Inspectierapport PSZ De Tivoli-Ark 2014

Inspectierapport
Peuterspeelzaal
De Tivoli-Ark
Tabakstraat 24
4561 HW HULST
Toezichthouder:
In opdracht van gemeente:
Datum inspectie:
Type onderzoek :
Status:
Datum vaststelling inspectierapport:
Ons kenmerk:
GGD Zeeland
HULST
28-03-2014
Regulier onderzoek
Definitief
29-04-2014
14-0899 NPop/EBaa
Inhoudsopgave
Het onderzoek ................................................................................................................................ 3
Observaties en bevindingen .............................................................................................................. 4
Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen ................. 4
Pedagogisch klimaat.................................................................................................................... 5
Personeel en groepen .................................................................................................................. 7
Veiligheid en gezondheid.............................................................................................................. 8
Ruimte en inrichting .................................................................................................................... 9
Ouderrecht .............................................................................................................................. 10
Inspectie-items ............................................................................................................................. 11
Gegevens voorziening.................................................................................................................... 17
Gegevens toezicht ........................................................................................................................ 17
Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal ........................................................................................ 18
2 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd regulier onderzoek.
Beschouwing
Locatie de Ark is gevestigd in basisschool de Ark te Hulst.
Er is sprake van een 2-4 jaar stamgroep.
Tevens is er een samenwerkingsverband met Kinderopvang de Tivoli locatie de Ark.
Op maandag, woensdag en vrijdagochtend vindt er op locatie peuterspeelzaalwerk plaats.
Een gedeelte van deze groep wordt ingevuld met peuterspeelzaalkinderen en een gedeelte
kinderopvangkinderen.
Er heerste een prettige en ontspannen sfeer in de groep. De houder en de beroepskrachten stonden open
voor medewerking aan de inspectie.
Er wordt sterk geinvesteerd in de pedagogiek, wat zich vertaald in de pedagogische praktijk op de locatie.
Inspectiegeschiedenis:
2012: registeropname en regulier inspectie waar geen tekortkomingen zijn gesignaleerd.
2013: geen tekortkomingen geconstateerd.
Er zijn aandachtspunten betreffende veiligheid:
Overleg & Overreding:
De houder heeft de arbeidsovereenkomst van één van de beroepskrachten nagestuurd.
2014: reguliere inspectie waar geen tekortkomingen zijn gesignaleerd.
Echter wil de toezichthouder opmerken dat de locatieverantwoordelijke alle documenten vertaald heeft naar
de gecombineerde situatie. Stichting peuterspeelzalen Hulst is enkel op papier de houder.
Advies aan College van B&W
Geen handhaving.
3 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Observaties en bevindingen
Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen
Peuterspeelzaalwerk in de zin van de wet
Op maandag, woensdag en vrijdagochtend vindt er op locatie peuterspeelzaalwerk plaats.
Een gedeelte van deze groep wordt ingevuld met peuterspeelzaalkinderen en een gedeelte
kinderopvangkinderen.
Op dinsdag en donderdag is er de mogelijkheid tot kinderopvang.
4 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
Er is op deze locatie een organisatiebreed pedagogisch beleidsplan aanwezig. De houder heeft daarnaast een
pedagogisch werkplan dat specifiek voor deze locatie omschreven is ingezien.
Aan alle gestelde eisen wordt voldaan.
Pedagogische praktijk
Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument
observatie kindercentrum.
Uit observatie en interview met de beroepskrachten blijkt het pedagogisch beleid in de praktijk duidelijk te
zijn en te worden toegepast.
Emotionele veiligheid
Elk kind wordt individueel gegroet bij binnenkomst; beroepskrachten doen dit op een enthousiaste en
persoonlijke manier.
Wanneer de kinderen op de peuterspeelzaal komen, worden zij allemaal persoonlijk begroet door de
beroepskracht. De beroepskracht vraagt onder andere wat ze de vorige dag thuis gedaan hebben.
Beroepskrachten moedigen gesprekjes aan tussen henzelf en kinderen, en tussen kinderen onderling aan,
door zowel luisteren als praten.
Tijdens het opruimen voert de beroepskracht gesprekjes met de kinderen over wat ze deze ochtend allemaal
al gedaan hebben en wat ze nog gaan doen. Er wordt gewerkt rondom de lente en de beroepskracht heeft
kikkerdril meegenomen. Er wordt tijdens het kringgesprek middels een puzzel en de kikkerdril gekeken en
gepraat over hoe kikkerdril tot een kikker groeit. De kinderen zijn zichtbaar onder de indruk en stellen allerlei
vragen aan elkaar en aan de beroepskracht.
De beroepskrachten laten merken dat ze de kinderen mogen; ze geven complimentjes, maken grapjes,
knuffelen, hebben oogcontact en treden bemoedigend op als een kind dat nodig heeft.
Tijdens het verkleden worden de kinderen aangemoedigd om deel te nemen aan het proces. Er wordt op
kindhoogte met de kinderen gecommuniceerd. Er is tijd om met een kind te knuffelen op schoot.
Persoonlijke competentie
De beroepskrachten ondersteunen en stimuleren individuele kinderen.
Er is tijdens het drinkmoment voldoende aandacht voor de kinderen. Er is een kindje aangewezen als helper.
Deze deelt de koekjes uit. Er wordt gezongen aan de tafel voor het koekmoment. De kinderen zijn zichtbaar
bekend met elkaar. Tijdens het zingen mogen kinderen kiezen uit een koffer waarin verschillende attributen
zitten zoals een bus, spook, trein etc. Deze attributen worden gelinkt aan een liedje.
Sociale competentie
De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in de interactie tussen de kinderen onderling.
Het is duidelijk zichtbaar dat de kinderen elkaar onderling allemaal goed kennen, er heerst een prettige sfeer.
De beroepskrachten zijn op de hoogte van de karaktertrekken van de kinderen. Als een kind wat buiten de
groep dreigt te vallen door gedrag, wordt dit benoemd en worden de kinderen aangespoord om samen te
spelen.
Overdracht van normen en waarden
Afspraken, regels en omgangsvormen zijn aanwezig.
Er zijn duidelijk afspraken en regels op de groep aanwezig. De kinderen worden aangesproken als ze niet
handelen conform de afspraken. Er wordt duidelijk uitgelegd waarom iets niet mag. Bijvoorbeeld: Aan tafel
zitten we op de billen. Als kind X wil kiezen uit de liedjeskoffer en zij is nog niet aan de beurt, wordt er
uitgelegd dat eerst kind Y aan de beurt is en daarna mag kind X iets kiezen.
5 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Voorschoolse educatie
De houder heeft een opleidingsplan opgesteld. Deze locatie is 3 dagen per week geopend van 8.30 uur tot
12.00 uur. Hierdoor wordt voldaan aan de 10-ureneis voor- en vroegschoolse educatie per week.
Er wordt gebruik gemaakt van het programma Uk en Puk.
De toezichthouder heeft de VVE-certficaten van de beroepskrachten ingezien. De beroepskrachten zijn in het
bezit van een bewijs dat zij scholing hebben afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van
achterstanden bij jonge kinderen of werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma's.
Gebruikte bronnen:

Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Vragenlijst oudercommissie (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van inspectie locatieverantwoordelijke

geinterviewd.)

Interview anderen (Ten tijde van inspectie pedagogisch medewerkers geinterviewd.)

Observaties (Observatie tijdens de inspectie middels veldinstrument.)

Pedagogisch beleidsplan (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Pedagogisch werkplan (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

VVE-certificaten (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Opleidingsplan voorschoolse educatie (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

6 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De toezichthouder heeft de verklaringen omtrent gedrag en de arbeidsovereenkomsten steekproefsgewijs
ingezien. Hierbij zijn geen afwijkingen geconstateerd. Er wordt aan de gestelde eisen voldaan.
Passende beroepskwalificatie
De toezichthouder heeft de diploma's van de beroepskrachten ingezien. Zij voldoen aan de kwalificatie-eisen
zoals omschreven in de CAO kinderopvang.
Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio
De toezichthouder heeft de kindaanwezigheidslijsten en de werkroosters van de beroepskrachten van week
8 t/m week 13 ingezien. Aan de beroepskracht-kindratio wordt voldaan.
Opvang in groepen
Binnen de Tivoli-Ark is er een combigroep van maximaal zestien kindplaatsen in de leeftijd van 2-4 jaar.
Gebruik van de voorgeschreven voertaal
Op deze locatie wordt Nederlands gesproken.
Gebruikte bronnen:

Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van inspectie locatieverantwoordelijke

geinterviewd.)
Observaties (Observatie tijdens de inspectie middels veldinstrument.)


Verklaringen omtrent het gedrag (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Diploma's beroepskrachten (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Arbeidscontracten (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Plaatsingslijsten (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Presentielijsten (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Personeelsrooster (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
7 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
Er is een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid die opgesteld is in februari 2014.
Uit gesprek met de beroepskrachten en het inzien van de notulen van de werkoverleggen blijkt dat de risicoinventarisatie en ongevallenregistraties een terugkerend onderwerp zijn tijdens de werkoverleggen.
Uit gesprek met de beroepskracht blijkt dat zij op de hoogte is van de veiligheids- en gezondheidsrisico's en
de getroffen maatregelen die de risico's moeten verkleinen.
Risico's worden ondervangen in werkafspraken, huisregels en protocollen die door de beroepskrachten
jaarlijks worden bekeken en indien nodig aangepast.
Meldcode kindermishandeling
Er is een meldcode kindermishandeling op de locatie aanwezig.
De beroepskrachten zijn op de hoogte van de meldcode kindermishandeling.
Uit gesprek met de beroepskrachten blijkt dat zij weten welke stappen zij moeten ondernemen bij een
vermoeden kindermishandeling en op welke signalen zij kunnen letten.
De houder hanteert de meest recente versie van de meldcode van de Brancheorganisatie Kinderopvang.
Hiervan is de sociale kaart ingevuld en aanpassingen zijn naar de eigen organisatie doorgevoerd.
Er zijn bijscholingsbijeenkomsten georganiseerd door de houder.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van de inspectie ingezien.)


Vragenlijst oudercommissie (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van inspectie locatieverantwoordelijke

geinterviewd.)

Interview anderen (Ten tijde van inspectie pedagogisch medewerkers geinterviewd.)
Risico-inventarisatie veiligheid (Ten tijde van de inspectie ingezien.)


Risico-inventarisatie gezondheid (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Actieplan veiligheid (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Actieplan gezondheid (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Ongevallenregistratie (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Veiligheidsverslag (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Gezondheidsverslag (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Huisregels/groepsregels (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Meldcode kindermishandeling (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

8 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Ruimte en inrichting
Binnenruimte
De binnenspeelruimte is passend ingericht met verschillende hoekjes en divers speelmateriaal, in
overeenstemming met de leeftijd van de kinderen.
Totaal oppervlak is 64,1 m2 (2013).
Buitenspeelruimte
Deze locatie beschikt over een aangrenzende buitenspeelruimte en is voldoende groot voor de opvang van
het aantal kinderen. De buitenspeelruimte is volledig omheind en er is divers buitenspeelmateriaal aanwezig.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van de inspectie ingezien.)


Observaties (Observatie tijdens de inspectie middels veldinstrument.)
9 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Ouderrecht
Informatie
De houder informeert de ouders door middel van nieuwsbrief, website en bij haal- en brengmomenten. De
informatie is actueel. De locatieverantwoordelijke plaats de inspectierapporten op zijn eigen website.
De website van peuterspeelzalen Hulst is niet bereikbaar.
Klachten
De houder is bij de ZcKK aangesloten voor de ouders. Er zijn bij ZcKK geen klachten gemeld.
De houder heeft het jaarverslag op tijd aan de GGD verzonden.
Gebruikte bronnen:
Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van de inspectie ingezien.)


Vragenlijst oudercommissie (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Ten tijde van inspectie locatieverantwoordelijke

geinterviewd.)

Informatiemateriaal voor ouders (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
Website (Ten tijde van de inspectie ingezien.)


Nieuwsbrieven (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Notulen teamoverleg (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Klachtenregeling (Ten tijde van de inspectie ingezien.)

Jaarverslag Wet klachtrecht cliënten zorgsector (Ten tijde van de inspectie ingezien.)
10 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Inspectie-items
Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen
peuterspeelzalen
Peuterspeelzaalwerk in de zin van de wet
Gedurende het verblijf in de peuterspeelzaal wordt verzorging en opvoeding geboden en wordt een bijdrage
geleverd aan de ontwikkeling van kinderen.
(art 2.1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)
Het verblijf in de peuterspeelzaal is uitsluitend bestemd voor kinderen in de leeftijd van twee jaar tot het
tijdstip waarop die kinderen kunnen deelnemen aan het basisonderwijs.
(art 2.1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch beleid
De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor die peuterspeelzaal kenmerkende visie op de
omgang met kinderen is beschreven.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de
wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot
de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van
normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale
omvang en de leeftijdsopbouw van de peuterspeelzaalgroep.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de (spel)activiteiten waarbij
kinderen hun peuterspeelzaalgroep dan wel de peuterspeelzaalgroepsruimte verlaten.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop
beroepskrachten bij hun werkzaamheden met kinderen worden ondersteund door andere niet structureel
ingezette personen.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe de achterwacht is geregeld
indien slechts één beroepskracht in de peuterspeelzaal aanwezig is.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten in een
peuterspeelzaal bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders
doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten in een
peuterspeelzaal toegerust worden voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij
ondersteund worden.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 20 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
11 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke
competentie te komen.
(art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale
competentie te komen.
(art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 2.5 en 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 20 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Voorschoolse educatie
Voorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten
minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen,
motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse
educatie)
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep
bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit
voorschoolse educatie)
De groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 2 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit
voorschoolse educatie)
De beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg
afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse
educatie)
Onderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over
het verzorgen van voorschoolse educatie.
OF
De beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het
vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse
educatieprogramma’s.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse
educatie)
De houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse
educatie)
Voor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en
samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en
sociaal-emotionele ontwikkeling.
(art 2.8 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse
educatie)
12 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het
college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.
(art 2.6 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn
in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar.
(art 2.6 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is vóór aanvang van de
werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd.
(art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is bij aanvang van de
werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie
overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening.
(art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang
en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio
Het aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt:
- in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht;
- in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede
beroepskracht.
(art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 18 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten
aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht/vrijwilliger-kindratio slechts
één beroepskracht in de peuterspeelzaal aanwezig is.
(art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 19 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen
De opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen.
(art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen.
(art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 19 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 18 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de
groep van het kind.
(art 2.6 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 18 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruik van de voorgeschreven voertaal
De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.
(art 2.12 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
OF
Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke
omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.
(art 2.12 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
13 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit
registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking,
valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden
genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de
maatregelen.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het
ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de
vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit
registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en
medisch handelen.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden
genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en
de maatregelen.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 sub b Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de
vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.
(art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling
De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.
(art 2.9a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17a Besluit kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
(art 2.9a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
14 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Ruimte en inrichting
Binnenruimte
Er is ten minste 3,5 m² bruto oppervlakte in de groepsruimte beschikbaar per kind.
De binnenruimte is ingericht in overeenstemming met het aantal op te vangen kinderen.
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en
het pedagogisch beleid.
Buitenspeelruimte
Er is ten minste 3 m² bruto buitenspeelruimte beschikbaar per aanwezig kind.
De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk en veilig bereikbaar.
De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum.
De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen
en het pedagogisch beleid.
Ouderrecht
Informatie
De houder informeert de ouders over het te voeren beleid.
(art 2.11 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder informeert de ouders en de kinderen tot welke peuterspeelzaalgroep het kind behoort en welke
beroepskrachten op welke dag voor welke groep verantwoordelijk zijn en welke vrijwilligers op deze dag
aanwezig zijn.
(art 2.6 lid 2 en 2.11 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 3 en 4 Besluit kwaliteit
kinderopvang en peuterspeelzalen; art 18 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na
ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift
van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.
(art 2.11 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Klachten
De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven
eisen.
(art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.
(art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.
(art 2 lid 3 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van
de klachtencommissie.
(art 2 lid 5 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder leeft geheimhoudingsplicht na.
(art 2 lid 4 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
15 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
De houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van ouders wordt
opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.
(art 2 lid 7 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de
GGD.
(art 2 lid 9 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
16 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening
Website
Aantal kindplaatsen
Gesubsidieerde voorschoolse educatie
:
:
:
:
De Tivoli-Ark
http://www.peuterspeelzalenhulst.nl
16
Ja
Gegevens houder
Naam houder
Adres houder
Postcode en plaats
Website
KvK nummer
:
:
:
:
:
Stichting Peuterspeelzalen Hulst
Postbus 6
4570 AA AXEL
www.peuterspeelzalenhulst.nl
22061071
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD
Adres
Postcode en plaats
Telefoonnummer
Onderzoek uitgevoerd door
:
:
:
:
:
GGD Zeeland
Postbus 345
4460 AS GOES
0113-249400
N Poppe
Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente
Adres
Postcode en plaats
: HULST
: Postbus 49
: 4560 AA HULST
Gegevens toezicht
Planning
Datum inspectie
Opstellen concept inspectierapport
Zienswijze houder
Vaststelling inspectierapport
Verzenden inspectierapport naar houder en
oudercommissie
Verzenden inspectierapport naar gemeente
Openbaar maken inspectierapport
:
:
:
:
:
28-03-2014
28-03-2014
18-04-2014
29-04-2014
29-04-2014
: 29-04-2014
: 29-04-2014
17 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST
Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
18 van 18
Definitief inspectierapport peuterspeelzaal regulier onderzoek 28-03-2014
De Tivoli-Ark te HULST