jaargang 20 | nr. 2 locatie malderburchtstraat ·Excellente school • Opbrengstgericht werken op het Kandinsky College • Tai Chi en Rode Lampionnen 2 | kandinskyNIEUWS Nieuws van de ouderraad We hopen allemaal dat onze kinderen opgroeien tot krachtige, zelfverzekerde jongvolwassenen met een zelfbeeld waar je u tegen zegt. Jongeren die weten waar ze goed in zijn, hun zwaktes herkennen en hun krachten benutten. Maar kunnen we dat sturen? Wordt een kind met een zelfbeeld geboren of groeit dat geleidelijk? Heb je daar invloed op als ouder, familie, buur, vriend of leerkracht? En zo ja, hoe doe je dat dan? Dat was het onderwerp van de thema-avond op 23 januari jl. die de ouderraad organiseerde. Meer dan 220 ouders hadden zich vooraf aangemeld: een absoluut record. Op de avond zelf waren zo’n 250 ouders onder wie relatief veel moeders aanwezig. Niet zo raar want we hadden de Tom Cruise van de Nederlandse ontwikkelingspsychologie en de systeemtheorie uitgenodigd: Steven Pont. In zijn lezing “2 x nee = ja” gaf Steven Pont op onderhoudende wijze aan hoe belangrijk het zelfbeeld is voor een kind (fundament van de identiteit) en op welke manier je houding en gedrag als ouder van invloed is op het beeld dat het kind over zichzelf ontwikkelt. Hij vergelijkt het zelfbeeld van een kind met een emmertje. Bij de geboorte is het emmertje leeg. Het wordt gevuld door de omgeving: de reacties van de mensen om het kind heen. Je zelfbeeld is dus niet van jezelf: dat krijg je van de mensen om je heen. Niet alleen ouders, maar ook leerkrachten en leeftijdsgenoten spelen daarin een belangrijke rol. Wat zijn de belangrijkste boodschappen die je je kind kunt meegeven waarmee het emmertje wordt gevuld zodat het een positief en gezond zelfbeeld opbouwt? Dat zijn er twee: ‘Ik mag er zijn’ (zelfwaardering) en ‘Ik kan het aan!’ (zelfvertrouwen). Na een kort zijstapje over Freud (het ID, Ego en Superego) en de systeemtheorie (De context geeft waarde aan gedrag) gaf Steven nog enkele tips voor de ‘boze moeder’, ‘teleurgestelde vader’ en de ‘wanhopige leerkracht’. De vorm van communicatie blijkt van grote invloed op de relatie met je puber. In plaats van opdrachten geven, is onderhandelen of zelfs onderzoeken een betere vorm. Meer willen weten in plaats van meer willen sturen, zal de communicatie en de relatie met je kind aanzienlijk verbeteren. Wat heeft de ouderraad verder beziggehouden de afgelopen periode? De besteding van de ouderbijdrage, de activiteiten rondom de Gezonde School en de plannen voor internationale stages. De komende periode zal de ouderraad zich buigen over het schoolplan voor de periode 2014-2018. Heeft u zelf ideeën of suggesties om van het Kandinsky een nog betere en veiligere leeromgeving te maken? Dan nodig ik u nadrukkelijk uit om die met ons te delen. U kunt ons tegenkomen op Open dagen en informatieavonden die regelmatig op het Kandinsky worden georganiseerd. Een e-mail bericht sturen naar [email protected] kan natuurlijk ook. Namens de ouderraad, Joost van Rooij Tevredenheidsonderzoek Systematische kwaliteitszorg is een belangrijk onderdeel van schoolbeleid. Een vast onderdeel van systematische kwaliteitszorg is het uitvoeren van regelmatige tevredenheidsonderzoeken bij onze medewerkerkers, onze leerlingen en bij hun ouders. Ook in het verleden hebben we regelmatig een tevredenheidsonderzoek onder personeel, leerlingen en ouders uitgevoerd. Alle ouders krijgen in de maand april een brief met een inlogcode en wachtwoord toegezonden waarmee ze de enquête kunnen invullen. Uiteraard zal er over de resultaten van het tevredenheidsonderzoek een terugkoppeling volgen. kandinskyNIEUWS | 3 Opgroeien in 2014 Excellente school Sinds 1 januari mogen jongeren onder de 18 geen alcohol en tabak meer kopen. Als school vinden we dat een goede zaak. We kunnen immers onze ogen niet sluiten voor de schadelijke effecten van roken en drinken op de gezondheid van onze jeugd. Daarom is in overleg met alle Nijmeegse scholen afgesproken dat bij leerlingenfeesten alleen fris geschonken wordt en daarom plaatsen steeds meer scholen het bordje ‘rookvrije school’ aan de schoolpoort. Voor de leerlingen van nu is dit niet het enige wat verandert. Zo heeft het Ministerie van Onderwijs in de afgelopen jaren de exameneisen steeds verder opgevoerd. Daardoor moeten leerlingen per saldo beter presteren om een diploma te halen dan pakweg tien jaar geleden. Ook in het vervolgonderwijs zien we dat de lat hoger is gelegd; leerlingen krijgen steeds vaker te maken met toelatingseisen en selectieprocedures voor het hbo of de universiteit. En haalt de kersverse student in het eerste jaar niet het vereiste aantal studiepunten, dan krijgt hij een Bindend Studieadvies en moet hij de opleiding weer verlaten. Zwaardere eisen, meer beperkingen, minder kansen… Leerlingen van nu groeien op in een ander klimaat en dat roept bij mij een dubbel gevoel op. Natuurlijk is het een goede zaak dat we hoge verwachtingen hebben van deze nieuwe en talentvolle generatie; uit hoge verwachtingen spreekt immers ook het vertrouwen dat leerlingen tot veel in staat zijn en uit onderzoek blijkt dat hoge verwachtingen leiden tot betere resultaten. Anderzijds moeten we ervoor waken dat we niet doorschieten. Goed onderwijs is meer dan kennis vergaren en vaardigheden trainen; het gaat om ontwikkeling in de meest brede zin van het woord. En uit alle leerlingenenquêtes blijkt dat leerlingen vooral graag naar school gaan als het ook een leuke en gezellige plek is, als ze er vrienden hebben, als ze zichzelf kunnen zijn en zich thuis voelen op school. Goed onderwijs in een fijn en veilig leerklimaat dus. Wat mij betreft blijven we daarvoor gaan! Yolande Ulenaers, directeur Op maandag 13 januari hebben we tijdens een feestelijke bijeenkomst in de Nieuwe Kerk in Den Haag uit handen van onze premier Mark Rutte en de staatssecretaris van OCW Sander Dekker voor al onze afdelingen het predicaat ‘Excellente School 2013’ ontvangen. Wat een onvergetelijk moment en wat een prachtige erkenning voor onze school! De jury die de predicaten toekent, kijkt naar de resultaten van de school, maar ook naar onder andere het aanbod, de sfeer op school, de tevredenheid van leerlingen, ouders en medewerkers en de begeleiding van de leerlingen. De school heeft, om in aanmerking te kunnen komen voor dit predicaat, schriftelijk informatie verschaft, een presentatie gegeven aan de jury en de drie juryleden hebben een bezoek gebracht aan onze school. Tijdens dat bezoek hebben zij gesproken met directie, teamleiders, docenten, leerlingen en ouders. In het juryrapport staat, net als vorig jaar, veel lof voor het brede, rijke en uitdagende aanbod op onze school, voor het positieve klimaat op school en voor de resultaten. In de rapporten worden verder het meer onderzoeksmatig werken, het academisch profiel en het TTO expliciet door de jury genoemd. Dat onze school drie predicaten heeft gekregen, wil overigens niet zeggen dat bij ons alles perfect is of dat er nooit dingen fout gaan. Integendeel. Onderwijs is en blijft mensenwerk. Maar we weten wel waarvoor we staan en waar we ons op willen richten en we zien steeds beter wat we kunnen doen om het beste uit onze leerlingen en onze medewerkers te halen. Voor ons betekenen de predicaten vooral een erkenning voor iedereen die met veel energie en toewijding werkt en op die manier een bijdrage levert aan de ontplooiing van onze leerlingen en aan de ontwikkeling van onze school. Clementine van den Berg, adjunct-directeur 4 | kandinskyNIEUWS Passend onderwijs Invoering wet passend onderwijs In de media heeft u er vast al van gehoord: Passend onderwijs. Op 1 augustus 2014 wordt Passend Onderwijs ingevoerd. Bij veel ouders roept de term Passend onderwijs vragen op. Wat betekent dit voor mijn kind? Wat betekent dit voor de klas en de school? Wat gaat er veranderen? Algemeen Passend onderwijs heeft als doel dat elke leerling een voor hem passend onderwijsaanbod krijgt. Vanaf 1 augustus 2014 melden alle ouders hun kind aan bij de school van hun keuze. De school heeft dan de taak om een passende onderwijsplek te bieden. Op de eigen school of, als de leerling daar beter op zijn plaats is, op een andere school in het regulier onderwijs of het (voortgezet) speciaal onderwijs. Scholen stellen een ondersteuningsprofiel op. Dit is bedoeld om aan te geven welke ondersteuning een school kan bieden (vanaf augustus 2014 te vinden op de website van school). Speciaal onderwijs blijft wel bestaan. Er zal nog steeds een specifieke groep kinderen zijn met een beperking voor wie speciaal onderwijs noodzakelijk is. Dit geldt ook voor het didactisch pedagogisch handelen. PBS begint met het op een positieve manier duidelijk maken van je verwachtingen. Alle leerlingen gedijen daarbij. Daarom verwachten we ook op dit gebied niet dat er heel veel zal veranderen. Op het Kandinsky College •We gaan spreken van ondersteuning in plaats van zorg. •We gaan spreken over het ontwikkelingsperspectief i.p.v. de zorgvraag. De school maakt met de ouders afspraken over de ondersteuning en deze afspraken worden schriftelijk vastgelegd. •Leerlingen met een LGF (rugzakje) of zorgpakket worden voortaan leerlingen met een arrangement of ondersteuningspakket genoemd. •De ambulant begeleider gaat ondersteuner heten. De expertise van deze begeleider kan breed ingezet worden in de school. Wat houdt deze verandering in voor het Kandinsky College? Ondersteuning en maatwerk De mogelijkheid bestaat dat wij iets meer leerlingen krijgen met een ondersteuningsvraag. Dit zijn vooral leerlingen die gebaat zijn bij een duidelijke structuur en aanpak. Aangezien álle leerlingen baat hebben bij een duidelijke structuur en heldere verwachtingen zijn wij erg blij met de invoering van Positive Behavior Support (PBS) op onze school. PBS richt zich niet alleen op onderwijs maar vooral op het gedrag van alle leerlingen en personeelsleden. Het creëren van een veilig schoolklimaat staat centraal. Leerlingen krijgen lessen over gedragsverwachtingen en docenten zijn middels studiedagen voorbereid op een uniforme aanpak om conflicten te voorkomen. Hierbij gaan we steeds uit van onze waarden: respect, verantwoordelijkheid en veiligheid. We creëren hiermee een schoolklimaat waarin ook de leerlingen die iets extra’s nodig hebben op een goede manier kunnen functioneren. Verder zullen we steeds meer gebruik maken van elkaars sterke kanten. Intervisie, observaties, werken met video-interactie en overleg helpen om ons onderwijs en het omgaan met probleemgedrag te verbeteren. Wel zullen een paar termen die we nu gebruiken veranderen. Overigens geldt dit niet alleen voor het Kandinsky College maar voor alle scholen die onder het samenwerkingsverband VO Nijmegen vallen. Rugzakje vervalt Voor meer informatie kunt u kijken op: www.passendonderwijs.nl/ouders-leerlingen Dorothé Hazenberg, zorgcoördinator kandinskyNIEUWS | 5 Handen uit de mouwen voor Cambodja In de kerstvakantie is een groep van 11 leerlingen met docenten Anneke Thijssen en Peter van Loosbroek naar Cambodja geweest om vrijwilligerswerk te doen voor de organisatie Raise en Support the Poor (RSP). De monnik Sareth Brak is directeur van deze organisatie. Sareth heeft een onuitwisbare indruk achtergelaten: hij werkt ontzettend hard voor zijn gemeenschap en helpt mensen op het arme platteland. Bijschriften bij de foto’s over Cambodja door Sanne Brand en Simon Claassen ▼ Milou en Hanne geven Engelse les aan de kinderen van Raise and Support the Poor (RSP). De organisatie zet zich in voor de allerarmsten door onderwijs te verzorgen en weeskinderen een dak boven hun hoofd te bieden. ▼ Het was hard werken: we hebben zand en stenen gesjouwd, cement gemengd en staal gebogen. Maar het was zeker alle moeite waard. Het is heel bijzonder om te zien hoe we in negen dagen resultaat boekten en vooral voor wie we het deden: de kinderen. ▼ Rechts staat het huis waar 2 jaar geleden aan gewerkt is door leerlingen van onze school. Beneden is de bibliotheek en boven een slaapruimte voor 28 weeskinderen. Wij hebben dit jaar gewerkt aan een nieuw keukengebouw waar iedere dag maaltijden voor de 400 schoolkinderen zullen worden klaargemaakt. Dit is een foto van onze hele groep, Sareth Brak (rechts, achterste rij) en een aantal van zijn familieleden. We verbleven in het plattelandsdorp Dom Dek. Het was heel bijzonder om te ervaren hoe mensen op het platteland leven. Ze wonen in huizen op palen en hebben geen stromend water, dus moesten we douchen door bakjes regenwater over ons heen te gooien. Tachtig procent van de bevolking leeft op het platteland zonder de luxe die we in Nederland gewend zijn. Wat ons het meest zal bijblijven zijn de mensen: hun lach, hoe vriendelijk en hartelijk zij zijn, hoe moeilijk ze het ook hebben. ▼ Een foto-impressie van deze indrukwekkende reis. 6 | kandinskyNIEUWS Opbrengstgericht werken op het Kandinsky College Meten is weten, is een bekend credo. Maar hoe doe je dat? En wat wil je ermee bereiken? In het onderwijs is de laatste tijd veel aandacht voor het verbeteren van de kwaliteit middels onderzoek. Hoe zet je een goed onderzoek op? Welke data gebruik je en wat doe je met de resultaten? Daarover gaat Opbrengstgericht Werken. Tirsa Guelen en Francien van den Bekerom vertellen over hun ervaringen met OGW. “Begin dit schooljaar werden wij gevraagd om mee te doen aan een training ‘Opbrengstgericht Werken’. De training werd georganiseerd door de projectgroep Teach and Learn. Dit is een onderdeel van de projectgroep School Aan Zet, die programma’s aanbiedt in opdracht van het ministerie van OCW. Honderden scholen, waaronder 13 PO- en VO-scholen in Nijmegen, hebben zich inmiddels bij dit project aangesloten. En 70% van deze scholen heeft als speerpunt voor dit jaar het thema OGW gekozen. Zo ook het Kandinsky College. Wat is OGW? Door concrete doelen te stellen, resultaten of data te analyseren (bijvoorbeeld het leerlingvolgsysteem, observaties, enquêtes, huiswerk of toetsen) en daarop te reflecteren, kunnen activiteiten worden aangescherpt of verbeterd. Reflecteren is voor docenten niet iets nieuws, maar OGW zorgt ervoor dat er in de school meer en gestructureerd aandacht voor is. De training begon met een inspirerende tweedaagse cursus, die ons erg enthousiast heeft gemaakt om ideeën direct in de praktijk te brengen. Bijvoorbeeld het maken van toetsanalyses, waarbij er geturfd wordt hoe vaak een bepaalde vraag fout wordt beantwoord. Ook wordt bijgehouden welke fouten er worden gemaakt, zodat dit weer teruggegeven kan worden aan de klas. Het is de bedoeling dat wij dit jaar een opbrengstgerichte interventie ontwikkelen, een interventie waarmee een bepaald aspect van onze school kan worden onderzocht, geanalyseerd en vervolgens verbeterd. De focus ligt bij OGW vooral op het proces. De leerresultaten worden niet gezien als doel, maar als middel om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Dat neemt niet weg dat OGW natuurlijk wel kan leiden tot hogere cijfers. OGW kan ons ook helpen om bijvoorbeeld de begeleiding van stagiaires of nieuwe docenten te verbeteren of om de onderwijsplannen van de verschillende afdelingen vorm te geven en te evalueren. Opbrengstgericht werken is een onderzoekende manier van werken die toepasbaar is op allerlei vlakken binnen een school. Meten is weten! Hier kunnen wij ons goed in vinden.” Tirsa Guelen (docente biologie) en Francien van den Bekerom (docente Engels) Wie is de verzuimcoördinator? Manita is bekend bij onze leerlingen; bij haar leveren ze verlofbriefjes in, halen ze een kaartje als ze te laat zijn en melden ze zich beter als ze weer op school zijn. Manita is ook bekend bij ouders; bij haar melden ze dokter- en tandartsafspraken en met haar hebben ze contact als hun kind ziek is. Maar de meeste ouders hebben met Manita alleen schriftelijk of telefonisch contact. Tijd om eens echt kennis te maken! “In 2009 ben ik op het Kandinsky College komen werken, destijds als receptioniste. Al snel ben ik aan de slag gegaan met het controleren van het verzuim. In het begin deden we dat nog op de ouderwetse manier: de docent schreef de afwezigen op een briefje en hing dat aan de buitenkant van de deur. Ik haalde die briefjes op en controleerde ze. Dat was veel werk en het lukte niet altijd goed om het verzuim goed onder controle te hebben.” “Nu werken we met Magister en het verzuim is enorm afgenomen. Ik ga niet meer langs de lokalen, maar docenten voeren in Magister de afwezigen in. Ik controleer alle meldingen direct in het systeem. Nu heb ik meer tijd voor het allerleukste deel van mijn baan: werken met leerlingen. Ik controleer namelijk niet alleen de absentiegegevens, maar ik spreek ook leerlingen die zich niet lekker voelen en ziek naar huis willen. Samen bepalen we wat het verstandigst is: nog even dat ene lesuur proberen of toch niet. Behalve met leerlingen, heb ik contact met ouders. Ouders zijn de experts als het om hun kind gaat.” Ik ben heel trots op ons verzuimbeleid: we hebben alle leerlingen in beeld. Verzuimcoördinator is daarom een dankbare baan, ik blijf dit nog jarenlang doen!” kandinskyNIEUWS | 7 Tai Chi en Rode Lampionnen De eerste schooldag van 2014 kreeg op onze school een feestelijk Chinees tintje, want dat was de dag waarop we onze Confucius Classroom officieel hebben geopend. Met twee andere scholen zijn wij in Nederland de eerste uitverkorenen voor deze titel. Dat hebben we te danken aan de toenemende aandacht die er binnen onze school is voor de taal, de cultuur, de geschiedenis en het heden van dat fascinerende land China. Dat wij ons nu Confucius Classroom mogen noemen brengt een structurele subsidie van het Groningen Confucius Institute met zich mee. Bovendien ondersteunen de mensen van dit instituut ons bij het organiseren van activiteiten rondom de Chinese taal en cultuur en bij zomerkampen en uitwisselingen naar China. Om alle leerlingen mee te laten proeven van de Chinese sfeer was er tijdens het vijfde lesuur voor iedereen een traktatie in de vorm van Chinese cakejes. Tijdens de plechtigheden later die middag waren veel genodigden aanwezig onder wie burgemeester Bruls en de directie van het Groningen Confucius Institute. We hebben genoten van verschillende optredens: traditioneel Chinese dans en een demonstratie tai chi. De leerlingen Daniël (havo 5) en Vincent (vwo 6) die al een aardig woordje Chinees spreken, zorgden met een slag op de Chinese gong voor de officiële opening van de Confucius Classroom. Vanaf komend schooljaar zal het vak CTC (Chinese taal en cultuur) vast op de lessentabel van de eerste klassen (tweetalig) havo/vwo staan. Gedurende een half jaar volgen de leerlingen CTC om zo te proeven van de taal en cultuur. Vervolgens kunnen leerlingen het vak Chinees kiezen en er zelfs eindexamen in doen. Daarnaast zetten we een uitwisselingsprogramma op en hebben leerlingen de kans om deel te nemen aan een zomerkamp in China. Om tijdens de lessen Chinees ook echt in Chinese sferen te komen hebben we één van onze lokalen opgesierd met op de volledige achterwand een prachtige foto van de Chinese muur. Je zou er zo op willen klimmen. Dat kan niet, maar een selfie maken is ook al leuk, net echt! Angélique Vermeulen, coördinator Chinese taal en cultuur 8 | kandinskyNIEUWS Vraaggesprek met Bob Beumers Nadat hij jarenlang zelf schoolleider was, werd Bob Beumers onderwijsinspecteur. In die rol heeft hij tal van scholen leren kennen. Hij eindigde zijn carrière als adviseur van het Europees Platform, verantwoordelijk voor het TTO en ELOS op scholen. Een vraaggesprek met een onderwijsman in hart en nieren. U heeft als inspecteur en als adviseur van het Europees Platform tal van scholen in Nederland en Europa bezocht. Wat is het beeld dat u heeft bij het Nederlands onderwijs? Er wordt ten onrechte veel geklaagd over het niveau van het Nederlands onderwijs. Volgens internationale vergelijkingen zit ons land bij de top tien van de wereld, direct achter een aantal Aziatische landen. In Europa horen we bij de absolute top. Toen ik ooit aan de directeur van de Pisa/OESO-onderzoeken vroeg hoe dit komt, zei hij me dat de verklaring zit in de goede relatie die Nederlandse docenten onderhouden met hun leerlingen. Dus we kunnen tevreden zijn? Zeker, maar ik ben ook bezorgd: in de loop van die 12 jaar OESO/Pisa zijn we wel gedaald op de ladder van plaats drie naar tien. Ons vmbo-onderwijs sluit niet aan bij wat het bedrijfsleven vraagt. Ons havo en vwo heeft sinds de jaren tachtig wel een aanpak voor de zwakke leerling ontwikkeld, maar voor de bovengemiddeld goede leerling ontbreekt een systematisch aanbod. Wat zouden scholen meer moeten doen en waar moeten ze mee stoppen? In mijn optiek is een school een leerinstituut. In de jaren vijftig ging het alleen om leren. Sinds de jaren zeventig ging het ook om sociale aspecten, maar daarin zijn we doorgeschoten. Andere sectoren zoals de industrie, de banken en zelfs het leger hebben sindsdien de middenweg gevonden. Het onderwijs is in die zoektocht wat blijven hangen. De Nederlandse leraar mag dan een goede band met de leerling hebben, ik zie te veel lessen waarin de leerling de mondigste onderhandelaar is. Ik wil geen autoritaire docenten terug, maar er moet wel een volwassene de baas zijn in de klas. Welk advies heeft u voor docenten? In de eerste plaats: wees trots op dit prachtige en relevante beroep! Blijf je ontwikkelen en probeer steeds beter te worden in je vak. En kies voor een volwassen pedagogische distantie ten opzichte van leerlingen. Leerlingen zijn ervaringsdeskundigen als het gaat om het beoordelen van docenten. Wie vanaf zijn vierde tot zijn zestiende de hele dag tegen ons aankijkt, weet als we het lokaal binnenkomen of we deugen, of we uit angst de democraat of de boeman uithangen, of we authentiek zijn en echt iets te bieden hebben met een koel oog en een warm hart. Wees dus een leerschool met aandacht voor zorg en niet andersom. Vorig jaar heeft u de afdelingsleiders van het Kandinsky College een training gegeven in het observeren van lessen. Waarom is dat nuttig? Lesgeven is ook een ambacht. Net als metselen of huisarts zijn, bestaat het voor 90% uit trucs en handigheidjes die je moet leren om goed te worden in je vak. Dé taak voor leidinggevenden in scholen is om dicht bij hun leraren te zijn. De klas in dus: observeren, nabespreken, helpen, adviseren, bemoedigen, complimenteren, tips geven. En als de leraar het vak niet onder de knie krijgt, neem dan afscheid. Snel, omdat een leerling maar één keer de kans krijgt om dit hoofdstuk dit jaar te leren beheersen. Een gat in de kennisontwikkeling haalt een kind niet makkelijk in! Vijf jaar geleden bezocht u het Kandinsky College als adviseur voor het Europees Platform. Daarna bent u de school blijven volgen. Hoe kijkt u naar de ontwikkeling van het Kandinsky College? De school heeft heldere ambities en een bekwame en doortastende leiding. Dat is nodig als je een bloeiende schoolcultuur wil. Brede vorming en kwaliteit staan hier hoog in het vaandel.Vijf jaar geleden zag ik dat het de goede kant opging met deze school en de predicaten zijn een erkenning daarvoor. Geen enkele andere school kreeg drie predicaten. Een enorm compliment, ga zo door! Voor de agenda en actuele informatie kijk op www.kandinskycollege.nl
© Copyright 2024 ExpyDoc