© laureaat_lauréat catégorie E Nieuwegein, Utrecht (NL) Plaats_Localisation Projectbureau Leidsche Rijn, Gemeente Utrecht (NL) Bouwheer_Maître d’Ouvrage UN Studio, Van Berkel & Bos, Amsterdam (NL) Architect_Architecte Holland Rail Consult, Utrecht (NL) Studiebureau_Bureau d’études Victor Buyck Steel Construction, Eeklo Staalbouwer_Constructeur métallique Combinatie Papendorpsebrug (CFE, Dordrecht (NL)Victor Buyck Steel Construction, Eeklo) Algemene aannemer_Entrepreneur général D.H.V., Amersfoort (NL) Controlebureau_Bureau de contrôle Mike Proost, Victor Buyck Steel Construction Fotograaf_Photographe jurymotivatie_commentaire du jury “Het type van de tuibrug is afgestemd op de aard van de omgeving en het programma. De enkele pijler houdt het landschap vrij, scheidt de rijbanen en geeft uiting aan de nieuwe ontwikkeling van de voorstad.” “La typologie du pont à haubans répond aux particularités du site et du programme. Son simple pylône dégage le paysage, divise les voies de circulations et signale le développement de la nouvelle banlieue.” E CATEGORIE 220 Prins Clausbrug Utrecht (NL) Prins Clausbrug Utrecht (NL) De Prins Clausbrug vormt een belangrijk onderdeel van het ‘Hoogwaardig Openbaar Vervoer netwerk’ tussen de oude stad Utrecht en de nieuwe wijk Leidsche Rijn. De centrale overspanning van de constructie bedraagt 130 m. De brug is in totaal 350 m lang, 37 m breed en is 4.000 ton zwaar. De pyloon is met zijn 93 m hoogte en zijn speciale architecturale vorm dé blikvanger van de brug. Het is een zelfstandig onderdeel dat zich vrij beweegt doorheen de centrale spleet in het dek en splitst in een beugel waarop het dek rust. Door de uitzonderlijke silhouet, bestaande uit een samenspel van gebogen platen met zowel vloeiende als scherpe overgangen, was de keuze evident om dit fundamentele onderdeel van de brug in staal te maken. Voor de staalkwaliteit werd geopteerd voor S460 ML, gezien de aanzienlijke Le Prins Clausbrug est un maillon important de la revalorisation du réseau des transports publics entre la vieille ville d’Utrecht et le nouveau quartier de Leidsche Rijn. Il a une portée centrale de 130 m, pour une longueur totale de 350 m, une largeur de 37 m et un poids de 4.000 tonnes. Le pylône, avec ses 93 m d’altitude et sa ligne si particulière, attire tous les regards. Il s’agit d’un élément indépendant capable de se déplacer librement dans la fente centrale du tablier, à l’intérieur de l’armature sur laquelle celui-ci repose. Sa silhouette exceptionnelle, qui marie des tôles courbes le long de transitions à la fois fluides et abruptes, imposait d’évidence l’utilisation de l’acier. La qualité retenue est le type S460 ML, en raison des contraintes innombrables que concentre © spanningsconcentraties in dit wezenlijke onderdeel in de stabiliteit van het geheel. Aan de pyloon zijn 38 tuien verankerd, waaraan de brug wordt opgehangen. Sommige tuien bestaan uit 127 stalen voorspanstrengen, een zelden in de wereld vertoond gegeven. De pyloon werd opgebouwd uit zes elementen, sommige tot bijna 300 ton zwaar, die met behulp van een 800 ton kraan ter plaatse werden gemonteerd. Om de slankheid van het brugdek te kunnen verwezenlijken werd opnieuw voor staal gekozen, ditmaal S355. Het brugdek bestaat uit vier samengelaste hoofdliggers met dwarsdragers om de 4 m. Voor de dekplaat werd gekozen voor een gemengde oplossing, waarbij een stalen plaat wordt vervolledigd door een betonnen dek, verankerd door middel van stalen deuvels. Een klassieker die beton en staal verenigt en nog steeds de meest efficiënte en economische oplossing is voor een dergelijk concept. De brug is niet alleen een blikvanger voor de stad maar verwacht wordt dat de nieuwe brug een positieve impuls zal geven aan de verdere stedenbouwkundige en economische ontwikkelingen van het Kanaleneiland. ce pylône appelé à assurer la stabilité de l’ouvrage. Parmis les 38 haubans qui y sont ancrés, certains éléments sont constitués de 127 torons de prétension, solution unique pour ce type d’ouvrages. Le pylône est formé de six éléments, dont certains pèsent près de 300 tonnes. Leur mise en place a nécessité l’utilisation d’une grue de 800 tonnes. L’acier en qualité S355 a permis d’obtenir un tablier élancé. Il se compose de quatre poutres maîtresses soudées entre elles, avec des traverses tous les 4 m. La plaque de couverture est faite d’une solution mixte acier-béton et est arrimée à l’aide de goujons en acier. Ce système classique reste la solution la plus efficace et la plus économique dans ce genre d’ouvrages. Le Prins Clausbrug ne devrait pas avoir un rôle exclusivement esthétique. Il devrait également donner une impulsion positive à la poursuite du développement économique et architectural du quartier de Kanaleneiland. 221