Kandinsky Nieuws - jaargang 20, nr. 2

jaargang 20 | nr. 2
locatie
malderburchtstraat
·Excellente school
• Opbrengstgericht werken op
het Kandinsky College
• Tai Chi en Rode Lampionnen
2 | kandinskyNIEUWS
Nieuws van de ouderraad
We hopen allemaal dat onze kinderen opgroeien tot krachtige,
zelfverzekerde jongvolwassenen met een zelfbeeld waar je u
tegen zegt. Jongeren die weten waar ze goed in zijn, hun zwaktes
herkennen en hun krachten benutten. Maar kunnen we dat sturen?
Wordt een kind met een zelfbeeld geboren of groeit dat geleidelijk?
Heb je daar invloed op als ouder, familie, buur, vriend of leerkracht?
En zo ja, hoe doe je dat dan?
Dat was het onderwerp van de thema-avond op 23 januari jl. die
de ouderraad organiseerde. Meer dan 220 ouders hadden zich
vooraf aangemeld: een absoluut record. Op de avond zelf waren
zo’n 250 ouders onder wie relatief veel moeders aanwezig. Niet
zo raar want we hadden de Tom Cruise van de Nederlandse
ontwikkelingspsychologie en de systeemtheorie uitgenodigd:
Steven Pont.
In zijn lezing “2 x nee = ja” gaf Steven Pont op onderhoudende
wijze aan hoe belangrijk het zelfbeeld is voor een kind (fundament
van de identiteit) en op welke manier je houding en gedrag als
ouder van invloed is op het beeld dat het kind over zichzelf
ontwikkelt. Hij vergelijkt het zelfbeeld van een kind met een
emmertje. Bij de geboorte is het emmertje leeg. Het wordt gevuld
door de omgeving: de reacties van de mensen om het kind heen.
Je zelfbeeld is dus niet van jezelf: dat krijg je van de mensen om je
heen. Niet alleen ouders, maar ook leerkrachten en leeftijdsgenoten
spelen daarin een belangrijke rol.
Wat zijn de belangrijkste boodschappen die je je kind kunt
meegeven waarmee het emmertje wordt gevuld zodat het een
positief en gezond zelfbeeld opbouwt? Dat zijn er twee: ‘Ik mag
er zijn’ (zelfwaardering) en ‘Ik kan het aan!’ (zelfvertrouwen). Na
een kort zijstapje over Freud (het ID, Ego en Superego) en de
systeemtheorie (De context geeft waarde aan gedrag) gaf Steven
nog enkele tips voor de ‘boze moeder’, ‘teleurgestelde vader’ en de
‘wanhopige leerkracht’. De vorm van communicatie blijkt van grote
invloed op de relatie met je puber. In plaats van opdrachten
geven, is onderhandelen of zelfs onderzoeken een betere vorm.
Meer willen weten in plaats van meer willen sturen, zal de
communicatie en de relatie met je kind aanzienlijk verbeteren.
Wat heeft de ouderraad verder beziggehouden de afgelopen
periode? De besteding van de ouderbijdrage, de activiteiten
rondom de Gezonde School en de plannen voor internationale
stages. De komende periode zal de ouderraad zich buigen over
het schoolplan voor de periode 2014-2018.
Heeft u zelf ideeën of suggesties om van het Kandinsky een
nog betere en veiligere leeromgeving te maken? Dan nodig ik u
nadrukkelijk uit om die met ons te delen. U kunt ons tegenkomen
op Open dagen en informatieavonden die regelmatig op het
Kandinsky worden georganiseerd. Een e-mail bericht sturen naar
[email protected] kan natuurlijk ook.
Namens de ouderraad,
Joost van Rooij
Tevredenheidsonderzoek
Systematische kwaliteitszorg is een belangrijk onderdeel van schoolbeleid.
Een vast onderdeel van systematische kwaliteitszorg is het uitvoeren van
regelmatige tevredenheidsonderzoeken bij onze medewerkerkers, onze
leerlingen en bij hun ouders.
Ook in het verleden hebben we regelmatig een tevredenheidsonderzoek onder
personeel, leerlingen en ouders uitgevoerd. Alle ouders krijgen in de maand
april een brief met een inlogcode en wachtwoord toegezonden waarmee
ze de enquête kunnen invullen. Uiteraard zal er over de resultaten van het
tevredenheidsonderzoek een terugkoppeling volgen.
kandinskyNIEUWS | 3
Opgroeien in
2014
Excellente
school
Sinds 1 januari mogen jongeren onder de 18 geen alcohol en
tabak meer kopen. Als school vinden we dat een goede zaak.
We kunnen immers onze ogen niet sluiten voor de schadelijke
effecten van roken en drinken op de gezondheid van onze jeugd.
Daarom is in overleg met alle Nijmeegse scholen afgesproken
dat bij leerlingenfeesten alleen fris geschonken wordt en daarom
plaatsen steeds meer scholen het bordje ‘rookvrije school’ aan de
schoolpoort.
Voor de leerlingen van nu is dit niet het enige wat verandert. Zo
heeft het Ministerie van Onderwijs in de afgelopen jaren de exameneisen steeds verder opgevoerd. Daardoor moeten leerlingen
per saldo beter presteren om een diploma te halen dan pakweg
tien jaar geleden. Ook in het vervolgonderwijs zien we dat de lat
hoger is gelegd; leerlingen krijgen steeds vaker te maken met toelatingseisen en selectieprocedures voor het hbo of de universiteit.
En haalt de kersverse student in het eerste jaar niet het vereiste
aantal studiepunten, dan krijgt hij een Bindend Studieadvies en
moet hij de opleiding weer verlaten.
Zwaardere eisen, meer beperkingen, minder kansen… Leerlingen
van nu groeien op in een ander klimaat en dat roept bij mij een
dubbel gevoel op. Natuurlijk is het een goede zaak dat we hoge
verwachtingen hebben van deze nieuwe en talentvolle generatie;
uit hoge verwachtingen spreekt immers ook het vertrouwen dat
leerlingen tot veel in staat zijn en uit onderzoek blijkt dat hoge
verwachtingen leiden tot betere resultaten. Anderzijds moeten we
ervoor waken dat we niet doorschieten. Goed onderwijs is meer
dan kennis vergaren en vaardigheden trainen; het gaat om ontwikkeling in de meest brede zin van het woord. En uit alle leerlingenenquêtes blijkt dat leerlingen vooral graag
naar school gaan als het ook een
leuke en gezellige plek is, als ze er
vrienden hebben, als ze zichzelf
kunnen zijn en zich thuis voelen
op school. Goed onderwijs in
een fijn en veilig leerklimaat
dus. Wat mij betreft blijven we
daarvoor gaan!
Yolande Ulenaers, directeur
Op maandag 13 januari hebben we tijdens een feestelijke
bijeenkomst in de Nieuwe Kerk in Den Haag uit handen van onze
premier Mark Rutte en de staatssecretaris van OCW Sander Dekker
voor al onze afdelingen het predicaat ‘Excellente School 2013’
ontvangen. Wat een onvergetelijk moment en wat een prachtige
erkenning voor onze school!
De jury die de predicaten toekent, kijkt naar de resultaten van de
school, maar ook naar onder andere het aanbod, de sfeer op school,
de tevredenheid van leerlingen, ouders en medewerkers en de
begeleiding van de leerlingen. De school heeft, om in aanmerking te
kunnen komen voor dit predicaat, schriftelijk informatie verschaft,
een presentatie gegeven aan de jury en de drie juryleden hebben een
bezoek gebracht aan onze school. Tijdens dat bezoek hebben zij
gesproken met directie, teamleiders, docenten, leerlingen en ouders.
In het juryrapport staat, net als vorig jaar, veel lof voor het brede,
rijke en uitdagende aanbod op onze school, voor het positieve
klimaat op school en voor de resultaten. In de rapporten worden
verder het meer onderzoeksmatig werken, het academisch profiel en
het TTO expliciet door de jury genoemd.
Dat onze school drie predicaten heeft gekregen, wil overigens niet
zeggen dat bij ons alles perfect is of dat er nooit dingen fout gaan.
Integendeel. Onderwijs is en blijft mensenwerk. Maar we weten
wel waarvoor we staan en waar we ons op willen richten en we zien
steeds beter wat we kunnen doen om het beste uit onze leerlingen en
onze medewerkers te halen.
Voor ons betekenen de predicaten vooral een erkenning voor
iedereen die met veel energie en toewijding werkt en op die manier
een bijdrage levert aan de ontplooiing van onze leerlingen en aan de
ontwikkeling van onze school.
Clementine van den Berg, adjunct-directeur
4 | kandinskyNIEUWS
Passend onderwijs
Invoering wet passend onderwijs
In de media heeft u er vast al van gehoord: Passend onderwijs. Op 1 augustus
2014 wordt Passend Onderwijs ingevoerd. Bij veel ouders roept de term
Passend onderwijs vragen op. Wat betekent dit voor mijn kind?
Wat betekent dit voor de klas en de school? Wat gaat er veranderen?
Algemeen
Passend onderwijs heeft als
doel dat elke leerling een voor
hem passend onderwijsaanbod
krijgt. Vanaf 1 augustus 2014
melden alle ouders hun kind aan bij de school van hun keuze. De
school heeft dan de taak om een passende onderwijsplek te bieden.
Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is,
op een andere school in het regulier onderwijs of het (voortgezet)
speciaal onderwijs. Scholen stellen een ondersteuningsprofiel op.
Dit is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan
bieden (vanaf augustus 2014 te vinden op de website van school).
Speciaal onderwijs blijft wel bestaan. Er zal nog steeds een
specifieke groep kinderen zijn met een beperking voor wie speciaal
onderwijs noodzakelijk is.
Dit geldt ook voor het didactisch pedagogisch handelen.
PBS begint met het op een positieve manier duidelijk maken
van je verwachtingen. Alle leerlingen gedijen daarbij. Daarom
verwachten we ook op dit gebied niet dat er heel veel zal veranderen.
Op het Kandinsky College
•We gaan spreken van ondersteuning in plaats van zorg.
•We gaan spreken over het ontwikkelingsperspectief i.p.v. de
zorgvraag. De school maakt met de ouders afspraken over
de ondersteuning en deze afspraken worden schriftelijk
vastgelegd.
•Leerlingen met een LGF (rugzakje) of zorgpakket worden voortaan leerlingen met een arrangement of ondersteuningspakket
genoemd.
•De ambulant begeleider gaat ondersteuner heten. De expertise
van deze begeleider kan breed ingezet worden in de school.
Wat houdt deze verandering in voor
het Kandinsky College?
Ondersteuning en maatwerk
De mogelijkheid bestaat dat wij
iets meer leerlingen krijgen met
een ondersteuningsvraag. Dit zijn
vooral leerlingen die gebaat zijn
bij een duidelijke structuur en
aanpak.
Aangezien álle leerlingen baat
hebben bij een duidelijke structuur en heldere verwachtingen
zijn wij erg blij met de invoering
van Positive Behavior Support
(PBS) op onze school. PBS richt
zich niet alleen op onderwijs maar
vooral op het gedrag van alle leerlingen en personeelsleden.
Het creëren van een veilig schoolklimaat staat centraal. Leerlingen
krijgen lessen over gedragsverwachtingen en docenten zijn middels
studiedagen voorbereid op een uniforme aanpak om conflicten
te voorkomen. Hierbij gaan we steeds uit van onze waarden:
respect, verantwoordelijkheid en veiligheid. We creëren hiermee
een schoolklimaat waarin ook de leerlingen die iets extra’s nodig
hebben op een goede manier kunnen functioneren.
Verder zullen we steeds meer gebruik maken van elkaars sterke
kanten. Intervisie, observaties, werken met video-interactie
en overleg helpen om ons onderwijs en het omgaan met
probleemgedrag te verbeteren.
Wel zullen een paar termen die we nu gebruiken veranderen.
Overigens geldt dit niet alleen voor het Kandinsky College
maar voor alle scholen die onder het samenwerkingsverband
VO Nijmegen vallen.
Rugzakje vervalt
Voor meer informatie kunt u kijken op:
www.passendonderwijs.nl/ouders-leerlingen
Dorothé Hazenberg, zorgcoördinator
kandinskyNIEUWS | 5
Handen uit de mouwen voor Cambodja
In de kerstvakantie is een groep van 11 leerlingen met docenten Anneke Thijssen en Peter van Loosbroek naar Cambodja geweest om
vrijwilligerswerk te doen voor de organisatie Raise en Support the Poor (RSP). De monnik Sareth Brak is directeur van deze organisatie.
Sareth heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten: hij werkt ontzettend hard voor zijn gemeenschap en helpt mensen op het arme
platteland.
Bijschriften bij de foto’s over Cambodja door
Sanne Brand en Simon Claassen
▼
Milou en Hanne geven Engelse les aan de kinderen van Raise
and Support the Poor (RSP). De organisatie zet zich in voor
de allerarmsten door onderwijs te verzorgen en weeskinderen
een dak boven hun hoofd te bieden.
▼
Het was hard werken: we hebben zand en stenen gesjouwd,
cement gemengd en staal gebogen. Maar het was zeker alle
moeite waard. Het is heel bijzonder om te zien hoe we in negen
dagen resultaat boekten en vooral voor wie we het deden:
de kinderen.
▼
Rechts staat het huis waar 2 jaar geleden aan gewerkt is door
leerlingen van onze school. Beneden is de bibliotheek en
boven een slaapruimte voor 28 weeskinderen. Wij hebben
dit jaar gewerkt aan een nieuw keukengebouw waar iedere
dag maaltijden voor de 400 schoolkinderen zullen worden
klaargemaakt.
Dit is een foto van onze hele groep, Sareth Brak (rechts,
achterste rij) en een aantal van zijn familieleden. We verbleven
in het plattelandsdorp Dom Dek. Het was heel bijzonder om
te ervaren hoe mensen op het platteland leven. Ze wonen in
huizen op palen en hebben geen stromend water, dus moesten
we douchen door bakjes regenwater over ons heen te gooien.
Tachtig procent van de bevolking leeft op het platteland zonder
de luxe die we in Nederland gewend zijn.
Wat ons het meest zal bijblijven zijn de mensen: hun lach, hoe
vriendelijk en hartelijk zij zijn, hoe moeilijk ze het ook hebben.
▼
Een foto-impressie van deze indrukwekkende reis.
6 | kandinskyNIEUWS
Opbrengstgericht werken op het
Kandinsky College
Meten is weten, is een bekend credo. Maar hoe doe je dat? En wat
wil je ermee bereiken?
In het onderwijs is de laatste tijd veel aandacht voor het verbeteren
van de kwaliteit middels onderzoek. Hoe zet je een goed onderzoek
op? Welke data gebruik je en wat doe je met de resultaten? Daarover
gaat Opbrengstgericht Werken. Tirsa Guelen en Francien van den
Bekerom vertellen over hun ervaringen met OGW.
“Begin dit schooljaar werden wij gevraagd om mee te doen aan een
training ‘Opbrengstgericht Werken’. De training werd georganiseerd
door de projectgroep Teach and Learn. Dit is een onderdeel
van de projectgroep School Aan Zet, die programma’s aanbiedt
in opdracht van het ministerie van OCW. Honderden scholen,
waaronder 13 PO- en VO-scholen in Nijmegen, hebben zich
inmiddels bij dit project aangesloten. En 70% van deze scholen
heeft als speerpunt voor dit jaar het thema OGW gekozen. Zo ook
het Kandinsky College.
Wat is OGW? Door concrete doelen te stellen, resultaten of data
te analyseren (bijvoorbeeld het leerlingvolgsysteem, observaties,
enquêtes, huiswerk of toetsen) en daarop te reflecteren, kunnen
activiteiten worden aangescherpt of verbeterd. Reflecteren is voor
docenten niet iets nieuws, maar OGW zorgt ervoor dat er in de
school meer en gestructureerd aandacht voor is.
De training begon met een inspirerende tweedaagse cursus, die
ons erg enthousiast heeft gemaakt om ideeën direct in de praktijk
te brengen. Bijvoorbeeld het maken van toetsanalyses, waarbij er
geturfd wordt hoe vaak een bepaalde vraag fout wordt beantwoord.
Ook wordt bijgehouden welke fouten er worden gemaakt, zodat dit
weer teruggegeven kan worden aan de klas. Het is de bedoeling
dat wij dit jaar een opbrengstgerichte interventie ontwikkelen,
een interventie waarmee een bepaald aspect van onze school kan
worden onderzocht, geanalyseerd en vervolgens verbeterd.
De focus ligt bij OGW vooral op het proces. De leerresultaten
worden niet gezien als doel, maar als middel om de kwaliteit van
het onderwijs te verhogen. Dat neemt niet weg dat OGW natuurlijk
wel kan leiden tot hogere cijfers. OGW kan ons ook helpen om
bijvoorbeeld de begeleiding van stagiaires of nieuwe docenten
te verbeteren of om de onderwijsplannen van de verschillende
afdelingen vorm te geven en te evalueren.
Opbrengstgericht werken is een onderzoekende manier van werken
die toepasbaar is op allerlei vlakken binnen een school. Meten is
weten! Hier kunnen wij ons goed in vinden.”
Tirsa Guelen (docente biologie) en
Francien van den Bekerom (docente Engels)
Wie is de verzuimcoördinator?
Manita is bekend bij onze leerlingen; bij haar leveren ze
verlofbriefjes in, halen ze een kaartje als ze te laat zijn en melden ze
zich beter als ze weer op school zijn.
Manita is ook bekend bij ouders; bij haar melden ze dokter- en
tandartsafspraken en met haar hebben ze contact als hun kind ziek
is. Maar de meeste ouders hebben met Manita alleen schriftelijk of
telefonisch contact. Tijd om eens echt kennis te maken!
“In 2009 ben ik op het Kandinsky College komen werken, destijds
als receptioniste. Al snel ben ik aan de slag gegaan met het
controleren van het verzuim. In het begin deden we dat nog op de
ouderwetse manier: de docent schreef de afwezigen op een briefje
en hing dat aan de buitenkant van de deur. Ik haalde die briefjes op
en controleerde ze. Dat was veel werk en het lukte niet altijd goed
om het verzuim goed onder controle te hebben.”
“Nu werken we met Magister en het verzuim is enorm afgenomen.
Ik ga niet meer langs de lokalen, maar docenten voeren in
Magister de afwezigen in. Ik controleer alle meldingen direct in het
systeem. Nu heb ik meer tijd voor het allerleukste deel van mijn
baan: werken met leerlingen. Ik controleer namelijk niet alleen
de absentiegegevens, maar ik spreek ook leerlingen die zich niet
lekker voelen en ziek naar huis willen. Samen bepalen we wat het
verstandigst is: nog even dat ene lesuur proberen of toch niet.
Behalve met leerlingen, heb ik contact met ouders. Ouders zijn de
experts als het om hun kind gaat.”
Ik ben heel trots op ons verzuimbeleid: we hebben alle leerlingen in
beeld. Verzuimcoördinator is daarom een dankbare baan, ik blijf dit
nog jarenlang doen!”
kandinskyNIEUWS | 7
Tai Chi en Rode Lampionnen
De eerste schooldag van 2014 kreeg op onze school een feestelijk
Chinees tintje, want dat was de dag waarop we onze Confucius
Classroom officieel hebben geopend. Met twee andere scholen zijn wij
in Nederland de eerste uitverkorenen voor deze titel. Dat hebben we te
danken aan de toenemende aandacht die er binnen onze school is voor
de taal, de cultuur, de geschiedenis en het heden van dat fascinerende
land China.
Dat wij ons nu Confucius Classroom mogen noemen brengt een
structurele subsidie van het Groningen Confucius Institute met zich
mee. Bovendien ondersteunen de mensen van dit instituut ons bij het
organiseren van activiteiten rondom de Chinese taal en cultuur en bij
zomerkampen en uitwisselingen naar China.
Om alle leerlingen mee te laten proeven van de Chinese sfeer was er
tijdens het vijfde lesuur voor iedereen een traktatie in de vorm van
Chinese cakejes. Tijdens de plechtigheden later die middag waren veel
genodigden aanwezig onder wie burgemeester Bruls en de directie van
het Groningen Confucius Institute. We hebben genoten van verschillende
optredens: traditioneel Chinese dans en een demonstratie tai chi. De
leerlingen Daniël (havo 5) en Vincent (vwo 6) die al een aardig woordje
Chinees spreken, zorgden met een slag op de Chinese gong voor de
officiële opening van de Confucius Classroom.
Vanaf komend schooljaar zal het vak CTC (Chinese taal en cultuur) vast
op de lessentabel van de eerste klassen (tweetalig) havo/vwo staan.
Gedurende een half jaar volgen de leerlingen CTC om zo te proeven
van de taal en cultuur. Vervolgens kunnen leerlingen het vak Chinees
kiezen en er zelfs eindexamen in doen. Daarnaast zetten we een
uitwisselingsprogramma op en hebben leerlingen de kans om deel te
nemen aan een zomerkamp in China.
Om tijdens de lessen Chinees ook echt in Chinese sferen te komen
hebben we één van onze lokalen opgesierd met op de volledige
achterwand een prachtige foto van de Chinese muur. Je zou er zo op
willen klimmen. Dat kan niet, maar een selfie maken is ook al leuk,
net echt!
Angélique Vermeulen, coördinator Chinese taal en cultuur
8 | kandinskyNIEUWS
Vraaggesprek met
Bob Beumers
Nadat hij jarenlang zelf schoolleider was, werd Bob Beumers
onderwijsinspecteur. In die rol heeft hij tal van scholen leren
kennen. Hij eindigde zijn carrière als adviseur van het Europees
Platform, verantwoordelijk voor het TTO en ELOS op scholen.
Een vraaggesprek met een onderwijsman in hart en nieren.
U heeft als inspecteur en als adviseur van het
Europees Platform tal van scholen in Nederland en
Europa bezocht. Wat is het beeld dat u heeft bij het
Nederlands onderwijs?
Er wordt ten onrechte veel geklaagd over het niveau van het Nederlands onderwijs. Volgens
internationale vergelijkingen zit ons land bij de top tien van de wereld, direct achter een aantal
Aziatische landen. In Europa horen we bij de absolute top. Toen ik ooit aan de directeur van de
Pisa/OESO-onderzoeken vroeg hoe dit komt, zei hij me dat de verklaring zit in de goede relatie die
Nederlandse docenten onderhouden met hun leerlingen.
Dus we kunnen tevreden zijn?
Zeker, maar ik ben ook bezorgd: in de loop van die 12 jaar OESO/Pisa zijn we wel gedaald op de ladder
van plaats drie naar tien. Ons vmbo-onderwijs sluit niet aan bij wat het bedrijfsleven vraagt. Ons havo
en vwo heeft sinds de jaren tachtig wel een aanpak voor de zwakke leerling ontwikkeld, maar voor de
bovengemiddeld goede leerling ontbreekt een systematisch aanbod.
Wat zouden scholen meer moeten doen en waar moeten ze mee stoppen?
In mijn optiek is een school een leerinstituut. In de jaren vijftig ging het alleen om leren. Sinds de jaren
zeventig ging het ook om sociale aspecten, maar daarin zijn we doorgeschoten. Andere sectoren zoals
de industrie, de banken en zelfs het leger hebben sindsdien de middenweg gevonden. Het onderwijs is
in die zoektocht wat blijven hangen. De Nederlandse leraar mag dan een goede band met de leerling
hebben, ik zie te veel lessen waarin de leerling de mondigste onderhandelaar is. Ik wil geen autoritaire
docenten terug, maar er moet wel een volwassene de baas zijn in de klas.
Welk advies heeft u voor docenten?
In de eerste plaats: wees trots op dit prachtige en relevante beroep! Blijf je ontwikkelen en probeer steeds
beter te worden in je vak. En kies voor een volwassen pedagogische distantie ten opzichte van leerlingen.
Leerlingen zijn ervaringsdeskundigen als het gaat om het beoordelen van docenten. Wie vanaf zijn vierde
tot zijn zestiende de hele dag tegen ons aankijkt, weet als we het lokaal binnenkomen of we deugen, of we
uit angst de democraat of de boeman uithangen, of we authentiek zijn en echt iets te bieden hebben met
een koel oog en een warm hart. Wees dus een leerschool met aandacht voor zorg en niet andersom.
Vorig jaar heeft u de afdelingsleiders van het Kandinsky College een training gegeven
in het observeren van lessen. Waarom is dat nuttig?
Lesgeven is ook een ambacht. Net als metselen of huisarts zijn, bestaat het voor 90% uit trucs en
handigheidjes die je moet leren om goed te worden in je vak. Dé taak voor leidinggevenden in
scholen is om dicht bij hun leraren te zijn. De klas in dus: observeren, nabespreken, helpen, adviseren, bemoedigen, complimenteren, tips geven. En als de leraar het vak niet onder de knie krijgt, neem
dan afscheid. Snel, omdat een leerling maar één keer de kans krijgt om dit hoofdstuk dit jaar te leren
beheersen. Een gat in de kennisontwikkeling haalt een kind niet makkelijk in!
Vijf jaar geleden bezocht u het Kandinsky College als adviseur voor het Europees
Platform. Daarna bent u de school blijven volgen. Hoe kijkt u naar de ontwikkeling
van het Kandinsky College?
De school heeft heldere ambities en een bekwame en doortastende leiding. Dat is nodig als je een
bloeiende schoolcultuur wil. Brede vorming en kwaliteit staan hier hoog in het vaandel.Vijf jaar geleden
zag ik dat het de goede kant opging met deze school en de predicaten zijn een erkenning daarvoor.
Geen enkele andere school kreeg drie predicaten. Een enorm compliment, ga zo door!
Voor de agenda en
actuele informatie kijk op
www.kandinskycollege.nl