innovation for life Gezond Leven Utrechtseweg 48 3704 HE Zeist Postbus 360 3700 AJ Zeist TNO-rapport www.tno.nl TNO 2014 R10281 Meerjaren Speunruerkprogramma 201 1 -201 4 Voortgangsrapport age 20 13 VP Sociale lnnovatie (P207) Datum 4 maaft2014 Auteu(s) Prof. Dr. lr. P.M. Bongers Dr. B. Blatter Dr. ing. K. ten Have m.m.v. Drs. D. van Putten, D. Fijan-Roemer Exemplaarnummer I Oplage Aantal pagina's Aantal bijlagen Regievoerder Projectnaâm 41 Géén lVlinisterie van Economische Zaken VP Socialo lnnovatie (P207) Projectnummer Autorisatie Functie ( Handtekeníng Alle rechten voorbehouden N¡ets u¡t deze uitgave mag van druk, foto-kopie, microfil toestemming van TNO. rden vermenigvuld¡gd en/of openbaar gemaakt door middel of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande lndien dit rapport in opdrachtwerd u¡tgebracht, wordtvoorde rechten en vetplichtingen van opdrachtgever en opdrachtnemer veruezen naar de Algemene Vooruaarden voor opdrachten aan TNO, dan wel de betreffende terzake tussen de partüen gesloten overeenkomst. Het ter inzage geven van het TNo-rapport aan dlrect belang-hebbenden is toegestaan. @ 2014 TNO T F +3'f 88 866 60 00 +31 88 866 87 28 [email protected] TNO-rapport I TNO 2014 R10281 2t4',1 3l TNO-rapport I TNO 2014 R'|0281 I 1 1.1 1,2 13 2 2.1 41 nhoudsopgave Inleiding Vraaggestuurd Programma Sociate lnnovatie (lnnovatiedirecteur: .......'..."."5 Paulien Bongers).... jaar............. Samenwerking................ Samenhang .......'......'....5 Ontwikkelingen in het afgelopen ". """5 .'.". "5 Vraaggestuurd Programma Sociale lnnovatie (Business Line Manager: Klaas ....'......'..7 ten Have) .----.....""."'..'.7 Highlights uit 2013.................. Korte inleiding op Vraaggestuurd Programma Sociale Uitvoering in 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2013 Resultaten Output en kennisoverdracht........ lnnovatie Programma's 3 Ondertekening lnnovatie '.......10 ..........'..'....11 ..'."...19 ...'.........'.20 ...."....39 41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 4t41 TNO-rapport ¡ TNO 2014 R1028,| 5l 41 lnleiding Vraaggestuurd Programma Sociale lnnovatie (lnnovatiedirecteur: Paulien Bongers) 1.1 Ontwikkelingen in het afgelopen iaar De wereld van management, werk en organisatie verandert snel. Onder invloed van nieuwe technologieën, veranderende markteisen en globalisering zal het tempo van baanvernietiging en nieuwe baancreatie verder toenemen. Dit vereist een grote responsiviteit, adaptiviteit en proactiviteit op alle niveaus: mensen, processen' organisaties, ondernemers, ketens en ecosystemen. Dit VraaggeStuurd Programma Sociale lnnovatie richt zich op vernieuwing op die terreinen, en draagt daarmee bij aan het verdienvermogen van de beroepsbevolking, organisaties en de economie. De toekomst is onzeker en ongewis en het is slim ervoor te zorgen dat wij, onze ouders en onze kinderen 'fit for the future zijn'. Het is onvoldoende oplossingen te vinden voor huidige uitdagingen, het is nodig oplossingen te vinden voor alle mogelijke toekomstige problemen. Resilience op alle niveaus! Het Vraaggestuurd programma draagt in principe bij aan vernieuwing op deze terreinen in alle topsectoren maar richt zich in het bijzonder op innovaties op het gebied van mens en organisatie (human capital en sociale innovatie) voor de topsectoren Logistiek, HTSM en LS&H. Het programma beoogt een brug te slaan tussen het domein van het Ministerie van SZli/ en EZ waar het optimale inzet van mensen en vernieuwing van organisatie betreft: een goed gekwalificeerde, inzetbare en gezonde beroepsbevolking met ontwikkelingsmogelijkheden voor hoog en laagopgeleiden en daardoor een versterking van de productiviteit. Het gaat om een bijdrage aan: de ontwikkeling van nieuwe kennis; beleids -en beleidsonderbouwend onderzoek; de ontwikkeling van nieuwe oplossingen in nationaal en internationaal verband; kennis delen door middel van netwerken en kennisoverdrachtsprojecten. . . o . 1.2 Samenwerking Er wordt met verschillende nationale en internationale partners in projecten gewerkt. Het gaat om samenwerkingsprojecten met Universiteiten als PPSprojecten met bedrijven. Naast de ontwikkeling van nieuwe kennis - en juist ook vaak in het vervolg daarvan - is het van belang om de toepassing van die kennis te stimuleren, onder meer in zogenaamde living labs. 1.3 Samenhang Het programma lnnovatie en Arbeidsproductiviteit bestond in 2013 uit drie hoofdlijnen, Socr,aal lnnovatie Management (SIM), lnnovatief Werken (lW) en Zorg en Arbeid. De projecten dragen bij aan de gewenste koppeling van de topsectoren maatschappelijke uitdagingen, vooral rond de dynamiseren van de arbeidsmarkt, met name gericht op arbeidsproductiviteit en arbeidsparticipatie, en aan dragen zo bi¡ aan de gewenste 'shared Value Creation' en 'lnclusive Growth'. TNO-rapport I TNO 2014 R10281 6l 41 Zoals gezegd dragen ze ook bij aan het versterken van de brug tussen de beleidsfocus van EZ (groei door enter- en intrapreneurship) en Sã/V (participatie, inzetbaarheid). De Thema directeur Gezond Leven verleent hiermee goedkeuring aan rapportage 2013. Dr. N.J. Snoeij Managing Director Thema Gezond Leven de 7 t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 2 Vraaggestuurd Programma Sociale lnnovat¡e (Business Line Manager: Klaas ten Have) 2.1 Highlights uit 2013 Flexbarometer Alle ciþrs over flexwerk en ftexwerkers venameld procent ln de ãfgetopen jaren is het aantal flexibele arbeidskrachten gegroeid tot 30 dat het belangrijk van de arbeidsmarkt. Voor beleidsmakers en andere betrokken is over informatie er een volledig en toegankelijk ovezicht beschikbaar is van feitelijke partners deze groeiende groep, Daarom heeft TNO in samenwerking met diverse de website www.flexbarometer. nl gelntrod uceerd. Flexwerkers ziin in oPkomst Er komen steeds meer flexwerkers: zowel zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers) als werknemers zonder vast contract en/of vaste uren. Hoeveel flexwerkers zijn er nu eigenlijk, wat zijn hun kenmerken, hoe zit het met de kwaliteit van arbeid? Tot nu toe ontbrak het aan een toegankelijk ovezicht van representatieve cijfers om te komen tot een onderbouwde maatschappelijke discussie en tot onderbouwd beleid' Behoefte aan obiectieve informatie De website is bedoeld voor beleidsmakers, sociale partners, bedrijven en andere geÏnteresseerden. Zi1 vinden er objectieve informatie over flexwerkers in de Ñederlandse werkzame beroepsbevolking: hun aantallen, persoonskenmerken, de kwaliteit van de arbeid van werknemers met een flexibele arbeidsrelatie, en de toepassing van vormen van flexibele arbeid door bedrijven. De Flexbarometer is objectief en gebaseerd op representatieve databronnen van het CBS en TNO' Dé bron over flexwerk De komende jaren groeit de Flexbarometer verder uit tot dé website met nog meer Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Slimmerwerken in het openbaar bestuur Tegenwoordig moeten publieke organisaties steeds meer hun maatschappelijke waarde en hun 'value for money' kunnen aantonen. Dat betekent dat ze moeten innoveren en werken aan hun productiviteit. Maar welke interventies helpen om de productiviteit of de prestaties te verbeteren? Om die vraag te kunnen beantwoorden, ontwikkelde TNO een hulpmiddelvoor productiviteitsverbetering. fNO-rapport I TNO 2014 R10281 8l 4'l P roductivi te it kw a ntif ice re n Publieke organisaties vinden het vaak lastig om productiviteit te kwantificeren. Niet omdat ze productiviteit onbelangrijk vinden, maar omdat ze de kwaliteit van de prestaties minstens zo belangrijk vinden. Productiviteitsverbetering in de publieke sector wordt bovendien vaak geassocieerd met reorganisaties, bezuinigingen en toenemende werkdruk. Op zoek naar de redenering achter innovatie Het hulpmiddel voor productiviteitsverbetering dat TNO heeft ontwikkeld, is een dialoogmodel. Het is een hulpmiddel om te kijken naar de praktijk, daarover van gedachten te wisselen om zo een business case te formuleren, een zakelijke redenering die als basis dient om tot beslissingen te komen. Het dialoogmodel bestaat uit vijf stappen: Stap 1: het productiviteitsprobleem vaststellen (en een voorlopige business case formuleren). Stap 2: het productiviteitsprobleem uitwerken in een productiviteitsuitdaging. Stap 3: de gewenste productiviteitsstrategie benoemen. Stap 4: organisatorische interventies ontwikkelen om de productiviteit te verbeteren. Stap 5: een business case opstellen van de gewenste organisatorische innovatie. . . . . . Goed toepasbaar in de praktiik TNO heeft het dialoogmodel toegepast op enkele cases, zoals die van een uitkeringsinstantie die de kwaliteit van de dienstverlening wilde vergroten door de doorlooptijd voor nieuwe aanvragen te verkorten. Uit de cases blijkt dat het model goed toepasbaar is, binnen de overheid en daarbuiten. Op dit moment passen we het hulpmiddel ook toe bij verschillende overheidsprojecten, zoals het project Slimmernetwerk van het Ministerie van Binnenlandse Zaken dat innovatie en slimmer werken bij de overheid wil stimuleren. Dit doen we samen met Kennisland en de Kafkabrigade. Zo helpen we publieke ondernemers om een werkbare business case te formuleren als redenering achter hun eigen innovatie. Beter Samen in Noord; integrale dienstverlening voor sociale minima Zorgaanbieders in Amsterdam-Noord werken beter samen ln het samenwerkingsverband Krijtmolenalliantie werken zotg- en welzijnsaanbieders in Amsterdam-Noord intensief samen aan een gezonder stadsdeel. Ze stroomlijnen hun inspanningen om die maximaal te laten aansluiten op de behoeften van hun cliÖnten. Het doel: versnippering tegengaan door integrale dienstverlening. (,) 9l TNO-rapport I TNO 20'14 R10281 41 Zorg beter georgan¡seerd Een bejaarde vrouw met verschillende chronische klachten kr¡gt tot nu toe te maken met veel verschillende zorgaanb¡eders: de huisarts, diverse specialisten en thuiszorg. Door een integrale aanpak is het mogelijk om die zorg te combineren en beter te organiseren. Het gevolg: minder afspraken, geen overbodige behandelingen, en een meer tevreden cliënt. Kwetsbare groepen centraal Het project richt zich speciaal op kwetsbare groepen: ouderen en gezinnen die onvoldoende zelfredzaam zijn en tot de sociale minima behoren. Deze groepen zijn verantwoordelijk voor een groot deel van de uitgaven aan zorg en maatschappelijke dienstverlening. ln dit project gaan we na of casemanagement - gecoördineerde hulpverlening - voor deze groepen kostenetfectief is. Waardevolle kennis over integrale zorg Beter Samen in NOord levert nieuwe waardevolle kennis op over de succes- en faalfactoren van de invoering van integrale zorg. Ook ondezoekt TNO welke voordelen integrale dienstverlening heeft voor de gezondheid, het welzijn en de maatschappelijke participatie van kwetsbare groepen. Verder ontwikkelen we een bekostigingsmodel: we brengen in kaart, hoe kosten en opbrengsten van integrale dienstverlening kunnen worden verdeeld. De alliantie in Noord is daarmee een proeftuin voor integrale dienstverlening in andere grote steden. Opbrengsten ln 2013 heeft TNO in overleg met de aanbieders een eenduidige werkwtjze ontwikkeld voor toeleiding naar casemanagement op basis van de Zellredzaamheidsmatrix en het Frieslab kwadranten model. ln een handreiking heeft TNO de verschillende protocollen en processen beschreven. Er is ondersteuning geleverd aan het opzetten van passende ICT en een cliêntregistratie systeem dat voldoet aan de eisen van privacy. Dit systeem is vormgegeven op basis van het door TNO opgestelde plan van eisen (met aandacht voor veiligheid en privacy) en maakt de communicatie en registratie mogelijk met 10 verschillende instellingen, terwijl de administratieve belasting minimaal blijft. De aanpak van integrale zorg en dienstverlening vraagt van de professionals een verandering van beroepsmatig handelen. Om professionals de daarvoor benodigde competenties bij te brengen heeft TNO een training voor casemanagement ontwikkeld en uitgevoerd. TNO heeft gegevens voor de procesevaluatie vezameld door middel van meerdere bronnen en method¡eken: - - uitkomsten van individuele diepte-interviews met betrokkenen van het programmamanagement en de uitvoering; het promotieondezoek van Jennifer v/d Broeke (UvA/AMC) naar de zorg in de Amsterdam Noord; het volgen van de trainingen van casemanagers en professionals; schriftelijke informatie van de kwaliteitsadviseurs (TNO) en de kwartiermakers (Beter Samen in Noord); Real Time Monitoring van prestatie-indicatoren en terugkoppeling van de bevindingen (via het webbased informatiesysteem van Beter Samen in Noord en het RIS). 10 I 4'l Ten aanzien van de effectevaluatie zijn in 2013 de vragenlijsten voor de TNO-rapport I TNO 2014 R10281 interventiegroep en de controlegroep ontwikkeld en getest. ln de laatste maanden van 2013 is TNO begonnen met de inclusie waarbij de T0 vragenlijst bij een kfeine groep cliénten is afgenomen. De eerste voorzichtige resultaten van de proeftuin zijn veelbelovend ten aanzien van de Triple Aim dimensies. De zelfredzaamheid van de doelgroep nam toe, specifiek op het gebied van mentale gezondheid en inkomen (organisatie van schulden). Dit zal resulteren in een betere gezondheid. De business case laat zien dat de aanpak van integrale zorg en dienstverlening tot lagere kosten leidt. Ondanks dat op basis van het project geen blauwdruk voor integrale zorg te maken is, lijken er zeker belangrijke succesfactoren en werkingsmechanismen te identificeren. 2.2 Korte inleiding op Vraaggestuurd Programma Sociale Innovatie Het programma lnnovatie en Arbeidsproductiviteit bestond in 2013 uit drie hoofdlijnen. De eerste hoofdlijn Sociaal lnnovatie Management (SIM) richt zich op twee centrale doelstellingen: 1. Kennis-, concept- en methodeontwikkeling over nieuwe ontwikkelen 'innoveren door werkenden' het beschikbare innovatie stimuleren en die arbeidsorganisatorische vormen menselijk kapitaal duurzaam en productief inzetten. Er zt¡n om deze doelstellingen te bereiken, vier deelprojecten uitgewerkt: 1. Ketenoptimalisatie in de personeelsvoorziening en innovatief werk. 2. lnnoveren door werkenden. 3. Systemisch innoveren in de publieke sector. 4. Workplace lnnovation (WPl) Europa. en 2. Het van De tweede hoofdlijn lnnovatief Werken (W) richt zich op het verhogen van de innovatiekracht en arbeidsproductiviteit bij organisaties in de topsectoren HTSM en creatieve industrie. Beoogd wordt dat organisaties beter in kunnen spelen op de continu veranderende eisen die het werk stelt, binnen een snel veranderende omgeving (economisch, maatschappelijk, technologisch). lW richt zich op parallelle innovatie van producten en services, werkplekken en omgevingen, werkprocessen, en ketens, zowel in de fase van ontwerp als in de operationele fase. llîffilhlw.r¡u Oprntlmhfrr ontwerplase 3 ! Ê Ê 1 -a 0 ! 3 ! e I !mû¡.li ¡frlrs læl¡ mrt ¡t{¡on 1t Slnr¡tæn,mtrtfD.n mú ræd¡+ttuù¡nmcnt wo¡l.Plws mlur.n ¡loìliorn,ffißl¡otthtd¡ñt MeË./s.rtÞlê¡nlveaulmtæf oEills¡tlGnlveau(mlrol Xet6 n¡ve.u (mærol i.l Onlril¡hLñ\¡n þilù.n f\r.nr/w.ttpl.lnl¡l¡ulmlcD) Ol|¡nþù¡ nlwrulml Kd.il{vÊæ lmacrtl htlr,¡rnrnlan Technologische vooruitgang biedt volop perspectief om dat mogelijk te maken, maar de factor mens blijft vaak onderbelicht en onbenut, waardoor daadwerkelijke toepassíng van innovaties beperkt blijft. De in dit project te ontwikkelen kennis en 11t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 instrumenten moeten daar verandering in brengen. ln dit prolect vormt de mens het georganiseerd langs verschillende prioriteiten uitgangspunt; het project is waarbinnen projecten worden opgezet waarin private partijen mee financieren, zii geven dan ook mede vorm aan de projecten. Deze prioriteiten richten zich op verschillende niveaus: micro (werkplek/individu); meso (organisatie); macro (ketens en netwerken): 1. Ketenoptimalisatie en innovatie (meso/macro). 2. Flexibele werkplekken, processen en organisaties (meso). 3. People-centered work design (micro/meso). 4. Assistive/coaching workstat¡ons & environments (micro). ln het programma 'Zorg en Arbeid' ligt de nadruk op het ontwikkelen en evalueren van nieuwe zorgconcepten in proeftuinen. ln 2013 stonden drie proeftuinen centraal: Rijncoepel, Careyn en Amsterdam Noord. De zorgconcepten zijn gericht op geTntegreerde zorg en arbeidsbesparing en betreffen combinaties van organisatorische, technische en sociale innovaties. 2.3 UiWoeting in 2013 Hoofdlijn L sociaal lnnovatie Management De centrale gedachte in het deelproject Ketenoptimalisatie in de personeelsvoorziening en innovatief werkis dat innovatieve allocatie van personeel niet zozeer mogelijk is op niveau van één onderneming, maar op niveau van ketens. De innovatie zit in het versterken van de keten over de ondernemingen heen. De regeling van de allocatie van personeel over de keten heen helpt ook om tijdelijke tekorten en overschotten binnen de keten op te lossen' Dergelijke oplossingen bestaan nog niet en moeten worden ontwikkeld. ln dit project proberen we met bekende voorbeelden van samenwerking tot zo'n invulling te komen, We hebben geprobeerd met Brainport lndustries tot een samenwerkingsproject te komen. Een voorstel voor onderzoek naar en ontwikkeling van nieuwe modellen van innovatief samenwerken in de keten is voorgelegd aan Brainport lndustries. Helaas heeft dat (nog) niet geleid tot concrete afspraken' Daarom is gezocht naar een ander netwerk: de samenwerkende organisatie in Medical Delta (Rotterdam, Delft, Leiden). Hier is een eerste verkennend onderzoek geweest naar huidige knelpunten en mogelijke oplossingen op het terrein van de personeelsvoorziening in de biomedische/farmaceutische sector. De resultaten worden pas in 2014 veruacht als een co-financieringstraject kan worden gerealiseerd. Een belangrijk aandachtspunt hierbij is hoe partijen en bedrijven in de regio op die personeelsvoorziening samen kunnen werken. Denk aan verschillende typen arbeidspools. Het tweede deelproject binnen deze hoofdlijn, lnnoveren door werkenden, heeft geleid tot verschillende initiatieven. Een eerste activiteit richtte zich op wat nu precies nodig is om samenwerking binnen bedrijven over ploegensystemen tot stand te brengen. De meeste systemen zrjn expert-gedreven waarbij oplossingen top-down worden geTmplementeerd. Bedrijven zien steeds meer dat dit niet meer tot optimale en geaccepteerde oplossingen leidt. ln het samenwerkingsproject met de FME 'maatwerk in ploegendiensten' is dit vraagstuk opgepakt. Drie taken werden afgesproken: 1) de FME en TNO ontwikkelen een integraal model, waarmee klassieke semi- en volcontinue ploegensystemen kunnen worden geinnoveerd. 2) Met behulp van Marvel (een modelleringsmethode) is dit model 't2 I 41 TNO-rapport ITNO 2014 R'l028'l verder uitgewerkt, waarmee die factoren en interventies (in het werk en in de privésfeer) in hun onderlinge relatie in beeld zijn gebracht. Dit levert positieve bijdragen aan fitte en productieve werknemers, werkend in ploegendiensten. Dit model wordt in bedrijven in de metaal- en elektrotechnische industrie verder gevalideerd. Daarbij is ook een aanpak ontwikkeld, waarmee de dialoog tussen werknemers in de ploegen en hun managers wordt ondersteund. 3) Ter ondersteuning van deze dialoog is een blauwdruk van een game ontwikkeld, die de bewustwording van werknemers in ploegendienst moet vergroten ten aanzien van de lange termijn effecten van hun gedrag. Het theoretische model is gereed en vormt de basis voor de serious game. Door samen op te trekken met het TNO Flagship Gaming, zal op korte termijn een eerste webbased versie worden ontwikkeld. ln september heeft een workshop plaatsgevonden, waar '15 bedrijven aanwezig waren. Met potentiële kandidaten voor de toepassing van de game wordt op dit moment gesproken. Tevens is het theoretische model in november gepresenteerd op het Shiftwork 2013 congres in Brazilië. ln ditzelfde kader is ook de kennistafel zelfroosteren gehouden. De Flexbarometer is verder bijgewerkt (zie website www.flexbarometer. nl), Een andere activiteit is het opzetten van verschillende samenwerkingstrajecten met universiteiten om een kennisverbinding op het onderwerp te kr'tjgen met de NWOinitiatieven over'human capital': Allereerst is met de Universiteit van Utrecht (prof. Erik Stam) een opzet voor een proefschrift uitgewerkt met betrekking tot 'innoveren door werkenden'. Deze aanvraag is goedgekeurd. Op 1 september is Werner Liebregt als aio r gestart met zijn ondezoek. iI . ln de komende vier jaar zal het ontwerp in versch lende deelprojecten verder worden u tgewerkt. Ten tweede is gekeken of het deelproject gekoppeld kan worden aan het nieuw opgezette NWO-programma 'Human Capital'. Samen met lnscope (samenwerkingsverband tussen Erasmus Universiteít, Maastricht Universiteit, Twente Uníversiteit, Utrecht Universiteit) zijn twee voorstellen ingediend. We wachten op het oordeel van de beoordelingscommissie van NWO). Voor het i EZ-tra¡ecl is de verwachting om samenwerkingstrajecten op te starten in lijn met het NWO-voorstel. De derde activiteit is het samenwerkingsproject STOOF: 'Ontwikkelbanen'. Het vertrekpunt in dit project is dat heel veel uitzendbanen als 'dead-end' banen worden vormgegeven. Met de uitzendsector (opleidingsfonds) hebben we de gedachte opgevat dat het mogelijk zou moeten zijn de ui2endbanen zo vorm te geven dat medewerkers binnen deze banen 'beter kunnen leren en zich ontwikkelen'. Als de ui2endsector als een springplank naar betere banen kan worden omgevormd, dan helpt dit de individuele personen, maar ook het profiel van de uitzenders. ln het project kijken we bij de medewerkers hoe zij hun werk kwalificeren. Het verzamelen van de data heeft langer geduurd dan gepland, maar de respons was aanzienlijk hoger dan verwacht. ln totaal hebben zes uitzendorganisaties en ongeveer 700 uitzendkrachten aan het onderzoek meegewerkt. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de eindrapportage. Deze wordt besproken met een klankbordgroep. Afronding van fase 2 vond midden oktober 2013 plaats. Mede naar gekeken een aanleiding van de reacties van de klankbordgroep samenwerkingsfase 3 start en welke instrumenten daar ontwikkeld zullen gaan is worden. of 13t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 Een vierde activiteit is gericht op verbinding met EU-projecten. Daarin is ook in 2013 grote vooruitgang gemaakt. Drie voorstellen zijn in januari 2013 ingediend' Het eerste voorstel dat is goedgekeurd is'S|-DRIVE', waarbij TNO in verschillende onderdelen participeert. De bedoeling van SI-DRIVE is om een theorie te ontwikkelen voor sociale innovatie. Voor SIM is het onderdeel in SI-DRIVE van belang, waarbij wordt gekeken naar de voon¡vaarden voor sociale innovatie in organisaties en de arbeidsmarkt. Het tweede voorstel dat is goedgekeurd is SIMPACT, waarbij onderzocht wordt wat de economische onderbouwing is van sociale innovatie. Een betere economische onderbouwing helpt onder meer om te beslissen over waar en wanneer overheidsingrijpen nodig is. Beide voorstellen zijn 1 januari 2e14 van start gaan. Een derde voorstel MINTAN heeft wel de 'thresholds' van de EU gehaald, maar krijgt helaas geen financiering. ln de afgelopen jaren is in samenwerking met het Ministerie van Binnenlandse Zaken binnen het deelproject Systemisch innoveren in de publieke sector onderzocht hoe binnen overheidsorganisaties aan de hand van innovatieve organisatie, het functioneren van de overheid kan worden verbeterd. Het project 'systemisch innoveren in de publieke sector' is een samenwerking tussen TNO, Kafka Brigade en Kennisland. Dit project is in 2013 verder uitgezet. ln de afgelopen maanden is de methode van 'Value network analysis' gebruikt om de aanpak van ditfusie, adoptie en opschaling van innovaties in de publieke sector te concretiseren. De methode is toegepast op 'schuldhulpverlening' ln dit kader is tevens een artikel aangeboden aan het blad 'Openbaar Bestuur'. Het laatste deelproject, Workptace lnnovation (WPI) Europa is de valorisatie van onze kennis over sociale innovatie op Europees niveau. ln dit kader hebben we een Europees leernetwerk opgezet: EUWIN. Er is goede vooruitgang gemaakt met ontwikkeling van dit Europese netwerk. ln Brussel (Europees Parlement) is de 'lancering' gerealiseerd van het Europese netwerk, in samenwerking met de Europese Commissie. ln juni2013 is de eerste regionale workshop gerealiseerd in december heeft de regionale workshop in London (2 december) plaatsgevonden. Een belangrijk deel van het werk is gericht op het opzetten van de sociale media. Over het eerste jaar is een deelrapport opgesteld' Linköping (Zweden). ln Voor EUWIN is ook de Kennisbank NCSI verder onderhouden. ln het kader van workplace innovation zijn ook twee conferenties opzet de INSÇOPE-conferentie te Hoofddorp en IWOT Conferentie te Leiden. Op 26 november is in Hoofddorp samen met vier universiteiten een bijeenkomst geweest met 15 paper-voorstellingen. Aan het eind van de conferentie is de Erasmus lnnovation Award 2014 uitgedeeld aan DSM. Het ministerie van Economische Zaken zat in de jury van deze Award. Op 27-28 november is in Leiden de IWOTconferentie doorgegaan (45 deelnemers). Daarop zt¡n 20 papers gepresenteerd. De papers worden als bijlage meegezonden. ln dit deelproject is ook het samenwerk¡ngsproject Het Nieuwe Werken (HNW) opgezet. Dit betreft de derde fase van het 'Dashboard Het Nieuwe Werken'. Dit project heeft tot doel de relatie tussen HNW maatregelen en de effecten daarvan op bedrijfsdoelstellingen als productiviteit, vitaliteit en duurzaamheid aantoonbaar en inzichtelijk te maken. Voor het samenwerkingsproject Het Nieuwe Werken (deel 3) is de samenwerking met een externe partij gerealiseerd. De bedoeling was het instrument, zoals opgeleverd in de eerdere onderdelen van het samenwerkingsproject, te testen en te gebruiken. De test is geslaagd' Tegen de TNO-rapport I 14t41 TNO 2014 R10281 veruachting in hebben we een grote respons bij de deelnemende bedrijven gerealiseerd. Dit toont de belangstelling voor het onderwerp. De conclusie van het onderzoek wordt eind februari 2014 afgerond, maar het model maakt al wel duidelijk dat organisaties veel te winnen hebben bij een meer genuanceerde aanpak van Het Nieuwe Werken. Wat voor de ene medewerker werkt, werkt juist niet bij een andere, of in veel mindere mate. Een aanpak die hiermee rekening houdt, zal organisaties naar veruachting meer opleveren. Op basis van de kennis van de drijfveren is het mogelijk om voor elke drijfueer passende (nieuwe) maatregelen te ontwikkelen. Niet alle HNW-maatregelen leiden tot een gewenst resultaat en sommige werken zelfs licht negatief. Een gerichte keuze van instrumenten, passend bij het doel van de organisatie, kan de kans op positief resultaat vergroten. Verder toont onderzoek aan dat het stimuleren van HNW door management en cultuur niet altijd tot gewenst effect leidt. Mensen laten zich niet of nauwelijks door sociale druk of wenselijkheid dwingen tot gedrag dat niet bij ze past. Met de kennis uit dit project kunnen organisaties op effectievere en innovatievere wijze tot vernieuwingen van hun werkorganisatie komen. De prolectleider heeft ook verschillende contacten gehad met het lnstituut voor toekomst van werk. Het is onduidelijk of voor TNO, dit initiatief aan de Universiteit van Tilburg een kennisopbrengst kan leveren op termijn. We bltjven in contact met het initiatief. Hoofdlijn 2. lnnovatief Werken is in deelprojecten. Binnen deelproject onderverdeeld Deze hoofdlijn Ketenoptimalisatie en ìnnovatie worden onderzoeksvragen gesteld als "Hoe kom je als productiebedrijf tegemoet aan de snelle veranderingen in de vragen vanuit de markt?", "Wat zijn de nieuwe business-modellen gebaseerd op de verkoop van product-service combinaties (Product-Service Systems (PSS)?'. Op dit onderwerp is een voorstel ingediend onder de titel 'Use it wisely', en gehonoreerd binnen het 7" kaderprogramma van de EU, deel 'Factories of the Future'. Het pro¡ect is op 1 september 2013 van start gegaan. Partners zijn onder andere Gispen, VTT, UMA, Fraunhofer, ICCS, University Nottingham, Volvo, Thales-Alenia. Binnen het project worden nieuwe business modellen ontwikkeld en onderzocht, waarb4 tegelijkertijd duurzaamheidseffecten worden gemonitord en flexibele producten ontwikkeld die aan de veranderende klant- en gebruikerswensen aanpasbaar ziin. Het gedachtegoed van de Circular Economy is daarbij leidend. Met Brainpoft lndustries is gesproken over onderzoek en ontwikkeling op het gebied van samenwerken in de keten in de maakindustrie. Eén van de invullingen gaat over Design for Assembly, dat als thema hoge prioriteit heeft bij Brainport. Een enigszins añ^/achtende houding van potentiële deelnemende bedrijven om te investeren in onderzoek en ontwikkeling, heeft een concreet project tot op heden in de weg gestaan. Binnen het tweede deelproject Flexibele werkplekken, processen en organrsafies is de Demotafel ontwikkeld. Voor veel organisaties is het wenselijk en kostenbesparend om al vroeg in de ontwerpfase van een nieuwe faciliteit (gebouw, cetera) zicht te hebben op mogelijke werkprocessen, productieconcepten en de etfecten daarvan. De demotafel is een interactieve ontwerptool waarmee productieconcepten kunnen worden gevisualiseerd. Deze demotafel kan worden ingezet in workshops met bedrijven. Daarnaast is een fabriek, magazijn, et simulatie ontwikkeld (demo) waarmee (flexibele) productie (flow)concepten kunnen worden doorgerekend op effecten als productiviteit en doorlooptijd. TNO-rapport I TNO 2014 R102E1 Figuur l. 15t41 Demotafel interactieve ontwerptool Tevens is een boek gepubliceerd met twintig praktijkcases uit de maak¡ndustrie voor bedrijven, overheid, topsectoren en intermediairs over procesinr¡chting. De resultaten die door samenwerking met TNO bij bedrijven zijn bereikt, worden hierin door de klanten zelf toegelicht. De vraag was dermate groot dat er nu een tweede druk wordt gemaakt. Het derde deelprqect People-centered work design (micro/meso) speelt in op de behoeften binnen zorginstellingen, De groeiende behoefte aan zorg; toenemende schaarste op de arbeidsmarkt en verregaande zorgkortingen zetten de kwaliteit van de zorg Steeds meer onder druk. Om duurzaam kwalitatieve zorg te garanderen wordt vaak gefocust op het verbeteren van de organisatie van de zotg maar er kan zeker ook winst behaafd worden door de inrichting van zorginstellingen te optimaliseren. De huidige literatuur op dit vlak richt zich daarbij vooral op welzijn en gezondheid van de cliënt terwrll er veel minder bekend is over de invloed van inrichting op welbevinden, gezondheid, of productiviteit van veaorgers en bezoekers / mantelzorgers). Tegelijkertijd ztln er aanwijzingen dat deze verschillende gebruikersgroepen soms tegenstrijdige behoeften en wensen hebben. Dit maakt het optimaliseren van de inrichting van een zorgomgeving in de praktijk een complexe taak. De doelstelling van dit samenwerkingsproject is het ontwikkelen van een methodiek om zorginstellingen te ondersteunen bij het maken van gefundeerde beslissingen rondom ontwerp / inrichting en evaluatie van (productieve, gezondheid bevorderende en mantelzorg stimulerende) zorgruimtes. Het vierde deelproject Assistive/coaching workstations & environments speelt zich voornamelijk af binnen de hightech industrie. Hier is het sne/ inleren en ingeleerd blijven van operators en engineers cruciaal. De complexiteit en snelle veranderingen eisen het snel leren van kennis en vaardigheden èn het leren anticiperen en adequaat reageren. Dat stelt nieuwe eisen aan het leertraject en de leer- en instructie-methoden. De vraag is welk leertraject het meest effectief is qua effectiviteit, productiviteit, kwaliteit en flexibiliteit. ln een samenwerkingsproject was de eerste fase gericht op de operator in de productie met de vraag welke leermethoden en instructievormen het meest effectief zijn in verschillende productie-omgevingen. ln de tweede fase wordt de relatie tussen optimale leer- en instructiemethoden en onderliggende determinanten voor de operator verder bestudeerd aan de hand van een vervolg-experiment en expertsessies (Marvel). De aandacht breidt zich in deze categorie uit van de operator naar de engineer. Voor beiden is het doel, de ontwikkeling en validering van (1) een aanpak voor de 16t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 analyse nodig voor het ontwerp van leertrajecten en (2) een keuze-instrument (software) ter bepaling van leermethoden, werkvormen en instructievormen. Beide tools zijn specifiek gericht op de dynamische en complexe context van de hightech industrie. Deelnemende bedrijven zíjn DAF Trucks, Weir Minerals, TotalProducttvity, ASML, KMWE en Morpho. Hoofdlijn 3.Zorg en Arbeid Naast de proeftuin Amsterdam Noord (zie hoofdstuk 2.1), kent deze hoofdlijn diverse proeftuinen met verschillende focus in doelgroepen, bijvoorbeeld zorg voor chronisch zieken of zorg voor mensen met multi-problematiek. De rol van TNO de proeftuinen ligt, na te hebben bijgedragen aan de conceptuele ontwikkeling van een innovatie, vooral op de evaluatie/monitoring van de implementatie en de doorontwikkeling van procesmatige en financiële randvoon¡vaarden voor het borgen van de innovatie. ln aansluiting op het werk in de proeftuinen worden verschillende instrumenten (door)ontwikkeld, onder meer voor het beter grip krijgen op innovatieprocessen en om verschijningsvormen van geïntegreerde zorg te kunnen categoriseren. Tenslotte hebben activiteiten op het terrein van (inter)nationale samenwerking en kennisdeling plaatsgevonden. Hieronder worden de onderwerpen en activiteiten binnen de hoofdlijn toegelicht ln de proeftuin Rijncoepel in de regio Leiden, onder aansturing van de Stichting Rijncoepel, is men gericht op het organiseren van een meer populatiegericht zorgaanbod en bijbehorende financiering voor geïntegreerde generalistische zorg voor chronisch zieken. Het concrete doel daarbij is de zorg voor chronisch zieken beter organiseren, betaalbaar houden, met betere uitkomsten voor patiënten. De vraag hierbij is: hoe kunnen zorgverleners zo doeltreffend en doelmatig mogelijk samenwerken? Bij de start van de proeftuin bundelden vier partners hun krachten: Stichting Rijncoepel, Diaconessenhuis Leiden, TNO en zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid. TNO heeft in 2013 gewerkt aan het opstellen van een model voor de opbrengsten van nieuwe initiatieven op het gebied van geïntegreerde zorg. Met dit model kunnen scenario's worden opgesteld voor de effecten van deze vernieuwingen. Er is gebruik gemaakt van o.a. declaratiedata van de zorgvezekeraar. lnitiatieven op het gebied van integrale zorg komen te weinig en te traag van de grond. De huidige bekostigingsregels geven te weinig prikkels aan zorgorganisaties om hun diensten geïntegreerd aan te bieden. En als zorgverleners wel initiatief nemen, dan is de financiering vaak lastig. Het blijkt moeilijk om de venffachte opbrengst van geïntegreerde zorg inzichtelijk te maken. Daar komt bij dat een vernieuwingstraject in de zorg veel onzekerheden mee brengt voor alle betrokkenen: huisartsen, specialisten, zorgverzekeraars. Wordt er inderdaad betere zorg geleverd? Lopen de kosten niet te hoog op, nemen inkomsten niet te veel af? Doordat in Rijncoepel een onderbouwde inschatting gemaakt kon worden van de opbrengsten, ontstond draagvlak voor de voorgestelde vernieuwingen. Thuiszorgorganisatie Careyn doorloopt een grote transitie onder de noemer 'Het Dorp'. Hierbij verandert de organisatie van een regulier georganiseerde instelling naar een teamgerichte organisatie met breed inzetbare wijkverpleegkundigen. ln 2012 is in de samenwerking met TNO de aandacht gericht geweest op het huisartsencentrum Centrum Huisartsen Schiedam en het opzetten van een inloopcentrum en de vermindering van administratieve lasten, vervat in het M¡VS project'Experiment Regelarme Zorginstellingen'. TNO stelde de business cases op van deze vernieuwingen en evalueerde de effecten van de vernieuwingen. 17 TNO-rapport ITNO 2014 R10281 I 4',i, Deze business case is afgerond in april 2013. Een populair artikel is hierover verschenen in het blad De Eerstelijns (ref: De Eerstelijns, juni2013). ln 2013 heeft een heroriëntatie plaatsgevonden op de doelen van dit 'proeftuinproiect Careyn'' De nadruk is verschoven naar het zichtbaar maken van output met indicatoren voor doelmatigheid en naar kwalitatief onderzoek naar de effecten van de vernieuwing op basis van casuistiek. Voor de vernieuwing Het Dorp bestaan afspraken tussen Careyn, de Zorgkantoren en MÂ/S om de resultaten en de bedrijfsvoering te monitoren via een set van indicatoren, het zogenoemde dashboard. Voor het zichtbaar maken van de output is vastgesteld welke indicatoren om te beginnen deel zullen uitmaken van dit dashboard. Speciaal is daarbij ook gewerkt aan kwatiteitsindicatoren. Ook is een man¡er gezocht om de minder grijpbare effecten te laten zien. Bijvoorbeeld de effecten die moeilijk meetbaar zijn zoals toename in zelfredzaamheid, participatie of welbevinden en effecten die waarschijnlijk pas op langere termíjn meetbaar worden. Voor dit onderdeel is een structuur voor het beschrijven van cases oPgezet. ln het project Taxonomie van vormen van geintegreerde zorg, dat gericht is op het ontwikkelen van instrumentarium, zijn op basis van wetenschappelijke artikelen door TNO en het Jan van Es lnstituut een aantal elementen van geÏntegreerde zorg onderscheiden. TNO en Prof. Bert Vrijhoef (National University Singapore / Tilburg University) hebben in 2013 de samenwerking met het Jan van Es lnstituut gezocht om vanuit deze inventarisaties een eerste instrument te ontwikkelen om verschillende vormen van geTntegreerde zorg te kunnen categoriseren (in de vorm van een taxonomie). Dit heeft geleid tot een eerste meetinstrument voor het bepalen van de mate van integratie, ln 2013 is dit instrument toegepast om de bruikbaarheid ervan te bepalen door verschillende ZonMw projecten uit de afgelopen jaren over geTntegreerde zotg langs het instrument te leggen. ln samenwerking met de partners zijn nu zowel een Nederlandstalig artikel als een artikel voor een internationaal tijdschrift in voorbereiding. Voor 2014 wordt de kennis die ontwikkeld is in d¡t traject verder toegepast in internationale samenwerking in het Cortexs project (zie verder). Hierbij zal TNO samen met partners in België verkennen welke verdere eigenschappen van geTntegreerde zorg en ondersteuning van mensen met een chronische aandoening onderscheidend zijn. ln Samenwerking met de GGZ organisatie Parnassia Groep is in 2013 gestart met 'de innovatie navigatol. Het gaat hier om de ontwikkeling van een instrument dat de slagingskans vergroot van het implementeren van complexe innovaties in de langdurende zorg. De langdurende zorg, waaronder ook de GGZ, staat de komende jaren vogr een grote vernieuwingsopgave. Nieuwe vormen van dienstverlening zijn nodig waarin nieuwe technologieën worden toegepast en waarin met (nieuwe) partners wordt samengewerkt. De innovatienavigator heeft als doel om de managers van grote complexe veranderingen in de langdurende zorg, en de GGZ in het bijzonder, een instrument in handen te geven dat hen ondersteunt in het effectiever en efficiënter leiden van deze veranderingsprocessen. Het te ontwlkkelen instrument moet hiervoor indicatoren gaan bevatten om de verschillende fasen in het innovatieproces te moniioren en te beoordelen. Het instrument moet mensen daarbij inzicht geven in het proces van innovatie en hen ondersteunen om de beste vervolgstappen in het proces te bepalen. ln 2013 is op basis van de theorie en literatuur een conceptueel model ontwikkeld als basis voor het instrument. Om het model om te zeften naar een instrument worden twee 18141 TNO-rapport ITNO 2014 R'l0281 innovatieprogramma's gevolgd bij de Parnassia Groep. Het gaat om het programma Ambulantisering, wat zich richt op het thuis behandelen van GGZ patiènten onder de noemer: 'Beter worden doe je thuis'. Het tweede programma is E-health. Dit programma richt zich op het ontwikkelen en implementeren van E-health dienstverlening ter ondersteuning van behandeling van patienten in de GGZ. ln het eerste kwartaal van 2013 is het'shared benefits model'verder uitgewerkt. ln dit project wordt toegewerkt naar een model waarmee zorginstellingen samen met een gemeente en een zorgverzekeraar beslissingen kunnen nemen over de bekostiging van zorg en dienstverlening aan een populatie patiënten. Hierbij zijn experts betrokken van NZa, ZN, Achmea, RVZ en het ministerie van VWS. Dit model is gericht op het realiseren van een populatiegebonden bekostiging in de proeftuinen Rijncoepel en Amsterdam Noord. Uitgangspunt is het opstellen van afzonderlijke business cases voor de verschillende stakeholders, betrokken bij de proeftuinen. Dit model is verder toegepast op de proeftuin in Amsterdam Noord. Perverse prikkels zijn zichtbaar gemaakt, een effectenarena is toegevoegd voor de specifieke doelgroepen (kwetsbare ouderen, kwetsbare gezinnen) in Amsterdam Noord. ln 2013 is op initiatief van de Landelijke Vereniging Georganiseerde Eerstelijn (LVG) in samenwerking met TNO en een groep enthousiaste zorgvernieuwers in de georganiseerde eerste lijn een notitie geschreven ''Gezondheid in de wiikl lnnovatie van, voor, door en met de eerste lijn". De auteurs beschrijven in de notitie de innovatieagenda voor'de basiszorg' en gezondheid in de wijk, waarbij het initiatief bij de basiszorgorganisaties zelf ligt, waar de georganiseerde eerste lijn een spilfunctie heeft, en de wijze waarop de aanpak (infrastructuur) van innovatie in de basiszorg anders moet om te komen tot meer substantiele innovaties met impact. Het doel van de notitie is: - Bijdragen aan het versterken van de invloed van de georganiseerde eerste lijn zelf op de vormgeving van de basiszorg van de toekomst; - Stimuleren van samenwerking met en tussen kennisinstellingen en de - georganiseerde eerste lijn gericht op innovatie van de basiszorg; Bijdragen aan de ontwikkeling van consortia gericht op open innovatie ten behoeve de van basiszorg met nieuwe vormen van financiering en investeringen. ln gezamenlijkheid werken TNO en lnEen (per l januari 2014is de LVG gefuseerd in branchevereniging lnEen) verder aan het versterken van de innovatiekracht van en voor de eerstelijn en gezondheid in de wijk. Eind 2013 is een start gemaakt met het internationale project CORIEXS (Care Organization: a Re-Thinking EXpedition in search for Sustainability). Dit multidisciplinaire ondezoeksproject richt zich op de duurzaamheid van de Vlaamse zorgsector in het licht van de groeiende chronische, langdurende zorgnoden en de er aan gekoppelde financiële gevolgen. Binnen het project wordt onderzocht op welke manier 'geïntegreerde zorg' een belangrijke nieuwe benadering is voor de Vlaamse zorgsector om meer vraaggestuurd, patiëntgericht en kostenbewust te worden. ln het project zijn drie doelen geformuleerd: De ontwikkeling van geïntegreerde zorgconcepten die overeenstemmen met 1. vereisten van zorgnabijheid, kwaliteit, financiële haalbaarheid,'patient empowerment' en hoge kwaliteit van de arbeid. 19t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 2. 3. De optimalisatie van de werkprocessen in termen van zorgkwaliteit, job design en management, work flow productiviteit, door arbeidskwaliteit en samenwerking tussen organisaties' Het vaststellen van de juridische, economische en andere voorwaarden voor een effectieve organisatorische coördinatie en implementatie van kwaliteitsvolle zorgconcePten. Het project draagt het Flanders' Care label. Het doel van het Flanders' Care label is om een netwerk te visualiseren van organisaties die actief zijn met betrekking tot innovatie en ondernemerschap in de zorg met de ambitie om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Het project loopt 4 jaar. De partners zijn: KU Leuven - Centrum voor lnterfacultair Centrum voor Sociologisch Ondezoek (CeSO), KU Leuven voor Zorgondezoek Centrum LUCAS Biomedische Ethiek en Recht, KU Leuven en Work, Health Productivity en Consultancy, TNO - Expertisegebieden Sustainable & Care, UHasselt Ondezoeksgroep Patiëntveiligheid en Gezondheidseconomie, Vakgroep Maatschappelijke Antwerp Management School, Gezondheidskunde. Het onderzoeksteam werkt nauw samen met een dertigtal - - en UGent organisaties uit de zorgsector in Vlaanderen. november 2012 was het startschot voor de website NABIJ: hèt integrale kenniskanaal van TNO voor de ontwikkeling van vitale wijken waarin de expertise op het gebied van gezondheid, zorg en vitale omgeving wordt gebundeld. Op de ln NABIJ-website vinden bezoekers: De laatste ontwikkelingen op het gebied van vitale wijken. Experts van TNO aan het woord. Wat TNO voor potentiele opdrachtgevers kan betekenen' - lnteressanteevenementen, NABIJ vormt een toegankelijk platform, waarop snel en eenvoudig TNO kennis over vitale wijken gedeeld kan worden met de buitenwereld. Kennis wordt aangeleverd vanuit de TNO expertises 'Work, Health & Care', Dutch Centre for Health Assets' en 'Lifestyle'. Dit wordt mogelijk gemaakt door een gezamenlijke inspanning door de proposities 'lnnovaties en Arbeidsproductiviteit', 'Vitale Wijk' en het Europese project'l n novage'. Meer weten? Kijk dan op: http://nabij-vitalewijk. n l/ 2.4 Resultaten Naast de vele outputs, kunnen we verschillende inhoudelijke resultaten aangeven: Een theoretisch model over op maat gemaakte shiftsystemen. Het model vormt . de basis van een Quickscan voor eerste diagnose in bedrijven. Het . o model wordt ondersteund met een ovezichtstabel met stand van zaken literatuur als basis voor een Marvel-analyse. Het materiaal dient ook om onze tool "flexbaromete/' te updaten en uit te werken. Een ander resultaat is inzicht in de samenhang tussen flexibilisering in contracten en groei van arbeidsproductiviteit. ln tegenstelling tot de opvatting dat Nederland meer flexibele contracten nodig heeft, vinden we dat meer flexibilisering leidt tot een vernietiging van specialistische kennis in bedrijven (Vergeer e.a., 2013 (aangeboden)). Een derde (voorlopig) resultaat is dat zelfregulatietheorieën vooralsnog geen bevestiging krijgen in onze ondezoeken. De gedachte dat het van belang is om na te gaan wat het'psychologisch profiel' is van personen om te kijken hoe zij meer 'intrapreneurial' gedrag kunnen ontwikkelen, blijkt nog te worden bewezen. Het effect van training is sterker dan het persoonlijk psychologisch 20141 TNO-rapport ITNO 20'14 R10281 profiel. Daarmee weten we dat intrapreneurship kan worden versterkt door r . . training. Een laatste resultaat is dat ons gedachtegoed ook op Europees niveau aanslaat. Met ons Europees leernetwerk hebben het onderwerp van sociale innovatie op de agenda's van de regering van Litouwen en Duitsland gebracht, maar ook op de agenda van de regionale regeringen in Baskenland, Wales en Schotland. Drie samenwerkingsprojecten zijn opgezet met externe partijen: met de FME, met STOOF en met enkele bedrijven in het kader van Het Nieuwe Werken. Het Europese leernetwerk voor bedrijven om te leren van sociale innovatie is opgezet en uitgewerkt. Met verschillende nationale en deelregeringen ztln nu afspraken gemaakt om sociale innovatie in hun beleid te implementeren, 2.5 Output en kennísoverdracht Aftikelen I nte rn atio n a a I (pee r rev iewe d) : - Akkermans, J., Brenninkme¡er, V., Huibers, M., & Blonk, R. W. B. (2013). Competencies for the Contemporary career: Development and preliminary validation - of the career competencies questionnaire. Journal of Career Development, 40(3), 245-267 . De Looze MP, Groenesteijn L, Blok M (revised). Experiences of different shift schedules in young and old operators in a production company. Ergonomics 2012; submitted. - Goudswaard, A., Verbiest, S., Preenen, P., & Dhondt, S. (2013) Successful Flexible Working-Time Arrangements: Three Creating European Case Studies. Employment Relations Today, 40(3), 19-33. - Hiemstra-van Mastrigt S, Kamp l, Van Veen SAT, Vink P, Bosch T. The lnfluence of Active Seating on Car Passengers' Perceived Comfort and Activity Levels. Applied Ergonomics 2013; submitted. Kleinknecht, 4., Naastepad, C. W. M., Storm, S., & Vergeer, R. (2013). Schadet die Flexibilisierung des Arbeitsmarkts der lnnovation? WS\-Mitteilungen,66(41, 1-11. - - Kleinknecht,4., Naastepad, C. W. M., Storm, S., &Vergeer, R. (2013). Labour market rigidities can be useful. ln S. Fadda, & P. Tridico (Eds.), Financial Crisis, Labour Markets and lnstitutions. (pp. 175-191). London (etc.): Routledge. Kock de, Kees, Romy Steenbeek, Peter C Buijs, Peter L Lucassen, J André Knottnerus and Toine LM Lagro-Janssen. Does an education programme increase general practitioners' awareness of their patients' employment? Design of a cluster randomised controlled trial. Submitted June 2013 at the BMC Family Practice (MS 21 2561 5381 1 00249). Kraan KO, Dhondt S, Houtman lLD, Batenburg RS, Kompier MAJ, Taris TW. Technological Pacing and Work Organisation in relation to Job Strain and Learning. Behaviour & lnformation Technology 2013; resubmitted. Kuijt-Evers, L. F. M., Könemann, R., & Hallbeck, M. S. (2013). Effectof canopy shape on physical load when holding an umbrella. Applied Ergonomics,44(1), 142-150. Lijmbach WFM, Miehlke P, Hiemstra-van Mastrigt S, Vink P. Requirements for aircraft interiors to comfortably facilitate in - and egress of persons with reduced mobility. lnternational Journal of lndustrial Ergonomics 2013; submitted. 21t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 - Preenen PTY, Van Vianen AEM, De Pater lE. To shrivel or to thrive on high or low challenging tasks: the influence of goal or¡entations. Journal of Applied Social Psychology, 2013; submitted. Preenen, P. T. Y., Van Vianen, A. E. M., & De Pater, l. E. (2013). Challenging tasks: The role of employees' and supervisors' goal and orientat¡ons. European Organizational Psychology, Journal 1359432X.2012.702420 1 1 080/ doi: 0. Van Veen SAT, Hiemstra-van Mastrigt S, Kamp l, Vink P. lmproving car passengers' comfort and experience by supporting the use of handheld devices with in novative armrests. W ork 201 2; s u bm itted. Vergeer R, Kleinknecht AH. Did labour market reforms reduce labour productivity growth? A panel data analysis of 20 OECD countries (1960-2004). lnternational Labour Review 2013; review + resubmitted' Vergeer, R., Kraan, K., Dhondt, S. Kleinknecht, A. (aangeboden). Flexible tabour and a firm's labour productivity growth: The importance of the innovation Work of - and regime. Artikel aangeboden aan EJWI. Nation aal (peer reviewed) - : Besseling, J., Schellart, T., Steenbeek, R., & Kroneman, H' (2013). Onderzoek naar het beoordelingsgedrag van vezekeringsartsen. Tijdschrift Voor Bedrijfsen Vezekeringsgeneeskunde, 21(2), 53-60. - Buijs, P. Huisarts en arbeid: een blinde vlek? Het belang van aandacht in de eerste lijn voor 'werk', en van afstemming met bedrijfsartsen. TBV 21 I nr 6 / juni 2013:256-61. De Korte, E., & Kuijt-Evers, L. (2013). Healthcare: collaborating for better systems. Tijdschrift Voor Ergonomie, 38(4), 25-27' Dhondt, S., Broekman, C., Van der Torre, W., Van den Berg, C., & Wiezer, N' (2013). Co-creatie van organisaties met consumenten. M&O, Tijdschrift Voor Management & Organisatie, 67(5), 107-124. Themanummer: Sociale lnnovatie. Onder redactie van: H. Volberda, H. Commandeur, F. van den Bosch & K. Heij. Dhondt S, C, Torre W van der, Berg C van de, Wiezer N. voor een duurzame co-creatie strategie. M&o 20'12 (under Broekman Bouwstenen review). - Gritfioen, l. (2013). Heziening koers NVvE. Tijdschrift voor Ergonomie, 38(4), 5. (Ernst Koningsveld). Kleinknecht,4., Naastepad, R., Storm, S., &Vergeer, R' (2013). Soepelontslag en innovatie. ESB Ondernemerschap & lnnovatie, 98(4655), 134-137. Schellart, T., Besseling, J., Steenbeek, R., & Kroneman' H. (2013). Onderzoek naar interdoktervariatie bij beoordelingen van vezekeringsartsen, Tijdschrift Voor Bedrijfs- En Vezekeringsgeneeskunde, 21(2)' 61-68. Smulders, P., Pot, F., & Dhondt, S. (2013), Flexkenmerken van innovatieve werknemers. ESB Ondernemerschap & lnnovatie, 98(4653)' 88-89' Van der Kleij, R., Blok, M., Aarts, O., Vos, P., & Weyers' L. (2013). Het nieuwe werken en kennisdelen: De rol van organisatie-identificatie en autonomie. Tijdschrift Voor Arbeidsvraagstukken, 29(1 ), 63-82. 1 - 3-1 Verbiest, S., Goudswaard, A., Kooij-de Bode, H., De Looze, M., Bosch, T., & Blok, M. (2013). Gezond, gezonder gezondst? Wat zijn gezonde roosters? Tijdschrift Voor HRM, 16(2r, 63-77 . Vergeer, R., & Dhondt, s. (2013). De Flexwerkeren de uitbijter. sociaal Bestek, mei, 31-33. 22t41 ïNO-rapport I TNO 2014 R10281 Vakpublicaties: Blok, M. Van blauwdruk naar maatwerk: Op zoek naar de effectieve werkomgeving. Coloriet 201 3,3'. 1 -2. - Dhondt, S. (2013). Samenwerken: een rationele keuze of een kwestie van vertrouwen? Life, juni, 12-14. Dhondt, S. (2013). EUWIN: leren op zijn Europees? Live Magazines,20 november, 33. - Dhondt, S., & Goudswaard, A. (2013). Plus ce que ça change, ... Tien keer lnterim lndex. ATOS lnterim Management Index, 10,21. Goudswaard, - A. Trend: Zelfroosteren. Uitzendkrachten en planners ztjn enthousiast. Reflex 2013,13:20-21. Goudswaard, A. Flexbarometer. (2013). Uitzendwerk, 1, 1. Groenesteijn, L. (2013). 'Het beste werken'. Wat betekent Het Níeuwe Werken voor de vitaliteit van de werknemer? Arbomagazine, 3, 30-32. Kleinknecht, 4., Naastepad, C. W. M., Storm, S., & Vergeer, R. (2013). Schadet die Flexibifisierung des Arbeitsmarkts der lnnovation? WSI-Mitteilungen, 66(4), 1-11. - Kleinknecht, A. H., Naastepad, C. W. M., Storm, S. T. H., &Vergeer, R. (2013). Soepelontslag en innovatie. Esb, 98(4655), 134-138. Oeij, P., Torre, W. van der (15 juli2013). lnnoveren van onderop in de publieke sector met Slimmernetwerk: pril en hoopvol. Downloadbaar via: http://bit. lyl1 576 Un5 Rijswijck van, G. (2013). Het nieuwe werken: Onderbouwing belangrijk bij implementatie het nieuwe werken. Arbo Magazine, (feb), 30-32. Smulders, P. G. W., Pot, F., & Dhondt, S. (2013). Flexkenmerken innovatieve werknemers. Esb, 98(4653), 88-89. Vink, P. (2013). Hetspreektvoorzich. Office Magazine.Nl, 8(1), 9. Vink, P. (2013). Rechtop is productiever. Office Magazine.Nl, 8(2), - Vink, P. L (2013). Vergader ronduit goed, niet vierkant Coachingskalender, - 1 verkeerd. 7 juni Vink P, Blok M, Groenesteijn L. Kantoonuerk wordt alleen maar leuker; maar aandacht voor de werk-privébalans kan het nog mooier maken. Arbo Kantoor & 2o2013;3:5-7. - Vink P, Blok M, Groenesteijn L. Kantoorwerk wordt alleen maar leuker; maar aandacht voor de werk-privébalans kan het nog mooier maken. Facto Magazine 2013',3:5-7. Boeken Boeken: Arts, E., Goudswaard, 4., De Leede, J., Pikkemaat, N., Vos, G. J., Vos, P., Weidema, M. (2013). Flexibele werktijden: Meer flexibiliteit voor uw organisatie en het personeel. Rotterdam: Rendement Uitgeverij. Dossier Onderneming & Personeel. - De Kok, J. M. P., Liebregts, W. J., Som, O., & Neuhäusler, P. (2013). The impact of the economic crisis on European SMEs: Does a country's innovativeness affect the reaction of enterprises to a major economic crisis? Zoetermeer: htto://www.ondernemerschao. nl/index.cfm/1. 1 0,299, oublicaties. 0, Panteia/SCALES. html/Over¿icht- 23t41 TNO-rapport ITNO 2014 R10281 w. J., & Van Stel, A. (2013). Explaining entrepreneurial solo self-employed from a motivational perspective. De Vries, N., Liebregts, performance of Zoetermeer: Panteia/SCALES. http://r^,ì/ì ^r.ondernemerschap,nl/index.cfm/1.10.299,0.htm1/Overzichtoublicatiesfoo¡j-Oe ao¿e, H., Goudswaard,4., & Verbiest, S. (20'13). ln beweging: MKB marktmonitor2}l2t20l3 van Unique en TNO. S.l.: Unique. Tuinzaad, 8., Van Rhijn, G., Bosch, T., & Vos' F' (2013). Snel en wendbaar in de maakindustrie. [S.1.]: TNO. Van Gaalen, R., Goudswaard, 4., Sanders, J., Smits, W., & Van der Bie, R' (Eds.). (2013). Dynamiek op de Nederlandse arbeidsmarkt De focus op flexibilisering. Den Haag (etc.): centraal Bureau voor de statistiek. Wevers, C., Bongers, P., Geuskens, G., Goudswaard, 4,, & Wiezer' N' (2013)' Vitaal menselijk kapitaat: Vernieuwing in de relatie arbeid en gezondhetd [S.1.]: TNO. Gijsbers G. (red.), 2013. lnnoveren voor gezondheid: technologische en sociale vernieuwing in preventie en zorg. TNO Strategy & wevers c., Change, Den Haag. Hoofdstukken in boeken: - Dhondt, S. Working more productively as an alternative to cutbacks. (2013)' Good work: Projects of the work & Employment lnnovation Area. (pp. 104- - 105.). [S. L.]:TNo. Goudswaard, A. A complete collection of figures about flexible work and flexible workers. (2013). Good Work: Projects of the Work & Employment lnnovation - Area. (pp. 106-107.). [S. L,]:TNO. Goudswaard,4., & sanders, J. (2013). Flexibiliteit op de arbeidsmarkt kans, risíco of een beetje van beide? ln R. Van Gaalen, A. Goudswaard, J. Sanders & w. smits (Eds.), Dynamiek op de Nederlandse arbeidsmarkt: De focus op flexibilisering . (pp.251-260). Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek. Jansen YJFM. (2013) Praktijkgericht onderzoek vraag om pragmatisch evalueren. 'Passend bewijs' in de gezondheidszorg door mixed methods onderzoek: belicht aan de hand van pragmatische trial methodologie. ln: Dijkum C van, Tavecchio L, (eds.). Amsterdam. Kleinknecht, 4., Naastepad, C. W. M., Storm, S., & Vergeer' R. (2013)' Labour market rigidities can be useful. ln S. Fadda, & P. Tridico (Eds.), Financial Crisis, Labour Markets and lnstitutions. (pp, 175-191). London (etc.): Routledge. Molema JJW, Mooij R, wevers c (red). uitgebreide bijdragen van TNO als kennispartner aan met name hoofdstukken 1 (lnnoveren en Technologie voor de Zorg) en hoofdstuk 11 (lnnovatie in de zorg: lmpact in de toekomst). ln: Philip J. ldenburg, Michel van schaik (red). 'Diagnose Zorginnovatie" over technologie en ondernemerschap. Scriptum 2013. - oerj, P. Monitoring the working population in The Netherlands. (2013). Good work: Projects of the work & Employment lnnovation Area. (pp. 20-21.). [S. L.]: TNO. - Oelj, P. No obstacles to public sector workers with innovative ideas. (2013). Good work: Projects of the work & Employment lnnovation Area. (pp. 102103.). [S. L.]:TNo. INO-rapport I 24t41 TNO 2014 R10281 Oeij, P. Working smarter practices in public administration. (2013). Good Work. Projects of the Work & Employment lnnovation Area. (pp. 100-101.). [S. L.]: TNO Oeij, P., Torre, W. van der, Vaas, F. (2013). Verbeteren van productiviteit in de publieke sector. ln: Bekker, R. et al. (red). STAD 20'13: Staat van de Ambtelijke Dienst. Den Haag: CAOP). Pot, F., & Van Rhijn, G. (2013). Slimmer werken in het MKB van de maakindustrie. ln B. Dankbaar, & T. Van den Berg (Eds.), Samen Toekomst Maken Met Techniek. (pp. 69-89). [S.1.]: Stichting voor lndustriebeleid en Communicatie. Goudswaard, A. (2013). Kan arbeidscontractflexibiliteit samengaan met innovatie? ln R. Van Gaalen, A. Goudswaard, J. Sanders & W. Smits (Eds.), Dynamiek op de Nederlandse arbeidsmarkt: De focus op flexibilisering. (pp. 83-97). Den Haag: Centraal Preenen, P., Vergeer, R., & Bureau voor de Statistiek. Van Rhijn, G., Vink, P., Bosch, T. Virtual en augmented reality verbeteren arbeidsomstandigheden. ln: Goed werk: Prolecten van het lnnovatiegebied Arbeid. [S.1.]: TNO, 201 3:1 08-1 09. J. , Verbiest, S Kooij-de Bode, H., & Goudswaard, A. (2013). Flexibiliteit en ontwikkelmogelijkheden: perspectief van de werknemer. ln R. Van Gaalen, A. Goudswaard, J. Sanders & W. Smits (Eds.), Dynamiek op de Nederlandse arbeidsmarkt: De focus op flexibilisering. (pp a7-58). Den Haag: Centraal Bureau voor de Statistiek. Van Wijk, E., Klein Hesselink, RaDpo¡taoes lnternationaal: - - - - Buijs PC, Dijk FJH v. "Essential interventions by Primary Health Care on Workers' Health; Evidence and descriptions from a literature search". Confidential TNO-Report, assigned by the WHO, Hoofddorp, 30-4-2013, Report nr R10755. Dhondt, S. (2013). lnception Report EUWIN. Hoofddorp: TNO. Publ.Nr. R1 30 I 51051.027 12. Confidential. Dhondt, S. (2013). One Year EUWIN: lnterim Report to DGENTR. Hoofddorp: TNO. Publ.Nr. Rl 31 80/051.027 12. Dhondt, S., Oeij, P. R.4., Van der Meulen, F.4., Preenen, P. T. Y., Vergeer, R., Van der Kleij, R., Steen, M. G. D. (2013). Platform Workplace lnnovation: Workplace lnnovation in a Capability Maturity Framework . Hoofddorp: TNO. Publ.nr. TNO 2013 R11645. Confidential. Goudswaard,4., Van der Torre, W., & Verbiest, S. (2013). Working on rail freight corridors - A trade union manual: Anticipate - take action - work together. Brussels: ETF. Krause, F. (2013). Paul Hartmann AG. Ergonomische Beurteilung der neuen Kommissionierarbeitsplätze im Logistikzentrum Brück. Basierend auf TNO Projekt 051.01873. Hoofddorp: TNO. Berichtnummer: R13169/060.03763. Vertraulich. Schilder, C., Van Hattem, N., & Hiemstra-van Mastrigt, S. (2013). Task execution concept and functional design Remote control room and Process control room. Soesterberg: TNO. Publ. Nr. R1 0673/060 .01521. Confidential. 251 4'l TNO-rapport ITNO 2014 R10281 Nationaal: - De Graaf, H. A. L. M., & Rijken, E. M. S. (2013). Effecten van een unieke mix van medewerkers binnen De Gelderhorst. R - 1 Hoofddorp: TNO. Publ.nr. 3046/051 . 02899. Vertrouwelijk. De Korte, E. M., Kuijt-Evers, L. F. M., Spiekman, M., & Hoes-van Oeffelen, L. (2013). Kameleon: Naar een adaptieve werkplek met binnenmilieu, ergonomie en sfeer instelbaar op het persoonlijke niveau. Projectdeliverables. Hoofddorp: TNO, - & Kraan, K. O. (2013). Kwaliteit van de arbeid, preventieve Arbo maatregelen en productiviteit: Koppeling WEA-steekproef aan registratiebestanden: nlniernetaar een robuuster bestand. Hoofddorp: TNO. Dhondt, S., Vergeer, R., Publ. - n r. R 1 31 1 8/05 1 . 03004/0 1 .08 Vertrouwelij k. Formanoy, M. A. G., Van der Klauw, D. M., Oeij, P. R. A., & Verbiest, S. E. (2013). Gevolgen van verkorting van 8-urige dtensten in de kraamzorg. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. - ( - - 3-106/060.01576. Rijncoepel). Hoofddorp: TNO Publ. N r R 1 0924/05 I .02990. Vertrouwelijk. Goudswaard, 4., Phillipson, F., & Verbiest, S. (2013). Evaluatie van de Normroostergenerator: een tussenstand. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R - R1 Franck, EJH, Rijken, E.M. (2013). Beschrijving project Data-analyse 1 3'1 30/060. 05 1 66. Vertrouwelijk. Hazelzel, 4., Oprins, E., & Jetten, A. (2013). Leervermogen van laagopgeleiden in de context van werk. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R13047/051 02988/01 .05.02. Koerhuis, C, L., Kuijt-Evers, L. F. M., Kistemaker, J. 4., & Den Hartog, E. A. (2013).lnvloed van mechanisch en thermisch discomfort op subjectieve scores en (cognitieve) prestatie. Soesterberg: TNO. Krause, F. (2013). Ergonomische adviezen bijbezoek VDL Custers. Hoofddorp: TNO. N1 3081/060.031 16. Kuijt-Evers, L. F. M., Koerhuis, C. L., & Kistemaker, J. A. (2013). lnvloed van mechanisch en thermisch discomfort op subjectieve scores en (cognitieve) prestatie: Managementuittreksel. Soesterberg: TNO. - - Liebregts, W.J., & Vergeer, R. (2013). Workplace lnnovation en Matching Modellen: Een poging tot integratie van WPl-mechanismen in een matching model. Hoofddorp : TN O. Pu bl. n r . R1 3124 I 042.01 037 . Vertrouwel ij k. Oeij P. R. 4., Van der Torre, W., Maes, M., Van Andel, T., Hof, J., Van der Meulen, 1., Ten Have, K. (2013). lmplementeren, meten en monitoren van activiteiten van het Slimmernetwerk in 2012. Programma 'lnnoveren door Professionals'. Rapportage onder redactie van TNO. Hoofddorp/Amsterdam: Slimmer Netwerk. Publ.nr. R1 3005/051.01592101.02. Oeij, P. R. 4., Mayer, M. G., & Preenen, P. T. Y. (2013). Stimuleren van onnatuurlijk gedrag om risicomijding tegen te gaan ten gunste van innovatie: Deelproject van ETP lnnovatie & Gedrag - Tussenresultaten. Hoofddorp: TNO. Publ, nr. R1 1 57 41042.01 037. Oerj, P. R.4., Van derTorre, W., & Brouwer, P. (2013). Systemisch innoveren in de publieke sector: Deelproject van het Kennis lnvesteringsProject (KlP) Sociale lnnovatie Management (SlM) 2013. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R1 31 - 61/051.02992/01.03. Preenen, P. T. Y., Kraan, K, O., Van der Meulen, F. A. & Dhondt, S. (2013). Factoren van invloed op intrapreneurship: Een verkennende studie. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. TNO 2013 R11685, Vertrouwelijk. 26141 INO-rapport ITNO 2014 R10281 Preenen, P. T. Y., Kraan, K. O., Van der Meulen, F.4., & Dhondt, S. (2013). lntrapreneurship: Een conceptbeschrijving en mogelijke factoren van invloed. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. TNO 2013 R11700. Vertrouwelijk. Rijken, E., Smit, M., Hiemstra-van Mastrigt, S., & Blok, M. (2013). Routeplanner Het Nieuwe Werken voor de GGZ. Hoofddorp: TNO. Rijken, E., Steenbeek, R. (2013). Samen doen: Evaluatie van casemanagement. Hoofddorp, TNO. Streefkerk, J. W., Smets, N., Varkevisser, M., & Hiemstra-van Mastrigt, S. (2013). CZ-man: Final Repoft Soesterberg: TNO. Publ.Nr. 053.01314. Van der Klauw, D , Oeij, P., Verbiest, S., & Van Rhijn, G. (2013). Harmonisatie van arbeidsvoorwaarden. Onderzoek naar harmonisatie van Bijzondere Diensten in de cao's Verpleging & Verzorging en Thuiszorg. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R'1 31 04/060. 0"1347 . Van der Klauw D, Martens F, Franck E. Evaluatie van het inloopcentrum 'Centrum Huisartsen Schiedam & Careyn' (vertrouwelijk), TNO:051 .02033/01.03 :R'12172, april 201 3. E.8., Van Wijk, Preenen, P. T. Y., & Verbiest, S. E. (2013). Ontwikkel(loop)banen voor uitzendkrachten: uitkomsten ui de focusgroepen. Tussentijdse rapportage EZ-co project STOOF. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R 1 3054/05 1 . 02668. Vertrouwelij k. Van Wük, E. 8., Verbiest, S. E., & Preenen, P. T. Y. (2013). Ontwikkel(loop)banen voor uiÞendkrachten lase N1-2 zonder startkwalificatie: Eindrapportage EZ-co project. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R13138 R1 31 en 39/051.02688. (Twee rapportages). Verbiest, S., OeU, P. R. 4., & Goudswaard, A. (2013). Veranderende arbeidsrelaties in de sector Rijk. Hoofddorp: TNO. Publ.nr. R13040/051.02933. Vertrouwelijk. & Kraan, K. O. (2013). Kwaliteit van de arbeid, en curatieve maatregelen, en productiviteit: Koppeling WEAsteekproef aan registratiebestanden: naar een robuuster bestand. Hoofddorp: Vergeer, R., Dhondt, S., preventie TNO. Publ.nr. R1 31 181051.03004/01.08. Conoresbiidraoen Congresorga n isatie (TNO) : Dhondt, S. 6th INSCOPE Conferentie. Hoofddorp, TNO, 27 novembe¡ 2013. - J., & Goudswaard, A. Symposium flexibilisering van Sociëteit De Vereeniging, Den Haag, 25 juni 2013. de arbeid, De Korte, E. M. Emerging Technologies in Working Conditions. Human Sanders, Congres voorzitterschap door TNO: - Computer lnteraction (HlC) lnternational 2013, Las Vegas, NV, USA, 26 July 2013. (Chair) Dhondt, S. The European learning network for workplace innovation: Creating a mass movement. launch event EUWIN, European parliament, Brussels, 10 april 2013. (chair). - Dhondt, S. Social innovation: Talent and compentences. sinnergiak - ll European school of social innovation "understanding, evaluating, and fostering social innovation". San Sebastian, 5 July 2013. (chaiQ. - in Europe. symposium 5.3A: Workplace innovation in Europe. ILERA conference, Amsterdam, 22 June 2013. (chair). Dhondt, S. Workplace innovation TNO-rapport I 27 l4',l fNO 2014 R10281 Keynote speakersi Dhondt, S. The European Learning Network for Workplace lnnovation: Creating - a mass movement. Launch Event EUWIN, European Pafliament, Brussels, 10 April2013. - Dhondt, S. Workplace innovation: virgin territory for the Dutch process industry. tPlT symposium, september 24th 2013 (Creating higher added value with process innovation). TNO, Delft, 24 September 2013. Smit, A, A. lnzet prestatieladder socialer ondernemen bij social return. congres SROI. Utrecht, 5 aPril2013. smit, A. A. social return en de PSO. themamiddag G32. Apeldoorn, 15 maart 2013. lnvited speakers: Blok, M. M. Het Nieuwe Werken ook Het Beste Werken? Rijksbrede Benchmark Groep, Driebergen, 24 aPril 2013. - Dhondt, s. social lnnovation: Talent and competencies. sinnergiak - ll European School of Social lnnovation "Understanding, Evaluating, and Fostering Social lnnovation". San Sebastian, Spain. July, 5, 2013' - Dhondt, S. Workplace lnnovation: lmpacts for OSH and for productivity. EANPC, Zilina, 25 APril 201 3. - - Dhondt, S., & Vergeer, R. Sociale innovatie: Een rol voor de Directie Ondernemerschap van het Ministerie van Economische Zaken? Ministerie van Economische Zaken, Den Haag, 28 mei2O13. Groenesteijn, L. Working while travelling and implications for seat design. I nnovative Seating 20 1 3. Bonn, 27 lebruari 201 3. Groenesteijn, L. zil je goed? Recente ontwikkelingen in zitondezoek, SBSeating Academy, Zeist, 11 juli 2013. Goudswaard, A. Flexibiliteit en innovatie: werknemers- en werkgeversperspectief. Presentatie op TNO/CBS Symposium Dynamiek op de Nederlandse arbeidsmarkt. Den Haag, 25 juni 2013. Liebregts, w.J. Maatschappelijke kosten en baten van het Bbz: Het belang van de ondersteuning van MKB-ondernemers en zzp'ers door lokale overheden en de toepassing van het Bbz. Congres Stimulering ondernemerschap als motor voor de lokale economie. Het belang van (financiële) ondersteuning van MKBbedrijven enzzP'ers door gemeenten en het rijk. Nieuwegein, 19 juni 2013. Liebregts, W.J., & De Vries, N. Explaining Entrepreneurial Performance of Solo Motivational Perspective. Babson College Self-Employed from Entrepreneurship Research conference 2013 (BCERC 2013), Lyon, June a I 2013. Molema, JJW. lnnoveren voor Gezondheid. Lustrum symposium NVZF, okiober 201 3. (lnvited plenary presentation). osinga, D. s. c. Demand Flow & Lean Factory: een optimalisatie tussen mens en machine. l-Demo dagen, Honselersdijk,2 en 3 oktober 2013. Van RhUn, G., Kuijt, 1., Verploegen, K., & Aalbers, K. Cluster 6: Sustainable Furniture that grows with end-users. Kick-off meeting 'Use-it-wisely', Tampere, 17 September 2013. Van Wijk, E. Ontwikkel(loop)banen voor laagopgeleide uitzendkrachten. STOOF congres, Doorn, 22 november 2013. Van Wijk, E. De uítdaging voor de HR-manager in de technische sector. HREvent NCOI, Utrecht, 5 november 2013. TNO-rapport I 28t41 TNO 2014 R10281 Congres presentat¡es: Buijs P.C. Drs (TNO, Netherlands) 'How to link health to labou/. PPP on behalf of the 3rd lnternational Strategy Conference on Occupational Health and Safety: Networking as a driving force for a culture of prevention. Dresden, 6-8 February 2013. Bur.¡s P.C. Drs, Prof Dr FJH van Dijk: 'Primary Health Care & Workers' Health'. - PPP for the Wonca Working Party, Wonca World Congress, Prague, 25-28 June 20'13. - De Korte, E. M. Personal environmental control. Human Computer lnteraction (HCl) lnternational20l3, Las Vegas, NV, USA, 2ô July 2013. Dessers, E., S Dhondt, HJM Vrijhoef, JJW Molema, G Van Hootegem, H Nys, K Hermands, Hellings J, Cambré B. Annernans L. A multidisciplinary and multimethod research framework for studying integrated care in Flanders (Belgium). World Congress on lntegrated Care, November 2013. Dhondt, S. The 'European Learning Network for Workplace lnnovation'. Sesson 2. Supporting Workplace lnnovation - The European challenge and the company/institutional response. Regional conference EUWIN, Triple Helix X Conference. Linköping, 13 June 2013. Dhondt, S. 'Taking stock' of improving work conditions in small and medium enterprises: Significant points raised and conclusions of the lnternational Research Conference. lLO, Geneva, 8 May 2013. Franck, E. J. H. (2013). Hoe ontwikkelje als zorggroep je eigen business case. Landelijke Organisatie Ketenzorg, 19 Maart 2013, Nieuwegein. Goudswaard, A. Does external flexibility support or hinder innovation? Flexwork Research Conference 2013, Amsterdam 25 October 2013. Gründemann, R., Bolland, 4., Oeij, P., & Van Teefelen, L. Regional innovation policy reinforces the workplace innovation capacity of SMEs companies. 2nd Carpe conference, 4-6 November 2013, Manchester, Consortium on Applied Research and Professional Education. - Hiemstra-van Mastrigt, S. Predicting passenger comfort and discomfort perception. 4th lnternational Conference lnnovatrve Aircraft Seating, Hamburg (Germany), 22 October 2013. - Koningsveld, E. A. P. The future of ergonomics in Europe. European Conference on Applied Ergonomics. Budapest, Hungary, 30 May 20'13. - Koningsveld, E. A. P. The role of the ergonomist in design. lnnovations and creativity in process and product assessment and design, the contribution of Human Factors and Ergonomics, Pisa,21 November2013. Luijters, K. lntegration of sheltered workers in regular organizations, a diversity - perspective. 1Oth European Conference - of the lnternational Labour and Employment Relations Association (ILERA), Amsterdam, 22 July 2013. Lu¡ters, K. When sheltered workers enter regular organizations; managing diversity among workers in lower educated jobs. 16th conference of the European Association of Work and Organizational Psychology (EAWOP), Mf:nster, Germany, 25 May 2013. - Molema, J. J. W, van der Klauw, D, Vrijhoef, H. J. M.(2013). Unraveling the concept of integrated care - an initial taxonomy. 13th lnternational Conference on lntegrated Care, Berlin. Preenen, P.T.Y., Vergeer, R., Kraan, K. O., & Dhondt, S. Company innovation performance: the importance of internal labour flexibility practices. Paper 29141 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 presented at the 17th international IWOT conference, Leiden, the Netherlands, 28 November 2013. Preenen, P.T.Y., Vergeer, R., Kraan, K. O., & Dhondt, S. lnternal labour flexibility practices and innovation performance. Paper presented at the 2013 INSCOPE conference, Hoofddorp, the Netherlands,2T November 2013. Tuinzaad, G.H. Snel en wendbaar in de maakindustrie. Nationaal Metaal Congres, VNU, 's Hertogenbosch, ô maart 2013. Van der Klauw D, Molema H, Hollander l, Valentijn P. Towards an integrated care measurement. World Conference on lntegrated Care 2013, Singapore, 6-8 november 2013. Van der Torre, W., Verbiest, S., Goudswaard, A., Nesterove, N., & Van Rooijen, T. Working on Rail Freight Gorridors: The orient corridor: Agreement and Business models. Meeting of the European Transport Worker Federation (ETF), Budapest, 7 May 2013. Van derTorre, W., Verbiest, S., Goudswaard,4., Nesterove, N., & Van Rooijen' T. Working on Rail Freight corridors: The orient corridor: context and Devlopments. Meeting of the European Transport Worker Federation (ETF)' Budapest,6 May 2013. Van der Torre, W., Verbiest, S., Goudswaard, 4., Nesterove, N., & Van Rooijen, T. Working on Rail Freight Corridors: The Orient corridor: Corridor and Rail freight undertakings. Meeting of the European Transport Worker Federation (ETF), Budapest,6 MaY 2013. Van derTorre, W., Verbiest, S., Goudswaard, 4., Nesterove, N', & Van Rooijen, T. Working on Rail Freight Corridors: The Orient corridor: Working conditions. Meeting of the European Transport worker Federation (ETF), Budapest, 7 May 2013. Van Wijk, E., Klein Hesselink, J., & Goudswaard, A. The Employability of Temporary workers: opportunities for Learning and Development. APA Conference Work, Stress and Health, Los Angeles, 17 May 2013. Abstractslposters: - Buijs, p.C. Dr. 'How to link health to labour'. Abstract for the 3rd lnternational Skategy Conference on Occupational Health and Safety: Networklng as a driving force for a culture of prevention. Dresden, 6-8 February 2013. De Korte, E. M., Kuijt-Evers, L. F. M., Spiekman, M., Hoes-van Oeffelen, L', Van der Zande,8., Vissenberg, G., & Huiskes, G. (2013). Evaluating Comfort Levels of a Workstation with an lndividually Controlled Heating and Lighting system. ln V. G. Duffy (Ed.), Digitial Human Modeling and Applications in Health, safety, Ergonomics, and Risk Management Human Body Modeling and Ergonomics.4th lnternational conference, DHM 20'13, Held as Part of Hcl lnternational 2013, Las Vegas, NV, USA, July 2013, Proceedings, Part ll. (pp. 213-222.). - Berlin Springer. (etc.): Dessers, E., Dhondt, S., Vrijhoef, 8., Molema, H., Van Hootegem, G., Nys' H.' Annemans, L. (2013). A multidisciplinary and multi-method research framework for studying integrated care in Flanders (Belgium). Abstract voor World Congress on lntegrated Care 2013, November, Singapore. 30t41 TNO-rapport I INO 2014 R10281 Dhondt, S., De Graaf, 8., & Van der Torre, W. (2013). Project based agencies in the Public Sector: a means to control finances? Abstract for: "Het Politicologenetmaal" Workshop 'Prestaties van organisaties in de publieke sector: van het wegen naar gewicht verliezen...', 30 en 31 mei, Gent. [S.1.]: TNO. Dhondt, S. Workplace lnnovation: a connecting concept for organisational psychology and sociology, Abstract for Topic/Track: 'Social innovation and improved wellbeing'. Wellbeing at Work 2014 Conference, Copenhagen, 26 - 28 May 2014 Gründemann, R., Bolland, A., Oeij, P., & Van Teefelen, L. Regional innovation policy reinforces the workplace innovation capacity of SMEs companies. Paper for 2nd Carpe conference, 4-6 November 2013, Manchester, Consortium on Applied Research and Professional Education. Koningsveld, E., Griffioen, 1., Settels, P., De Groot, N., & Van der Doelen, B. (2013). EEN NIEUWE KOERS voor ergonomie in Nederland2014-2024. Advies van de Commissie Koningsveld. Tijdschrift Voor Ergonomie, 38(3), Poster nr, 7. Molema H, Van der Klauw D, Van Genabeek J, Wevers C, Mooij R. lntegrated cure, care and community -partnerships for innovation in living labs. Abstract ingediend voor de lnternational Conference on lntegrated Care, 2-4 April20'14 (a bstract geaccepteerd ; co n g respresentatie in 201 4). Oeij, P., De Graaf, 8., Van derTore, W., & Dhondt, S. (2013). Developing the business case for workplace innovations grounded on the organisations' in the public sector. Paper for Workshop productivity strategy Politicologenetmaal 2013, "Prestaties van organisaties in de publieke sector. Van het wegen naar gewicht verliezen...". Gent, Belgium, 30-31 May 2013. 0. [S.1.]:TNO. Oeij, P. (2013). Research design for case studies in defensive behaviour and innovation resilience behaviour of teams performing innovation projects. Structured Abstractfor "Bridging Theory and Practice", 3d lnternational PhD Conference. Open University, Heerlen, The Netherlands, November 1. ln R. Tuninga, T. Pasch, D. Von Bergh & W. Jharap (Eds.), Research in management. Third lnternational PhD Conference. PhD Program School of (pp. Open of The 243.). Heerlen: University Netherlands/Nyen rode Business University. Oeij, P., De Vroome, E. M. M., Bolland, A., Gründemann, R., & Van Teeffelen, (2013). Sociale innovatie MKB-bedrijven versterkt het innovatievermogen. Paper voor Annual lnscope Conference 2013: The Management. L. door Relationship between Practice and Research into lnnovation. November 27, 2013. Hoofddorp, The Netherlands, TNO. Oeij, P., De Vroome, E. M. M., Dhondt, S., & Gaspersz, J. B. R. (2013). Exploring links between complex innovation projects, defensive behaviour and mindful infrastructure of teams. Paper for IWOT 17 - lnternatíonal Workshop on Team Working. Leiden, The Netherlands, November 28-29. Pot, F., Dhondt, S., Kraan, K. The lmportance of Organisational Level Decision for Wellbeing and Organisational Commitment. Abstract for 'Social lnnovation and improved wellbeing'. Wellbeing at Work Topic/Track: Latitude 2014 Conierence, Copenhagen, 26 - 28 May 2O14 Preenen, P., Verbiest, S., & Van Wijk, E. (2013). lnformallearning of temporary agency workers in low-skilled jobs: The role of self-promotion, careel planning 31141 TNO-rapport I TNO 20r4 R10281 and job challenge. 8th lnternational conference book of the Dutch HRM Network. (pp.76-77 .). Leuven. Preenen, P., Kraan, K., Oeij, P., Dhondt, S. (2013). Workplace innovation and employees and organisational performance in the Netherlands. Abstract submitted to XVlll ISA World Congress of Sociology (July consequences for 13-19,2014). Schoone, M., & Rijken, E. M. S. (2013). Value based decision making:Atoolfor qualitative and quantitative assessment of healthcare innovations. lSQua's 30th lnternationalConference, 13-16 Oct, Edinburgh. (posterpresentatie + abstract). Van Genabeek J, Jansen Y, Rijken E, Steenbeek R, Kniep T. First results of an action program for integrated services of care, cure and community in the Netherlands. Abstract ingediend voor de lnternational Conference on lntegrated Care, 2-4 April 20 1 4 (a bstract geaccepteerd ; co n g respresentatie in 20 1 4). Van Genabeek J, Van der Klauw D, Steenbeek R, Kniep T. Development and evaluation of an actiOn program for integrated services of care, cure and community in the Netherlands. World Conference on lntegrated Care 2013, Sin gapore, 6-8 novem be r 201 3. (posterpresentatie). Overiqe presentaties Overige presenfafies; - Andriessen, S. Deelname als expert aan denksessie ''Quotum Arbeidsgehandicapten". De Argumentenfabriek, Amsterdam, 1 5 april 20'1 3. Blok, M. Dashboard HNW. TNO start met fase lll. Wie is geÏnteresseerd. Presentatie voor Hoe staat het met HNW? Microsoft, Schiphol, 4 februari 2013. Blok, M. & Van den Berg, C. Dashboard HNW. Presentatie voor Hoe staat het met HNW? Microsoft, Schiphol, 4lebruari2O13. Blok, M. M.(BYOND) Het Nieuwe Werken. Verbindersopleiding van PBLQ HEC, Den Haag, 15 mei20'13. Blok, M. M. HNW Routeplanner. Landelijke dag voor OR-leden en medewerkers in de GGZ, Utrecht, 13 november 2013. Buijs PC. Occupational Physician, General Practitioner and Workers' Health. Presentatie voor en discussiesessie met een Finse Delegatie van het FIOH, Hoofddorp, 19 maart 2013. Buijs PC. De Praktijk Ondersteuning Huisarts GGZ (POH-GGZ) en arbeid: lnleiding + leiden van discussie tijdens 2 workshops met POH'ers-GGZ tijdens het oprichtingscongres van de Landelijke Vereniging POH GGZ, Apeldoorn, 14 november 201 3. De Graaf, H. A. L. M. Wat betekent de mix van dove en horende medewerkers voor De Gelderhorst? Eindpresentatie De Gelderhorst, Ede, 4 juni 2013. DeGraaf, H.A. L. M., Oeij, P. R.4., Dhondt, S., &VanderTorre,W. Business publieke sector. productiviteitsstrategie relatie Case Politicologenetmaal, Gent (B), 30 mei2013. De Graaf, H. A. L. M., & Osinga, D. S. C. Advies Van den Berg Roses - in tot in de Kwaliteit en betrokkenheid. Eindpresentatie, Delfgauw, 11 juÍ2A13De Graal H. A. L. M., & Verbiest, S. E. Zelfsturende teams in de kraamzorg? Presentatie SOWT, Zeist, 13 november 2013. De Graaf, H. A. L. M., & Vergeer, R. Ruimte voor de Professional: Verkenning drie opzetten voor games, 15 oktober 2013. Dhondt, S. Advies over Sociale lnnovatie. Adviesraad voor Wetenschap Technologie, Den Haag, 13 mei2013, & 32141 TNO-rapport ITNO 2014 R10281 - Dhondt, S. Mentale Pensionering: Resultaten analyse- en ontwikkelfase. 2013. http://nsirnl.wordpress.com l2013105l24lenergievolle-nsir-bijeenkomst-inzeelandl Dhondt, S. Panellid strategische personeelsconferentie. Stadsontwikkeling Gemeente Rotterdam, Rotterdam, 11 september 2013. 27 Eindhoven, Philips, mei S. Ronde Tafel Human Capital/Sociale lnnovatie. Deelnemer aan 15 augustus 2013 met EVO, Zoetermeer, discussie Dhondt, S. Sociale innovatie: Het creëren van een massabeweging. Sociale innovatie in Zeeland uit de knop, Special lnterest Group - Sociale lnnovatie - Dhondt, Hogeschool Zeeland/NSlR. Vlissingen, 24 mei 20'13. http://nsirnl.wordpress.com l2Ol3lOSl24lenergievolle-nsir-bijeenkomst-in- zeelandl. - Dhondt, S. Webinar Sociale lnnovatie in Nederland en België. Open Universiteit, Maastricht, 5 maart 2013 - Dhondt, S. Presentatie tijdens de expeditie sociale innovatie van MVO Nederland. Wijk bij Duurstede, 25 iuni2013. Franck, E. J. H. (2013). Hoe ontwikkel je als zorggroep je eigen business case. Landelijke Organisatie Ketenzorg, 19 maart Nieuwegein. duurzame inzetbaarheid. Andere arbeidspatronen Goudswaard, en A. Stuurgroep 'Duurzaam Meedoen in de Metaal'. ROM, Leidschendam, 25 - februari 2013, Goudswaard, A. Flexibilisering en individueel roosteren. Presentatie werkgroep Flexi b il iseri n g Fokker Aircraft Services. Woensd rech t, 24 april 20 1 3. - Goudswaard, A. Flexibiliteit in balans. Deskundigheidsbevordering Cintea, Kalden, KGCAen CursOR. Kockengen, 18 juni2013. - Goudswaard, A., Verbiest, S., Preenen, P., & Van WUk, E. N1-2 zonder startkwalificaties. Ontwikkel(loop)banen voor flexkrachten fase Expertmeeting. Almere, 5 februari 2013. - Groenesteijn, L. Effecten van fysieke inrichting van zorgomgevingen op cliënten, zorgpersoneel en mantelzorger. Beurs Zorgtotaal, 15 maart 2013. Goudswaard, A, Van der Torre, W., Verbiest, S., Nesterova, N., & Van Rooijen, T. Working on Rail Freight Corridors A trade union manual. Final Meeting Brussels, October 17 lh 2013. Krause, F. Ergonomie van mobiele lCT. Themabijeenkomst ReN/NVvE, Almere, 12 september 2013. Oeij, P.R.A., & Van der Torre, W. Opschalen, adoptie, diffusie, van Doetank naar systemisch innoveren. Bijeenkomst BZK, Den Haag, I april2013. Preenen, P. lntrapreneurship. Presentation at the learning network 'lnnovative team behaviour', Hoofddorp, The Netherlands, 24 Septembe¡ 2013. Tuinzaad, G.H. lnnoveren Productieproces Foodequipment. Bijeenkomst brancheorganisatie FME-GMV, Waalwijk, 2 md 2013. - G. H. Op weg naar slimmere - Tuinzaad, - assemblagevriendelijk. Bijeenkomst Product Design for Manufacturing High End Machi nery, Metaalunie/Syntens Zuid-Oost Nederland, Asten, 24 april 201 3. Tuinzaad, G.H., & Van Rhijn, J. W. Lean Order Processing: minder faalkosten - Nieuwjaarsbijeenkomst Carrosserie NL, Tobroco, Oisterwijk, 16 januari 2013. Tuinzaad, G.H., Van Rhijn, J. W., & Mayer, M. Kortere doorlooptijd, hogere en kortere doorlooptijd door betere productopbouw, modulair voorbereiding van en orders. productiviteit, hogere flexibiliteit en efficiëntere communicatie in de keten van TNO-rapport I 331 TNO 2014 R10281 MKB toelevering. Eindbijeenkomst 4',1 TNo MKB Technologiecluster - Procesoptimalisatie keten high end equlpment. Ruurlo, Bronkhorst High-Tech, 31 januari 2013. Tuinzaad, G. H., Van Rhijn, J. W., & Mayer, M. lnnoveren Productieproces Foodequipment. Bijeenkomst met deelnemers TNO MKB project Foodequipment, LEArN Centre Nyenrode University, Breukelen, 10 oktober - Van der Meulen, F. 4., Preenen, P. T. Y., Oeij, P R. 4., & Dhondt, S. lntrapreneurship. Presentatie op de Utrecht School of Economics, Utrecht, 8 - Verbiest, S., Preenen, P., & Van W¡jk, E. lnformal learning of temporary agency workers in low-skilled jobs: The role of self-promotion, career planning and job challenge. lnscope conference, Hoofddorp, 27 november 2013. 2013. oktober 201 3. Workshops: - - Andriessen, S. Kwalitatief en effectief aan de slag met social return. Presentatie workshop social return van MKB lnfra, lnfratech, Rotterdam, 17 ianuari 2013. Buijs Pc, Dtjk FJH van. "Essential interventions by Primary Health care on Workers' Health; Evidence and descriptions from a literature search". Workshop WHO-TNO Work & Employment, met lvan lvanov en Charu Garg (WHO HQ Genêva), en Prof dr C. van Weel (WHO-advisor), Hoofddorp, 17'en'18 juni 2013. Buijs, PC. Twee workshops over "POH GGZ & Arbeid", met POH'ers-GGZ tijdens het oprichtingscongres van de Landelijke Vereniging POH GGZ' Apeldoorn, 14 november 2013. Commissaris, D. A. C. M., & Groenesteijn, L' Meer bewegen op je werk; waarom, wat levert het op en wat vinden gebru¡kers ervan? Workshop Landelijk Arbocongres, Ede 7 okt 2013. Dhondt, S. Eurofound Consultative workshop COP NEO. Dublin, 6 February 2013. Dhondt, S. Projectgedreven agentschappen in de publieke sector: een middel om kosten te beheren? Workshop etmaal 2013, Gent, 30-31 mei 2013 (Prestaties van organisaties in de publieke sector. Van het wegen naar gewicht verliezen... ). - Dhondt, S., & Van der Torre, W. EUWIN Launch event. Brussels, European Parliament, 10 April 2013. Dhondt, S., & Van der Torre, W. EUWIN Regional Workshop Central Europe. London, Microsoft, 2 December 2013. Dhondt, s., & Van der Torre, W. EUWIN Regional Workshop Northern Europe. LinkÖping, LinkÖping University, 13 June 2013. Dhondt, S., & Vergeer, R. 17th lnternational Workshop on Teamworking (IWOT). Leiden, TNO, 28-29 November 2013. 4., & De Graaf, H, A. L. M' lndividueel maatwerk in Ploegendienst: onmogelijk? Workshop TNO/FME Maafwerk in Ploegendienst, - Goudswaard, - Goudswaard, 4., De Graaf, H. A. L. M., Verbiest, S. E., Van Zwieten, M', Bosch, T., Ducheine, W., & Van Houtert, L. Maatwerk in ploegendienst. Workshop. Hotel Mercure, Nieuwegein, 10 september 2013. Groenesteijn, 1,, & Douwes, M. Van fysiek zwaar werk naar duurzaam gezond werk! Workshop Landelijke Stoffendag 2013, Utrecht, I oktober 2013. 10 september 2013. - TNO-rapport I 34t41 TNO 2014 R10281 - Oeij, P. Workshop Ruimte aan Professíonals. Adviesdag Kraamzorg, Zeist, - Oeü, P., & Mayer, M. Workshop Lerend Netwerk lnnovatief Teamgedrag 13 november 201 3. l. Hoofddorp, 21 augustus 2013. Oeij, P., & Preenen, P. Workshop Lerend Nefwerk lnnovatief Teamgedrag ll. Hoofddorp, 24 september 2013. Verbiest, S., Van der Torre, W., Goudswaard, 4., & Nesterove, N. Working on Rail Freight Corridor. Workshop North-South corridor, Copenhagen, 6-7 - February 2013. Verbiest, S., Van der Torre, W., Goudswaard, 4., & Van Rooijen, T. Working on Rail Freight Corridor. Workshop Rhine-Alp corridor, Milan, 10-1 1 April 2013. Verbiest, S., & Van Zwieten, M. Maatwerk in de ploegendienst: inzetbaarheid en leefstijl. workshop maatwerk in ploegendienst, Nieuwegein, 10 september 2013. Media Persberichten: Kooij-de Bode, H. (2013). Helft MKB verwacht omzetgroei in 2013. Retrieved 01t28. - One-size-fits-all aanpak voor Het Nieuwe Werken slaat plank mis. TNO. Nl, 4 december 2013. (Merle Blok). - TNO. (2013). Flexbarometer: Voor het eerst alle cijfers over flexwerk en flexwerkers bijeen. Hoofddorp: TNO. Werkgevers Enquête Arbeid nu online te raadplegenl TNO. Nl, 22 september 20'1 3. (Peter Oeij). htto://www. Monitora - lnternetpublicaties: - 2 op de 3 werkenden hebben een vaste arbeidsrelatie, en nog meer feitjes... Recruiting Roundtable Nederland, 25 februari 2013. (Anneke Goudswaard). - ABU lanceert webzine Flex - een-vaste-arbeidsrelatie-e n -noo-m eer-feities/. 9 & Figures. ABU.nl, april 2013. (Anneke Goudswaard). http:üwww.abu. nl/nieuwsberichten/website/persberichten/abulanceert-webzi ne-flex-fig u res. Das alte Europa punktet bei Produktivität. Hans Böckler Stiftung, 11 2013. (Robert Vergeer). http://www. boeckler.dei43377-43389.htm. - Das alte Europa punktet bei Produktívitåt. (2013). Böcklerimpuls, 11, 4-5. ( - Robert Vergeer). http: //www. Boeckler. De/im puls-2O 1 3-1 1 -4-5. Pdf. Doet u mee? Expeditie Sociale lnnovatie, MVO Nederland. YouTube, 22 iuli (Anneke 2013. Goudswaard). http://www.youtube.com/watch?v=JFiQTCSsArk&feature=share&list=UU3Wmaj aiusrvCecwOXtaK9Q. - Gezocht: bedrijven die geïnteresseerd zijn fme.nl, februari 2013. in maatwerk in (Anneke ploegendiensten Goudswaard). http://www.fme.nl/Actueel/ContenUNieuws/Gezocht-bedrijven-die-ge%C3%AF nteresseerd_zijn in_maatwerk_in_ploegendiensten. TNO-rapport I 36t41 TNO 2014 R10281 Gezocht: bedrijven die geïnteresseerd zijn in maatwerk in ploegendiensten. RRSCockpit.com, 26 februari 2013. (Anneke Goudswaard). http://www. rsscockpit. com I afticle.do? action =show&id=217 1 963820. Gezocht: bedrijven geTnteresseerd in maatwerk in ploegendiensten; FME en TNO gaan aan de slag met deze problematiek. Vereniging FME-CWM, 27 (Anneke Goudswaard). 2013. februari https://twitter. com/FM ECWM/status/306 6868247 20527 360. Grenzen aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Gemeente.nu, 29 april (Robert 2013. Vergeer).http://www.gemeente.nu/Sociaal/Nieuws/2013l4lGrenzen-aan-def lexibil iseri ng-van-d e-a rbeidsmarkt-1 246395W. Grenzen aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Arbeidsdeskundigen.nl, 10 (Robert 2013. met Vergeer).http://www.arbeidsdeskundigen.nl/news/grenzen-aan-de-flexibiliserin g_van_de_arbe idsmarkt_nvva. php. Grenzen aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. ORondersteuning.nl, 10 mei (Robert Vergeer). http://www.or2013. ondersteuning.nl/pagina.49S.name.grenzen-aan-de-flexibilisering-van-dearbeidsmarkt.htm. Grenzen aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. ORinformatie.nl, 10 mei 2013. (Robert Vergeer). http://www.orinformatie.nl/?subject=news&id=32966. Grenzen aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. RSSCockpit.com, 14 mei (Robert Vergeer). 2013. http://www.rsscockpit.com larIiclel2174865762lgrenzen-aan-de-flexibiliseringvan-de-arbeidsmarkt. htm l. Grenzen aan de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Drimble.nl,'10 mei 2013. (Robert Vergeer). http://drimble.nl/dossiers/car¡iere-hr114823860/9renzen-aande-flexibilisering-van-de-arbeidsmarkt. html. Handig instrument van TNO: De Flexbarometer Optines,nl, februari 2013. (Anneke Goudswaard). http://www.optines.nl/handig-instrument-van-tno-deflexbarometer.html. Hoe staat het met HNW? Telewerkforum duuzaam werken,4 februari 2013. (Merle Blok). http://www.telewerkforum.nl/databanUpresentatieseigenbijeenkomsten/. Netherlands - New Flex Barometer launched. Staffingindustry.com, Februari 2013, (Anneke Goudswaard). http://www.staffingindustry.com/eng/ResearchPublications/Daily-News/Nethedands-New-Flex-Barometer-launched-24630. Nieuwe Flexbarometer geeft inzicht in flexwerk Flexmarkt.nl, 11 februari 2013. Goudswaard). (Anneke http://www.flexmarkt.nl/ArbeidsmarkUAlgemeen/2013/2/Nieuwe-Flexbarometergeeftìnzicht-in Jlexwerk-F 1EX005299W/. Nieuwe Flexbarometer geeft inzicht in flexwerk. Setu.nl, februari 2013. (Anneke Goudswaard). http://www. setu.nl/en/ag gregatorliteml7223. februari 2013. (Anneke Nieuwe Flexbarometer. Payforpeople.nl, 20 Goudswaard). http://www.payforpeople.nl/nieuws/nieuwe-flexbarometer.html. Nieuwe Flexbarometer. Uitzendbureau Ameland, 25 februari 2013. (Anneke http://www. u itzendbu reauameland. n l/n ieuws-ameland/96Goudswaard). nieuwe-f lexbarometer. htm l. Oeij, P., & Van der Torre, W. Telewerkforum het nieuwe werken 2011. of htto://bit.]v/1 576Un5. 36t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 Rood, de kleur van succes? Mensenkennis. Be, 2 mei 2013. (Paul Preenen). http://www. Mensenkennis. Be/algemene-psychologie/rood-de-kleur-vansucces/. Routeplanner Het Nieuwe Werken. Werken in de GGZ NL. (Suzanne Hiemstra- van Mastrigt). http://www.Werkenindeggz. Nl/index. Ph p/nieuws/nieuwsoverzichV29 1 -routeplanner-het-n ieuwe-werken. Slimmer maken, sneller leveren. TNO.nl, 23 april2013. (Bert Tuinzaad). TNO-boek met praktijkvoorbeelden innoveren productieproces. TNO.nf, 5 juli 2013. (Bert Tuinzaad, Gu van Rhijn, Tim Bosch, FrancelVos). 10:32:24.0. Van den Toorn, M. Naar een slimmer werkende overheid. PM. Nl, 5 september 2013. (Peter Oeij). http://www.Pm. Nl/artikell2929lnaar-een-slimmer-werkendeoverheid. Van der Klauw, D. (13 juli 2012). Checklist lntersectorale samenwerking rondom de Gezonde Wijk. Nabij Vitale Wijken TNO. http://nabijvitalewijk. nl/gezond-gedrag/checklist-intersectorale-samenwerking-rondom-de- gezonde-wijU Van der Klauw, D. (13 juli 2012). Toolkit Slimme werkprocessen: De Lean Plus methodiek. Nabij Vitale Wijken TNO. http://nabij-vitalewijk.nl/organisatie-vanzorgltool kit-slimme-werkprocessen-de-lean-pl u s-m ethod iek/ Van der Klauw, D. (5 november 2012). Engelstalige webtool voor vernieuwing in de langdurende zotg. Nabij Vitale Wijken TNO. http://nabijvitalewijk.nl/organisatie-van-zorg/engelstalige-webtool-voor-vernieuwing-in-delangdurende-zorg/ Van der Klauw, D. De wereld van Nabij - het kenniskanaal voor de ontwikkeling van vitale wijken. Lancering website, 5 november2012. Vijftig tinten flex verslag DNA symposium 2013. TNO.nl, juni2013. (Anneke Goudswaard, Jos Sanders). verslao-svmoosium-20 I 3 Website www. kenn isbanksocialeinnovatie. nl Website www.flexbarometer. n I ZZP'ers tevredener dan werknemers. ZZP-Nederland, 28 november 2013. (Paul Preenen). http://www.Zzp-nederland. Nl/nieuws/81$49-zzpers-tevredener-danwerknemers. Krantenaftikelen: Alleen voor vrijbuiters. (2013). De Telegraaf, T december, 28. (Merle Blok). B¡ thuiswerk moet ieders belang in de juiste balans z¡n. (2013). NRC, 5 maart. (Merle Blok). - De kwestie: Meedenken maakt mijn baas niet echt mogelijk. (2013). NRC. Next, 2 oktober, 1 1. (Peter Oeij). Fiets van de zaak. De Telegraal 29 juni 2013. (Dianne Commissaris). &md5=7 21a28d4677 82a8631 I 1 6a9a655a75a&sendDate=2O1 30701 - Gualthérie Van Weezel, T. Mooi bedacht, nu nog verkopen. De Volkskrant, 27 (Dianne 2013. Commissaris). maart 37141 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 - Leupen, J. (2013). ArbeidsproductiviteiÍ Het nieuwe werken is geen wondermiddel. FinancieelDagblad, 27 Íebruari 2013' (Merle BIok). Sterk, A. (2013). Patent zoekt naar ondernemers. NRC Handelsblad, 27 maart, 22-23. (Dianne Comm issaris). - Van der Hulst, A. (2013). De kwestie: Meedenken maakt mijn baas niet echt - Van - mogelijk. NRC. Next, 2 oktober, (Peter Oeij). 't Woud, C. (2013). Thuiswerkers, kom terug naar kantoor' NRC Handelsblad,23 februarill maart, 23. (Merle Blok). Verbeek, N. (2013). Personeel fietst de hele werkdag door. Metro, 2 juli, 16. (Dianne Commissaris, Reinier Könemann). Brochures: - De Looze, M., Verneau, M., Van der Kamp, J., Van Rhijn' G.' & Zwart, P. Van de Put, J., & Tuinzaad, B. (2013). Procesoptimalisatie in de maakindustrie Oost Nederland. Nieuwsflits - keten Duurzame Arbeidsproductiviteit Maakindustrie, mei. - J. (2013). Snel en effectief inleren in de assemblage: Een studie naar etfecten van leeftijd en instructievorm. Broek op Langedijk: Total Productivity. Van Rhijn, J. W., & Tuinzaad, G. H. (2013). Nieuwsflits - Duurzame Arbeidsproductiviteit Maakindustrie. Hoofddorp: TNO. Facfsheefs; - Goudswaard, A. Theoretisch model op basís van literatuur en expert opinion, met behulp van Marvel (Samenwerkingsproject FME Shiftwork productsheet A4 v2). Beleidsdocumenten (biivoorbeeld t.b.v. SZW) : Arbeidsverhoudingen in ontwikkeling. sZW congres 20'13. WorldForum, Den Haag, 25 maart 201 3. (Rob Gründemann). http://www. szwconores- nl/Proqram maverslao/. - lmpact tmpact extern (adio-interuiews, interuiews, beleidsinformatie, patenten, blogs, genoemd in artikel, Twitter, Linkedln, etc.): BNR - lnterview of sociale innovatie. September 2013. - Buijs PC. Bijdrage aan het ontwikkelen van het cBo-rapport Arbeid in Richtlijnen, als lid van de expertgroep van de ontwikkelgroep Zorgmodule Arbeid. (Geheel2013). - Buijs PC, D¡jk FJH van. Namens ICOH met Wonca A Memorandum of Understanding uit onderhandeld tussen beide Wereldorganisaties van bedrijfsartsen (ICOH) resp. huisarts (Wonca), Praag, 26- en 27 iuni 2013 - Buijs PC. "TNO's contribution to the global impact of WHO's work on Occupational Health and Primary Health Care", due to the support of TNO to the WHO, as stated by Mr. lvan Dimov, WHO HQ. (Email, dated July 2,2013. lntegrale vitaliteit in de wijk: Onderzoek naar inloopcentra. De Eerstelijns 5(5), juni 2013. lnnoveren van onderop in de publieke sector met Slimmernetwerk: Pril en Hoopvol. Slimmer netwerk (2013), 1-7. (Oeij, P., Van der Torre, W.)' TNO-rapport I TNO 2014 R10281 - 38t41 Logistics Labour Survey 2014. Het grote arbeidsmarktonderzoek in de logistieke sector. (2013). . Diemen: Tempo-Team. (Steven Dhondt). Maakindustrie. (2013). TNO Time, herfst, 35. (Bert Tuinzaad). - OR Stadsontwikkeling Rotterdam (2013). Personeelsconferentie stadsontwikkeling zoekt perspectief. Rotterdam: SO. (lnterview met Steven * - Dhondt). Peeters, E. (2013). Zo vroeg mogelijk standaardiseren, Carrosserie, 9, 24. (Bert Tuinzaad). Sloot, E. (2013). Aan de lopende band. Ndzeven, 14 december, 14-'15, (Steven Dhondt). Van Aartrrjk, S. (2013). Vertrouwen creêert waarde. EVO Logistiek, september, 18-19. (lnterview met Steven Dhondt). Van den Toorn, M. (2013). Naareen slimmerwerkende overheid. Pm, 7, 30-31. (Peter Oeij). Water in flow. (2013). TNO Time, autumn, 5. (Bert Tuinzaad). Water in flow. (2013). TNO Time, herfst, 5. (BertTuinzaad). Deelname/verfegenwoordiging in (wetenschappelijke) commissres, (tijdschrift-) redactie, jurylíd: - Blok, M.M. Jury Duuzaam Werken Award 2013. - Dhondt, S, Deelname aan Adviesraad voor Wetenschap & Technologie (AWT) tervoorbereiding Advles over Sociale lnnovatie, Den Haag, 13 mei2013. - Dhondt, S. Member of Editorial council Journal of Workplace lnnovation. S. of the Editorial Board of the Tijdschrift - Dhondt, - Arbeidsvraagstukken (Journal of Work lssues). Dhondt, S. Columnist Atos lnterim lndex. Dhondt, S. Jury member for New Ways of Working competition, European Foundation for Quality Management (EFOM) gejureerd tijdens de "New Ways of Member voor Working" competition. (httos://sites.qooole.com/site/efqmqoc2013/the-2013finalists). - Franck, E. Lid ZonMw K|KK (Koplopers in kwaliteit en kostenbesparing), 2010heden. - Jansen, Y. Member of the Society for Social Studies of Science (2007-heden). Jansen, Y. Member of the European Association for the Study of Science and Technology (EASST), 2007-heden. Korte de, E.M. Voorzitter Program Board of the thematic area Digital Human Modelling and Applications in Health, Safety, Ergonomics and Risk Management within the lnternational Conference on Human-Computer lnteraction. Goudswaard, A. Member of the Working Time Society; Scientific Committee of the lnternational Commission on Occupational Health (ICOH). Goudswaard, A. Member of the Flexwork Research Network. Könemann, R. Jury Baby lnnovation Award 2014. Krause, F. Raad voor Registratie Ergonomen, Stichting Registratie ergonomen SRe, lid. - Krause, F. Projectgroep Ontwikkeling multidísciplinaire lichaamstrillingen, lid. richtlijn 39t41 fNO-rapport I TNO 2014 R10281 I ntern atio n ale sa m e nwe rR i n g sve rb a n d e n : - Dhondt, S. Adviseur programma FlandersSynergy. - Dhondt, Dhondt, S. Corresponding partner of Rl(W (The German Productivity and lnnovation Centre Production and Service Systems). S. Member of the Advisory Board for RESCAS-project in Finland (201++¡' - Dhondt, S.: Member of the Advisory board VITIO-project (FlandersSynergy, Belgium). S. Member of the Dialogues on - Dhondt, - (University of Agder). Mooij, R. European platform for patients organizations. Mooij, R. Science and industry (EPPOSI). Mooij, R. EIP AHA Actiongroup 83 lntegrated Gare. Mooij, R. Voorzitter Robotics that care. Van Genabeek, J. EIP AHA Actiongroup 83 lntegrated Care. N atio n ale sa me nwe rkí ng lnnovation-proposal in Noruay sve rba nde n : - Dhondt, S. Member of Dhondt, S. Member Human CapitalTable Logistics. management board of TNO, Erasmus Universiteit, (samenwerkingsverband tussen - Universiteit en Universiteit Twente). Molema, J.J.W., Mooij, R. Diagnose Technologie 2025. Mooij, R. Ehealthnu. Mooij, R. Werkgroep Zelfmanagement. Mooij, R. Preventweb. Ontwikkelde instrumenten/interventies/games - (nationaal en internationaal): Quickscan voor eerste diagnose in bedrijven. (Samenwerkingsproject FME Quick Scan versie 1 1062013), Overzichtstabel met stand van zaken literatuur als basis voor Marvel en poster. (Samenwerkingsproject FM E Overzichtstabel). 2.6 INSCOPE Maastricht lnnovatie Programma's Zie hoofdstuk 2.3. INO-rapport I TNO 2014 R10281 40t41 TNO-rapport I TNO 2014 R10281 Ondertekening Zeist, Datum. î maÐLL Zot1 Prof. dr. ir. P.M. Bongers Directeur innovatiegebied Arbeid 4',1 I 41
© Copyright 2024 ExpyDoc