Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014

Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Inhoudsopgave
Inleiding5
Deel I: Het Veiligheidshuis Haaglanden: wat doen we en hoe werkt het?
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
6
1.Algemeen
1.1 Een Veiligheidshuis voor heel Haaglanden
1.2 De functie van het Veiligheidshuis
1.3 Doelstelling en visie
1.4 Ontwikkelingen in de werkomgeving
1.5 De Partners
1.6 Focusaanpak van het Veiligheidshuis
1.7 Veiligheidshuis als expertisecentrum
1.8 Instroom en selectie casuïstiek
2.Organisatiestructuur
3. Werkproces Veiligheidshuis
3.1. Werkproces ‘Wegen’
3.2. Werkproces ‘Focusoverleg’
3.3. Werkproces ‘Groepsaanpak’
7
7
7
7
8
8
9
9
9
11
13
13
14
14
Deel II: Speerpunten 2014
16
1.Algemeen
2. Prioriteiten gemeenten in 2014
3. Welke casuïstiek behandelt het Veiligheidshuis Haaglanden in 2014?
4. Systeemgericht werken in het Veiligheidshuis
5. Investeren in samenwerking
5.1 Het team Veiligheidshuis versterken!
5.2 Eén aanspreekpunt voor regiogemeenten in het Veiligheidshuis
5.3 Rol van de regiogemeenten in 2014
5.4 Professionalisering van de communicatie
5.5 Versterking expertisefunctie
5.6 Drie decentralisaties
5.7 Samenwerking in de Eenheid Den Haag
6.Financiering
7. Begroting 2014
17
19
21
25
27
27
27
28
29
29
29
30
31
31
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
3
Inleiding
Voor u ligt het Jaarplan 2014 van het Veiligheidshuis
Haaglanden. Dit Jaarplan bestaat uit twee delen.
Het eerste deel bestaat uit een beschrijving van
de doelstellingen, de taken, de organisatie en de
werkwijze van het Veiligheidshuis Haaglanden.
In het tweede deel wordt beschreven wat de
belangrijkste plannen en aandachtspunten voor
het jaar 2014 zijn.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
5
1. Algemeen
1.1 Een Veiligheidshuis voor heel
Haaglanden
Deel I:
Het Veiligheidshuis Haaglanden:
wat doen we en hoe werkt het?
Het Regionale Veiligheidshuis Haaglanden is begin 2013 ontstaan als doorontwikkeling van het
Veiligheidshuis Den Haag, dat in 2009 is opgericht.
De gemeenten van de regio Haaglanden1 hebben
besloten samen één veiligheidshuis te vormen. De
gemeente Den Haag is aangewezen als centrumgemeente2. De regiogemeenten hebben elk een eigen
lokale kamer: een organisatorisch verband waarin zij
de lokale aanpak van criminaliteit en overlast vorm
geven. Gemeenten bepalen zelf hoe die lokale kamer
er uit ziet. Zowel de lokale kamers van de gemeenten
als de regionale ketenpartners, zoals de politie en
het OM, kunnen complexe casuïstiek aanmelden bij
het regionale Veiligheidshuis. De lokale kamer doet
dit bijvoorbeeld als het lokale veld er niet uitkomt of
als het zinvol is de justitiepartners bij het plan van
aanpak te betrekken. Als het Veiligheidshuis voor een
aangemelde casus een plan van aanpak gaat maken,
wordt de melder betrokken bij de opstelling en de
uitvoering ervan.
1.3 Doelstelling en visie
Het Veiligheidshuis is een instrument om criminaliteit
en recidive te verminderen. De doelstelling van het
Veiligheidshuis Haaglanden is de versterking van de
ketensamenwerking van de strafrechtketen, de zorgketen en de bestuurlijke keten om door de combinatie
van repressie, zorg en bestuurlijke interventies te
komen tot een efficiëntere aanpak van criminaliteit
en overlast en recidive te verminderen. Dat gebeurt
door efficiënter en effectiever samen te werken en
door optimaal gebruik te maken van elkaars kennis,
kunde en instrumentarium. Resultaat daarvan is dat
snel en passend wordt opgetreden tegen daders met
multiproblematiek. Waar nodig en mogelijk wordt
straf gecombineerd met passende zorg en/of bestuur­
lijke maatregelen. Basis daarvoor is een door alle betrokken partners gezamenlijk gedragen integraal plan
van aanpak. Als de uitvoering stagneert wordt snel en
effectief ingegrepen.
1.2 De functie van het Veiligheidshuis
Het Veiligheidshuis is een netwerkorganisatie van gemeenten en partners uit de straf- en zorgketen, waarin
zij onder eenduidige regie komen tot een ketenoverstijgende aanpak van complexe problematiek ter
voorkoming van recidive en maatschappelijke uitval.
Deze aanpak is niet alleen gericht op mensen die al
daadwerkelijk de wet overtreden hebben, maar ook
op individuen of groepen met groot risico op afglij­
den naar crimineel en ernstig overlastgevend gedrag.
Veiligheidshuizen vormen als netwerk een belangrijke
schakel in de verbinding tussen straf, zorg en bestuur­
lijk optreden door gemeenten. De meerwaarde van de
samenwerking zit in de ketenoverstijgende aanpak.
Daarbij behouden alle partners hun eigen (wettelijke)
verantwoordelijkheden. Het Veiligheidshuis is ook
een expertisecentrum waar informatie van doelgroe­
pen (zoals overvallers en veelplegers) wordt verrijkt
en aanpakken worden gefaciliteerd.
1 Gemeenten Den Haag, Delft, Zoetermeer, Westland, Rijswijk, Leidschendam-Voorburg, Wassenaar, Midden-Delfland,
Pijnacker-Nootdorp.
2 Een centrumgemeente is een gemeente die in een intergemeentelijk samenwerkingsverband een bepaalde functie uitvoert
voor omliggende gemeenten.
6
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
7
Het Veiligheidshuis Haaglanden heeft ter nadere
uitwerking van haar doelstelling de volgende
visie geformuleerd:
De visie van het veiligheidshuis wordt gedragen door
vier kernbegrippen: klantgerichtheid, integrale
ketensamenwerking, maatwerk en focus.
Klantgerichtheid: Het Veiligheidshuis is een instrument van het veiligheidsbeleid van de gemeenten in de
regio Haaglanden. De gemeenten bepalen, in overleg
met het Veiligheidshuis, hoe het Veiligheidshuis het
beste kan bijdragen aan het realiseren van gemeentelijke doelstellingen. Daarnaast zijn ook de professionals werkzaam bij de ketenpartners ‘klanten’
van het Veiligheidshuis. Zij kunnen terecht bij het
Veiligheidshuis als zij advies willen over de manier
waarop zij een casus het best kunnen aanpakken.
Ook kunnen zij, met inachtneming van de daarover
gemaakte afspraken, casussen voordragen voor behandeling door het Veiligheidshuis.
Integrale ketensamenwerking: De kerncompetentie van het Veiligheidshuis is integrale ketensamenwerking. Partners uit de strafrechtketen, de zorgketen
en de bestuurlijke keten maken een gezamenlijke
analyse van de situatie van een persoon of een
systeem3. Aan de hand van deze analyse stellen zij
gezamenlijk doelen op voor een aanpak en maken zij
afspraken over de te nemen stappen en wie wat uit
voert. Daar waar nodig wordt een casuscoördinator
aangewezen die toeziet op de voortgang en de nako­
ming van de gemaakte afspraken.
Maatwerk: Essentieel voor een doeltreffende aanpak
is dat per casus aan de hand van de specifieke situatie
van de persoon of het systeem wordt bekeken welke
interventies er nodig zijn. Soms kan het voor een
veelpleger met een lang strafblad voldoende zijn als
twee partners hun activiteiten op elkaar afstemmen,
terwijl voor een first offender met een multiproble­
matiek achtergrond veel meer interventies van meer
verschillende partijen nodig zijn. Daarom worden alle
meldingen eerst gescreend door de vaste partners van
het Veiligheidshuis. Zij bepalen onder regie van een
procesregisseur wat de meest geschikte aanpak is.
Focus: Juist voor de meest complexe doelgroep
kan de bundeling van kennis en expertise die bij de
partners in het Veiligheidshuis aanwezig is het verschil
maken. Daarom richt het Veiligheidshuis zich met
name op die moeilijkste groep.
8
1.4 Ontwikkelingen in de werkomgeving
Vanaf 1 januari 2013 is de regie op de Veiligheids­
huizen verschoven van het Rijk naar gemeenten.
Daarmee krijgen de gemeenten de verantwoorde­
lijkheid voor de coördinatie op de regionale
samenwerking in het Veiligheidshuis. In samenhang
daarmee wordt de Rijksbijdrage aan Veiligheidshuizen niet langer via het Openbaar Ministerie verstrekt,
maar via gemeenten. Ook vinden er verschillende
verschuivingen plaats in de domeinen waarin de
Veiligheidshuizen opereren (zorg en veiligheid). Zo is
er sprake van een decentralisatiebeweging, waarbij gemeenten steeds meer verantwoordelijkheden krijgen
in het zorg- en veiligheidsdomein, zoals de decentra­
lisatie van de jeugdzorg. Tegelijkertijd vindt er een
tegengestelde beweging plaats bij politie (één landelijk
politiekorps) en justitie (gerechtelijke kaart). Ook in
de strafrechtketen is sprake van een verschuiving door
de invoering van ZSM.
Binnen ZSM werken (justitie)partners nauw samen om veelvoorkomende criminaliteit (relatief
eenvoudige misdrijven) snel en simpel af te doen.
ZSM staat voor ‘Zo Slim, Simpel, Samen, Selectief en
Samenlevingsgericht Mogelijk’ en is een selectie- en
afdoeningstafel voor eenvoudige misdrijven waar snel
simpele interventies worden opgelegd.
De verbinding met ZSM is van belang voor de meest
passende afdoening van strafzaken van personen
die al bekend zijn bij het Veiligheidshuis. Ook
bij personen die nog niet bekend zijn, maar waar
men zich wel zorgen over maakt, kan men gebruik
maken van de expertise van de professionals in het
Veiligheidshuis.
1.5 De Partners
In het Veiligheidshuis Haaglanden werken partners samen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen
kernpartners en incidentele partners. Kernpartners
zijn die organisaties die daadwerkelijk werken in het
Veiligheidshuis en die structureel deelnemen aan
diverse overleggen. Incidentele partners zijn be­
trok­­ken bij enkele overleggen en er wordt met
hen verbinding gezocht om de processen in het
Veiligheidshuis en daarbuiten (vooral in de zorg­-­
keten) goed te laten aansluiten.
Het Veiligheidshuis Haaglanden heeft de
volgende kernpartners:
• Gemeenten Den Haag, Delft, Zoetermeer,
Westland, Rijswijk, Leidschendam-Voorburg,
Wassenaar, Midden-Delfland,
Pijnacker-Nootdorp;
• Openbaar Ministerie Den Haag;
• Politie Eenheid Den Haag;
• Reclassering Nederland;
• Palier Forensische en Intensieve Zorg;
• Dienst Justitiële Inrichtingen (Penitentiaire
Inrichtingen Zoetermeer en Alphen a/d Rijn);
• Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden;
• Raad voor de Kinderbescherming;
• Leger des Heils Jeugdzorg en Reclassering;
• Steunpunt Huiselijk Geweld (onderdeel van
Stichting Wende).
1.6 Focusaanpak van het Veiligheidshuis
De meest centrale vorm van samenwerking in het
Veiligheidshuis, de focusaanpak, richt zich op het
oplossen van vraagstukken met een complexe, meervoudige problematiek. Het Veiligheidshuis gebruikt
de centrale aanpak juist voor die zaken waarin de
verbinding tussen strafrechtelijke-, bestuurlijke- en
zorginterventies voorwaarde is voor een succesvolle,
duurzame aanpak van (potentieel) crimineel en overlastgevend gedrag.
Volgens het Landelijke Kader Veiligheidshuis is er
sprake van ‘complexe problematiek’ als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
• er spelen problemen op meerdere leefgebieden
die (naar verwachting) zullen leiden tot verder
afglij­den of crimineel en/of overlastgevend
gedrag; en
• samenwerking tussen meerdere ketens (minimaal
dwang en drang) is nodig om tot een effectieve
aanpak te komen; en
• de problematiek wordt beïnvloed door en heeft
impact op het (gezins)systeem en/of de directe
sociale leefomgeving (of wordt verwacht dat te
gaan hebben); of:
• er is sprake van ernstige lokale of gebiedsgebonden
veiligheidsproblematiek, die vraagt om een keten overstijgende aanpak.
Het Veiligheidshuis Haaglanden hanteert de
volgende criteria om focus aan te brengen:
•actualiteit
• multiproblematiek/meervoudige problematiek
• en/of beargumenteerde zorg.
1.7 Veiligheidshuis als expertisecentrum
Door de aanwezigheid van onze partners en ons
informatiecentrum hebben we enorme expertise en
ervaring in huis. Deze kracht stellen wij in dienst van
de ketensamenwerking. Ketensamenwerking is niet
alleen nodig bij de behandeling van de meest complexe gevallen. Daarom gaan wij ook aan de slag met
aanmeldingen die niet in het intensieve focusoverleg
besproken hoeven te worden. Als één organisatie met
een casus tegen grenzen aanloopt, kan zij een melding
maken. Voor het Veiligheidshuis staat dan voorop de
melder te helpen. Dat kan vaak eenvoudig door contacten te leggen en te adviseren of door te verwijzen.
1.8 Instroom en selectie casuïstiek
Alle partners van het Veiligheidshuis kunnen
casuïstiek aandragen. Partners (inclusief de gemeenten) maken zelf een eerste inschatting hoe een casus
het beste opgepakt kan worden. Op basis van de
onder 1.6 genoemde criteria maken zij ook de (voor)
selectie van casuïstiek voordat zij zaken inbrengen in
de focusaanpak. Niet alleen individuele casussen die
vragen om een persoonsgerichte of systeem­gerichte
aanpak, maar ook gebieds- of themagebonden
veiligheidsvraagstukken kunnen vanuit een lokaal
maatschappelijke urgentie worden opgepakt in het
Veiligheidshuis.
Casuïstiek kan aan de start van of gedurende een
(strafrechtelijk- of zorg-)traject worden ingebracht
in het Veiligheidshuis. Via de ZSM selectie- en
afdoeningstafel kan (bij de start van een strafrechte­
lijk traject) een goede (voor)selectie en doorverwijzing
van complexe (straf)zaken naar het Veiligheidshuis
plaatsvinden. Daarnaast is er ook ruimte voor partners en andere professionals (zoals onderwijs) om
een casus in te brengen in het Veiligheidshuis wanneer de achterliggende problematiek daarom vraagt.
3 De omgeving van de dader: het gezin of de groep waarin hij
of zij functioneert, in vakjargon “het systeem”.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
9
2.Organisatiestructuur
Het Veiligheidshuis is een uitvoeringsorganisatie
waarin op de werkvloer hoofdzakelijk individuele
casuïstiek wordt afgehandeld. De structuur en de
sturing richten zich hier vooral op efficiënte casus­
behandeling. De meer specifieke werkprocessen
(preventie, straf, zorg en hulpverlening) worden
gecoördineerd door de kernpartners (met name
gemeenten, Openbaar Ministerie, Politie, de
Reclasseringsorganisaties en Bureau Jeugdzorg).
De Burgemeesters van de negen gemeenten van de
regio Haaglanden, de Hoofdofficier van Justitie en
een vertegenwoordiger van het korpsbestuur van de
Politie Eenheid Den Haag overleggen periodiek over
het Veiligheidshuis. Deze vergaderingen worden
voorgezeten door de Burgemeester van centrumgemeente Den Haag. Het periodiek overleg van bestuurders stelt de begrotingen, werkplannen, jaarverslagen
en jaarrekeningen van het Veiligheidshuis vast en
bepaalt het beleid en de prioriteiten. Het periodiek
overleg van bestuurders bespreekt ook de toetreding
van nieuwe deelnemers/partners en het onderbrengen
van nieuwe processen in het Veiligheidshuis.
Daarnaast bestaat er een Regiegroep met daarin vertegenwoordigers van de kernpartners op directie­niveau.
Namens de regiogemeenten nemen de hoofden OOV
van de gemeenten Delft en Zoetermeer deel aan de
Regiegroep, die onder voorzitterschap staat van de
directeur Bestuurszaken van de gemeente Den Haag.
De Regiegroep bespreekt de gewenste beleidsmatige
aansturing van het Veiligheidshuis Haaglanden en de
doorontwikkeling. Ook bereidt zij de besluitvorming
door het bestuurlijk overleg voor.
De ketenmanager van het Veiligheidshuis is in dienst
van de centrumgemeente Den Haag. Hij/zij wordt
hiërarchisch aangestuurd door de directeur Bestuurs­
zaken van de gemeente Den Haag. De ketenmanager
van het Veiligheidshuis organiseert de samenwerking
in het Veiligheidshuis en voert regie op de dagelijkse
werkzaamheden en de (door)ontwikkeling van de
werkprocessen.
Elke partner in het Veiligheidshuis behoudt zijn eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden.
Periodiek overleg van bestuur­
ders over Veiligheidshuis
Haaglanden (Burgemeesters,
OM, Politie)
Gemeenten
Regiegroep (directeuren
ketenpartners)
Regionale Kamer
Veiligheidshuis Haaglanden
Lokale Kamer
De 9 gemeenten van de regio Haaglanden regelen zelf hoe ze hun eigen lokale kamer inrichten. De lokale
ka­mers worden aangestuurd door de lokale driehoek (periodiek overleg tussen de Burgemeester, de Eenheidsleiding Politie en de (hoofd)Officier van Justitie). In beginsel vindt overleg over een casus plaats in de
lokale kamer van de gemeente waarvan de persoon, die onderwerp is van het overleg, inwoner is. Als een
casus lokaal niet kan worden opgelost, kan deze door de lokale kamer worden aangemeld bij de regionale
kamer Veiligheidshuis (zie voor het proces hiervoor hoofdstuk 4 van dit jaarplan).
Daarnaast kunnen alle gemeenten besluiten om bepaalde doelgroepen direct in het Veiligheidshuis in te
brengen zonder dat eerst de lokale kamer actief wordt. De Gemeente Den Haag doet dit bijvoorbeeld bij de
aanpak van stelselmatige daders. Het Veiligheidshuis zal dan wél altijd professionals uit de lokale kamer
betrekken bij de aanpak. Lokale expertise is immers beslissend voor de integrale aanpak.
10
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
11
3.Werkproces Veiligheidshuis
Het werkproces van het Veiligheidshuis Haaglanden kan als volgt worden weer­gegeven:
Beleggen bij (een)
partner(s)
Antwoord/advisering
Actuele melding
Informatieverzoek
Hulpvraag
Infocentrum
+
Procesregisseur
+
(melder)
Wegen
Beslissing
Monitoren
casus
Focusoverleg
GCOS
Maatwerk
Afspraken
Plan van
aanpak
Monitoren
Verwijzen naar een ander
platform
3.1 Werkproces ‘Wegen’
Aan de ‘voordeur’ van het Veiligheidshuis (VH) zit
het weegteam, dat bestaat uit medewerkers van de
kernpartners van het Veiligheidshuis. Casuïstiek voor
het weegteam komt bij het informatiecentrum op
verschillende manieren binnen:
• Actuele meldingen, die op een daarvoor bestemd
formulier worden ingediend door professionals
van organisaties die vertegenwoordigd zijn in het
Veiligheidshuis.
• Lijsten van het OM. Hierop staan bijvoorbeeld
veelplegers, geweldplegers of overvallers.
• Via ZSM.
• Daarnaast kunnen partners ook informatie verzoeken en hulpvragen neerleggen bij het
informatiecentrum van het Veiligheidshuis.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Afsluiten
casus
Het informatiecentrum agendeert de binnengekomen
casussen in overleg met de procesregisseur voor een
weegoverleg en verspreidt de agenda onder de deel­
nemers (OM, 3RO, Politie en BJZ). Ook bij de andere
partners wordt informatie opgevraagd.
In paragraaf 1.6 is aangegeven wanneer een casus geschikt is voor de focusaanpak. Kort samengevat moet
er sprake zijn van multiproblematiek en zijn interventies vanuit meerdere ketens nodig.
In het weegteam wordt, onder leiding van de procesregisseur, gezamenlijk besloten welke aanpak voor de
casus het meest passend is:
• Beleggen bij (een) partner(s): De vraag die gesteld
wordt kan behandeld worden door een paar
partners. Deze partners stemmen af wat het plan
is, waardoor focusoverleg met alle ketenpartners en
inhoudelijke bespreking niet nodig is.
• Antwoord/advisering: De vraag die gesteld is, is te
beantwoorden door de melder te informeren over
de mogelijkheden en te adviseren in de te nemen
stappen.
• Monitoren: Op dit moment is er geen reden om
iemand met alle ketenpartners op een focusover­ leg te bespreken, maar op een bepaald moment
in de toekomst wel, of als de situatie veranderd kan
het nodig zijn de casus alsnog te bespreken op een
focusoverleg.
• Verwijzen naar een ander platform: Een casus
past beter op een ander overleg of samenwerkingsverband.
• Agenderen voor het Focusoverleg Jeugd of
Focusoverleg Volwassenen (zie verder 3.2).
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
13
3.2 Werkproces ‘Focusoverleg’
Gemeente, politie en OM werken samen in de aanpak
van criminele jeugdgroepen. Nadat een groep in beeld
is gebracht en geprioriteerd in de lokale driehoek,
vindt er een uitgebreide analyse plaats. Op basis daarvan wordt een plan van aanpak opgesteld.
Als het weegteam besluit dat een casus besproken
moet worden in een breed focusoverleg, wordt direct
ook bekeken wie er uitgenodigd moeten worden voor
dat overleg en wordt de algemene doelstelling van
het focusoverleg, voor zover al mogelijk, concreet
ingevuld voor de situatie van betrokkene.
Op het Focusoverleg vindt per casus maatwerk plaats
middels de afspraken die worden gemaakt en het plan
van aanpak dat wordt opgesteld.
Na het Focusoverleg wordt het plan van aanpak uitgevoerd door de ketenpartners die actiepunten hebben
meegekregen. Voor het slagen van het plan van aan­
pak is het noodzakelijk dat de actiepunten juist en
tijdig worden uitgevoerd. Daarom wordt de uitvoering
van het plan van aanpak na vaststelling daarvan in het
focusoverleg gemonitord. Als er geen redenen zijn het
plan van aanpak aan te passen of een casus nogmaals
op een focusoverleg te bespreken zal deze uiteindelijk
worden afgesloten.
3.3 Werkproces ‘Groepsaanpak’
De aanpak van leden van een (criminele of overlastgevende) groep in het Veiligheidshuis gaat niet via het
wegen of een focusoverleg, maar vindt plaats in een
apart casusoverleg voor groepen (op verzoek van de
betreffende gemeente).
De processtappen van de totale aanpak zijn weergegeven in het onderstaande schema:
Rol Veiligheidshuis in aanpak groepen
OM heeft de regierol voor wat betreft de strafrechtelijke handhaving
Burgermeestre regierol overall-aanpak van de jeugdgroepen
De verantwoordelijkheid voor die aanpak ligt primair
bij de afzonderlijke gemeenten. De gemeente voert
de overallregie op de aanpak. Deze bestaat doorgaans
uit een samenstel van interventies, zoals maatregelen
gericht op de hele groep, op een bepaalde locatie en op
individuele leden van de groep. De gemeente kan de
persoonsgerichte aanpak van individuele groepsleden
in eigen hand houden, maar kan daarvoor ook een
beroep doen op het Veiligheidshuis.
De lokale driehoek in een gemeente bepaalt welke
groepen worden aangepakt. Vervolgens voert de
politie de zogenaamde Tactische Dadergroep Ana­
lyse uit. Deze omvat een analyse van de verschillende
leden van de groep: wie zijn de leiders, wie zijn de
meelopers, wat zijn de achtergronden van de diverse
groepsleden, wat zijn hun problemen, welke strafrechtelijke en/of zorgpartijen zijn al met hen bezig, lopen
er al maatregelen of plannen van aanpak, enz.
OM/Politie: Kopstuken
die onderdeel zijn van het
opsporingsonderzoek
Inventarisatie Beke
groepen
VHH: Persoonsgerichte
aanpak
VHH: Complexe casussen
Lokale driehoek maakt
keuze aanpak
Lokale kamer: Overige
casussen in lokale kamer
Probleemanalyse en
Tactische Dader groep
Analyse
Lokale kamer voert de
regie op de totale aanpak
Groepsgerichte
interventies
Op basis van de Tactische Dadergroep Analyse wordt
gestart met de persoonsgerichte aanpak van de
geselecteerde groepsleden. Elk geselecteerd groepslid
wordt besproken in een casusoverleg. De gemeente zit
dat voor. Het Veiligheidshuis bundelt de informatie,
zorgt voor het opstellen van de plannen van aanpak
en de bewaking van de uitvoering daarvan. De plannen van aanpak omvatten net als bij de Focusaanpak
verschillende leefgebieden en bestaan doorgaans uit
een combinatie van strafrechtelijke-, bestuurlijke- en
zorginterventies. Ook hier wordt voor elke casus een
casuscoördinator aangewezen die toeziet op de tijdige,
juiste en volledige uitvoering van de in het plan van
aanpak opgenomen actiepunten. Het informatiecentrum van het Veiligheidshuis zorgt ervoor dat hij kan
beschikken over de informatie die daarvoor nodig is.
Op verzoek van de gemeente Den Haag heeft het
Veiligheidshuis in 2013 voor leden van de criminele
en overlastgevende jeugdgroepen netwerk Bureau
De Heemstraat, Bouwlust, Kortenbos, Mariahoeve
en netwerk Bureau Hoefkade een persoonsgebonden
aanpak uitgevoerd. Daarnaast is de aanpak van de
groepen Waldeck en Spoorwijk intensief gemonitord.
De gemeenten Leidschendam-Voorburg, Delft,
Zoetermeer en Westland (waar ook een criminele
en overlastgevende groep actief is) hebben ervoor
gekozen de persoonsgebonden aanpak van leden
van criminele groepen lokaal vorm te geven.
Ook als gemeenten de aanpak in eigen huis uitvoe­
ren kunnen zij altijd terecht bij het Veiligheidshuis
voor informatie en advies. Dat past bij de taak van
het Veiligheidshuis als expertisecentrum. Van die
mogelijkheid wordt ook regelmatig gebruik gemaakt.
Daarbij kan het gaan om adviezen over de aanpak van
een bepaalde casus, maar ook over interventiemogelijkheden, verrijking van informatie of organisatie­
vraagstukken.
Gebiedsaanpak: fysieke
en sociale ingrepen
14
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
15
1. Algemeen
Deel II:
Speerpunten 2014
De afgelopen twee jaar is hard gewerkt aan de door­
ontwikkeling van het Veiligheidshuis. Dat heeft tot veel
ingrijpende veranderingen en verbeteringen geleid:
• het Veiligheidshuis werkt inmiddels voor negen
gemeenten;
• de focusaanpak is ontwikkeld en geïmplementeerd;
• het Veiligheidshuis is inmiddels goed toegerust
voor het oppakken van actuele meldingen van alle
betrokken partners en laat zien dat het die snel en
slagvaardig kan oppakken;
• ook de samenwerking met ZSM4 verbindt het
Veiligheidshuis met de actualiteit op straat.
In het jaar 2014 gaat het Veiligheidshuis zich vooral
richten op de verdere verbetering van het samenspel
tussen de ketenpartners.
Het programma voor 2014 heeft twee thema’s:
• Verdieping: We gaan keihard aan de slag met
casuïstiek uit heel Haaglanden! Aan de hand van de
praktijk gaan we de huidige werkwijze verdiepen en
onze expertise verbreden.
• Investeren in samenwerking: In de laatste
twee jaar waren we veel met interne werkprocessen
en de kernpartners bezig. Deze zaken zijn nu op
orde. Nu gaan we ons volop richten op ons netwerk.
Versterking van de banden met de nieuw toege treden gemeenten is daarbij een belangrijk
aandachtspunt.
Eind 2014 willen we de volgende ambities
gerealiseerd hebben:
• Eind 2014 hebben de medewerkers van het
Veiligheidshuis één jaar lang kunnen focussen op
hun kerntaken. Het team is ingespeeld en de
huidige werkwijze heeft zich in praktijk bewezen.
• Eind 2014 vult het regionale Veiligheidshuis
Haaglanden de aanpak van de lokale kamers van
alle negen gemeenten aan. We weten elkaar te
vinden, werken samen en versterken elkaar.
• Eind 2014 is het Veiligheidshuis een centrale speler
in de strafrecht-, zorg- en bestuurlijke keten. De
professionals in deze netwerken weten wat zij
aan het Veiligheidshuis hebben en hoe zij ons
kunnen bereiken. Onze partnerorganisaties hebben
in de praktijk ervaren wat de meerwaarde is van het
Veiligheidshuis. Het imago van het Veiligheidshuis
laat zich samenvatten in vier trefwoorden:
laagdrempelig, klantgericht, slagvaardig en effectief.
• Eind 2014 heeft het Veiligheidshuis ketenpartners
geholpen samen nieuwe kansen voor samenwerking
te verkennen (mede door de informatie- en
expertiserol van het Veiligheidshuis). Het
Veiligheidshuis signaleert knelpunten in de
samenwerking, in werkprocessen en in instrumentarium, stelt oplossingen voor en werkt mee aan de
uitvoering daarvan.
• Eind 2014 zal het systeemgericht werken tot de
basiscompetenties van het Veiligheidshuis behoren.
4 Voor een omschrijving van ZSM zie deel I, hoofdstuk 1,
van dit plan.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
17
2.Prioriteiten gemeenten
in 2014
Het Veiligheidshuis Haaglanden is een instrument
van het lokale veiligheidsbeleid van de gemeenten
van de regio Haaglanden. Het lokale veiligheidsbeleid
levert dan ook de speerpunten voor de inzet van het
Veiligheidshuis. Voor 2014 hebben de gemeenten de
volgende prioriteiten aangegeven.
De gemeente Den Haag wil dat het Veiligheidshuis
in 2014 aandacht besteedt aan:
• High Impact Crime, ex-gedetineerden en
geweldplegers;
• actuele meldingen vanuit de wijkbureaus en
stadsdelen;
• Jong Volwassenen en Stelselmatige Daders;
• geprioriteerde groepen;
•hooligans.
High Impact Crimes zijn delicten met een grote
impact op het slachtoffer, diens directe omgeving en
het veiligheidsgevoel in de maatschappij. Denk aan
woninginbraak, straatroof, overvallen en geweld.
De regiogemeenten zien graag dat het
Veiligheidshuis de focus legt op jeugdoverlast en
jeugdcriminaliteit. Daarnaast staat bij de meeste
gemeenten het onderwerp ‘woninginbraak’ hoog
op de agenda. Nader moet worden verkend welke
bijdrage het Veiligheidshuis hieraan kan leveren.
Gemeente Zoetermeer noemt als prioriteiten verder:
overlast en geweld in relatie tot alcohol en uitgaan,
overlast veroorzakende gezinnen met multiproble­
matiek en daders huiselijk geweld.
Lokale situatie regiogemeenten
Alle gemeenten zullen zich in 2014 bezighouden
met het verder vormgeven van hun lokale kamer.
Inve­steren in herkenbaarheid, vindbaarheid, expertise
en vooral het creëren van korte lijnen tussen zorgen bestuurlijke keten. Waar nodig zal samengewerkt
worden met het CJG. Bij de optimalisering van de
lokale kamer hoort ook de verdere inrichting van het
centrale informatiesysteem GCOS.
Ook nazorg ex-gedetineerden is nog een onderwerp
dat de regiogemeenten bezighoudt. Onderzocht zal
worden of er meer samengewerkt kan worden op dit
onderwerp. Hieronder is een korte beschrijving opgenomen van de werkzaamheden van Bureau Nazorg.
Bureau Nazorg ex-gedetineerden
Het doel van Bureau Nazorg is verlaging van recidive.
Daarvoor ondersteunt Bureau Nazorg gedetineerden
bij de terugkeer in de maatschappij. Des te soepeler de
nieuwe start voor de ex-gedetineerde verloopt, des te
lager is de kans op recidive5. Ondersteuning betekent
in de praktijk dat Bureau Nazorg de gedetineerden
zo veel mogelijk op weg helpt de terugkeer zelf voor
te bereiden. Waar dat niet lukt, stapt Bureau Nazorg
actiever in.
Van alle Haagse burgers die in detentie raken komt
bij Bureau Nazorg de melding binnen. Dit gaat om
ongeveer 2500 gedetineerden op jaarbasis. Bureau
Nazorg brengt de hulpvragen van de gedetineerde op
diverse leefgebieden in kaart. Denk hierbij aan huisvesting, inkomen, schulden, dagbesteding en zorg.
Om een goed beeld te krijgen, kiest Bureau Nazorg
voor een persoonlijke benadering. Bureau Nazorg
voert persoonlijke gesprekking met de gedetineerden
in de gevangenissen en kan zo een goede inschatting
maken van de persoon in kwestie. Als de gedetineerde
bij de reclassering onder toezicht staat, bepaalt
Bureau Nazorg samen met de reclassering of een
bezoek nodig is. Aan de hand van de gesprekken
en/of de informatie van de reclassering bepaalt
Bureau Nazorg wat de gedetineerde zelf kan doen
en wat Bureau Nazorg aanvullend moet regelen.
Mocht een casus zo complex zijn dat Bureau Nazorg
er zelf niet uitkomt dan wordt een actuele melding
gedaan voor het Veiligheidshuis.
5 Bijvoorbeeld Visher, C.A., & Travis, J. (2001).
Transitions from prison to community: Understanding
individual pathways. Annual Review of Sociology, 29, 89-113.
18
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
19
Bureau Nazorg is gehuisvest in het Veiligheidshuis
en biedt aan niet alleen voor de gemeente Den Haag
maar ook voor regiogemeenten te werken. In 2013 is
het aanbod al gedaan om kosteloos te experimenteren
met een aantal casussen in de regiogemeenten (als
daar behoefte aan is).
Mocht een gemeente Bureau Nazorg structureel
willen inzetten dan houdt het aanbod in dat Bureau
Nazorg op jaarbasis 1 extra fte. nodig heeft voor 300
gedetineerden of een bedrag van 280,00 euro per
gedetineerde. In 2014 gaan we verder in gesprek met
de gemeenten (die hebben aangegeven interesse te
hebben) over mogelijke samenwerking.
3.Welke casuïstiek behandelt
het Veiligheidshuis
Haaglanden in 2014?
Na twee jaar van ontwikkeling en implementatie van
nieuwe processen gaan we in 2014 vooral focussen op
onze kerntaak ketensamenwerking en gaan we aan de
slag met casuïstiek. Daarbij is het belangrijk dat de
goede casussen bij ons in beeld komen. In dit hoofdstuk leest u hoe we dat in 2014 willen aanpakken.
De nieuwe werkwijze van het Veiligheidshuis Haag­
landen geeft meer gewicht aan actuele meldingen
vanuit de ketenpartners. Dat betekent echter niet
dat het Veiligheidshuis alleen passief afwacht of er
meldingen komen. We beïnvloeden ook actief welke
casussen bij ons in beeld komen.
Dat doen we door:
• te investeren in de relatie met vindplaatsen voor
casuïstiek;
• te investeren in expertise rondom bepaalde
vraagstukken zodat het Veiligheidshuis zich nog
sterker dan nu al het geval is kan positioneren als
onmisbare partner bij de aanpak;
• op lijsten met doelgroepen te screenen of er
casussen zijn waarbij bemoeienis van het Veiligheidshuis meerwaarde heeft.
Welke vormen van meldingen en welke vindplaatsen zijn er?
Actuele Meldingen door
professionals
Aanmeldingen vanuit de
lokale kamers
Vragen om informatie en
advies door professionals
Melding via ZSM
Veiligheidshuis Haaglanden
Signaal aflopende ISD
door DJI
Weegt alle input en levert maatwerk
Melding HIC-overvaller
bureau BRI
Lijsten Stelselmatige daders,
voorgeleidingen, toolbox
Melding via opvang Verwarde
Personen (in 2014 inrichten)
Melding via jeugdbeschermings­
tafel (in 2014 inrichen)
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
21
a) Actuele meldingen
Actuele meldingen zijn één van de belangrijkste
bronnen van casuïstiek. De gemeente Den Haag heeft
uitgesproken dat wat haar betreft het oppakken van
meldingen vanuit de wijkbureaus en stadsdelen een
prioriteit van het Veiligheidshuis voor 2014 moet zijn.
Ook andere netwerkpartners en professionals (zoals
scholen) kunnen actuele meldingen doen. In 2013
is het aandeel actuele meldingen al flink gestegen.
Verwachting is dat deze trend zich zal voortzetten.
In het volgende hoofdstuk kunt u lezen hoe het
Veiligheidshuis in 2014 gaat stimuleren dat er nog
meer gebruik gemaakt gaat worden van de moge­
lijkheid een actuele melding te doen.
b) Aanmeldingen van lokale kamers
Op initiatief van een lokale kamer kan het
Veiligheidshuis worden betrokken bij de aanpak
van casussen die voldoen aan de criteria vermeld
in deel 1 (paragraaf 1.6) van dit jaarplan. De lokale
kamer kan volstaan met het vragen van informatie of advies. Maar zij kan de casus ook aanmelden
bij het Veiligheidshuis met de bedoeling dat het
Veiligheidshuis de behandeling overneemt. In dat
geval blijft de lokale kamer bij het gehele proces
betrokken.
c) ZSM
De verbinding tussen Veiligheidshuis en ZSM is een
van de prioriteiten van het Openbaar Ministerie voor
2014. In het hele land zoeken veiligheidshuizen en
ZSM naar de beste manieren om elkaar zo goed mogelijk te versterken. In het arrondissement Den Haag
is in 2013 onder meer gekeken naar de mogelijkheden
tot samenwerking rondom de aanpak van huiselijk
geweld. Begin 2014 worden de resultaten van al deze
verkenningen die hier en elders in Nederland zijn uitgevoerd gedeeld. Aan de hand van de op basis daarvan
te ontwikkelen landelijke handvaten en onze eigen
ervaringen ontwikkelen we in 2014 nadere voorstellen
voor de samenwerking tussen Veiligheidshuis en ZSM.
6
22
d) ISD en DJI
De DJI monitoren alle lopende ISD-trajecten. Drie
maanden voor afloop van een maatregel meldt de DJI
de casus opnieuw bij het Veiligheidhuis. De partners
beoordelen dan gezamenlijk of de nazorg van de
maatregel geborgd is. Doel is dat de gedetineerde een
realistische kans op een nieuwe start in de samenle­
ving heeft. Ook als tijdens de maatregel het traject
stagneert, trekt de DJI aan de bel en wordt de casus
opnieuw integraal besproken.
e) Overvallers
De politie meldt in 2014 elke high impact overvaller
(jeugd en volwassenen) aan bij het Veiligheidshuis.
Het Veiligheidshuis weegt alle meldingen en besluit
hoe het beste met de casus omgegaan kan worden.
Daarbij wordt gebruik gemaakt van een speciaal voor
deze doelgroep ontwikkelde toolbox, die concrete
handvatten biedt voor een optimale persoonsgerichte
aanpak. Deze kunnen worden beschouwd als een
aanscherping van de bestaande werkprocessen van
politie, ketenpartners en Veiligheidshuis.
f) Stelselmatige daders
Op verzoek van het Openbaar Ministerie zijn we in
2013 begonnen om het gehele ketenproces rondom de
aanpak van Stelselmatige Daders opnieuw in kaart te
brengen. Aanleiding is een landelijke beleidswijzi­ging
voor het Openbaar Ministerie. Deze inventarisatie
is begin 2014 af. Aan de hand daarvan zal worden
bekeken welke gevolgen dit moet hebben voor de
aanpak.
In 2014 weegt het Veiligheidshuis alle Stelselmatige Daders6 uit de regio Haaglanden die geen
reclasserings­toezicht hebben en bekijkt of, en zo ja
welke, extra stappen genomen moeten worden.
Tevens informeert het Veiligheidshuis alle toezicht­
hou­ders van Stelselmatige Daders over de mogelijk­
heden voor aanmel­ding.
g) Voorgeleidingen
In de eerste helft van 2014 voert het Veiligheidshuis
een pilot uit met de lijst van voorgeleidingen voor de
regio Haaglanden. Het informatiecentrum gaat deze
lijst dagelijks screenen (zowel jeugd als volwassenen).
Als personen voorgeleid worden die eerder een plan
van aanpak hebben gehad, onderzoekt het informatiecentrum of een nieuwe bespreking nodig is.
Het Veiligheidshuis gaat begin 2014 aan de hand van
de resultaten van de pilot onderzoeken of het meerwaarde heeft om deze aanpak structureel te maken.
De belangrijkste uitgangs- en aandachtspunten
daarbij zijn:
• voorkomen van overlap;
• maximaal gebruik maken van elkaars expertise;
• individueel gerichte benadering;
• afspraken gemaakt in het Veiligheidshuis bekend
bij de OVP;
• één aanspreekpunt voor de OVP bij het
Veiligheidshuis Haaglanden en andersom;
• uitwerken meldingen van OVP naar Veiligheidshuis
Haaglanden (criteria, gegevensuitwisseling).
h) Huiselijk geweld: ‘Intimate terrorism’
aanpakken
De Gemeente Den Haag en het Steunpunt Huiselijk
Geweld, onderdeel van Stichting Wende, investeren
in 2014 in de aanpak van bijzonder zware en terugke­
rende problematiek op het gebied van huiselijk
geweld. Doelstelling is te komen tot een aanpak die
past in de werkwijze van de focusaanpak en tevens
recht doet aan de bijzonderheden van deze proble­
matiek. Dat betekent dat we voor deze gevallen altijd
systeemgericht werken en eventueel partners uitno­
digen buiten de kring van regelmatige deelnemers
aan de focusoverleggen.
j) Meerwaarde bieden voor het jeugdveld:
verbinding met de Jeugdbeschermings­tafel (JBT)
Aan de Jeugdbeschermingstafel worden gezinnen
besproken uit Den Haag waarin het opvoedklimaat
onveilig is of waarbij anderszins een of meerdere
kinderen in het gezin in zijn of haar ontwikkeling
wordt bedreigd. Partners binnen de jeugdzorgketen
besluiten in het bijzijn van ouders en het kind (als dit
12 jaar of ouder is) of het gezin (nog) in aanmerking
komt voor hulpverlening binnen het vrijwillig kader of
dat onderzoek bij de Raad voor de Kinderbescherming
nodig is en wat mogelijk leidt tot een verzoek tot een
kinderbeschermingsmaatregel aan de rechtbank.
De Jeugdbeschermingstafel start eind 2013 middels
een pilot. Naar verwachting zullen er meldingen zijn
die bij het Veiligheidshuis binnen komen en beter
door de Jeugdbeschermingstafel opgepakt kunnen
worden en ook andersom zal kunnen blijken dat een
casus beter door het focusoverleg behandeld kan
worden. Hoe die samenwerking het beste vorm
gegeven wordt, wordt in de eerste helft van 2014
verder uitgewerkt aan de hand van ervaringen.
i) Project Opvang Verwarde Personen
Op 1 mei 2014 gaat het project Opvang Verwarde Personen (OVP) van start. In dit project worden verwarde
personen (alleen volwassenen) die overlast en onrust
op straat veroorzaken voor een korte tijd in bewa­
ring genomen. In deze periode worden zij bezocht en
onderzocht door GGZ hulpverleners met de doelstelling om hen toe te leiden naar zorg. De samen­
werking tussen OVP en Veiligheidshuis wordt op een
pragmatische wijze vormgegeven. Uitgangspunt is
dat, wat door samenwerkende partijen binnen het
Veiligheidshuis Haaglanden is overeengekomen en
neergelegd in een plan van aanpak, vanuit de OVP zal
worden gevolgd. Met andere woorden, als voor een
OVP-klant al een plan van aanpak blijkt te bestaan
is dat leidend en wordt er geen nieuw plan gemaakt.
De OVP legt problemen die zij niet direct zelf kan
oplossen voor aan de Veiligheidshuispartners. De
samenwerking tussen Veiligheidshuis en OVP wordt
uitgewerkt in een protocol.
Een Stelselmatige Dader (SD) voldoet aan de wettelijke eisen van artikel 38m Wetboek van Strafrecht (hij wordt verdacht
van een misdrijf waarvoor voorlopige hechtenis is toegestaan en is in de 5 jaar voorafgaand aan het gepleegde feit tenminste
10x voorzien van een Proces-verbaal vanwege misdrijven en tenminste 3x wegens een misdrijf onherroepelijk veroordeeld tot
een vrijheidsbenemende of vrijheidsbeperkende straf of maatregel dan wel een taakstraf, die ook ten uitvoer zijn gelegd).
Een SD kan in aanmerking komen voor de maatregel Inrichting Stelselmatige Daders (ISD): een tweejarige detentie met een
behandelaanbod. Het OM vordert de maatregel. De reclassering onderbouwt het behandelaanbod. De ISD-inrichting (PI) voert
de maatregel uit.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
23
4.Systeemgericht werken in
het Veiligheidshuis
Het Veiligheidshuis kent tot nu toe twee focusoverleggen, voor volwassenen en voor jeugd. Daarin staat
steeds de persoon van de dader voorop. De dader­
gerichte aanpak voldoet echter niet altijd. Bij de
aanpak van complexe problematiek blijkt het steeds
vaker nodig om ook naar de omgeving van de dader te
kijken: het gezin of de groep waarin hij functioneert,
in vakjargon ‘het systeem’. In veel gevallen zal ook
daarin moeten worden geïntervenieerd om duurzame
gedragsverandering bij daders te kunnen realiseren
en om te voorkomen dat gezinsleden van de dader,
bijvoorbeeld jongere broertjes, worden meegezogen.
In de praktijk ontstaat de vraag naar een systeem­
gerichte methodiek met name in de jeugdaanpak, bij
huiselijk geweldzaken en bij de aanpak van multi­­pro­bleemgezinnen.
Wat maakt systeemgericht werken bijzonder?
Systeemgericht werken draait om de interacties die
plaatsvinden tussen de gezins- of groepsleden.
Bij systeemgericht werken wordt een gemeenschappelijk doel en een plan van aanpak voor het hele
gezin/de hele groep ontwikkeld. De aanpak is gericht
op het wegnemen van destructieve spanningen en het
ombuigen van vastgeroeste probleemversterkende
gedragspatronen naar constructieve patronen. Om
dat te kunnen doen moet de communicatie binnen
de ketenaanpak geïntensiveerd worden. Belangrijk is
de ketenpartners erin te trainen dat zij behalve naar
de dader steeds ook naar het systeem kijken en oog
krijgen voor de rol die destructieve interactiepatronen
binnen dat systeem spelen.
Systeemgericht werken is nog niet voldoende ontwikkeld in de focusaanpak van het Veiligheidshuis. Op
specifieke thema’s, zoals de aanpak van huiselijk
geweld, is er al ervaring mee opgedaan, maar er is
behoefte om hier breder mee te experimenteren zodat
het inzetbaar wordt voor het hele terrein waarmee
het Veiligheidshuis zich bezig houdt.
In opdracht van het Veiligheidshuis is in 2013 een
klein onderzoek gedaan naar wat we onder systeem­
gericht werken verstaan, in welke casussen het van
meerwaarde zou kunnen zijn en welke aanbevelingen
kunnen worden gedaan om systeemgericht werken te
kunnen aanbieden in het Veiligheidshuis. In 2014 willen we aan de slag met de uitkomsten van het onderzoek. De doelstelling is op termijn een methodiek te
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
hebben, waarmee we in de focusaanpak complexe
systemen kunnen aanpakken. Om daar te komen,
gaan we het onderwerp op drie manieren aanvliegen:
we ontwikkelen de systeemgerichte aanpak in de focus
jeugd verder en experimenteren op twee verschillende
inhoudsgebieden.
Spoor 1: Focus jeugd
In de focus jeugd richten we ons al in de meeste gevallen op het hele gezin. Dat blijven we doen en daarbij
ervaren we in de praktijk wat het beste werkt.
Spoor 2: Complexe huiselijk geweldzaken
Als we complexe huiselijk geweldzaken net zo bespreken als alle andere casuïstiek doen we geen recht
aan de bijzonderheden van deze problematiek. In
2014 gaan we experimenteren met complexe huiselijk
geweldzaken in de focus en daarbij onderzoeken wat
nodig is voor een effectieve aanpak. Zoals in hoofdstuk drie al besproken doen we dat samen met het
Steunpunt Huiselijk Geweld.
Spoor 3: Intensieve aanpak
multi­probleemgezinnen
Om bredere ervaring te kunnen opdoen wordt in 2014
een pilot gestart in samenwerking met de gemeente
Den Haag waarin een klein aantal gezinnen/groepen
worden aangepakt. De selectie vindt plaats op basis
van de ernst van het gedrag van de dader in combinatie met de invloed van het systeem daarop. Concreet kan worden gedacht aan gezinnen of groepen
waarvan meerdere leden crimineel of ernstig overlastgevend gedrag vertonen en waarvan mag worden
aangenomen dat zij elkaar negatief beïnvloeden. De
gemeente Den Haag trekt deze pilot samen het met
Veiligheidshuis. Als we tegen knelpunten aanlopen
bepalen we gezamenlijk met de partners hoe we
verder gaan. De doelstelling is om de gezinnen bijzonder intensief aan te pakken. Verder wordt in de
praktijk in kaart gebracht welke kans en obstakels er
in deze manier van werken zijn. Eind 2014 loopt de
pilot Intensieve aanpak multiprobleemhuishoudens af.
De bevindingen en resultaten uit alle sporen worden
eind 2014 betrokken bij de doorontwikkeling van
werkprocessen binnen het Veiligheidshuis en moeten
ertoe leiden dat systeemgericht werken tot de basiscompetenties van het Veiligheidshuis gaan behoren.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
25
5.Investeren in samenwerking
5.1 Het team Veiligheidshuis versterken!
In 2014 gaan we de bestaande werkwijze verder verdiepen. Een belangrijk speerpunt daarbij is de versterking van het team van het Veiligheidshuis. Daarvoor
nemen we de volgende maatregelen:
• We breiden het team uit met een derde procesregis seur en extra capaciteit voor het informatiecen trum. Deze uitbreiding is mede nodig omdat in
2014 meer casussen van buiten de gemeente Den
Haag worden verwacht en extra inzet gewenst is
op de verbinding met de lokale kamers in de ver-
schillende gemeenten.
• Hierop aansluitend gaan we meer investeren in
training, coaching en teambuilding voor de
procesregisseurs. Doel is dat de procesregisseurs
elkaar ondersteunen en elkaar kunnen vervangen.
Daarbij vinden zij een goede balans tussen persoon lijke stijl en eenduidige invulling van hun rol als
procesregisseur.
• Ook versterking van de teams van partners die
gezamenlijk casuïstiek bespreken is een punt
van aandacht. Daarvoor voeren de procesregisseurs
individuele gesprekken en organiseren gezamen lijke reflectiemomenten.
Gemeente
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
• Er zijn problemen die niet binnen de hokjes kunnen
worden opgelost maar die onorthodoxe oplossingen
vragen. We gaan in 2014 in gesprek met medewerkers en experts over het bevorderen van creativiteit
en het verkennen van nieuwe paden. Welke competenties en vaardigheden zijn daarvoor nodig?
Ook de partnerorganisaties worden daarbij
betrokken. Zij bepalen immers mede de ruimte
voor creatieve oplossingen.
5.2 Eén aanspreekpunt voor regio-­
gemeenten in het Veiligheidshuis
Ook de samenwerking tussen het regionale
Veiligheidshuis en de lokale kamers wordt in 2014
verder verdiept. De opdracht van de kwartiermaker
voor de regiogemeenten, Rita Kranenburg, loopt eind
2013 af. De kwartiermaker is nu de ‘linking pin’ tussen het Veiligheidshuis en de regiogemeenten. Nu de
samenwerking meer vorm krijgt, willen we voor 2014
dat de gemeenten een vaste contactpersoon krijgen
bij het Veiligheidshuis bij wie zij voor al hun vragen
terecht kunnen.
In 2014 treden de procesregisseurs (en hun achtervang) op als vast aanspreekpunt voor één of meerdere
Veiligheidshuis
Gemeente Contactpersoon
Procesregisseur
Informatiecentrum
Delft
Den Haag
Nog in te vullen
Friedolien de Fraiture
Teun de Frel
Sjoerd van der Luijt
Leidschendam-Voorburg
Midden-Delfland
Pijnacker-Nootdorp
Rijswijk
Wassenaar
Westland
Zoetermeer
Wouter Arends
Hans Nossent
Willem-Jan Niermeijer
Kemal Ozdemir
Eric Klein Breteler
Marleen Scholten
Audrey van Roode
Teun de Frel
Teun de Frel
Peter Smits
Tamara Verdoorn
Tamara Verdoorn
Teun de Frel
Tamara Verdoorn
Anne van der Kruit
Volwas: Marjon Rijken
Jeugd: Anne van der Kruit
Systeem: Merel de Jager
Paula van der Lans
Anne van der Kruit
Anne van der Kruit
Daniëlle Voogd
Daniëlle Voogd
Daniëlle Voogd
Daniëlle Voogd
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
27
gemeenten (deze noemen we accounthouders). De
procesregisseurs vormen koppels met de medewer­
kers van het informatiecentrum:
De ‘accounthouders’ (procesregisseurs die zijn
gekoppeld aan een gemeente) hebben ook een outreachende en adviserende rol op het gebied van
ketensamenwerking en de verbinding van de lokale
kamer met het Veiligheidshuis. In 2014 werken we de
rol van accounthouder verder uit. Daarbij laten we per
gemeente ruimte voor maatwerk, afhankelijk van de
wensen en behoeften van die gemeente.
Naast de inspanning van het Veiligheidshuis is ook de
rol van de regiogemeenten bepalend voor het slagen
van de regionale samenwerking. Hieronder vindt u de
afspraken over de rol van de regiogemeenten in 2014.
5.3 Rol van de regiogemeenten in 2014
Algemeen
In 2014 zal door de gemeenten geïnvesteerd moeten
worden in hun netwerk- en ketenpartnerrol. Zij hebben toegezegd in 2014 deze rol verder in te vullen,
hun positie te versterken om uiteindelijk te komen tot
regievoering op het Veiligheidshuis. Daarbij trekken
de regiogemeenten gezamenlijk op.
De regiogemeenten hebben elk een eigen lokale
kamer, waarin ze hun lokale aanpak vorm geven.
Voor wat betreft de lokale aanpak, gericht op jeugd,
wordt samengewerkt met het CJG. De lokale kamers
worden aangestuurd door de lokale driehoek/
districtscollege. Gemeenten bepalen zelf hoe de
lokale kamer er uit ziet.
Regievoering en prioriteiten regiogemeenten
Voor 2014 moeten afspraken over de aangegeven
prioriteiten worden gemaakt. Wie gaat wat doen?
Het voorstel is dat de aanspreekpunten van de lokale
kamer van de gemeenten in contact treden met
de procesregisseur van het Veiligheidshuis om te
be­palen hoe de prioriteiten (zoals bijvoorbeeld
woninginbraak)kunnen worden vertaald naar de
praktijk. Dat is nodig om daadwerkelijk meldingen
te krijgen en aan de slag te gaan.
Overleggen
Het projectleidersoverleg uit 2013 (bestaande uit
mede­werkers van alle gemeenten en het Veiligheids­
huis) zal in 2014 worden voortgezet in de vorm van
een accounthoudersoverleg, waarin behalve beleidsmatige zaken, ook kennis en ervaringen over de lokale
kamers kan worden gedeeld. Het voorzitterschap zal
28
- halfjaarlijks - rouleren. Het accounthoudersoverleg
zal verder worden geprofessionaliseerd. Zo bestaat
de wens om in dit overleg met regelmaat een bepaald
thema (zoals woninginbraak) te bespreken. Per keer
zal worden bekeken welke gemeente namens de anderen zal aansluiten bij het kernteam.
Om het overleg van de regiegroep (voorheen
directeuren­overleg) zo goed mogelijk voor te bereiden,
zal het accounthoudersoverleg - gedeeltelijk - worden
gecombineerd met het overleg van de gemeentelijke
hoofden OOV. De diverse overlegreeksen zullen in
tijd op elkaar worden afgestemd.
Aanwezigheid regiogemeenten
Recentelijk heeft het OM het standpunt ingenomen
om in 2014 niet meer aan te sluiten bij lokale casus­
overleggen. Voor de geprioriteerde criminele jeugd­
groepen geldt dat het OM alleen nog zal aansluiten
bij de regiegroep, niet meer bij de bijbehorende
casusoverleggen. Het OM heeft aangegeven wel
aanwezig te zijn in het Veiligheidshuis Haaglanden.
Als gemeenten informatie van het OM willen of een
casusoverleg met het OM willen, kan dat op het
Veiligheidshuis. Met het oog daarop heeft de gemeente Zoetermeer besloten om in 2014 hun lokale kamer
in het Veiligheidshuis te organiseren. Zoetermeer zal
de overige overleggen in het Veiligheidshuis rondom
de lokale kameroverleggen plannen, zodat zij met
regelmaat een of meerdere dagdelen aanwezig zijn.
De gemeente Delft is al regelmatig - een dag per week aanwezig op het Veiligheidshuis in de persoon van de
accounthouder en zal dit in 2014 voortzetten.
De gemeenten Rijswijk, Westland, LeidschendamVoorburg en Pijnacker-Nootdorp zullen geen dagdelen op het Veiligheidshuis aanwezig zijn. Hun
aanwezigheid beperkt zich tot de voorbereiding van,
het bijwonen van en de nabespreking van de overleggen. De gemeenten Wassenaar en Midden-Delfland
zullen, gelet op hun beperkte hoeveelheid casuïstiek,
incidenteel op het Veiligheidshuis aanwezig zijn.
De gemeente Den Haag is vier dagen per week
aanwezig op het veiligheidshuis.
Delen van informatie
Het informatiecentrum van het Veiligheidshuis be­
schikt over verschillende soorten informatie, die van
belang kan zijn voor de regiogemeenten. Zo zijn er
lijsten van voorgeleidingen, stelselmatige daders
en overvallers. Daarnaast ontvangt het informatie­
centrum via het OM de zogenaamde toolboxlijst
(inwoners, die op basis van eerder gepleegde misdrijven een verhoogd risico vormen). In 2014 zal
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
het informatiecentrum al deze gegevens per gemeente bundelen en via de accounthouders delen
met de regiogemeenten. De accounthouders kunnen
in samenspraak met de procesregisseurs van het
Veiligheidshuis beslissen wat de gemeente met deze
informatie wil gaan doen.
5.4Professionalisering van de
communicatie
Voor netwerkorganisaties en ketensamenwerking is
communicatie essentieel. Het Veiligheidshuis maakt
in 2014 werk van communicatie. Hierbij gaan we
tijdelijk gebruik maken van een communicatie­
adviseur.
Daarbij komen onder meer de volgende punten
aan de orde.
• We gaan in 2014 de boer op: samenwerking kan
alleen als we weten wat we voor elkaar kunnen
betekenen en hoe we elkaar kunnen vinden. In
2014 draagt het Veiligheidshuis helder uit waar het
goed in is en wat het kan betekenen voor partners.
• We gaan in 2014 extra aandacht besteden aan
het imago van het Veiligheidshuis. We gaan
onderzoeken welke effecten onze manier van
communiceren op ons netwerk heeft. Geven we
op een goede manier terugkoppelingen? Weten
de professionals die we uitnodigen wat van ze ver wacht wordt? Zijn we laagdrempelig benaderbaar?
5.5 Versterking expertisefunctie
ISD-maatregel, overvallersaanpak, aanpak van
criminele groepen, aanpak van hooligans, nazorg
voor ex-gedetineerden: we hebben de expertise in
huis. Onze experts weten ook voor complexe casussen
openingen te vinden als die er zijn. Doel voor 2014 is
om de partners nog meer gebruik te laten maken van
onze expertise. We blijven doelgericht onze expertise
verdiepen. Een voorbeeld zijn de woninginbraken.
De gemeenten Zoetermeer, Pijnacker-­Nootdorp en
Leidschendam-Voorburg benoemen de aanpak van
woninginbraken als prioriteit. Ook de politie en de
gemeente Den Haag zijn bereid om extra aandacht te
geven aan dit onderwerp. In het begin van 2014 gaat
het Veiligheidshuis met de partners in gesprek wat we
op dit thema kunnen betekenen. Daarbij leren we van
bestaande initiatieven zoals in het Haagse stadsdeel
Laak of in Leidschendam-Voorburg en gaan we zoveel
moge­lijk te werk vanuit de praktijk. Denkbaar is om
voor een klein gebied alle woninginbrekers onder
het vergrootglas te leggen om te zoeken naar delict-­
specifieke trends en interventies. Kennisdeling blijft
een actueel onderwerp in het Veiligheidshuis. In 2014
gaan we opnieuw kennis­bijeenkomsten organiseren
en zoeken naar nieuwe manieren van kennisoverdracht.
5.6 Drie decentralisaties
Gemeenten krijgen te maken met drie grote decentralisaties: jeugdzorg, participatiewet en de overheve­
ling van taken uit de AWBZ naar de Wmo. Voor de
Gemeente Den Haag zijn de drie decentralisaties
extra reden om te investeren in het lerende vermogen
van de eigen organisatie. Eén manier om dat te doen
is de Haagse Integrale Aanpak (HIA). De Gemeente
Den Haag heeft deze methodiek in 2013 ontwikkeld
om knelpunten in de gemeentelijke dienstverlening
dienst­overstijgend en integraal aan te pakken. Dat
gebeurt op casusniveau maar vooral ook op beleids­
niveau om structurele knelpunten te signaleren en
weg te nemen. De doelstelling van de HIA is om een
integraal leerproces te organiseren voor de gemeentelijke organisatie en haar partners in het sociaal
domein. Het Veiligheidshuis is een van de partners
van de HIA en zal deze samenwerking in 2014 verder
vorm geven.
In 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor de
jeugdzorg. Dit omvat onder meer opgroei- en opvoed­
ondersteuning, jeugdbescherming, jeugdreclassering
en jeugd GGZ. Gemeenten zullen binnen de wettelijke
kaders deze regierol op verschillende manieren gaan
invullen, afhankelijk van de plaatselijke behoeften,
omstandigheden en ambities. Duidelijk is dat het
Veiligheidshuis straks te maken krijgt met andere,
nieuwe aanbieders van jeugdbescherming, jeugd­
reclassering, AMHK en jeugdhulp. Dat kan gevolgen
hebben voor de wijze waarop, de mate waarin en
de slagvaardigheid waarmee jeugdzorg kan worden
ingezet als instrument voor de aanpak van complexe
casussen. Daarom wordt het Veiligheidshuis graag
betrokken bij de discussie in de diverse gemeenten
over de toekomstige inrichting van de jeugdzorg.
Het Veiligheidshuis draagt er zorg voor dat aan de
toekomstige aanbieders van jeugdzorg de informatie over de rol en de toegevoegde waarde van het
Veiligheidshuis wordt verstrekt en zal met hen de
samenwerking tot stand brengen.
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
29
De verbinding tussen het Veiligheidshuis en de
transitie van het jeugdstelsel is essentieel. Belangrijke
vragen die we in 2014 willen beantwoorden is:
• Hoe krijgt het Veiligheidshuis positie binnen deze
herinrichting? Hoe kunnen wij van meerwaarde
zijn?
• Hoe kan het Veiligheidshuis goed aansluiten op
de rest van het lokaal en regionaal aanbod van
ondersteuning en jeugdhulp?
• Hoe zorgen we voor goede verbindingen tussen
die functies en overlegtafels zodat er voldoende
samenhang is in het systeem als geheel?
Het Veiligheidshuis Haaglanden neemt in het eerste
kwartaal 2014 het initiatief om een bijeenkomst
over de gevolgen van de decentralisatie jeugdzorg
voor het veiligheidsbeleid in de regio Haaglanden te
organiseren. Daarvoor nodigen we de gemeentelijke
transitiemanagers en de hoofden van de afdelingen
voor Openbare Orde en Veiligheid uit. Daarbij willen
we kennis uitwisselen en onderzoeken welke moge­
lijkheden er zijn om regionaal gezamenlijk op te
trekken.
5.7 Samenwerking in de
Eenheid Den Haag
In 2012 zijn de huidige politieregio’s Haaglanden
en Hollands Midden samengevoegd, onder de naam
Eenheid Den Haag. Het nieuwe werkgebied bestaat
uit twee Veiligheidsregio’s. Binnen het werkgebied
van de nieuwe Eenheid Den Haag zijn twee
Veiligheidshuizen actief: Veiligheidshuis Haaglanden
en Veiligheidshuis Hollands Midden (locaties Leiden
en Gouda). Behalve de politie werken ook andere
partners, zoals het OM en de Raad van de Kinderbe­
scherming in de hele regio en zijn ook op dat
schaalniveau georganiseerd. Dat versterkt de behoefte
aan inhoudelijke en operationele afstemming tussen
de twee Veiligheidshuizen. Op het gebied van doelen
en ambities, maar ook op dat van aanpak.
Met het oog daarop ligt er een gezamenlijk meerjarenplan van de beide Veiligheidshuizen.
In 2014 zal met name worden gewerkt aan:
• afstemming van werkprocessen;
• ontwikkelen van instrumenten voor monitoring
en evaluatie;
•deskundigheidsbevordering;
• communicatie (PR binnen en buiten het
Veiligheidshuis).
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
6.Financiering
Bij de verdeling van de kosten van het Veiligheidshuis
is het uitgangspunt dat niet-gemeentelijke partners in
natura de personele bijdrage (ten minste 4 dagen per
week) leveren (voor de gemeentelijke inzet zie punt
5.3, p. 28/29). Daarnaast wordt het Veiligheidshuis
met ingang van 2014 enerzijds gesubsidieerd door
het Ministerie van Veiligheid en Justitie met een bijdrage ten behoeve van management, ondersteuning,
huisvesting en ICT en anderzijds door de gemeente
Den Haag, die als centrumgemeente optreedt, en de
regiogemeenten ten behoeve van management, personeel, beleid, trajecten en scholing.
De ketenmanager is verantwoordelijk voor het beheer
van de financiën en zorgt voor de agendering van de
relevante financiële onderwerpen in het Periodiek
overleg van bestuurders.
Bij de verdeling van de kosten van het Veiligheidshuis
is het uitgangspunt dat de partners de benodigde
capaciteit en bijbehorende inzet leveren vanuit
hun reguliere taakopdracht. Partners leveren zelf
medewerkers en ondersteuning en vragen daarvoor geen additionele bijdrage. Het Ministerie van
Veiligheid en Justitie en de gemeenten uit Haag­
landen zijn verantwoordelijke voor de bekostiging van
het Veiligheidshuis. De begroting en de jaarrekening
worden jaarlijks voorgelegd aan het periodiek overleg
van bestuurders. 7. Begroting 2014
Inkomsten
Bijdrage Ministerie V&J
Gemeente Den Haag
Regiogemeenten
Overige inkomsten Totaal
Uitgaven
Personeel
Huisvesting, Automatisering
Overige uitgaven (o.a. communicatie, ontwikkeling,
teambuilding, opleiding)
Totaal
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014
2014
€ 585.000,00
€ 470.000 Structureel
€ 130.000 Incidenteel
€ 165.000,00
€ 10.800,00
€ 1.360.800,00
2014
€ 856.250,00
€ 453.850,00
€ 50.700,00
€ 1.360.800,00
31
Veiligheidshuis Haaglanden
Adres: Bezuidenhoutseweg 179
2594 AH Den Haag
070-7570900
Tel.:
Web.: www.veiligheidshuisdenhaag.nl
Veiligheidshuis Haaglanden | Jaarplan 2014