16 Stad & Regio vrijdag 16 mei 2014 VAN NATURE DS Jacques van der Neut schrijft in Van Nature over opvallende waarnemingen in de natuur. Hij werkt als boswachter in De Biesbosch. Daarnaast is hij een verwoed natuurfotograaf. Het koppel zeearenden in de Brabantse Biesbosch heeft twee grote jongen. Afgelopen week werden ze geringd. Zo’n klus is echter gemakkelijker gezegd dan gedaan. Om bij het gigantische nest te komen moet je eerst halsbrekende toeren uithalen. ‘Dit nest lag op ongeveer 18 meter.’ JACQUES VAN DER NEUT www.boswachtervanderneut.nl Ditgrutmoetjegoedvolgen DORDRECHT | Bij het klim- en klau- terwerk van Ronald in ’t Veld, medewerker beheer Zuid-Hollandse Eilanden bij Staatsbosbeheer, gaat het de ene keer om een buizerd of een havik en de andere keer om een jonge slechtvalk. ,,Voor slechtvalken worden in hoogspanningsmasten en op koeltorens nestkasten geplaatst. Om daar bij te komen, loop ik meestal buitenlangs, via een trap of zoiets. Sommige kasten hangen wel 125 meter hoog.’’ Bij zo'n klusje kun je hoogtevrees dus missen als kiespijn. ,,Daar heb ik totaal geen last van. Om bij het nest van die zeearend in De Biesbosch te komen, moest ik anders te werk gaan. Je zou het kunnen beschouwen als ambachtelijk klimmen, dus met een tuig, een stel stijgijzers en fliplijnen.’’ N Verbaasd kij- ken de twee jonge zeearenden op vanaf het nest. De ouders cirkelden aanvankelijk boven het nest, maar verdwenen na verloop van tijd uit beeld. De angst bestond even dat ze niet terug zouden keren. Bouwwerken Nesten van zeearenden kunnen uitgroeien tot formidabele bouwwerken, zeker als die jaren achtereen worden gebruikt. Volgens In ’t Veld was het nest 2 meter in doorsnee. De hoop hout zat verankerd in de mik (een gevorkte boomstam) met een hoogte van ongeveer 1,20 meter. Er was nauwelijks sprake van een nestkom. Voor een klimmer vormt de nestrand een obstakel. ,,Dat is het zeker. Ik moest mijn voet op een dikke tak in de mik zien te wurmen en mijn fliplijnen steeds beurtelings verpakken, waarbij ik tevens moest zorgen dat ik gezekerd bleef. Ik moet je bekennen, dat ik het op sommige momenten niet breed had.’’ Toen In ’t Veld op het nest kwam, trof hij diverse prooiresten aan: zes meerkoeten (waarvan een intact), een jonge grauwe gans, zes wintertalingen, twee krakeenden, een slobeend, een volwassen muskusrat, de kop van een snoekbaars en veel schubben (vermoedelijk van brasems). Hier en daar slingerden wat resten van postduiven. Aan een tak bevestigde In ’t Veld een katrol, waaraan hij een dubbele lijn vastmaakte. Stuk voor stuk gingen de jonge zeearenden in een jute zak, waarna ze beneden werden geringd. Zo’n jonge vogel wordt gewogen, gemeten en er worden wat veren verzameld voor dna-onderzoek. Bovendien wordt het geslacht bepaald. Zo’n ringsessie heeft heel wat voeten in de aarde. Op diverse plekken in Europa worden deze machtige roofvogels geringd. Het aantal terugmeldingen is echter gering. Levert dat ringen dan nog zo veel FOTO’S RONALD IN ‘T VELD, ROB VAN DER MADE EN THOMAS VAN DER ES Z Zo te zien liet dit ‘Biesboschjong’ zich zonder al te veel protest ringen. N Ronald in ’t Veld op weg naar het nest. nieuwe inzichten op? ,,De Nederlandse populatie is in opbouw,’’ stelt Thomas van der Es, boswachter bij Staatsbosbeheer in De Biesbosch. ,,Het is belangrijk om de Dat landen op het nest slaagde overigens pas de vierde keer –Rob van der Made ontwikkeling vanaf het begin te volgen en goed te documenteren. Bovendien zijn alle jonge exemplaren op deze manier individueel herkenbaar en dat komt goed van pas bij de vondst van bijvoorbeeld dode vogels.’’ Zo vertelt Van der Es het verhaal van een opgelapte zeearend die vorig jaar in De Biesbosch werd uitgezet. Kort daarop dook de vogel op in het Lauwersmeergebied en recent verbleef dezelfde zeearend op de noordpunt van Texel. ,,Mede dankzij de ontwikkelingen op digitaal gebied is de herkomst van zo’n vogel tegenwoordig relatief eenvoudiger te achterhalen dan voorheen.’’ Alle Nederlandse zeearenden krijgen een zwarte metalen ring (met een witte inscriptie) en een oranje kleurring. Jonge zeearenden worden gewoonlijk geringd als zij 32 of 33 dagen oud zijn. Het loopbeen heeft zich dan al dusdanig ontwikkeld, dat de boel met een ring niet meer wordt afgeklemd. Tijdens het ringen van de twee jonge zeearenden cirkelden de ouders boven het nestgebied, maar verdwenen daarna geleidelijk uit beeld. Het gevoel dat de ouders niet bij de jongen terugkeerden, bleef bij Rob van der Made, een collega van Van der Es, knagen. Dezelfde avond keek Van der Made op grote afstand door een telescoop naar het nest en zag de beide jongen in de weer, maar de ouders waren in geen velden of wegen te bekennen. De volgende ochtend was Van der Made weer present en tuurde naar het nest, maar ook nu geen spoor van de ouders. Volgens Van der Made zouden de beide vogels in de tussentijd best bij het nest kunnen zijn geweest. Ze worden nu eenmaal niet 24 uur per dag geobserveerd. Rond het middaguur beleefde Van der Made pas zijn finest hour. Plotseling verscheen er een volwassen zeearend bij het nest, maar door de harde wind had het beest veel moeite met landen. Tranen ,,Mijn gevoel op dat moment kan ik moeilijk beschrijven, ik kreeg er zonder te overdrijven, bijna tranen van in mijn ogen. Het voelde euforisch. Dat landen op het nest slaagde overigens pas de vierde keer, hij waaide alle kanten op. Een bijzonder spectaculair gezicht! De vogel bracht een behoorlijk ‘uitgeklede’ vis, ik zag eigenlijk alleen maar een brok roze gekleurd vlees. De jongen trokken allebei aan een darm en kropen zo geleidelijk naar elkaar toe. Het tafereel deed me gelijk denken aan de bekende spaghettiscène uit Lady en de Vagebond, een verhaal dat ik regelmatig op dvd met mijn jonge kinderen bekijk,’’ zegt Van der Made glimlachend. VLIEGENDE DEUR Kolos in de lucht De lengte van een volwassen zeearend is zo'n 70 tot 92 centimeter, de vleugelspanwijdte bedraagt ongeveer 200 tot 250 centimeter en het gewicht varieert van ongeveer 3 tot 7 kilo. Vanwege deze kolossale afmetingen noemen vogelaars zo’n bakbeest ook wel vliegende deur. Sinds 2006 broedt de zeearend weer in Nederland. Tot en met 2013 zijn er op vier broedlocaties (Oostvaardersplassen, het Roggebotzand, het Lauwersmeer en De Biesbosch) 21 jongen uitgevlogen, waarvan er 14 van een metalen ring en een opvallende oranje kleurring werden voorzien. ’s Winters zwerven de jonge vogels er lustig op los. Z Een vissende zeearend. FOTO JACQUES VAN DER NEUT
© Copyright 2024 ExpyDoc