Lespakket 3de graad basisonderwijs

MUSEUM AAN DE IJZER
Wat rest van het leven. Wat blijft van het land.
1
TER INFO
Met deze invulbrochure hebben we geprobeerd voor leerlingen van de derde graad van het
basisonderwijs een boeiend werkdocument te brengen. Waar het onderwerp er zich toe leende
hebben we eveneens gepoogd moderne werkvormen te hanteren. De opdrachten en de werkwijze
zijn gestoeld op de VakOverschrijdende EindTermen (VOET) die hieronder vermeld zijn. We wensen
u samen met de leerlingen een leerrijk bezoek aan het vernieuwd museum.
Doelstellingen Lager Onderwijs: vakoverschrijdend
Nederlands - Lezen
De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau = beschrijven) de informatie achterhalen in
3.1
voor hen bestemde instructies voor handelingen van gevarieerde aard;
3.3
voor hen bestemde teksten
Nederlands - Schrijven
De leerlingen kunnen (verwerkingsniveau =structureren)
4.6
schriftelijk antwoorden op vragen over verwerkte inhouden.
4.8*
De leerlingen ontwikkelen bij het realiseren van de eindtermen voor spreken, luisteren,
lezen en schrijven de volgende attitudes:
- luister-, spreek-, lees- en schrijfbereidheid; bereidheid tot nadenken over spreek-,
lees- en schrijfgedrag
Historische tijd
De leerlingen
5.6
5.7
5.8
5.9*
kunnen hun afstamming aangeven tot twee generaties terug.
kennen de grote periodes uit de geschiedenis en ze kunnen duidelijke historische elementen
in hun omgeving en belangrijke historische figuren waarmee ze kennis maakten in de tijd
situeren
kunnen aan de hand van een voorbeeld illustreren dat een actuele toestand, die voor
kinderen herkenbaar is, en die door de geschiedenis beïnvloed werd, vroeger anders was en
in de loop der tijden evolueert.
tonen belangstelling voor het verleden, heden en de toekomst, hier en elders.
Algemene vaardigheden tijd
De leerlingen
beseffen dat er een onderscheid is tussen een mening over een historisch feit en het feit zelf.
2
6. Wereldoriëntatie - Ruimte
Oriëntatie- en kaartvaardigheid
De leerlingen
6.1
kunnen aan elkaar een te volgen weg tussen twee plaatsen in de eigen gemeente of stad
beschrijven.
Ze kunnen deze reisweg ook aanduiden op een plattegrond.
6.2
kunnen in een praktische toepassingssituatie op een gepaste kaart (en op de globe evenaar,
de polen, de oceanen), de landen van de Europese Unie en de werelddelen opzoeken en
aanwijzen.
Ruimtebeleving
De leerlingen
6.5
kunnen aan de hand van een concreet voorbeeld het verschil tussen beleefde en absolute
afstand illustreren.
Ruimtelijke ordening/bepaaldheid
De leerlingen
6.7
kunnen in de realiteit op een gepaste kaart een landelijke, stedelijke, toeristische en
industriële omgeving herkennen en van elkaar onderscheiden.
Algemene vaardigheden ruimte
De leerlingen
6.10
kunnen in een landschap gericht waarnemen en ze kunnen op een eenvoudige wijze
onderzoeken waarom het er zo uitziet.
6.11
kunnen een atlas raadplegen en kunnen enkele soorten kaarten hanteren gebruik makend
van de legende, windrichting en schaal.
7. Brongebruik:
de leerlingen kunnen op een gepaste manier informatiebronnen hanteren en gebruiken.
3
OPDRACHT IN DE KLAS
1. Op weg naar het Museum aan de IJzer
Situeer op onderstaand kaartje in het blauw welke weg jij moet volgen om de stad met het Museum
aan de IJzer te bereiken en duid de IJzer aan. Duid in het geel de stad aan waar elke avond om 20 uur
onder de Menenpoort ‘The Last Post’ gebracht wordt. Duid in het rood de stad aan waar Koning
Albert I zijn hoofdkwartier had .
(Diksmuide , Ieper, Veurne )
2. Ga naar http://nl.wikipedia.org/wiki/IJzertoren en zoek het antwoord op volgende
vragen.
1 In welk jaar werd de eerste IJzertoren ingewijd?
2 AVV VVK op de toren staat voor
3 Wat is begin- en eindjaar van WOI ?
4 In hoeveel talen staat de kreet ‘Nooit meer oorlog’ op
de IJzertoren te lezen?
5 Met de resten van de gedynamiteerde toren werd de
PAX-poort gebouwd. Wat betekent PAX ?
6 Wanneer werd de nieuwe toren ingewijd?
4
In Vlaanderens velden (Letterlijke
vertaling)
3. Verwijzen naar witte papaver
“In Vlaanderens velden bloeien de
klaprozen
Tussen de kruisen, rij aan rij
die onze plek aangeven; en in de
lucht vliegen leeuweriken, nog
steeds dapper zingend
zelden gehoord te midden van het
kanongebulder aan de grond.
Wij zijn de doden. Enkele dagen
geleden leefden we nog, voelden
de dauw, zagen de zon ondergaan
beminden en werden bemind en nu
liggen we in Vlaanderens velden
Neem ons gevecht met de vijand
weer op:
Tot u gooien wij, met falende hand
de toorts; aan u om haar hoog te
houden
Als gij breekt met ons die sterven
zullen wij niet slapen, ook al bloeien
de klaprozen
in Vlaanderens velden.”
De witte klaproos staat symbool voor het streven naar
vrede. Vrede in de ruime zin van het woord: meer dan geen
oorlog betekent het ook rust, harmonie, verdraagzaamheid
in een multiculturele samenleving maar ook in alledaagse
omstandigheden.
De keuze van de witte klaproos is geïnspireerd op
bovenstaand wereldberoemde gedicht van John McCrae‘In
Flanders’ Fields’ dat hij aan het front schreef.
Op http://www.youtube.com/watch?v=8VtGbJHXTQ8 vind je een tekenfilmpje dat het verhaal rond
het gedicht ‘In Flanders Fields’ van John McCrae vertelt. (Engels)
5
4. Het WOI- monument van je gemeente opzoeken
Dit monument op de oorlogsbegraafplaats Tyne Cot in Zonnebeke herdenkt 34.952 militairen uit het
Gemenebest (British Commonwealth) die zijn omgekomen in de Eerste Wereldoorlog en waarvan
geen graf bekend is. Hun namen staan op het monument. (Situeer Tyne Cot Cemetry op het kaartje
pg 4)
Het monument op onderstaande foto herdenkt de inwoners van Torhout die zijn omgekomen of
vermist in de Eerste Wereldoorlog. Ook in jouw gemeente is dergelijk monument te vinden. Op
http://nl.tracesofww1.com/country.asp?countryid=2&provinceid=13 kan je voor alle gemeenten de
locatie(s) waar een oorlogsmonument staat vinden . Zoek het op voor jouw gemeente, noteer het
adres en probeer aan de hand van het kaartje op de webpagina de locatie te situeren ten opzichte
van jouw adres. (Hoever is het monument verwijderd van waar je woont?) Breng een bezoek aan het
monument. Bekijk goed de namen van de soldaten, misschien vind je er je eigen familienaam of een
bekende naam bij.
6
Misschien zijn een aantal klasgenoten afkomstig uit een ander land of misschien heb je een
familienaam die niet frequent voorkomt omdat een van je voorouders na WOI in ons land gebleven
is. Ga na waar je familienaam vandaan komt en of het land van herkomst bij de oorlog betrokken
was. Kleur het land op onderstaande kaart in het rood.
Op http://nl.geneanet.org/familienamen/ of op http://www.familienaam.be/ kan je nagaan hoe
jouw familienaam wereldwijd en meer specifiek in België verspreid is.
Hoeveel keer komt je naam wereldwijd voor? ______________________________________
Hoeveel Belgen dragen jouw naam? ______________________________________________
Kleur het land ( of continent) met de sterkste concentratie van je familienaam in het rood op
onderstaande kaart.
7
5. Oorlog vrede
In het oude Romeinse Rijk, bij de Grieken en later bij de Germanen, de Spanjaarden, de Fransen, de
Duitsers , altijd waren er krijgsheren, leiders die droomden van macht. Ze wilden hun rijk uitbreiden.
Daarom zetten ze soldaten in die ten oorlog trokken. Huizen, oogsten, vrouwen, kinderen,… niets
werd gespaard. In een oorlog spreken we over vriend en vijand.
Ook in het dagelijks leven wordt strijd geleverd: op de werkvloer staan werkgevers vaak tegenover
werknemers; in de sport staan clubs tegenover elkaar, op school worden medeleerlingen wel eens
gepest om de meest uiteenlopende redenen. We noemen ze tegenstanders, concurrenten.
Onderstaande kaart geeft de conflictlanden in de wereld aan.
Zoek een land op dat momenteel heel regelmatig het nieuws haalt omwille van de strijd die er
geleverd wordt. _________________________________________________________________
Duid het aan op de kaart.
Probeer te weten waarover het conflict handelt. _______________________________________
_______________________________________________________________________________
Wie zijn de strijdende partijen? _____________________________________________________
______________________________________________________________________________
8
Hieronder vind je een mindmap met de begrippen ‘oorlog’ en ‘vrede’. Vul volgende termen in de
ballonnetjes in en vul de 4 overgebleven ballonnen zelf aan met begrippen waaraan jij denkt als je
oorlog en vrede hoort.
Oorlogspelletjes - ruzie - overleggen pesten - belegeren - vredespijp …
VREDE
OORLOG
9
Conflicten ontstaan als gevolg van een machtsstrijd tussen minimum twee partijen . Soms is de
oorzaak heel banaal, een futiliteit, dat men later niet eens meer weet wat de aanleiding tot het
conflict was. Mocht men de tijd terug kunnen draaien, dan zouden partijen overleggen,
onderhandelen, het geschil bijleggen zodat het niet tot een conflict komt. Veel oorlogen worden
gelukkig op die manier voorkomen! Geen enkel conflict hoeft een oorlog te worden.
Kan jij samenleven met mensen van een andere godsdienst, een andere huidskleur, een andere
opvatting? Heb je het moeilijk met allochtonen of illegalen? ______________________________
______________________________________________________________________________
______________________________________________________________________________
Als je vindt dat een situatie onaanvaardbaar is, hoe pak je het dan aan? Kies je ervoor :
Mogelijkheid
Waarom?
Te overleggen met de andere partij?
De andere uit te maken, te kleineren?
De andere de rug toe te keren, te negeren?
Welk van bovenstaande mogelijkheden kan een win/win situatie opleveren? Waarom?
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
10
OPDRACHTEN IN HET MUSEUM AAN DE IJZER
Op bovenstaande foto zie je twee belangrijke monumenten , enerzijds de IJzertoren en anderzijds de
PAX-poort. Bij je bezoek stap je door de imposante PAX-poort naar de huidige IJzertoren, waarin het
22 verdiepingen tellende museum gevestigd is. Via de trap bereik je het terras. Vandaar krijg je een
adembenemend zicht over de toenmalige frontstreek.
Eerste Wereldoorlog
De langlopende oorzaak van WOI was de honger naar machtsuitbreiding van de grootmachten van
Europa, waaronder het Duitse Keizerrijk, het Oostenrijks-Hongaarse, het Ottomaanse, het Russische
en het Britse Rijk, Frankrijk en Italië. De moord op 28 juni 1914 op aartshertog Franz Ferdinand van
Oostenrijk, de troonopvolger van Oostenrijk-Hongarije, door een Bosnisch-Servische nationalist, was
de directe aanleiding voor de grootmachten om WOI te starten. Via hun kolonies verspreidde het
conflict zich gauw over de wereld.
België werd vanaf zijn ontstaan in 1830/1831(1831 Verdrag van Londen), door de toenmalige
grootmachten verplicht neutraal te blijven. België weigert Duitsland vrije doorgang, Duitsland
schendt de neutraliteit en valt in augustus 1914 België binnen. Dit vormt dan weer de aanleiding voor
Groot-Brittannië om in de oorlog te stappen. België was een klein land, waarvan weinig tegenstand
werd verwacht. Tegelijk was het een industriële grootmacht met het dichtste spoorwegnet van het
Europese
vasteland,
wat
het
tot
een
aantrekkelijk
doelwit
maakte.
Het Duitse leger rukte snel op, veroverde de vestingen langs de Maas en dreef het slecht uitgeruste
Belgische leger voor zich uit. De Belgen trokken zich terug op Antwerpen dat in de voorafgaande
decennia was omgeven door een ring van forten. Op 10 oktober 1914 viel echter ook Antwerpen. Het
Belgische leger trok zich vervolgens langs de kust terug in de richting van Frankrijk. De laatste
verdedigingslinie op Belgisch grondgebied werd ingericht langs de IJzer. De omgeving van de IJzer
werd onder water gezet. Het Duitse leger liep hopeloos vast in de moerassen. Vier jaar lang bleef de
IJzer de grens tussen de Duitse en de geallieerde legers, als de meest westelijke uitloper van een
frontlinie die van het Noordzeestrand bij Nieuwpoort doorliep tot de Frans-Zwitserse grens. Achter
de IJzerlinie bleef een klein deel van België onbezet. De opperbevelhebber van het Belgische leger,
koning Albert, vestigde zijn hoofdkwartier in Veurne.
1. Via dolorosa : de weg van lijden – kruisweg
Via DOLOROSA
Tijdens de doortocht van België trekt de Duitse invaller een spoor van
verwoeste huizen, dorpen en steden door het land en maakt hij duizenden
onschuldige slachtoffers. De Belgische bevolking slaat massaal op de vlucht.
We volgen de vluchtelingen en de verwarring die de oorlog veroorzaakt
langs de Via Dolorosa. Wat neem je mee als je plots moet vertrekken en
waar kan je terecht?
Vandaag zijn het nobele onbekenden die
11vluchten voor verre oorlogen. In
1914 waren het onze (over)grootouders.
Tussen de PAX-poort en de huidige
IJzertoren stap je over de via
Dolorosa. (zie afbeelding hiernaast)
Links en rechts vind je namen van
steden en gemeenten waarlangs de
Duitse troepen door het land
oprukten.
Is er een dorp of stad uit je buurt dat
op of nabij de via Dolorosa ligt?
Noteer de naam of namen.
_____________________________
_____________________________
_____________________________
Wat is er daar in WOI precies
gebeurd.
_____________________________
______________________________
______________________________
______________________________
______________________________
______________________________
_____________________________
12
2. Na film
Welk gevoel overheerst na het bekijken van de film: noteer het sterkste gevoel onderaan, daarboven
het tweede in rij en zo verder tot de top.
3. Panorama
•
•
•
•
Hoe ver lag het front van de IJzertoren ? _________________________________________
Hoe ver ligt Ieper van hier ?
_________________________________________
In welke windrichting ligt Nieuwpoort? _ ________________________________________
Hoever ligt Brugge van de IJzertoren? ___________________________________________
4. Verdieping 20
Toon op de kaarten hieronder aan dat de oorlog een wereldoorlog was . Duid minstens 5 betrokken
landen aan. Duid ook verschillende werelddelen aan die betrokken waren.
•
Wat verstaat men onder geallieerden? (groen) ___________________________________
_________________________________________________________________________
•
Wat verstaat men onder neutrale landen? (wit)___________________________________
__________________________________________________________________________
•
Wat zijn de centralen? (grijs) __________________________________________________
__________________________________________________________________________
•
Wat was de rechtstreekse aanleiding tot WOI ? ___________________________________
__________________________________________________________________________
13
14
5. Verdieping 18: Mensen op de vlucht
Links een recente foto van een vluchtende massa voor oorlogsgeweld. Rechts Belgen op de vlucht in
WOI.
Een deel van de Belgische bevolking moest vluchten: ze trokken naar onbezet België of ze werden
opgevangen in Frankrijk, Nederland en Engeland?
Stel dat je te voet moet vluchten en je mag slechts 5 voorwerpen meenemen. Wat neem je mee ?
1._________________________________________2._____________________________________
3._________________________________________4._____________________________________
5._______________________________________________________________________________
Waarom kies je deze voorwerpen? ____________________________________________________
_________________________________________________________________________________
_________________________________________________________________________________
Zijn er plaatsen waar er nu vluchtelingen zijn? Hoe worden deze vluchtelingen opgevangen ?
______________________________________________________________________________
______________________________________________________________________________
______________________________________________________________________________
15
6. Verdieping 17
Kaart Westhoek:
•
•
Teken de frontlijn
Duid de Belgische en de Duitse linies aan.
•
Wat stelt het blauwe gebied voor?
_______________________________________________________________________
_______________________________________________________________________
16
7. Verdieping 14 : Mens versus machine
De beide legers groeven zich steeds verder in hun loopgraven in. Vier jaar lang deden ze pogingen
door de steeds sterkere linies van de tegenstander heen te breken. Aan beide zijden werden daarbij
naast honderdduizenden soldaten voortdurend nieuwe uitvindingen zoals tanks en gifgassen ingezet.
Prikkeldraad is in zo grote hoeveelheden gebruikt dat de verkoop van resterende voorraden na de
oorlog
tot
de
doorbraak
van
het
gebruik
in
de
landbouw
leidde.
Een van de gevaarlijkste plekken van het IJzerfront was de ‘Dodengang’, een loopgravenstelsel dat
tot vlakbij de IJzer doorliep. Omdat aan de overzijde hetzelfde gebeurde, naderden de vijandelijke
legers
elkaar
hier
tot
op
enkele
tientallen
meters.
In deze macabere omgeving vond een van de meest bizarre gebeurtenissen van de frontoorlog
plaats: een verbroedering tussen de soldaten aan weerszijden van het front tijdens de Kerst van
1914.
Naar een tekst van : Hans Renes, Faculteit Geowetenschappen, Universiteit Utrecht
Zoek in de tekst voorbeelden van het feit dat de oorlog leidt tot het uitvinden van nieuwe producten
en dus de economie ten goede komt.
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
Wist je dat België een belangrijke wapenleverancier is? Wat is de belangrijkste wapenfabrikant in
België?
_________________________________________________________________________________
17
8. Verdieping 13: Obussen worden urnen
•
Kan je het thema van deze verdieping ‘Obussen worden urnen’ verklaren?
__________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________
•
Op deze verdieping staan obussen. Bij elke obus staat de naam van een gesneuvelde
soldaat/burger. Controleer of jouw gekozen soldaat er terug te vinden is. Stel dat je op dit
moment een van deze gesneuvelden kon spreken. Schrijf hieronder de boodschap die je
hem/haar zou willen zeggen.
____________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________
18
9. Verdieping 12 : Bezet land
Het leven in bezet België werd heel erg beperkt. Alles werd gereglementeerd. Hieronder vind je een
paar voorbeelden van aanplakbiljetten waarmee de bevolking geïnformeerd werd.
Noteer 3 beperkingen en beschrijf wat dit voor gevolg had voor de mensen.
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
10. Verdieping 10: Terug thuis
Wat zegt jullie 11 november ? __________________________________________________
Foto genomen juist na het ondertekenen
van de Wapenstilstand in het bos van
Compiègne.
Op de voorgrond Maarschalk
Foch (tweede van rechts), geflankeerd
door twee Britse officieren: schout-bijnacht Hope (uiterst rechts)
en admiraal Wemyss. De wagon was aan
Foch geschonken door de fabrikant
Compagnie Internationale des WagonsLits.
19
•
In welk land ligt Compiègne? __________________________________________________
•
Welke landen waren zeker betrokken bij de wapenstilstand? _________________________
__________________________________________________________________________
•
De oorlog is voorbij. De soldaten komen terug thuis. Hoe verwachten de soldaten thuis
ontvangen te worden
____________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________
Naast de lichamelijke letsels blijven soms levenslang de onzichtbare psychische letsels zoals
depressies, angstaanvallen, slapeloosheid,…
Lichamelijke letsels tekenen de slachtoffers voor de rest van hun leven. Gasaanvallen en kogels in
hoofd of romp veroorzaken onmiddellijk of op korte termijn de dood. Velen blijven echter letsels die
niet dodelijk zijn, voor de rest van het leven meedragen. Oogletsels en schade aan de
ademhalingswegen als gevolg van de gasaanvallen zijn niet zichtbaar maar beperken blijvend de
activiteiten. Kogels en granaatscherven blijven hangen in het lichaam. Wonden zijn bijna altijd
geïnfecteerd, want modder of stukken kledij zijn met het projectiel het lichaam binnengedrongen.
Zelfs de kleinste verwonding kan aanleiding geven tot tetanus, met bijna zeker de dood tot gevolg. Er
waren geen vaccinaties, er waren geen antibiotica ( het eerste antibioticum Peniciline werd pas in
WOII gebruikt) , dus bleven de wonden maanden soms jaren etteren.
20
Op de foto’s zie je voorbeelden van:
•
•
•
•
•
Diepe littekens en littekens die het gelaat ontsieren. Moeilijke, herhaalde
gezichtsreconstructies zijn nodig om een menswaardig leven te kunnen leiden.
Littekens op ledematen met flexie contracturen als gevolg (handen in krampachtige houding)
Koudvuur of gangreen: het afsterven van weefsel vooral van handen en voeten kwam veel
voor: de weefsels zwellen, worden zwart en vallen tenslotte af. De oorzaken zijn ofwel een
onderbreking van de bloedtoevoer of een besmetting met een anaerobe microbe, gewoonlijk
beide. Als men het leven van de patiënt wil redden is de enige behandeling het wegsnijden
van het afgestorven weefsel. In de praktijk kwam dat gewoonlijk neer op een amputatie van
de hand, voet, been of arm.
Huidletsels door inwerking van gifgas
Stompen van geamputeerde ledematen
Hoe kijk je aan tegen mensen met een handicap. Hoe ga je daar mee om?
_____________________________________________________________________________
_____________________________________________________________________________
_____________________________________________________________________________
_____________________________________________________________________________
11. Verdieping 9 : Vergeten? Vergeven? Verwerken?
21
Wat heeft de kunstenaar volgens jou in dit kunstwerk willen uitdrukken?
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
12. Verdieping 8: De IJzertoren als symbool
Waarom werd de IJzertoren gebouwd? ____________________________________________
____________________________________________________________________________
Wat betekent AVV-VVK ? _______________________________________________________
____________________________________________________________________________
De IJzertoren heeft een specifieke vorm: Wat diende als voorbeeld? ____________________
____________________________________________________________________________
Noteer de boodschap die de IJzertoren geeft? ______________________________________
____________________________________________________________________________
Waarom die 4 talen op de toren? _________________________________________________
____________________________________________________________________________
22
13. Verdieping 6 : Een eigen mening vormen
Mensen zoeken naar groepsgevoel: Groepsgevoel is noch goed noch slecht, maar kan goed of slecht
gebruikt worden: geef enkele groepen waar jij toe behoort.
_________________________________________________________________________________
_________________________________________________________________________________
Er worden een aantal stellingen voorgesteld. Naargelang de leerling(e) al dan niet akkoord gaat met
de stelling sluit hij/zij bij de ene of andere groep aan.
Stellingen
1. Alle wapens moeten verboden worden.
2. Computerspellen over oorlog leiden automatisch tot gewelddadig gedrag.
3. Wie gepest wordt, heeft het vaak zelf gezocht.
4. Ik zou vluchtelingen in huis nemen.
5. Pestgedrag kan onder geen beding aanvaard worden.
Bedoeling is dat door de keuze van de kinderen telkens wisselende groepen ontstaan. Na elke vraag
volgt een korte bespreking waarom een leerling die keuze maakte. Wat hebben jullie hier uit
geleerd? Al naargelang de stelling sloot je aan bij de ene of de andere groep. En steeds hebben jullie
willen kijken of je de grootste groep was/ of je de beste was.
Waarom heb je voor bepaalde groepen gekozen ? Vrienden/groepsdruk/eigen mening/…
Wat is voor jou het belangrijkste element ?
__________________________________________________________________________________
__________________________________________________________________________________
23