Bijlage 7 Resultaten 0

Bijlage 7 Resultaten 0-­‐meting Hierbij presenteren wij de resultaten van de vragen die gesteld zijn in het kader van de 0-­‐
meting. Deze behandelen we per doelgroep. Bestuurlijk niveau De wethouders Edo Haan en Be Emmens hebben een goede start ervaren, alleen waren de bruisweken niet zo bruisend. Zij hadden hier meer van verwacht: Meer activiteiten en meer inloop. Wethouders willen graag weten of Zoetermeer het goed doet. Men wil graag gewezen worden om incongruentie door verkokering: Hiermee wordt bedoeld dat de ondernemers op 2 verschillende plekken, verschillende antwoorden krijgt van ambtenaren. De geïnventariseerde concrete doelstellingen zijn: • 2x zoveel inloop en activiteiten als tot nu toe realiseert. • Floravontuur vestigen in het ondernemershuis • Goede informatievoorziening via één loket functie • “Financieel de broek ophouden, binnen 3 jaar”. De gewenste eindsituatie (hoe ziet dit er uit?) • Als de doelstellingen behaald zijn • Als de ondernemers vinden dat Zoetermeer het goed doet en het ondernemersklimaat een 8 scoort Op de vraag “waar staan we nu?” is geantwoord: We staan bij de start, maar er moet nog veel gebeuren. Op de vraag “wat moet er nog gebeuren? is geantwoord: Vanaf april 2014 een nieuw college en daarna een hernieuwde start voor TZHO. In april 2014 een korte evaluatie. Het nieuwe college moet het ondernemershuis als een cadeautje ervaren. Vanaf 1 juni 2014 moeten resultaten zichtbaar zijn. TTZ Geeft aan een goede start te hebben gemaakt, gezien de omstandigheden. Wel geeft men aan dat men ervaart nog in de opstartfase te zitten. Het team ervaart onderling een samenwerking. De geïnventariseerde concrete doelstellingen zijn: • Naamsbekendheid 80%. • Efficiëntie door bedrijfsbezoeken in TZHO te laten plaatsvinden. • Verbinden, kennisdelen en faciliterend. • Vragen komen binnen, ondernemer krijgt antwoord en is tevreden met dit antwoord. De gewenste eindsituatie (hoe ziet dit er uit?) • Relatie leggen met het werkplein. • Onderwijs ook als thema voor TZHO. • Als ondernemers en overheid TZHO omarmen. • Als het bruist: Een bruisend 10-­‐jarig bestaan. • Alle bedrijfsgegevens van bedrijven in Zoetermeer beschikbaar vanaf één plek. • 100 starters gesproken binnen één jaar. Op de vraag “waar staan we nu?” is geantwoord: • Verkennende fase, er is minimaal nog een half jaar nodig voordat het goed is opgestart. • Realisatie t.o.v. het eindpunt is 10 %. •
•
We bevinden ons in de opstartfase. Positieve start, motivatie tot samenwerking. Op de vraag “wat moet er nog gebeuren? is geantwoord: • De stichting als werkpaard, dynamisch en bekostigd. • Goede communicatie en interne/externe PR. • Accountmanagers EZ hebben dezelfde naar buitengerichte houding en schakelen met elkaar op basis van specialisme. • Over 1,5 – 2 jaar moet het ondernemershuis goed draaien. • Vergroot de naamsbekendheid (intern en extern). • Eerste bedrijfsplan, dan communicatieplan, dan organisatie op orde en tot slot een goede informatievoorziening. Programmaraad De programmaraad geeft aan dat iedereen zijn best heeft gedaan, maar dat er een hoop is blijven liggen. De start was stroever geweest als er geen programmaraad was geweest. De start was redelijk, maar daarna is het erg afgezwakt vanwege onduidelijkheid over de rol van de programmaraad. De geïnventariseerde doelstellingen zijn: • Geen kansen meer missen. • Kijk uit voor angst voor continuering en “durf op je bek te gaan” en durf risico’s te nemen. • Je zal steeds beter bekend moeten worden. Je kan niet van 0 naar 100. Hiervoor is een aanloop nodig en hierop moet geïnvesteerd worden. • Activiteiten zijn er, bezetting is er en nu de samenwerking en platform Zoetermeer-­‐
Oostland verder ontwikkelen. De gewenste eindsituatie (hoe ziet dit er uit?) • Als het idee en het concept van TZHO gekopieerd wordt door andere gemeenten, dan hebben wij het goed gedaan. • Vanuit mijn bedrijf zou ik heel graag een opleiding in de elektronica hebben, ondersteund vanuit het ondernemershuis en ik wil hier graag aan bijdragen. • Een ontmoetingsplek, waar men kan klankborden, kennis delen (halen en brengen) en samenwerking bevorderen. • Als Zoetermeerder vind ik het belangrijk dat de gemeente Zoetermeer een impuls krijgt. Wij hebben een platform voor ondernemers, als een boodschap is over het ondernemershuis, dan kan ik een podium organiseren (TV-­‐West). • Meer platform voor Oostland-­‐Zoetermeer, maar ook de taak van de gemeente om regionaal oplossingen te zoeken voor uitkeringsgerechtigden. • Eigen broek ophouden op het onderdeel waar voordeel is voor ondernemers. • Voldoende traffic en aanloop. • Goede programmering en deelname hieraan. • Laagdrempelige toegang voor ondernemers. • Vragen en behoeften van ondernemers via één loket afgehandeld. • De programmaraad als filterfunctie voor de massale ideeënstroom van ondernemers. Op de vraag “waar staan we nu?” is geantwoord: • Amper 10-­‐20% behaald, de hardware staat en spreekuren zijn ingepland. • Op 15 a 20%. • We staan bij een hernieuwde start. • Zover ik kan beoordelen, staan we nog in het begin. •
We staan aan de start, de houdbaarheid moet nog bewezen worden en twijfels bestaan door het ontbreken van een concreet plan. Op de vraag “wat moet er nog gebeuren? is geantwoord: • Mond tot mond reclame. • Een bedrijfsplan en communicatieplan, daarna actie, evalueren en bijsturen. • 1 juni moeten de resultaten zichtbaar zijn. • Niet bang zijn om op je bek te gaan. • Goed toezicht houden. • Let op het gevaar: Dichtslippen en verbouwd tot kantoortje van de gemeente. • Het bedrijfsleven moet meer actief betrokken worden. • De bevoegdheden kloppen niet. • Programmaraad krijgt geen feedback. • Inzicht in vraag en aanbod en behoefte. Als dit bekend is, weet je of je dit kunt ondersteunen. • Benchmarks en je voordeel doen (je hoeft niet alles zelf te bedenken). • Ondernemersverenigingen moeten betrokken worden in het programma, voor meer draagvlak. • Alleen meetbaar als doelstellingen vastgesteld zijn. • Financieel en organisatorisch: Doelen meetbaar door aantallen te benoemen. • Imago en communicatie moet goed zijn. • Let op de verschillende soort ondernemers en doe aan doelgroepenbeleid (ook in de programmering). Ondernemers (dit betreffen zowel de ondernemers als de ondernemersvertegenwoordiging) Sommige ondernemers komen niet regelmatig in TZHO, maar hebben bijvoorbeeld een personeelslid die contacten met TZHO onderhoudt. Voor zover de ondernemers of de vertegenwoordiging hiervan het functioneren kunnen beoordelen, is over het algemeen genomen gesproken over een goede start. Echter zijn hierbij flink wat aandachtsgebieden benoemd: “Ik zie nog geen resultaat”, “Er is geen communicatie over programma en activiteiten, want ik ben hier niet mee bekend”, “Veel belovende start, sceptisch of verwachtingen worden waargemaakt”, “Meer bekendheid onder de kleine ondernemers is nodig”, “Ik ervaar de opstart als niet sterk”, “Kan ik moeilijk beoordelen, want ik heb hier weinig van meegekregen” en “In het begin had ik niet de drang om naar binnen te komen, maar nu ik ben geweest, ben ik positief verrast”. Doelstellingen zijn voor deze groep niet geïnventariseerd. De gewenste eindsituatie (hoe ziet dit er uit?) • Bruisend net als de opening. • TZHO moet verhuizen omdat het te klein is. • Als het een plek is waar ondernemers in Zoetermeer en regio elkaar kunnen ontmoeten en het bruist. • Dat de workshops en overige activiteiten die worden georganiseerd gebaseerd zijn op behoefte. • Succes moet meetbaar zijn. • Ondernemers moeten voor 80% tevreden zijn. • Als de naambekendheid in Zoetermeer en regio Oostland strookt met de ambitie. • Het WGSP goed functioneert en bekend is bij werkzoekende en werkgevers. • Als alle ondernemers het ondernemershuis minimaal met een 6 beoordelen . • Groei van werkgelegenheid. •
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Groei van het aantal gevestigde bedrijven. Als 70% van alle ondernemers in de dorpsstraat TZHO kennen en de meerwaarde ervaren en 7 scoort op tevredenheid. Als ik het functioneren van TZHO positief kan beoordelen. Als concrete doelstellingen behaald worden. Geen vrijblijvendheid, maar afspreken waar we met z’n allen voor gaan. Omzet van Zoetermeer omhoog en het aantal werkzoekenden fors omlaag. Als iedereen die bij de KvK in Zoetermeer is ingeschreven ook daadwerkelijk zijn binnen is geweest bij TZHO. Naamsbekendheid in Zoetermeer op 100% (meetbaar via thermometer). Goed digitaal loket. Effectief gebruik en dit meetbaar maken. Bijvoorbeeld 4 bijeenkomsten met minimaal 80 deelnemers. Op de vraag “waar staan we nu?” is geantwoord: • Pas op voor het gevaar dat het niet van de grond komt en activiteiten niet bezocht worden. • 12 % naamsbekendheid en een 3 als rapportcijfer. • De gemeente moet het lef hebben de teugels uit handen te geven om ondernemers de toegevoegde waarde te laten aantonen. • We staan aan het begin, in de oriëntatiefase en nu de behoefte inventariseren en hierop inspelen. • Het afspreken van zinvolle meetpunten. • Meerwaarde voor ondernemers moet worden aangetoond. • Eerst Zoetermeer, dan regio. Schaalvergroting is niet per definitie een verbetering. • Over 3 jaar succesvol. Op de vraag “wat moet er nog gebeuren? is geantwoord: • Goede programmering. • Een zakelijk leider aanstellen (moet ondernemer zijn). • Vrijdagmiddag borreluurtje. • Visie, plan, aanpak en actie. • Met name de regio opzoeken, in de regio is TZHO niet goed bekend. Meer aandacht voor Pijnacker-­‐Nootdorp en Oostland. • Het afspreken van zinvolle meetpunten. • Meer naamsbekendheid en duidelijkheid en communicatie over de programmering. • De doelstellingen moeten bekend zijn. • De slag die gemaakt moet worden is de meerwaarde voor ondernemers aantonen. • Prioriteiten benoemen en mijlpalen behalen, meten en communiceren. • In het eerste jaar 40% naamsbekendheid (meeste effort in opstartfase) en daarna jaarlijks met 20% omhoog. • TZHO moet spontaan genoemd worden. • De gemeente moet bewijzen dat het geen gemeentehuis is. • Winkeliers als een eigen doelgroep met specifieke wensen. • Eind 2014 moeten er resultaten zichtbaar zijn.