Vacature voor het ambt van adjunct-directeur (M/V) in het Don Boscocollege te Hechtel Met ingang van 1 september 2014 is er een vacature voor het ambt van adjunctdirecteur in het Don Boscocollege, Don Boscostraat 72, 3940 Hechtel. De kandida(a)t(e) beantwoordt aan het volgende profiel: - hij/zij is in het bezit van een diploma bachelor (GLSO) of master (GHSO); - hij/zij is bereid te werken aan de realisatie van de doelstellingen die beschreven staan in de ‘Opdrachtverklaring van het Katholiek Onderwijs’ en in het opvoedingsproject ‘In Dialoog met Don Bosco’. - hij/zij beschikt over de competenties die nodig zijn om deze functie te kunnen vervullen volgens de functiebeschrijving én in de geest van het pedagogisch project van het Don Bosco Onderwijscentrum. Als bijlage vindt u de functiebeschrijving van het te begeven ambt. Kandidaturen, vergezeld van een uitgebreid curriculum vitae en een motivering, moeten ten laatste op 28 februari 2014 via brief én e-mail toekomen bij de voorzitter van de inrichtende macht: De Heer Toon Boone voorzitter inrichtende macht Don Boscolaan 15 3050 Oud-Heverlee [email protected] De ingezonden kandidaturen zullen met alle discretie behandeld worden. De selectieprocedure bestaat uit twee delen: een schriftelijke proef en een sollicitatiegesprek. De kandidaten zullen tijdig uitgenodigd worden. vzw Don Bosco Onderwijscentrum E-mail [email protected] Don Boscolaan 15 3050 Oud- Heverlee Tel. 016 29 00 48 Fax 016 2954 53 FUNCTIEBESCHRIJVING SECUNDAIR ONDERWIJS ADJUNCT-DIRECTEUR School Scholengemeenschap Personeelslid Evaluatoren Vooraf Functiebeschrijvingen en functioneringsgesprekken maken deel uit van een integraal personeelsbeleid en hangen samen met een cultuur van inspraak, betrokkenheid en participatie. Functioneringsgesprekken bieden aan de inrichtende macht de kans om hun waardering uit te drukken voor de prestaties van de leden van het directieteam. Deze gesprekken zijn een belangrijke communicatielijn tussen inrichtende macht en directie en vormen tevens een uitstekende gelegenheid om een sterkte-zwakte analyse van de school te maken. De functioneringsgesprekken zijn daarom een cruciaal onderdeel in het traject van personeelsbegeleiding. Deze functiebeschrijving doet geen afbreuk aan de rechten en de plichten opgenomen in de arbeidsovereenkomst en in de documenten die met de arbeidsovereenkomst een ondeelbaar geheel vormen zoals de opdrachtverklaring van het katholiek onderwijs, het opvoedingsproject het algemeen reglement van het katholiek gewoon en buitengewoon kleuter-, lager en secundair onderwijs met uitzondering van het volwassenen- en deeltijds kunstonderwijs, het arbeidsreglement en andere wettelijke bepalingen in de mate dat zij bepalingen bevatten die verband houden met de uitvoering van de arbeidsovereenkomst. ‘Adjunct-directeur’ is een ambt. In deze functiebeschrijving wordt deze term gebruikt voor zowel man als vrouw. 1 A Algemene omschrijving van de functie De adjunct-directeur staat onder het gezag van de directeur. Hij is lid van het directieteam en bepaalt mee het beleid van de school. De adjunct-directeur werkt vanuit het opvoedingsproject. Daarin vindt hij de omschrijving van het mensbeeld van waaruit hij werkt, van de opvoedingsdoelen en de typisch salesiaanse opvoedingsstijl met de volgende kenmerken: 1 communicatief De adjunct-directeur is spontaan in de omgang: hij is aanspreekbaar en beschikbaar, stelt zich uitnodigend op voor leerlingen en personeelsleden en neemt zelf initiatief in het leggen van contacten. Hij maakt tijd vrij om te luisteren naar het verhaal van een leerling of een personeelslid en tracht de boodschap achter het verhaal te begrijpen. Deze spontane omgang van de adjunct-directeur wordt blijvend gedragen door de waarden uit het opvoedingsproject. De adjunct-directeur kent die waarden, leeft ze voor en durft er met leerlingen en personeelsleden over in gesprek gaan. 2 assisterend De adjunct-directeur bouwt aan een gezag dat gebaseerd is op respect, vertrouwen en preventief optreden. Hij werkt aan een vertrouwensrelatie met zijn personeelsleden en leerlingen. Daartoe gedraagt hij zich authentiek, trouw en correct. Hij is hartelijk in de omgang met leerlingen, collega’s en andere schoolbetrokken partners. Hij slaagt erin zijn liefde voelbaar te maken. Hij is redelijk in wat hij eist, kan omgaan met regels en met de onvolkomenheden van anderen. 3 evangelisch bewogen Het evangelie is de bron waaruit de salesiaanse pedagogie vorm krijgt. De adjunct-directeur is drager en behoeder van het opvoedingsproject in de stijl van Don Bosco. Hij leeft de christelijke waarden voor en durft getuigen van zijn christelijk geloof. Door mee te werken aan schoolpastorale activiteiten zoekt hij creatief mee naar wegen om de salesiaanse spiritualiteit te concretiseren. Vanuit deze evangelische bewogenheid kiest hij resoluut voor de meest kwetsbare leerlingen. Hij roept personeelsleden op om jongeren die extra aandacht nodig hebben de nodige kansen te geven. Bij de realisatie van dit opvoedingsproject werkt de adjunct-directeur samen met de Pedagogische Begeleidingsdienst en Don Bosco Vorming & Animatie. De - opdracht van de adjunct-directeur kan betrekking hebben op de volgende domeinen: het algemeen beleid; het pastoraal beleid; het pedagogisch-didactisch beleid; het personeelsbeleid; het logistiek beleid; het preventiebeleid; het extern communicatiebeleid. 2 B Specifieke omschrijving van de functie 0 Algemeen beleid De adjunct-directeur is, samen met de directeur, verantwoordelijk voor de organisatie en de coördinatie van de opdrachten waarvoor de inrichtende macht de directeur een mandaat gegeven heeft. Naargelang van het organogram van de school neemt de adjunct-directeur voor bepaalde deelaspecten de (eind)verantwoordelijkheid op zich. Zijn precieze opdracht wordt uitgetekend en neergeschreven in overleg met de directeur op basis van de deskundigheid van beiden (complementariteit). Daar waar hij een eindverantwoordelijkheid draagt, vervallen in het vervolg van de tekst ‘(mede)’ en ‘(mee)’. 0.1 prioriteiten op korte termijn Voor de deelaspecten waarvoor de adjunct-directeur de (eind)verantwoordelijkheid draagt, stelt hij prioriteiten, die hij geregeld bijstuurt op basis van tussentijdse evaluaties. 0.2 prioriteiten op lange termijn Voor de deelaspecten waarvoor de adjunct-directeur de (eind)verantwoordelijkheid draagt, heeft hij een uitgeschreven langetermijnplanning en een uitgewerkt stappenplan. Hij evalueert geregeld in overleg met alle betrokkenen en past aan indien nodig. 1 Pastoraal beleid De adjunct-directeur is (mede)verantwoordelijk voor de pastorale animatie op school. Daarbij draagt hij permanent zorg voor de christelijke identiteit en de realisatie van het salesiaanse opvoedingproject. Bij de realisatie van deze doelstellingen heeft hij oog voor 1.1 de eerbied en de eigenheid van iedere mens De adjunct-directeur gaat respectvol om met alle participanten in het schoolgebeuren en probeert het beste in hen naar voren te halen. Hij respecteert de eigenheid van collega’s en leerlingen. Hij duldt geen enkele vorm van negatieve discriminatie op school. 1.2 de aandacht voor de kansarmen in zijn school De adjunct-directeur heeft oog voor de kansarmoede bij de leerlingen. Hij kiest resoluut voor de meest kwetsbare jongeren. Hij zorgt ervoor dat wie extra aandacht nodig heeft, die ook krijgt. Hij streeft ernaar om ook die jongeren maximale ontplooiingskansen te geven. 1.3 de bekommernis voor de integrale ontplooiing van elke medewerker en elke leerling De adjunct-directeur heeft aandacht voor elke mens in zijn totaliteit. Hij voert een beleid waarin personeelsleden en leerlingen alle aspecten van hun persoon aan bod kunnen laten komen. Hij bevestigt de sterke kanten van leerlingen en medewerkers en doet er een beroep op. 3 1.4 de openheid voor God De adjunct-directeur maakt de religieuze dimensie van het opvoedingsproject bespreekbaar, leeft de christelijke waarden voor en getuigt van zijn christelijk geloof. Hij roept iedereen op om het religieuze en de christelijke waarden een plaats te geven. 1.5 een cultuur van barmhartigheid en vergevingsgezindheid De adjunct-directeur is hartelijk in de omgang: hij kan passend omgaan met straffen en belonen. Hij durft eigen fouten erkennen en is bereid om anderen nieuwe kansen te geven. In de omgang met zijn medewerkers laat hij zich niet leiden door persoonlijke spanningen en meningsverschillen. 1.6 de ondersteuning van de pastoraal-salesiaanse werking De adjunct-directeur stelt prioritair middelen ter beschikking ter ondersteuning van de pastoraal-salesiaanse werking. Hij bevestigt deze medewerkers in hun engagement en neemt zelf actief deel aan de pastoraal-salesiaanse werking. Hij ziet erop toe dat de pastoraal-salesiaanse animatie geïntegreerd wordt in het geheel van het beleid. 2 Pedagogisch-didactisch beleid De adjunct-directeur is (mede)verantwoordelijk voor het pedagogisch-didactisch beleid van de school in al zijn aspecten: 2.1 planning en schoolorganisatie De adjunct-directeur werkt, in overleg met het directieteam, een degelijke planning en schoolorganisatie uit. De planning wordt geconcretiseerd in het schoolwerkplan. Daardoor kan de opvoeding en de vorming van jongeren optimaal en continu gebeuren en verloopt de werking van de school vlot en in een goed werkklimaat. De adjunctdirecteur bewaakt de planning en stuurt ze bij indien nodig. 2.2 zorg voor leerlingenbegeleiding De adjunct-directeur organiseert (mee) de leerlingenbegeleiding, zowel individueel als in groep. Hij volgt de leerlingenbegeleiding op en stuurt ze bij indien nodig. Hij ondersteunt de leerlingenbegeleiders en werkt mee een aantal instrumenten uit om leerlingen met individuele noden te begeleiden. Hij verzet zich tegen ongenuanceerde uitspraken over leerlingen. 2.3 onderwijskundig beleid De adjunct-directeur heeft inzicht in de leerplannen en de eindtermen. Hij creëert kansen, ook materiële, om de (vakoverschrijdende) eindtermen en ontwikkelingsdoelen en de doelstellingen van het leerplan te realiseren. Hij stimuleert de vakgroepwerking en volgt ze op. Hij heeft aandacht voor documenten van de leraren (jaarplannen, schoolagenda, lesvoorbereidingen,…). Hij stimuleert leraren tot onderwijsvernieuwing en volgt de implementatie ervan op. 4 2.4 gezag De adjunct-directeur geeft leiding en spreekt met gezag. Hij treedt consequent op naar personeelsleden en leerlingen toe. Hij ondersteunt personeelsleden in hun gezag. 2.5 communicatief en participatief beleid De adjunct-directeur bewaakt een goede communicatie tussen de personeelsleden onderling, tussen de personeelsleden en de leerlingen, tussen de personeelsleden en de ouders. Hij voert een participatief en transparant beleid en bouwt mee aan een overlegcultuur in de school. Hij ondersteunt de decretale overleg- en adviesorganen. In zijn communicatie met de leden van het directieteam is hij open en loyaal. 2.6 nascholingsbeleid De adjunct-directeur volgt (mee) het nascholingsbeleidsplan van de school op. Hij stimuleert personeelsleden om vakgebonden en vakoverschrijdende nascholingen te volgen. Hij volgt zelf de nodige nascholingen. Hij heeft bijzondere aandacht voor de salesiaanse vorming van beginnende personeelsleden. Hij stimuleert alle personeelsleden om zich blijvend salesiaans te bekwamen. 3 Personeelsbeleid De adjunct-directeur is (mede)verantwoordelijk voor het personeelsbeleid en de zorg voor het personeel. Bijzondere aandacht gaat naar de aanwerving, de begeleiding en de evaluatie van beginnende personeelsleden. 3.1 werkklimaat De adjunct-directeur is spontaan in de omgang met de personeelsleden. Hij bevestigt hen in hun taak en creëert een aangename werkomgeving. 3.2 selectie en aanwerving De adjunct-directeur is (mede)verantwoordelijk voor de selectie en aanwerving van personeelsleden in een wervingsambt. Hij handelt hierbij conform de contractuele en wettelijke bepalingen. Indien hij de eindverantwoordelijke is, stelt hij een selectiecommissie samen. Tijdens de sollicitatiegesprekken peilt hij naar de vakkennis, de didactische en pedagogische opvattingen en bekwaamheid en de gelovige instelling van de kandidaten. Bij de aanwerving houdt hij rekening met deze criteria en pleegt hij overleg met de leden van de selectiecommissie. Hij besteedt extra aandacht aan de selectie en de aanstelling van een leraar godsdienst. Hij leeft hiervoor de bijzondere bepalingen na die door de bisschoppen werden bepaald. 3.3 zorg voor en begeleiding van nieuwe personeelsleden Personeelsbeleid omvat ook personeelszorg. In afspraak met de directeur zorgt hij ervoor dat de nieuwe personeelsleden bij hun aanstelling niet alleen de nodige documenten, maar ook voldoende informatie krijgen over de school en de interne werking en duidt hij voor elk beginnend personeelslid een persoonlijke begeleider aan. Dezelfde zorg draagt hij voor leraren-stagiairs en de personeelsleden in een LIO-baan. Hij zorgt voor een efficiënte stagemogelijkheid en een degelijke begeleiding. 5 3.4 evaluatie van personeelsleden De adjunct-directeur stelt een functiebeschrijving op in overleg met elk personeelslid waarvan hij de eerste evaluator is. Met elk hem toegewezen personeelslid dat aangesteld is voor bepaalde duur houdt hij tenminste éénmaal per jaar een functioneringsgesprek en op het einde van het schooljaar een evaluatiegesprek. Hij brengt bij de hem toegewezen leraren jaarlijks tenminste twee klassenbezoeken. Met de personeelsleden aangesteld voor doorlopende duur en met de vastbenoemde personeelsleden waarvan hij de eerste evaluator is, houdt hij minimum om de vier jaar een functionerings- en een evaluatiegesprek. Tijdens de evaluatie gaat een bijzondere aandacht naar de salesiaanse manier van omgaan met de leerlingen en de collega’s. 4 Logistiek beleid De adjunct-directeur is (mede)verantwoordelijk voor een financieel verantwoord logistiek beleid. 4.1 opvolging van de reglementering De adjunct-directeur zorgt er (mee) voor dat de regels van de overheid, de inrichtende macht en de school correct toegepast worden. Hij volgt (mee) de administratieve reglementering op; hij draagt (mee) de verantwoordelijkheid voor het schooldossier, het personeelsdossier, het leerlingendossier en het dossier preventie en bescherming op het werk. Hij stimuleert zijn medewerkers om alle documenten verzorgd en tijdig te bezorgen aan de bevoegde diensten. 4.2 kennis van de financiële en materiële toestand De adjunct-directeur is (mede)verantwoordelijk voor het financieel en materieel beleid. Hij stelt desgevallend een financieel comité samen dat, in overleg met het overkoepelend FICO, de begroting opmaakt en aan budgetbeheer en –opvolging doet. 4.3 zorg voor de juiste aanwending van de middelen De adjunct-directeur bewaakt (mee) het nodige evenwicht in zijn financieel beleid: hij heeft een duidelijk prioriteitenplan voor de uitgaven, bevraagt zijn medewerkers over hun noden en houdt rekening met hun bemerkingen binnen de grenzen van de hem toegestane begroting. 4.4 zorg voor het patrimonium en de uitrusting De adjunct-directeur draagt mee de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het masterplan. Hierbij blijft hij binnen de grenzen van de begroting. 5 Preventiebeleid 5.1 opvolging van de reglementering en de richtlijnen van de inrichtende macht De adjunct-directeur neemt het preventiebeleid op school ernstig. Hij gedraagt zich loyaal t.o. de preventieadviseur en het CPBW en houdt rekening met hun suggesties. Hij voorziet (mee) de nodige investeringen om in orde te zijn met de regelgeving. 6 5.2 het welbevinden van leerlingen en personeel De adjunct-directeur brengt het personeel en leerlingen de nodige verantwoordelijkheidszin bij. Hij brengt het welbevinden van personeelsleden en leerlingen regelmatig ter sprake en neemt initiatieven om dit welbevinden te vergroten. Hij steunt de vertrouwenspersoon van de school. 6 Extern communicatiebeleid De adjunct-directeur staat (mee) in voor het overleg met externe partners. Hij draagt zorg voor het onderhouden van contacten met diverse instanties en voor het imago van de school. Deze zorg houdt de volgende aspecten in: 6.1 zorg voor onthaal De adjunct-directeur heeft oog voor een verzorgde toegang tot de school, staat iedereen vriendelijk te woord en ontvangt de mensen hartelijk. Hij heeft aandacht voor interne bewegwijzering in het gebouw en coacht de verantwoordelijken voor het onthaal. 6.2 externe relaties De adjunct-directeur onderhoudt goede contacten met vertegenwoordigers uit de onderwijswereld, de socio-economische en de culturele sector, de bedrijfswereld (stageplaatsen), de lokale gemeenschap en de lokale overheid. 6.3 onderwijspartners De adjunct-directeur onderhoudt goede contacten met zijn collega’s-directeurs. Hij levert een constructieve bijdrage in de scholengemeenschap. Hij bouwt mee een netwerk uit met externe partners (ouders, CLB, oud-leerlingen, gewezen personeelsleden, basisscholen,…). 6.4 publiciteit De adjunct-directeur voert (mee) een goed doordacht en financieel verantwoord publiciteitsbeleid, heeft aandacht voor de uniformiteit in lay-out en een correct taalgebruik in alle publicaties van de school en zorgt ervoor dat er een aantrekkelijke en permanent geactualiseerde website is. 6.5 contact met de pers en de media De adjunct-directeur onderhoudt, in samenspraak met de directeur, goede contacten met de pers en de media. Hij bereidt die contacten grondig voor. Hij streeft ernaar om steeds een positief beeld van de school op te hangen in de pers. C Geïndividualiseerd gedeelte Dit deel van de functiebeschrijving omvat alle verantwoordelijkheden die verband houden met een specifieke rol of opdracht. De evaluatoren en het personeelslid leggen samen vast welke concrete opdrachten in de individuele functiebeschrijving worden opgenomen. ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………………………………… 7 Persoons- en ontwikkelingsgerichte doelstellingen Naar aanleiding van een functioneringsgesprek en/of een evaluatiegesprek kunnen de evaluatoren en de adjunct-directeur afspraken maken over het toekomstig functioneren van de adjunct-directeur en over de werk- of aandachtspunten waardoor hij zijn functioneren nog kan verbeteren. Dergelijke werk- of aandachtspunten worden aan deze individuele functiebeschrijving toegevoegd. De afspraken kunnen ook verwoorden welke vorm van ondersteuning de evaluatoren aanbieden aan het personeelslid of welke nascholing het personeelslid kan volgen. De eerste doelstelling van een functiebeschrijving is immers een positief en constructief beleidsinstrument te zijn. Datum: De evaluatoren Het personeelslid 8
© Copyright 2024 ExpyDoc