thema zorg & innovatie rondetafelgesprek door André de Vos fotografie Willy Slingerland > Pieter Lammers , > Rene Schripsema 8 de actuaris januari 2014 > Anno Bousema > Peter van Solinge thema zorg & innovatie René Schripsema, Anno Bousema, Peter van Solinge en Pieter Lammers De nieuwe rol van de actuaris De rol van de actuaris verandert. Er is minder behoefte aan de traditionele rekenaar bij pensioenfondsen en verzekeraars. Tegelijkertijd is er een toenemende vraag naar risicomanagers, ook buiten het oorspronkelijke werkgebied van de actuaris. Maar nog maar weinig actuarissen grijpen daar hun kans. Ze krijgen er bovendien te maken met concurrentie uit andere kwantitatieve vakgebieden: econometristen en wis- en natuurkundigen. De Actuaris zet vier specialisten op gebied van werving en selectie aan tafel om te praten over de nieuwe rol van de actuaris AG. René Schripsema is zeven jaar werkzaam als zelfstandig interim-recruiter. Hij helpt grote ondernemingen met de invulling van actuariële functies. Anno Bousema was 17 jaar directeur van het Actuarieel Genootschap en inmiddels partner van executive search bureau Financial Assets. Peter van Solinge is één van de twee oprichters van Groen van Solinge, dat is gespecialiseerd in werving en selectie voor pensioen- en riskfuncties. En voormalig headhunter Pieter Lammers is eigenaar van Career Guide, vacaturebank voor nichefuncties in de financiële wereld. De vier specialisten zien de marktpositie van de actuaris in hoog tempo veranderen. En niet elke actuaris gaat daar even goed mee om. De schaarste voorbij Nieuwe horizonten Er was lang schaarste aan actuarissen. Maar die tijden zijn voorbij, stellen de vier deskundigen vast. “Actuarissen hadden het makkelijk,” zegt René Schripsema. “Als actuaris hoefde je niet aan loopbaanplanning te doen. De banen waren er toch wel.” Maar actuarissen die alleen maar traditioneel actuarissenwerk hebben gedaan, komen er nu achter dat de banen niet meer voor het oprapen liggen. “Deze mensen – soms nog maar dertigers of veertigers – zitten langs de kant en hebben geen idee hoe nu verder,” zegt Peter van Solinge. “Dat is een nieuwe ervaring. Daarnaast zie je dat het ook voor jonge afstudeerders die er niet echt bovenuit steken lastiger is om een baan te vinden.” Het aantal specialismen op actuarieel terrein is enorm uitgebreid. “Vroeger was het overzichtelijk,” mijmert Schripsema. “Je werd opgeleid voor leven of pensioen. Nu heb je actuarissen nodig bij schade, maar ook op allerlei andere, nieuwe terreinen. Pricing, risicomanagement, modellering. Binnen en buiten de verzekeringswereld. Actuarissen kunnen dat soort functies prima invullen, maar ze zijn niet de enigen die daarvoor in de markt zijn. Op gebied van pricing heeft de actuaris geen heel specifieke kennis en bij schade gaat het meer over modellering. Daar zijn anderen beter in.” Pieter Lammers verwacht dat er in de actuariële top altijd schaarste zal blijven, maar aan uitvoerende mensen is veel minder behoefte. “Aan ‘handjes’ is geen gebrek meer. Dan heb ik het over ‘de oude wereld’, de pensioen- en levensector, en dan vooral de verslaglegging. Daar zijn veel processen grotendeels geautomatiseerd.” De traditionele markt voor actuarissen wordt kleiner. Anno Bousema: “Verzekeraars krimpen, pensioenfondsen fuseren, adviesbureaus hebben op een aantal terreinen minder werk. Maar schade is ‘booming’, schade is sexy. En als je verstand van Solvency II hebt of van risk, dan is er altijd werk. Aan goede specialisten is enorme behoefte. Mensen die inhoudelijk en op het gebied van soft skills veel in huis hebben hoeven zich geen zorgen te maken.” Lammers vindt dat actuarissen te lang hebben gefocust op hun traditionele functie. “Organisaties zijn nu bezig met de vraag ‘Hoe blijf ik in control?’ Het actuariaat speelt bij die vraag van oudsher een belangrijke rol, maar de actuaris is niet meer automatisch de belangrijkste of enige factor in dat proces. De beroepsgroep heeft dat te laat doorgekregen. Er worden voor die functies vaker mensen uit andere vakgebieden gehaald. Econometristen, financieel economen, wis- en natuurkundigen, zelfs sterrenkundigen. Allemaal mensen die goed kunnen rekenen en complexiteit kunnen vertalen naar een begrijpelijk besluitvormingsmodel. Zij zijn vaak wat breder georiënteerd. Die brede inzet verwacht de markt ook van de actuaris. De actuaris die inspeelt op die nieuwe rol is schaars, en dus zeer gevraagd.” de actuaris januari 2014 9 thema de rol van de actuaris “De toegevoegde waarde van de actuaris wordt steeds minder duidelijk,” zegt Van Solinge. “Ik ken een grote organisatie die voor actuariële taken liever wiskundigen binnenhaalt dan actuarissen. Omdat die breder kijken en beter zijn in modelleren.” Lammers reageert: “En omdat ze goedkoper en flexibeler zijn.” Die opmerking vindt Bousema te kort door de bocht. “De opleiding en de permanente educatie voor actuarissen zijn enorm verbreed, vooral richting risicomanagement. Maar niet elke actuaris pakt dat op.” Schripsema: “Actuarissen moeten zich verbreden naar thema’s als waardering en risico. Alleen met de boekhouding en de handtekening onder het jaarverslag redden ze het niet meer.” Schripsema ziet kansen op het brede gebied van financieel risicomanagement. “Een econometrist is zwaarder in modelleren en valideren, maar het inschatten van risico’s is het terrein van de actuaris. En aangezien risicomanagement bij steeds meer organisaties belangrijk is, liggen daar enorme kansen. Maar dan niet alleen kijken naar biometrische risico’s, maar ook naar materiële risico’s, operationele risico’s.” Behalve op nieuwe inhoudelijke terreinen, moet de actuaris zich ook oriënteren op andere sectoren: multinationals of energiebedrijven bijvoorbeeld. Schripsema: “Neem arbeidsvoorwaarden. Grote corporaties hebben heel veel personeel dat grotendeels op een standaard manier wordt beloond. Actuarissen kunnen die enorme databestanden ontsluiten, zorgen dat er beloning op maat wordt geboden.” Bousema merkt dat bedrijven niet specifiek meer op zoek zijn naar ‘de actuaris AG’. “Ze zoeken een riskmanager, een modellenman, een Solvency-specialist. Dat kan heel goed een actuaris zijn, maar dat hoeft niet per se een actuaris te zijn.” actuarissen voor veel functies die nu in het bedrijfsleven worden gevraagd bij uitstek een groot talent hebben. “Maar wil de actuaris voor die functies in aanmerking komen, dan moet hij zich gaan gedragen naar zijn talent en niet alleen naar zijn titel. Als de actuaris dat niet doet wordt die titel eerder een handicap dan een voordeel. De talenten van de actuaris zijn niet verdwenen, alleen hangen er aan de titel minder garanties.” Opleiding Over de opleiding verschillen de meningen. Schripsema ziet wel iets in een generalistische kwantitatieve basisopleiding, en daar boven actuariële specialisatie. “Zoals je nu ook FRM en CFA hebt. Daar zie je wel die verbreding naar andere actuariële taken. De basisopleiding trekt nu toch vooral mensen met verzekeringstechnische ambities, terwijl een econometrist om te beginnen wat bredere kwantitatieve ambities heeft. De opleiding zou meer aandacht moeten besteden aan modelleren, valideren, de beleggingenkant.” Bousema wil de huidige actuariële opleiding niet te kort doen. “Een prachtige opleiding die mensen aflevert die zeer in trek zijn bij verzekeraars, pensioenfondsen en toezichthouders, en ook nog steeds bij de Big Four. We moeten kijken hoe we daarnaast de risicospecialisten kunnen leveren waaraan ook elders behoefte is. En laten we het belang van de opleiding ook niet overschatten. Het is een basis. Je leert het vak pas als je eenmaal echt aan de slag gaat.” “Het gaat in de basis verkeerd”, aldus Lammers. “Traditioneel zit de actuaris op de verplichtingenkant van de balans. Dat is nu te eenzijdig. De toekomst ligt bij de mensen die de hele balans kunnen overzien. Ik denk overigens dat opleidingen als RBA, Garp en CERA heel goede ontwikkelingen zijn. Dat helpt absoluut als je dat op je CV hebt staan.” Terug naar de top Actuarissen moeten uit hun ‘comfort zone’, is de mening van Lammers. “Ze hebben hun rol gekoesterd als onafhankelijk waarnemer van het risico, het geweten van de onderneming. Wel de risico’s constateren, maar daar ook stoppen, terwijl er juist behoefte is aan mensen die dat vervolgens kunnen vertalen naar beleid en strategie. Nadenken over wat de consequenties van die risico’s zijn voor de onderneming. Leven en pensioen stonden bovenaan in de pikorde. Daar wilde je naartoe als actuaris. Maar de banen liggen nu op andere terreinen.” De actuaris is te weinig aanwezig in de top van ondernemingen, vindt Bousema. “Daar hoort de actuaris thuis, zeker bij verzekeraars. In de positie van Chief Risk Officer en in de Raad van Bestuur. In Duitsland is dat nog wel zo, hier zijn het vooral accountants en controllers die op topniveau terechtkomen.” Bousema wijt de afwezigheid aan de gereserveerde en risicomijdende houding van de actuaris. “Aan die eigenschappen was in de financiële sector lange tijd weinig behoefte op bestuursniveau. Ik kan me voorstellen dat dat door de crisis gaat veranderen.” Talent of titel Pieter Lammers is van mening dat actuarissen absoluut het talent hebben om in de top van organisaties terecht te komen, bijvoorbeeld als Chief Risk Officer. Aan een gebrek aan leiderschapskwaliteiten kan het niet liggen. “Er zijn onder actuarissen gemiddeld echt niet minder potentiële leiders. Maar dan moeten ze buiten hun eigen terrein durven kijken. Zich meer gaan bezighouden met beleid en strategie. Dat is wel noodzakelijk als je in een Raad van Bestuur terecht wilt komen.” Er is behoefte aan technisch inhoudelijke actuarissen met een bredere scope. Maar Van Solinge vindt ook dat actuarissen hun kwaliteiten beter moeten uitdragen. “Dat vereist meer aandacht voor vaardigheden op communicatief en strategisch terrein.” Bousema vindt dat die vaardigheden steeds beter worden. “Als ik zie wat voor bekwame en getalenteerde mensen nu van de opleidingen komen. Die staan midden in de wereld, beschikken ook steeds meer over de gevraagde communicatieve eigenschappen. Dat is niet meer die wat introverte professional van vroeger.” Schripsema vindt de introverte actuaris ‘geen issue’ meer. Lammers valt hem bij: “De actuaris is geen typische nerd meer. Maar andere opleidingen hebben dezelfde ontwikkeling doorgemaakt. Dus relatief is het gat op gebied van de soft skills niet kleiner geworden.” Maar daar ligt volgens Lammers het probleem niet. Hij vindt dat 10 de actuaris januari 2014 Schripsema vindt het niet noodzakelijk dat een actuaris met verzekeringstechnische knowhow in de Raad van Bestuur zit. “Bij kleinere verzekeraars is dat logisch, maar bij de grote partijen kan het prima in de laag eronder. Ik denk dat de actuaris momenteel een te beperkte focus heeft voor de echte top. Te veel gericht op de verzekeringstechnische risico’s, te weinig op de operationele risico’s.” thema de rol van de actuaris Het populairste beroep Actuaris geldt als het populairste beroep in de financiële sector. Schripsema schrijft de hoge positie toe aan de verwachting van baanzekerheid en de goede beloning. Van Solinge is verbaasd over die hoge score. “Ik zou er niet op vertrouwen dat we die nummer-1 positie houden. Zelfs als de pensioensector en de verzekeringssector weer gaan groeien, wordt het niet meer zoals het vroeger was.” Bousema is optimistischer. “Ik denk dat de actuaris zich nog lang in de top-vijf zal handhaven.” Lammers nuanceert de toppositie. “De functie van actuaris zal altijd een toppositie hebben op dat soort lijstjes, maar het zal niet altijd een actuaris AG zijn. Het kan ook iemand met een andere achtergrond zijn.” Positieve ontwikkelingen De actuaris die om zich heen kijkt en meegaat in nieuwe ontwikkelingen, kan voor elke organisatie toegevoegde waarde hebben. Daarover lijken de gesprekspartners het wel eens. Ze zien positieve ontwikkelingen. Lammers: “Ik hoorde laatste van een actuaris die had uitgerekend dat een ziekenhuis tien keer zoveel operaties kon verrichten. Kijk, dat zijn mooie berichten. Het geeft aan dat er behoefte is aan die kennis, alleen wel op andere terreinen. De actuaris die die stap kan maken, hoeft zich over zijn toekomst geen zorgen te maken.” Schripsema is wat minder stellig. “Ik zie de toegevoegde waarde van de actuaris op die nieuwe terreinen niet. Ik denk dat we af moeten Niels van Nieuwkerk en Julien Fabius van Oliver James Associates konden in verband met planning van lopende werkzaamheden helaas niet deelnemen aan het rondetafelgesprek. Zij reageren achteraf met hun onderstaande visie op de ontwikkelingen op de wervingen selectiemarkt van actuarissen. “In het huidige marktklimaat wordt meer gevraagd van een actuaris. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de druk op de winstgevendheid van de levensverzekeraar, Solvency II als veranderingsproces en de doorlopende discussies over het pensioen en de zorgverzekering. De financiele sector ziet het belang in van scherp risicomanagement dat wordt doorgevoerd in de gehele onderneming. De druk is opgevoerd ten aanzien van het intern benodigd kapitaal, methodologie en het advies wat hieruit voortkomt. Begaf een actuaris zich in het verleden voornamelijk binnen de eigen afdeling; nu worden actuarissen geacht zowel binnen de eigen afdeling als daarbuiten inzichten te presenteren om draagvlak te creëren en passend strategisch advies te geven ter ontwikkeling van de juiste commerciële strategie versus risico. De vraag naar de ‘actuaris 2.0’ neemt toe. Onder Solvency II zetten verzekeraars in op riskmanagement wat in alle onderdelen van de organisatie wordt doorgevoerd, de actuaris is daarin ‘Key driver ‘. Wij verwachten niet dat de structuur met afgebakende afdelingen terugkeert, waarin de actuaris weer meer en meer naar de backoffice terugkeert. Eerder zien wij Solvency II als fundering van een nieuwe manier van werken en een basis voor het risicomanagement van de verzekeraar voor de toekomst. Zowel de Nederlandse als de internationale markt vraagt om een adaptieve organisatie die wendbaar is, en zich kan aanpassen aan consumptieve veranderingen en grilligheid, marktrisico’s en van de actuaris AG als de ‘holy grail’. Het gaat er veel meer om dat we benadrukken dat de actuaris bepaalde kwantitatieve talenten heeft.” Bousema ziet veel lichtpunten, zoals de toename van vrouwelijke actuarissen op hoge posities of het succes van nieuwe consultantskantoren als Triple A en Focus Orange. “Die zijn enorm innovatief. Ze kijken veel breder dan de traditionele actuaris. Ze hanteren nieuwe technieken, hebben een integrale benadering, voelen de kansen in de markt goed aan. Voor mij het teken dat actuarissen iets bijzonders te bieden hebben, nog steeds. Er blijft behoefte aan actuarieel professionals die goed kunnen rekenen aan risico’s. Daar is de opleiding tot actuaris een prachtige opstap voor.” markttrends. Om concurrerend, inventief en financieel gezond te opereren, zullen verzekeraars hier hun organisatie op moeten inrichten. De actuaris als risicomanager staat centraal. De vraag naar traditionele actuarissen neemt duidelijk af bij de verzekeraars. Organisaties zien het belang in van de multifunctionele adviesvaardige risicomanager, de commerciële pricing actuaris en de sturende reserving actuaris. Er wordt verwacht dat actuarissen actief meedenken en adviseren op de commerciële sturing- en risicostrategie van de verzekeraar. In Nederland zien we verder een sterke toename in de vraag naar schadespecialisten. Het is een interessant gegeven dat zo’n 15% van de actuariele medewerkers in Nederland is opgeleid in het schadebedrijf, een relatief klein aantal ten opzichte van leven- en pensioenactuarissen. Wij verwachten dat het aantal schadeactuarissen in de komende jaren toeneemt. Buiten de actuaris met de AG-titel werven wij tevens specialisten met een econometrische, natuurkundige of wiskundige achtergrond, aangevuld met opleidingen als GARM, FRM en CFA. Deze opleidingen sluiten goed aan bij riskmanagementposities gericht op Solvency II en bijvoorbeeld commerciële posities voor Corporate Clientteams bij de grotere verzekeraars. Professionals met een dergelijke achtergrond zijn ook zeer interessant voor consultancy-organisaties, pensioenuitvoerders en asset managers. In Nederland is het beroep van actuaris volgens Elsevier al 4 jaar lang het beste. Ook in het Verenigd Koninkrijk is het uitgeroepen tot de beste carrièrekeuze. Verder zien wij dat er meer carrièremogelijkheden zijn voor jonge actuarissen. Zo zien we dat actuarissen bij investment banks, property traders en asset managers aan de slag kunnen gaan in functies meer gericht op de assetzijde en minder op liability risk. Hieruit blijkt een verbreding van het actuarieel vakgebied.” de actuaris januari 2014 11
© Copyright 2024 ExpyDoc