Hogeschool Rotterdam/Instituut CMI Opleiding Communication and Multimedia Design Afstudeerhandleiding, februari 2014 Opleiding Communication and Multimedia Design (CMD) Afstudeercoördinatie: Debora Helmens: [email protected] tel: 010-7946503 en Saskia Best: [email protected] Informatie en documenten: http://praktijklink.hr.nl/ Inhoudsopgave Inhoudsopgave...........................................................................................................................2 Korte Modulebeschrijving ...........................................................................................................3 1. Inleiding ..............................................................................................................................4 2. Doel van het afstuderen? ...................................................................................................5 3. Plaats van afstuderen in studieprogramma.........................................................................6 4. De afstudeeropdracht..........................................................................................................7 5. Afstudeerbedrijf ..................................................................................................................9 6. Afstuderen in het buitenland?............................................................................................10 7. Belangrijke momenten afstuderen....................................................................................11 8. Mijlpalen afstuderen (mijlpalen voor start per 10 februari 2014, overige startdata en mijlpalen staan separaat op Praktijklink) ..................................................................................14 9. Begeleiding afstuderen.....................................................................................................15 10. Beoordeling afstuderen ..................................................................................................17 11. Formaliteiten aanvragen getuigschrift (diploma) ............................................................18 12. Scriptie + Interactief product ...........................................................................................20 Bijlage 1: Opzet scriptie............................................................................................................22 Bijlage 2: Voorstel afstudeeropdracht ......................................................................................24 Bijlage 3: Afstudeerovereenkomst (Let op kies op Praktijklink voor de versie waar de naam van Debora Helmens ingevuld staat) .......................................................................................28 Bijlage 4: Bewijs inleveren scriptie ...........................................................................................33 Bijlage 5: Toestemmingsformulier kennisbank.........................................................................34 Bijlage 6: Groenlichtformulier ...................................................................................................35 Bijlage 7: Beoordelingsformulier...............................................................................................36 Bijlage 8: Beoordelingsformulier en rekenhulp.........................................................................37 Bijlage 9: Voorbeeldvragen eindexamen.................................................................................38 Handleiding afstuderen CMD – September 2013 2 Korte Modulebeschrijving Modulenaam: Afstuderen CMD Modulecode: Aantal studiepunten 24 Studiebelastinguren en looptijd De gemiddelde studiebelasting bedraagt 640 uren gedurende het tweede semester van jaar 4. Er vinden afstudeerterugkomdagen plaats in de weken , 2, 3, 4, 7en 10 van onderwijsperiode 3 en in de weken 1 en 6 van onderwijsperiode 4. In week 5 van onderwijsperiode 3 vindt een pitstoppresentatie plaats. Relatie met andere onderwijs In onderwijsperiode 2 van jaar 4 vinden SLC lessen plaats ter voorbereiding op het afstuderen. In onderwijsperiode 3 van jaar 4 vinden Media en Onderzoek lessen plaats ter voorbereiding op het onderzoek doen en schrijven van een scriptie. Vereiste voorkennis: Alvorens te starten met de afstudeerstage dient het voorstel afstudeeropdracht te zijn goedgekeurd. Werkvormen: Afstudeerstage, afstudeerterugkomdagen en individuele begeleiding. Toetsing: Groenlichtpresentatie en eindexamenpresentatie. Recht op 1 herkansing binnen 6 weken. Leermiddelen: Literatuur en eigen uitgevoerd onderzoek. Draagt bij aan competentie: Alle CMD eindtermen dienen in onderlinge samenhang te worden beheerst. Leerdoelen: Alle CMD eindtermen dienen in onderlinge samenhang te worden beheerst. Opmerkingen: Advies is om pas te beginnen aan de afstudeerfase wanneer 120 ECTS zijn behaald en de module Thesis Proposal (Media en Onderzoek) met goed gevolg is afgelegd. Modulehouder: Saskia Best Auteur(s): Saskia Best Datum: September 2013 Handleiding afstuderen CMD – September 2013 3 1. Inleiding De laatste fase van je opleiding is aangebroken. Je gaat afstuderen! Tijdens het afstuderen lever je een vernieuwende bijdrage aan de CMD beroepspraktijk en de organisatie waar je afstudeert. Daarnaast is het afstuderen de eerste stap in je professionele carrière. Het afstuderen bestaat uit een afstudeerstage van minimaal 80 dagen. Tijdens de afstudeerstage voer je een ontwerponderzoek uit voor een bedrijf of organisatie. Dit onderzoek mondt uit in een scriptie en een getest prototype voor een interactief product. Het eindresultaat van je afstudeerwerk presenteer je tijdens de groenlicht- en eindexamenzitting. De ‘deliverables’ van je afstuderen vormen een belangrijk onderdeel van je portfolio en CV en vormen daarmee je visitekaartjes voor de arbeidsmarkt. Het is dus belangrijk dat je een afstudeerbedrijf en afstudeeronderwerp vindt die goed bij jouw ambities aansluiten. Wacht daarom niet af wat er toevallig jouw kant op komt, maar start vroeg met het vinden van een geschikt afstudeerbedrijf en onderwerp. Deze CMD afstudeerhandleiding is bedoeld voor alle voltijd CMD studenten die voldoende studiepunten hebben (minimaal 120 ECTS) om te mogen starten met de afstudeerfase. De planning in deze handleiding gaat echter uit van studenten die de afstudeerstage starten in onderwijsperiode 3 en hun afstudeeropdracht presenteren tijdens de afstudeerzittingen van onderwijsperiode 4. Voor studenten die starten op andere momenten dan begin februari, wordt in overleg met de afstudeercoördinator een planning gemaakt die aansluit op de andere afstudeerzittingen gedurende het collegejaar. Alle documentatie die te maken heeft met het afstuderen tref je aan op: http://praktijklink.hr.nl/ Vragen over het afstuderen en deze handleiding kan je stellen aan Debora Helmens of Saskia Best per e-mail of telefoon. Een afspraak maken mag natuurlijk ook altijd. Debora Helmens: [email protected], tel: 010-7946503 of Saskia Best: [email protected] Veel succes! Handleiding afstuderen CMD – September 2013 4 2. Doel van het afstuderen? Het afstuderen is het sluitstuk van de opleiding CMD. Afstuderen bij CMD is een ‘bachelor meesterproef’ waarbij alle eindtermen integraal worden getoetst. Je toont aan dat je alle kennis en vaardigheden die gedurende de studie zijn opgedaan, beheerst in een praktijksituatie. Je toont je daarbij een beginnend professional op HBO niveau. Tijdens de ‘bachelor meesterproef’ toon je aan dat je zelfstandig een afgebakende ontwerpopdracht kunt uitvoeren bij een bedrijf of organisatie. Deze ontwerpopdracht is een complexe opdracht waarin kennis uit theorie en praktijk worden verbonden met praktijkgericht onderzoek. Het vraagstuk is relevant voor de beroepspraktijk. De begeleiding vanuit school beperkt zich tot organisatorische en methodologische begeleiding en ondersteuning bij het opstellen en vastleggen van de scriptie en je ontwerpproces. Het afstuderen verschilt in dit opzicht wezenlijk van bijvoorbeeld het projectonderwijs in eerdere jaren. Hierbij was wel inhoudelijke begeleiding voor proces en product door docenten toegestaan. Het afstuderen is bedoeld als leertraject waarin je zelfstandig nieuwe kennis en inzichten verwerft en waar je je professionale vaardigheden doet gelden. Tijdens je afstuderen toon je aan dat je zelfstandig het gehele denk- en ontwerpproces kunt overzien, organiseren, presenteren en documenteren. Je bent kortom in staat om geheel zelfstandig te functioneren als een beginnend professional. Het succesvol afronden van de studie leidt tot het verkrijgen van de titel Bachelor of Communication & Multimedia Design. In de eindtermen van CMD zijn de zogenoemde Dublin descriptoren verwerkt. Deze beschrijven de eisen waaraan Europese bachelor opleidingen moeten voldoen. De Dublin descriptoren zijn erop gericht dat je: Aantoonbare kennis van en inzicht in de kernelementen van de wetenschappelijke discipline verwerft en kennis maakt met een aantal van de nieuwste ontwikkelingen binnen het CMD vakgebied (Dublin-descriptor: kennis en inzicht). Vaardigheden verwerft die je in staat stellen om verworven kennis en inzicht op een professionele, bij de discipline passende manier toe te passen, om standpunten te formuleren en die te onderbouwen met argumenten en om problemen op het gebied van de discipline op te lossen (Dublin-descriptor: toepassen kennis en inzicht). Vaardigheden verwerft die je in staat stellen om, op basis van een vraag of een probleem op het gebied van de discipline, relevante gegevens te identificeren en te verzamelen en die te interpreteren met het doel zich een oordeel te vormen en dat oordeel mede te baseren op een afweging van relevante sociaal-maatschappelijke, wetenschappelijke en/of ethische aspecten (Dublin-descriptor: oordeelsvorming). Vaardigheden verwerft die je in staat stellen om informatie over en uit de discipline, ideeën en oplossingen voor problemen over te brengen op een publiek bestaande uit specialisten of niet-specialisten (Dublin-descriptor: communicatie). Leervaardigheden verwerft die noodzakelijk zijn voor een vervolgstudie die een hoog niveau van autonomie veronderstelt (Dublin-descriptor: leervaardigheden). Handleiding afstuderen CMD – September 2013 5 3. Plaats van afstuderen in studieprogramma Voorbereiding afstuderen De SLC lessen in jaar 3 en 4 zijn bedoeld om goed voorbereid te zijn op je afstuderen. Indien er nog herkansingen open staan, maak je samen met je SLC een actieplan. Daarnaast is het essentieel om je portfolio tijdig op orde te hebben om gesprekken met mogelijke afstudeerbedrijven aan te gaan. Ook denk je na over mogelijke afstudeeronderwerpen. Over welk onderwerp in het CMD vakgebied zou je meer willen weten? Welke bedrijven of organisaties spreken je aan? Ieder jaar in november wordt een bedrijvenmarkt op school georganiseerd. Een goede gelegenheid om kennis te maken met mogelijke afstudeerbedrijven. In de lessen Media en Onderzoek in jaar 4 vindt de ‘technische voorbereiding’ plaats op het afstuderen. Je leert o.a bronnen te vinden, op hun waarde in te schatten en met elkaar te vergelijken. Ook wordt stil gestaan bij de diverse soorten van onderzoek en leer je hoe je een scriptie moet schrijven waarin het onderzoek en je ontwerpproces beschrijft. Startdatum afstuderen Het reguliere afstuderen vindt plaats in onderwijsperioden 3 en 4 van het vierde jaar. Je dient begin januari een afstudeervoorstel in te dienen. Je mag met afstuderen beginnen wanneer je minimaal 120 ECTS hebt behaald. Uit de praktijk is gebleken dat je de voorbereidende lessen op het afstuderen van Media en Onderzoek succesvol moet hebben afgerond om goed te kunnen starten met het afstuderen. De eerste lesdag van onderwijsperiode 3 in het vierde leerjaar is de eerste dag van je afstudeerstage. Je loopt minimaal 80 dagen stage. Verlof neem je op in samenspraak met je afstudeerbedrijf. Verlofdagen gelden niet als stagedagen. Bij ziekte stel je zowel je afstudeerdocent als je afstudeerbedrijf op de hoogte. In uitzonderlijke gevallen kan er bij ziekte afgeweken worden van de 80 dagen stage. In dit geval neem je contact op met Debora Helmens. Voor het afstuderen is de studiebelasting 24 ECTS. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 6 4. De afstudeeropdracht Om aan het afstuderen te mogen beginnen, moet je je expliciet aanmelden. Dit doe je door uiterlijk 20 januari 2014 een voorstel afstudeeropdracht in te dienen via praktijklink. Om gebruik te kunnen maken van praktijklink dien je een aantal belangrijke stappen te doorlopen. Als eerste moet je akkoord hebben van je SLC, daarna moet je de vacature van je afstudeerbedrijf koppelen aan jou als student. Hierna kan je je afstudeervoorstel uploaden in praktijklink. Voor de duidelijkheid tref je hieronder het proces via praktijklink in twee stappen. Stap 1: SLC akkoord / studiepunten Zorg dat je SLC-docent je akkoord geeft in praktijklink.hr.nl. Zonder akkoord van je SLCdocent kun je niet starten met afstuderen. Stap 2: Afstudeerbedrijf / aanmeldprocedure Mocht je via praktijklink.hr.nl je afstudeeropdracht/afstudeerbedrijf hebben gevonden dan moet je deze vacature aan jezelf koppelen. Mocht je niet via praktijklink.hr.nl je afstudeerbedrijf hebben gevonden en het bedrijf is ook niet bekend in praktijklink.hr.nl dan dien je te vragen aan je afstudeerbedrijf om zich aan te melden op praktijklink.hr.nl. Uiteraard moet dit zo snel mogelijk want het akkoord van je SLC en de koppeling van het bedrijf met jou zijn de eerste stappen in het proces van afstuderen. Het heeft pas zin een afstudeeropdracht in te dienen, wanneer je een afstudeerbedrijf hebt gevonden. Zodra je aanmelding voor afstuderen is geaccepteerd ben je gebonden aan het afstudeerprogramma inclusief alle data en mijlpalen. Tijdens het afstuderen doorloop je het gehele ontwerpproces. Je doet onderzoek om een ontwerpprobleem uit de praktijk op te lossen. Dit onderzoek start je al voor de afstudeerstage. Door het onderzoek krijg je het probleem en de context helder en kan je een goede onderzoeksvraag formuleren. Samen met je afstudeerbedrijf verhelder je het probleem en wordt de probleemstelling definitief vastgesteld. Het is daarom zaak in een vroeg stadium al een afstudeerbedrijf te hebben gevonden. Je onderzoek en het werken aan je afstudeeropdracht in de beroepspraktijk leidt tot een interactief beroepsproduct in de vorm van een prototype. Dit beroepsproduct vormt de (mogelijke) oplossing voor het ontwerpprobleem. In de scriptie beschrijf je welk (design) onderzoek je hebt gedaan, hoe je daarbij te werk bent gegaan, welke inzichten het onderzoek heeft opgeleverd en tot welk conceptueel model je bent gekomen. Je onderbouwt en beargumenteert de keuze voor je interactieve beroepsproduct. Het onderzoek bestaat uit literatuuronderzoek en eigen uitgevoerd design onderzoek (interviews, expertreviews, observaties, cultural probes, customerjpurneys gebruikerstest etc.). Voorafgaand aan de start van de afstudeerstage moet je afstudeeropdracht gescreend worden (inleveren uiterlijk 20 januari 2014) door een aantal afstudeerdocenten. Je afstudeeropdracht wordt vooraf gescreend op voldoende HBO-niveau en de eindtermen van de opleiding CMD. De opdracht mag niet te simpel zijn, maar ook niet te complex omdat je anders niet in de gestelde tijd kunt afstuderen. Het voorstel voor de afstudeeropdracht tref je aan in Bijlage 2. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 7 Eisen voor de afstudeeropdracht De afstudeeropdracht moet voldoende uitdaging bieden om te laten zien dat je over de vereiste eindtermen van een CMD-professional beschikt. Binnen de afstudeeropdracht kan je zelfstandig een actuele relevante probleemstelling uitwerken in overleg met je afstudeerbedrijf. Binnen de afstudeeropdracht moet je het totale ontwerpproces kunnen doorlopen: van analyse tot oplevering. Je moet binnen het ontwerpproces onderzoek kunnen doen naar verschillende innovatieve oplossingen of nieuwe mogelijkheden. De uitgewerkte oplossing is onderbouwd met actuele theoretische inzichten, modellen en procedures. Je bent in staat om kritisch inzichten uit de wetenschappelijke literatuur te vertalen naar de beroepspraktijk. De afstudeeropdracht is individueel van karakter. De afstudeeropdracht dient uitgevoerd te worden bij een bedrijf waar je op HBO niveau begeleid kan worden. De afstudeeropdracht moet gesreend worden door de commissie van afstudeerdocenten. Het format van het afstudeervoorstel is terug te vinden in Bijlage 2. Hoe kom ik aan een afstudeeropdracht- en bedrijf? Het is de bedoeling dat je zelfstandig geschikte afstudeerbedrijven selecteert en benadert. Voor ideevorming en inspiratie kun je op praktijklink een overzicht vinden van organisaties die een afstudeerproject aanbieden. De praktijk wijst uit dat de meerderheid van de studenten zelf een bedrijf vindt. Heb je problemen met het vinden van een bedrijf neem dan contact op met Debora Helmens: [email protected] Ieder jaar in november wordt door het Bureau Externe Betrekkingen ook een bedrijvenmarkt georganiseerd. Hier kan je kennis maken met veel verschillende bedrijven. Scripties uit eerdere jaren zijn in te zien na afspraak met Debora Helmens: [email protected]. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 8 5. Afstudeerbedrijf Tijdens het afstuderen loop je vijf dagen per week stage. Je afstudeerstage bedraagt minimaal 80 dagen. De afstudeerstage start de eerste dag van onderwijsperiode 3 (begin februari) en eindigt in juni. Het grootste deel van deze tijd besteed je aan het werken aan je ontwerponderzoek, scriptie schrijven en prototype realiseren en testen. In de regel ben je vier dagen met afstuderen bezig en kan je maximaal 1 dag per week besteden aan andere lopende projecten van het bedrijf. Maak gelijk bij de start van je afstudeerstage afspraken wie je vaste bedrijfsbegeleider is en plan regelmatig (wekelijks) een voortgangsoverleg. Voorwaarden afstudeerbedrijf Het afstudeerbedrijf of -organisatie bestaat uit minimaal 3 vaste medewerkers en kan adequate begeleiding geven op HBO-niveau. Idealiter is het bedrijf actief in de CMD beroepspraktijk. Het afstudeerbedrijf wijst een bedrijfsbegeleider aan. Deze bedrijfsbegeleider mag geen familie van je zijn. Het afstudeerbedrijf biedt je dagelijks de gelegenheid samen te werken met professionals, waaronder HBO-ers of WO-ers. Het afstudeerbedrijf biedt een fysieke werkplek, voorzien van een computer met de benodigde configuratie en software, waar gedurende 5 dagen per week gewerkt kan worden. Het afstudeerbedrijf geeft je de gelegenheid om het afstudeeronderzoek uit te voeren en af te ronden binnen 80 dagen. Minimaal 4 dagen per week werk je aan het afstuderen, een beperkt deel van de tijd (maximaal 1 dag per week) kan je worden ingezet op andere projecten en activiteiten. Het afstudeerbedrijf ondertekent de afstudeerovereenkomst van de school (zie Bijlage 3). In sommige gevallen vraagt het bedrijf je nog een tweede contract voor het bedrijf te ondertekenen. Alleen de afstudeerovereenkomst van de school is echter geldig als ‘startbewijs’ voor je afstudeerstage. Andere contracten worden niet geaccepteerd. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 9 6. Afstuderen in het buitenland? Met een afstudeerstage in het buitenland doe je niet alleen werkervaring op. Het verbreedt ook je horizon en je leert nieuwe culturen en mensen kennen. Kortom een waardevolle ervaring. Een buitenlandse stage regelen kost zeker meer dan tijd en moeite dan een stageplaats vinden in Nederland, maar met een goede tijdige voorbereiding mag dat zeker geen onoverkomelijke hindernis zijn. De website van de Nuffic: www.nuffic.nl is een goed startpunt in de voorbereiding van een buitenlandse afstudeerstage. Wanneer de afstudeeropdracht in het buitenland plaats vindt geldt hetzelfde als wanneer je zou afstuderen in Nederland. Aanvullend geldt nog een aantal specifieke eisen: De bedrijfsbegeleider van je afstudeerbedrijf is fysiek of virtueel (beeld en geluid) aanwezig op de groenlichtpresentatie en de eindexamenpresentie. Je bent zelf verantwoordelijk voor video/audio benodigdheden. Formuleer met je CMD afstudeerdocenten een regeling voor je pitstoppresentatie. De scriptie en de presentaties zijn in het Engels tenzij de voertaal van het land Nederlands is. De afstudeerdocenten en de bedrijfsbegeleider van je afstudeerbedrijf beheersen de Engelse taal in woord en geschrift. De planning en het afstudeertraject in het geval van een buitenlandse afstudeerstage geschiedt in nauw overleg met Debora Helmens, de afstudeercoördinator. Voordat je naar het buitenland vertrekt, maak je een afspraak met haar. Voor vragen over afstudeermogelijkheden in het buitenland, procedures en beurzen kun je contact opnemen met Debora Helmens: [email protected] of Saskia Best: [email protected] Handleiding afstuderen CMD – September 2013 10 7. Belangrijke momenten afstuderen Goedkeuring afstudeeropdracht Uiterlijk 20 januari 2014 lever je het voorstel afstudeeropdracht in. Het voorstel voor de afstudeeropdracht tref je aan in Bijlage 2. Scriptie terugkomdagen Om je te faciliteren bij het afstuderen wordt een aantal afstudeerterugkomdagen georganiseerd. Deze terugkomdagen zijn niet vrijblijvend maar maken integraal onderdeel uit van de afstudeerbegeleiding. De terugkomdagen vinden plaats in de weken 2, 3, 4, 7en 10 van onderwijsperiode 3 en in de weken 1 en 6 van onderwijsperiode 4. Raadpleeg het studentenrooster voor exacte tijd en locatie. Pitstop presentatie Circa 6 weken na start van je afstudeerstage wordt bekeken hoe ver je bent gevorderd met je afstudeeropdracht. Op school presenteer je deze resultaten aan de hand van een posterpresentatie (A1 formaat). De poster bevat de volgende onderdelen: De probleemstelling/aanleiding/context van je afstudeeropdracht. De voorlopige conclusies van je literatuuronderzoek en ontwerponderzoek Het (voorlopige) concept voor je interactieve product, de ontwerpcriteria voor je interactieve product, de eerste grove schetsen van je interactieve product en de beoogde werking van je interactieve product. De doelgroep voor je ontwerpoplossing. Je planning. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 11 Groenlicht presentatie Circa 4 tot 5 weken voor het eindexamen is er tussenbeoordeling: de groenlichtpresentatie. Dit groenlicht moet worden gezien als een belangrijk advies voor de eindexamenpresentatie. Je presenteert de uitkomsten van je literatuur- en ontwerponderzoek en je demonstreert het eerste prototype van je interactieve product. Daarnaast geef je de commissieleden inzicht in de planning en in je vorderingen in het ontwerpproces. Het groenlicht wordt afgenomen door: De afstudeervoorzitter CMD De afstudeerdocent CMD De bedrijfsbegeleider van je afstudeerbedrijf Handleiding afstuderen CMD – September 2013 12 De groenlichtpresentatie duurt maximaal 60 minuten. Je presentatie en demonstratie van je prototype bedraagt 10 minuten. De commissie heeft 10 minuten de tijd om vragen te stellen en daarna nog 20 minuten om met elkaar tot overeenstemming te komen en te besluiten of je groen of rood licht krijgt. Daarna krijg je feedback. Groen licht betekent dat de commissie er vertrouwen in heeft dat je, met hetzelfde werktempo, je eindexamen met een voldoende beoordeling kunt afronden. Rood licht betekent dat de commissie ernstige twijfels heeft of je de opdracht binnen de gestelde tijd kunt afronden. Echter ook bij een rood licht gaat je afstudeerproces gewoon verder. Dit houdt in dat je hoe dan ook deelneemt aan de eindexamenzitting in juni/juli. Eindexamenzitting Het eindexamen wordt afgenomen door: De afstudeervoorzitter CMD De afstudeerdocent CMD De bedrijfsbegeleider van het afstudeerbedrijf Een extern gecommitteerde afkomstig uit het CMD beroepenveld Een extern gecommitteerde is een afgevaardigde uit CMD beroepenveld die als inhoudsdeskundige een bijdrage levert aan de eindbeoordeling tijdens de eindexamenzitting. Een extern gecommitteerde heeft als taak de gevolgde procedure van de zittingen en de kwaliteit van de ontwerpopdracht te bewaken. Een extern gecommitteerde heeft een adviserende rol tijdens de beoordeling. Het examen duurt ongeveer 60 minuten. Je presentatie duurt 10 minuten. Tijdens je presentatie maak je (verplicht) gebruik van een poster op A1 formaat waar je afstudeeropdracht, interactieve product, bevindingen etc. op staan uitgelegd en gevisualiseerd. De poster laat je na afloop van de presentatie achter op school. De examencommissie heeft 10 minuten de tijd om vragen te stellen en daarna nog 40 minuten om met elkaar tot overeenstemming te komen en vervolgens de beoordeling met je te bespreken. Mocht je zakken voor het eindexamen dan vindt het herexamen plaats binnen 6 weken. Alle eindexamens zijn in principe openbaar toegankelijk voor familie, medestudenten, docenten en andere geïnteresseerden. Examengids Elk jaar wordt een boekwerk TAG gemaakt van het werk van alle examenprojecten van dat jaar. Elke student levert een pagina aan met beeld van afstudeeropdracht en een begeleidend stukje tekst in het Engels en Nederlands. De link en de deadline voor de aanleverspecificaties wordt t.z.t. bekend gemaakt. Exposed now Ieder jaar wordt in de week voorafgaand aan de diplomauitreiking Exposed Now georganiseerd. Het meest opvallende en originele afstudeerwerk wordt geselecteerd en gepresenteerd aan het beroepenveld en andere externe relaties. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 13 8. Mijlpalen afstuderen (mijlpalen voor start per 10 februari 2014, overige startdata en mijlpalen staan separaat op Praktijklink) AFSTUDEREN MIJLPALEN PLANNING Kickoff Afstuderen + Follow up September 2013 en Januari 2014 Afstudeermarkt 14 november 2013 Afstudeercontract getekend ingeleverd bij Debora Helmens 20 januari 2014 Afstudeervoorstel laten screenen, inleveren via Praktijklink 20 januari 2014 Startdatum afstudeerstage 10 februari 2014 Afstudeerterugkomdagen Weken 2, 3,4 7en 10 van onderwijsperiode 3 en weken 1 en 6 van onderwijsperiode 4. Pitstop presentatie 19 maart 2014 Inleveren conceptversie van scriptie en eerste prototype interactief product via praktijklink 19 mei 2014 voor 16.00 uur Groenlichtpresentatie 26 mei – 4 juni 2014 Inleveren definitieve versie van scriptie en prototype via praktijklink en 2 hard copies (+ USB) bij de frontoffice 30 juni 2014 voor 16.00 uur Eindexamenpresentatie 7 juli – 16 juli 2014 Examenvergadering diploma’s Augustus 2014 Diploma uitreiking September 2014 Voor herexamen: inleveren definitieve versie van scriptie en prototype via praktijklink en twee hard copies (+ USB) bij de frontoffice 13 augustus 2014 Herkansing eindexamen 27-29 augustus 2014 Handleiding afstuderen CMD – September 2013 14 9. Begeleiding afstuderen Tijdens je afstuderen wordt je begeleid door een twee docenten vanuit CMD, de afstudeervoorzitter en de afstudeerdocent. Om de begeleiding transparant en voor iedere student gelijk te laten zijn wordt er gebruikt gemaakt van een afstudeerbegeleidingsuren. Vanuit je bedrijf vindt de begeleiding plaats door de bedrijfsbegeleider. In de fase voorafgaand aan het afstuderen kun je contact opnemen met diverse afstudeerdocenten om je goed voor te bereiden op geschikte afstudeeronderwerpen. Je bent zelf verantwoordelijk voor het naleven van de afspraken en procedures in je afstudeerfase. Geef je er rekenschap van dat je gedurende de afstudeerstage ambassadeur bent van de opleiding CMD. In die hoedanigheid ben je zelf ook verantwoordelijk voor een correcte informatievoorziening naar je afstudeerbedrijf. Afstudeercoördinatie De afstudeercoördinatie is in handen van Debora Helmens en Saskia Best. Debora Helmens: [email protected] of Saskia Best: [email protected]. Zij zijn verantwoordelijk voor de voorlichting voor het afstuderen, fungeren als aanspreekpunt voor studenten die (nog) geen afstudeerplek hebben. Ook zijn zij contactpersoon voor het bedrijf en de student. Wanneer er zich problemen voor doen in de samenwerking tussen de student en de bedrijfsbegeleider, bemiddelt de afstudeerdocent. Tevens wijzen zij de afstudeervoorzitter en afstudeerdocent aan en organiseren zij de pitstoppresentatie en de groenlicht- en eindexamenpresentaties. Studieloopbaancoach De studieloopcoach speelt een rol bij de ideevorming over de keuze van de afstudeerstage en –onderwerp en faciliteert bij het helder krijgen van jouw persoonlijke ambities. De studieloopcoach moet toestemming geven voor de start van het afstuderen. Screening voorstel afstudeeropdracht Een aantal afstudeerdocenten screenen je afstudeervoorstel en voorzien deze van feedback. Afstudeervoorzitter/afstudeerdocent De begeleiding vanuit school is in handen van twee docenten. De afstudeervoorzitter begeleidt de student in het opzetten van de scriptie. Het gaat dan met name om het goed beschrijven van de probleemstelling, het (literatuur)onderzoek en ontwerponderzoek, het formuleren van antwoorden op de onderzoeksvragen en het formuleren van een conceptueel model wat ten grondslag ligt aan je ontwerpoplossing in de vorm van een interactief product. De afstudeerdocent begeleidt de student met name in het ontwerpproces en de totstandkoming van het prototype en heeft een meer coachende rol dan de afstudeervoorzitter. Het conceptuele model (ontwerpmodel) slaat de brug tussen de uitkomsten van het onderzoek en de mogelijke ontwerpoplossing voor een interactief product. Bij de start van het afstuderen en de definitieve formulering van de hoofd- en deelvragen zijn zowel de afstudeervoozitter als de afstudeerdocent betrokken. Bij de totstandkoming van het conceptuele model zijn ook zowel de afstudeerdocent als de afstudeervoorzitter betrokken. De afstudeerdocent bezoekt het stagebedrijf 1 keer en heeft Handleiding afstuderen CMD – September 2013 15 minimaal 1 keer telefonisch contact met het afstudeerbedrijf. Zowel de afstudeervoorzitter als de afstudeerdocent worden toegewezen door de afstudeercoördinatoren. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met jouw afstudeeronderwerp. Afstudeerbegeleidingsuren Om de begeleiding per student transparant en eerlijk te houden wordt er gebruik gemaakt van een aantal vaste momenten voor begeleiding. Je hebt recht op de volgende begeleiding: 7 afstudeerterugkomdagen inclusief workshops 1 bedrijfsbezoek door afstudeerdocent Pitstoppresentatie 6 coachingsmomenten van ieder 1 uur op school ( 3 afstudeervoorzitter, 3 afstudeerdocent) 4 feedbackmomenten per e-mail (2 afstudeervoorzitter, 2 afstudeerdocent) 1 second opinion door een derde docent Als student bereid je ieder moment met je afstudeerdocent/afstudeervoorzitter goed voor. Je stelt een korte agenda op voor het gesprek en geeft aan welke punten besproken dienen te worden en waar je feedback op wilt ontvangen. Na afloop van ieder gesprek geef je de belangrijkste bespreekpunten en acties weer in een kort verslag dat je zowel naar de afstudeerdocent als afstudeervoorzitter stuurt. In principe zijn de afstudeerdocent en afstudeervoorzitter tijdens de reguliere schoolvakanties niet beschikbaar voor coaching en feedback. Bedrijfsbegeleider (bedrijfsbeleider vanuit het afstudeerbedrijf) De bedrijfsbegeleider stelt in samenspraak met de CMD afstudeerdocenten en jou de definitieve afstudeeropdracht vast. Hij houdt regelmatig voortgangsgesprekken, geeft advies en koppelt indien nodig terug naar de afstudeerdocent van CMD. Een dergelijke begeleiding kost ongeveer een dagdeel (ochtend/middag) per week. Wees er zelf alert op dat je wekelijks overleg hebt met je bedrijfsbegeleider en leg in beknopte gespreksverslagen vast wat je hebt besproken. De inhoudelijke begeleiding bij het afstudeerbedrijf valt volledig onder de verantwoordelijkheid van de bedrijfsbegeleider. Daarom verwachten wij van deze begeleider dat hij of zij bij jouw groenlichtpresentatie en het eindexamen aanwezig is. Tijdens het groenlicht en het eindexamen heeft de bedrijfsbegeleider een adviserende rol. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 16 10. Beoordeling afstuderen Het afstuderen wordt beoordeeld op basis van de CMD eindtermen, je professionele ontwikkeling tijdens je afstuderen, het opgeleverde interactieve product, je scriptie en je presentaties tijdens de tussenbeoordeling (het groenlicht) en de eindexamenzitting. Het beoordelingsformulier zoals dat gebruikt wordt tijdens de groenlichtpresentatie en de eindexamenzitting tref je aan in Bijlage 6 en Bijlage 7. Tijdens het groenlicht vindt de beoordeling plaats door de afstudeervoorzitter, afstudeerdocent en bedrijfbegeleider. De afstudeerdocent en bedrijfsbegeleider hebben een adviserende rol. Tijdens de eindexamenpresentatie vindt de beoordeling plaats door de afstudeervoorzitter, afstudeerdocent, bedrijfsbegeleider en in voorkomende gevallen de externe deskundige. De externe deskundige is een expert in het beroepenveld van CMD en zijn vaak CMD alumni die enkele jaren zijn afgestudeerd. Bij het eindexamen wordt als weging gehanteerd dat zowel scriptie als het interactieve product voor 40% meetellen. Je presentatie en professionaliteit tellen voor 20% in eindresultaat mee. Om te kunnen slagen moeten alle beoordelingsonderdelen met minimaal een voldoende worden beoordeeld. In Bijlage 9 tref je voorbeeldvragen aan zoals die tijdens de groenlicht- en eindexamenpresentaties gesteld kunnen worden. Cum Laude afstuderen Aan studenten die in de hoofdfase bijzonder goede resultaten behaald hebben kan het predicaat ‘cum laude’ ofwel ‘met lof’ verleend worden. De voorwaarden hiervoor staan precies beschreven in de Hogeschool gids (editie augustus 2013, te vinden op Hint). Kortweg komen de voorwaarden voor cum laude op het volgende neer: De hoofdfase moet met een onafgerond rekenkundig gemiddelde van 8.5 of hoger afgesloten worden. Hierbij gaat het om het rekenkundig gemiddelde van de laatst behaalde cijfers (zoals vermeld in OSIRIS) voor alle voor het afsluitend examen afgelegde onderwijseenheden, inclusief de afstudeeropdracht of de scriptie. De afstudeeropdracht is met minimaal een 8.0 (niet afgerond) beoordeeld. Herkansing Iedere student heeft twee kansen per studiejaar om af te studeren. Net zoals bij iedere reguliere cursus heb je recht op 1 herkansing. Wanneer je bijvoorbeeld begin februari start met de afstudeerstage is je eerste kans voor de eindexamenpresentatie in juni. Mocht je zakken of niet opgaan voor de presentatie in juni dan heb je je eerste kans verbruikt. Het herkansingsmoment is dan in augustus. De herkansing vindt altijd plaats binnen 6 weken. Zak je in augustus of ga je niet op voor de presentatie in augustus, dan moet je in principe het volledige afstudeerproces opnieuw doorlopen inclusief afstudeerstage. Neem bij het missen of zakken voor de herkansing wel altijd zo snel mogelijk contact op met Debora Helmens of Saskia Best. Deze cyclus geldt ook voor alle andere mogelijke startdata voor het afstuderen. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 17 11. Formaliteiten aanvragen getuigschrift (diploma) Om te kunnen slagen voor CMD moet je aan de volgende zaken voldoen: Om je diploma aan te vragen heb je een digitaal getuigschriftformulier aangevraagd via: http://hint.hro.nl/Instituten/CMI/CMI-studenten-Thema-/Front-office/dkjfals/ Bij het inleveren van je afstudeerscriptie moet je een ‘formulier bewijs inlevering’ scriptie invullen en laten ondertekenen door de frontoffice. Dit formulier tref je aan in Bijlage 4. Vergeet tijdens het inleveren ook je identiteitsbewijs niet. Bij het inleveren van je afstudeerscriptie lever je het formulier voor de Kennisbank in. Dit formulier tref je aan in Bijlage 5. Je hebt een hardcopy van je scriptie in tweevoud ingeleverd evenals 1 usb stick of CD-rom met daarop scriptie en prototype interactief eindproduct. Let er op dat je prototype standalone moet kunnen werken. Je hebt je scriptie en interactief product online gezet op praktijklink via een bepaald format: voornaam, achternaam, scriptie, eindproduct (moet standalone kunnen draaien), bibliografische annotatie en contactgegevens. Je hebt materiaal (beeld en korte omschrijving in het Engels en Nederlands) aangeleverd voor de examengids TAG. Je cijferlijst is compleet en volledig gevuld met in totaal 196 ECTS voor de hoofdfase (inclusief zes punten voor keuzemodulen). Let op: een incomplete cijferlijst betekent automatisch dat je zakt. Het is je eigen verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat de cijfers correct op je cijferlijst staan. Mocht je er niet uitkomen neem dan contact op met je SLC. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 18 Uitschrijven na afstuderen Om te slagen moet je alle studiepunten (240 ECTS) van de opleiding CMD behaald hebben. Tijdens de eindexamenvergadering wordt er bepaald of je gediplomeerd kunt worden. De datum van de eindexamenvergadering is ook de datum die maatgevend is voor het uitschrijven bij Hogeschool Rotterdam en voor het einde van de studiefinanciering. Als je in juli of augustus afstudeert krijg je geen collegegeld terug van Hogeschool Rotterdam. Veel studenten die verlaat afstuderen maken gebruik van het recht op restitutie van het collegegeld. Voor elke maand die je niet bent ingeschreven ontvang je 1/10 van het betaalde collegegeld terug. De maanden juli en augustus tellen echter niet mee in de restitutie. Studenten die in juli of augustus afstuderen staan tot eind augustus ingeschreven bij Hogeschool Rotterdam en kunnen nog de studiefinanciering ontvangen tot eind augustus. Let op: Je bent zelf verantwoordelijk voor het informeren van de IB-groep. Als je in andere maanden afstudeert raden wij je aan om je goed te laten informeren over uitschrijven en teruggave collegegeld bij Hogeschool Rotterdam en het evt. stopzetten van de studiefinanciering bij de IB-groep. Voor meer informatie raadpleeg de decanen van Hogeschool Rotterdam. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 19 12. Scriptie + Interactief product Tijdens de lessen Media en Onderzoek leer je hoe je een onderzoeksvoorstel en een scriptie kunt schrijven. Tijdens de voorbereiding op het afstuderen en tijdens de afstudeerstage voer je onderzoek uit om een ontwerpprobleem uit de praktijk op te lossen. Met een afgebakende onderzoeksvraag ga je tijdens de afstudeerstage verder aan de slag. Op basis van de uitkomsten van je onderzoek realiseer je een interactief product. Dit product is (mogelijk) de oplossing voor het probleem en dient van meerwaarde te zijn voor je afstudeerbedrijf. In je scriptie beschrijf je hoe je te werk bent gegaan bij het onderzoek doen en welke inzichten het onderzoek heeft opgeleverd. Met deze inzichten stel je je eigen conceptuele model samen. Het conceptuele model is de schakel of de brug tussen het literatuur- en designonderzoek en de ontwerpoplossing in de vorm van het interactieve product. Het conceptuele model bevat designrichtlijnen voor je interactieve product. Ook onderbouw en beargumenteer je in de scriptie de keuze voor jouw interactieve product. Je trekt de conclusie of je het ontwerpprobleem hebt kunnen oplossen en reflecteert op je aanpak. Inhoudelijke eisen scriptie Je afstudeeronderwerp past bij het CMD profiel. In de je scriptie geef je een kritische bespreking (falsificeren) van een of meerdere theorieën op basis waarvan je een antwoord kunt formuleren op je onderzoeksvraag. Je formuleert een eigen conceptueel model op basis van inzichten uit je onderzoek. Dit model staat aan de basis van je ontwerp. Actueel debat: de scriptie reflecteert op het ‘actuele debat’: recente ontwikkelingen, (technologische) innovaties, discussies en vraagstukken van zowel theoretici (mediatheorie) als professionals (multimedia praktijk) met betrekking tot je onderzoeksvraag. Je pleegt geen plagiaat. Het is niet toegestaan andermans ideeën te presenteren alsof die van jou zijn. Plagiaat mag dus niet en voorkom je door overal in de tekst van je scriptie de bronnen te noemen. Tijdens het lezen van literatuur en boeken moet je dus goed bijhouden welke ideeën je waar vandaan hebt! Het constateren van plagiaat leidt tot uitsluiting van het eindexamen. Praktische eisen scriptie De scriptie heeft een omvang van 12.000 tot 15.000 woorden (ca 25-30 pagina’s) exclusief illustraties, bijlagen, en citaten. Je schrijft je scriptie in je eigen woorden. Het eindresultaat mag dus geen verzameling van samenvattende teksten zijn. De scriptie dient professioneel opgemaakt te worden. Ondersteun je verhaal met voldoende visueel materiaal. De hardcopy scriptie dient in tweevoud te worden ingeleverd bij de Frontoffice. Er is een versie voor de afstudeervoorzitter van CMD, en een voor het archief. Daarnaast lever je zowel je scriptie als je prototype (via een Zip bestand) in door dit te uploaden in Praktijklink. Let op je prototype moet standalone kunnen fungeren. Daarnaast lever je 1 usb stick/cdrom in van je werk. Hierop staan de volgende Handleiding afstuderen CMD – September 2013 20 onderdelen: Scriptie in Pdf Bibliografische annotatie, bestaande uit je naam, studentnummer, afstudeerbedrijf, onderzoeksvraag afstudeeropdracht en abstract (beknopte samenvatting van scriptie, max. tien regels) Eindproduct (prototype van interactief product dat standalone werkt) Bij het niet tijdig inleveren van je scriptie in hardcopy, usb stick, en scriptie + prototype in praktijklink wordt je niet toegelaten tot het examen! Handleiding afstuderen CMD – September 2013 21 Bijlage 1: Opzet scriptie Inhoudsopgave Met een inhoudsopgave geef je de lezer een overzicht van de opbouw van je scriptie. Het is een ‘routekaart’ waarbij het de mogelijkheid biedt bepaalde onderdelen van je scriptie snel op te zoeken. Een goede inhoudsopgave is logisch en de lezer begrijpt meteen waar bepaalde informatie te vinden is. Samenvatting Kort en bondig beschrijf je in zowel Engels als Nederlands de essentie van je afstudeeronderwerp. Je geeft inhoudelijke informatie over: Het onderwerp? (probleemschets, onderzoeksvraag, belang van de onderzoeksvraag) Wat is er gedaan, onderzocht?(methode, werkwijze) Wat is er gevonden? (resultaten) Wat houden deze bevindingen in? (conclusie, aanbevelingen) Welk interactief product vormt de (mogelijke) oplossing voor het ontwerpprobleem? Voorwoord Het voorwoord is meestal persoonlijk getint. Het is de aanloop hoe je tot het afstudeeronderwerp, het onderzoek en product bent gekomen. Vaak staat er ook een dankwoord in naar je bedrijfsbegeleider, afstudeerbegeleider CMD en evt. familie. Het voorwoord is in de praktijk een nawoord omdat het pas aan het einde van het traject wordt geschreven. Inleiding De inleiding is een belangrijk hoofdstuk. Hier staat de context en de achtergrond beschreven die leiden naar je ontwerpoplossing. In je inleiding leid je de lezer in je onderwerp en geef je de lezer de noodzakelijke informatie om je scriptie te kunnen begrijpen. Je geeft aan: Wat is de achtergrond en wat heeft geleid tot mijn onderzoek? (achtergrondinformatie) Wat is het feitelijke probleem? (probleemstelling) Wat en vanuit welk perspectief wil ik gaan onderzoeken? (kennisgebied) Wat is de centrale vraag in mijn onderzoek? (onderzoeksvraag + deelvragen) Wat wordt er met het antwoord beoogd? (doelstelling) Wat is de relevantie van mijn onderzoek? (verantwoording) Hoe ben ik te werk gegaan? (onderzoeksmethode) Begripsbepaling? (uitleg begrippen) Handleiding afstuderen CMD – September 2013 22 Onderzoek In je onderzoek behandel je (theoretische) opvattingen en begrippen die relevant zijn voor je probleemstelling en onderzoeksvraag. Je raadpleegt daarvoor literatuur, experts, stakeholders, maar voert ook eigen design research uit. Ook foto’s, filmfragmenten en internet kunnen als bron dienen. Je raadpleegt uiteraard uiteenlopende bronnen. Belangrijk is dat je verwijzend schrijft en geen samenvattingen geeft van bepaalde theorieën en opvattingen. Het volgende tekstschema kan een hulpmiddel zijn voor je literatuur onderzoek: Wat verstaat Y(auteur) onder X (product,verschijnsel) Wat heeft Y geschreven over X Welke overeenkomsten / tegenstellingen zijn er tussen X en mijn onderwerp Als stelregel kan je aanhouden dat iedere deelvraag wordt behandeld in een apart hoofdstuk. Conceptueel model/ontwerpmodel Het onderzoek moet leiden tot een conceptueel model. Dit conceptuele model vormt de basis van het ontwerp voor je interactieve product. Het conceptuele model bevat ontwerpcriteria. Interactief product Wat heb je gemaakt/gerealiseerd, waarom en met welk resultaat? In dit deel beschrijf je je ontwerpoplossing en geef je de onderbouwing (motivering op basis van argumenten) van de ontwerpkeuzes die je hebt gemaakt in het ontwerpproces. Je licht je stappenplan van het denkproces toe dat je naar aanleiding van je probleemstelling, onderzoeksvraag en onderzoek hebt doorlopen. Tevens geef je een beschrijving van je interactieve product en neem je relevante screenshots van je prototype op. Je beschrijft de meerwaarde voor je doelgroep en andere stakeholders en geeft duidelijk de werking aan van je ontwerpoplossing. Je beschrijft de testresultaten (concept en gebruikers) van je eerste prototype en verwerkt deze resultaten in je definitieve prototype, je analyseert de testresulaten en reflecteert op de uitkomsten door middel van o.a. adviezen. Conclusie Je conclusie, letterlijk ‘gevolgtrekking’, is een omschrijving van de inzichten die je hebt verkregen op basis van de gegevens van voorgaande hoofdstukken. Dit is de afsluitende tekst waarin je aan de hand van je afstudeerproject uiteindelijk antwoord geeft op je onderzoeksvraag. Het is handig om ieder hoofdstuk al af te sluiten met een deelconclusie. Let op: in je conclusie zet je geen nieuwe feitelijke informatie Aanbevelingen Een aanbeveling heeft vaak het karakter van een suggestie voor bijvoorbeeld een specifieke praktische toepassing, een benaderingswijze, een uit te voeren actie of een vervolgonderzoek. Bronnenlijst Je bronnenlijst is je verantwoording van verzamelde gegevens die je daadwerkelijk hebt Handleiding afstuderen CMD – September 2013 23 verzameld en/of hebt geraadpleegd, zoals boeken, tijdschriften, krantenartikelen, internet etc. Bijlagen Afhankelijk van de aard van je afstudeeropdracht: alle relevante (pre) deliverables, persona’s, wireframes, taakanalyses, scenario’s, maar ook zaken als schetsen, moodboards, conceptboards, storyboards, podcasts, analysemodellen, voorbeelden, (analyse)onderzoek. Bij interviews geef je een samenvatting van de transcriptie. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 24 Bijlage 2: Voorstel afstudeeropdracht Toelichting Voor het starten met je afstudeerstage moet je voorstel afstudeeropdracht gescreend zijn. Het voorstel afstudeeropdracht wordt gescreend door een aantal afstudeerdocenten. De afstudeeropdracht moet voldoende uitdaging bieden om te laten zien dat je op HBO niveau kunt acteren als een beginnend CMD-professional. Binnen de afstudeeropdracht moet je het totale ontwerpproces kunnen doorlopen: van analyse tot oplevering. Het voorstel afstudeeropdracht wordt getoetst aan de hand van de volgende aandachtspunten: Is de vraagstelling/probleemstelling relevant voor het CMD werkveld? Is de probleemstelling geoperationaliseerd in een concrete hoofdvraag en bijbehorende deelvragen? Sluit de vraagstelling aan bij de CMD eindtermen? Kent de afstudeeropdracht voldoende complexiteit? (beroepsinhoudelijk, multi stakeholder, helderheid en vrijheid in oplossingsrichtingen, proces, toegankelijkheid expertise, taal- en cultuurbelemmeringen) Welke onderzoeksmethoden worden gebruikt (let op: naast literatuuronderzoek voer je ook designonderzoek uit) Welk interactief product wordt opgeleverd? Zijn de bronnen divers en van voldoende niveau? Wordt gebruik gemaakt van relevante en actuele literatuur (boeken en papers)? Wordt gebruik gemaakt van eigen uitgevoerd designonderzoek? Voldoet de afstudeeropdracht aan het HBO bachelorniveau? Wordt een beroepsproduct opgeleverd dat bijdraagt aan de verdere ontwikkeling van het CMD beroepenveld en heeft het een innovatief karakter? Handleiding afstuderen CMD – September 2013 25 Inhoud Voorstel Afstudeeropdracht, omvang twee A-4 Naam en studentnummer: Naam SLC: Titel afstudeeropdracht: Afstudeerbedrijf: Datum: Aanleiding: Schets de aanleiding, historie en context van je opdracht, geef relevante achtergrondinformatie over je afstudeerbedrijf. Probleemstelling: Wat is de aanleiding, wat kan verbeterd worden in de huidige situatie. Wat zijn de mogelijkheden? Welke mogelijke tegenstrijdige belangen zijn er? Doelstelling: Wat wil je bereiken met je afstudeeropdracht? Hoofdvraag- en deelvragen: Wat is jouw bijdrage om het probleem of een deel daarvan op te lossen? Formuleer dit in een hoofdvraag en verschillende deelvragen. Bronnen: Welke inspiratiebronnen heb je? Welke literatuur ga je gebruiken? Welke methoden of modellen zijn van toepassing? Welke soorten van (design)research ga je zelf uitvoeren? Doelgroep/interactief product: Voor welke doelgroep ga je ontwerpen, welk interactief product ga je ontwerpen? Planning: Maak een visuele planning vanaf de start van je afstudeerstage tot en met het inleveren van je scriptie en bijbehorende interactief product/prototype. Benoem alle belangrijke mijlpalen in jouw ontwerpproces. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 26 Handleiding afstuderen CMD – September 2013 27 Bijlage 3: Afstudeerovereenkomst (Let op kies op Praktijklink voor de versie waar de naam van Debora Helmens ingevuld staat) Ondergetekenden 1. Naam school en opleiding Hogeschool Rotterdam, opleiding CMD Gevestigd te Rotterdam Vertegenwoordigd door Mevrouw G.D. Helmens In de functie van Afstudeercoördinator Hierna te noemen “hogeschool” en 2. Naam afstudeerbedrijf KvK-nummer Adres Postcode, plaats Vertegenwoordigd door In de functie van E-mail Telefoonnummer Hierna te noemen “afstudeerbedrijf” en 3. Naam afstudeerder Studentnummer Telefoonnummer tijdens afstuderen Student aan de hierboven genoemde hogeschool, Hierna te noemen “afstudeerder’” Handleiding afstuderen CMD – September 2013 28 Verklaren het volgende te zijn overeengekomen: Artikel 1 1. Het afstudeerbedrijf stelt de afstudeerder in de gelegenheid om in het kader van het onderwijsprogramma van de hogeschool de afstudeeropdracht uit te voeren. 2. Tijdens het afstudeerproject beoogt de afstudeerder die activiteiten uit te voeren die in het afstudeerplan zijn opgenomen. 3. Het afstudeerbedrijf draagt de afstudeerder slechts taken op die passen in het afstudeerprogramma. 4. Het afstudeerplan maakt onderdeel uit van deze overeenkomst. Artikel 2 1. Het afstudeerproject omvat in totaal 672 uur. Zij vangt aan op …….. en eindigt op……. 2. De afstudeeropdracht vindt plaats op de door het afstudeerbedrijf aangewezen afstudeerplaats(en) en tijdstippen. Voor de afstudeertijden kan daarbij worden aangesloten bij een bestaande werktijdregeling. Artikel 3 De begeleiding van de afstudeerder zal zowel vanuit de hogeschool als vanuit het afstudeerbedrijf plaatsvinden. a. Het afstudeerbedrijf verbindt voldoende tijd aan het begeleiden van de afstudeerder te besteden en wijst een bedrijfsbegeleider aan die belast is met de dagelijkse begeleiding van de afstudeerder waar het gaat om het feitelijk verrichten van werkzaamheden, alsmede met het contact met de hogeschool. Vanuit het afstudeerbedrijf zal als bedrijfsbegeleider optreden: ………………………………………………………………………………………… b. De hogeschool wijst een afstudeerbegeleider aan die belast is met de begeleiding van de afstudeerder waar het gaat om de realisatie van de opdracht. De afstudeerbegeleider kan voor het goede verloop van de afstudeeropdracht aanbeveling doen aan het afstudeerbedrijf en de afstudeerder. Vanuit de hogeschool zal als afstudeerbegeleider optreden: ………………………………………………. Artikel 4 De afstudeerder volgt bij het afstudeerbedrijf de aanwijzingen van de bedrijfsbegeleider op. Artikel 5 1. Het afstudeerbedrijf draagt er zorg voor dat de werkplek en –situatie van de afstudeerder voldoet aan de geldende (ARBO-)wet- en regelgeving. 2. De afstudeerder neemt in het belang van orde, veiligheid en gezondheid de door het afstudeerbedrijf gegeven gedragsregels en aanwijzingen in acht. 3. De afstudeerder is verplicht tot geheimhouding van hetgeen hem/haar gedurende zijn/haar afstudeerperiode ter kennis is gekomen en waarvan hij/zij weet of redelijkerwijs behoort te weten dat het van vertrouwelijke aard is. Voor zover noodzakelijk voor de beoordeling door de hogeschool is/zijn de begeleidende docent(en) gerechtigd kennis te nemen ook van vertrouwelijke gegevens; voor deze docent(en) geldt vervolgens een zelfde plicht m.b.t. de vertrouwelijke behandeling als geldt voor de afstudeerder. Voor 4. publicatie van het afstudeerverslag is voorafgaande toestemming van het afstudeerbedrijf vereist. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 29 Artikel 6 Er kunnen zich verschillende vormen van intellectueel eigendom voordoen. In principe geldt, tenzij anders is afgesproken, dat “de auteursrechten van door de student vervaardigde producten, werkstukken, scripties e.d. berust bij de student tenzij anders is afgesproken”. Indien anders is overeengekomen kruis, in overleg met bedrijf en of medestudenten, aan wat van toepassing is voor de afstudeeropdracht. Het intellectueel eigendom van, de in het kader van het afstuderen, door de afstudeerder tot stand gekomen materialen en/of producten berust bij het afstudeerbedrijf Indien meer afstudeerders aan een project deelnemen in de concepten uitvoeringfase, waardoor auteursrechten ontstaan is ieder van de deelnemende studenten voor een evenredig deel eigenaar. Artikel 7 1. Het is de afstudeerder toegestaan materialen en/of producten die in het kader van de afstudeeropdracht tot stand zijn gekomen te gebruiken (niet commercieel) voor zijn portfolio en schoolcatalogie. 2. Het is de afstudeerder toegestaan exemplaren van de documenten, ontwerpen of broncode die hij zelf vervaardigd te gebruiken (niet commercieel) voor zijn portfolio en ten bate van schoolcatalogi. 3. De afstudeerder geeft hierbij toestemming voor een in omvang redelijk gebruik van zijn werk door het afstudeerbedrijf of door zijn opdrachtgever. 4. Alle materialen en alle op schrift gesteld bescheiden, van welke aard dan ook, die aan de afstudeerder ter beschikking zijn gesteld, dan wel via het afstudeerbedrijf zijn verkregen, zijn en blijven eigendom van het afstudeerbedrijf. Bij beëindiging van de afstudeerperiode, of zoveel eerder als het afstudeerbedrijf verlangt, dienen alle eigendommen onmiddellijk aan het afstudeerbedrijf te worden geretourneerd. Artikel 8 In het geval van ziekte of afwezigheid wegens een dringende reden, alsmede van hervatting na ziekte of na afwezigheid, stelt de afstudeerder het afstudeerbedrijf en de hogeschool onverwijld op de hoogte. Het afstudeerbedrijf informeert de hogeschool direct in geval van verzuim van de afstudeerder. Zodra de afwezigheid een zodanig betekenende omvang heeft dat er naar het oordeel van de hogeschool een onvoldoende basis is om de afstudeeropdracht nog te kunnen beoordelen zullen partijen trachten tot nadere afspraken te komen (b.v. overeenkomstige verlenging van de oorspronkelijke afspraken). Artikel 9 De afstudeerder ontvangt van het afstudeerbedrijf een vergoeding van €…….. bruto per maand. Dit bedrag strekt tot vergoeding van de door de afstudeerder gemaakt kosten voor het reizen van en naar de instellingen van het afstudeerbedrijf en van eventuele overige kosten die verband houden met de afstudeerwerkzaamheden. De vergoeding is uitdrukkelijk niet bedoeld als loon. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 30 Artikel 10 Bij problemen tijdens de afstudeeropdracht richt de afstudeerder zich allereerst tot de bedrijfsbegeleider. Geschillen tussen de afstudeerder en de bedrijfsbegeleider worden voorgelegd aan de afstudeerbegeleider. Indien de bedrijfsbegeleider, de afstudeerbegeleider en de afstudeerder niet tot een oplossing komen wordt het probleem voorgelegd aan de afstudeercoördinator van de opleiding en de vertegenwoordiger van het afstudeerbedrijf, zoals vermeld boven aan deze overeenkomst. Artikel 11 De beoordeling van de afstudeerder en de toekenning van studiepunten geschiedt door de hogeschool. Bij deze beoordeling zal door de hogeschool het oordeel van de bedrijfsbegeleider worden meegewogen. Artikel 12 De hogeschool heeft een aanvullende verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid en een aanvullende ongevallenverzekering afgesloten die ook op de afstudeerder gedurende diens feitelijke afstudeerwerkzaamheden van toepassing zijn. Artikel 13 De hogeschool vrijwaart het afstudeerbedrijf tegen eventuele aanspraken van derden op grond van artikel 6:170 BW wegens fouten van de afstudeerder tijdens de uitoefening van de afstudeerwerkzaamheden voor het afstudeerbedrijf. De hogeschool is aansprakelijk voor schade toegebracht aan het afstudeerbedrijf door een onrechtmatige daad van de afstudeerder tijdens de uitoefening van de afstudeerwerkzaamheden voor het afstudeerbedrijf. Deze vrijwaring en aansprakelijkheid geldt uitsluitend indien en voor zover de aansprakelijkheidsverzekering van de hogeschool aansprakelijkheid erkent en daarvoor dekking biedt. De hogeschool noch de afstudeerder zijn product-aansprakelijk. Artikel 14 De overeenkomst eindigt aan het einde van het onder artikel 2 genoemde tijdvak. Tussentijdse beëindiging geschiedt bij onderling goedvinden van partijen en in ieder geval: 1. Na schriftelijke aanzegging van de hogeschool aan het afstudeerbedrijf, indien de hogeschool – na de afstudeerder, de bedrijfsbegeleider en de afstudeerbegeleider te hebben gehoord – zich ervan heeft overtuigd dat: het afstudeerbedrijf de uit deze overeenkomst voorvloeiende verplichting niet of onvoldoende nakomt; ofwel zich zodanige omstandigheden voordoen dat van de afstudeerder of hogeschool redelijkerwijs niet kan worden verlangd dat hij/zij de afstudeeropdracht voortzet. 2. Na een met redenen omklede schriftelijke aanzegging van het afstudeerbedrijf aan de hogeschool en de afstudeerder, indien zich zodanige omstandigheden voordoen, dat van het afstudeerbedrijf het laten voortduren van deze overeenkomst redelijkerwijs niet kan worden verlangd. Handleiding afstuderen CMD – September 2013 31 Artikel 15 Deze afstudeerovereenkomst is geen arbeidsovereenkomst in de zin van artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek. Aldus overeengekomen en in drievoud getekend: Plaats Datum 1. Afstudeercoördinator Naam 2. Afstudeerbedrijf Naam 3. Handtekening Handtekening Afstudeerder Naam Handleiding afstuderen CMD – September 2013 Handtekening 32 Bijlage 4: Bewijs inlevering scriptie Handleiding afstuderen CMD – September 2013 33 Bijlage 5: Toestemmingsformulier kennisbank Handleiding afstuderen CMD – September 2013 34 Bijlage 6: Groenlichtformulier Handleiding afstuderen CMD – September 2013 35 Bijlage 7: Beoordelingsformulier Handleiding afstuderen CMD – September 2013 36 Bijlage 8: Beoordelingsformulier en rekenhulp Handleiding afstuderen CMD – September 2013 37 Bijlage 9: Voorbeeldvragen eindexamen Handleiding afstuderen CMD – September 2013 38
© Copyright 2024 ExpyDoc