De gezamenlijke organisatie en de projecten van het uitvoeringsprogramma noordzeekanaalgebied 2014 Het Noordzeekanaalgebied: Eén gezamenlijke visie en uitvoeringsagenda om een zo groot mogelijke bijdrage te leveren aan het versterken van de internationale concurrentiepositie van de MRA. JUNI 2014 INHOUDSOPGAVE 4Inhoudsopgave 5Voorwoord 5Colofon 7Inleiding 12 Het Bestuursplatform en haar omgeving 14 Projecten en acties van het Bestuursplatform 14Ruimte-intensiveringsmonitor 16 Bedrijventerreinen/ Werkgelegenheidsmonitor 17 Gezamenlijk vestigingsbeleid 17Haveninformatiecentrum 18 Projecten/beleid onder verantwoordelijkheid van andere Bestuurlijke overlegorganen 19 Kwaliteitsverbetering groen en landschap 19 Tijdelijke natuur, recreatie of agrarische functies Houtrakpolder 20 Woningbouwmonitor en intensivering 21 Milieudialoog IJMOND 22 Provinciaal inpassingsplan geluidzones Westpoort en HoogTij 23 Zeetoegang IJmond 26Averijhaven/lichteren 27 Vaart in de Zaan 27 Meer Bereiken Noordwestkant Amsterdam/ A9 Alkmaar/ Raasdorp 29 Verkenning corridor A7/ A8 29 Verbinding A8/ A9 30 Transformatie specifieke locaties 31 Gebiedsvisie Amsterdamse haven 32 Scholing en onderwijs 33 Projecten op termijn 35Overlegstructuren BIJLAGE 1 Rompbesluit Visie NZKG 2040 BIJLAGE 2 Projecten uit Bestuurlijke Agenda Visie en Samenwerkingsagenda 4 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied VOORWOORD V oor u ligt het Uitvoerings programma Noordzeekanaal gebied (NZKG). De programma inhoud is tot stand gekomen op basis van de Bestuurlijke agenda Visie NZKG, g ecombineerd met de activiteiten uit de Uitvoeringsagenda van het eerdere Masterplan NZKG. Het geeft u inzicht in de projecten en activiteiten die noodzakelijk zijn om de uitgesproken ambities van het Bestuursplatform te realiseren. Het Bestuursplatform van het Noordzeekanaalgebied (BPF) is sinds 6 december 2013 verantwoordelijk voor de uitvoering van de Visie NZKG 2040 met als hoofddoel: de bijdrage van het NZKG aan (de internationale concurrentiepositie van) de MRA te versterken. Om dit doel te bereiken heeft het Bestuursplatform in deze Uitvoeringsagenda de relevante projecten en ontwikkelingen in de verschillende beleidssectoren in beeld gebracht. Ook geeft het BPF in de Uitvoeringsagenda aan welke activiteiten zij zelf komend jaar in gang zet, welke projecten en activiteiten de hele regio raken en welke in gezamenlijkheid worden ontwikkeld en aangestuurd. Afgelopen jaar hebben wij u regel matig om uw input gevraagd voor de totstandkoming van de Visie NZKG 2040. Dit heeft ertoe geleid dat wij een breed gedragen Visie hebben. En zoals de voorzitter van de Stuurgroep Visie NZKG, Commissaris van de Koning de heer Remkes, bij de o verdracht al aangaf: ‘Het is de uitdaging voor het Bestuursplatform om de Visie ook daadwerkelijk tot uitvoering te brengen’. Dit kunnen wij niet alleen doen. Voor de uitvoering doen wij dan ook een beroep op uw inzet en commitment. Mocht u na het lezen van deze rapportage van het Uitvoerings programma zelf plannen of ideeën hebben voor de uitvoering van de Visie, laat het ons weten! Met vriendelijke groeten, Elisabeth Post Namens het Bestuursplatform NZKG, Elisabeth Post Voorzitter Bestuursplatform NZKG colofon Projectbureau NZKG Felison Terminal, Sluisplein 60, 1975 AG IJmuiden T (0255) 56 05 00 - F (0255) 56 05 08 E-mail: [email protected] Website: www.noordzeekanaalgebied.nl Juni 2014 Het Uitvoeringsprogramma NZKG 2014 is een uitgave van het Projectbureau Noordzeekanaalgebied. Tekst: Projectbureau Masterplan NZKG in samenwerking met Adviesteam en Projectleiders Foto’s: Reinder Weidijk, Henk Honing, Silverstar Agencies, Havenbedrijf Amsterdam, Rijkswaterstaat WNN, Urhahn Urban Design, Gemeente Zaanstad, provincie Noord-Holland, Abeer Soeterbroek, Michel Dekker, Harry Lamers, Chrétienne Nielen Vormgeving & druk: Bundelmedia, Beverwijk juNi 2014 5 6 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied INLEIDING A fgelopen jaar heeft enerzijds in het teken gestaan van het o pstellen van de Visie Noordzeekanaal gebied 2040 en anderzijds van het in gang zetten en monitoren van projecten uit de Samenwerkingsagenda Masterplan NZKG. Hierbij heeft het Bestuursplatform een splitsing aangebracht in haar activiteiten omdat zij in 2011 besloten heeft alleen met de overheden uit het Bestuursplatform aangevuld met het Rijk, een integrale Visie te maken. Deze Visie is afgelopen jaar vastgesteld. Alle deelnemende partners hebben het zogenaamde Rompbesluit vastgesteld (zie bijlage 1), waarin de besluiten staan die kort en bondig de acties uit de Visie verwoorden. Daarbij geldt dat de gemeente Haarlemmerliede & Spaarnwoude met besluit 8 niet heeft ingestemd, maar wel de intentie heeft aangegeven om actief deel te blijven nemen in het NZKG-proces. De besluiten vormen de basis van het Uitvoerings programma van de Visie (de b estuurlijke agenda). Naast het opstellen van de Visie heeft het Bestuursplatform de activiteiten uit de Samenwerkings agenda in gang gezet en gemonitord zoals bijvoorbeeld de Werkgelegenheidsmonitor. De a ctiviteiten en projecten uit de bestuurlijke agenda (bijlage 2) vormen samen met de Samenwerkingsagenda vanaf 1 januari 2014 het voor liggende Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied. De uitvoering van dit programma gebeurt vanuit onderstaande doelstelling: Met dit nieuwe Uitvoeringsprogramma is ook de naam Masterplan NZKG gewijzigd in U itvoeringsprogramma NZKG. Daarom is de huisstijl aangepast en doorgevoerd in alle communicatie uitingen. Deze rapportage is de eerste communicatieuiting in de nieuwe huisstijl. In Hoofdstuk 1 is beschreven welke consequenties het Uitvoeringsprogramma heeft voor de samenstelling en werkwijze van het Bestuursplatform. Hoofdstuk 2 gaat over de wijze waarop het Bestuurs platform de o mgeving wil informeren en b etrekken bij de uitvoering van het Uitvoeringsprogramma. Hoofdstuk 3 geeft inzicht in de projecten en activiteiten die onder verantwoordelijkheid van het Bestuursplatform worden uitgevoerd. Het gaat hierbij om activiteiten als de monitoring van ontwikkelingen in het gebied en de gezamenlijke regionale projecten. In Hoofdstuk 4 zijn de projecten b eschreven die noodzake lijk zijn voor de uitvoering van de Visie en waar een andere bestuurlijke trekker dan het Bestuursplatform verantwoordelijk voor is. Het Bestuursplatform monitort deze projecten om zo de integraliteit en de samenhang tussen deze p rojecten af te stemmen. De p rojecten worden, daar waar nodig, door het Bestuursplatform tijdens haar vergaderingen besproken. Hoofdstuk 5 gaat over de a ansluiting van het Bestuursplatform bij de grotere netwerken zowel regionaal, n ationaal als europees. Uitvoeren van de Visie Noordzeekanaalgebied 2040 en inspelen op de toekomstige ontwikkeling in het NZKG, met een afweging van alle aanwezige belang en vanuit het perspectief van de versterking van de internationale concurrentiepositie van de MRA Bijlage 1: Het Rompbesluit van de Visie Noordzeekanaalgebied 2040. Bijlage 2: Overzicht van p rojecten die afkomstig zijn uit de Samenwerkingsagenda (‘bestaand’) en projecten die afkomstig zijn uit de Bestuurlijke agenda van de Visie (‘nieuw’). >> juNi 2014 7 Leden Stuurgroep Visie NZKG bij overhandiging Visie aan Bestuursplatform NZKG. Bestuursplatform NZKG en de Uitvoeringsagenda Afgelopen jaar hebben de overheden van het Bestuurs platform NZKG zich in twee overlegstructuren ingezet voor de ontwikkeling van het Noordzeekanaalgebied. De tijdelijke Stuurgroep Visie Noordzeekanaalgebied aangevuld met Rijksvertegenwoordiging was g ericht op de lange termijn strategie voor het gebied. Het Bestuursplatform Masterplan NZKG, waarin ook de havenbeheerders, RWS West-Nederland Noord als vaarwegbeheerder en de Kamer van Koophandel deel van uitmaken, was bezig met de uitvoering van acties uit het Masterplan NZKG. Om de nieuwe koers duidelijk te markeren heeft het Bestuursplatform besloten niet meer de naam Bestuursplatform Masterplan NZKG te gebruiken, omdat dit een verwijzing is naar het ‘oude beleid’ waaraan het Masterplan ten grondslag ligt. De nieuwe naam is “Bestuursplatform Noordzeekanaalgebied”. Ook heeft zij zich gebogen over de vraag met welke partijen de meeste s lagkracht kan worden ontwikkeld in de s amenwerking rond de doelstelling: ‘Uitvoeren van de Visie Noordzeekanaalgebied 2040 en inspelen op de t oekomstige ontwikkeling in het NZKG, met een afweging van alle aanwezige belangen vanuit het perspectief van de versterking van de internationale concurrentiepositie van de MRA.’ Op 6 december 2013 heeft de tijdelijke Stuurgroep Visie NZKG 2040 de u itvoering van de Visie overgedragen aan het Bestuursplatform Masterplan NZKG. Met het nemen van de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Visie heeft het Bestuursplatform stilgestaan bij haar samenstelling, werkwijze en haar naam. 8 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Samenstelling en rol Bestuursplatform Noordzeekanaalgebied Op basis van de inhoud heeft het Bestuursplatform NZKG geconcludeerd dat een vertegenwoordiging vanuit de g emeenten langs het kanaal, het Rijk, de haven beheerders, de beheerder van de infrastructuur onder regie van de provincie N-H de meest optimale kansen voor de uitvoering in zich heeft. Daarom heeft zij het Rijk gevraagd om op departementaal niveau vanuit beleid deel te nemen in het Bestuursplatform. Door het samenspel van de overheden en de beheerders/ontwikkelaars van het Noordzeekanaalgebied en de havens, is er slagkracht en daadkracht om de Visie uit te voeren. De havenbeheerders zijn immers medeverantwoordelijk voor de publieke infrastructuur en hebben veel contacten met hun klanten -de bedrijven- waarbij zij projecten van de Uitvoeringsagenda onder de aandacht kan brengen. Het Bestuursplatform NZKG is verantwoordelijk voor dit Uitvoeringsprogramma. In dit programma staan alle activiteiten en projecten opgenomen waarvan op dit moment is ingeschat dat zij nodig zijn voor de u itvoering van de Visie. Het woord “ingeschat” wordt gebruikt omdat bij sommige acties/projecten op dit moment niet te voorspellen is wanneer zij precies nodig zijn. De wereld om ons heen verandert snel en daarom zullen acties door het Bestuursplatform NZKG periodiek worden afgewogen. Acties die de gehele regio betreffen worden via het Bestuursplatform opgepakt en afgewogen. Denk hier bijvoorbeeld aan de gezamenlijke kennisontwikkeling van het gebied. Andere acties die al door één van de partners in gang zijn gezet of slechts enkele partners betreffen worden door het Bestuursplatform gemonitord en zo nodig afgestemd met andere ontwikkelingen in het gebied. Hierdoor verloopt de uitvoering p rogrammatisch en worden integraliteit, onderlinge relaties van de acties en de impact op andere ontwikkelingen tijdig en gezamenlijk afgewogen. >> juNi 2014 9 Integrale borging Om de integrale afweging goed te borgen dragen de vertegenwoordigers van de colleges of directies zorg voor interne afstemming binnen hun eigen organisaties. Tevens is afgesproken dat als één vertegenwoordiger van een overheid of bedrijf niet volstaat vanwege de inhoud van de agenda, ook andere portefeuillehouders worden uitgenodigd. Projectbureau De Stichting Projectbureau Noordzeekanaalgebied ondersteunt het Bestuursplatform. Hierdoor hebben alle partners van het Bestuursplatform NZKG een aanspreekpunt voor de gezamenlijke programma- uitvoering. Het Projectbureau is verantwoordelijk voor het programmamanagement van het Uitvoeringsprogramma en zorgt er als zodanig voor dat de partners betrokken worden bij de voorbereiding van de acties en projecten. Tevens vervult zij het projectleiderschap van de projecten en acties die vallen onder de verantwoordelijkheid van het Bestuursplatform NZKG. Om de omgeving te informeren en te betrekken bij de uitvoering is zij ook verantwoordelijk voor de communicatie. Adviesteam acties van het Bestuursplatform en aanspreekpunt is voor de acties uit het Uitvoeringsprogramma. Met name deze integrale afstemming vanuit de partners moet ervoor zorgen dat het Bestuursplatform bij de ontwikkelingen in het gebied voldoende input krijgt om de juiste a fwegingen te kunnen maken. De medewerkers van de partners onder voorzitterschap van de programma-manager van het Projectbureau vormen samen het Adviesteam. Door deze wijze van samenwerken worden alle partners tijdig bij de uitvoering van acties betrokkenen en hebben de partners in een vroeg stadium invloed op de integrale uitvoering. Communicatiewerkgroep Het Bestuursplatform NZKG hecht veel belang aan een goede informatie-uitwisseling tussen de partners onderling en naar haar omgeving. Om dit goed te stroomlijnen is de Communicatie werkgroep (CWG) opgericht. Alle partners van het Bestuursplatform NZKG stellen een communicatieadviseur beschikbaar voor deze C ommunicatie werkgroep. Deze werkgroep, onder voorzitterschap van de programmamanager heeft als doel om vanuit de eigen organisaties de communicatie momenten aan te geven om zo voor afstemming te zorgen en te adviseren hoe het Bestuursplatform NZKG optimaal met haar omgeving kan communiceren. Projecten waarvan het Bestuursplatform bestuurlijk trekker is, worden altijd via het Bestuursplatform gecommuniceerd. Vanuit de partners van het Bestuursplatform is er per partner één medewerker die er voor zorgt dat de interne organisatie betrokken is bij de voorbereiding van de Kantoor Projectbureau NZKG vanaf zee 10 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied • HET BESTUURSPLATFORM EN HAAR OMGEVING Leden Bestuursplatform NZKG Fred Delpeut - RWS West-Nederland Noord Kees Gerretse - TATA Steel Peter van de Meerakker - Zeehaven IJmuiden N.V. Kasja Ollongren - Amsterdam Elisabeth Post - provincie Noord-Holland Tim de Rudder - Beverwijk Donné Slangen - Ministerie van IenM Dennis Straat - Zaanstad Koen Overtoom - Havenbedrijf Amsterdam Arjen Verkaik - Velsen Wim Westerman - Haarlemmerliede & Spaarnwoude juNi 2014 11 B ij het nemen van de verantwoordelijkheid voor het Uitvoeringsprogramma heeft het Bestuursplatform NZKG ook stil gestaan bij de wijze waarop zij de omgeving wil betrekken bij de uitvoering. Zij is zich ervan bewust dat zij de uitvoering niet alleen op haar schouders kan nemen. Het succes van de uitvoering wordt, naast de inhoud, mede bepaald door draagvlak in de omgeving. Om draagvlak en kennis te verkrijgen zijn er in de verschillende stadia van een project diverse mogelijkheden om met de omgeving te communiceren en ze bij de uitvoering te betrekken. Zo kan de uitvoering van het project adequaat en slagvaardig gebeuren. Hiervoor heeft het Bestuursplatform NZKG de volgende communicatiedoelstelling geformuleerd: “Het helder, tijdig en volledig informeren en betrekken van de doelgroepen die zijn betrokken bij het Uitvoeringsprogramma NZKG, ten einde de betrokkenheid en kennis te vergroten en draagvlak te creëren”. Het Bestuursplatform NZKG heeft een analyse gemaakt van de verschillende doelgroepen: colleges, Raden en Staten, belangenorganisaties, bedrijven en bewoners van het gebied. Om deze doelgroepen adequaat te betrekken bij de uitvoering wordt bij iedere actie bekeken hoe met een doelgroep gecommuniceerd kan worden. Op basis van kennis, invloed en betrokkenheid worden, afhankelijk van de fase waarin een project zich bevindt, de doelgroepen door het Bestuursplatform NZKG benaderd. uitvoering. Deze wijze van participeren is ook succesvol toegepast bij het ontwikkelen van de Visie NZKG 2040. Het Bestuursplatform denkt aan de volgende participatie instrumenten. Jaarlijks congres Jaarlijks vindt in oktober een congres plaats waar bezoekers worden geïnformeerd over de ontwikkelingen in de Uitvoeringsagenda. Daarnaast wordt tijdens het congres aan de deelnemers g evraagd kennis in te brengen. Het thema voor 2014 is de intensiveringsmonitor. Werkateliers Voor sommige projecten worden ook werkateliers georganiseerd waar de deelnemers, kennis, ideeën en op- en aanmerkingen kenbaar kunnen maken. Informeren Naast het participeren in werkateliers van projecten en tijdens het congres, wil het Bestuursplatform NZKG ook het bredere publiek informeren over de voortgang van het Uitvoeringsprogramma. Hiertoe heeft het Bestuursplatform verschillende informatiekanalen beschikbaar, te weten: Door deze wijze van werken met de verschillende d oelgroepen heeft het Bestuursplatform tevens geconcludeerd dat de “oude” Klankbordgroep van het Masterplan NZKG geen toegevoegde waarde meer heeft. De partijen uit de Klankbordgroep worden nu immers meer dan voorheen rechtstreeks betrokken bij de verschillende acties en projecten van het Bestuursplatform NZKG. Hierdoor kunnen zij kennis inbrengen en invloed uitoefenen op de wijze waarop de uitvoering van een actie of project wordt vormgegeven. Participeren Het Bestuursplatform NZKG wil waar mogelijk ook d oelgroepen vragen mee te denken in een project. Zo kan de doelgroep haar kennis inbrengen om de actie mede vorm te geven. De doelgroep heeft hierdoor invloed op de wijze waarop de actie wordt uitgevoerd hetgeen bijdraagt aan de door het Bestuursplatform beoogde draagvlak voor de Masterplan Journaal 12 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Jaarlijkse rapportage van de Uitvoeringsagenda waarin de lezer wordt geïnformeerd over de behaalde resultaten van het uitvoeringsprogramma en de acties die in het komende jaar op stapel staan. Via de website www.noordzeekanaalgebied.nl. Op deze site is algemene informatie over het Uitvoeringsprogramma en de voortgang te volgen. Via het NZKG journaal (voorheen: Masterplan journaal). Na elk overleg van het Bestuursplatform NZKG verschijnt een NZKG journaal (4 x per jaar). Het journaal wordt gebruikt om vanuit een overkoepelende p ositie in te zoomen op de afzonderlijke projecten en de achtergronden daarvan. Vertegenwoordigers vanuit het openbaar bestuur krijgen de gelegenheid hun Visie op het gebied te geven, aan te geven waarin ze de meerwaarde van samenwerking zien en dit onder de aandacht te brengen van een ‘breed publiek’. Tegelijkertijd krijgen ondernemers, bewoners en belangenorganisaties uit het gebied de mogelijkheid op deze actuele ontwikkelingen te reageren. Agenda Om de omgeving adequaat te informeren wordt in 2014 een agenda opgesteld waarin de belangrijke data van besluitmomenten, werkateliers en dergelijke zijn opgenomen. De activiteiten die in het kader van deze actieve informatievoorziening worden ondernomen, worden geïnitieerd en gecoördineerd door het Project bureau in samenwerking met de Communicatie werkgroep. Gemeenteraadsverkiezingen In bestuurlijk opzicht staat 2014 in het teken van de gemeenteraadsverkiezingen op 19 maart. Dit betekent dat ook het Bestuursplatform NZKG na 19 maart qua samenstelling is gewijzigd. Ook zijn colleges en Raden qua samenstelling veranderd. Aangezien het “echte” werk ten aanzien van de vast gestelde Visie NZKG 2040 nog moet beginnen en het van essentieel belang is dat de nieuwe leden op de hoogte zijn van de eerder genomen beslissingen en de acties die daaruit voort vloeien, is voor de Raden en colleges op 13 mei jongstleden een informatieavond g eorganiseerd. Tevens krijgen de Raads-, Statenleden en Tweede Kamerleden de mogelijkheid om in september en oktober een werkbezoek te brengen aan het Noordzeekanaal gebied. Tijdens de werkbezoeken worden de plekken bezocht die ook in de Uitvoeringsagenda onderwerp van gesprek zijn. Hierdoor kunnen leden zich laten informeren zonder dat zij nu al een standpunt hoeven in te nemen. • juNi 2014 13 PROJECTEN EN ACTIES VAN HET BESTUURSPLATFORM I n het Uitvoeringsprogramma zijn de acties en projecten benoemd die nodig zijn om de o ntwikkeling van het gebied conform de Visie uit te voeren. Enkele acties die de hele regio betreffen worden onder verantwoordelijkheid van het Bestuursplatform uitgevoerd. Voor 2014 staan de volgende acties op het programma. - Ruimte-intensiveringsmonitor De rode draad in de Visie Noorzeekanaalgebied is het optimaal benutten van de fysieke- en milieuruimte, opdat de ruimtebehoeften vanuit economie, wonen, recreatie en groen zo goed mogelijk worden ingevuld. Pas als de bestaande havengebieden optimaal zijn geïntensiveerd, kan er sprake zijn van de aanleg van een nieuwe haven in de Houtrakpolder. Hierbij is een zorgvuldige informatie voorziening van groot belang. Dit is één van de besluiten uit het Rompbesluit Visie NZKG 2040. De keuze voor een goede set van indicatoren is bepalend om de juiste informatie boven tafel te krijgen. Het gaat om kwalitatieve en kwantitatieve indicatoren, in samenhang met elkaar en in relatie tot de context van de Visie op de haven, op basis waarvan de intensiteit van het ruimte gebrek nader kan worden geduid. Bij de b esluitvorming over al of niet nieuw terrein, haven en groen, zullen meer factoren betrokken zijn dan alleen intensivering. De indicatoren moeten daarom voorzien worden van “duiding” en zijn bouwsteen zijn voor een integraal verhaal over de ontwikkeling van het Noordzeekanaalgebied. Doel van de Ruimte-intensiveringsmonitor is inzicht te krijgen in de intensivering van het Noordzeekanaalgebied door verdichting, innovatie en herstructurering. Met als achterliggende vraag: “welke informatie is nodig om te be palen dat het gebied optimaal is geïntensiveerd en dat de gewenste fysieke- en milieuruimte niet meer aanwezig is”. De vraag of optimaal geïntensiveerd is, moet in een latere politieke afweging gesteld worden. Hierbij vormen de reeds genomen besluiten de basis. Hoog stapelen van pallets 14 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Werkgroepleden Ruimte-intensiveringsmonitor Vertrekpunten De uitwerking van deze vraag vindt in vier stappen plaats te weten: De intensivering van de bestaande bedrijventerreinen start niet op nul. In de afgelopen jaren heeft dit onderwerp al veel aandacht gehad en is er ook veel gerealiseerd, zo blijkt ook uit de Bedrijventerreinen monitor. Stap 1: Identificeren van concrete en uitvoerbare indicatoren door experts/ vakdeskundigen Resultaat: een eerste concept van mogelijke indicatoren In de afgelopen 10 jaar is ongeveer 147 ha geherstructureerd, waardoor de bedrijventerreinen intensiever gebruikt worden. Bedrijven hebben, al dan niet gedwongen, milieubesparende maatregelen doorgevoerd. Stap 2: Op basis hiervan besluit het Bestuursplatform NZKG over: Een beoordeling van de indicatoren door o nafhankelijke experts (juli-augustus). Werkatelier met betrokkenen en belanghebbenden uit de omgeving (augustus) In 2012 heeft het onderzoek “optimalisering bestaand havengebied” plaatsgevonden. Dit onderzoek was gericht op de bestaande natte terreinen en kende de volgende indicatoren: •Verwachte tonnage per type lading; •Maximale capaciteit berekening tonnage per type terminal; •Maximale capaciteit per m2 kade; Stap 3: Vaststelling eindrapportage en plan van aanpak vervolg Resultaat: overzicht haalbare indicatoren De conclusies uit het optimaliseringsonderzoek zijn dus berekend voor de natte terreinen in het NZKG en niet voor de droge zeehaventerreinen. Droge zeehaventerreinen zijn niet aan een kade gesitueerd maar maken wel onderdeel uit van het havencomplex. De gemeente Amsterdam en van Havenbedrijf Amsterdam zijn in het kader van de Visie 2030 van Havenbedrijf Amsterdam ook bezig met het ontwikkelen van indicatoren. Stap 4: Nulmeting Monitor Ruimte-intensivering (Bestuurs platform NZKG 4 december 2014) Resultaat: Monitor Ruimte-intensivering Tijd: nader te bepalen op basis van de indicatoren De indicatoren, met een toelichting, worden vastgelegd in een goed toegankelijk rapport. Het streven is alle stappen dit jaar te doorlopen w aardoor het resultaat mogelijk in het Bestuursplatform van december gepresenteerd kan worden. >> Tegen deze achtergrond heeft het Bestuursplatform NZKG opdracht gegeven aan het Projectbureau voor de uitwerking van een intensiveringsmonitor. juNi 2014 15 Organisatie/uitvoering Bij de partnerorganisaties is de nodige kennis over ruimte-indicatoren aanwezig, zij vormen samen een werkgroep voor de uitwerking van de indicatoren. De programmamanager is de projectleider van de Ruimte- intensiveringsmonitor. Tevens worden op basis van de eerste verkenning indicatoren geïdentificeerd (stap 1). Na de zomer wordt een werkatelier g eorganiseerd. Doel van het werkatelier is om de kennis te delen met de actoren uit de omgeving om zo een voldragen set van indicatoren te krijgen. Optioneel wordt een extern bureau ingehuurd voor beoordeling van de indicatoren. Hierover besluit het Bestuursplatform NZKG in juni 2014. - Bedrijventerreinen/ werkgelegenheidsmonitor Vanaf 2001 laat het Bestuursplatform NZKG jaarlijks de bedrijventerreinen langs het Noordzeekanaal monitoren om zo inzicht te krijgen in de fysieke ruimte, uitgifte, herstructurering en ruimtewinst. Tevens worden deze gegevens afgezet tegen de geprognotiseerde uitgifte en ruimtewinst die het Bestuursplatform NZKG heeft laten maken op basis van de CPB-prognoses. De g egevens zijn tevens input voor de monitor van de Metropool Regio Amsterdam (MRA), de PLABEKA-monitor. Bedrijventerrein Alfa driehoek 16 Naast de Bedrijventerreinen monitor laat het Bestuursplatform NZKG ook een Werkgelegenheidsmonitor opstellen. Op basis van de gegevens uit het handels register van de Kamer van Koophandel dat verwerkt is in een LISA-databestand (Landelijk Informatie Systeem Arbeidsorganisatie) maakt de provincie N-H een cijfer matig overzicht van de groei van de werkgelegenheid op de bedrijventerreinen en in de gemeenten langs het Noordzeekanaal. Het Projectbureau maakt hiervan, in overleg met de partners, een analyse. De gegevens uit de Werkgelegenheidsmonitor NZKG zijn tevens input voor de Nationale Havenmonitor die in opdracht van het ministerie van IenM wordt opgesteld. Het verschil tussen beide monitoren is dat de NZKG-monitor de gegevens verder s pecificeert en de directe werkgelegenheid op de bedrijventerreinen langs het Noordzeekanaal weergeeft. De Havenmonitor geeft alleen de directe w erkgelegenheid van de g emeenten en het totaal van het gebied weer. De Havenmonitor berekent, op basis van de jaarlijkse CPBindicator, ook de indirecte werkgelegenheid in het NZKG en de toegevoegde waarde van het NZKG. Wijziging 2014 Het Bestuursplatform heeft de wens uitgesproken om vooruitlopend op de Ruimte-intensiveringsmonitor de Bedrijventerreinen- en Werkgelegenheidsmonitor in één d ocument samen te brengen. Daarbij zal worden nagegaan in hoeverre, door het leggen van relaties, de verschillende data over w erkgelegenheid, toegevoegde waarde, bedrijfsvestigingen en ruimtegebruik nader kunnen worden geduid, mede in het licht van de d oelstelling om de internationale concurrentiepositie van de MRA te versterken. Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Besluitvorming in Bestuursplatform NZKG Het streven is om in de vergadering van oktober 2014 de Werkgelegenheid/ Bedrijventerreinmonitor vast te stellen. - Gezamenlijk vestigingsbeleid - Haveninformatiecentrum Al geruime tijd bestaat bij het Bestuursplatform de wens om het werken in het havenindustrieel complex meer onder de a andacht te brengen bij de jeugd door het oprichten van een Haven Informatiecentrum (HIC). Het HIC staat al langer op de agenda omdat de Staten in 2009 na een bezoek aan Antwerpen een motie hebben ingediend om te komen tot een HIC NZKG gericht op het voorlichten van jongeren ten aanzien van technische beroepen en voorlichting over de haven. Gedeputeerde Staten heeft dit initiatief overgenomen. Het gezamenlijk vestigingsbeleid is ook een van de activiteiten die de hele regio betreft. Het positioneren van het NZKG als een economische zone wordt vergroot door inzicht in de verschillende mogelijkheden van de deelgebieden. Aan de hand van de uitgangspunten van de Visie over vestiging, wordt een gezamenlijke koers voor het aantrekken en vestigen van bedrijven te maken die de internationale concurrentiepositie van de MRA versterkt. Dit draagt bij aan het principe “het juiste bedrijf op de juiste plaats” en heeft een sterke relatie met Ruimte-intensivering. Daarom heeft het Bestuursplatform NZKG ervoor gekozen eerst de indicatoren voor de ruimte-intensivering op te stellen en vervolgens het gezamenlijk vestigingsbeleid te ontwikkelen. Besluitvorming in Bestuursplatform NZKG Het streven is om in december 2014 het plan van aanpak voor het vestigingsbeleid vast te stellen. En het beleid in 2015 gezamenlijk uit te werken. Bedrijventerrein HoogTij Het Projectbureau heeft de opdracht gekregen dit te laten onderzoeken. Vanuit de regio is een werkgroep gevormd en een en ander is in kaart gebracht door Leisure Result in 2011. Uit dit onderzoek bleek dat het HIC niet budgettair neutraal geëxploiteerd kan worden. Na een ronde langs de partners van het Masterplan Noordzeekanaalgebied in 2011, te weten: de gemeenten Amsterdam, Beverwijk, Haarlemmerliede& Spaarnwoude, Velsen, Zaanstad, en de Kamer van Koophandel, Zeehaven IJmuiden, RWS en TATA Steel is g econstateerd dat betrokkenen achter het idee staan, maar geen structurele middelen beschikbaar hebben voor een HIC mede gelet op het feit dat er geen budgettair-neutrale exploitatie mogelijk was. Vanuit de Staten is toen de wens geuit om in combinatie met de voorlichting over de bouw van de nieuwe zeesluis opnieuw te bekijken of deze combinatie voor het HIC een haalbaar perspectief is. Nu de bouw van de nieuwe zee sluis steeds dichterbij komt en het HIC is meegenomen bij de uitvoeringsbesluiten van de Visie NZKG 2040 (besluit i rompbesluit Visie), is opnieuw gestart met een verkenning. Het HIC ondersteunt de ambitie van de regio om de maak industrie te versterken en kan w ellicht goed a ansluiten bij initiatieven in de regio ten aanzien van voorlichting o ver technische beroepen. • juNi 2014 17 Projecten/beleid onder verantwoordelijkheid van andere bestuurlijke overlegorganen O p basis van het Rompbesluit van de Visie NZKG (bijlage 1) is er ook een inventarisatie gemaakt van de acties en projecten die nodig zijn om de Visie uit te voeren (bijlage 2). Zoals aangegeven in het vorige hoofdstuk worden de gezamenlijk acties opgepakt door het Bestuursplatform NZKG. Naast deze acties worden er op dit moment al projecten in de regio uitgevoerd die bijdragen aan de r ealisatie van de Visie NZKG. Deze projecten vinden onder v erantwoordelijkheid van één van de partners plaats. Ook worden er nieuwe projecten gestart die één of enkele van de partners betreffen. Deze projecten zijn dan belegd bij één van de partners. 18 Het Bestuursplatform NZKG monitort deze projecten in tijd en onderlinge afhankelijkheid vanuit het over-all perspectief van de Visie NZKG 2040. Het Bestuursplatform en het Projectbureau bevordert en daartoe ook de dialoog tussen de verschillende projecten, onder andere door het organiseren van bijeenkomsten waarop onderling kennis wordt uitgewisseld en op r esultaten in het licht van de Visie wordt gereflecteerd. Hiernaast wordt per project kort ingegaan op de doelstelling, inhoud, projectleiderschap, de betrokken partijen en de relatie met andere projecten uit het Uitvoeringsprogramma. Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied KWALITEITSVERBETERING GROEN EN LANDSCHAP Doelstelling: Het realiseren van een k walitatief hoogwaardige omgeving in het Noordzeekanaalgebied door versterking van de ruimtelijke kwaliteit in a lgemene zin en het versterken van groene recreatieve kwaliteiten in het bijzonder. TREKKER: De provincie Noord-Holland BETROKKEN PARTIJEN: De NZKG partners en Dienst Landelijk Gebied Besluit vii INHOUD: De samenhangende groenopdracht die uit de Visie NZKG volgt, verbindt drie besluiten met een (deels) groene component: kwaliteitsverbetering groen en landschap (besluit vii), tijdelijke invulling van natuur- recreatiegebieden in de Houtrakpolder (besluit x) en compenserende maatregelen wanneer de Houtrakpolder wordt ingezet voor uitbreiding van havenareaal (besluit viii). Voor een groot deel van het gebied ligt er al een Visie vanuit landschappelijk en recreatief perspectief, namelijk het kwaliteitsbeeld voor het m etropolitane landschap rondom Amsterdam (MRA) en de Visie voor het Groengebied Amsterdam-Haarlem. Voor het kwaliteitsbeeld van groen en landschap in het NZKG zal daarom naar samenhang worden gezocht met deze denkrichtingen. Komend jaar wordt het kwaliteitsbeeld voor het NZKG verder uitgewerkt. Onderdeel van dit kwaliteitsbeeld is de tijdelijke invulling van natuur- en recreatiegebieden in de Houtrakpolder (besluit x). Er zullen afspraken gemaakt moeten worden over hoe verschillende trajecten aan elkaar verknoopt worden en er zal een strategie voor de uitvoering opgesteld moeten worden. “Het groene schip” in de Houtrakpolder Tijdelijke natuur, recreatie of agrarische functies Houtrakpolder TREKKER: De gemeente Haarlemmerliede & Spaarnwoude BETROKKEN PARTIJEN: De partners NZKG, Dienst Landelijk Gebied, Staatsbosbeheer en Afvalzorg. In een eerste verkenning zijn ook de Milieufederatie N-H, de gemeente Haarlem, Recreatieschap Spaarnwoude, Hoogheemraad schap Rijnland en de werkgroep Natte Natuur NZKG benaderd. Onderdeel van de kwaliteitsverbetering is de tijdelijke invulling van natuuren recreatiegebieden of de tijdelijke realisatie van agrarische functies in het deel van de Houtrakpolder waarin mogelijk uitbreiding van het havenareaal plaatsvindt (besluit x) Dit project om te komen tot een tijdelijke invulling van de Houtrakpolder is al gestart, voortbouwend op eerdere verkenningen in het kader van ‘oude’ opgaven voor recreatie en natuur. De inrichting van de Houtrakpolder vindt plaats onder de randvoorwaarde dat de ontwikkeling past in de “no regret” maatregelen en in het integrale kwaliteitsbeeld voor het gebied. De afgesproken compenserende maatregelen als de Houtrakpolder wordt in gezet voor uitbreiding van havenareaal (besluit viii), komen pas in beeld als de Houtrakpolder ook daadwerkelijk wordt ingezet als havenareaal. • juNi 2014 19 Woningbouwmonitor en intensivering Besluit xi.b Naast groen, natuur en b edrijventerreinen is woningbouw van essentieel belang om de c oncurrentiepositie van het NZKG te versterken. Om inzicht te krijgen in de ontwikkelingen wordt jaarlijks de woningbouwmonitor opgesteld. Relatie met andere projecten: Bedrijventerreinenmonitor en Ruimte-intensiveringsmonitor. • TREKKER: De provincie Noord-Holland Doelstelling: BETROKKEN PARTIJEN: Het inzichtelijk maken van de voortgang van het bereiken van de woningbouwdoelstellingen, nu en de toekomst. MRA-deelnemers (provincies Noord-Holland, Flevoland, gemeenten Amsterdam, Almere, Zaanstad, Hilversum, Haarlem) en daarnaast ook gemeente Utrecht, de provincie Utrecht en het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Het realiseren van voldoende woningen, waarbij volgens de ambities uit de Visie zoveel mogelijk in binnenstedelijk gebied wordt gebouwd, maakt onderdeel uit van het versterken van de internationale concurrentieposi tie. Om inzicht te krijgen in de woningbouwproductie voert de provincie Noord-Holland jaarlijks de monitor woningbouw uit. Het belangrijkste doel van de monitor is het inzichtelijk maken van de voortgang bij het bereiken van woningbouwdoelstellingen, nu en in de toekomst. Hierdoor kan op basis van de resultaten tijdig worden bijgestuurd, zodat (nog) niet behaalde opgaven alsnog gerealiseerd kunnen worden of doelen kunnen worden bijgesteld. Op basis van de uitgesproken ambitie in de Visie wil het Bestuursplatform NZKG op basis van de regionale ontwikkelingen in de woningbouw het intensief ruimtegebruik stimuleren. Hierbij streeft zij naar voldoende woningen in een aantrekkelijk woonmilieu en met een passende kwaliteit. Onder kwaliteit verstaat zij woningtype, prijs, locatie en woonmilieu. De woningbouwopgaven zijn vastgelegd in de regionale actieprogramma’s (RAP’s). De woningbouwmonitor wordt in 2014 nog los van de Bedrijven terreinenmonitor gemaakt. Het streven is om in 2015 één monitor voor het NZKG te maken waarbij zowel de bedrijventerreinen als de woningbouw op basis van de indicatoren Ruimte-intensivering worden gemonitord. 20 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Opening tijdelijk meetpunt luchtkwaliteit Wijk aan Zee BETROKKEN PARTIJEN: Milieudienst IJmond, Zeehaven IJmuiden NV, TATA Steel, Havenbedrijf Amsterdam BV, gemeente Amsterdam, gemeente Velsen, gemeente Beverwijk, Ministerie van IenM, provincie Noord-Holland, Rijkswaterstaat West-Nederland Noord. Milieudialoog IJMOND Doelstelling: Doel is het verbeteren van de milieusituatie ten behoeve van een verbetering van het leefklimaat en daarnaast het mogelijk blijven maken van economische ontwikkeling. TREKKER: De provincie Noord-Holland en IJmondgemeenten. Besluit iv INHOUD: De IJmond is een dynamisch gebied dat van groot belang is voor de regionale economie. Verschillende partijen hebben plannen om te investeren. Maar door de vele activiteiten die er plaatsvinden is de IJmond tevens een zeer milieu belast gebied. Dit levert problemen op voor de leefbaarheid. Daarnaast remt dit de economische ontwikkelingsmogelijkheden, aangezien bijvoorbeeld aan Europese normen voor luchtkwaliteit moet worden voldaan. Om een optimale balans te zoeken tussen ruimte voor economische ontwikkeling en leefklimaat in de IJmond, is er een dialoog gestart over een gebiedsgerichte aanpak in samenwerking met partijen die bij de IJmond betrokken zijn. De partijen inventariseren maatregelen, die effectief zijn voor gezondheid en leefbaarheid in de IJmond, om op deze manier een goede balans te vinden tussen economische ontwikkeling en leefklimaat. Eind 2013 is een maatregelenpakket vastgesteld. Dit wordt momenteel verder uitgewerkt, dan wel uitgevoerd. In juni 2014 wordt een volgend bestuurlijk overleg belegd om de voortgang te bespreken en te bepalen hoe partijen verder gaan met de Milieudialoog Relatie met andere projecten: Afstemming vindt plaats met de projecten Zeetoegang IJmond en Lichteren. juNi 2014 • 21 Provinciaal Inpassingsplan GELUIDZONES Westpoort en Hoogtij procedure Doelstelling: Wijziging huidige geluidzones behorend bij de gezoneerde industrieterreinen Westpoort en HoogTij, overeenkomstig de Visie Noordzeekanaalgebied 2040. TREKKER: De provincie Noord-Holland BETROKKEN PARTIJEN: Gemeente Amsterdam, gemeente Zaanstad, Havenbedrijf Amsterdam B.V., gemeente Haarlemmerliede & Spaarnwoude en de gemeente Velsen. INHOUD: Om ruimtelijk-economische ontwikkelingen en transformatie van d eelgebieden mogelijk te maken, zonder dat de industrieterreinen hoeven te worden uitgebreid, is een wijziging nodig van de geluidszones zoals deze momenteel zijn vastgelegd in de betreffende bestemmingsplannen. Uit het optimaliseringsonderzoek bestaande bedrijventerreinen NZKG bleek namelijk dat bepaalde kavels niet meer uitgeefbaar zijn door het ontbreken van geluidsruimte. Met de aanpassing van de geluidszones wordt de beschikbare geluidsruimte voor bedrijven in Westpoort en HoogTij vergroot. De uitgifte van nieuwe kavels en de mogelijkheden voor groei van bestaande bedrijven wordt daarmee verbeterd. Naast het vergroten van de geluidszone wordt de geluids zone van het industrieterrein Westpoort, een deel van Sloterdijk en Sloterdijk-I (‘De Sloterdijken’), verkleind om een woon-werkmilieu mogelijk te maken. Om veel administratieve handelingen en juridische procedures te voorkomen, het betreft immers diverse bestemmingsplannen, hebben de betreffende gemeenten de provincie N-H gevraagd een Provinciaal Inpassingsplan (PIP) op te stellen. Hiermee worden in één keer de verschillende van toepassing zijnde bestemmingsplannen van (deel-) gemeenten partieel herzien, voor zover het de geluidszones betreft. De gemeenten die het aangaat worden nauw betrokken bij het opstellen van het PIP. Komend jaar worden er tussen de partijen afspraken gemaakt over de wijze waarop een en ander kan plaatsvinden, inclusief planschadeverhaalsovereen komst. Zodra de afspraken bestuurlijk zijn bevestigd, wordt een startnotitie voor het opstellen van het PIP vastgesteld door Gedeputeerde Staten van NoordHolland. Het streven is om het PIP voor de Statenverkiezingen op 18 maart 2015 vastgesteld te hebben. • 22 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Bereikbaarheid: In het NZKG is er sprake van bereikbaarheid over land en over water. Beide mobiliteiten zijn essentieel voor de internationale concurrentiepositie van het gebied. De projecten zijn allemaal onderdeel van het MIRT overleg tussen Rijk en regio. Hieronder wordt ingegaan op de diverse bereikbaarheidsprojecten. zeetoegang ijmond Doelstelling: Het vervangen van de huidige Noordersluis door een grotere bredere sluis TREKKER: Ministerie van IenM INHOUD: De Noordersluis in IJmuiden bereikt in 2029 het einde van de technische levensduur. Ook is de sluis te klein geworden voor de steeds grotere zeeschepen. Daarom bouwt Rijkswaterstaat een nieuwe, grotere zeesluis bij de ingang van het Noordzeekanaal. Hiermee bereiken we: • ruimte voor meer goederentransport, • dat steeds groter wordende schepen vlot en veilig door het Noordzeekanaal kunnen en • dat de Amsterdamse havenregio haar internationale allure behoudt. Zonder maatregelen zou in 2020 met 95 miljoen ton per jaar aan lading stromen ook de maximale capaciteit van de sluis zijn bereikt. Congestie, ophoping van schepen door wachttijden, is hiervan het gevolg. In tegenstelling tot de Noordersluis, wordt de nieuwe zeesluis getij-onafhankelijk. Omdat de nieuwe sluis dieper is, kunnen schepen zowel bij eb als bij vloed doorlopend het Noordzeekanaal in en uit. De diepte van de nieuwe sluis heeft overigens geen invloed op de diepte van het Noordzeekanaal, of op de ligging van de tunnels, dat blijft zoals het is. >> juNi 2014 23 De nieuwe zeesluis BETROKKEN PARTIJEN: De gemeente Amsterdam en Havenbedrijf Amsterdam, als belangrijke gebruiker van de sluis, is belanghebbende en mede financier. Ook de provincie NoordHolland is medefinancier van de sluis en heeft ook het bevoegd gezag over de planologische procedure. Zij hebben met de gemeente Velsen een intentie verklaring getekend waarin zij hebben afgesproken de procedures zorgvuldig en voortvarend te doorlopen. Naast de formeel betrokken p artijen zijn ook andere partijen zoals Centraal Nautisch Beheer, ORAM en diverse milieuen maatschappelijke organisaties betrokken bij dit proces. In 2009 hebben de gemeente Amsterdam, het Ministerie van IenM en de provincie N-H een convenant gesloten om de vervanging eerder te realiseren. In juni 2012, na nader onderzoek over de haalbaarheid en betaalbaarheid, heeft de minister een voorkeursbeslissing genomen. De tweede fase van het project, van 2012 tot 2014, staat onder meer in het teken van het doorlopen van de planologische procedure. Provinciale Staten zijn gestart met het maken van een provinciaal Inpassingsplan (PIP). Het PIP vervangt het bestemmingsplan van de gemeente. Daarnaast heeft Rijkswaterstaat de milieueffecten onderzocht die betrekking hebben op de sluis. Op 19 februari 2014 hebben de MER en het Ontwerp PIP ter inzage gelegen. Daarop konden belanghebbenden een zienswijze indienen. Het definitieve inpassingsplan wordt in het najaar vastgesteld door Provinciale Staten van Noord-Holland. Tegen dit vaststellingsbesluit kan beroep worden ingesteld bij de Raad van State. Parallel aan de planologische procedure treft Rijkswaterstaat de voorbereidingen voor het contract met de aannemer. Dit gebeurd via een DBFM-contract: Design Build Finance en Maintenance. Oftewel: ontwerp, bouw, financiering en onderhoud. Bij deze contractvorm ligt er veel vrijheid én verantwoordelijkheid bij de aannemer, wat moet leiden tot slimme en d uurzame oplossingen. De bereikbaarheid over de sluizen voor de regio wordt bij de uitvraag aan de aannemer als voorwaarde meegenomen. Het contract met de aannemer wordt in 2015 gesloten. Na de voorbereidende w erkzaamheden, gaan de bouwwerkzaamheden van start. De nieuwe zeesluis kan in 2019 in gebruik worden genomen. • 24 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied De huidige sluis Wat blijft staan bij de sluis Wat weg gaat bij de sluis juNi 2014 25 AVERIJHAVEN/ LICHTEREN Doelstelling: De aanleg van de lichterfaciliteit in de Averijhaven zodat de huidige bij de vaarweg naar het sluizen complex gelegen faciliteit naar de Averijhaven kan worden verplaatst. TREKKER: Ministerie van lenM BETROKKEN PARTIJEN: Havenbedrijf Amsterdam, gemeente Velsen, Zeehaven IJmuiden N.V., TATA Steel en andere partners NZKG. INHOUD: Omdat het Noordzeekanaal door de ligging van de tunnels onvoldoende diep is voor volbeladen en diepliggende bulkschepen, wordt in het gebied voor de sluizen in IJmuiden een deel van de lading uit deze schepen overgeladen op binnenvaartschepen. Dit heet lichteren. Het gelichterde zeeschip (en de binnenvaartschepen) varen vervolgens naar hun bestemming in de havens achter de sluizen. De huidige lichterfaciliteit aan de IJ-palen ligt bij de vaargeul naar het sluizencomplex. Door de verwachte toename van het scheepvaart verkeer na het gereedkomen van de nieuwe grote zeesluis, is het nautisch niet verantwoord de lichterfaciliteit aan de IJ-palen te handhaven. RWS West-Nederland Noord is daarom doende deze faciliteit naar de Averijhaven te verplaatsen. Realisering van de verplaatsing is voor 2018 gepland, voor het gereedkomen van de nieuwe grote zeesluis in 2019. Voor het lichteren aan de IJ-palen is in 1998 aan Havenbedrijf Amsterdam een milieuvergunning verleend voor het door overslagbedrijven uit de haven overslaan van 2 miljoen ton. Door de toegenomen vraag zijn de afgelopen jaren volumes van 2,5 Mton gedoogd. In april 2014 heeft Havenbedrijf Amsterdam na overleg met onder andere de provincie N-H, de gemeente Velsen en de Milieudienst IJmond een nieuwe milieuvergunning aangevraagd. Hierin wordt, anders dan in 1998, van een lager volume aan agribulk uitgegaan, deze levert veel meer fijn stof op dan bijv. kolen. Tevens worden er extra milieumaatregelen (Best Beschikbare Technieken, BBT+) door de bedrijven genomen. Hierdoor kan een aanzienlijk groter volume (4,5 Mton) worden gelichterd, waarbij er ten opzichte van de vergunning uit 1998 een betere situatie voor de fijn stof- en geluidbelasting is en de milieubelasting qua stikstofdepositie dezelfde zal zijn. In de Milieudialoog IJmond, waarvan het lichteren onderdeel is, is gebleken dat de milieueffecten van het lichteren zeer beperkt zijn. Ook de voorgenomen veranderingen van het lichteren inclusief de milieu-effecten en de te nemen maatregelen zijn met de deelnemers aan deze dialoog gecommuniceerd. Procedureel heeft RWS West-Nederland Noord een Milieueffectrapportage (MER) voor de verplaatsing van het lichteren naar de Averijhaven gemaakt en een a anvulling op deze MER voor het lichteren van 4,5 miljoen ton. De gemeente Velsen heeft het bestemmingsplan ‘Averijhaven’ voor het gebied in voorbereiding. Het voorontwerp van dit plan is gereed, Velsen wil de procedure voor dit plan verder voortzetten, zodra de Raad van State uitspraak op de beroepen over het bestemmingsplan ‘Zeezicht’ heeft gedaan. In de procedure over ‘Zeezicht’ is namelijk de vraag aan de orde of en in hoeverre in een bestemmingsplan bepalingen over het lichteren zijn toegestaan. Velsen wil deze uitspraak b etrekken bij de afweging om al of niet een bepaling over het lichteren in het plan ‘Averijhaven’ op te nemen. Feitelijk is RWS West-Nederland Noord inmiddels gestart met de voorbereiding tot het ontmantelen van het baggerdepot in de Averijhaven, zodat het gebruik van deze haven voor overslag mogelijk wordt. In overeenstemming met het vigerende bestemmingsplan kan deze activiteit worden uitgevoerd. De gemeente Velsen, Zeehaven IJmuiden, Tata Steel en Havenbedrijf Amsterdam hebben aangegeven dat zij naast het lichteren geïnteresseerd zijn in de mogelijkheid nog andere activiteiten in de Averijhaven te kunnen ontwikkelen, en daarmee de beschikbare ruimte zo intensief mogelijk te gebruiken. • 26 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied VAART IN DE ZAAN Doelstelling: Het realiseren van een nieuwe Wilhelminasluis, drie bruggen en het uitbaggeren van de Zaan om vervoer over water te stimuleren. TREKKER: De provincie Noord-Holland BETROKKEN PARTIJEN: Gemeente Zaanstad en gemeente Wormerland. Naast de formeel b etrokken partijen worden ook KSV Schuttevaer, Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, Rijkswaterstaat, EVO, Kamer van Koophandel, bewoners betrokken bij de uitvoering. BESLUIT I INHOUD: De vernieuwing van de Wilhelminasluis is onderdeel van Vaart in de Zaan, een programma van diverse overheden om de Zaan op te waarderen. De voorbereidingen voor het realiseren van de nieuwe Wilhelminasluis zijn in volle gang. Januari 2014 is gestart met de uitvoeringswerkzaamheden, die tot mei 2015 duren. Ook de Beatrixbrug en de Wilhelminabrug worden vervangen. Bij de aanbesteding van het werk is de aannemer u itgedaagd de overlast voor de scheepvaart en het wegverkeer zo veel mogelijk te b eperken. Dit heeft geleid tot een halvering van de tijd dat de sluis gestremd is en de bruggen zijn afgesloten. Bovendien wordt deze periode gepland in de zomer van 2014, door de zomervakantie, de meest rustige periode voor verkeer. Dat betekent niet dat verkeer buiten die periode niets zal merken van de w erkzaamheden. Gedurende de hele bouwperiode is vanwege de w erkzaamheden niet de volle breedte van de sluis beschikbaar. Voor de grootste klasse schepen geldt dan een omleidingsroute. Ook de pleziervaart ondervindt ernstige hinder van de werkzaamheden. Voor wegverkeer worden verkeersmaatregelen getroffen om de doorstroming op omleidingsroutes te vergroten. Het verbreden van de Zaanbrug is het volgende project om de Zaan beter bevaarbaar te maken tevens levert de verbreding van deze brug een betere verkeersdoorstroming op tussen Zaanstad en Wormerland. Hierdoor zal een aanzienlijke CO2 reductie worden gerealiseerd. Meer informatie is te vinden op www.wilhelminasluiszaandam.nl of www.noord-holland.nl/zaanbrug • Meer Bereiken Noordwestkant Amsterdam / BESLUIT I A9 Alkmaar/ Raasdorp Doelstelling: Het in beeld brengen van oplossingen/ oplossingsrichtingen om de bereikbaarheidsknelpunten op de A9 op te lossen, zonder te investeren in capaciteits uitbreiding van de infrastructuur. INHOUD: Het betreft uitvoering van een breed MIRT-onderzoek nieuwe stijl. De blik van het MIRT-onderzoek is in alle opzichten breder dan voorheen. Dat geldt zowel voor de analyse van de bereikbaarheidsknelpunten (bijvoorbeeld verplaatsingsmotivatie, multimodaal, HWN/OWN), als voor de mogelijk te koppelen andere opgaven in het gebied en voor de zoektocht naar de oplossingsrichtingen (de zogenaamde 5 I’s) en de nadrukkelijke betrokkenheid/ participatie van de omgeving. >> BESTUURLIJK TREKKER: Ministerie van IenM juNi 2014 27 BETROKKEN PARTIJEN: De provincie Noord-Holland, stadsregio. Naast de formeel betrokken partijen worden ook SRA, gemeenten omgeving A9, bedrijfsleven en maatschappelijke organisaties betrokken bij het MIRT-onderzoek. De uitgangspunten voor de nieuwe bereikbaarheidsaanpak zijn: • • • • • een gedegen probleemanalyse, met oog voor de vraagzijde van de mobiliteitsmarkt (gedragsbeïnvloeding); aandacht voor de samenhang van de bereikbaarheidsopgave met andere opgaven (bijvoorbeeld op het vlak van wonen, ruimte, bedrijvigheid, duurzaamheid, natuur, leefbaarheid of veiligheid) in een gebied; breed zoeken naar oplossingsrichtingen (de 5 I’s van innoveren, informeren, in stand houden, inrichten en infrastructuur); meer aandacht voor de timing van en flexibiliteit in de oplossingsrichtingen (adaptieve aanpak); samenwerken tussen rijk, regio, bedrijfsleven en (kennis)instellingen. Relatie met andere projecten: A8/ A9 en verkenning corridor A7/ A8, MIRT-onderzoek bereikbaarheid Amsterdam. 28 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied • VERKENNING CORRIDOR A7/A8 Doelstelling: De MIRT-verkenning heeft als doel het oplossen van de geconstateerde bereikbaarheidsknelpunten op de corridor A7/A8 (Coentunnels-Purmerend-Noord). TREKKER: Minister van IenM BETROKKEN PARTIJEN: De provincie Noord-Holland, Stadsregio Amsterdam, gemeenten Amsterdam en Zaanstad en gemeenten aan de corridor. Besluit I INHOUD: Deze verkenning kijkt met een brede blik naar het aanpakken van bereikbaarheidsknelpunten op de corridor A7/A8. De uitgangspunten voor de nieuwe bereikbaarheidsaanpak zijn: • een gedegen probleemanalyse, met oog voor de vraagzijde van de mobiliteitsmarkt (gedragsbeïnvloeding); • aandacht voor de samenhang van de bereikbaarheidsopgave met andere opgaven (bijvoorbeeld op het vlak van wonen, ruimte, bedrijvigheid, duurzaamheid, natuur, leefbaarheid of veiligheid) in een gebied; • breed zoeken naar oplossingsrichtingen (de 5 I’s van innoveren, informeren, in stand houden, inrichten en infrastructuur); • meer aandacht voor de timing van en flexibiliteit in de oplossingsrichtingen (adaptieve aanpak); • samenwerken tussen rijk, regio, bedrijfsleven en (kennis)instellingen. Relatie met andere projecten: MIRT-onderzoek A9 Alkmaar-Raasdorp, Beter Benutten project en A7/A8, MIRT-onderzoek Stedelijke bereikbaarheid Amsterdam. PLANNING: Plan van aanpak - juni 2014; Planstudie fase 1 - 2014-2016; Provinciaal inpassingsplan - 2016-2018; Realisatie - 2018-2020 VERBINDING A8/A9 Doelstelling: Een nieuwe verbinding tussen de A8 en A9 wordt gezien als de ’missing link’ in het Rijkswegennet in Noord-Holland, noodzakelijk om bereikbaarheidsproblemen, verkeersveiligheid en leefbaarheid in de regio aan te pakken. Ook voor het bedrijfsleven is deze verkeersader van groot economisch belang. • Besluit I INHOUD: In januari 2014 zijn de betrokken partijen een s amenwerkingsovereenkomst aangegaan om gezamenlijk een planstudie fase 1 uit te voeren. Het gewenste resultaat van de planstudie fase 1 voor de verbinding A8/A9 is een breed gedragen bestuurlijk besluit over het voorkeursalternatief, inclusief de voorbereiding voor een sluitende begroting en de keuze voor een marktbenadering voor de realisatie van de verbinding A8/A9. Als onderdeel van de planstudie wordt een M.E.R.-procedure gevolgd, zodat het milieubelang volwaardig wordt betrokken bij het besluitvormingsproces. >> TREKKER: De provincie Noord-Holland juNi 2014 29 BETROKKEN PARTIJEN: De provincie Noord-Holland, Ministerie van IenM, Stadsregio Amsterdam, gemeenten Zaanstad, Beverwijk, Heemskerk, Uitgeest en Velsen via bestuurlijke Stuurgroep A8/A9. De komende 2 jaar maken we een gedegen afweging van alternatieven, met oog voor de bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid alsmede de inpassing in het landschap, de Stelling van Amsterdam en de effecten op het onderliggende wegennet. Dit gebeurt samen met de Stadsregio Amsterdam en de gemeenten Zaanstad, Beverwijk, Heemskerk, Uitgeest en Velsen en met Rijkswaterstaat West-Nederland Noord. Belangrijke afweging van de oplossingsrichtingen zijn, naast verbetering van de doorstroming, leefbaarheid en dekking van de kosten, de mogelijke effecten van een nieuwe weg op onder andere de Stelling van Amsterdam, de natuur en de stikstofdepositie in het gebied. Na de 2 jaar kan het voorkeursalternatief vastgesteld worden. Dit alternatief vormt de basis voor de planuitvoering en realisatie. Partijen hebben nu een voorkeur uitgesproken voor de Heemskerkvariant, uitgevoerd als 2x2 provinciale weg dan de overige alternatieven. Relatie met andere projecten: Uitvoeringsagenda Aanpak Noordkant Amsterdam; MIRT-verkenning A7/A8 Coentunnels–Purmerend-Noord; MIRT-onderzoek A9 Alkmaar-Raasdorp PLANNING: Plan van aanpak - juni 2014; Planstudie fase 1 - 2014-2016; Provinciaal inpassingsplan - 2016-2018; Realisatie - 2018-2020 TRANSFORMATIE SPECIFIEKE LOCATIES Doelstelling: Het versterken van de relatie van de binnenstad Beverwijk met de haven en omgeving. TREKKER: Gemeente Beverwijk BETROKKEN PARTIJEN: IJmond Bereikbaar Besluit V INHOUD: De binnenstad van Beverwijk wordt door het spoor en de weg A22 gescheiden van de haven De Pijp en de meubelboulevard. De gemeente Beverwijk wil de relatie tussen de binnenstad en de haven versterken. Als eerste stap voor deze ontwikkeling wordt een gebiedsvisie opgesteld voor de herstructurering van de woonboulevard/parallelweg en kop van de haven. Hierbij is de rode draad hoe de verbinding met de binnenstad kan worden versterkt. Vervolgens wordt gestart met de uitvoering. Hierbij zet de gemeente in op versterking van de samenwerking met de ondernemers en pandeigenaren. Daarmee wil de gemeente spin-off organiseren naar de locatie langs de Noorderkade die op de plankaart van de Visie is aangeduid als te transformeren naar woonwerkgebied. Dus transformatie naar een woonwerkmilieu volgt. Relatie met andere projecten: IJmond Bereikbaar PLANNING: Planvorming - vanaf 2015 30 • • Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied GEBIEDSVISIE AMSTERDAMSE HAVEN Doelstelling: Per gebied inzicht verkrijgen in de intensiveringsmogelijkheden. TREKKER: Havenbedrijf Amsterdam. Besluit I INHOUD: In de gebiedsvisie worden Havenvisie, commerciële programma’s, investerings- en vervangingsinvesteringen samengebracht tot een dynamische Visie die leidt tot een helder inzicht in kansen, mogelijkheden en op te lossen knelpunten in het gebied. Fysieke ruimte, milieuruimte én nautische ruimte worden hierin samengebracht. Het project zal leiden tot intensiveringsinzichten en mogelijke projecten. Relatie met andere projecten: De gebiedsvisie Amsterdamse haven borduurt voort op inzichten uit ‘Innovatief Intensiveren’ (2009) en ‘Optimaal benutten’ (2011). Het heeft een nauwe relatie met op te stellen kpi’ s voor intensivering vanuit aandeelhouder en Uitvoeringsprogramma Visie NZKG. • BETROKKEN PARTIJEN: In het proces zullen ook de gemeenten Zaanstad, Haarlemmerliede & Spaarnwoude, Beverwijk, Velsen en provincie N-H worden betrokken. Bron: Havenbedrijf Amsterdam juNi 2014 31 Techniek Campus IJmond SCHOLING EN ONDERWIJS DOELSTELLING: Betere aansluiting van het aanbod op de arbeidsmarkt met de vraag op de arbeidsmarkt, van met name de (technische) maakindustrie, door adequate scholing op alle niveaus door publiek private samenwerking. TREKKER: De gemeenten Velsen, Zaanstad en Amsterdam BETROKKEN PARTIJEN: Amsterdam Economic Board, PRES 32 besluit i INHOUD: Binnen de MRA houden verschillende gremia zich bezig met het thema onderwijs en arbeidsmarkt. Zowel de Amsterdam Economic Board als het Platform Regionale Economische Structuur zetten zich in het Techniekpact Noordvleugel in voor het verbeteren van de aansluiting onderwijs- arbeidsmarkt. De belangrijkste economische clusters in het NZKG-gebied (logistiek, food, maakindustrie) zijn daarin vertegenwoordigd. Voor de verschillende clusters zijn en/of worden Human Capital Agenda’s opgesteld, deze clusters zijn leidend voor de aanpak op dit thema. Binnen het NZKG wordt vanuit het Techniekpact gewerkt aan de Techniek Campus IJmond met name gericht op proces en metaal o nderwijs, in Zaanstad aan het opzetten van de Food Campus en in Amsterdam de technologieroute in het vmbo en de publiek-private samenwerking Installatietechniek en Motorvoertuigentechniek. Ondanks de stijgende werkloosheid is het verkrijgen van goed geschoold technisch personeel een van de grote uitdagingen van de bedrijven in het NZKG, nu en in de toekomst. Planning: Medio 2014 worden zowel de Techniek Campus IJmond, de Food Campus en de Amsterdamse projecten gestart. Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied • PROJECTEN OP TERMIJN P rojecten die in het kader van de Visie NZKG 2040 op termijn wel moeten worden uitgevoerd, maar waar nu nog geen aanleiding toe is, omdat eerst andere samenhangende projecten uitgevoerd moeten worden of omdat er nog geen mogelijkheden zijn dan wel aanleiding is om het project uit te voeren. Transformatie deel van havengebied de Pijp in Beverwijk door de gemeente Beverwijk Transformatie van de gebieden Achtersluispolder, Coen- en Vlothaven en Amsterdam Noord Afhankelijk van de marktomstandigheden en de ontwikkelingen na de realisatie van de herinrichting van de Woonboulevard en de kop van de haven onderzoekt de gemeente Beverwijk mogelijkheid en wenselijkheid van de transformatie van havengebied de Pijp. Een transformatie van deze gebieden wordt door de gemeenten Amsterdam en Zaanstad opgepakt alsmede marktomstandigheden hier aanleiding toe is en een en ander positieve economische effecten laat zien. Voor het Hembrugterrein heeft de gemeente samen met het Rijks Vastgoed en Ontwikkelingsbedrijf een s trategie ontwikkeld om het terrein in stappen uit te geven. Inmiddels hebben zich enkele bedrijven gevestigd in de oude monumenten. >> Hemburgterrein juNi 2014 33 Achtersluispolder Herverkavelingsplan bedrijventerrein Westpoort door Havenbedrijf Amsterdam Dit project zal gestart worden als uit de Ruimte- intensiveringsmonitor en de Gebiedsvisie Westpoort blijkt dat herverkaveling een bijdrage levert aan de Ruimte- intensivering van het gebied. Stimuleren innovatie en technologische vernieuwing Dit project start als uit de Ruimte- intensiveringsmonitor blijkt wat de kansen en mogelijkheden zijn. Compenserende maatregelen ontwikkeling Houtrak door de gemeente Haarlemmerliede & Spaarnwoude Dit project zal pas starten als uit de Ruimte- intensiveringsmonitor blijkt dat het ontwikkelen van de Houtrakpolder naar haven nodig is. 34 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied • Voorbeeld van technologische vernieuwing: Ventoclean van Silverstar Agencies overlegstructuren N ationaal en in de Metropool Regio Amsterdam-verband bestaan er diverse overlegstructuren. Het is voor het Bestuursplatform belangrijk om aan te haken en zo in te spelen op ontwikkelingen in de MRA. Hieronder wordt kort ingegaan op enkele overlegstructuren die voor het Uitvoeringsprogramma van belang zijn. Metropool Regio Amsterdam (MRA) De 36 gemeenten uit Gooi en Vechtstreek, Amstel- Meerlanden, Zuid-Kennemerland, IJmond, Zaanstreek, Waterland, Almere, Amsterdam, provincies Noord-Holland en Flevoland en stadsregio Amsterdam zijn verenigd in het MRA. De MRA werkt aan het verbeteren van de internationale concurrentiepositie en doet dit - op basis van het gezamenlijk opgestelde Ontwikkelingsbeeld aan de hand van 5 impulsen: duurzaamheid, landschap, bereikbaarheid, verstedelijking en economie. De MRA heeft per thema een platform. De MRA- platforms organiseren in 2014 op reguliere basis hun eigen vergaderingen. Verder worden gezamenlijke bijeenkomsten georganiseerd: een conferentie (februari), een bijeenkomst voor nieuwe bestuurders en raadsleden en regiodebatten, en de MRA zet in 2014 haar eigen communicatiemiddelen in: kwartaalblad Podium, de digitale nieuwsbrief en de website. Van inhoudelijk belang is dat in 2014 wordt gestart met een update van het Ontwikkelingsbeeld van de MRA. >> juNi 2014 35 Branche organisatie Zeehavens (BOZ) Dit is het landelijke overleg tussen de havenbeheerders en het Ministerie van IenM. Vanuit de regio neemt Havenbedrijf Amsterdam deel aan dit overleg. Ter voorbereiding op dit periodieke overleg vindt eerst een regionaal overleg plaats met Havenbedrijf Amsterdam, Zeehaven IJmuiden N.V., TATA Steel en het Projectbureau NZKG om de regionale inbreng in het BOZ af te stemmen en voor te bereiden. Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) De Rijksoverheid werkt samen met decentrale overheden aan ruimtelijke projecten en programma’s voor elke regio in Nederland. Het MRA heeft haar eigen MIRT-overleg met de minister van IenM. Het MIRT richt zich op financiële investeringen in deze programma’s en projecten. In het MIRT Projectenboek staat een overzicht van alle ruimtelijke projecten en programma’s waar de Rijksoverheid samen met provincies en gemeentes aan werkt. Het laat de voortgang en stand van zaken van deze projecten en programma’s zien. De herstructurering van werklocaties heeft hierbinnen zijn plek en is daarmee dus geen doel op zichzelf, maar is een manier om bij te dragen aan het versterken van de vestigingsvoorwaarden van de Metropoolregio. In 2011 is er een gezamenlijke uitvoeringsstrategie vastgesteld, deze wordt in 2015 geactualiseerd. Plabeka kent de volgende uitvoeringsactiviteiten: • programmering en profilering werklocaties; • PHB : stimulering herstructurering bedrijventerreinen; •Kantorenloods, bestrijding leegstand en stimulering transformatie kantoren Voor 2014 is er een werkplan vastgesteld met vijf werklijnen: 1. 2. 3. 4. 5. Monitorbedrijventerreinen en kantoren Profileren van werklocaties via onder andere regionale samenwerking Versterken kennisfunctie Operationele ondersteuning bij herontwikkeling en transformatie Lobby Economic Board Amsterdam Platform Bedrijven en Kantoren Metropoolregio Amsterdam (Plabeka) In Plabeka vindt de regionale afstemming plaats over de kwantiteit en kwaliteit van werklocaties. Het doel van Plabeka luidt als volgt: Het creëren van voldoende ruimte en kwaliteit van werklocaties (kantoren, bedrijventerreinen, zeehaventerreinen) voor een evenwichtige economische ontwikkeling om daarmee een bijdrage te leveren aan de versterking van de (internationale) concurrentiepositie van de Metropoolregio en het verbeteren van het regionale vestigingsklimaat voor het bedrijfsleven.” 36 De Board is een ‘triple helix’ platform dat adviseert over de regionale (kennis) economie van de Metropoolregio. De triple helix partners zijn onderwijs, o ndernemers en overheid. Vanuit de overheid zijn Amsterdam, Almere, Amstelveen en de provincie Noord-Holland vertegenwoordigd. In de board zijn 8 economische sectoren benoemd die kansrijk zijn en waar aparte programma’s voor zijn gemaakt. Eén van die sectoren, sinds kort, is de sector ‘maakindustrie/technologie’. TATA Steel is hierbij nauw betrokken. De Board heeft als missie de economische groei en innovatie in de Metropoolregio te stimuleren. Dit gebeurt onder meer door het stimuleren van de samenwerking tussen bovengenoemde triple helix-organisaties. Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied • juNi 2014 37 BIJLAGE 1 Rompbesluit Visie NZKG 2040 Besluiten Visie De raden van de gemeenten Amsterdam, Beverwijk, Haarlemmerliede & Spaarnwoude, Velsen en Zaanstad en Provinciale Staten van Noord-Holland hebben de Visie vastgesteld en aangenomen als richtsnoer voor toekomstig beleid. Hierbij heeft de gemeente Haarlemmerliede & Spaarnwoude besluit 8 expliciet niet genomen, maar wel de intentie aangegeven om actief te blijven deelnemen in het NZKG-proces. In de behandeling is de Visie vastgesteld en is expliciet een aantal besluiten genomen die verwoorden wat met de Visie wordt bedoeld. Het betreft de volgende besluiten: i. Vanuit het perspectief van het versterken van de internationale concurrentiepositie van de MRA zetten de colleges in op het NZKG als economische motor voor de MRA en op een duurzame ontwikkeling van die motor. ii. Eerst intensiveren van het huidige bestaande avenareaal gericht op een overslaggroei tot 125 miljoen h ton. Eerst intensiveren van wonen en werken in de bestaande stad. Pas na intensivering van bestaand havenareaal wordt aanspraak gemaakt op h avenuitbreiding in andere (groen) gebieden. Uitgangspunt is een duurzame economische groei, waarbij (in de havens) transities mogelijk worden gemaakt gericht op duurzame energie. iii. Aanpassing van de geluidcontouren van 50 dB(A) rond de gezoneerde industrieterreinen Westpoort (zie Visie, kaart pagina 40/41) en Hoogtij, zodat: doorgroei van havenoverslag van 95 miljoen naar 125 miljoen ton (conform Amsterdamse Havenvisie 20082020) en groei bij Hoogtij mogelijk is; extra woningen mogelijk zijn in de Sloterdijken, het Hembrugterrein en (met name de noordkant van) de Achtersluispolder. Aan de gemeenteraad van Amsterdam 38 wordt voorgesteld de terreinen Sloterdijk en Sloterdijk-I te onttrekken aan het gezoneerde industrieterrein Westpoort. De gemeenteraden van Amsterdam, Zaanstad, Velsen en Haarlemmerliede & Spaarnwoude verzoeken gezamenlijk aan de provincie Noord-Holland een Provinciaal Inpassingsplan (PIP) voor te bereiden voor het planologisch vastleggen van de geluidzones Westpoort en Hoogtij en nadere afspraken hierover vast te leggen in een bestuursovereenkomst. Uitgangspunt bij deze afspraken is dat bij het vaststellen van de Visie NZKG 2040 overeenstemming is bereikt over de aard van de flankerende maatregelen, zodat de voorbereiding van een PIP kan worden gestart. De invulling van de maatregelen wordt onderdeel van de op te stellen Uitvoeringsagenda Visie NZKG 2040. Daarnaast zal -in lijn met de Visie– ook het gesprek worden aangegaan met bedrijven over innovatie en/of investeringen om overlast te beperken (naar voorbeeld van afgesloten convenanten met het bedrijfsleven). Op lange termijn leidt het doorvoeren van verduurzaming en innovatie tot het terugdringen van de geluidscontouren. iv. In het hele NZKG in het algemeen aan de wettelijke normen voor luchtkwaliteit blijven voldoen en in de IJmond in het bijzonder de fijn stof belasting verminderen en de luchtkwaliteit verbeteren. v. Transformatie van havenareaal naar gemengd oonwerkgebied op de in de Visie aangegeven locaties w (zie Visie, kaart pagina 24-25) op termijn mogelijk maken. Hierbij wordt uitgegaan van een geleidelijke o ntwikkeling, passend bij de ontwikkelingen in de economie, woningmarkt en de bedrijven die het aangaat. Doelstelling in het kader van het MIRT Zaan/IJ is om minimaal 30.000 woningen te realiseren. De gemeente Amsterdam is voornemens in 2025 een afweging te maken in het tempo en de condities van transformatie van de terreinen van Havenbedrijf Amsterdam NV binnen de ring. Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied In het kader van de Visie dient de gemeente van Amsterdam in ieder geval de volgende criteria in acht te nemen: • • • • • • de aansluiting op de regionale afspraken, met name uit de Visie NZKG 2040; de woningbehoefte op dat moment; de behoefte aan haventerrein op dat moment; de intensivering van de bestaande haventerreinen, waarbij zoveel mogelijk wordt vermeden de zwaar milieuhinderlijke bedrijven aan de randen van het werkgebied van de haven te situeren; een milieuverantwoorde verplaatsing en/of uitbreiding van havenactiviteiten, om rekening te houden met de milieueffecten op het aangrenzende gebied; de financiële haalbaarheid. De gemeente Amsterdam zal over deze afwegingen met de regio overleggen. vi. De ontwikkeling in de energiesector wordt nauwgezet gevolgd. Gemonitord wordt of in de toekomst door gebruik van nieuwe technologieën de (ruimte en milieu-)belasting van de kolen op- en overslag kan worden verminderd. vii. Intensivering en kwaliteitsverbetering van de bestaande landschap-, natuur- en recreatiegebieden in de regio. Dit geldt met name voor de Wijkermeerpolder en Spaarnwoude, de Tuinen van West en de Brettenzone, alsmede voor natuur, agrarische en recreatieve mogelijkheden langs oevers. Daar waar mogelijk wordt gestreefd naar de menging van groen met overige functies in het gebied. De bereikbaarheid van de recreatiegebieden wordt verbeterd door investeringen in recreatieve routes, onder andere langs het Noordzeekanaal ter hoogte van Spaarnwoude. Leidend voor de invulling hiervan is de Visie 2040 groengebied Amsterdam-Haarlem. planologische procedure voordat de aanleg wordt gestart. ix. Als het huidige havenareaal voldoende is geïntensiveerd en door de betreffende bestuurscolleges in het NZKG het besluit is genomen om de reservering van de Houtrakpolder om te zetten in de daadwerkelijke aanleg van een havenbekken, dan is het havenareaal ook beschikbaar voor haven gerelateerde bedrijven uit de regio met verplaatsings- en of uitbreidingswensen. x. In het deel van de Houtrakpolder waarin m ogelijk itbreiding van het havenareaal plaatsvindt, kan u sprake zijn van tijdelijke invulling van natuur- en recreatiegebieden of de tijdelijke realisatie van agrarische functies (zie Visie, kaart op pagina 24-25, legenda-eenheid reservering uitbreiding havenareaal). xi. Er wordt gezamenlijk zorggedragen voor het onafhankelijk monitoren van: • de werkelijke behoefte (inclusief prognoses) op het gebied van benodigde uitbreiding van het havenareaal; • de werkelijke woningbehoefte (inclusief prognoses); • de intensiveringgraad binnen het havenareaal, zo veel mogelijk gebruik makend van bestaande monitors (zoals Havenmonitor, Zaan IJ monitor, Plabeka). xii. De regionale samenwerking in het NZKG wordt verder uitgewerkt rondom de uitvoering van de Bestuurlijke Agenda NZKG 2040 • viii. De Houtrakpolder is deels (zie Visie, kaart op pagina 24-25, legenda-eenheid reservering u itbreiding havenareaal) aangewezen als te reserveren haven gerelateerd areaal voor een mogelijke toekomstige uitbreiding van de haven na 2020. De daadwerkelijke aanleg zal tijdig plaatsvinden, doch niet eerder dan nadat het huidige havenareaal in voldoende mate is geïntensiveerd en overeenstemming is bereikt over tijdige realisatie van compenserende maatregelen. Uitgangspunt is dat als de Houtrakpolder wordt ingezet voor u itbreiding van havenareaal, de milieuoverlast van te vestigen bedrijven vanzelfsprekend zo veel mogelijk zal worden beperkt. Voordat het besluit tot de daadwerkelijke aanleg van een haven in de Houtrakpolder wordt genomen, wordt een voorstel hiertoe via een breed samengestelde stuurgroep voorgelegd aan de betrokken b estuurscolleges in het NZKG. De besluitvorming hierover zal tijdig plaatsvinden, zodat er voldoende tijd beschikbaar is voor een zorgvuldige onderzoeksfase en het doorlopen van een juNi 2014 39 BIJLAGE 2 Projecten uit Bestuurlijke Agenda Visie en Samenwerkingsagenda De bestuurlijke agenda uit de Visie Noordzeekanaalgebied is een vertaling van het rompbesluit dat door alle bestuurlijke partners is vastgesteld in haar colleges. Alle bestuurlijke thema’s uit de Visie NZKG met de daaraan gekoppelde projecten en beleidslijnen komen in deze agenda aan de orde. In haar vergadering van 8 augustus 2013 heeft de Stuurgroep NZKG de volgende projecten/acties gedefinieerd en gekoppeld aan het rompbesluit: Inhoud Bestuurlijke Agenda NZKG 2040 Besluitnr. Project/Actie Bestaand/ Tijd/ Nieuw Frequentie i. Versterken internationale concurrentiepositie Gezamenlijk vestigingsbeleid voor zware categorieën en h oogwaardige industrie Nieuw i. Versterken internationale concurrentiepositie Planstudie Zeetoegang IJmond Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie MER Planstudie Averijhaven lichteren Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie Vaart in de Zaan Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie Nationale havenraad, relatie ministeries EZ Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie Scholing en onderwijs Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie Vervoer over water (studies) Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie Communicatie (congres, Masterplanjournaal, website, bestuurlijke werkbezoeken, portal voor initiatieven in NZKG) en klankbordgroep Bestaand i. Versterken internationale concurrentiepositie Verkennende studie bereikbaarheidsproblematiek n.a.v. ruimtelijke ontwikkelingen (o.a. in Zaanstad, zie Visie pagina 39) Nieuw 40 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Nu – 2040 Besluitnr. Project/Actie Bestaand/ Tijd/ Nieuw Frequentie i. Versterken internationale concurrentiepositie Herverkavelingsplan Westpoort Bestaand Nu – ? i. Versterken internationale concurrentiepositie MIRT onderzoek bereikbaarheid Noordkant Amsterdam (waaronder verbinding A8/A9) Bestaand Nu ii. & xi.c. I ntensiveren havenareaal en gezamenlijk monitoren Intensiveringsmonitor ruimtegebruik Nieuw Vanaf 2014 jaarlijks moni toren iii. Aanpassen geluidcontouren PIP procedures Westpoort (geluidzonering Westpoort) en Hoogtij Flankerende maatregelen PIP 1.Isolatie 2.Omgevingsprogramma ? 3.Actieplan terugdringing geluid Achtersluispolder en Hembrug Nieuw Nu – 2016 iv. Verbeteren luchtkwaliteit Uitvoering maatregelen milieudialoog Bestaand – hierbij wel de vraag of samenvoeging van de uitvoer ing gewenst is. Nu – 2016 iv. & vi. V erbeteren luchtkwaliteit en ontwikkeling energiesector volgen Stimulatie innovatie en technologische vernieuwing aan de bron i.r.t. verminderen hinder olie en steenko len overslag en stimulering duurzame ontwikkeling haven en industrie Nieuw Nu – 2040 v. Transformatie s pecifieke locaties Transformatie de Pijp – inclusief milieubelasting en barrièrewerking onderzoek A22 Deels bestaand, deels nieuw Nu-2015 vi. Ontwikkeling energiesector volgen Zie hierboven, bij besluit iv. vii. waliteitsverbetering K groen en landschap Ruimtelijke kwaliteit onderzoek Uitwerkingsplan opstellen groen/recreatie kwaliteits verbetering voor NZKG , inclusief Wijkermeer/Stelling van Amsterdam Bestaand, maar wel uitgebreid met het uit werkingsplan verbetering kwaliteit gro engebieden. Nu-2015 vii. Kwaliteitsverbetering groen en landschap Groengebied Haarlem Amsterdam Bestaand Nu viii. Compenserende maatregelen Houtrak Compenserende maatregelen opstellen voor Houtra khaven (zowel natuur als kwalitatieve inrichting/c.q. groene buffer) Nieuw Nu-2015 ix. Beschikbaarheid Houtrak als havenareaal Om te zetten in actie na besluit Nieuw Nu-2015 x. Tijdelijke natuur Ontwikkeling planvorming en uitvoering tijdelijke natuur/agrarische bestemming Houtrak Nieuw 1. Na 2016 2. Nu 3. Nu - 2030 >> juNi 2014 41 Besluitnr. Project/Actie Bestaand/ Tijd/ Nieuw Frequentie xi.a. Gezamenlijke monitoring van werkelijke behoefte uitbreiding havenareaal Werkgelegenheidsmonitor Bestaand Jaarlijks xi.a. Gezamenlijke monitoring van werkelijke behoefte uitbreiding havenareaal Bedrijventerreinenmonitor Bestaand Jaarlijks xi.a. Gezamenlijke monitoring van werkelijke behoefte uitbreiding havenareaal Realisatie woningbouwaantallen kwantitatief en kwalitatief Bestaand Jaarlijks xi.a. Gezamenlijke monitoring van werkelijke behoefte uitbreiding havenareaal Actualisatie woningbehoefte kwantitatief en kwalitatief Bestaand Jaarlijks xi.a. Gezamenlijke monitoring van werkelijke behoefte uitbreiding havenareaal Zie bij besluit ii. Nieuw xii. Regionale samenwerking voortzetten Opstellen van en communiceren over bestuurlijke agenda; zowel opstellen als uitvoering samen met betrokkenen en partners Nieuw Nu-2040 i. Versterken internationale concurrentiepositie Opzetten van een breed ingestoken Haveninformatiecentrum Nieuw 2014 42 Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied Uitvoeringsprogramma Noordzeekanaalgebied juNi 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc