Blauw van april 2014

nr. 1 jaargang 9
april 2014
voor opdrachtgevers en relaties
4
Kosten op een
gouden schaaltje
Kosten staan niet los van hun
context. Verantwoording wordt
steeds belangrijker.
8
De mens is goed,
de mens is slecht
Gedragregels en codes om de
integriteit te waarborgen. Wat
werkt er nu echt?
17
Een mooi bedrijf
van vijftien
Twee aandeelhouders van het
eerste uur blikken terug.
1
De inhoud
04Kosten op een gouden schaaltje
Pensioenfondsen moeten hun kosten beter kunnen verantwoorden
Maar de kost gaat voor de baat uit en nieuwe wetten en regels kosten ook geld. Hans van de Velde
van Pensioenfonds Hoogovens en Matthijs Snijder van AFM zeggen wat zij ervan vinden.
17Een mooi bedrijf van vijftien
Blue Sky Group bestaat dit jaar 15 jaar. Eugène van Halder en Paul Griffioen,
twee aandeelhouders van het eerste uur, blikken terug. Wat waren de verwachtingen
15 jaar geleden en wat is er in de tussentijd allemaal gebeurd?
08 De mens is goed, de mens is slecht
7
edragsregels, richtlijnen en codes moeten ervoor zorgen dat de integriteit bij
G
pensioenfondsen en vermogensbeheerders gewaarborgd wordt. Welke regels
werken nu echt en hoe zorg je voor een effectieve controle? Een interview met
Muel Kaptein, hoogleraar bedrijfsethiek en integriteitsmanagement aan
de Erasmus Universiteit en partner en organisatieadviseur bij KPMG.
4
16
17
8
integriteit
risicobeeersing
kostenverschillen en rendement
resultaat
m islu kt
Gij zult...
transparant
ondoorzichtig
wantrouwen
vertrouwen
20
11
14
10
19
22
volg Blue Sky Group ook via LinkedIn
Colofon | Redactie Blue Sky Group | Tekst Toine van der Stee, Land van Maas en Taal, Lamar communicatie, Bauke ter Braak
Fotografie Don Wijns, e.a. | Art direction, ontwerp en illustraties Frissewind, profs in communicatie en design, Amsterdam | Druk Aeroprint, Ouderkerk aan de Amstel
Blauw is het relatiemagazine voor opdracht­g evers en relaties van Blue Sky Group. In Blauw vindt u onderwerpen die te maken hebben met pensioen,
in de breedste zin van het woord. Onderwerpen die ­p rikkelen en u uitdagen de dialoog met ons aan te gaan.
De pensioenwereld toen en nu
10 Joanne Kellermann, directeur DNB
13 Harman Korte, bestuurder AFM
16
Kick van der Pol, voorzitter Pensioenfederatie
19 Marijke Reijnders, P&O manager Blue Sky Group
23 Ton Krol, voorzitter raad van commissarissen
Blue Sky Group
Vanuit vijf gezichtspunten kijken we terug op
vijftien jaar Blue Sky Group, van buitenaf en
van binnenuit.
20De tien geboden voor
vermogensbeheerders
ranchevereniging Dufas werkt aan een
B
gedragscode.
11Uitgelicht: Leveraged Loans
e waarde van leveraged loans is relatief
D
ongevoelig voor de kapitaalmarktrente en ze
bieden goede diversi­ficatie­mogelijkheden in
de totale asset mix. Mario Hooghiemstra
vertelt hoe u dit instrument kunt inzetten.
14Breed wetenschappelijk
onderzoek naar effectiviteit
pensioencommunicatie
ndanks alle communicatie-inspanningen
O
zijn veel deelnemers nog lang niet bereid
om zich te verdiepen in hun pensioen.
22 In de wandelgangen
Geeske Vlaming: ‘We proberen de cijfers
te voorzien van de juiste context, zodat ze
beter te duiden zijn.’
Vijftien jaar verder
Toine van der Stee Algemeen directeur Blue Sky Group
In deze editie van Blauw staan we even stil bij 15 jaar Blue Sky Group. Het is een
aanleiding om te kijken naar de veranderingen in het pensioenlandschap in de
afgelopen jaren. En misschien kunnen we vooruitblikken naar wat er op ons af
komt. Dat daardoor de feestvreugde iets wordt temperd, nemen we voor lief.
Elk volk krijgt de leiders die het verdient, dus we gaan niet met het vingertje
wijzen. Bij gebrek aan ander houvast reageren we op incidenten en onzeker­heden
met steeds uitgebreidere regelgeving. Hoewel de pensioensector al 100 jaar zijn
eigen boontjes dopt en geen beroep op overheidssteun hoeft te doen, komen er
allerlei regels omdat het anders wel eens fout zou kunnen gaan. Ik ben daar geen
voorstander van. Regels proberen altijd de vorige oorlog te voorkomen. Maar
toekomstig onheil ziet er vast weer heel anders uit dan in het verleden. De wereld
staat vol met defensiebouwwerken, die nooit dienst hebben gedaan. Ik vertrouw
meer op goede bestuurders met veel gezond verstand.
Bismarck zei al dat de overeenkomst tussen het maken van wetten en het maken
van worst is, dat men beter niet kan kijken hoe dat gebeurt. Het geeft zeer te
denken dat men in Den Haag al bijna vier jaar bezig is een nieuw financieel kader
voor pensioenfondsen te bedenken. Ondertussen worden pensioen­r egelingen op
tal van plaatsen al aangepast. Nog even talmen in Den Haag en het hoeft niet meer.
En wat is nou eigenlijk het echte vraagstuk? We worden veel ouder dan verwacht.
En wat gebeurt er al jaren? De mensen gaan steeds later met pensioen. De
beurzen, de rente, dat is geschiedenis.
‘Steeds meer regels voor steeds
minder pensioenfondsen’
Steeds meer regels voor steeds minder pensioenfondsen. Eén van de gevolgen
van de alsmaar zwaarder wordende regeldruk is dat nogal wat pensioen­fondsen
besluiten er mee te stoppen. Een ander gevolg zijn zeer sterk stijgende kosten.
De politiek roept om meer kostenbewustzijn en kostenbeheersing bij pensioen­
fondsen, maar is zelf de sterkste kostenverhogende factor geworden. We gooien
het kind met het badwater weg.
Vooruitkijkend wordt het er helaas niet beter op. Ten langen leste heeft de
politiek de vetpotten van de pensioenfondsen ontdekt. Het zal wel komen omdat
het aardgas opraakt. De pensioenen voor komende generaties zullen aanmer­
kelijk verschralen. De financiële basis van pensioenfondsen wordt flink
verzwakt. De betekenis van de pensioenen in de tweede pijler dreigt te
marginaliseren. Na de scheuren in de Groningse huizen komen er nu scheuren
in onze pensioenen. En tegelijkertijd kondigt de verantwoordelijke staats­
secretaris aan dat we daarna een fundamenteel debat over ons pensioenstelsel
gaan hebben. Waar moet dat debat nog over gaan?
Ik vergelijk Blue Sky Group wel eens met het dorp van Asterix en Obelix in het
door de Romeinen bezette Gallië. Wij houden moedig stand. Het zijn interessante
tijden. We hebben veel werk te doen. We proberen de pensioen­fondsen waarvoor
we werken zo goed mogelijk door deze barre tijd te helpen. En af en toe richten
we een groot feestmaal aan. Voor de rol van de bard Assurancetourix zijn er in
dit verband voldoende kandidaten.
3
Kosten op een gouden schaaltje
Hans van de Velde
directeur Pensioenfonds Hoogovens
‘Niemand is gebaat bij een beeld
van pensioenfondsen die maar
wat aanrommelen met het geld
van hun deelnemers.’
4
Kosten op een
gouden schaaltje
Er is recentelijk in de pensioensector veel aandacht voor kosten. Samen besteden pensioen­
fondsen zo’n 4,5 miljard euro aan uitvoering en vermogensbeheer. De vragen die logischerwijs
volgen zijn: Is dat veel? Kunnen deze kosten misschien lager? En levert kostenverlaging de
deelnemers een beter pensioen op? We vragen Hans van de Velde (directeur Pensioenfonds
Hoogovens) en Matthijs Snijder (senior toezichthouder bij AFM) hoe zij tegen kosten aankijken.
De hamvraag is niet ‘Hoeveel kosten maak je?’ maar ‘Doe je het goed?’
‘Kosten zijn feitelijk een nogal nutteloos begrip, als je niet weet
waarom ze gemaakt worden’ vindt Hans van de Velde. ‘Hoeveel kost
een auto? Je hebt weinig aan zo’n vraag als je niet weet wat iemand
met die auto wil. Gaat iemand veel rijden? Moet hij zware spullen
vervoeren of representatief zijn? Kortom: je kunt kosten niet los
zien van hun context.’
‘Wat krijg je voor je uitgaven terug?
Risicobeheersing, hoge rendementen of
een goede service aan deelnemers? Dat is
waar het om draait. Door de kostenver­
schillen tussen fondsen expliciet en
zonder hun context te benoemen, wekt
DNB de suggestie dat veel pensioen­
fondsen nauwelijks op de kosten letten.
De kanttekening, die DNB daarbij maakt,
namelijk dat er goede redenen kunnen
zijn voor relatief hoge kosten bij een
fonds, wordt helaas nogal eens over het
hoofd gezien. Er ontstaat zo een beeld dat
onnodig schadelijk is voor het imago van
pensioenfondsen.’
Voorzichtig met imago
Van de Velde pleit voor voorzichtigheid
met het beeld dat - bewust of onbewust
- van pensioenfondsen wordt geschetst.
‘Er is in 2012 door pensioenfondsen een
gemiddeld rendement behaald van 13,7%.
De kosten van 0,53% zijn daarin al
verwerkt. Opmerkingen vanuit de Tweede
Kamer als: ‘Een verlaging van de kosten
met 1% zou uiteindelijk 30% meer
pensioen opleveren’, lijken niet erg
door­dacht als de kosten al lager zijn dan
1%. Niemand is gebaat bij een beeld van
pensioenfondsen die maar wat aanrom­
melen met het geld van hun deelnemers.
Facts & figures
Van de Velde vindt het terecht dat DNB
met fondsen in discussie gaat over grote
verschillen in kosten en prestaties. ‘Die
discussie blijft ook nog wel even doorlo­
pen’, denkt hij. ‘Daarom vonden wij het bij
Stichting Pensioenfonds Hoogovens goed
om de feiten eens op een rij te zetten. Dan
weten we waarover we praten en kunnen
we ook richting de politiek iets zinnigs
zeggen over de ontwikkelingen. Dan
blijken de administratiekosten flink uiteen
te lopen: van €70,- tot €1000,- per
deelnemer per jaar. De grote fondsen zijn
hier logischerwijs meestal het voordeligst
uit. Met beleggingskosten scoren de
middelgrote fondsen het beste. Hier geven
grote fondsen meer aan uit. In deze post
laten kleine fondsen de grootste spreiding
zien: soms wel tot een factor 4,5. Opf-en
geven het minst uit aan vermogensbeheer.
Uiteindelijk komen alle kosten ten laste
van het belegd vermogen, dus moet je
naar het geheel kijken. En dan is er geen
eenduidig verband te leggen tussen de
omvang en de kosten van een fonds. Als
de regels een beetje simpel blijven, ziet
Van de Velde de kosten de komende jaren
niet enorm toenemen. Prestatiebeloningen
zullen volgens hem door alle commotie
misschien zelfs wat afnemen.
Verschillen hebben een eigen verhaal
Als we fondsen willen vergelijken en
grote verschillen willen onderzoeken,
moeten we dus beslist het verhaal achter
de cijferlijstjes kennen. Van de Velde:
‘Worden bepaalde kosten door het
sponsorende bedrijf gedragen? Beleggen
in private equity is duur, maar kan zich
soms ruim terugbetalen. Ook de taken­
pakketten van fondsen kunnen sterk
verschillen. Pas als je dat weet, kun je iets
met die cijfers. Anders ben je appels met
peren aan het vergelijken en dat is zonde
van alle tijd en geld.’
Impact kosten zeer beperkt
‘Zelfs áls kosten lager zouden kunnen, zijn ze
maar een kleine factor in het eindresultaat’
gaat Van de Velde verder. ‘Goed beleggingsbe­
leid, de juiste richting kiezen die past bij jouw
achterban, dat maakt vele malen meer
verschil dan alleen de kosten terugschroeven.
De hamvraag is niet: ‘Hoeveel kosten maak
je?’, maar: ‘Hoe goed doe je het?’.
Duidelijk is wel, dat de kosten van vermo­
gensbeheer veruit het zwaarst op het resul­taat
drukken (0,53% van het belegd vermogen).
Door performance fees kunnen die kosten bij
zeer goede beleggingsresultaten plotseling
oplopen. Maar daar staat dan ook een hoog
resultaat tegenover. De transparantie van
deze provisies zijn een terecht punt van
aandacht. Daar wordt nu ook internationaal
op gehamerd. Maar de impact op het uiteinde­
lijke pensioen blijft gering. Als een fonds niet
kan indexeren ligt dat niet aan de kosten,
maar aan de stijgende levensverwachting en
een beetje aan lage rentestanden.’
Het kostenplaatje van het kostenplaatje
4,5 Miljard euro aan kosten klinkt natuur­
lijk spannend, maar er wordt ook 1000
miljard euro voor beheerd in een complexe
financiële wereld.’ Van de Velde ziet dat er
voor dat geld veel en zeer gespecialiseerd
werk wordt verricht.
‘De grootste kostenstijging veroorzaakt de
overheid overigens zelf met enorm toegeno­
men governancekosten.’ Als al die analyses
en data zinvolle en nieuwe informatie
verschaffen, vindt Van de Velde het prima.
‘Maar het moet niet doorslaan in meten om
het meten. Dan wordt het werkverschaffing
voor dure adviesbureaus en accountants, ten
koste van de pensioenen van deelnemers.
Dat kan niet de bedoeling zijn.’
5
Kosten op een gouden schaaltje
Kosten op een gouden schaaltje
‘Een goed kostenbeleid begint nu eenmaal met een goed inzicht.’
AFM onderzoekt momenteel of pensioenfondsen in hun jaarverslagen open, juist en duidelijk
communiceren over kosten. Liefst in relatie tot rendement en risico. Matthijs Snijder zegt
hierover: ‘Het belangrijkste voor AFM is niet zozeer de vraag: wat zijn de kosten tot twee
cijfers achter de komma? Maar: waarom maakt dit fonds deze kosten? En wordt in het jaar­
verslag een goede uitleg gegeven van kostenveranderingen ten opzichte van vorig jaar?
We verwachten ook een onderbouwing van het kostenniveau in de context van het rende­
ment, de risico’s en de portefeuillesamenstelling. In 2012 is er 4,5 miljard euro uitgegeven
aan vermogensbeheer. Dat is niet weinig, maar het kan best heel effectief besteed zijn.
Wij willen dat alle pensioenfondsen hierover een juist en begrijpelijk verhaal naar buiten
brengen. Dat dwingt fondsen om zeer bewust met kosten om te gaan en voorkomt twijfels
en weerstand bij deelnemers en inspraakorganen.’
Waarom is er ineens zoveel te doen
over kosten?
‘Er is in het algemeen meer aandacht
gekomen voor de handelswijze van
financiële instellingen. En zodra het
nakomen van je pensioenverplichtingen
of het verlenen van indexaties in het
geding komt, kom je automatisch onder
een vergrootglas te liggen. Dat is ook
goed, zeker als er veel mensen van jouw
pensioenfonds afhankelijk zijn. In 2011
kreeg AFM het vermoeden dat de door
pensioenfondsen gepresenteerde kosten
niet volledig waren. Met name de kosten
voor vermogensbeheer bleken 2 tot 3 x
hoger te zijn dan opgegeven. Dat kwam
deels door gebrekkige specificatie door
vermogensbeheerders. Maar een goed
kostenbeleid begint nu eenmaal met een
goed inzicht. De Pensioenfederatie heeft
daarna prima richtlijnen opgesteld voor
transparante kostenrapportages. Nu de
evaluatie nog. We signaleren vanuit de
sector absoluut een wil tot verbetering
en risicobeheersing.’
Wat moeten fondsen doen die nog
steeds geen kostenspecificatie krijgen
van hun vermogensbeheerders?
‘Meer druk uitoefenen, zou ik zeggen. Dat
klinkt simpel, maar ieder pensioenfonds
moet echt een helder en volledig beeld
hebben van rendement, risico en kosten.
Alleen dan kun je bepalen of je het best
mogelijke resultaat behaalt voor je
deelnemers. Als een vermogensbeheer­
der hieraan niet wil of kan meewerken,
6
is het verstandig naar een ander uit te
kijken. Ik zou mij in zo’n geval toch al
afvragen of ik wel met de juiste partij
zaken doe.’
ment oplevert, hebben weinig mensen
daar problemen mee.’
Zou het helpen om het versleutelen
van provisies te verbieden, zoals bij
hypotheekadviezen is gebeurd?
‘Wij realiseren ons dat de regeldruk sinds
2008 flink is toegenomen. Dat komt
grotendeels doordat de wetgeving vóór
die tijd erg beperkt was. Voor bijvoor­
beeld derivaten en hedgefunds was er
helemaal geen financiële wetgeving!
Excessen zoals de Lehman-affaire
hebben ons bewust gemaakt van de geva­
ren daarvan voor de samenleving. Dan
ontkom je niet aan regels. We zullen
daaraan moeten wennen.
Voor alle duidelijkheid: AFM maakt geen
regels, maar signaleert als wetgeving
tekort schiet. Dan doen we soms een
voorstel voor aanpassing van de regels.
Maar Den Haag beslist.
‘We benadrukken de noodzaak van
kostentransparantie en uitleg van deze
kosten, maar we proberen zoveel moge­
lijk aan de sector zelf over te laten. AFM
hecht groot belang aan eigen initiatief en
verantwoordelijkheid. Bovendien is het
beleggingsterrein van pensioenfondsen
zeer internationaal en we kunnen
bepalingen nu eenmaal niet wereldwijd
opleggen.’
Vraagt onze verplichte pensioen­
deelname om meer uitleg?
‘Zeker. Onduidelijkheid creëert bijna per
definitie wantrouwen en onvrede. Juist
als werknemers verplicht moeten
deelnemen is het heel belangrijk dat zij
weten dat er bewust met hun geld wordt
omgegaan. Dit geldt ook voor de werk­
gevers, die vaak het leeuwendeel van
pensioenpremies voor hun rekening
nemen. Bovendien hebben deelnemers
en werkgevers gewoon recht op deze
duidelijkheid. Leg gewoon uit dat de
gemiddelde leeftijd van je deelnemers
vraagt om extra risicoafdekking. Mensen
begrijpen echt dat dat geld kost. En als je
goed uitlegt dat een bepaald beleggings­
beleid meer kost maar ook meer rende­
De explosief stijgende governance­
kosten helpen niet echt…
De contacten met de sector zijn gelukkig
goed. Wij blijven graag in gesprek met
alle partijen. Als praktijkdeskundigen
vinden dat er regels kunnen verdwijnen,
dan kijken we daar zeer serieus naar.
Ons doel is een effectief, transparant en
veilig pensioensysteem. In het tweede
kwartaal verwachten we ons onderzoek
af te ronden.
Dan weten we hoe we ervoor staan op het
gebied van kostentransparantie. Wij
hopen van harte dat er dan geen nieuwe
regels nodig blijken!’
....
Matthijs Snijder
toezichthouder bij AFM
‘Excessen zoals de Lehman-affaire
hebben ons bewust gemaakt van
de gevaren voor de samenleving.’
7
Risk & compliance
De mens is goed,
Iedereen wil graag dat financiële instanties goed en integer
bestuurd worden. Om dat te bereiken en te waarborgen, komen
er steeds meer controles, gedragsregels en richtlijnen bij. En
daarmee ook een flinke werkdruk. Hoe zinvol zijn gedragsregels
eigenlijk? Is de algemene moraal zodanig verslechterd dat zo’n
netwerk van regels noodzakelijk is geworden? En zo ja: hoe
werken die regels doorgaans het beste?
‘Hoe afhankelijker je van een organisatie
bent, hoe meer behoefte je eraan hebt
om die te kunnen vertrouwen.’
Wat kunnen pensioenfondsen doen om dat vertrouwen
te herstellen?
Muel Kaptein is hoogleraar bedrijfsethiek en integriteits­
management aan de Erasmus Universiteit, en partner en
organisatieadviseur bij KPMG. Hij heeft talrijke publicaties en
boeken geschreven. Een ervan: ‘Waarom goede mensen soms
verkeerde dingen doen’. Dus hij moet er meer van weten!
Kaptein denkt niet dat de moraal ineens veel slechter is gewor­
den. ‘Maar we worden wel steeds vaker met misstanden gecon­
fronteerd.’ zegt hij. ‘Het vertrouwen in grote organisaties is mede
daardoor de laatste decennia dramatisch gedaald. Begrijpelijk,
want de impact van de problemen bij bijvoorbeeld banken en
pensioenfondsen op het leven van mensen is enorm. En hoe
afhankelijker je van een organisatie bent, hoe meer behoefte je
eraan hebt om die te kunnen vertrouwen. En hoe harder het
aankomt, als dat vertrouwen wordt misbruikt. De media sprin­
gen er direct bovenop en mensen gaan zelf ook meer op allerlei
symptomen van fouten letten. Toezichthouders onderzoeken de
situatie en gaan hogere eisen stellen aan betrouwbaarheid en dat
heeft weer meer negatieve berichtgeving tot gevolg. Zo krijgt zo’n
situatie een eigen dynamiek en grijpt het wantrouwen in alle
geledingen om zich heen.
8
‘In het geval van pensioenfondsen zou ik beginnen met nadruk­
kelijk verklaren dat het deelnemersbelang altijd centraal staat.
Dat hun enige doel is om een zo hoog mogelijk pensioen voor
deelnemers op te bouwen. Dat zou je in diverse media en op je
eigen website regelmatig moeten herhalen in verschillende
bewoordingen. Daarnaast moet je echt een streep trekken,
waarmee je laat zien dat de verbetering je ernst is en dat je de
kans op herhaling van problemen echt gaat verkleinen. Bijvoor­
beeld door grotere openheid, betere controles, of het veranderen
van het beleggingsbeleid. Het is goed om hier een gezicht, een
boegbeeld aan te koppelen. Diegene moet een goede inhoudelijke
boodschap hebben. Geen perfect ingestudeerde presentatie, maar
een authentiek en geloofwaardig verhaal.’
We hebben in Blauw wel eens een neuroweten­schapper
aan het woord gelaten, die zei dat een diepgeworteld
vertrouwen, zoals mensen dat in pensioenfondsen hebben,
zichzelf na een incident weer herstelt. Hoe ziet u dat?
‘Dat klopt wel, maar het ligt eraan hoe diep het geslagen gat is.
Je moet in ieder geval de oorzaak van de ellende wegnemen,
wil je geloofwaardig zijn. Daarbij helpt het enorm als het recht
zegeviert. Als de boosdoener wordt gestraft geeft dat meer
vertrouwen voor de toekomst. Ook een welgemeend publiek
excuus helpt enorm om een nieuwe basis voor vertrouwen te
leggen. En dan moet je je betrouwbaarheid ook nog bewijzen
in de praktijk en dat bewijs goed zichtbaar maken voor alle
stake­holders. Je moet dat overigens wel weten te doseren.
Begin niet over dingen die iedereen logisch vindt: Laatst liet ik
mijn banden verwisselen. De monteur kwam mij halen om te
laten zien dat hij de moeren stevig vastdraaide. Ik dacht direct:
O jee, dat is vast al vaak fout gegaan!’
…
de mens is slecht
‘De mens wil van nature goed zijn, in positieve zin een verschil maken.’
Kun je met regels en gedragsrichtlijnen het compliance­
risico verkleinen?
‘Ja, dat kan helpen. De mens wil van nature goed zijn, in positieve
zin een verschil maken. Vrijwel ieder mens heeft plichtsbesef en
wil, ook in het werk, graag iets voor anderen betekenen. Als je
mensen richtlijnen geeft hoe ze dat goed kunnen doen, dan zullen
velen die aanwijzingen volgen. Maar de mens is nooit volledig
integer. Dat moeten we accepteren. Er zijn altijd verleidingen: om
meer bezit of aanzien te krijgen. Of de druk die je krijgt opgelegd
om te presteren doet je besluiten om de waarheid een beetje te
verdraaien. Mensen bewegen zich geregeld heen en weer op ‘de
schaal van goed en slecht’. Er is dus altijd een gradatie in integri­
teit. Door geen 100% integriteit van mensen te eisen, maak je
het onderwerp bespreekbaar, ook als het een keer mis gaat.
Dat is juist de basis voor een integere cultuur en geeft ruimte
om te verbeteren.’
Kaptein gaat verder: ‘Als er heldere regels zijn weet je dus
wanneer je je op gevaarlijk terrein begeeft. Hoe duidelijker de
consequenties van zulk gedrag zijn, hoe beter de regels werken.
Als er nooit controle is, lijken de regels minder belangrijk. Als
je dan zelf ook het nut er niet van inziet, is het makkelijker om
ze te overtreden.’
Eigen regels werken beter
Daarom zijn regels, waaraan mensen zelf hebben meegewerkt,
volgens Kaptein veel krachtiger dan opgelegde wetten. ‘Die laatste
moeten we eigenlijk tot het absolute minimum beperken.’ zegt hij.
‘En die eigen richtlijnen moeten we ‘laden’ met een uitleg hoe dat
in de praktijk zal werken. Voorbeelden zijn daarbij heel effectief:
‘Dit verstaan we onder een duidelijke weergave van risico’s. En
als je dat doet, bevind je je op oranje of rood terrein.’ Juist het
gesprek over hoe je die regels zal gaan toepassen, maakt ze nuttig
en belangrijk’, aldus Kaptein.
‘En ook hier moeten we blijven herhalen, zowel naar de gebrui­
kers van de regels als naar het publiek, want de boodschap ebt
snel weer weg.’
Kan een vrije keuze van pensioenfondsen het vertrouwen
bevorderen?
‘Dat is maar de vraag. Mensen zoeken altijd naar een bevestiging
van hun eigen keuze. Dus er zou in principe een selffullfilling
prophecy kunnen ontstaan, waardoor ze blij zijn met hun
pensioenfonds. Maar zo’n optie kan ook het vertrouwen in de
sector als geheel ondergraven. Zeker als de toezichthouder
het initieert. Want die vindt het dan schijnbaar nodig om zoiets
ingrijpends te veranderen. ‘Dan zal er wel iets mis zijn’. Zo’n
actie zou alleen als teken van kracht of zelfvertrouwen kunnen
werken, op het moment dat er al veel vertrouwen is. Maar de
praktijk leert dat waar concurrentie toegelaten wordt, het
vertrouwen niet altijd toeneemt.
‘Pensioenfondsen’ is een homogeen begrip: de sector wordt als
één club gezien. Als het pensioenfonds voor artsen belegt in
producten die slecht zijn voor de volksgezondheid, dan wordt de
integriteit van de hele sector daarmee aangetast. Pensioen­
fondsen doen er daarom goed aan om gezamenlijk aan betrouw­
baarheid en degelijkheid te bouwen. Regels kunnen daarbij
zeker helpen. Maar uiteindelijk staat of valt het met ieders
individuele integriteit.’
....
9
de pensioenwereld toen en nu | 15 jaar Blue Sky Group
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
De belangrijkste les die we uit de financiële
crisis hebben getrokken, is dat er een diepe
kloof was ontstaan tussen wat deelnemers
verwachtten en wat pensioenfondsen
kunnen waarmaken.
Joanne Kellerman, Directeur van De Nederlandsche Bank,
onder meer verantwoordelijk voor het toezicht op pensioenfondsen en verzekeraars
Kloof nooit meer laten ontstaan
‘Een van de belangrijkste veranderingen in de afgelopen
vijftien jaar is denk ik geweest dat we een financieel toet­
singskader hebben gekregen. Dat heeft gezorgd voor een veel
grotere transparantie van de daadwerkelijke financiële
positie van pensioenfondsen. In 2007 zijn de nieuwe
Pensioenwet en het financieel toetsingskader uiteindelijk
ingevoerd. Vervolgens barstte na de zomer van 2008 de
kredietcrisis los. Toen was het alle hens aan dek en dankzij
de wet en het kader hadden we een veel scherper beeld hoe
de fondsen er echt voor stonden.
Tijdens de crisis hebben we ons best gedaan om meteen naast
de pensioenfondsen te gaan staan. Het was belangrijk vooral
de rust te bewaren en ervoor te zorgen dat er niet meteen
allerlei verstrekkende maatregelen genomen moesten worden.
De belangrijkste les die we uit de financiële crisis hebben
getrokken, is dat er een diepe kloof was ontstaan tussen wat
deelnemers verwachtten en wat pensioenfondsen kunnen
10
waarmaken. Voor veel pensioengerechtigden kwam het als
volslagen verrassing dat ´tegenvallende beleggingsresultaten´
konden leiden tot het niet indexeren, of zelfs korten van
pen­sioen. Dat wantrouwen is nu trouwens wel doorgeslagen.
We zijn het enige land met duizend miljard opgebouwd
pensioenvermogen, en desondanks denken veel mensen dat
ze later niets krijgen. Daardoor waren de gevolgen verstrek­
kender, en is ook het algemene consumentenvertrouwen
aangetast.
Die kloof mogen we nooit meer laten ontstaan. We moeten
niet méér beloven dan we kunnen waarmaken, en daar
moeten we glashelder over zijn. Ik denk dat er daarvoor ook
een convergentie van pensioenregelingen nodig is, dat het
simpeler moet. Want je kunt alleen dingen duidelijk uitleg­
gen, die in zichzelf ook duidelijk zíjn. Alleen dan kan het
pensioenstelsel duurzaam bijdragen aan economische
stabiliteit en groei.’
....
uitgelicht
Mario Hooghiemstra
Senior Fundmanager Fixed Income
‘Een Libor percentage dat elke maand
weer anders is en meegaat met
de kapitaalmarktrente.’
Leveraged Loans/
Senior Secured Loans
Leveraged Loans –ook Senior Secured Loans genoemd- staan
momenteel in de belangstelling als onderdeel van de vast­
rentende waarden beleggingen. De waarde van leveraged loans
is relatief ongevoelig voor de kapitaalmarktrente -die op dit
moment erg laag is- en tegelijkertijd bieden ze goede diversi­
ficatie­mogelijkheden in de totale asset mix waarin wordt belegd.
De rendement en risico verhou­ding van Leveraged Loans steekt
bovendien gunstig af bij sommige andere beleg­gings­catego­rieën.
Bij het beleggen van grote vermogens is diversificatie belang­rijk
omdat je dan meer spreiding krijgt in het risico en het rende­
ment. Mocht het ergens fout gaan dan wil je dat de verliezen
beperkt blijven en mocht het ergens heel goed gaan dan is het
leuk om daar een graantje van mee te pikken.
Wat zijn Leveraged Loans nou precies?
Leveraged Loans zijn verhandelbare
bedrijfs­­leningen die specifieke beleg­g ings­
karakteristieken hebben. Een van de
belangrijkste karakteristieken is dat deze
leningen hoog in de kapitaalstructuur zitten
van de balans van een bedrijf. Dit betekent
dat als het fout gaat met dit specifieke
bedrijf, de bezitter van deze lening eerder
zijn geld terug krijgt dan andere schuld­
eisers zoals obligatie- of aandeelhouders.
Daarnaast heeft de belegger bescherming
door speciale voorwaarden in de docu­men­
tatie van de leningen. Hierin worden
bijvoor­beeld financiële ratio’s afgesproken
waaraan een onderneming zich dient te
houden. Dit zorgt ervoor dat een bedrijf
goed op zijn huishoudboekje moet passen
en niet te veel geld leent.
Bij een leveraged loan betaalt een bedrijf
een rente die is gebaseerd op een
variabele rente, verhoogd met een van
te voren afgesproken rente opslag.
Een andere belangrijk onderscheidend
kenmerk van leveraged loans is dat er
op de lening een variabele rente wordt
vergoed. De meeste ‘gewone’ obligaties
worden uitgegeven met een vaste coupon­
rente die jaarlijks wordt uitgekeerd. Bij
een leveraged loan betaalt een bedrijf een
rente die is gebaseerd op een variabele
rente, verhoogd met een van te voren
afgesproken rente opslag. Dit laatste wordt
ook wel de credit spread genoemd. De
variabele rente is een Libor percentage dat
elke maand weer anders is en meegaat met
de kapitaalmarktrente.
De risico’s van Leveraged Loans
Elke belegging in een asset brengt risico’s
met zich mee. Enkele van de algemene
risico’s die een belegging in vastrentende
waarden met zich mee brengt zijn: rente­
risico, liquiditeitsrisico, en aflossingsrisico.
Deze zijn ook allemaal van toepassing op
11
uitgelicht
Mario Hooghiemstra
Senior Fundmanager Fixed Income
‘In de laatste 20 jaar hebben
Leveraged Loans gemiddeld genomen
een prima resultaat behaald’
Prioriteit van schuldeisers (van hoog naar laag)
hoog
prioriteit
laag
beleggingen in Leveraged Loans. Daar
komt ook nog het spread risico en het
vervroegde aflossing risico bij. Het eerste
heeft betrekking op de kans dat kre­d iet­
spreads hoger worden, waardoor de lening
minder waard wordt. Dit kan gebeuren als
de resultaten van een specifiek bedrijf
tegenvallen of als de spreads in de kapi­
taal­m arkt oplopen. Het vervroegde aflos­
sing risico heeft betrekking op de voor­
waarden die zijn afgesproken met het
bedrijf bij het aangaan van de lening.
Bedrijven mogen Leveraged Loans meestal
op pari (100%) aflossen. Dit betekent dat
de waarde van deze lening nooit teveel
boven pari uit zal stijgen, omdat er altijd
het risico is dat je deze waardestijging bij
aflossing weer kwijt raakt.
De voordelen van beleggingen in
Leveraged Loans
Leveraged Loans hebben een variabele
coupon, die mee stijgt of daalt met de korte
rente, en zijn daardoor niet gevoelig voor
de stijging van de kapitaalmarkt­rente. De
rente op de kapitaalmarkt is al enige tijd
erg laag waardoor de kans steeds groter
12
Senior Secured Loans = Leveraged Loans
Bedrijfsobligaties en High Yield
Achtergestelde obligaties en second lien loans
Mezzanine obligaties
Preferente aandelen
Aandelen
‘Leveraged Loans hebben een variabele
coupon, die mee stijgt of daalt met
de korte rente, en zijn daardoor niet
gevoelig voor de stijging van de
kapi­taal­­markt­rente’
wordt dat de rente een keer gaat stijgen.
Bij gewone obligaties zal dit leiden tot
koers­verliezen, terwijl leningen met een
varia­bele rente dan nog steeds een positief
resultaat kunnen laten zien. De beleggings–
portefeuille wordt hierdoor minder kwets­
baar voor een mogelijke rentestijging. In
de laatste 20 jaar hebben leveraged Loans
gemiddeld genomen een prima resultaat
behaald waarin slechts in één jaar (2008)
een groot negatief rende­ment werd
gerealiseerd. Dit werd echter in 2009
alweer goedgemaakt met een zeer positief
resultaat. Het gemiddelde rende­ment van
januari 1992 tot augustus 2013 was 6.04%
bij een volatiliteit van 5.46%.
Conclusie
De Leveraged Loans markt is voldoende
ontwikkeld en liquide om binnen een
beleggingsportefeuille een goede diversi­
ficatie te kunnen bieden. De positieve
aspecten zoals de negatieve correlatie met
de kapitaalmarktrente, de plaats in de
kapitaalstructuur gecombineerd met een
lager faillissement percentage en hogere
gemiddelde restwaarde van leningen na
een faillissement, maken van Leveraged
Loans een aantrekkelijke beleggings­
categorie. De afweging tussen rendement
en risico is bij de keuze voor deze
beleggings­categorie ook nu weer weer
doorslaggevend gebleken.
....
de pensioenwereld toen en nu | 15 jaar Blue Sky Group
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
Voor ons zijn er drie sleutelbegrippen:
overzicht, inzicht en actie. Je moet mensen
duidelijke infor­matie geven, zodat ze snappen
hoe ze ervoor staan én zo nodig in actie
komen, zelf of met hulp van een adviseur.
Harman Korte, bestuurslid van de Autoriteit Financiële Markten (AFM)
Overzicht, inzicht, actie
‘Als ik vijftien jaar terugkijk, realiseer ik me hoe pensioen­
onbewust ik toen nog was. Ik werkte bij het ministerie van
Financiën en bouwde pensioen op bij het ABP. Het was een
van de dingen waarover je je geen zorgen maakte. Sterker,
nog kort tevoren vroegen we ons af wat er toch met de
enorme overdekking van de pensioenfondsen moest
gebeuren. Zo ging dat toen.
Sindsdien is er enorm veel veranderd, bijvoorbeeld in het
risicobewustzijn. We zijn veel meer bereid om ook naar
negatieve scenario’s te kijken. Het kan ook tegenzitten, dat
heeft de praktijk van crises, de stijgende levensverwachting
en de steeds rijper wordende pensioenfondsen ons wel
duidelijk gemaakt.
In het toezicht van de AFM op de pensioenfondsen neemt
communicatie een belangrijke plaats in. Het belang van
goede pensioencommunicatie wordt nu alom erkend.
Dat klinkt logisch, maar dat was het vijftien jaar geleden
echt nog niet. Voor ons zijn er drie sleutelbegrippen:
overzicht, inzicht en actie. Je moet mensen duidelijke
informatie geven, zodat ze snappen hoe ze ervoor staan én
zo nodig in actie komen, zelf of met hulp van een adviseur.
Op dat terrein zijn er flinke stappen gezet, bijvoorbeeld
met Mijnpensioenoverzicht.nl en de Pensioendriedaagse.
Maar het kan nog beter. Wat ons betreft gaan we naar een
situatie waarin mensen op een eenvoudige manier aan
financiële levensloopplanning kunnen doen. Dus bijvoor­
beeld inclusief je hypotheekgegevens. Het is nog wel een
flinke uitdaging om alle benodigde informatie bijeen te
brengen, ook wat de privacy betreft. Maar met voldoende
bestuurlijke en politieke wil moet het kunnen.’
....
pensioenbewustzijn
Breed wetenschappelijk
effectiviteit pensioencom
Fotografie: Hanke Arkenbout
‘Pensioenbewustzijn’ staat al jaren op de agenda van pensioen­­
fondsen, de overheid en maatschappelijke organisaties. Ondanks
alle communicatie-inspanningen zijn veel deelnemers nog lang niet
bereid om zich te verdiepen in hun pensioen. Als ze al overtuigd
zijn van het nut, is het nog een grote stap om daadwerkelijk iets te
gaan ondernemen. Annemarie van Hekken richt zicht in haar
promotieonderzoek aan de Radboud Universiteit op de effectiviteit
van de commu­nicatie en op de ervaringen uit andere sectoren.
Annemarie van Hekken, partner
bij Bridgevest en onderzoeker
Radboud Universiteit
Van Hekken, een van de partners bij
Bridgevest – een bureau gespecialiseerd
in pensioencommunicatie- : ‘Steeds weer
komt in de pensioenwereld dezelfde vraag
op tafel: ‘Hoe krijgen we onze deelnemers
betrokken?’ Soms blijkt een strategie suc­
cesvol, maar een volgende keer weer niet.
Ik wilde weten wat de wetenschap zei
over de relatie tussen communicatie van
pensioenuitvoerders en houding en
gedrag van deelnemers. Ik begon met een
literatuuronderzoek, maar hier bleek
nauwelijks onderzoek naar gedaan.’
Bestaand onderzoek ontoereikend
Van Hekken vond wel twee andere typen
onderzoeken. Allereerst onderzoeken die
onder de noemer ‘communicatie’ vallen,
maar daar volgens haar weinig mee van
doen hebben:
14
‘Verschillende onderzoekers hebben
deelnemers een vragenlijst voorgelegd
over pensioen en ze daarna blootgesteld
aan een communicatiemiddel (bijvoor­
beeld een voorlichtings­bijeenkomst).
Daarna moesten de deelnemers dezelfde
vragenlijst opnieuw invullen. De resul­
taten waren zeer wisselend. Doordat in
de onderzoeken niets werd gezegd over
de opbouw of inhoud van de communica­
tie, is het moeilijk de resultaten te analy­
seren. Het lijkt alsof je een black box
onder­zoekt.’
Een tweede categorie onderzoeken vond
Van Hekken in een meer economische
hoek: ‘Daar is en wordt uitgebreid onder­
zoek gedaan naar de vaardigheden van
mensen als het gaat om het nemen van
beslissingen over pensioen. De conclusie
- die ik helemaal deel - is dat mensen
irrationeel zijn. Economen focussen zich
daarom op het voorkomen van verkeerde
beslissingen van deel­nemers. Zij maken
daarbij gebruik van defaults: standaard
opties die steeds meer sophisticated en op
maat zijn. Een voorbeeld is het lifecycle
beleggen in DC-regelingen waarbij het
beleggings­r isico automatisch wordt afge­
bouwd naarmate iemand ouder wordt.
Het aanbieden van defaults is een mooie
ontwikkeling, maar naar mijn mening
geen reden om het onderwerp commu­
nicatie te parkeren. Zelfs de meest intelli­
gente defaults bieden deelnemers geen
garantie voor een toereikend pensioen­
inkomen. Dat kan liggen aan een lage
opbouw, maar ook aan hoge verwachtingen
of een dure levensstijl.’
Wat kunnen we leren van andere
sectoren?
Van Hekken vervolgt: ‘Om een of andere
reden is het voor de pensioenwereld nog
onwennig om alle facetten van commu­
nicatie te benutten. Niet alleen infor­meren,
maar ook motiveren, uitleggen en ‘oplei­
den’ is belangrijk. Bijvoorbeeld in de
gezondheidszorg is al wat meer onder­
zoek gedaan naar de effecten van com­
municatie. Deze onderzoeken wezen uit
dat berichten over gezondheid effectiever
zijn naarmate de urgentie duidelijker is
en de lezer overtuigd wordt van het feit
dat hij zelf iets kan veranderen en dat
die verandering ook daadwerkelijk een
verschil gaat maken. Anti-rookcampagnes
blijken effectiever als zij ook gericht zijn
op het vermogen om te stoppen, in plaats
van alleen op de risico’s van het roken.
In succesvolle filmpjes zag je mensen een
aangeboden sigaret afslaan. In een cam­
pagne over huidkanker werd eerst de
ernst van het gevaar duidelijk gemaakt
en benadrukt dat het iedereen kan tref­
fen. Vervolgens werd er een makkelijke
en goedkope oplossing geboden in de
vorm van zonnebrandcrème. Als laatste
werd duidelijk gemaakt dat deze oplos­
sing echt helpt.’
onderzoek naar
mmunicatie
Kern van het onderzoek
‘Zou wat in gezondheidscommunicatie
effectief is gebleken, ook opgaan voor
pensioen?’ Deze vraag staat centraal in het
promotie­onderzoek van Van Hekken.
Daarbij richt zij zich ook op vragen als:
Draagt een bepaalde vorm van commu­
niceren eraan bij dat deelnemers de
noodzaak voelen en meer zelf­v er­t rouwen
krijgen als het gaat om het volgen van
hun pensioensituatie? En hoe krijg je deel­
nemers zover dat ze daadwerkelijk af en
toe een vinger aan de pols houden en zich
zo een realistisch beeld gaan vormen van
hun toekomstige financiële situatie?’
Het onderzoek maakt gebruik van een
poule van uitvoerders: van grote en kleine
fondsen en van verzekeraars, met ver­
schillende typen pensioenregelingen.
Dit kunnen uitvoerders zijn die zich alleen
aan wettelijk verplichte communicatie
houden en uitvoerders die bij wijze van
spreken alles uit de kast halen. Door
boodschappen te coderen wordt onder­
zocht of de urgentie wordt benadrukt,
plus het nut en het geloof in eigen kunnen.
Het onderzoek analyseert ook de inspan­
ningen van uitvoerders om deelnemers
naar hun eigen pensioensituatie te laten
kijken. Ook wordt ieder jaar een online
enquête uitgevoerd onder deelnemers.
Zo wordt in drie jaar onderzocht of de
communicatie leidt tot het gewenste
gedrag. De invloed van relevante externe
ontwikkelingen en die van onder andere
opleiding, inkomen en leeftijd worden
meegenomen.
Van Hekken: ‘Een spannend onderzoek.
Kunnen we met de uitvoerders genoeg
deelnemers zover krijgen mee te doen aan
de enquête? En bovenal: blijken bepaalde
boodschappen effectief? Het zou voor pen­
sioenuitvoerders echte winst zijn, als zij
weten hoe zij hun communicatiebudget zo
zinnig mogelijk kunnen inzetten. En de
deelnemers niet te vergeten, krijgen dan
aan aanpak die hen echt raakt.’
....
15
de pensioenwereld toen en nu | 15 jaar Blue Sky Group
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
De belangrijkste uitdaging nu is de
enorme verandering van de arbeidsmarkt.
Het is nu tijd om de discussie te voeren
over de plussen en minnen van een
algemene pensioenplicht.
Kick van der Pol, onafhankelijk voorzitter van de Pensioenfederatie
Vertrouwen nog niet terug
‘Vijftien jaar geleden was er blind vertrouwen dat je zeventig
procent van je eindloon kreeg, niemand had het over
stelsel­­­­risico’s en pensioenen stonden hooguit twee keer per
jaar op pagina 14 van de krant. Het blinde vertrouwen heeft
plaatsgemaakt voor grootschalig wantrouwen, jongeren
vrezen dat alle potten leeg zijn als zij met pensioen gaan.
Maar dat is helemaal niet zo. Hoewel de communicatie enorm
is verbeterd, slagen we er nog niet voldoende in om het
vertrouwen terug te winnen en om de enorme prestatie over
het voetlicht te brengen die de sector heeft geleverd. Van
elke 100 euro pensioen is maar 25 euro premie, de rest
komt van beleggingen.
Het is onzin om te zeggen dat de crisis voor een wake-up call
heeft gezorgd, dat het daarvóór allemaal zo slecht was.
Zonder de robuustheid van het stelsel zou de klap veel harder
aangekomen zijn. De sector heeft ook heel beheerst en rustig
gereageerd. Ons risicomanagement behoort wereldwijd tot de
top. In de afgelopen vijftien jaar is de kwaliteit ervan zeer
sterk gestegen, net als de kwaliteit van het besturen. Dat
proces begon al ver vóór deze crisis.
De belangrijkste uitdaging nu is de enorme verandering van
de arbeidsmarkt. Jongeren wisselen veel vaker van dienst­
verband en zij krijgen nauwelijks nog vaste contracten, de
groep zonder cao groeit snel en hetzelfde geldt voor de
zzp’ers. Die laatsten hebben vaak onvoldoende pensioen
geregeld. Dat is een probleem voor henzelf en het kan ertoe
leiden dat ze door hun lagere kosten de werknemers mét
pensioen verdringen. Het is daarom nu tijd om de discussie te
voeren over de plussen en minnen van een algemene
pensioenplicht.’
....
Derde lustrum voor blue sky group
verstandig dat
gekozen is voor een
bij de ‘geboorte’ van Blue Sky Group was
de pensioenuitvoerder een KLM afdeling
zelfstandig bedrijf
de verwachtigingen van de
Blue Sky Group
sloeg de vleugels uit
verzelfstandiging waren
hooggespannen
en ging ook andere
pensioenfondsen
bedienen
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
Eugène van Halder
bestuurslid van
Pensioenfonds
KLM-Cabinepersoneel
2006
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
Paul Griffioen
vicevoorzitter van het bestuur
van Pensioenfonds
Vliegend Personeel KLM
Een mooi bedrijf van vijftien
Vijftien jaar Blue Sky Group. Hoe kijken de aandeelhouders er tegenaan? Twee
van hen aan het woord. Paul Griffioen is vicevoorzitter van het bestuur van
Pensioenfonds Vliegend Personeel KLM, Eugène van Halder is bestuurslid van
Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Hun unanieme conclusie: Blue Sky Group
is uitgegroeid tot een mooie, sterke onderneming.
Terug naar het begin, de ‘geboorte’ van
Blue Sky Group. Paul Griffioen: ‘De
pensioen­u itvoerder was toen een KLMafdeling. Er was een groot contrast tussen
het klassieke technische bedrijf KLM en
een pensioenuitvoerder die vooral in de
financiële wereld opereerde. Voor som­
mige mensen was werken voor de pen­
sioenfondsen een soort strafcorvee. Voor
KLM was het natuurlijk ook geen core
business.’ Eugène van Halder had dan ook
hooggespannen verwachtingen van de
verzelfstandiging: ‘Ik ging uit van een
flinke kwaliteitsimpuls, van een zesje of
een zeventje naar een negen of hoger, met
meer service en ondersteuning. En ik kan
alleen maar zeggen dat dat allemaal is uit­
gekomen. We gingen ook snel naar een
duidelijke, zakelijke klant-leverancier­
relatie gingen, met harde afspraken over
de uitvoering en het serviceniveau.’
Er was in het begin wel wat angst voor
leegloop, herinnert Paul Griffioen zich,
omdat er een terugkeerregeling naar KLM
was. ‘Zelf heb ik die angst nooit zo gehad.
Met de komst van Blue Sky Group kon er
gezocht worden naar goed, gemotiveerd
personeel, mensen die goed konden reke­
nen. Echt dedicated op het gebied van
vermogensbeheer, actuariaat en hoog­
waardige uitvoering. Het is ook verstandig
geweest dat er destijds is gekozen voor
een zelfstandig bedrijf, met de drie KLMfondsen als aandeelhouders en een onaf­
hankelijke voorzitter. Voor ons was het
belangrijk dat we de zeggenschap zouden
houden over ons eigen vermogen.’
Vleugels uitslaan
Blue Sky Group sloeg de vleugels uit en
ging ook andere pensioenfondsen bedie­
nen. Van Halder: ‘We wilden natuurlijk
dat Blue Sky Group blijvende, maximale
aandacht voor de drie KLM-fondsen zou
hebben. De marktbewerking zou kunnen
leiden tot de komst van meer, en wellicht
grotere klanten dan onze eigen KLMfondsen. Dan zou die aandacht in de knel
kunnen komen. Maar dat is niet gebeurd.
Er steeds sprake van beheerste groei en
alle besluiten daarover zijn weloverwogen
17
Derde lustrum voor blue sky group
eisen
De
die aan pensioenfondsen
en pensioenbestuurders worden
gesteld zijn jaar op jaar
flink toegenomen
Blue Sky Group zorgt ervoor
dat wij duurzaam voldoen aan
alle wet- en regelgeving
die vanuit Den Haag
op ons af komt
Blue Sky Group is vandaag
een heel slagvaardige en slimme
organisatie geworden, met zeer
toegewijde mensen
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
Anno 2014 staat
Blue Sky Group voor
kwaliteit, voor meedenken,
voor uitdagen
mooie,
sterke onderneming
uitgegroeid tot een
Een mooi bedrijf van vijftien
bediscussieerd in de Algemene Verga­de­
ring van Aandeelhouders en de Raad van
Commissarissen.’
Paul Griffioen vult aan: ‘Voor sommigen
oogt Blue Sky Group misschien als een
KLM-bedrijf. Maar andere klanten moeten
ze natuurlijk net zo goed volwaardig
behandelen. Die balans weten ze bij Blue
Sky Group goed te vinden. Het is natuurlijk
een vrij unieke situatie: we zijn met z’n
drieën honderd procent eigenaar, het is
onze werkmaatschappij, maar tegelijkertijd
zijn we óók klant. Dat vraagt om duidelijke
afspraken en goede samenwerking. En dat
is ook de praktijk. Tot 1999 was van zo’n
klant-leverancierrelatie weinig te merken;
het was toch allemaal KLM-blauw.’
Meer regels, hogere eisen
Het besturen van een pensioenfonds vergt
veel meer tijd dan vijftien jaar geleden.
Van Halder en Griffioen zijn er allebei al
gauw een tot twee dagen per week mee
bezig. Eugène van Halder: ‘Ik zou het in
mijn agenda’s kunnen opzoeken, maar
18
meer dan een week per jaar was ik vóór
1999 toch niet aanwezig in het gebouw.
Dat is sterk veranderd. Je doet het er
tegenwoordig niet meer bij en dat is goed.’
Paul Griffioen en Eugène van Halder
benadrukken allebei de toegenomen
regeldruk. De eisen die aan uitvoerders,
pensioenfondsen en pensioenbestuurders
worden gesteld zijn jaar op jaar flink toe­
genomen. Griffioen: ‘Tegelijkertijd wil je
compliant zijn én goed administreren én
verstandig beleggen.’ Eugène van Halder
beklemtoont dat de drie KLM-fondsen en
Blue Sky Group elkaar over en weer
scherp houden. ‘Dat is voor mij een van de
sleutels van het succes. Die scherpte is ook
nodig om de komende jaren de kosten te
beheersen. Want we willen natuurlijk wèl
grip houden op de kosten per deelnemer.’
Paul Griffioen is het er van harte mee
eens: ‘Wij sturen nadrukkelijk op de
geleverde kwaliteit, zowel naar deel­
nemers als naar het bestuur. Maar we
willen voor die kwaliteit natuurlijk niet
de hoofdprijs betalen.’
Blue Sky Group nu en straks
De eerste jaren stonden in het teken van
de omvorming naar een zelfstandig bedrijf,
dat zich vooral in kwalitatieve zin moest
waarmaken. Daarna is er, stelt Paul
Griffioen vast, eigenlijk steeds sprake
geweest van gestage groei: ‘Blue Sky Group
is vandaag een heel slagvaardige en
slimme organisatie geworden, met zeer
toegewijde mensen. Een mooi bedrijf, met
een plezierige sfeer.’ En een bedrijf dat
resultaten boekt, voegt Van Halder eraan
toe: ‘De KLM-fondsen staan er goed voor.
Daarvoor zijn de besturen verantwoorde­
lijk, maar Blue Sky Group heeft daaraan
een onmisbare bijdrage geleverd. Anno
2014 staat Blue Sky Group voor kwaliteit,
voor meedenken, voor uitdagen. Ook zorgt
Blue Sky Group ervoor dat wij duurzaam
voldoen aan alle wet- en regelgeving die
vanuit Den Haag en vanuit de toezichthou­
ders op ons af komt. Voor nu is dat een
feit, voor de komende vijftien jaar is dat
een uitdaging.’
de pensioenwereld toen en nu | 15 jaar Blue Sky Group
1999
2019
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2020 2011 2012 2013 2014
2015
2016
2006
2017
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
2016
We kregen de kans om een heel nieuw
management team samen te stellen, mensen van
begin dertig, die bereid waren hun hoofd op het
hakblok te leggen. We kregen namelijk drie jaar
om ons huis op orde te krijgen, te laten zien wat
we konden. En dat hebben we gedaan.
Marijke Reijnders, P&O Manager Blue Sky Group
Trots op wat we hebben bereikt
‘Als ik vijftien jaar Blue Sky Group wil omschrijven, dan
gaat het om drie sleutelbegrippen: dynamiek, ontwikkeling
en sfeer. Tot 1999 was de pensioenuitvoering stoffig, met
een sterk hiërarchische organisatie en een onprettige sfeer.
Voor KLM was pensioenuitvoering geen core business:
wij waren nummer negen van de bedrijfsonderdelen die
werden verzelfstandigd.
We kregen de kans om een heel nieuw management team
samen te stellen, mensen van begin dertig, die bereid
waren hun hoofd op het hakblok te leggen. We kregen
namelijk drie jaar om ons huis op orde te krijgen, te laten
zien wat we konden. En dat hebben we gedaan.
We hebben die eerste jaren keihard gewerkt en kregen ook
veel energie van elkaar. In het begin was het lastig om te
werven, kwaliteit was schaars. We hadden veel gedeta­
cheerden en dan is het moeilijk om er een eenheid van te
maken. Maar we zijn er toch in geslaagd om een stabiele
organisatie te smeden. Sindsdien hebben we steeds veel
tijd en geld gestoken in het opleidingsniveau, en hebben
we goede mensen binnengehaald die zich willen blijven
ontwikkelen. We vinden een goede sfeer heel belangrijk,
met wederzijds vertrouwen. Daar hebben we veel energie
in gestoken. Hier bij Blue Sky Group doen we het sámen,
het is teamwork. Dat vinden we een groot goed. We realise­
ren ons dat we veel van elkaar kunnen leren. We zijn een
platte organisatie, iedereen kan bij elkaar binnenlopen,
tot en met de directeur. Het verloop is laag en hetzelfde
geldt voor het verzuim. Zulke signalen geven aan dat we
op de goede weg zijn. Ik ben dan ook hartstikke trots op
wat we hebben bereikt.’
....
19
gedragscode voor vermogensbeheerders
Zo doen wij dat
De tien geboden voor vermogensbeheerders
Branchevereniging voor vermogensbeheerders
Dufas werkt aan een gedragscode. Wie de code
straks onderschrijft, verbindt zich onder meer
aan hoge kwaliteit en een eerlijke handelswijze.
Dat biedt duidelijkheid voor de aangesloten
organisaties, maar ook voor de buitenwereld.
Algemeen directeur Hans Janssen Daalen
vertelt over nut en noodzaak van deze code.
De moraal van het verhaal
Hans Janssen Daalen
Die ‘vanzelfsprekende’ welvaart bezorgt
pensioenfondsen dilemma’s, weet Janssen
Daalen. “Want wat wil een deelnemer van
zijn pensioenfonds? Moet het bovenal een
goed rendement maken of mensenrechten
steunen? En als het mensenrechten moet
steunen, accepteert hij dan ook een even­
tuele korting op zijn pensioen? We willen
wel ethisch verantwoord zijn, maar we
moeten er niet te veel last van hebben.
‘Ik kan alvast zeggen
dat de code kort, krachtig
en toegan­kelijk voor
iedereen zal worden’
‘Het lijkt erop dat de economische crisis
op zijn retour is”, begint hij. “Gelukkig.
Maar wie denkt: ‘Zo, dat hebben we gehad,
nu kunnen we weer verder waar we in
2008 gebleven waren, heeft het mis.
De maatschappij is namelijk essentieel
aan het veranderen.
De solidariteit staat onder druk en
jongeren kijken heel anders aan tegen
zekerheden en bezit dan de generaties
voor hen. Ze zijn vaker bezig met het
verbeteren van hun wereld en minder
met groei en geld. Er is daarin soms een
zekere hypocrisie te bespeuren, want
menigeen laat verbeteringen het liefst
door anderen uitdragen.
20
Pensioenfondsen hebben ook niet zo maar
een antwoord op dit soort vraagstukken
en kijken naar hun vermogensbeheerders.
Die moeten steeds meer maatwerk leveren
om aan die uiteenlopende wensen te
kunnen voldoen zonder dat dit te veel
rendement en risico kost. Op een dag is
die rek er natuurlijk uit. En dan hebben
de pensioenfondsen en hun vermogens­
beheerders het verprutst.
Het sentiment ten aanzien van de hele
financiële sector is negatief. Zowel in de
politiek als bij het publiek. Wij hebben
specifiek het imago van vermogens­
beheerders laten onderzoeken door Boer
en Croon en door Deloitte. De uitkomsten
waren kritisch. In het algemeen zien we
dat teleurstellingen en frustraties over
de crisis en de hele financiële sector ook
op het bordje van de vermogens­beheer­
ders terecht zijn gekomen. Terecht of
onterecht: het zijn sedimenten van zaken
die in de afgelopen jaren niet goed zijn
gegaan en daar hebben we nu last van.
We willen daar iets aan doen en de rol
van vermogensbeheerders in de maat­
schappij duidelijker profileren. Hoe en
op welke wijze is iets wat wij met onze
leden overleggen. Een van de concrete
zaken waarmee wij ons profiel willen
verbeteren, is met een ‘Code Vermo­gens­
beheer’. Met de Dufas-code proberen we
twee doelen te bereiken:
1A
an alle betrokken partijen uitleggen
wat vermogensbeheerders nu precies
doen, hoe zij werken en waarin zij zich
onderscheiden. Vermogensbeheerders
zijn nooit zo op de voorgrond getreden.
Maar onbekend is vaak automatisch
onbemind. Daarom moeten we ons nu
duidelijker profileren.
2D
uidelijk maken aan onze klanten, wat
ze van ons mogen verwachten en
waarop ze ons mogen afrekenen. Wat is
vanzelfsprekend bij vermogensbeheer?
Zo dragen we bij aan het fenomeen van
de ‘educated client’, die weet wat erbij
komt kijken om samen een lange en
succesvolle relatie op te bouwen.
duid
ondu
wantrouwen
vertrouwen
consistent
inconsistent
gij zult...
‘Als we het hebben over ‘eerlijk zaken doen’
dan heeft iedereen daar een beeld bij’
Inhoud: no nonsense!
We werken nu nog aan het concept, dat
hopen we voor de zomer af te hebben.
Ik kan alvast zeggen dat de code kort,
krachtig en toegankelijk voor iedereen zal
worden. Tien duidelijke stellingen, die we
kort toelichten. Als we het hebben over
‘eerlijk zaken doen’, dan heeft iedereen
daar een beeld bij. De inhoud zal gericht
zijn op eerlijkheid, kwaliteit, transparantie
(o.a. over kosten) en begrijpelijke infor­
ma­t ie­v erschaffing. Alle gedragsregels zijn
gebaseerd op het creëren van een lange
en degelijke relatie. Daar is vertrouwen,
duidelijkheid en een consistente kwaliteit
voor nodig.
‘Ethics make you a better capitalist’.
Het Dufas-logo gaat dus werken als een
soort keurmerk. Nu zijn er natuurlijk al
eindeloos veel keurmerken, die vaak
papieren tijgers blijken. Om te zorgen dat
de code werkelijk betekenis krijgt, willen
we een tuchtrecht verbinden aan
eventuele schendingen van de gedrags­
normen. Daarbij kun je denken aan de
werkwijze van de Orde Van Advocaten.
Stel dat iemand onjuist omgaat met
gevoelige informatie van zijn klant, dan
bepaalt een tuchtcollege of en welke
sancties er moeten volgen. Op die manier
kunnen werknemers in dienst van
vermogensbeheerders in persoon worden
aangesproken op hun gedrag. Financiële
instellingen zelf staan natuurlijk ook
onder toezicht van DNB en AFM, die
eveneens sancties aan de onderneming
kunnen opleggen.
Beloning.
De werkwijze van Dufas-leden moet
nadrukkelijk gericht zijn op een
langetermijnrelatie met de klant. Dat
houdt in dat de samenwerking voor beide
partijen een goede toegevoegde waarde
moet hebben. De ene partij streeft naar
het leveren van hoogstaand werk met
goede rendementen binnen vooraf
overeengekomen risicokaders. De andere
partij houdt de relatie scherp en betaalt
een redelijke prijs voor de geleverde
diensten. En wat een redelijke prijs is, is
een kwestie van goede marktwerking,
vraag en aanbod. Dat is moeilijk van
bovenaf vast te stellen. Vermogensbeheer
is een zeer internationale markt met
diepgaande expertise en veel specialis­
men. In ieder geval wordt veel duidelijker
hoe het verdienmodel in elkaar zit, zodat
goede vergelijking mogelijk is. Het
pensioenfonds ziet: dit kost het mij, en dit
krijg ik ervoor terug. De vermogens­
beheerder moet een helder beeld schetsen
van de mogelijke risico’s, rendementen en
kosten van de verschillende beleggings­
mogelijkheden. Positief én negatief. Veel
beheerders werken gelukkig nu al zo. Op
deze manier denken we bij Dufas de
kwaliteit te kunnen waarborgen en het
vertrouwen in de sector stap voor stap
weer te kunnen opbouwen.
....
gij zult...
I
II
II I
IV
V
delijk
idelijk
VI
VI I
V III
IX
X
resultaat
mislukt
transparant
ondoorzichtig
kwantiteit
kwaliteit
21
‘We proberen de cijfers te
voorzien van de juiste context,
zodat ze beter te duiden zijn
’
DUIDING
In de wandelgangen -Geeske Vlaming
Mensen maken het verschil. In de rubriek ‘In de wandelgangen’
stellen we de medewerkers van Blue Sky Group graag aan u voor.
Na een aantal jaren bij All Options, een handelshuis
in opties, koos Geeske Vlaming ruim een jaar geleden
voor een baan als Hoofd Performance & Risk bij
Blue Sky Group. Maar wat doet haar afdeling nu
precies? En welke thema’s zijn actueel op de werkvloer?
Hoe ziet een dag op de afde­­­
ling Performance & Risk er uit?
‘Dat hang heel erg van de
periode af. Het begin van
elke maand is druk omdat
we dan de rapportages voor
de opdrachtgevers moeten
opleveren. Als het ook nog
het begin is van een nieuw
kwartaal, dan is het met z’n
vijven echt hard werken om
alle cijfers op orde te krijgen.
De overige periodes checken
we of de beleggingen en trans­
acties voldoen aan de afspra­
ken die met klanten zijn
gemaakt en analyseren we
cijfers. Ook zijn we altijd bezig
met het verbeteren van onze
methodes en processen.’
Cijfers?
‘Zoals de naam van onze
afde­ling al doet vermoeden
houden, wij ons bezig met
Performance en Risk. In het
22
geval van Performance meten
we als het ware de prestaties
van de verschillende
pensioenfondsen waar Blue
Sky Group voor werkt. We
meten en rapporteren over
de beleg­­g ingsrendementen.
Verder evalueren we de
keu­zes die door de pensioen­
fondsbesturen en de afdeling
Beleggingen zijn gemaakt.’
En wat doen jullie op het
gebied van Risk?
‘Ook voor het onderdeel Risk,
meten en rapporteren we
over de risico’s die onze
verschillende klanten lopen.
Daarnaast checken we of de
afdeling Beleggingen binnen
de met de klanten afgesproken
budgetten blijft. Als er vanuit
de afdeling beleggingen
bijvoorbeeld een trans­actie
wordt voorgesteld, checken
wij eerst of die transactie past
binnen de risicolimieten die
door het fonds zijn gesteld.’
Wat zijn actuele thema’s
voor jullie?
‘Integraal risicomanagement
is een thema dat op dit
moment erg speelt. Dat
betekent dat we alle risico’s
in onderlinge samenhang
bekijken. Daarnaast is het
belang van goed risico­
management de laatste jaren
steeds duidelijker geworden.
Daarom willen we risico­
management binnen onze
afdeling en bij onze klanten
ook beter op de kaart zetten.
Als er bijvoorbeeld sprake is
van een kleine afwijking in
de cijfers, wordt direct om
uitleg gevraagd.
Dat maakt het werk ook zo
inte­r essant, vind ik. We zijn
niet alleen bezig met het
oplepelen van cijfers, we
proberen de cijfers ook te
voorzien van de juiste context,
zodat ze beter te duiden zijn.’
Wat vindt je het leukste aan
jouw werk?
‘De verhalen achter de cijfers
vind ik leuk. Maar ook de
interactie die ik heb met de
pensioenfondsen en het
risicomanagement
‘Integraal
is een actueel thema’
Voor één van onze klanten,
het Pensioenfonds KLMCabinepersoneel, zijn we
druk bezig om dit onderdeel
handen en voeten te geven.’
En verder?
‘Ik merk dat er vanuit de
besturen steeds meer behoef­
te is aan diep­g ravende data.
sparren met andere afdelin­
gen binnen Blue Sky Group,
spreken mij enorm aan.
Verder vind ik het leuk om
mijn afdeling zo goed moge­
lijk te runnen en ervoor te
zorgen dat we ons blijven
ontwikkelen.’
....
15 jaar Blue Sky Group, de pensioenwereld toen en nu
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011 2012
2013
2014
2015 2016 2017 2018
In die vijftien jaar is de pensioenwereld
ingrijpend veranderd. Pensioenen zijn
dagelijks in het nieuws, en helaas bijna nooit
positief. Maar ik houd staande dat we een
uitstekend stelsel hebben.
Ton Krol, voorzitter van de Raad van Commissarissen van Blue Sky Group
Intensieve relatie is onze kracht
‘Ik ben sinds de oprichting van Blue Sky Group eerst zeven
jaar onafhankelijk voorzitter geweest van de drie KLM-pen­
sioenfondsen, en ik ben nu acht jaar voorzitter van de Raad
van Commissarissen. In die vijftien jaar is de pensioenwereld
ingrijpend veranderd. Pensioenen zijn dagelijks in het
nieuws, en helaas bijna nooit positief. Daar zou ik als
deel­nemer ook onzeker van worden. Maar ik houd staande
dat we een uitstekend stelsel hebben. De Nederlandse
pensioenfondsen hebben samen twee keer het bruto
nationaal product aan pensioenvermogen op de plank liggen.
Dat doet vrijwel geen land ter wereld ons na.
In diezelfde vijftien jaar is de oprichting van Blue Sky Group
een gouden greep gebleken. We kregen de mogelijkheid om
meer klanten aan te trekken en daardoor moesten we steeds
opnieuw laten zien dat we kwaliteit konden leveren. Tegelijk
met die groei is ook onze professionaliteit zeer sterk
gestegen, daar is hard aan gewerkt. Dat is ook nodig als
je kijkt naar de eisen die klanten en de externe toezicht­
houders, zoals DNB en AFM, aan ons stellen.
We zijn een geweldige organisatie, met een enorm betrokken
team. En dat vinden wij niet alleen, ook de buitenwereld
spreekt met respect over de kwaliteit van onze dienst­
verlening. Je merkt dat ook bij de werving van nieuwe
mensen: de hooggekwalificeerde kandidaten staan in de rij.
En wie binnenkomt, blijft lang.
Al onze klanten rekenen terecht op onze volle aandacht.
Die intensieve relatie is juist onze kracht. Daarom kiest Blue
Sky Group terecht ook voor selectieve groei, het moet geen
fabriek worden. Want we willen de beste uitvoerder zijn, én
de leukste om voor te werken.’
....
23
Blauw heeft heel veel betekenissen, maar staat wat Blue Sky Group betreft voor e­ nergie.
Ook in de lucht. De lucht is blauw omdat de stofdeeltjes en de moleculen van de damp­kring
de blauwe straling weerkaatsen zodat die wordt verstrooid. Dat gebeurt alleen met het
blauwe licht: de stralen met de kortste golflengte en de hoogste energie.
leveraged loans
kostenverschillen
rendement en risico
deelnemers
diversificatie
risicobeheersing
portefeuillesamenstelling
libor percentage
asset mix
kapitaalmarktrente
rendement
integriteit
Blue Sky Group
Postbus 123, 1180 AC Amstelveen
T (020) 426 62 66
E [email protected]
www.blueskygroup.nl
24