Achmea en de Meerjarenafspraak Energieefficiency Achmea neemt met 8 kernlocaties en in totaal ca. 400.000 m2 BVO, deel aan de Meerjarenafspraak Energieefficiency(3). Zij onderschrijft daarmee de MJA-doelstelling om jaarlijks gemiddeld 2% energie-efficiencyverbetering te realiseren in de periode 2005-2020: 20% door efficiënter energiegebruik in de gebouwen en 10% in de keten. Het streven om goed naar de energiekosten te kijken sluit direct aan bij de strategische keuze van Achmea om voor niet onderscheidende diensten de goedkoopste aanbieder te zijn. De Campus in Apeldoorn is één van de kernlocaties. Andere locaties zijn Amersfoort/Leusden, Amsterdam, De Meern, Leiden, Tilburg, Leeuwarden, Den Haag, Zeist (hoofdkantoor), en Zwolle. Volgens de heren Hack en Peters, respectievelijk ketenmanager Corporate Real Estate Management (CREM) en manager team huisvesting van Achmea, is dankzij de MJA de aandacht voor energie-efficiency binnen Achmea geborgd. “We zijn anders gaan denken”, constateert de heer Peters. De MJA-doelstelling wordt al langere tijd meegenomen bij alle gebouwinvesteringsbeslissingen die bij CREM van Achmea genomen worden. Ondanks dat de MJA-doelstelling niet vertaald is naar meer gedetailleerde doelstellingen voor nieuwbouw of voor renovatie of onderhoud zijn er volgens de heren Hack en Peters belangrijke resultaten geboekt. Vanaf 2006 is een gemiddelde verbetering van de energie-efficiency van circa 2,6% per jaar gerealiseerd (bron MVO-verslag 2012). Een deel van de gebouwen is eigendom van Achmea, een ander deel wordt door Achmea gehuurd. De invloed op het energiegebruik in de huurpanden is tijdens het gebruik beperkt, zo stelt de heer Hack, al wordt de energieprestatie bij expirerende huurcontracten wel in de onderhandeling meegenomen. Bij eigendomspanden is nadrukkelijk aandacht voor de energie-efficiency op de natuurlijke momenten zoals onderhoud en renovatie. Achmea gaat bij investeringsbeslissingen uit van de meest duurzame oplossing, binnen de financiële randvoorwaarden. Maatregelen met een terugverdientijd binnen de vijf jaar worden sowieso genomen, voor maatregelen met een langere terugverdientijd wordt van geval tot geval bekeken welke overwegingen nog meer meespelen om tot een positieve investeringsbeslissing te komen. Zo zijn bijvoorbeeld de verwachte gebruiksduur van het gebouw, of positieve imago-effecten van invloed. Daarbij laat Achmea bij elke investering Achmea standaard kijken naar de fiscale mogelijkheden van de te nemen maatregelen (o.a. EIA – VAMIL/MIA). Ieder kwartaal komen technische beheerders van de verschillende locaties, met de energieleverancier en onderhoudsbedrijven bijeen in de Krachtenbundeling Energiebesparing (KBEB) om getroffen maatregelen te evalueren en om elkaar te bespreken en nieuwe initiatieven op te starten. Hierbij worden periodiek per gebouw ook warmte- en energiescans uitgevoerd. Afwijkingen van meer dan 10% in het verwachte energiegebruik, geconstateerd bij het monitoren van de energiefacturen, worden geanalyseerd op grond waarvan eventuele acties genomen kunnen worden. Op deze wijze heeft Achmea een actueel en nauwkeurig beeld van het energiegebruik en komen verbetermaatregelen tijdig in beeld. Juist die menselijke vertaalslag vormt volgens de heer Peters een onmisbare schakel. Systemen kunnen veel regelen en registreren, maar afstemming en optimalisatie op grond van een menselijke analyse blijft essentieel. Het gerealiseerde kwartaaloverleg tussen interne en externe partijen levert volgens de heren Hack en Peters dan ook veel op. Het energiegebruik bij Achmea kent al een aantal jaar een dalende lijn volgens de heer Peters. Dit vooral dankzij de vermindering van het aantal kantoorpanden, verandering van het aantal fte’s per m2 , en betere aansturing van de installaties via het gebouwbeheersysteem. De grootste slagen zijn volgens de heer Peters inmiddels gemaakt. De komende jaren zal de verbetering van de energie-efficiency vooral moeten komen door bij vervangingsinvesteringen te kiezen voor duurzame oplossingen, en tegengaan van verspilling. Het gedrag van werknemers is volgens de heren Hack en Peters lastig te beïnvloeden. Ook het Nieuwe Werken maakt dat de betrokkenheid van de werknemer met de werkplek minder is. Alhoewel CREM nu wel een eenmalige actie uitvoert om werknemers bewuster maken van de energie voorziet het EEP vooralsnog niet in verdere maatregelen op dit gebied. Wat dat betreft wordt meer verwacht van een verdere verfijning en instelling van apparatuur en installaties op de werkelijke energiebehoefte. Met de MJA-doelstelling als basis en door per situatie naar de mogelijkheden voor verbetering van de energie-efficiency te kijken in het licht van de voor die situatie geldende financieel-economische randvoorwaarden, verwacht Achmea de doelstelling van 30% besparing in 2020 ten opzichte van 2005 te gaan realiseren. Zo draagt de MJA doelstelling bij aan de ambitie van Achmea om een scherpe prijs-kwaliteitverhouding voor haar verzekeringsproducten te realiseren.
© Copyright 2024 ExpyDoc