Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen

Zorg
bij aambeien,
diarree, verstopping
en wormen
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Aambeien
Inhoud
Aambeien3
Klachten en symptomen
3
Oorzaken
3
Wanneer arts raadplegen
4
Voorkomen van aambeien
5
Wat kun je zelf doen
5
Geneesmiddelen
6
Diarree7
Klachten en symptomen
7
Oorzaken
7
Wanneer arts raadplegen
8
Voorkomen van diarree
9
Wat kun je zelf doen
9
Geneesmiddelen
10
Verstopping11
Klachten en symptomen
11
Oorzaken
11
Wanneer arts raadplegen
13
Voorkomen van verstopping
14
Wat kun je zelf doen
14
Geneesmiddelen
15
Aambeien zijn uitgerekte en opgezette bloedvaatjes, die zich in een kluwen in het kanaal voor de
anus bevinden. Als het kluwen is uitgezakt, spreken
we van uitwendige aambeien.
Klachten en symptomen
Het eerste symptoom van aambeien is vaak een geringe hoeveelheid ‘vers’ bloed op de ontlasting en last
van afscheiding, irritatie en jeuk.
Oorzaken
Factoren die het ontstaan van aambeien kunnen bevorderen:
• Een moeilijke stoelgang
Door de harde ontlasting en door langdurig persen
ontstaat er een beschadiging van de bloedvaatjes in
de uitgang van de anus (het anale kanaal).
• Langdurig op het toilet zitten
Door verslapping van de bekkenbodemspier
vermindert de ondersteuning van het weefsel
rondom de bloedvaatjes, waardoor deze kunnen
uitzetten en afzakken.
• Diarree
Door veelvuldige en vaak met kracht passerende
ontlasting kunnen de bloedvaatjes beschadigen.
• Het ouder worden
Door slijtage van het weefsel rondom de
bloedvaatjes.
• Zwangerschap
Door verslapping van het elastisch weefsel of door
obstipatie.
Wormen16
Soorten wormen
16
Wanneer arts raadplegen
18
Voorkomen van wormen
18
Geneesmiddelen
19
2
3
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Wanneer moet je een arts raadplegen
Hoe zijn aambeien te voorkomen
Naast aambeien kunnen ook fissuren, fistels of andere
aandoeningen in het darmkanaal symptomen geven die
lijken op die van aambeien. Het is daarom van groot
belang dat je contact opneemt met jouw huisarts:
• als de klacht al langer dan drie weken bestaat;
• als er bloed in de ontlasting zit;
• bij verlies van meer dan enkele druppels bloed,
gecombineerd met het bekend zijn met aambeien;
• bij een uitpuilende aambei, die niet teruggeduwd
kan worden;
• bij ernstige pijn;
• bij een plotselinge of geleidelijke verandering in het
stoelgangpatroon, die gepaard gaat met pijn;
• bij klachten over buikpijn, een opgeblazen gevoel en
braken;
• bij frequent optreden van remsporen in de broek;
• bij een drukkend gevoel of loze aandrang.
Verstopping werkt het ontstaan van aambeien in de
hand. Je kunt verstopping voorkomen (en daarmee de
kans op aambeien verkleinen) door vezelrijke voeding
te eten en veel te drinken (zes tot acht glazen per dag).
Dagelijks bewegen door sporten of wandelen is nuttig.
Ga verder onmiddellijk naar het toilet wanneer je aandrang voelt. Blijf niet te lang op het toilet zitten en probeer niet te persen. Was na de stoelgang de anus met
lauw water zonder zeep. Gebruik voor het droogmaken
een zachte handdoek of zacht toiletpapier.
Sommige mensen reageren gevoelig op prikkelende
stoffen zoals alcohol, scherpe kruiden, koffie, koolzuurhoudende dranken of chocolade. Probeer in dit
geval het gebruik hiervan te beperken of te vermijden.
4
5
Wat kun je er zelf aan doen
• Zorg voor een zachte ontlasting.
• Gebruik geen vochtig of gekleurd toiletpapier.
• Draag katoenen ondergoed.
• Gebruik geen inlegkruisjes.
• Niet krabben.
• Neem regelmatig een warm bad (dit zorgt ervoor
dat de anus zich ontspant en het bestrijdt tevens
de klachten als branderigheid, pijn en jeuk rond de
anus).
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Geneesmiddelen
Bij geringe klachten kun je het beste kiezen voor een
zalf of een zetpil met alleen een beschermende stof.
Als de aambeien gepaard gaan met jeuk en pijn kun je
kiezen voor een zalf of een zetpil met een plaatselijk
verdovende stof.
Alle zalven (eventueel met behulp van een inbrenghuls)
en zetpillen worden ’s morgens, ’s avonds en na iedere
ontlasting gebruikt. Breng zetpillen met de punt naar
voren in de anus. Bevochtig ze eventueel met water,
zodat ze beter glijden. Vraag eventueel naar vingercondooms. Deze zijn handig en hygiënisch bij het
inbrengen van een zetpil.
Diarree
Bij een verstoring van de spijsvertering kan diarree
ontstaan. De darmwand neemt minder vocht op
waardoor de ontlasting dun wordt.
Klachten en symptomen
Diarree is een dunne, waterige ontlasting die gepaard
kan gaan met buikkramp en braken. Soms ook met
koorts. In ernstige gevallen van diarree wordt veel
vocht verloren. Meestal gaat diarree na één of twee
dagen vanzelf over, maar soms duurt het langer.
Oorzaken
Als je ondanks de verandering in je voedingspatroon
toch last blijft houden van harde ontlasting, kun je
gebruikmaken van vezel- of volumevergrotende preparaten. Voor informatie over deze producten en het
gebruik ervan kun je terecht bij jouw Kring-apotheek.
Gebruik niet onbeperkt of zonder advies laxeermiddelen om je ontlasting zachter te maken.
Als de klachten langer dan drie weken aanhouden of
verergeren neem dan contact op met je arts.
Acute diarree wordt meestal veroorzaakt door virussen of bacteriën. Deze komen het lichaam binnen door
besmet water of besmet voedsel. Ook kun je besmet
worden door contact met iemand die diarree heeft.
Chronische diarree kan het gevolg zijn van een ontsteking in de dikke darm, een spijsverteringsstoornis of
een infectie door wormen of bacteriën. Ook misbruik
van laxeermiddelen kan chronische diarree tot gevolg
hebben.
Soms wordt diarree veroorzaakt door het gebruik van
een nieuw geneesmiddel. De darmen moeten hier dan
aan wennen. De diarree is dan van tijdelijke aard.
Let op: Door diarree kan het lichaam minder goed
geneesmiddelen uit de darm opnemen, met als gevolg
een verminderde werking van die geneesmiddelen. Een
voorbeeld hiervan is de verminderde werking van de
anticonceptiepil. Jouw Kring-apotheek kan je hierover
meer informatie geven. Ook wanneer je plastabletten,
anti-epileptica, digoxine of lithium gebruikt of wanneer je
suikerziekte hebt, is het verstandig om met jouw arts of
apotheker te overleggen.
6
7
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Wanneer moet je een arts raadplegen
Hoe is diarree te voorkomen
Je doet er goed aan een arts te raadplegen in de volgende gevallen:
• als je last hebt van chronische diarree langer dan 2
weken;
• als de diarree waterdun is en langer dan drie dagen
aanhoudt;
• als de diarree gepaard gaat met bloed- en
slijmverlies, koorts, ernstig braken, sufheid,
verwardheid, niet meer plassen of voortdurende
buikpijn;
• bij het vermoeden van uitdroging;
• bij het vermoeden van een bijwerking van een
geneesmiddel;
• bij diarree afgewisseld met verstopping gedurende
enkele weken.
Hygiëne is een goede voorzorg tegen diarree. Was
daarom de handen na elk toiletbezoek of luierwisseling. Daarnaast is het verstandig groente en fruit goed
te wassen en eventueel te koken. In bepaalde streken
in het buitenland kun je beter geen kraanwater drinken. In zulke gebieden dien je ook voorzichtig te zijn
met onverpakt consumptie-ijs en frisdrank, salades,
ongeschild fruit en rauw voedsel. Verder kun je in het
algemeen beter geen vette maaltijden nuttigen.
Zuigelingen met diarree moeten altijd door een arts
worden onderzocht. Bij kinderen jonger dan 2 jaar moet de
diarree binnen 12 uur verminderen. Bij ouderen boven de
70 jaar moet de diarree binnen 24 uur verminderen, zeker
als men plastabletten gebruikt. Als dit niet het geval is, is
het verstandig een arts te raadplegen.
Heb je diarree en kom je net terug van een reis rond de
Middellandse Zee of een andere ‘verre’ bestemming, dan
kan er sprake zijn van reizigersdiarree door een bacterie.
Ook dan kun je het beste contact opnemen met je huisarts.
8
Wat kun je er zelf aan doen
Er is geen behandeling waardoor diarree sneller overgaat. Het is belangrijk dat je meer drinkt dan gewoonlijk om uitdroging te voorkomen. Drink iedere keer
wanneer je waterige ontlasting hebt gehad een glas
water of andere drank. Als je ook overgeeft is drinken
extra belangrijk. Drink niet teveel tegelijk maar neem
iedere vijf tot tien minuten een klein beetje. Zodra het
overgeven minder wordt kun je geleidelijk wat grotere
hoeveelheden gaan drinken.
Bij buikkrampen kan een warme kruik verlichting
bieden.
In principe mag je alles eten (bij voorkeur licht verteerbaar voedsel), waarin je trek hebt en wat verdragen
wordt. Kleine porties en calorierijk voedsel zijn vaak
het beste. Omdat ontbijtkoek, karnemelk, stroop,
zuidvruchten en sinaasappelsap laxerend werken, kun
je deze voedingsmiddelen beter niet gebruiken als je
diarree hebt.
Zorg verder voor voldoende hygiëne, was de handen
zorgvuldig na elk toiletbezoek of luierwisseling en
voor het eten of koken.
9
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Geneesmiddelen
Geneesmiddelen om de ontlasting te stoppen worden
eigenlijk afgeraden. Deze middelen versnellen de genezing niet. Alleen in noodgevallen (bijvoorbeeld omdat
je op reis gaat) kun je loperamide nemen waardoor de
ontlasting minder vaak komt. Dit mag hooguit twee
dagen gebruikt worden, maar niet als er ook sprake is
van koorts of bij kleine kinderen. Loperamide bevattende preparaten mogen tijdens de zwangerschap of
bij het geven van borstvoeding uitsluitend op advies
van een arts worden gebruikt.
Bij hevige diarree verliest het lichaam veel vocht,
waardoor het risico ontstaat op uitdrogen. Dit kan
gevaarlijk zijn. Je kunt met ORS-poeder een speciaal
drankje maken om uitdroging tegen te gaan. ORS is
een oplossing van mineralen en suikers in water. Het
drankje stopt de diarree niet. Door de juiste verhouding van suikers en mineralen nemen de darmen het
water direct op. Het is verkrijgbaar in poedervorm
of als bruistablet. Voor de juiste dosering kun je het
schema op de bijsluiter raadplegen. Het is belangrijk
dat de op de verpakking vermelde hoeveelheid water
wordt gebruikt om het poeder of de bruistablet in op
te lossen.
Het toevoegen van suiker of vruchtensap verbetert de
smaak maar vermindert de effectiviteit.
Verstopping
Bij verstopping of obstipatie blijft de ontlasting te
lang in de dikke darm. U heeft daardoor last van
een uitblijvende, moeilijke, harde, pijnlijke of trage
ontlasting.
Klachten en symptomen
Verstopping uit zich vaak in (buik)pijn en in een
opgeblazen gevoel. Het is hierbij een misverstand te
veronderstellen dat iedereen dagelijks ontlasting moet
hebben. Ieder mens heeft een eigen ritme. Sommige
mensen hebben dagelijks ontlasting, anderen een paar
keer per week.
Oorzaken
Een kortdurende verstopping is geen reden tot paniek.
Het is niet ongewoon of verontrustend als je enkele
dagen geen ontlasting hebt.
Verstopping is een klacht die verschillende oorzaken
kan hebben. Verstopping kan bijvoorbeeld optreden
tijdens de eerste dagen van een reis, bij verandering in
de voeding of tijdens een ziekte waarbij bedrust moet
worden gehouden. Ook tijdens de zwangerschap, na
een bevalling of tijdens een vermageringsdieet kan
sprake zijn van kortdurende obstipatie. In al deze gevallen moet het lichaam zich aanpassen aan de nieuwe
situatie, wat enkele dagen kan duren.
Een langdurige obstipatie kan wel een probleem zijn.
Deze vorm van verstopping kan ontstaan door verkeerde voeding, te weinig lichaamsbeweging, het gebruik
van vochtafdrijvende middelen en te weinig vochtopname. Als mensen depressief zijn of overdreven aandacht
schenken aan hun stoelgang, kunnen ze eveneens last
krijgen van langdurige obstipatie. Obstipatie kan ook
het gevolg zijn van een ziekte, zoals een verminderde
werking van de schildklier, aandoeningen aan de
darmen, suikerziekte of een bijwerking van sommige
geneesmiddelen.
10
11
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
De spijsvertering is een onbewust en spontaan verlopend
proces. Als je veel bezig bent met je ontlastingspatroon
en dit wilt beïnvloeden, kan dit een averechtse uitwerking
hebben. Hoe meer je nadenkt over je stoelgang, des te
moeizamer zal deze verlopen. Hierdoor loop je het risico in
een vicieuze cirkel terecht te komen. Het is belangrijk deze
cirkel te doorbreken.
Er is geen reden voor paniek of voor behandeling als
de ontlasting enige dagen uitblijft. Pas als je klachten
krijgt, zoals pijn of druk in de buik kun je maatregelen
overwegen. Ga ook niet meteen laxeermiddelen gebruiken,
maar probeer de oorzaak op te sporen. Deze is vaak te
vinden in jouw drink-, eet- en leefgewoontes.
12
Wanneer moet je een arts raadplegen
• Bij kinderen die niet reageren op voedingsadviezen
of laxerende limonadesiroop.
• Als het ontlastingspatroon veranderd bij
gelijkblijvende leefstijl.
• Als na twee weken vezelrijk dieet, voldoende
lichaamsbeweging en vochtinname de klachten niet
verdwijnen.
• Bij regelmatig terugkerende problemen met de
ontlasting.
• Bij pijnlijke buikkrampen, opgeblazen gevoel,
misselijkheid of overgeven.
• Als er slijm of bloed bij de ontlasting zit.
• Als verstopping en diarree elkaar afwisselen.
• Als je het vermoeden hebt dat de verstopping door
medicijnen wordt veroorzaakt.
• Als het gebruik van een laxeermiddel niet binnen
enkele dagen effect heeft.
• Als er mogelijk sprake is van een aambei of
scheurtje in de anus.
13
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Hoe is verstopping te voorkomen
Geneesmiddelen
Verstopping is te voorkomen door vezelrijk voedsel te
eten en door voldoende te drinken. Voor volwassenen
geldt minstens twee liter vocht per dag. Probeer regelmatig te eten en kauw je voedsel goed. Zorg ook voor
voldoende lichaamsbeweging. Als je meer vezelrijk
voedsel gaat gebruiken, zal het maagdarmkanaal hieraan moeten wennen. Je kunt de eerste tijd last krijgen
van winderigheid.
Zelfs als je al enige dagen geen ontlasting hebt, is dit
geen reden tot behandeling. Je hoeft pas maatregelen
te nemen als je klachten hebt (pijn, druk, opgeblazen
gevoel).
Als ondanks vezelrijke voeding de stoelgang niet beter
wordt, kun je eventueel een laxeermiddel gebruiken. ­
Een nadeel hiervan is geestelijke en lichamelijke
gewenning. Je darmen worden lui. Het laxeermiddel
wordt zo een noodzaak om ontlasting te produceren.
Ga zodra je aandrang voelt naar het toilet en neem
hiervoor rustig de tijd. Het ophouden van ontlasting
kan ervoor zorgen dat de ontlasting hard wordt met
verstopping tot gevolg.
Wat kun je er zelf aan doen
Het is gezond om vezelrijke voeding te eten. Dit werkt
prikkelend op de darmen en bevordert daardoor de
stoelgang. Vezelrijke producten zijn volkoren-, rogge-,
bruin-, krenten- en rozijnenbrood. Ook grove graanproducten zoals gort, havermout, boekweit, muesli,
tarwekiemen en zemelen zijn rijk aan vezels. Dit geldt
ook voor zilvervliesrijst, dadels, vijgen, noten, pinda’s,
sesam- en maanzaad en peulvruchten (witte en bruine
bonen, kapucijners en linzen). Gedroogde en geweekte
zuidvruchten als abrikozen, krenten, pruimen, rozijnen
en tutti frutti zijn eveneens vezelrijk.
Sommige voedingsmiddelen kunnen een laxerende
werking hebben. Voorbeelden hiervan zijn karnemelk,
yoghurt, stroop, ontbijtkoek, vocht van geweekte zuidvruchten, rozenbottelsiroop of sinaasappelsap.
Als je last van overgewicht hebt, kun je beter geen noten,
pinda’s, dadels, vijgen, stroop en ontbijtkoek eten. Deze
voedingsmiddelen bevatten namelijk veel calorieën.
14
Gebruik een laxeermiddel daarom nooit langer dan enkele
dagen zonder doktersadvies.
Gebruik ook geen laxeermiddelen als u last heeft van
hevige buikpijn, waarvan de oorzaak niet bekend is.
Er is een groot aanbod van laxeermiddelen. Indien je
regelmatig terugkerende klachten hebt, waarbij een
aanpassing van je eet- en leefgewoontes niet voldoende helpt, kun je in eerste instantie zemelen of een
ander vezelrijk product gebruiken. Hierbij is het belangrijk dat je voldoende drinkt. Deze producten geven
nauwelijks kans op gewenning. Voor incidentele klachten kun je bisacodyl of lactulose gebruiken. Bisacodyl
mag niet langer dan een dag of drie gebruikt worden.
Bij een pijnlijke ontlasting kan een kleine klysma met
een middel dat de ontlasting zachter maakt of bisacodyl als zetpil uitkomst bieden.
Het gebruik van andere laxeermiddelen zoals sennaproducten (laxerende kruidenthee), glijmiddelen met
paraffine en wonderolie worden afgeraden. Deze middelen
geven veel bijwerkingen zoals darmkrampen en kunnen
een tekort aan vitaminen veroorzaken.
Kinderen mogen alleen laxeermiddelen gebruiken in
overleg met een arts. Lactulose heeft dan de voorkeur.
15
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Wormen
Zweepworm
Wormen zijn parasieten, die voorkomen in de darmen of de weefsels. De levenscyclus van de worm
bestaat uit drie fasen: het ei, de larve en de worm.
Besmetting kan plaatsvinden van dier op dier, van
mens op mens en van mens op dier of omgekeerd.
Soorten wormen en klachten
De meest voorkomende wormen in Nederland zijn de
aarsmade, de lintworm, de spoelworm en de zweepworm.
De zweepworm (bleekgeel/wit van kleur) is aan het
voorste deel dun en aan het achterste deel dik. De
lengte bedraagt drie tot vijf cm en de worm is indirect
afkomstig van een (huis)dier. Besmetting vindt plaats
via de ontlasting van het dier in aarde of grond. Zweepwormen nestelen zich in de darm en in een vochtige
omgeving ontwikkelen de eitjes zich. De kleine ovale
eitjes zijn terug te vinden in de ontlasting. De zweepworm leeft twee weken als men zich niet opnieuw
besmet. Zweepworminfecties geven zelden klachten.
Vanwege de huidige goede hygiëne komen infecties
door zweepwormen in Nederland en België bijna niet
voor.
Aarsmade
De aarsmade (bleekgeel/wit van kleur) is een kleine
worm (0,5-1 cm) die vaak bij kinderen voorkomt. De
wormen houden zich op in het onderste deel van de
dunne darm en bij de blinde darm. Ze hebben een levensduur van circa acht weken en zijn kommavormig.
De eitjes bevinden zich op de huid van de anus. De
eitjes van de aarsmade kunnen buiten het lichaam (bijvoorbeeld in kleren, in stof of onder de vingernagels)
lang in leven blijven. Besmetting vindt plaats via de
vingers, doordat de eitjes zich vastkleven aan voorwerpen in de leefomgeving (bed, bank, speelgoed) en door
voedsel. De aarsmade veroorzaakt jeuk rond de anus
of rond de schaamlippen.
Lintworm
De lintworm komt voor in het voorste deel van de
dunne darm en kan vijf tot tien meter lang worden. De
worm bestaat uit platte segmenten, die met het blote
oog te zien zijn in de ontlasting. De embryo’s en larven
van de lintworm ontwikkelen zich in het spierweefsel
van een rund of varken. De lintworm is herkenbaar aan
zijn hoekige rijstkorrelvorm. Besmetting vindt plaats
door het eten van besmet rauw, of niet goed doorbakken vlees. De lintworm veroorzaakt soms buikklachten,
diarree en een licht gewichtsverlies.
Spoelworm
De spoelworm (bleekgeel tot roze roodachtig van
kleur) is 15-40 cm lang en bevindt zich in de dunne
darm. Besmetting vindt plaats door het eten van onvoldoende gewassen rauwe groente of fruit en kan vage
buikklachten, diarree of verstopping veroorzaken.
Besmetting met honden- of kattenspoelwormen, opgedaan in zandbak, tuin of plantsoen kan in zeldzame
gevallen koorts, buikpijn en prikkelhoest veroorzaken.
16
17
Zorg bij aambeien, diarree, verstopping en wormen
Wanneer moet je een arts raadplegen
Geneesmiddelen
Het is raadzaam een arts te raadplegen bij een
lintworminfectie en bij aanhoudende klachten van
vermoeidheid. Als een worminfectie niet overgaat na
goede hygiënische maatregelen en wanneer tweemaal
een kuur is gevolgd, is het ook raadzaam een arts te
raadplegen. Kinderen onder de twee jaar en zwangere
vrouwen dienen bij een worminfectie naar de huisarts
te gaan.
De behandeling van een worminfectie met behulp van
geneesmiddelen dient altijd in combinatie met een
goede hygiëne te gebeuren.
In de tropen komen ook andere worminfecties voor, waarbij
soms alleen eitjes in de ontlasting komen. Geef het dus
altijd door aan je huisarts als je de klachten hebt gekregen
na terugkeer van je vakantiebestemming.
Hoe kun je wormen voorkomen
Hygiëne is de belangrijkste voorzorgsmaatregel bij het
voorkomen van worminfecties.
Besmetting met de lintworm voorkom je door geen
rauw of niet goed doorbakken vlees te eten. Spoelwormen zijn te voorkomen door groente en fruit goed te
wassen.
Hygiënische maatregelen zijn:
• de vingernagels zo kort mogelijk houden en
schoonmaken;
• de handen en bips regelmatig wassen (handen in elk
geval wassen voor en na het slapen, voor het eten,
na het spelen en na wc-bezoek);
• deurknoppen, wc-bril, kastdeuren en speelgoed
dagelijks schoonmaken;
• beddengoed, ondergoed en nachtkleding op
minimaal 60 graden wassen;
• leefruimte iedere dag stofzuigen;
• ondergoed en handdoeken dagelijks verschonen.
18
Aarsmaden
Aarsmaden worden behandeld met mebendazol: direct
een tablet en na 14 dagen weer een.
Deze behandelwijze is nodig omdat de ontwikkeling
van ei tot larve veertien dagen duurt. Indien in een
gezin meer dan één persoon besmet is, is het verstandig alle gezinsleden te behandelen. Bij jeuk die zeer
hardnekkig is, kan het insmeren van de bilnaad met
vaseline verlichting bieden. Trek kinderen een strakke
onderbroek aan zodat ze niet zo makkelijk kunnen
krabben.
Spoel- en zweepwormen
Spoel- en zweepwormen worden ook behandeld met
mebendazol, maar in een dosering van tweemaal
daags één tablet gedurende drie dagen. Indien nodig
kun je deze kuur na drie weken herhalen.
Wanneer de klachten blijven aanhouden, is het raadzaam een arts te raadplegen.
Zwangere vrouwen en kinderen onder de twee jaar kunnen
beter geen mebendazol gebruiken. Bij hen kunnen
hygiënische maatregelen soms afdoende zijn, maar als het
effect uitblijft, moet overlegd worden met een arts.
19
Meer weten?
Deze folder is onderdeel van een serie
informatiefolders, die wordt uitgegeven door
Kring-apotheek BV. De teksten van deze folder
zijn ook via internet beschikbaar op
www.kring-apotheek.nl.
Wil je meer weten over dit onderwerp, jouw
gezondheid of de geneesmiddelen die je gebruikt?
Kom dan gerust eens langs bij Kring-apotheek. Wij
zijn je graag van dienst. Ook voor geneesmiddelen
die je zonder recept koopt, is het raadzaam te laten
controleren of ze samengaan met eventuele andere
geneesmiddelen die je al gebruikt. Geef het gebruik
van deze zogeheten zelfzorgmiddelen dan ook altijd
door bij jouw apotheek.
2013a