Cursusgids vervolgcursus1 bijenhouden georganiseerd door Bijenhouders vereniging Utrecht e.o. Henk Verver 2014 1 Soms wordt nog de verouderde term ‘gevorderden cursus’ voor deze cursus gebruikt 1 Inleiding De Bijenhouders Vereniging Utrecht (BVU) organiseert in 2015 een vervolgcursus voor praktiserende imkers met enige ervaring. De cursus leidt een gediplomeerde basiscursist op tot zelfstandig imker, dat wil zeggen een imker die zonder hulp van een mentor op een verantwoorde manier kan bijenhouden. Het aantal cursisten is maximaal 16 personen. Bij te weinig inschrijvingen wordt de cursus een jaar uitgesteld. Het minimum aantal inschrijvingen om de cursus door te laten gaan is 8. Organisatie De cursus wordt in Utrecht gegeven door Henk Verver, bijenteelt leraar B. Voor informatie en vragen over de inhoud van de cursus kunt u zich richten tot de docent ([email protected]). De theorie- en praktijklessen worden gegeven op de NMC locatie in de Vancouverdreef 69/70. De 10 theorie lessen op dinsdagavonden (aanvang 19:30) en de praktijklessen op zaterdagen. Het lesprogramma met een volledig overzicht van alle cursusdata en inhoud van de lessen staat in het overzicht onder ‘Cursusprogramma’ en ‘Data en tijden’. Bij de cursus wordt gebruik gemaakt van lesmateriaal dat door de docent wordt aangereikt. Het programma van deze vervolgcursus voldoet aan de door de NBV gestelde eisen. Wanneer deze cursus met goed resultaat is gevolgd ontvangt de cursist een NBV diploma. Aanmelding en betaling U dient zich tijdig aan te melden via de website van de NBV (http://www.bijenhouders.nl/cursussen/vervolgcursus/NQi8kK4J8S#info). Voor meer informatie kan ook contact worden opgenomen met de cursuscoördinator van de Bijenhoudersvereniging Utrecht Lisette van Ingen ([email protected]). Het lesgeld voor deze cursus (inclusief lesmateriaal) bedraagt € 200,00. Bij meer dan 10 deelnemers neemt het cursusgeld per extra deelnemer voor alle inschrijvers af met € 10,-. Bij 11 deelnemers betaalt ieder € 190,-, bij 12 deelnemers wordt dit € 180,- enzovoorts tot € 140,- bij 16 deelnemers. Doe dus niet alleen zelf mee, maar werf ook medecursisten uit uw omgeving en druk zo de kosten. U wordt verzocht het cursusgeld van € 200,- direct na inschrijving over te maken op rekening NL76 INGB 0002 3972 68 ten name van bijenhoudersvereniging Utrecht onder vermelding van “vervolgcursus 2015”2. Let op: uw inschrijving is pas definitief zodra de betaling van het inschrijfgeld is ontvangen. 2 Mocht de cursus wegens te weinig aanmeldingen door de Bijenhoudersvereniging Utrecht worden afgelast dan wordt het betaalde inschrijfgeld volledig gerestitueerd. Bij meer dan 10 deelnemers wordt het teveel betaalde bedrag rond de datum van de eerste les teruggeboekt. 2 Cursusprogramma De cursus legt het accent op praktijkgerichte theoretische kennis, waarbij zelfstudie en het uitvoeren van opdrachten een onderdeel zijn. Ook kent de cursus een substantieel praktijkgedeelte, waarin het bestudeerde aan de hand van praktische uitvoering zal worden ervaren. Opdrachten (theorie en praktijk) zullen aansluiten op de lesstof en worden individueel of in groepen uitgevoerd. Resultaten worden aan de gehele groep cursisten gepresenteerd en toegelicht. Voor de plenaire praktijklessen is er per twee cursisten één bijenvolk aanwezig in de lesstal aan de Vancouverdreef. Van de cursisten wordt verwacht dat zij in groepjes praktische opdrachten uitvoeren op een voor de cursus beschikbaar eigen volk in de eigen stal en daarover plenair rapporteren. Theorie (20 uur in 8 lesavonden en 2 presentatie avonden): Het vaste programma bestaat uit: - Leven en biologie van de honingbij (anatomie van de honingbij, ontwikkeling, levenscyclus, communicatie, taken, feromonen, enz.). - Biologie van het bijenvolk. - Basisprincipes van diverse bedrijfsmethodes ten behoeve van zwermverhindering, honingwinning, inzet voor bestuiving en voorkomen van ziekten. - Basisprincipes van koninginnenteelt en kwaliteitsverbetering van de bijenpopulatie op eigen stand. - Bijengezondheidszorg, inclusief het herkennen van ziektes en de bestrijdingsmethodes daarvoor, inclusief de kennis van wettelijke regelingen en verplichtingen. - Kennis van de winning en verwerking van bijenproducten zoals honing, was en propolis, inclusief kennis van wettelijke normen en hygiënische maatregelen. - Basiskennis over inzet van bijen voor de bestuiving en over economische aspecten van het bijenhouden. - Inzicht in het belang van bijen voor de omgeving en inzicht in de relatie met andere bestuivende insecten. Beginselen bloembiologie. Naast deze vaste onderwerpen kan door de cursisten (bij meerderheid van stemmen) worden gekozen uit enkele andere onderwerpen die in de theorie kunnen worden behandeld. Te denken valt aan o Uitvoeren van een vorm van koninginnenteelt o Uitvoeren van winning en verwerking van bijenproducten o Opstellen van een drachtplantenkalender in een bepaald gebied o Volk vermeerdering o Zwermvertraging o …… Praktijk (16 uur in 8 dagdelen): - Uitvoeren van diverse bedrijfsmethodes met daarbij de focus op het houden van gezonde en vitale volken - Het ‘lezen’ van een bijenvolk 3 Theorie- en praktijkopdracht. De cursisten voeren tijdens de cursus een praktijkopdracht uit in groepjes. Zij stellen hiervoor ieder een volk op de eigen bijenstand ter beschikking. De onderwerpen van het praktijkgedeelte in groepjes worden door de cursisten zelf gekozen, maar wel in samenspraak met de docent. Vooraf worden tevens de leerdoelen van de opdracht vastgesteld. Gedurende de cursus is de docent beschikbaar om de groepjes met raad en daad bij te staan, maar in beginsel voeren zij de opdracht zelfstandig uit en proberen problemen eerst in onderling overleg op te lossen. Iedere cursist kiest kort na aanvang van de cursus in overleg met de docent een onderwerp om zelf de theorie van te bestuderen. De docent zal aanwijzingen geven om zich via zelfstudie onderwerpen eigen te maken. Zowel de praktijkopdracht (per groepje) als het theorieonderwerp (per cursist) worden aan het eind van de cursus aan de hele cursusgroep gepresenteerd. Data en tijden De lesdata voor de theorie zijn: 20 en 27 januari; 3, 10 en 17 februari; 3, 10 en 24 maart; 6 en 13 oktober zijn voor de presentaties van de opdrachten In de plenaire lesdata3 voor de praktijk komen de volgende onderwerpen aan de orde: Voorjaarsinspectie: verenigen of aanhouden (moer merken en knippen en op maat zetten): 1 les Voorjaarsontwikkeling, poetsgedrag en raatvernieuwing : 2 lessen Broednest ontwikkeling op nieuwe raat: 2 lessen Koninginnenteelt: 1 les Varroa bestrijding: 2 lessen De 10 theorie lessen vinden plaats op dinsdagavonden (aanvang 19:30) en de praktijklessen op zaterdagen. Daarnaast dient men rekening te houden met circa 20 uur voor zelfstudie en het uitvoeren van de opdrachten. Beoogd resultaat van de cursus De afgestudeerde cursist is in staat: - Zelfstandig bijen te houden en “in de bijen te werken”. - De conditie van een bijenvolk te beoordelen. - Eigenschappen van een volk vast te stellen. - De benodigde en juiste teelttechnische maatregelen te nemen. - Met de meest voorkomende bedrijfsmethoden het productieproces te plannen en uit te voeren. 3 Exacte data zijn afhankelijk van de ontwikkeling van de volken (warm/koud voorjaar) 4 - Een vorm van koninginnenteelt uit te voeren. Bijenziekten en spuitschade te herkennen en de juiste behandelmethode toe te passen. Preventieve en curatieve gezondheidsmaatregelen te nemen. Voorlichting te geven over bijen en het houden van bijen. Drachtgebied(en) in de omgeving te herkennen en op basis daarvan een jaarplan op te stellen voor het bijenvolk. De kwaliteit van de bijenweide verbeteren. Diverse producten uit de imkerij te winnen. De kwaliteitsaspecten van de eigen bijenvolken te beoordelen. Diplomering. Tijdens de cursus zal door middel van toetsing worden bepaald of de cursist aan de leerdoelen uit deze cursusgids voldoet. De toetsing zal worden gecontroleerd door een onafhankelijke, door de BVU geaccepteerde gecommitteerde. De gecommitteerde is een deskundig, ervaren imker of een leraar bijenteelt. De gecommitteerde zal aan de landelijke Commissie Bijenteeltonderwijs rapporteren aan de hand van een vastgesteld evaluatieformulier. De cursist ontvangt een door de NBV uitgegeven diploma als voldaan is aan de onderstaande voorwaarden: - De cursist is geslaagd voor het theorie examen. - De cursist heeft 80 % van de lessen - theorie en praktijk - actief bijgewoond. - De cursist heeft een positieve bijdrage geleverd aan het resultaat /het uitvoeren en presenteren van de opdrachten Op alle cursussen die onder auspiciën van de NBV worden verzorgd is de Regeling Bijenteeltonderwijs van toepassing. Voor de beschrijving hiervan verwijzen wij naar de website van de NBV: www.bijenhouders.nl Toelatingseisen Om deze vervolgcursus met goed resultaat te kunnen volgen worden aan een cursist de volgende eisen gesteld: 1. Cursist moet geregistreerd en betalend lid zijn van de NBV. 2. Cursist moet in bezit zijn van het basis diploma of gelijkwaardig4 3. Cursist moet aantoonbaar praktijk ervaring hebben met het zelfstandig houden van bijen5 4. Cursist zal 1 eigen volk op zijn/haar stal (uitsluitend) inzetten voor deze cursus 5. Cursist bezit imkermaterialen (kap, beitel, pijp, raampjeslichter) die alléén6 voor de plenaire praktijklessen worden ingezet 6. Cursist kan begrijpend Duits en Engels lezen 7. Cursist gebruikt e-mail en internet 8. Vóór aanvang van de eerste theorieles is het gehele cursusgeld overgemaakt Maar als belangrijkste eis: enthousiasme voor het houden van bijen! 4 Of vergelijkbare kennis en ervaring bezitten, dit ter beoordeling door de docent Het gaat om minimaal 5 jaar ervaring met 1 eigen bijenvolk of minimaal 3 jaar ervaring met meerdere eigen bijenvolken. Bij twijfel beslist de docent of de cursist voldoende ervaring heeft. 6 Gebruik van imkermaterialen, die ook op eigen stal(len) worden gebruikt zijn i.v.m. besmettingsgevaren NIET toegestaan 5 5
© Copyright 2024 ExpyDoc