs als de lange kleur geen troef is. In het eerste voorbeeld op pagina 96 kun je 7SA maken, simpelweg
omdat er 13 slagen voor het oprapen zijn.
Herwaardering
In troefcontracten kun je extra slagen vergaren via aftroevers. Om die reden gaan we na het lokaliseren
van een fit extra punten toekennen aan korte kleuren:
doubleton
singleton
renonce
1 punt
2 punten
3 punten
Daarnaast is het een gegeven dat hoe meer troeven je samen hebt, hoe gemakkelijker het is om extra
slagen via aftroevers te genereren. Daarom mag voor elke troef vanaf de achtste een punt worden
bijgeteld.
Wie deze vorm van bijtelling hanteert zal merken dat manches en slems met weinig honneurpunten samen
plotseling weer dicht bij de streefgetallen 25 en 33 komen. Zoals aangegeven op pagina 98 zijn er echter
geen garanties.
AB7632
B93
6
AH3
N W O Z  H V 10 8 5
 10 7 6
8
VB54
Hier werkt de bijtelling niet, omdat oost en west
dezelfde singleton hebben. Er is nu geen
aftroefwaarde. Geef een van beide spelers een
singleton harten in plaats van een singleton ruiten
en dat scheelt twee slagen.
Voor de plaatjespunten geldt overigens hetzelfde:
HB
AV
Tien punten, maar slechts goed voor twee slagen.
Bovenstaande voorbeelden zijn uitzonderingen. Het tellen van punten om de waarde van je hand te
bepalen is een nuttig hulpmiddel. Dat geldt zowel voor honneurpunten als voor distributiepunten. Je moet
alleen niet verwachten dat de uitkomst van het puntentotaal een garantie geeft voor een bepaald aantal
slagen. Bridge is een spel met eindeloos veel mogelijkheden. Wie zoekt naar zekerheden kan lang
zoeken!
117
In bovenstaand voorbeeld was op voorhand niet te voorzien dat zowel oost als west een singleton in
dezelfde kleur had. Het is dan niet te voorkomen dat beide spelers twee punten bijtellen, terwijl de
singleton weinig waarde heeft. Anders ligt dat wanneer je dat zelf als speler al kunt onderkennen. Wie H
sec heeft moet niet drie punten tellen voor de heer en nog eens twee punten voor de singleton. Doorgaans
is het namelijk zo dat of de heer van waarde is of de singleton, maar niet beide. Hetzelfde geldt voor
vrouw-klein en boer-klein. Ook hier geldt: of het plaatje is waardevol, of de doubleton.
Regel: Tel geen punten bij voor een secce heer of voor vrouw-klein of boer-klein
Tot slot kan nog worden aangestipt dat het bijtellen van punten voor korte kleuren pas mag geschieden
nadat er een fit is gevonden. En dan nog moet het zeker zijn dat er met die kleur als troef gespeeld gaat
worden.
AB762
8
HB982
62
Wie deze hand op basis van drie extra distributiepunten met 1 opent is verkeerd bezig.
West Noord Oost
pas
1
Zuid
??
6
B32
HV75
V8763
Er is een ruitenfit, dus mag je in theorie twee punten bijtellen voor de singleton schoppen. Na 1-3 biedt
partner echter heel vaak 3SA. En dan is je singleton schoppen geen punten waard.
Blackwood
Het is uitermate pijnlijk om een slem te bieden met twee azen buitenboord. De tegenpartij kan je dan van
acquit downspelen. Blackwood heeft tot doel dat te voorkomen. Het gebruik van 4SA is logisch, omdat
voor de manche 3SA volstaat. Je hebt 4SA dus niet nodig als 'eindbod'. Er zijn ook spelers die 4
gebruiken om azen te vragen, omdat je dan lager kunt afstoppen na een ongunstig antwoord. Nadeel: 4
is soms goed bruikbaar als natuurlijk bod. Over 4SA kan daarentegen nooit een misverstand ontstaan. De
antwoorden:
5
5
5
5
0 of 4 azen
1 aas
2 azen
3 azen
Over nul of vier azen kan praktisch geen misverstand ontstaan. Zodra de vrager zelf een aas heeft weet hij
dat het er nul moeten zijn. En als de vrager 4SA biedt met nul azen doet hij dat hopelijk alleen als partner
heel sterk is (en dus geen nul azen kan hebben). Wie met nul azen samen op het vijfniveau zit is niet goed
bezig...
Na het antwoord op Blackwood bepaalt de vrager het uiteindelijke contract. Wanneer er niet meer dan een
aas ontbreekt zal het een slembod worden. Wanneer je de stap naar slem na een gunstig antwoord niet
aandurft moet je geen azen vragen!
118
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
1.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
H872
6
AHB982
A4
4
Met distributiepunten er bij sterk
genoeg voor een directe
verhoging naar de manche
2.
West Noord Oost
pas
pas
1
Zuid
1
??
64
HB74
A63
AV72
2
Inclusief distributiepunten moet je
16 punten hebben voor een steun
met sprong. Een SA-verdeling met
12-14 punten is altijd een
minimale opening!
3.
West Noord Oost
1
pas
pas
pas
3
Zuid
2
??
6
AH3
HV972
HV32
4SA
Sterk genoeg om aan slem te
denken. Als partner twee azen
heeft moet 6 kansrijk zijn.
4.
West Noord Oost
pas
1

pas
pas
2
Zuid
2
??
H64
2
AHB3
 H V 10 7 6
3SA
Zonder fit heb je geen reden om
tegenover een minimale opening
aan slem te denken.
5.
West
pas
pas
Noord
1
4SA
Oost
pas
pas
Zuid
1
3
??
62
H874
H2
AHV92
5
6.
West
pas
pas
Noord
2
4SA
Oost
pas
pas
Zuid
1
4
??
AH962
A863
H32
V
5
7.
West
pas
pas
Noord
1
2
5
Oost
pas
pas
pas
Zuid
1
4SA
??
H3
 A H 10 6 5
HVB65
8
6
Er ontbreekt maar een aas.
8.
West
pas
pas
Noord
3
5
Oost
pas
pas
Zuid
1
4SA
??
HV7653
8
AHV92
7
5
Eindbod. Er ontbreken twee azen.
119
OEFENSPELLEN LES 10
1.
 10 9 6 5 4
A642
965
3
West
pas
pas
Noord
1
2SA
pas
HV2
VB3
H73
AVB9
N W O AB73
H85
A84
H82
Oost
pas
pas
pas
2.
8
 10 9 7
 V B 10 2
 10 7 6 5 4
Zuid
1
6SA
West
1
4SA
6
Bieden
Noord heeft een punt te veel voor een 1SA opening. Hij
opent 1 en springt over 1 naar 2SA om 18-19 punten
te tonen. Zuid weet nu dat de gezamenlijke handen 33-34
punten bevatten. Dat is voldoende voor klein slem.
Spelen
Oost komt uit met V. De leider telt tien vaste slagen (vier
klaveren, vier schoppen en twee ruiten) en kan twee
slagen ontwikkelen in harten. Het beste is om dat meteen
te doen.
B765
 10 9 8
H97
985
West
pas
pas
Noord
6SA
A9
V32
 A B 10 5 3
B43
N W O Z H84
AHB
642
AHV2
Oost
pas
 V 10 3 2
7654
V8
 10 7 6
Zuid
2SA
pas
Spelen
West komt uit met 10. Werkkleur van de leider is ruiten
en daarin moet dubbel gesneden worden. Speel vanuit
zuid een ruiten naar de tien. Als die verliest aan de vrouw
probeer je later een ruiten naar de boer. De tweede snit
lukt wel en twaalf slagen komen binnenrollen.
120
A975
V4
 10 9 5
B953
Oost
1
3
5
pas
HB3
AB93
AV762
7
Zuid
pas
pas
pas
pas
Bieden: De steun met sprong toont ongeveer 15-17
punten. West heeft 13 punten mag na het vinden van de
hartenfit punten bijtellen voor de singleton schoppen, de
doubleton ruiten en de vijfde troef. Voldoende om richting
slem te koersen. West vraagt azen met 4SA. Als partner
twee azen toont weet hij dat er slechts een aas ontbreekt.
Hij biedt 6.
Spelen: Noord komt uit met 2. Alles hangt op de aanpak
van de troefkleur. Met negen kaarten samen is aas en
heer slaan iets kansrijker dan snijden op V. Troefvrouw
valt inderdaad in de tweede ronde, zodat het slem
gemaakt wordt.
4.
Bieden
Zuid opent 2SA en toont daarmee 20-22 punten. Noord
weet nu dat de gezamenlijke handen 32-34 punten
bevatten. 32 is aan de magere kant voor 6SA, maar de
vijfkaart ruiten geeft de noordhand extra speelkracht. Dat
rechtvaardigt een slembod.
Resultaat: 6SA Contract
Noord
pas
pas
pas
N
W O
Resultaat: 6 Contract
Resultaat: 6SA Contract
3.
6
H8762
H3
AH842
 V 10 8 4 2
 10 5
B84
 V 10 6
A876
H92
AH654
 10
West
1
3
pas
Noord
pas
pas
pas
 10 5
AB83
B83
AV72
N
W O Z
V9
 V 10 7 5 4
 10 2
H965
Oost
1
4
HB432
6
V97
B843
Zuid
pas
pas
Bieden
Na het vinden van de schoppenfit telt west twee punten bij
voor zijn singleton klaveren. Dat maakt de hand sterk
genoeg voor een sprong naar 3. Ook oost mag zijn hand
gaan herwaarderen. De singleton harten en de vijfde troef
zijn waardevol. Daarmee komt zijn puntentotaal op tien,
genoeg om 4 te bieden.
Spelen
Zuid komt uit met 4. Ondanks het feit dat de OW-handen
samen slechts 21 honneurpunten tellen wordt 4
gemakkelijk gemaakt. Beide singletons doen hun werk.
Wie AH slaat en dus niet snijdt op de vrouw maakt elf
slagen.
Resultaat: 4 +1
5.
 B 10 8 4
 V B 10 3
B972
8
West
pas
pas
pas
Noord
1
3
5
pas
A6
A9642
84
A753
N W O Z HV2
8
AHV3
 H V 10 9 2
Oost
pas
pas
pas
pas
6.
9753
H75
 10 6 5
B64
Zuid
2
4SA
7
AHB
A94
HV3
A952
West
2
6SA
Bieden
De toch al mooie zuidhand stijgt nog verder in waarde
zodra de klaverfit is ontdekt. Zuid vraagt azen en noord
toont er drie via een 5 antwoord. Nu weet dat zuid dat er
in geen enkele kleur een verliezer is (de vierde ruiten kan
in dummy worden getroefd). Hij biedt 7. Een grand slam,
Roger Federer is het nooit gelukt...
Noord
pas
pas
 10 9 8 2
765
 10 8 4
 H 10 7
N
W O Z
754
 V B 10 2
92
B843
Oost
1
2SA
pas
V63
H83
AB765
V6
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: Na de 1 opening van oost moet west zijn
opwinding in toom houden en de bieding rustig opbouwen
met 2. De 2SA herbieding toont een SA-verdeling met
12-14 punten. Tel daar 21 (!) punten bij op en je komt aan
voldoende punten voor 6SA. West biedt dat meteen. Azen
vragen mag, maar is overbodig; met 33 punten samen
kunnen er geen twee azen ontbreken.
Spelen
West komt uit met V. De leider neemt A en trekt
driemaal troef. Noords vierde troef wordt gebruikt om 3
te troeven.
Spelen :Zuid komt uit met V. De leider telt elf topslagen:
vijf ruitens, drie schoppens, twee hartens en A. Alleen in
klaveren kan mogelijk iets worden ontwikkeld. V moet
dan een slag worden. Dat lukt alleen als je vanuit west
een kleine klaveren naar de vrouw toe speelt. Als noord
H pakt gaat daar in oost de zes onder.
Resultaat: 7 Contract
Resultaat: 6SA Contract
7.
 10 2
 10 9 6 5 4
 A 10 6
V93
West
pas
pas
pas
pas
Noord
1
4SA
5
AH654
HV
HV954
2
N W O Z VB93
B7
B3
 A H 10 6 4
Oost
pas
pas
pas
8.
87
A832
872
B875
Zuid
1
2
5
pas
Bieden: Na het vinden van de schoppenfit stijgt de waarde
van de noordhand naar een punt of 20, voldoende om
tegenover openingskracht bij partner naar slem te gaan. Noord
vraagt azen en ziet zuid met 5 één aas aangeven. Aangezien
noord zelf ook maar één aas heeft ontbreken er twee azen.
Noord stopt met gierende remmen af in 5.
Spelen: Oost komt uit met 8 om een plaatje te ontkennen.
West neemt A en moet nu harten spelen. Dan maakt oost
A. Als west ruiten doorspeelt (niet goed, oost heeft geen
plaatje en ook geen singleton) gaan zuids hartens weg op
hoge ruitens van noord en maakt de leider twaalf slagen.
Resultaat: 5 Contract
AH3
AH82
AV72
H4
West
2
2SA
3
pas
Noord
pas
pas
pas
pas
5
VB93
B83
AB752
N
W O Z
 V 10 9
754
 10 9 5 4
V86
Oost
2
3
4
B87642
 10 6
H6
 10 9 3
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: Door 2 te openen en 2SA te herbieden toont west
een SA-verdeling met 23-24 punten. Ook na deze manier van
2SA 'openen' zijn Stayman en Jacoby van kracht. Oost biedt
dus 3 om een lange schoppenkleur te tonen. Het verplichte
3 van west verhoogt hij naar 4. Er zijn immers voldoende
punten voor de manche en gezamenlijk hebben OW
minstens acht schoppens. West moet passen op 4. Hij
heeft zijn 23 punten aangegeven en moet eventuele
sleminitiatieven aan partner laten.
Spelen: Noord komt uit met V. De leider neemt en slaat
AH. Daarna wordt de ruitenkleur uitgespeeld. Uiteindelijk
gaan er twee klaverslagen en een troefslag verloren.
Resultaat: 4 Contract
121
122
LES 11: DE VERBINDING
Het begrip 'entree' is al in flits1 aan bod gekomen. In deze les wordt het belang ervan nogmaals benadrukt.
Niet altijd weet je op voorhand hoeveel entrees je hebt:
AV7
HB7
64
64
De eerste kleur kan een of twee entrees bevatten. En de tweede nul of een. Je bent afhankelijk van het
zitsel.
Het voorbeeldspel op pagina 105-106 is de moeite waard om uitgebreid te bespreken. Het illustreert twee
dingen:
- dat je de entrees aan de 'zwakke' kant goed in de gaten moet houden.
- dat het maken van een coherent speelplan absolute noodzaak is.
Een vergelijkbaar spel in een troefcontract:
A86
64
VB762
843
N W O Z Zuid speelt 4 met de uitkomst van H. Om je
contract te maken moet je de ruitenkleur benutten.
De enige entree om bij dummy's lengte te komen is
A. Speelplan: eerst AH en dan drie keer troef,
eindigend in noord.
HV953
A7
AH
B652
Dan twee 'tegennatuurlijke' speeltechnieken om communicatieproblemen te lijf te gaan:
-
uitduiken
overnemen
Uitduiken
Van groot belang is dat de leerlingen kunnen herkennen wanneer ze in een kleur zeker een slag moeten
afgeven. Ter vergelijking:
AH9762
AHV972
84
84
In 1. verlies je altijd een klaverslag, in 2. doorgaans niet. Het uitduiken van een klaveren is in 2. dus niet
verstandig.
N.B. Ik ben geen voorstander van het behandelen van 'safety-plays'. Kan op zich leerzaam zijn in het
kader van het maken van een speelplan, maar heeft weinig praktische waarde, omdat in parenbridge
overslagen heel belangrijk zijn.
123
Met meer dan twee kaarten mag het uitduiken uitgesteld worden:
H9762
A43
Hier mag je eerst A spelen, zolang je dan de volgende klaveren maar uitduikt. De eerste klaveren
weggeven mag ook.
De lastigste:
H97642
A53
Als de klaveren 2-2 zitten hoef je geen klaverslag te verliezen, bij een 3-1 zitsel wel. Als er geen zij-entree
in dummy ligt sta je dus voor een levensgroot dilemma. Speel A en klaveren. Als west de tweede ronde
niet bekent leg je klein. Bekent west wel, dan moet je gokken. Ook dat hoort bij bridge.
Overnemen
Het overnemen van een honneur om bij de lengte te komen is al kort aan de orde geweest in flits1. Toen
ging het echter om kleuren waarin je je dat kon permitteren. In het voorbeeld op pagina 108 neem je door
het overnemen van V genoegen met drie in plaats van vier klaverslagen. Je doet het dus alleen als je niet
op een andere wijze in dummy kunt komen. Soms kan overnemen ook de enige manier zijn om je een
broodnodige entree te verschaffen:
65
H732
8542
763
N W O Z Zuid speelt 6 met de uitkomst van V. De kunst is
om geen twee klaverslagen te verliezen. Daartoe
moet je snijden op H. Dat gaat alleen als je op
enig moment V overneemt met de heer om
klaveren vanuit noord te spelen.
 A H V B 10 9 7
AV
A
AV2
Het spel op pagina 108 is ook leerzaam. Een aantal mogelijke klaverzitsels:
1.
2.
 H 10 9 4 3 2
B85
76
AV
3.
 H 10 9 4 3 2
7
B865
AV
 H 10 9 4 3 2
B765
8
AV
Zuid speelt A en dan V. In 1. bekent west de tweede maal. Nu leg je klein in dummy en steek je over
naar A voor zes klaverslagen. In 2. zie je west niet bekennen. Nu moet je overnemen om vijf klaverslagen
te maken. In 3. is dat ook de winnende speelwijze, maar omdat west de tweede ronde nog bekent moet je
de beslissing nemen voordat je het zitsel kent. Normaliter zul je dat niet goed doen.
124
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
1.
AHB
74
Hoeveel entrees heb je in dummy?
2
Met twee kaarten in de hand kun je nooit
vaker dan twee keer oversteken. Met
drie ruitens in zuid heb je twee of drie
entrees, afhankelijk van de locatie van
V.
2.
H532
AV94
2
Speel A, V en vervolgens 9 naar de
heer. 5 is de tweede entree.
Hoeveel entrees heb je in dummy als de kleur 3-2 zit?
3.
AB84
3
Speel H en 3 naar B. Als iedereen
HV63
bekent kun je daarna V overnemen
met de aas en tot slot 6 naar 8
Hoeveel entrees kun heb je in dummy als de kleur 3-2 spelen.
verdeeld zit?
4.
A9842
Nee.
Je krijgt de kleur niet vrij.
B6
In dummy ligt geen entree.
Is het zinvol om een ruiten uit te duiken?
5.
A9842
B76
Ja
Op voorwaarde dat je ook de tweede
ronde weggeeft.
In dummy ligt geen entree.
Is het zinvol om een ruiten uit te duiken?
6.
AV764
832
Speel ruiten naar de vrouw en duik de
volgende ruiten uit. Of duik de eerste
ruiten uit en speel daarna ruiten naar de
vrouw.
In dummy ligt geen zij-entree.
Hoe speel je deze kleur aan?
Meer oefeningen z.o.z.
125
7.
AV7642
83
Duik de eerste ruiten uit en speel daarna
ruiten naar de vrouw. Eng, want als H
mis zit maak je geen enkele ruitenslag!
In dummy ligt geen zij-entree.
Hoe speel je deze kleur aan?
8.
AV762
HB
Waarschijnlijk wel
Bij een 3-3 zitsel kost overnemen geen
slag, bij een 4-2 of 5-1 zitsel wel.
Na H neem je B over met de vrouw.
Kost dit wel of geen slagen?
A. Zeker wel
B. Bijna nooit
C. Waarschijnlijk wel
9.
 A V 10 7 2
HB
Bijna nooit
Nu kost overnemen alleen een slag bij
een 5-1 zitsel.
Na H neem je B over met de vrouw.
Kost dit wel of geen slagen?
A. Zeker wel
B. Bijna nooit
C. Waarschijnlijk wel
10.
AB92
HV6
Je speelt H en neemt vervolgens V over met de
aas.
Is dit goed?
126
Nee
Omdat je nog een kleintje hebt is er
geen noodzaak om over te nemen.
Tenzij je een extra entree nodig hebt. De
verkeerde aanpak van een kleur kan
soms de juiste aanpak zijn van het hele
spel!
OEFENSPELLEN LES 11
1.
 H 10 5
 B 10 8 4
8752
43
West
pas
pas
Noord
2
2
pas
AVB98
V
AHV
HVB8
N W O Z 7642
H973
6
7652
Oost
pas
pas
pas
2.
3
A652
 B 10 9 4 3
 A 10 9
West
1SA
3SA
Zuid
2
4
Bieden
Noord opent de bieding met 2 om een loeisterk spel aan
te geven. Zuid antwoordt 2, verplicht met een zwakke
hand. 2 toont nu een lange schoppenkleur. De fit is
gevonden en zuid gaat naar 4.
Spelen
Oost komt uit met B. Als de leider er in slaagt om twee
keer in dummy te komen kan hij H er bij west uitsnijden.
Maar hoe in de zuidhand te komen? Simpel, door twee
ruitens te troeven! Hoge kaarten aftroeven, het moet niet
gekker worden...
Resultaat: 4 +1
3.
H8
 10 9 8 7 6
V75
B83
West
pas
pas
Noord
3SA
A642
AH3
A982
94
pas
 B 10 8 4
632
V8
H843
Oost
1
2SA
pas
A763
AH8
AB732
5
Zuid
pas
pas
pas
Bieden: Oost heeft wel de punten maar niet de verdeling
voor een 1SA opening. West is te zwak voor 2 en antwoordt
1SA: 6-9 punten, geen vierkaart die je op het eenniveau kunt
bieden. Oost wil tegenover een maximale partner wel 3SA
proberen. Hij maakt dat kenbaar via 2SA. 2 mag ook, maar
is weinig zinvol aangezien west al een vierkaart schoppen
ontkend heeft.
Spelen: Noord komt uit met B. In ruiten kan de leider twee
slagen ontwikkelen, in klaveren drie. Wie kiest voor het
ontwikkelen van de klaveren moet wel de entrees in de hand
in de gaten houden. Neem de uitkomst in oost met H en
speel klaveren. Noord wint met A en speelt harten door.
West komt aan slag met V en kan nu H verdrijven door
een hoge klaveren te spelen. De vrije klaveren zijn te
bereiken via H.
4.
 V 10 9 5
V54
 H 10 4 3
 V 10
Zuid
1SA
pas
Bieden
Tegenover een gebalanceerde hand met 15-17 punten
heeft noord geen behoefte om met klaveren troef te
spelen. Beter is om rechtstreeks naar 3SA te verhogen.
Spelen
West komt uit met 10, voor boer, vrouw en heer.
Klaveren is de werkkleur en bij een 3-2 zitsel zijn er drie
lengteslagen te ontwikkelen. Wel moet de bereikbaarheid
in de gaten gehouden worden. Speel 4 voor en leg klein
in dummy. Hartennaspel is voor je aas en nu kun je met je
9 oversteken en de hele kleur uitspelen.
Resultaat: 3SA Contract
Noord
pas
pas
N
W O Z
Resultaat: 3SA Contract
B73
B2
B6
AH7652
N W O Z Oost
H92
V7
654
 V B 10 9 6
V5
 B 10 9 5 4
 H 10 9
A72
872
B3
 10 8 4
A7632
West
pas
pas
Noord
pas
pas
H96
 H 10 8 5 2
V62
98
N
W O Z
 V B 10 5
V74
H95
 V 10 5
Oost
1SA
A43
A96
AB73
HB4
Zuid
pas
Bieden
Na de 1SA opening van oost heeft niemand nog iets in de
melk te brokkelen. Noords hartenkleur is niet goed
genoeg om op tweeniveau de strijd om de deelscore aan
te gaan.
Spelen
Zuid komt uit met V. Klaveren is de werkkleur van de
leider en hij moet er voor zorgen dat de lengte bereikbaar
blijft. Neem A, incasseer H en duik de volgende
klaveren uit. Dit is dus een van de zeldzame gevallen
waarin je niet naar de vork toe moet spelen. De reden: als
je klaveren naar de aas speelt en dan klaveren richting de
HB-vork kom je nooit meer in dummy en wordt de
klaverlengte onbereikbaar.
Resultaat: 1SA Contract
127
5.
 V 10 4 3
B2
 10 6 5 4 2
98
West
pas
Noord
1
pas
A65
765
AV3
HB65
N W O Z H92
 A 10 3
H87
 A 10 7 2
Oost
1
pas
6.
B87
HV984
B9
V43
Zuid
3SA
Bieden: Zuid heeft de punten en de verdeling om na partners
opening naar 3SA te gaan. Ook het 1 volgbod van oost kan
hem daarvan niet weerhouden; hij heeft immers een
hartendekking.
Spelen: West komt uit met de door partner geboden kleur.
Hij kiest voor B, hoogste van een doubleton. Zuid doet er
verstandig aan om die te duiken. Na de tweede hartenronde
heeft west geen hartens meer (kan zuid uitrekenen). Nu is
het van belang dat oost niet aan slag komt om zijn vrije
hartens te maken. Zuid moet dat verwerken in zijn speelplan.
De juiste aanpak van de werkkleur klaveren: speel klaveren
naar de heer en een kleine klaveren uit noord. Als bij oost
een kleintje verschijnt wordt in zuid de tien gelegd. Zelfs als
die verliest aan de vrouw is dat niet erg, want west heeft geen
harten meer.
 10 7 6 2
V54
 10 5
AV42
West
pas
pas
Noord
2SA
pas
AH85
AH3
AV
 B 10 6 5
Noord
pas
pas
 10 8 5
87
 H V B 10 2
H73
Oost
1
1SA
pas
HB3
V65
A43
A982
Zuid
1
pas
pas
Bieden
Het 1 volgbod is niet hinderlijk voor west, hij kan gewoon
de laagste van zijn vierkaarten bieden (al gaan we het
vanaf de volgende les anders doen). Met 1SA ontkent
oost zowel een vierkaart harten als een vierkaart
schoppen, dus gaat west naar 3SA.
Spelen
Zuid komt uit met H. Als de leider de eerste of tweede
ronde neemt, speelt noord na A ruiten terug en gaan er
vier ruitenslagen verloren voor een down. Winnend is om
A tweemaal te duiken en pas de derde ronde te nemen.
Hierna wordt A verdreven. Als noord klaveren speelt
pak je A en raap je je negen slagen op.
N W O Z B4
876
H87632
97
Oost
pas
pas
8.
V93
 B 10 9 2
B94
H83
Zuid
pas
3SA
Bieden
Noord heeft 21 punten met een SA-verdeling en opent de
bieding derhalve met 2SA. Zuid verhoogt naar 3SA. Een
lange lage kleur komt vaak ook van pas in een
SA-contract.
Spelen
Oost komt uit met B. De leider incasseert AV en moet
daarna de dummy zien te bereiken. Dat kan alleen via
B. Speel een kleine schoppen vanuit noord. Oost pakt
V en speelt harten door. Aan slag met A steekt noord
over naar B om de ruitenkleur te gelde te maken. Helaas
komt hij daarna niet meer bij AH! Toch zijn er negen
slagen: zes ruitens, twee hartens en een schoppen.
Resultaat: 3SA Contract
128
West
1
3SA
N
W O Z
Resultaat: 3SA Contract
Resultaat: 3SA +1
7.
AV76
 H B 10 3
86
VB6
942
A942
975
 10 5 4
AH52
V6
VB32
 H 10 3
West
1SA
2
pas
Noord
pas
pas
pas
B96
 10 5 4
986
AB76
N
W O Z
 V 10 3
B932
A74
V95
Oost
2
3SA
874
AH87
 H 10 5
842
Zuid
pas
pas
Bieden: Na de 1SA opening onderzoekt oost via Stayman
of er een 4-4 fit in harten is. Dat blijkt niet het geval. Nu is
3SA het logische eindstation.
Spelen: Noord komt uit met 6, zuid doet als derde man
wat hij kan en legt V. De leider mag deze niet duiken,
want dan verliest hij H aan de aas van noord. Correct is
om H te nemen en de ruitenkleur te ontwikkelen. Aan
slag met A speelt zuid klaveren door. Noord maakt drie
klaverslagen, maar de rest is voor de leider. Hij maakt
twee schoppenslagen, drie hartenslagen, drie
ruitenslagen en een klaverslag.
Resultaat: 3SA Contract
LES 12: CONVENTIES
Veel leerlingen vinden het na twee cursussen wel mooi geweest. Deze laatste les is dan ook de
allerlaatste les. Hij is gewijd aan conventies. Doel is om de cursisten nog even snel kennis te laten maken
met belangrijkste 'tools', die nog niet aan de orde zijn gekomen:
-
Het negatief doublet
De vierde kleur
De kleur van de tegenpartij
Het spreekt voor zich dat ze niet uitputtend behandeld worden. Maar het is beter om er nu wat deskundige
uitleg over te krijgen.
Alerteren
Alerteren is een belangrijk onderdeel van wedstrijdbridge, vandaar dat ik er in dit hoofdstuk aandacht aan
besteed. Bij elke conventie wordt vermeld of hij wel of niet alerteerplichtig is. Flits 2 is geschreven als
aansluiting op zowel Flits1 als Start bieden. Alle behandelde onderwerpen waren daarom
'systeemonafhankelijk'. Vanwege de alerteerregels van de NBB ontkom ik er echter niet aan om op pagina
113 onderscheid te maken tussen de 1 opening in Acol of vijfkaart hoog.
Negatief doublet
Deze conventie treedt in werking na een opening van partner en een kleurvolgbod van de
rechtertegenstander. Hij wordt serieus behandeld in Berry's vijfkaart hoog, maar hier dus al een
voorproefje. Belangrijke afspraken:
-
Doublet belooft altijd een vierkaart in de ongeboden hoge kleur
Als er 1 hoge kleur ontbreekt toont doublet een vierkaart en het bieden van de kleur een vijfkaart.
Als beide hoge kleuren nog ongeboden zijn (1-1, 1-2) belooft doublet vierkaarten in beide
hoge kleuren.
Het negatief doublet geldt niet na een 1SA volgbod van de tegenpartij.
Het negatief doublet geldt wel na een 1SA opening van partner en een volgbod.
Dat laatste is niet standaard, maar wel de moderne aanpak en wordt ook aanbevolen in Berry's vijfkaart
hoog. Het maakt omgaan met tussenbieden na 1SA bovendien een stuk eenvoudiger.
De vierde kleur
Het tweede bijbod is al ultrakort behandeld in flits1. Na opening, antwoord en herbieding bepaalt de
antwoorder doorgaans het eindcontract: deelscore of manche. Met zwakke handen is het zaak om laag af
te stoppen. Met sterke handen wordt een manche geboden. Maar soms weet je nog niet welke manche het
beste is. Dan moet je meer te weten komen over de hand van partner. Daar komt de vierde kleur om de
hoek kijken. Het is een (kunstmatige) manier om extra informatie te vragen. Belangrijke punten:
-
Bied nooit de vierde kleur met een zwakke hand.
Gebruik van de vierde kleur zegt niets over bezit in de vierde kleur
In antwoord op de vierde kleur vertelt openaar iets over zijn hand dat antwoorder nog niet weet, te
weten: driekaart steun voor antwoorders hoge kleur, dekking in de vierde kleur voor SA, extra lengte
in een van de eigen kleuren.
Na gebruik van de vierde kleur mag er pas met bieden worden gestopt als de manche bereikt is (de
situatie is mancheforcing)
Na 1-1-1 is 1 niet de vierde kleur conventie, maar een natuurlijk bod.
Dat laatste is mijn persoonlijke voorkeur. Idee achter de vierde kleur is dat het bieden zich vaak al op tweeof drieniveau bevindt en dat het dan zonder zekerheid van een fit met zwakke handen niet goed is om
maar door te blijven bieden. Na 1-1-1 kan er echter nog gemakkelijk een 4-4 fit schoppen zijn en
bevindt het bieden zich bovendien nog op eenniveau. Speel in deze situatie 2 als vierde kleur conventie.
129
Kleur van de tegenpartij
Dit is eigenlijk de vervanger van de vierde kleur in biedverlopen waar de tegenpartij meebiedt. Belangrijke
zaken:
-
130
Een bod in de kleur van de tegenpartij heeft nooit tot doel om met die kleur troef te spelen.
De kleur van de tegenpartij maakt de bieding mancheforcing.
Met kracht in de kleur van de tegenpartij bied je doorgaans 3SA. Een bod in de kleur van de
tegenpartij doe je dus meestal als je sterk bent en 'niets' hebt in hun kleur. Tevens heb je geen goed
ander (natuurlijk) forcing bod tot je beschikking.
Partner mag nooit passen op een bod in de kleur van de tegenpartij. Met een dekking zal hij
normaliter SA bieden.
OEFENINGEN
Opgave
Antwoord
1.
West Noord Oost
1
1
Zuid
??
82
H764
A932
765
1
Een negatief doublet belooft hier
vier hartens en vier schoppens.
2.
West Noord Oost
2
1
Zuid
??
8
AB72
A843
HV76
doublet
Toont een vierkaart harten,
ongeacht de kracht. 2 belooft
een vijfkaart.
3.
West Noord Oost
1
pas
1
Zuid
1
??
H82
A72
HB432
V6
2
Met 1 belooft partner een
vijfkaart.
4.
West Noord Oost
1SA
1
Zuid
??
H872
B653
H2
965
pas
Na een 1SA volgbod is een
doublet voor straf. Je doet het
vanaf 9 punten.
5.
West Noord Oost
pas
1
pas
pas
1
Zuid
1
??
65
AB732
V9842
6
1SA
2 is vierde kleur en maakt de
bieding mancheforcing.
6.
West Noord Oost
pas
1
pas
pas
2
Zuid
1
??
A43
HV982
A76
V9
2
Vierde kleur. Wie 3SA biedt mist
mogelijk een 5-3 fit in harten.
7.
West
pas
pas
Noord
1
2
Oost
pas
pas
Zuid
1
2
??
A
65
AB732
HB963
3
Door de klaverkleur te herhalen
toon je een vijfkaart en dus een
5-5 verdeling.
8.
West
pas
pas
Noord
1
2
Oost
pas
pas
Zuid
1
2
??
3
HV632
AH3
HB72
3SA
SA bieden mag alleen met een
ruitendekking. Door te springen
naar 3SA vertel je dat je
overwaarde hebt.
9.
West Noord Oost
1
1
Zuid
??
654
HB3
AB3
HV93
3SA
Nu je de hartenkleur goed gedekt
hebt bied je zelf SA.
10.
West Noord Oost
pas
1
2
2
1
Zuid
1
??
84
H842
AV7
A932
3
Vraagt partner om 3SA te bieden
als hij de schoppenkleur gedekt
heeft.
131
OEFENSPELLEN LES 12
1.
8
V983
 H 10 9 8 3
875
West
pas
pas
Noord
1
2
 10 7 6 4
 10 7 4 2
A
AHB6
N W O Z V92
AH65
7642
43
Oost
1
pas
2.
AHB53
B
VB5
 V 10 9 2
Zuid
dbl
pas
West
dbl
pas
Bieden
Het volgbod van oost ontneemt zuid de mogelijkheid om
een vierkaart op eenniveau te bieden. En hij heeft
onvoldoende punten voor een nieuwe kleur op
tweeniveau. Het negatief doublet biedt uitkomst. Daarmee
toont zuid een vierkaart in harten, de ongeboden hoge
kleur. Noords goedkope 'steunbod' toont een minimale
opening van 12-14 punten. Zuid stopt dus met bieden, ook
als oost nog een bod doet.
Spelen
Oost komt uit met A en gaat verder met H en
schoppen na, door west getroefd. Een goed begin voor
OW, maar daarna is het woord aan de leider.
Waarschijnlijk worden er acht slagen gemaakt.
8
V962
 B 10 4
AB852
West
pas
pas
pas
pas
Noord
1
2
3SA
H72
 A H 10 4 3
H93
94
N W O Z  A V 10 4
85
A7652
 H 10
Oost
pas
pas
pas
B9653
B7
V8
V763
Zuid
1
1
2SA
pas
Spelen: Het feit dat zuid leider is betaalt zich direct uit. West
start met 2, die naar zuids heer loopt. Er zijn nu acht vaste
slagen: drie schoppen, twee harten, twee ruiten en de
gemaakte klaverslag. Met de klaverkleur wijd open is het
gevaarlijk om van slag te gaan. Ruiten valt daarom af als
werkkleur. In plaats daarvan wordt de negende slag gezocht
in schoppen. Wanneer west in de tweede ronde niet bekent
heb je een gemarkeerde snit op B.
132
 10 5
A843
 H V 10 5 3
V3
Oost
1
4
AV76
6
A92
AH654
Zuid
1
pas
Bieden
Na het 1 volgbod kan west via een negatief doublet in
één klap vertellen dat hij zowel een vierkaart harten als
een vierkaart schoppen bezit. Oost weet nu dat er een
schoppenfit is en telt twee fitpunten bij voor zijn singleton
harten. Hij is dan sterk genoeg om rechtstreeks naar 4
te gaan.
Spelen
Zuid komt uit met H. De leider neemt A en trekt de
troeven. In klaveren is het vanwege het ontbreken van
10 niet goed om B (de 'losse' honneur) voor te spelen.
Beter is AH slaan en hopen dat de vrouw tweede valt.
4.
Bieden: Al direct na zuids opening wil noord naar de
manche. Hij weet echter nog niet wat de beste manche is. Na
de 1 herbieding van zuid is dat nog steeds onduidelijk.
Noord kan de vierde kleur conventie gebruiken om meer
informatie los te peuteren. Zuid toont met 2SA een
klaverdekking en noord verhoogt naar 3SA.
Resultaat: 3SA Contract
Noord
2
pas
N
W O Z
Resultaat: 4 +1
Resultaat: 2 Contract
3.
HB43
V972
84
B72
982
 H B 10 5
B76
 10 9 8
AV94
AH76
B83
H6
West
1SA
2
4
Noord
pas
pas
pas
 10 6
B83
AV6
 B 10 9 3 2
N
W O Z
753
 V 10 5 2
H5
8754
Oost
2
3SA
pas
HB82
94
 10 9 7 4 2
AV
Zuid
pas
pas
pas
Bieden
Oost gaat via Stayman op zoek naar een fit in een hoge
kleur. Het 3SA bod impliceert vervolgens een vierkaart
schoppen; oost heeft geen vierkaart harten en zonder
hoge vierkaart wordt geen Stayman gebruikt. West biedt
derhalve 4.
Spelen
Noord komt uit met B. De leider trekt driemaal troef en
gaat daarna de ruitenkleur ontwikkelen. Dat duurt even,
maar daarna heb je ook wat: twee vrije ruitens in oost.
Resultaat: 4 Contract
5.
A76
843
H96
AV43
West
2
3SA
Noord
pas
pas
pas
B82
965
V843
 10 8 2
N W O Z V95
 A V 10 7 2
 B 10 2
H9
Oost
1
2SA
pas
6.
 H 10 4 3
HB
A75
B765
Zuid
1
pas
pas
Bieden: West wil naar de manche en bij voorkeur naar
3SA. Hij heeft echter geen dekking in de door zuid geboden
hartenkleur. Hij kan daar wel naar vragen door de kleur van
de tegenpartij te bieden. Oost heeft inderdaad een
hartendekking en biedt 2SA. Zo wordt de juiste manche
bereikt met de juiste man als leider.
Spelen: Zuid komt uit met 2. 3SA komt binnenrollen bij
een juiste aanpak van de klaverkleur. Speel 5 uit oost en
leg in west de vrouw. Als die houdt volgt A. Daaronder
valt H en nu kun je met B de tien bij noord weghalen. Je
maakt vier klaverslagen, AH, AH en een hartenslag.
Mis gaat het als west B voorspeelt, gedekt met de heer
voor de aas. Noords 10 wordt nu een slag. Nooit een
plaatje voorspelen als je de onderliggende kaart niet hebt.
 H V 10 7 5
 A 10 8 6
V5
94
West
1
pas
pas
Noord
2
4
A6
HV943
876
H65
N W O Z 842
B72
A4
AVB32
Oost
2
pas
Noord
pas
pas
pas
AB6
 B 10 9 2
 H 10 7 6
95
Oost
1
2
2
pas
854
6
AB932
AH76
Zuid
pas
pas
pas
pas
Bieden: De eerste drie biedingen spreken voor zich. Na
2 wil west naar de manche. Hij weet echter nog niet
welke manche. Ideaal voor de vierde kleur conventie. Via
2 vraagt west om nadere informatie. Oost biedt 2. Dat
toont een driekaart schoppen (met een vierkaart was
direct gesteund). West weet genoeg en biedt 4.
Spelen: Noord komt uit met H. West neemt A, troeft
een harten in dummy, steekt over naar V en troeft nog
een harten. Dan volgt 8 naar H. Omdat er geen
troeven meer in oost liggen gaat de leider verder met een
kleine schoppen uit de hand. Zuid maakt twee troefslagen
maar daar blijft het bij.
8.
B93
5
 H B 10 9 3 2
 10 8 7
Zuid
1
3
pas
Bieden: Omdat een vierkaart harten wordt getoond via
een negatief doublet belooft 2 van noord een vijfkaart
(en 10+ punten). Zuid mag dus steunen op een driekaart.
Noord gaat met 12 punten uiteraard naar de manche.
Spelen: Oost komt uit met 3. De leider neemt A en
gaat troeftrekken. Een kleine harten naar de boer verliest
aan de aas van west, die schoppen doorspeelt. Noord
troeft de derde schoppen en speelt H, waarop oost niet
bekent. Nu wordt met 5 overgestoken naar B om de
volgende troefronde vanuit zuid te spelen. Als bij west 8
verschijnt wordt in noord de negen gelegd. Op H gaat in
zuid 4 weg en vervolgens is de dummy hoog.
Resultaat: 4 +1
West
1
2
4
N
W O Z
Resultaat: 4 Contract
Resultaat: 3SA Contract.
7.
HV973
A54
V
VB32
 10 2
HV873
854
 10 8 4
HVB85
A82
 10 6
982
West
pas
1
pas
pas
Noord
1
3
3SA
A43
V5
AVB982
H3
N
W O Z
962
H963
H7
 A 10 6 5
Oost
pas
pas
pas
 10 7
 B 10 7 4
543
VB74
Zuid
1
3
pas
Bieden: De sprong naar 3 toont een zeskaart ruiten met
overwaarde (15-17 punten). Met tien punten mee wil zuid
naar de manche en 3SA is aantrekkelijker dan 5. Zuid
heeft echter geen dekking in de door west geboden
schoppenkleur. Hij kan daar wel naar vragen via 3, een
bod in de kleur van de tegenpartij. Noord biedt dan 3SA
met een schoppendekking en 4 zonder dekking.
Spelen: Oost komt uit met 10, partners lange kleur. De
leider heeft negen slagen van top en raapt die ook op. Een
hartenslag ontwikkelen is riskant, want als A bij west zit
verlies je vier schoppenslagen.
Resultaat: 3SA Contract
133