Verslag van de vergadering van het bestuur van 17 september 2014 Aanwezig zijn de heren/dames: A.W. Bierens R.P. Andes mr. M.J. Roos E. Fischer Th. Jansen O.M.A.F.G. Kerstens C. Konings A.L. Moerman W.H. Segboer A.A.M. Steijaert ) ) ) ) ) ) ) ) ) voorzitter mw. A. van der Velden - vertegenwoordiger van de SER mr. J.N. Burghoorn drs. J. Wielemaker mr. E.R. Kleijwegt mw. F. Wallace - secretaris senior beleidsmedewerker (PA/PDV/HPA) secretariaat HPA/JBA (verslag) secretariaat PW (verslag) leden Afwezig zijn de heren, dame: H.H. van der Geest P.F.L. van Houtert M.F.H. Donders mw. ir. H.M. Brugging 1. ) ) ) - leden ministerieel vertegenwoordigster Opening De voorzitter opent de vergadering om 11.30 uur. Conform de Code Goed Bestuur verifieert de voorzitter of er sprake is van belangenverstrengeling ten aanzien van de onderwerpen op de agenda. Dit is niet het geval. De heer Wielemaker van het Productschap Akkerbouw is te gast bij de vergadering en zal een toelichting geven op agendapunt 7, financiële aangelegenheden. 2. Vaststelling van de agenda De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 3. Verslag van de vergadering van het bestuur van 4 juni 2014 Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 1 4. Ingekomen / uitgegane stukken en mededelingen De heer Burghoorn meldt dat mevrouw Brugging en de heren Van Houtert en Donders zich hebben afgemeld voor de vergadering. - Instemmingsbesluit van de SER Besluit rekening van baten en lasten 2013 van het Productschap Wijn, d.d. 4 juli 2014 Rapportage van de Auditcommissie inzake de naleving Code Goed Bestuur 2014, d.d. 16 juli 2014 De rekening van baten en lasten 2013 is goedgekeurd door de SER en daarmee is het jaar 2013 afgesloten. De rapportage van de Auditcommissie beoordeelt de naleving van de Code Goed Bestuur. De Auditcommissie geeft een positieve beoordeling. 5. Voortgang afbouw en overdracht werkzaamheden a. Voortgangsrapportage afbouw PBO De heer Burghoorn geeft een toelichting. De intrekkingswet is aan de orde geweest bij het plenaire Kamerdebat op 3 september jl. De opheffing zal op 31 december a.s. worden geformaliseerd. Tijdens het debat zijn een aantal moties ingediend. Een ervan betreft de vraag wat er gebeurt met de gelden die overblijven na vereffening. De heer Burghoorn meldt dat het belangrijk is om de herziene begroting 2014 zo nauwkeurig mogelijk en zo bijgewerkt mogelijk in te dienen. Wat na vereffening overblijft moet toekomen aan degene die de heffing hebben opgebracht. Hier is echter nog geen uitsluitsel over van de minister. De ingediende motie hierover is aangehouden. De heer Jansen vraagt hoeveel kans de eerder genoemde motie maakt. De heer Burghoorn meldt dat het gaat om het geld dat overblijft na vereffening. De voorzitter licht toe dat hierover nog steeds discussie wordt gevoerd met de heer Hoogeveen van het Ministerie van EZ. Er wordt naar gestreefd om het geld dat overblijft in de sector te besteden aan bijvoorbeeld onderzoek en innovatie. Geprobeerd wordt om zo scherp mogelijk te begroten, maar met name in de personele sfeer kunnen er meevallers zijn als mensen snel weer aan het werk komen. Mevrouw Van der Velden benadrukt nogmaals dat het gaat om het geld dat na de vereffening overblijft als is voldaan aan alle verplichtingen. Ten aanzien van de personele aangelegenheden meldt de heer Burghoorn dat het personeel dat medebewindstaken uitvoerde is overgaan naar de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl). De kosten voor het Sociaal Plan zijn al in 2013 genomen. In de herziene begroting worden deze kosten bijgesteld in nauw contact met het Ministerie van EZ en de SER. De voorzitter meldt dat eind september de eerste negen maanden worden afgesloten en de komende drie maanden zo strak mogelijk worden begroot. Het geld dat dan overblijft zal naar de opgerichte stichtingen gaan. Er wordt gesproken over de decharge van het bestuur. Hier is wat verwarring over door de tekst die in de opheffingswet is gebruikt. 2 Decharge wordt in de regel verleend naar aanleiding van de accountantsverklaring over het laatste boekjaar en goedkeuring van de algemene vergadering. Dit is in het geval van het productschap niet mogelijk omdat er per 1 januari 2015 geen bestuur meer is benoemd. De heer Kleijwegt vult aan dat in de opheffingswet de letterlijke tekst is gebruikt uit de Wet op de bedrijfsorganisatie. De voorzitter meldt dat het een punt van aandacht is en goed in de gaten zal worden gehouden. b. Overdacht werkzaamheden aan St. Wijnfonds en St. Wijnonderwijs Nederland De heer Burghoorn geeft een toelichting. Bepaalde werkzaamheden zullen worden gecontinueerd in de stichtingen. Een overzicht van deze werkzaamheden is opgenomen in agendapunt 5b. Alvorens tot de overeenkomst van overdracht te komen, zijn officiële bestuursbesluiten nodig. Voor de overdracht van financiële en overige middelen zal een accountantsverklaring moeten komen. Het bestuur moet een formeel besluit nemen over de continuering van de werkzaamheden en over de overdracht van de financiële en overige middelen van het Productschap Wijn aan de stichtingen. Daarnaast moet het bestuur besluiten of de Wet overgang van onderneming van toepassing is. Na uitgebreid overleg met deskundigen is het productschap, in overleg met de SER, tot de conclusie gekomen dat de Wet overgang van onderneming niet van toepassing is. Dit moet wel formeel bevestigd worden door het bestuur. Mevrouw Van der Velden meldt dat de tekst van agendapunt 5b een goed overzicht geeft van wat van het schap verwacht wordt. Wat betreft de waardebepaling van de zaken die worden overgedragen, kan het bestuur besluiten om de eigendommen om niet over te dragen, de waarde moet echter wel worden vastgesteld. Hier komt een accountant aan de pas. Daarnaast is het doel en de doelgroep belangrijk bij het overdragen van de middelen. De heer Kerstens meldt dat de bijlage bij agendapunt 5b ontbreekt. De bijlage betrof een overzicht van de websites. De heer Moerman vraagt naar de inboedel. De heer Burghoorn meldt dat alles wat bruikbaar is, wordt meegenomen. 6. Afwikkeling gerechtelijke procedure tegen de fonds- en financieringsheffing van het Productschap Wijn De heer Kleijwegt geeft een toelichting. De laatste uitspraak van het college betreft de uitspraak van 17 juni jl. Deze uitspraak heeft geleid tot het terugbetalen van de aanvullende financieringsheffing over 2008 en eerste helft 2009. De heren Van Malkenhorst hebben vanaf 2008 proforma bezwaren ingediend. Als productschap werd gedacht dat de bezwaren zonder voorwerp waren geraakt aangezien het college overal op heeft besloten. Nu heeft de heer Van Malkenhorst echter gevraagd om de uitspraak met betrekking tot de periodieke bezwaarschriften in te trekken. Op advies van de landsadvocaat wordt maandag 22 september a.s. een hoorzitting georganiseerd. Het is nog niet duidelijk met welke beroepsgronden zij zullen komen. Dit kan er toe leiden dat het productschap een hernieuwde beslissing op bezwaar neemt. 3 De heer Roos vraagt om welke heffing het nu zal gaan, aangezien de aanvullende financieringsheffing niet meer bestaat. De heer Kleijwegt antwoordt dat het om de algemene heffing moet gaan. De heer Burghoorn meldt dat het zou gaan om de bezwaarschriften vanaf 2012 t/m heden. Dit komt neer op een bedrag van ongeveer € 350.000,-. 7. Financiële aangelegenheden a. Rekening en verantwoording 2014 en de brief van het Ministerie van EZ van 21 juli 2014 De heer Wielemaker geeft een toelichting op de financiële verantwoording 2014. In de brief van het Ministerie van Economische Zaken van 21 juli 2014 wordt toegelicht hoe de financiële verantwoording voor 2014 er uit moet zien. Het productschap wordt gevraagd een deelafsluiting te maken over de periode 1 januari t/m 30 september 2014. Dit komt neer op een extra kolom in de herziene begroting van feitelijk geboekte baten en lasten tot 30 september. Het exploitatiesaldo zal dan min of meer willekeurig zijn aangezien de opgaven over het derde kwartaal dan nog niet volledig ontvangen en/of geboekt zullen zijn. Daarnaast zal een prognose worden opgenomen voor het vierde kwartaal met een risico-inschatting. Samen vormt dit de herziene begroting voor 2014. Deze wordt aan de SER voorgelegd voor instemming. De deelafsluiting en de prognose voor het vierde kwartaal dienen voor 15 november a.s. aangeboden te worden aan de SER met een accountantsbeoordeling. Naar aanleiding van de herziene begroting zal de SER de minister adviseren over de deelrapportering met het oog op de later vast te stellen jaarrekening 2014. In het laatste kwartaal 2014 zal de jaarrekening 2014 zo veel mogelijk worden voorbereid. Na 1 januari 2015 zal de jaarrekening worden afgrond door het Ministerie van EZ. Tenslotte zal op 30 juni 2015 de jaarrekening over 2014 worden vastgesteld door de minister. Dit zal het dagelijks bestuur dechargeren. De heer Moerman vraagt hoe het gaat met de betalingen die nog gedaan moeten worden na 31 december 2014. De heer Wielemaker geeft aan dat volgens het wetsvoorstel de minister van Economische Zaken de vereffenaar is. Na 1 januari 2015 is deze voor alle handelingen verantwoordelijk. Er wordt een vereffeningsorganisatie gevormd bij het Ministerie van EZ waarin ook medewerkers van de schappen zullen plaatsnemen. Vanuit het HPA zullen mensen van financiële zaken plaatsnemen in de vereffeningsorganisatie. 8. Actuele onderwerpen a. Alcohol & Maatschappij De heer Burghoorn geeft een toelichting op de rapportage van het zwangerschapspictogram. Afgesproken is dat 70% van de flessen in 2016 voorzien zal zijn van het pictogram. Inmiddels zijn in 2014 al 67% van de flessen voorzien van het zwangerschapspictogram. Het Ministerie van VWS heeft gevraagd of het percentage verhoogd kan worden. Hier is nu nee tegen gezegd, het streefcijfer blijft 70% voor 2016. Voor bier geldt een percentage van 90% en voor gedistilleerd 60%. De heer Burghoorn meldt dat uit recentelijk gepubliceerde cijfers van het Tribos instituut blijkt dat met name onder de 16 jaar steeds minder en minder vaak alcoholhoudende drank wordt gedronken. Dit is een zeer goede ontwikkeling. De trend is gunstig. 4 De heer Moerman vraagt de heer Roos naar aanleiding van een uitzending van het programma Radar van VPRO hoe het zit met de naleving van de leeftijdsgrenzen in de supermarkten. De heer Roos antwoordt dat de supermarkten en andere verkoopkanalen er hard aan werken om de naleving van de leeftijdsgrenzen te vervolmaken. Twee jaar geleden slaagden 2 op de 3 pogingen om alcohol te kopen, vandaag de dag is dat 1 op de 2 pogingen. Het nalevingspercentage zit nu op 55%. Het aantal pogingen om alcohol te kopen van jongeren daalt ook sterk. Het CBL is doende om de handhaving te verbeteren. Het bedrijf AgeView zou graag willen dat dit systeem verplicht wordt opgelegd aan alle verkoopkanalen. Het CBL heeft hier geen rol in. De animo voor het systeem is niet groot omdat men huiverig is om camera’s in de winkels te hangen waarmee klanten worden gefilmd. Er ligt een initiatief wetsvoorstel waarin wordt geregeld dat verkoopkanalen verplicht worden gesteld om een door de overheid gecertificeerd beveiligingssysteem in te voeren. De voorzitter concludeert dat er veel aandacht wordt besteed aan de handhaving van de leeftijdsgrenzen. 9. Verordeningen a. Intrekkingsverordening HPA wijn 2009 Het bestuur geeft een positief advies aan het bestuur van het HPA met betrekking tot de intrekkingsverordening. 10. Rondvraag De voorzitter meldt dat de datum voor de volgende vergadering (22 oktober 2014) niet haalbaar is gezien de financiële rapportages die opgesteld moeten worden en stelt voor om deze te verschuiven naar woensdag 5 november 2014, aanvang 14.00 uur. Voldoende bestuursleden kunnen aanwezig zijn op 5 november a.s. en het bestuur gaat akkoord met de datumwijziging. De heer Kerstens meldt dat op radio 1 een interview werd aangekondigd voor donderdag 18 september 2014 over de productschappen en de opvolgende organisaties. Dit ging met name over de tuinbouwsector. 11. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 12.30 uur. 5
© Copyright 2024 ExpyDoc