Artikel krant 24-02-2014 deel 4.2

© Copyright 2013 Dagblad De Limburger / Limburgs Dagblad.
Het auteursrecht, ook ten aanzien van artikel 15 AW, wordt
uitdrukkelijk voorbehouden. Maandag, 24 februari 2014
passendonderwijs
passendonderwijs
past het?
Het is een van de grootste veranderingen in het
onderwijs: de invoering van de Wet passend
onderwijs. Vanaf augustus zullen meer kinderen
met leer- en gedragsproblemen in het regulier
onderwijs terechtkomen.
Deel 4: de mensen van het speciale onderwijs
Laat dee expertise
niet verloren gaan
door Monique Evers
O
n
p de school van Jos Vandewall zitten
andeallemaal bijzondere kinderen. Vandewall is directeur van de Bernardusschool, een school voor speciaal basisonderwijs in Gulpen. Op een speciale kaart heeft hij precies in beeld
gebracht hoeveel kinderen dyslexie, adhd of
pdd-nos hebben, hoe hun IQ is en hun gezinssituatie. Want alleen als Vandewall weet wat hij in huis
heeft, kan hij samen met zijn team de zorg goed afstemmen op het kind.
eMaar hoe ziet die kaart er over vijf jaar, na de invoeall:
ring van de Wet passend onderwijs uit? Vanderwall:
„Waarschijnlijk heel anders. Ik verwacht meer leerlingen met sociaal-emotionele en gedragsproblemen. De hulpvragen zullen daarnaast ook complexer zijn. Nu bezoeken nog leerlingen met een IQ
hoger dan 90 en met een of meerdere leerprobleoor
men onze school. Deze leerlingen zullen straks voor
een groot deel opgevangen worden binnen de reguliere basisschool.”
Het is een niet zo vrolijk maar wel reëel beeld, erkent hij. Zijn school zit tussen het speciaal onderwijs en de reguliere school in. „Meer kinderen zullen straks vanuit het speciaal onderwijs naar onze
school komen. Dat betekent in elk geval dat onze
doelgroep een stuk zwaarder wordt. Ik kan het niet
genoeg benadrukken: er zal dus nog veel meer expertise mee moeten komen.”
n
Tegelijkertijd zal de Bernardusschool meer kinderen
moeten laten uitstromen naar reguliere basisscholen. Dat gebeurt nu ook al sporadisch, erkent de directeur, maar dit gaat in de toekomst vaker voorkomen. Dat is wel iets waar iedereen, speciaal en regulier onderwijs, zich goed op moet voorbereiden.’’
Passend onderwijs, Vandewall is er in principe niet
op tegen. Maar dan wel met de nodige hulp. Binnen
de reguliere basisschool wordt nu nog meestal aan
alle leerlingen de leerstof tot en met groep 8 aangeboden, terwijl dit niet voor alle kinderen haalbaar is.
Binnen het sbo-onderwijs wordt voor elke leerling
een individueel ontwikkelingsperspectief opgesteld.
„Als de leerling de leeftijd van groep 6 heeft, stellen
wij als school vast naar welke vorm van voortgezet
onderwijs deze leerling uitstroomt. Want je moet
wel kijken wie je in huis hebt. Van het ene kind kun
of moet je meer verwachten dan van het andere
kind. Dus stel je doelen en die mogen ook in het speciaal basisonderwijs best hoog zijn, maar wel realistisch. De leerling haalt het beste uit zichzelf, de leerkracht helpt hem daarbij.”
Vandewall en zijn leraren bereiden zich langzaam
voor op de nieuwe wet. Om de kinderen beter te
kunnen helpen, gaan ze op zoek naar meer scholing.
Ze volgen cursussen en allerlei overleggen. Vier leraren doen op dit moment zelfs een masterstudie.
Speciaal onderwijs is voor sommige kinderen best
aantrekkelijk. De klassen zijn er kleiner, dus is er
meer individuele aandacht voor het kind, de leerkrachten zijn gespecialiseerd en ook de lesmethodes
zijn aangepast. Hier gedijen veel kinderen die extra
zorg nodig hebben. Dat zien ouders ook, zegt Els
Timmermans, directeur van Don Bosco, een school
voor speciaal onderwijs en voorgezet speciaal onderwijs in Maastricht. Laatst sprak ze met bezorgde
ouders over de ontwikkeling van hun zoontje. „Die
mensen waren zo blij dat het goed ging met hun
zoon nu hij bij ons op school zit. De vrouw wees op
haar zwangere buik en zei: ik wil dat dit kind ook
hier op school komt.”
Maar eenvoudig was dat al niet en eenvoudiger gaat
dat ook zeker niet worden. Want speciaal onderwijs
is stukken duurder dan regulier onderwijs. En met
de invoering van de Wet passend onderwijs komt er
veel minder geld naar Limburg. Dus moeten meer
kinderen in het reguliere onderwijs een plekje krijgen.
„Maar hoe zit het dan met onze specialistische kennis? Die mag niet verloren gaan. Hoe krijgen we
straks in vredesnaam de juiste zorg in het reguliere
onderwijs?”, vraagt Bertina Cobbenhaegen, directeur van twee Maastrichtse speciale basisscholen De
Sprong en De Opstap zich af. De problematiek
wordt volgens haar steeds complexer. Vaak spelen
meerdere factoren een rol. Een kind met een laag IQ
en een moeilijke gezinssituatie of een hoogbegaafde
die zwaar autistisch is. „Een leraar voor een klas met
28 kinderen moet dat wel allemaal aankunnen. Mag
je een leerkracht dat aan doen? Ik denk dat de zorg
alleen maar goed vorm kan krijgen als de leerkrachten optimaal zijn toegerust en als reguliere scholen
intensief gaan samenwerken met het speciaal onderwijs.’’
Want scholen kunnen van elkaar leren. „Jazeker,
ook wij van het reguliere onderwijs”, is de ervaring
van Leon Kik, directeur van Jan Baptist, een
zmlk-school (zeer moeilijk lerende kinderen) in
Maastricht. Hij heeft een tijdje samen met het reguliere onderwijs een kind gecoacht. „We hebben samen een plan gemaakt. Wat je zag, was dat wij soms
wel erg de neiging hebben om te zorgen voor de kinderen. Zelf zijn jas aantrekken? Nee, dat kan hij niet,
zeiden wij. Oh, bij ons doet hij dat altijd zelf, kregen
we te horen. Als altijd iemand anders je boterhammen smeert, waarom zou je het dan zelf doen?”
„Basisscholen kunnen zich niet in alles specialiseren.
Je hebt kinderen met IQ’s van 70 tot 130. Die beide
uitersten zijn niet te doen voor een gewone school
die het jaarklassensysteem hanteert”, zegt Theo van
Mulken. Hij is voorzitter van het college van bestuur
van de Maastrichtse scholenstichting MosaLira dat
speciale en reguliere scholen onder zijn hoede heeft.
Van Mulken wil nog wel een stap verder gaan. „Misschien moet het hele onderwijssysteem wel drastisch op de schop. Stop met het speciaal onderwijs,
uitgezonderd die paar tienden van een procent die
echt niet op een reguliere school terecht kunnen.
Alle kinderen naar dezelfde school, weg met de leerjaren en schaf zittenblijven af want dat helpt niet.
Geef alle kinderen het onderwijs dat bij ze past.”
Gewaagd? Jazeker, zegt Van Mulken, want hij ziet
ook dat Nederland nog lang niet zover is. Laatst was
hij op een school waar op een groot bord in de hal
stond hoeveel kinderen er waren uitgestroomd naar
het vmbo-t, de havo, het gymnasium. „Als dat je
criterium is, vergeet je de kinderen die extra zorg
nodig hebben.”
Deze jongen demonstreerde
twee jaar geleden tegen
de bezuinigingen op
het passend onderwijs.
Die bezuiniging is inmiddels
van de baan, maar Limburg
krijgt desondanks minder geld.
krijg
foto Hollandse Hoogte