Nadere uitleg n.a.v. consultatie 702N

Inleiding
Op 18 november is de consultatie van Transparant over de controle afgesloten. Er zijn
ongeveer 30 reacties op het document ontvangen, daarnaast is er een rondetafel gehouden en is er de nodige discussie op Accountant.nl gevoerd.
In de projectgroep, in de vergadering van de Subcommissie Assurance en vervolgens in
het Adviescollege Beroepsreglementering en het bestuur zijn de reacties op het document Transparant over de controle besproken en is op grond daarvan een aantal aanpassingen gemaakt in de ontwerp Standaard 702N en in het voorbeeld van de controleverklaring.
Het bestuur heeft op 9 december de standaard vastgesteld als onderdeel van de NV
COS 2015. De aangepaste Standaarden 200 – 720 hiervan zijn nu voorgelegd aan de
Minister van Financiën voor goedkeuring. Daarna zal de NV COS gepubliceerd worden
in de Staatscourant.
In dit document wordt ingegaan op een aantal belangrijke punten die naar aanleiding
van de consultatie aan de orde zijn geweest.
Belangrijkste punten:
Tijdelijke standaard
Standaard 702N is ontwikkeld om de uitgebreidere controleverklaring bij oob’s al
voor de jaarrekeningen 2014 in te voeren in Nederland. Daarmee loopt Nederland voorop in de wereld. Standaard 702N zal in 2015 vervangen worden door
de nieuwe en aangepaste standaarden zoals vastgesteld door de IAASB met relevante Nederlandse aanpassingen.
De NBA zal dit ook aangrijpen om de implementatie te evalueren en waar nodig
aanpassingen aan te brengen. Bij een aantal van de onderstaand beschreven
punten wordt reeds naar deze voorgenomen evaluatie verwezen.
-
Volgorde onderwerpen in de verklaring:
In de geconsulteerde standaard was de volgorde van de onderwerpen in de verklaring voorgeschreven. Naar aanleiding van de commentaren in de consultatie
is besloten dat dit niet nodig is. In de vastgestelde standaard wordt daarom alleen voorgeschreven dat de verklaring moet beginnen met de ‘oordeelsparagraaf’(1) en vervolgens met de paragraaf waarin de ‘basis voor het oordeel’ (2)
wordt beschreven. Daarnaast moet een eventuele paragraaf ‘ter benadrukking
van een materiële onzekerheid omtrent de continuïteit’ direct na het oordeel geplaats worden. De rest wordt overgelaten aan de accountant in overeenstemming met de voorstellen van de IAASB. Dit is aangepast in Standaard 702N.
Materialiteit en reikwijdte krijgen in dit kader een eigen ‘kopje’ in de verklaring.
-
Geen kernpunten bij oordeelonthouding:
In de consultatie is door een aantal respondenten gesteld dat ook bij een oordeelonthouding kernpunten gepubliceerd zouden moeten worden. In de standaard is echter vastgehouden aan de voorstellen van de IAASB. Bij een oordeelonthouding doet de accountant geen uitspraak over de jaarrekening als geheel. Op grond van standaard 705 wordt ook de tekst over de verantwoordelijkheden van de accountant aangepast. Het is dan niet logisch om wel kernpunten
te communiceren.
Wel zal volgend jaar een fundamentele discussie worden gevoerd over de tekst
van de verklaring bij een oordeelonthouding inclusief het al dan niet opnemen
van kernpunten.
-
Op website / in bijlage op te nemen standaardteksten:
Een aantal respondenten heeft voorgesteld om het mogelijk te maken dat nog
meer onderdelen van de teksten naar de website of een bijlage worden verplaatst.
In de definitieve standaard wordt vastgehouden aan de voorstellen van de
IAASB. Wel zal dit komend jaar op basis van de ervaringen met de verklaringen
over 2014 worden geëvalueerd.
Fraude: Op grond van de geconsulteerde voorstellen is door een aantal respondenten verwoord dat de NBA fraude onvoldoende serieus neemt door het niet
verplicht in de verklaring op te nemen. Om de volgende redenen zijn wij van
mening dat voldoende geduid is wat de verantwoordelijkheid en werkzaamheden
terzake van (mogelijke) fraude zijn:
1 in de verklaring is via het oordeel tot uitdrukking gebracht dat er met een redelijke mate van zekerheid geen materiële afwijkingen t.g.v. fouten of fraude
zijn;
2 fraude is waar relevant een kernpunt en moet dan uiteraard worden vermeld.
Wel is een tekstuele aanpassing in Standaard 702N paragraaf 20a opgenomen om te verduidelijken dat fraude een kernpunt kan zijn;
3 de verplichtingen van de accountant zijn uitgebreid toegelicht in de verantwoordelijkheden paragraaf.
-
Continuïteit geen standaardtekst: Eveneens is een discussie ontstaan waarom de NBA niet een verplichte paragraaf inzake continuïteit opneemt in de controleverklaring. In overeenstemming met de EU, IAASB en FRC is er voor gekozen om alleen uitzonderingsrapportage bij materiële onzekerheid omtrent de
continuïteit op te nemen. Daarnaast kan uit de kernpunten blijken dat er mogelijk
significante risico’s bestaan rondom continuïteit.
-
Materialiteit: In het consultatiedocument is het vermelden van de materialiteit
opgenomen als een verplicht onderwerp. Over het algemeen kunnen de respondenten zich hier in vinden met uitzondering van één groep van externe belanghebbenden, de verstrekkers. VNO / NCW maar ook het Verbond van Verzek eraars verzetten zich tegen het vermelden van de materialiteit.
Er is nagedacht over een alternatief waarbij vermelding verplicht was tenzij het
op andere wijze was toegelicht in de jaarstukken door het bestuur of de RVC /
audit committee. Besloten is echter om, gegeven het belang dat door de meeste
respondenten aan het vermelden van de materialiteit wordt gehecht, toch verplicht te stellen.
2
-
Verwijzing naar Titel 9 BW2 bij IFRS-jaarrekening: Hierover is onlangs een
artikel verschenen in Accountancynieuws en hierop is ook gereageerd in de
consultatie. Dit betreft een eerder gevoerde discussie. Bij de invoering van de
huidige verklaring is een juridische opinie verkregen waaruit bleek dat de verklaring goed is.
-
Kernpunten: De EU geeft in haar regelgeving aan dat ‘Waar relevant, belangrijke opmerkingen m.b.t. de kernpunten’ moeten worden opgenomen. Dit leidt tot
vragen, maar de EU heeft geen nadere toelichting op deze vereiste gegeven. De
NBA kan hier in dit stadium ook geen nadere guidance over geven.
-
Uitzondering vermelding kernpunten in buitengewoon zeldzame omsta ndigheden: Een aantal respondenten heeft commentaar geleverd op deze optie.
Naar aanleiding hiervan is de formulering aangepast van tekst over buitengewoon zeldzame omstandigheden waarin een kernpunt niet hoeft te worden gecommuniceerd Deze optie is de uitkomst van uitgebreide discussies in de
IAASB waarbij ook de nodige afstemming met de Consultative Advisory Group
(CAG) heeft plaatsgevonden. In de CAG zijn belangrijke stakeholders waaronder internationale vertegenwoordigers van investeerders opgenomen.
-
Meer aandacht voor entiteit-specifieke invulling: In de consultatie is opgemerkt dat de voorbeeldverklaring tot boiler plate verklaringen kan gaan leiden.
Om dit te voorkomen is in de standaard een doelstelling opgenomen die aandacht vraagt voor het specifiek maken van de verklaring.
Daarnaast is in het voorbeeld van de verklaring met kleuren aangegeven wat
standaard tekst is, wat teksten zijn die door de accountant zelf geredigeerd kunnen worden gegeven de omstandigheden bij de gecontroleerde en wat teksten
zijn waarvoor verwezen kan worden naar de website van de NBA.
-
Geen verplichtingen accountant voor AO/IB: In de consultatie is voorgesteld
om bij de verantwoordelijkheden van het bestuur op te nemen dat het bestuur
moet zorgen voor een toereikende AO/IB die zij en de accountant noodzakelijk
achten om tot een goede jaarrekening te komen. Dit voorstel is niet overgenomen. Daarvoor gelden onder andere de volgende redenen:
 Deze verplichting zou ook vragen om een aanpassing van de andere
standaarden. Het kan niet zo zijn dat de verklaring extra verplichtingen
voor werkzaamheden oplegt die niet voortkomen uit de standaarden.
 Het is de vraag of dit in overeenstemming is met het verbod op het geven van advies bij oob’s. Als de accountant voor het accepteren van de
opdracht een uitspraak moet doen over de AO/IB dan lijkt dit een adviesopdracht.
-
Verklaring verplicht voor alle oob’s: Onder andere in de rondetafelsessie is
gevraagd of deze verklaring verplicht zou moeten zijn voor alle oob’s of dat bepaalde spv’s uitgezonderd kunnen worden. In overeenstemming met eerdere
besluitvorming hierover is gekozen voor verplichtstelling voor alle oob’s. De wetgever heeft bepaald wat oob’s zijn. Dat zijn vooralsnog banken, verzekeraars en
entiteiten met beursgenoteerde effecten. Bij dit besluit is ook nadrukkelijk meegewogen dat een eventuele inperking slechts zou gelden tot 2016 in verband
met Europese wetgeving.
3