61.630 vacatures in de Belgische ondernemingen in 2013 De FOD Economie publiceerde onlangs de jaarstatistieken van de vacatures voor 2013. Welke conclusies kunnen we daaruit trekken? E lk jaar maakt elke EU-lidstaat vacaturestatistieken op. De statistieken zijn een maatstaf voor het aantal nieuw gecreëerde bezoldigde betrekkingen van minstens 4 weken, die nog niet ingevuld zijn of binnenkort vacant worden. Om in aanmerking te komen, moet een ‘vacante’ betrekking worden ingevuld door iemand van buiten de onderneming. Functies die alleen openstaan voor interne kandidaten, komen dus niet in aanmerking. Deze statistiek meet met andere woorden het aantal lopende aanwervingen voor nieuwe jobs. Ze geeft tegelijk een idee van de dynamiek van het tewerkstellingsbeleid en van de discrepanties tussen vraag en aanbod. Enig nadeel: in 2013 mat ze alleen de resultaten in de profitsector. De landbouw, de nonprofitsector en de administratie zullen echter wel worden opgenomen in de statistieken voor 2014. ZKO’s creëren meer jobs Uit de jaaranalyse voor 2013 blijkt dat de profitsector vorig jaar 2.328.050 ingevulde vacatures telde en 61.630 openstaande vacatures, d.w.z. een vacaturegraad van 2,6% van alle loontrekkenden. De meeste (60,4%) vacatures werden aangeboden door ondernemingen met meer dan 10 werknemers. Wel creëren ondernemingen met minder dan 10 werknemers in het Bron: www.ing.be/business algemeen meer jobs, met gemiddeld meer vacante betrekkingen dan het totale aantal bezette functies. Uitzendarbeid populair, minder vaste betrekkingen De studie maakt ook onderscheid tussen functies die bekleed worden door werknemers van het bedrijf (‘vaste betrekkingen’) en functies die ingevuld worden door uitzendkrachten. Dat geeft een goed beeld van het aandeel van uitzendarbeid in ons land. Alle sectoren samen vertegenwoordigt uitzendarbeid 3,9% van alle bezette functies en 21,4% van alle vacante functies, met evenwel aanzienlijke verschillen per sector. Enig minpunt: de studie stelt een duidelijke daling vast van de ‘vaste’ vacatures: van 68.460 in 2012 tot slechts 48.450 in 2013. Tegelijk stipt de studie een stijging aan in het laatste kwartaal van 2013, en besluit ze dus met een optimistische noot.