Collegebesluit Onderwerp: Aanwijzing toezichthouders en aanwijzing personen gerechtigd om een verklaring onder eed of belofte af te nemen op grond van de wet Basisregistratie Personen (BRP) BBV nr: 2014/31950 1. Inleiding Op 6 januari 2014 is de wet Basisregistratie Personen (wet BRP) in werking getreden. Deze wet vervangt de wet Gemeentelijke Basisadministratie Persoonsgegevens (wet GBA). Omdat de wet GBA is komen te vervallen is ook de wettelijke grondslag van het besluit waarmee ambtenaren werden aangewezen om namens het college van burgemeester en wethouders een verklaring onder eed of belofte af te nemen vervallen. In de wet BRP is eenzelfde bepaling opgenomen in artikel 2.8, lid 2, sub e. Op grond van dit artikel moet de aanwijzing thans opnieuw geschieden. De wet BRP verplicht in artikel 4.2 het college van B&W om ambtenaren aan te wijzen die belast zijn met het toezicht op de naleving van de regels omtrent een correcte registratie in de basisregistratie. Dit heeft betrekking op het doen van aangifte van verblijf en adres, aangifte van adreswijziging, het kiezen van een briefadres als er geen woonadres is, het verschaffen van inlichtingen en overleggen van geschriften die noodzakelijk zijn voor het bijhouden in de basisregistratie. De aanwijzing als toezichthouder betekent dat de desbetreffende ambtenaren komen te beschikken over de bevoegdheden die in titel 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht zijn genoemd, zoals het vorderen van inlichtingen en inzage van een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht. 2. Besluitpunten college 1. Het college besluit de bevoegdheid om namens het college van burgemeester en wethouders een verklaring als bedoeld in artikel 2.8, lid 2, onder sub e, van de wet Basisregistratie Personen, toe te kennen aan de in de bijlage bij deze nota genoemde personen met ingang van 6 januari 2014. 2. Het college besluit de in bijlage bij deze nota genoemde personen aan te wijzen als ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van de verplichtingen van de burger ingevolge hoofdstuk 2, afdeling 1, paragraaf 5 van de wet Basisregistratie Personen. 3. Het besluit heeft geen financiële consequenties. 4. Het besluit wordt bekendgemaakt door middel van een zakelijke kennisgeving in de GVOP. Daarnaast wordt het integrale besluit plus bijbehorende stukken in papieren vorm ter inzage gelegd bij de balie van de Publiekshal in de Raakspoort. 3. Beoogd resultaat Burgers in de gelegenheid te stellen een verklaring onder eed of belofte af te laten leggen op het moment dat zij gegevens over hun burgerlijke staat niet met brondocumenten kunnen aantonen. Toezichthouders de mogelijk te bieden informatie te vorderen, zoals gesteld in titel 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht. Om die reden is gekozen om naast de eigen medewerkers van Dienstverlening ook drie medewerkers van de hoofdafdeling Veiligheid, Vergunningen & Handhaving op te nemen. Zij zijn degenen die fysiek voor de hoofdafdeling Dienstverlening aan de deur van de ingeschrevenen zullen verschijnen. 4. Argumenten Het voorstel is noodzakelijk om te voldoen aan de in de wet BRP opgenomen verplichtingen. Er zijn geen financiële gevolgen. Het afnemen van een verklaring onder eed of belofte is een activiteit die onder de wet GBA werd uitgevoerd en ook onder de wet BRP uitgevoerd moet worden. 5. Kanttekeningen Geen. 6. Uitvoering Het afnemen van de verklaring onder eed of belofte wordt op dezelfde wijze door dezelfde medewerkers uitgevoerd als onder de wet GBA het geval was. Het vorderen van informatie door de toezichthouders wordt in de procesbeschrijvingen opgenomen. 7. Bijlagen Lijst met aan te wijzen medewerkers. Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris 2014/31950 2 de burgemeester
© Copyright 2024 ExpyDoc