Morsecode Historiek van de morsecode 1 De mens heeft altijd al behoefte gehad om berichten op een vlugge manier te versturen over verre afstanden. Doorheen de geschiedenis werden hiervoor diverse technieken gebruikt. Meestal kon men maar weinig informatie doorgeven, bijvoorbeeld via vuur in de middeleeuwen. De Telegraaf van Chappe Tijdens de Franse Revolutie werd de eerste telegraaf ontwikkeld, waarmee het mogelijk werd om meer ingewikkelde berichten te versturen. Claude Chappe werkte een systeem uit om via een mastsysteem (semafoor) op een optische manier tekens door te geven. Dit systeem bestond uit een verticale balk waaraan bovenaan een Hvormige constructie wordt bevestigd. De dwarsbalk van de H (régulateur) kon in vier verschillende standen worden geplaatst en de twee armen (indicateurs) van de H konden elk in acht verschillende posities worden gezet. De torens werden op zichtafstand (ongeveer 10 km) van elkaar geplaatst (de operator had een verrekijker) en de telegrafen gaven elkaar de signalen door. Zo kon men bij goed weer een bericht versturen tussen Marseille en Parijs in 25 minuten. Mist en regen waren spelbrekers en een poging om 's nachts berichten door te geven door de semaforen met lampen te verlichten, mislukte. De optische telegraaf van Chappe heeft in Frankrijk ruim 50 jaar dienst gedaan en werd pas met de komst van de elektrische telegraaf rond 1850 verdrongen. In die vijftig jaar was het net dermate geperfectioneerd dat het als een web over geheel Frankrijk lag, met Parijs als middelpunt. De totale lengte van het netwerk bedroeg 5000 km en telde ongeveer 500 seintorens. De telegraaf van Chappe heeft in veel andere landen, gedurende kortere of langere tijd navolging gekregen. Groot-Brittannië en Zweden kenden hun eigen telegraafverbindingen. 1 Bron: Wikipedia en eigen opzoekingen De elektrische telegraaf Rond 1835 werkten diverse uitvinders aan de ontwikkeling van de elektrische telegraaf, waaronder Alter, Wheatstone en Cooke. Maar de bekendste was Samuel Morse. Allen gebruikten ze hetzelfde principe. Een elektrische stroom wordt in een bepaald patroon onderbroken en weer ingeschakeld. Een tekst wordt in code overgeseind en aan de ontvangstkant weer ontcijferd, eventueel op schrift gesteld en als telegram bezorgd aan de geadresseerde. Om letters in patronen om te zetten (en omgekeerd) waren er verschillende codes, waarvan de bekendste en meest gebruikte de morsecode was. Bij deze vorm van telegrafie zet de telegrafist handmatig de letters van de tekst om in elektrische impulsen met behulp van een seinsleutel. Aan de ontvangende kant worden deze signalen dan hoorbaar of zichtbaar gemaakt, zodat een telegrafist de codes weer in letters kan omzetten. De elektrische telegraaf vereiste langeafstandslijnen, die veelal langs dat andere moderne communicatiemiddel, de spoorweg waren aangelegd. Er werd ook geëxperimenteerd met andere systemen zoals de wijzer- of naaldtelegraaf (waar de zender een letter instelt die zichtbaar wordt bij de ontvanger). Maar dit was zeer tijdsintensief. De uitvinding van de telegraaf bracht in de 19e eeuw een grote omwenteling doordat het voor het eerst mogelijk werd snel op lange afstand met elkaar te communiceren. Diplomatiek verkeer tussen regeringen vereiste niet langer aanzienlijke reistijden. Het zakenverkeer werd minder plaatsgebonden, omdat opdrachten tot koop en verkoop over lange afstanden gegeven konden worden. Ook de meteorologie profiteerde ervan, omdat het mogelijk werd de weerstoestand op veel plaatsen met elkaar te vergelijken. Daardoor werd het mogelijk enige voorspellingen te gaan doen. Voor de spoorwegen betekende de telegraaf een enorme verbetering voor de communicatie tussen stations en daarmee voor de veiligheid. Draadloze telegrafie Aanvankelijk vereiste de telegrafie een draadverbinding tussen de zender en de ontvanger. Men legde zelfs transatlantische kabelverbindingen aan tussen Europa en Amerika. Verscheidene onderzoekers experimenteerden met technieken om aan die beperking te ontkomen. Eind 19de eeuw (1885) was Guglielmo Marconi druk bezig met de ontwikkeling van draadloze telegrafie – ofwel het versturen van signalen via radiogolven. In 1896 gaf hij met succes een demonstratie in Londen, in 1899 wist hij het Kanaal te overbruggen en in 1901 verzond hij als eerste een morsebericht draadloos over de Atlantische Oceaan. De radiotelegrafie was geboren. Gebruik Gedurende meer dan 170 jaar werd de morsecode gebruikt door diverse diensten, zoals: • • • • • • Post- en telegraafkantoren (telegrammen) Spoorwegen Maritieme diensten Het leger Beurs- en bankwezen Weerstations • Wetenschappelijk onderzoek op moeilijk bereikbare plaatsen (bvb. zuidpoolexpedities) • Radioamateurs • Recreatieve doeleinden bij de jeugdverenigingen (scouts bvb.) Morsecode werd in meer landen gebruikt dan er gesproken talen zijn. Het had het voordeel dat het universeel bruikbaar was. Het maakte het mogelijk om onafhankelijk van de taal met elkaar te communiceren, via o.a. de Q-code (zie verder). Met de komst van de satellietcommunicatie en de informatica kwam de morsecode snel in onbruik op het einde van de 20ste eeuw. De ITU2 schafte het gebruik van morse af voor de scheepvaart in 1999. Daardoor daalt het aantal mensen die deze code machtig zijn drastisch. We moeten dit erfgoed in stand houden om het historisch belang ervan te kunnen begrijpen. De morsecode heeft ook zeer veel levens gered, vooral op zee. Toen de Titanic in april 1912 tegen een ijsberg aanvoer, werd via de vonkenzender een noodsignaal uitgezonden dat ongeveer moet hebben geklonken als in bijgaand geluidsfragment en het bericht werd met zowel het toen gebruikelijke CQD als het nieuwe SOS noodsignaal geseind. 2 International Telecommunication Union (onderdeel van de UNO)
© Copyright 2024 ExpyDoc