Carpaal Tunnel Syndroom (CTS) Neurologie

Carpaal Tunnel
Syndroom (CTS)
Neurologie
Wat is een carpaal tunnel syndroom?
Een carpaal tunnel syndroom is een beknelling van één van de zenuwen naar de
hand (de nervus medianus) in de carpale tunnel. De zenuw loopt langs de binnenzijde van de pols naar de hand via een tunnel van botstructuren en een peesplaat
(zie figuur 1). De zenuw zorgt voor de knijpkracht in de hand en voor het gevoel in
de duim, wijsvinger, middelvinger en een deel van de ringvinger.
Bij een carpaal tunnel syndroom is de tunnel vernauwd, waardoor de zenuw in de
knel komt. Dit veroorzaakt tintelingen aan de binnenzijde van de hand, de duim,
de wijsvinger, de middelvinger en soms een deel van de ringvinger. Vooral
’s nachts kunnen deze klachten erg hinderlijk zijn en u uit de slaap houden. Soms
straalt de pijn ook uit naar de bovenarm of schouder. Als de beknelling al langer
bestaat kan krachtsverlies van de hand optreden. De klacht kan zowel aan één
hand als aan beide handen voorkomen. Waarom de beknelling ontstaat is (nog)
niet duidelijk. Het carpaal tunnel syndroom komt vaak voor, een derde van de
bevolking krijgt er ooit last van. De aandoening komt vaker voor bij vrouwen dan
bij mannen, en vaker bij patiënten die suikerziekte, reuma of een schildklieraandoening hebben.
Figuur 1: beknelling van de zenuw ter hoogte van de peesplaat
Zenuw: nervus medianus
Peesplaat en lokatie van de beknelling
Spier
1
Bezoek dagkliniek
Uw (huis)arts vermoedt dat bij u sprake is van een carpaal tunnel syndroom en
heeft u daarom doorgestuurd naar de dagkliniek Neurologie. In het Radboudumc
is er een speciaal spreekuur voor deze klacht, de CTS-straat. Hierbij worden het
bezoek aan de arts, de aanvullende onderzoeken en de uitslag hiervan gecombineerd in één bezoek. Afhankelijk van de ernst van de klacht vindt dezelfde
ochtend direct behandeling met een injectie plaats of wordt u doorverwezen naar
een plastisch chirurg. Passen uw klachten niet bij de diagnose dan wordt u terugverwezen naar de huisarts of wordt een vervolgafspraak gemaakt op de polikliniek
Neurologie.
Programma
Onderdeel
Duur
Voorbereiding
25 minuten
EMG onderzoek
15 minuten
Vraaggesprek en onderzoek (+ echo)
door de arts en bespreken van de
uitslagen
20 minuten
De totale duur van de afspraak is ongeveer 1 uur.
Voorbereiding
Voor het EMG onderzoek is een goede temperatuur van de armen/handen erg
belangrijk. Indien nodig worden uw armen/handen opgewarmd met behulp van
een bak met warm water tot de gewenste huidtemperatuur is bereikt.
U dient een kwartier voor uw afspraak aanwezig te zijn om uw armen/handen op
te warmen voor het onderzoek.
2
Aanvullende onderzoeken
Het aanvullende onderzoek bestaat uit elektromyografie (EMG) en een echografie
van de zenuw. Het EMG is een onderzoek waarbij met stroomstootjes de functie
van de zenuw doorgemeten wordt. Met de echo wordt gekeken naar de aanleg en
de dikte van de zenuw bij de pols en in de onderarm. Het EMG vindt plaats voorafgaand aan het consult met de arts. Tijdens het consult met de arts zal een echo
van de zenuw worden gemaakt.
Behandelmogelijkheden
Wordt bij u het carpaal tunnel syndroom vastgesteld dan zijn er binnen dit spreekuur drie behandelmogelijkheden. Afhankelijk van de bevindingen van het aanvullend onderzoek bepaalt de arts in overleg met u wat een passende behandeling
is.
Spalk
Bij een lichte mate van carpaal tunnel syndroom kan een polsspalk in een deel
van de gevallen verbetering geven. De arts kan u tijdens uw bezoek een machtiging voor een polsspalk meegeven. Bij een ernstiger carpaal tunnel syndroom
heeft een polsspalk vaak onvoldoende effect.
Injectie
Bij een lichte mate van carpaal tunnel syndroom is een lokale injectie met ontstekingsremmers (corticosteroïden) en een kortwerkend verdovingsmiddel aan de
binnenzijde van de pols meestal voldoende. Deze behandeling kan direct tijdens
uw bezoek plaatsvinden. Het inbrengen van de naald en het achterlaten van de
vloeistof kan gevoelig zijn. Over het algemeen wordt de behandeling goed verdragen. Vanwege de verdoving is het wel aan te raden iemand mee te nemen
voor het vervoer. Uw hand kan namelijk enkele uren verdoofd aanvoelen wat het
autorijden of fietsen kan bemoeilijken.
Hoewel de injectie weinig risicovol is, bestaat er een geringe kans op infectie en
beschadiging van de zenuw. De arts werkt zo zorgvuldig mogelijk om dit risico zo
klein mogelijk te houden. Twee weken na de injectie belt de arts u om het effect
van de behandeling te bespreken.
3
Operatie
Bij een ernstig(er) carpaal tunnel syndroom of als u al een keer een injectie hebt
gehad met onvoldoende effect wordt u doorverwezen naar de plastisch chirurg. Zij
bespreken met u of een operatie kan plaatsvinden en wat de risico’s zijn. Tijdens
de operatie wordt de peesplaat ter hoogte van de zenuw doorgesneden, zodat de
zenuw weer ruimte heeft en kan genezen. Deze operatie kan meestal poliklinisch
en met lokale verdoving worden uitgevoerd.
Belangrijk
U meldt zich bij de balie van de polikliniek Neurologie op de begane grond,
Radboudumc, Ingang Oost, route 943. U kunt vervolgens doorlopen naar de
afdeling Klinische neurofysiologie op de tweede verdieping, route 920. Hier zal de
afspraak plaatsvinden. U hoeft zich hier niet opnieuw te melden, wij weten dat u er
bent. U mag direct plaatsnemen in de wachtruimte.
Zorg dat u 30 minuten van te voren aanwezig bent in verband met de voorbereiding (zie Voorbereiding).
4
12-2014-6969
Adres
Klinische Neurofysiologie
Ingang oost
Reinier Postlaan 4, route 920
6525 GC Nijmegen
(Voor aanmelden volg route 943 polikliniek Neurologie)
Postadres
Radboudumc
943 Klinische Neurofysiologie
Postbus 9101
6500 HB Nijmegen
Contact
Polikliniek (algemeen nummer): 024 - 361 66 00
(bereikbaar ma-vr 8.30 tot 17.00)
E-mailadres: [email protected]
www.radboudumc.nl/bereikbaarheid
Radboud universitair medisch centrum