2013 - Thoon

Kwaliteitsjaarverslag
TACO
THOON Astma COPD Organisatie
Zorggegevens 2013
INHOUDSOPGAVE
Inhoud
INHOUDSOPGAVE................................................................................................................ 2
1
INLEIDING ................................................................................................................... 3
2
DOELSTELLING JAARMETING .......................................................................................... 3
3
RESULTATEN 2013 ........................................................................................................ 4
4
MEETMETHODEN EN INDICATOREN ................................................................................. 6
5
UITKOMSTEN ................................................................................................................ 6
6
INTERPRETATIE ............................................................................................................ 6
7
CONCLUSIES ................................................................................................................ 7
8
PLANNEN VOOR 2014 .................................................................................................... 7
9
SAMENVATTING ............................................................................................................ 9
BIJLAGE 1
BENCHMARKGEGEVENS 2013 ........................................................................... 10
Pagina 2 van 10
1
INLEIDING
In dit rapport worden de zorgparameters van de COPD zorg gepresenteerd zoals deze
zijn verzameld over de periode van 01-01-2013 tot 01-01-2014.
Als gevolg van de invoering van de Diagnose Behandel Combinatie (DBC) COPD werd
door de Twentse Huisartsen Onderneming Oost Nederland (THOON) m.i.v. 1 april 2012
een eerstelijns DBC COPD gecontracteerd met Menzis, de leidende zorgverzekeraar in de
regio.
Onderdeel van deze overeenkomst is dat aan Menzis elk jaar gerapporteerd wordt over
de resultaten.
Er is een lijst van zorgindicatoren vastgesteld die door de zorgverzekeraar als
kwaliteitsindicatoren zullen worden gebruikt, maar die ook voor het interne
kwaliteitsbeleid van THOON van belang zijn.
Deze lijst komt overeen met de indicatoren van het Nederlands Huisartsen Genootschap
(NHG)/de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV).
De zorggroep THOON is gelegen in Oost Twente en betreft 178 huisartsen in de volgende
plaatsen: Boekelo, Borne, Delden, Denekamp, Diepenheim, Enschede, Glanerbrug, Goor,
Haaksbergen, Hengelo, Losser, De Lutte, Oldenzaal, Ootmarsum, Overdinkel, Weerselo,
Beerzerveld, De Krim, Gramsbergen, Lutten, Bergentheim, Kloosterhaar en Slagharen.
In deze regio is op dit moment 48% (n=87) van de huisartsen voor de ondersteuning
van de COPD zorg aangesloten bij THOON bv.
De DBC COPD is gestart op 1 april 2012. De onderhavige rapportage geldt als een
jaarmeting en is als zodanig een beschrijving van de stand van zaken die gebruikt kan
worden in vergelijking met de eerdere meting over 2012.
Door deze vergelijkingen en door vergelijking met andere zorggroepen kunnen trends en
verbeterpunten worden waargenomen.
De rapportage kan verder worden gebruikt ter bevordering van de kwaliteit van de COPD
zorg.
In dit verslag vindt u het proces van doelen stellen, meten, evalueren en nieuwe doelen
stellen op zorggroepniveau terug.
Het is goed om u te realiseren dat de kwaliteit van zorg naast de NHG indicatoren door
meer factoren wordt bepaald.
Het geheel van het functioneren van een praktijk in een sociale setting moet worden
bekeken om tot een genuanceerde benadering te komen.
Daarom hechten we ook veel belang aan de jaarlijkse visitatie die in alle
huisartspraktijken wordt uitgevoerd.
2
DOELSTELLING JAARMETING
Dit rapport van de jaarmeting dient als verantwoording, reflectie en kwaliteitsverbetering.
Allereerst is het een verantwoording aan de opdrachtgever, de zorgverzekeraar, zoals in
de overeenkomst is vastgesteld. Hiermee kan transparant de discussie worden
aangegaan over de kwaliteit van de geleverde zorg.
Ten tweede wordt deze jaarmeting gebruikt voor reflectie op praktijk- en zorggroepniveau.
Op grond van benchmarking kan een vergelijking plaatsvinden met vergelijkbare
zorgverleners en met het eigen handelen in het verleden.
Ten derde is het ultieme doel van deze meting een bevordering van de kwaliteit van
COPD zorg. De meting wordt gebruikt om via de ‘kwaliteitscirkel van Deming’ de eigen
doelstellingen te toetsen en na evaluatie weer te komen tot nieuwe doelstellingen voor
het volgend jaar. De jaarlijkse visitatie wordt gebruikt ter ondersteuning van persoonlijke
plannen naar aanleiding van de uitslagen van de jaarmeting.
Pagina 3 van 10
3
RESULTATEN 2013
Scholing
In 2013 zijn er geen eigen scholingen voor de POH betreffende het stoppen met roken
georganiseerd. Dit is deels te verklaren door wisselend beleid van de overheid en deels
door niet duidelijk te krijgen welke cursus wij wilden aanbieden in 2013.
Wel is de cursus ‘uw problemen gaan in rook op’ van Pfizer in Twente gehouden.
Voor de POH en de apothekersassistenten is het onderwerp inhalatie-instructie (IMIS)
aan de orde gekomen in een plenaire sessie verzorgd door Paul Hagendoorn. Op een
avond werden de nieuwtjes wat betreft inhalatie-instructie en -middelen uitgelegd.
Behalve deze avond zijn er twee IMIS-scholingen georganiseerd: één voor beginners en
één voor gevorderden.
Er zijn vele Caspir avonden georganiseerd in Hengelo: drie nieuwe cycli met vier keer
een herhalingsavond module 6.
Om de diagnostiek te verbeteren zijn in navolging van SPOED (Spirometrie Optimalisatie
Eerstelijns Diagnose) alle diagnostische spiro’s van de COPD patiënten nagelopen bij alle
beginnende praktijken die zelf spirometrie doen.
Er zijn twee avonden gehouden over osteoporose bij COPD en comorbiditeit.
Naar aanleiding van de nieuwe zorgstandaard zijn er twee avonden georganiseerd.
Zowel in Hengelo als in Enschede heeft er één casuïstiekavond met een lokale longarts
plaatsgevonden. Het doel van deze bijeenkomsten is lastige casuïstiek te bespreken en
de interactie tussen eerste en tweede lijn te verbeteren.
Visitatie
Naar aanleiding van de rapportage zijn in 2013 38 praktijken bezocht. Hun resultaten zijn
besproken door kwaliteitsmedewerker COPD Samara Westerhof. Mede hierdoor zijn de
resultaten van de indicatoren fors omhoog gegaan.
Samengevat: 38 praktijken hebben ter voorbereiding op het gesprek een vragenlijst
ontvangen. Tijdens het gesprek zijn deze vragenlijst en benchmarkgegevens, de
registratie-indicatoren en weergave in verschillende dashboards besproken. De
verschillende dashboards geven inzicht in de registratie maar ook inzicht op
patiëntenniveau. Hierdoor zien praktijken meer het belang van registratie (men heeft
grip en inzicht gekregen op patiëntenniveau door registratie). Dit is terug te zien in de
resultaten van de indicatoren, alle hoofdindicatoren zijn 10% beter geregistreerd.
Overleg
In 2013 is de klankbordgroep COPD vier maal bij elkaar gekomen.
Het overleg van met longartsen (ZGT en MST) heeft eenmaal plaatsgevonden.
CIT
In 2013 hebben vier praktijken een CIT-traject doorlopen ter voorbereiding op de DBC.
IZP
In 2013 werd een generiek Individueel Zorgplan (IZP) ontwikkeld en ook gebruikt in pilot
praktijken. Binnen THOON bestaat een multidisciplinaire werkgroep die een eigen IZP
heeft ontwikkeld. Samen met Vilans is een implementatieplan gemaakt. Door middel van
scholing brengen we iedereen op de hoogte van de ontwikkelingen. Een pilot in
Pagina 4 van 10
gezondheidscentrum Veldpoort is afgerond en voor meerdere centra zijn er plannen
gemaakt voor volgend jaar.
De opgebouwde expertise gebruiken we zorggroepbreed. Vanaf 2013 krijgt iedere patiënt
een IZP aangeboden en de mate van gebruik en diepgang moet met begeleiding groeien.
Er is voor deze brede insteek gekozen omdat er nog geen evidence is voor welke groep
en op welke wijze het IZP moet worden ingezet. Volgens onze visie moet het niet vanuit
een bepaald ziektebeeld of een bepaalde hulpverlener worden ingezet maar vanuit de
patiënt. Daarbij moet het toepasbaar zijn bij elke patiënt en bij elke chronische ziekte.
Bij onze specifieke doelen hebben we ook bekeken welk percentage van de patiënten een
IZP heeft aangeboden gekregen.
Protocol COPD
Door Carolien Holtslag werd in samenwerking met Samara Westerhof en Jan Rauws het
protocol herschreven.
KOS
De communicatie tussen zorgverleners onderling krijgt dit jaar een grote impuls.
In 2013 zijn er diverse pilots geweest met een Keten Informatie Systeem van Vital
Health. Nu het systeem goed geïntegreerd operationeel in te zetten is, zijn de oude
bezwaren van veel extra registratietijd en kans op fouten vervallen. Binnen THOON wordt
dit systeem KOS genoemd: Keten Ondersteunend Systeem.
Nu de aanloopfouten er uit zijn, wordt 2014 gebruikt om dit KOS THOON-breed te
implementeren. Dit zal in de toekomst veel opleveren. Er is een snellere en betere
onderlinge communicatie tussen zorgverleners mogelijk. Het is ook veel eenvoudiger om
managementinformatie en benchmark gegevens te extraheren.
Het invoeren van dit KOS bij alle zorgstraten zal veel inspanning en tijd vragen van alle
medewerkers die het systeem moeten leren kennen, gegevens overzetten en er mee
moeten leren werken. De zorgverleners zullen hier ook uitgebreid in worden geschoold.
Dat maakt dat we ons overige nascholingsaanbod zullen moeten beperken om deze
veranderingen haalbaar te maken.
Het nieuwe KOS heeft wel gevolgen voor de uitspoelmogelijkheden voor 2014. In dit
overgangsjaar zal deels in het oude HIS en deels in het KOS worden geregistreerd. We
kunnen nog niet goed overzien wat dit voor gevolgen heeft voor de uitspoel van 2014.
Dit hebben we vooraf goed met onze preferente zorgverzekeraar Menzis besproken en
afgestemd.
Pagina 5 van 10
4
MEETMETHODEN EN INDICATOREN
De jaarmeting loopt officieel van 1 januari 2013 tot 1 januari 2014.
Alle patiënten van de praktijken die op 1 januari deelnamen aan de DBC COPD zijn
geïncludeerd in de jaarmeting.
Verzamelen zorgparameters
De methodiek die we gebruikt hebben voor het verzamelen van de zorgparameters is
identiek aan die van de eerdere metingen. Door middel van extractie worden via een
Eerste Lijns Server (ELS) alle benodigde gegevens uit het Huisartsen Informatie Systeem
(HIS) in de elektronische COPD Database overgezet.
We hebben ook dit jaar een tussenmeting in augustus 2013 gebruikt om de praktijken te
laten zien in hoeverre ze de doelstellingen, die THOON met Menzis heeft afgesproken,
gehaald hebben. Door concreet te benoemen waar welke data ontbreken, zijn weer veel
bugs en registratieproblemen verholpen.
Resultaat
Het overzicht hiervan op zorggroep- en praktijkniveau is in een individuele rapportage
aan de huisartsen verstrekt.
5
UITKOMSTEN
In bijlage 1 is een overzicht gegeven over de uitkomsten van de gehele zorggroep over
de jaarmeting.
Daarbij zijn deze indicatoren telkens afgezet tegen de uitkomst van eerdere metingen,
zodat de vergelijking eenvoudig te maken is.
6
INTERPRETATIE
In 2013 zijn 2.231 patiënten geïncludeerd in de DBC COPD.
Het percentage COPD patiënten dat in de eerste lijn wordt behandeld in verhouding met
de tweede lijn is 31% (was 38%). Dit komt niet overeen met de landelijke cijfers
hiervoor. Menzis noemt 21,6% van de behandelingen in de tweede lijn gangbaar. Het
percentage behandelingen in de tweede lijn blijft hoog ondanks het feit dat de tweede lijn
aangeeft gestart te zijn met het terugverwijzen van patiënten.
Patiënten die slechts één keer per jaar voor controle in de tweede lijn komen, kunnen
uitstekend behandeld worden in de eerste lijn.
Daarentegen is er een groep (19%) met matige c.q. ernstige ziektelast die voor nadere
diagnostiek verwezen moeten worden naar de tweede lijn.
We zullen hiervoor opnieuw aandacht vragen.
Pagina 6 van 10
Speciale indicatoren zijn:
BMI<21
Combinatie preparaat
MRC>2 of CCQ>2 of
RiQ mon 10>3
Pt<50jr
Matige of ernstige ZL
2014
6%
40%
12,5%
2013
6%
43%
13,5%
4,4%
19%
4,3%
27%
In kwalitatieve zin valt op dat nagenoeg alle parameters flink zijn verbeterd in
vergelijking met het vorige jaar.
Wat met name opvalt, is dat nu 69% tegen 55% een spirometrie geregistreerd heeft.
Bij 12% in 2014 tegen 19% van de patiënten in 2013 is geen enkele meetwaarde
ingevoerd.
7
CONCLUSIES
Allereerst kan worden gesteld dat de jaarmeting over de hele linie verbeterd is.
Alle cijfers in ogenschouw nemend, past de uitkomst goed bij een DBC in de gevorderde
fase. Hierbij moet de aantekening gemaakt worden, dat er ook nieuwe praktijken gestart
zijn.
Er is een duidelijke vooruitgang waarbij de kwaliteitsinstrumenten als benchmarking,
jaardoelen stellen, tussenmeting, onderwijs en visitatie zeker een rol hebben gespeeld.
Daarbij kan nog gemeld worden dat het afgelopen jaar 38 praktijken, van de 40
geïncludeerde praktijken per 1-1-2013, zijn gevisiteerd.
Het uiteindelijke werk moet echter in de praktijken zelf plaatsvinden en elke verbetering
staat of valt bij de motivatie en inzet van de POH en de huisarts.
Alle POH-ers en huisartsen van THOON moeten dus goed naar hun getallen en hun
dashboard kijken.
8
PLANNEN VOOR 2014
Hulpmaterialen
Protocol COPD THOON is op de website gezet in dezelfde lay out en indeling als het DM2
protocol.
Scholing
We gaan ‘Stop met roken’ training geven door middel van een aantal landelijke
scholingen in samenwerking met Pfizer. Dit thema staat immers centraal in de
begeleiding van COPD.
Uw problemen gaan in rook op met Trudy Tromp op 22 april.
Motiverende gespreksvoering en stoppen met roken (basis)
2 Stop! 1:1 begeleiding
Elke POH dient deze cursus te volgen, die wij als zorggroep ook faciliteren.
De al gestarte IMIS training gaat dit jaar door met een verdieping hiervan te weten:
‘Inhalatiemedicatie voor gevorderden’ (CAHAG cursus).
Met als hoofddoel allemaal hetzelfde vertellen aan de patiënt bij de instructie van de
inhalator en als subdoel de verbetering van de interactie tussen huisartspraktijk en
apotheek.
Pagina 7 van 10
Omdat we de praktijken (huisarts en POH) verplicht hebben de Caspir te volgen, gaan we
degene die de Caspir scholing nog niet gevolgd hebben, oproepen dit alsnog te doen.
Casuïstiek en module 6 training gaan ook dit jaar gewoon door. Als alternatief is er nu
ook een webbased programma Caspir online.
De exacerbatie management staat op de agenda voor 5 maart.
Visitatie
Met de cijfers van de benchmark in de hand gaan we met de praktijken in gesprek.
Afwijkende cijfers zullen aanleiding zijn om een vervolgtraject in te slaan met als doel
verbetering.
Ook de criteria van het COPD Implementatie Traject zullen besproken worden.
Naar aanleiding van verbeterpunten wordt een jaarplan gemaakt. Dit is noodzakelijk voor
behoud van het CIT certificaat.
Eventueel nog niet besproken SPOED registraties komen dan ook aan de orde.
Op 26 maart 2014 houden we een benchmarkavond samen met TED.
Willen we in de behandeling van COPD zorg vorderingen maken dan zullen we meer
moeten focussen op gedragsverandering bij patiënten. We zijn niet verantwoordelijk voor
het gedrag van patiënten maar wel voor een professionele benadering daarvan.
We proberen de diverse DBC’s van chronische ziekten beter op elkaar aan te laten sluiten
door overleg met andere kaderhuisartsen.
Ook willen we bij de visitatie en nascholing extra aandacht hebben voor de begeleiding
van stoppen met roken.
Veel van het kwaliteitsbeleid is niet in deze getallen gevat.
Menzis is reeds op de hoogte van onze zorgvisie en het kwaliteitsbeleid.
De essentie is wat ons betreft de kracht van goede geïntegreerde samenwerking met alle
zorgprofessionals in de COPD zorg.
Daarbij zijn in deze moderne tijd goede communicatie en heldere
samenwerkingsafspraken van meer belang dan het fysiek naast elkaar aanwezig zijn.
Ook het komend jaar gaan we met alle professionals COPD zorg in de regio in gesprek en
nodigen hen uit in de klankbordgroep om goede samenwerking te bevorderen.
In plaats van alle praktijken één voor één te bezoeken, denken we erover na dit in
groepsverband te gaan organiseren. We kijken dan niet alleen naar registratie, maar
meer naar de inhoud van het werk.
Overleg
Ook dit jaar gaan we door om draagvlak te zoeken voor onze ideeën via de
klankbordgroep COPD.
Ieder half jaar wordt er een overleg tussen longarts en huisartsen georganiseerd.
Pagina 8 van 10
9
SAMENVATTING
Evaluatie 2013
TACO, de COPD zorgstraat van THOON bv, is druk bezig geweest om de organisatie,
registratie en verantwoording goed op orde te krijgen.
Tegelijk met dit proces zijn er vele nieuwe praktijken via CIT gestart met de DBC.
In één jaar tijd zijn er ruim 500 patiënten bijgekomen.
Alle proces indicatoren zitten op een hoger niveau en er is een toenemende kennis en
expertise in de eerste lijn aanwezig. Het kwaliteitsbeleid, middels registratie, consultatie,
visitatie, nascholing, klankbordgroepen, communicatie en samenwerking met andere
professionals, is goed geborgd.
Dankzij de visitaties zijn de meeste procesindicatoren met ruim 10% gestegen.
De uitkomstindicatoren blijven hierbij achter.
Het aantal rokers en de BMI<21 dalen nog niet. Reden hiervoor kan zijn dat het lastig is
om gedrag te veranderen maar ook de nieuwe instroom van praktijken kan een reden
zijn.
Hoopvol is de daling van het percentage met matige en ernstige ziektelast en ook daling
van de kwaliteitslijsten (MRC en CCQ).
De visitatie is een algemeen goed gewaardeerde actie in de praktijken gebleken.
Hoe wij dat volgend jaar gaan doen, daarover zijn we nog volop in discussie.
Het maken van een Individueel Zorgplan heeft van oudsher al veel aandacht gehad bij
COPD. Door de introductie van het KOS zal dit een vlucht maken nu het een verplicht
veld is geworden.
We hebben alle organisatorische doelen van 2013 waar gemaakt en zullen nu
voornamelijk in moeten zetten op de aanpak van de leefstijlproblemen bij COPD, zoals
roken, ondergewicht en bewegen.
Conclusie
Nu de registratie duidelijk verbetert, zullen we meer moeten gaan focussen op de inhoud
van de zorg.
Dit is de reden dat exacerbatie management en begeleiden bij COPD samen met de stop
met roken onze aandacht krijgen bij de scholingen.
Pagina 9 van 10
BIJLAGE 1
BENCHMARKGEGEVENS 2013
Afspraken gemaakt op 1 januari 2013/meting
Aantal actieve COPD patiënten in zorggroep
Aantal ingelezen dossiers (van actieve patiënten)
NHG
1.2
Omschrijving
% patiënten bekend met COPD
1
(1ste en 2de lijn) in de praktijkpopulatie aan het
einde van de rapportage periode
die in de 1ste lijn worden behandeld (definitie:
huisarts is hoofdbehandelaar) in de
praktijkpopulatie aan het einde van de
rapportageperiode
die in de 1ste lijn worden behandeld (definitie:
huisarts is hoofdbehandelaar) én minimaal 12
maanden zijn ingeschreven in de praktijkpopulatie
aan het einde van de rapportageperiode
met hoofdbehandelaar huisarts
1.614
1.600
1.659
1.653
2.231
2.196
2011
in %
2012
in %
2013
in %
X
2,4
2,3
2,1
X
1,5
1,4
1,5
X
1,5
63
62
69
37
38
31
2010
in %
2014
doel
in %
2
met hoofdbehandelaar specialist
4
waarvan het rookgedrag bekend is
62
75
73
83
5
die roken in de groep patiënten waarvan het
rookgedrag bekend is
met een advies om te stoppen met roken in de
afgelopen 12 maanden in de groep patiënten die
roken
bij wie de BMI berekend is afgelopen 12 maanden
42
38
38
39
73
86
88
93
61
74
73
82
7
7
6
6
7
bij wie BMI<21, waarvan BMI berekend is
8
10
11
12
waarbij inhalatietechniek gecontroleerd is in de
afgelopen 12 maanden
waarbij de spirometrie gedaan is in de afgelopen
12 maanden
die vaccinatie tegen influenza hebben gehad de
voorgaande 12 maanden
waarbij het functioneren van de patiënt volgens
gestructureerde methode is vastgelegd de
afgelopen 12 maanden (volgens CCQ of RIOMON10 of MRC)
waarbij de mate van beweging is gecontroleerd in
de voorafgaande 12 maanden
alle meetwaarden ingevuld
minimaal één van de meetwaarden ingevuld
37
37
56
56
65
66
53
55
55
65
65
84
86
86
87
52
60
59
71
56
71
70
80
40
40
50
79
78
87
Pagina 10 van 10
80
90