Model van schoolbrochure met opvoedingsproject,

STOKSTRAAT 1 - 3800 ZEPPEREN
SCHOOLBROCHURE
MET
ALGEMENE INFORMATIE
OPVOEDINGSPROJECT
SCHOOLREGLEMENT
ENGAGEMENTSVERKLARING
SCHOOLJAAR 2014-2015
Tel.: 011/71 90 00
Fax : 011/ 71 90 09
e-mail: [email protected]
www.hetblavierke.be
1
1. Algemene informatie
1.1. Verwelkoming
Beste ouder(s)
Van harte welkom.
Wij zijn blij en dankbaar voor het vertrouwen dat jullie in onze nieuwe school
stellen.
Het schoolteam (directie en leerkrachten) zal zich ten volle inzetten voor de
opvoeding en het onderwijs zodat uw kind een goed schooljaar doormaakt.
U mag een christelijk geïnspireerde, eigentijdse opvoeding en degelijk
onderwijs verwachten.
Wij hopen goed met u te kunnen samenwerken.
Bij vragen en problemen staan we klaar om samen naar een oplossing te zoeken.
We hopen dat u uw kind aanmoedigt de doelstellingen van onze school na te
streven en de afspraken na te leven.
Directie en leerkrachten
Lieve kinderen
Van harte welkom.
Ben je ingeschreven in de kleuterklas dan kom je in een boeiende wereld
terecht.
Kom je naar het eerste leerjaar dan gaat een nieuwe wereld voor je open.
Als je nieuw bent in onze school zal de aanpassing wat tijd vragen.
We zullen je zeker helpen.
Ben je reeds langer in onze school, dan weet je zeker hoe het er in onze school
aan toe gaat. We hopen in onze nieuwe school de ingeslagen weg met jou samen
verder te bewandelen. Je kan ook je nieuwe medeleerlingen mee op weg helpen.
We wensen je een fijn schooljaar toe.
Directie en leerkrachten
2
1.2. Wie is wie in onze school?
1.2.1. Structuur
De lessen van de basisschool worden gegeven in 1 gebouw:
- Stokstraat 1 – 3800 Zepperen
Dit gebouw is telefonisch bereikbaar:
011/71 90 00
Directie: Nady Selis : tel. 011/71 90 00
e-mail : [email protected]
Secretariaat: tel.: 011/ 71 90 00
fax :011/ 71 90 09
Internaat is mogelijk voor jongens en meisjes vanaf het eerste leerjaar.
1.2.2. Organisatie van de school
1.2.2.1. Het schoolbestuur
Het schoolbestuur is de eindverantwoordelijke voor alles wat in de school gebeurt.
Het is verantwoordelijk voor het beleid en de beleidsvorming en schept
noodzakelijke voorwaarden voor een goed verloop van het onderwijs.
Naam en adres :
V.Z.W. Schoolbestuur
Basisschool HET BLAVIERKE
Stokstraat 1, 3800 Zepperen
Voorzitter :
Secretaris :
Verantw. fin. middelen :
Leden:
Richard Knapen
Isabelle Mahiddine
Jos Cleeren
Nadia Bex
Guy Fabry
Albert Manet
1.2.2.2. Interne beroepscommissie in geval van tijdelijke uitsluiting
Voorzitter : Richard Knapen
Adres :
Roosbeekstraat 1
3800 Zepperen
3
1.2.2.3. Het schoolteam
Directeur :
Nady Selis
Gippershovenstraat 32
3800 Zepperen
Kleuterschool
1. Linda Bex
2. Els Celis
3. Daisy Knapen
4. Els Mullens
5. Hilde Vaes
6. Lien Vaes
7. Petra Vaneijck
8. Els Velaers
9. Kinderverzorgster: Chris Gielen
Lagere school
1. Marlies Bex
2. Dirk Croes
3. Martien Hendrix
4. Rudi Libens
5. An Martens
6. Katrien Neven
7. Brigitte Paemelaere
8. Jo Sartor
9. Nico Thoelen
10. Emilie Schoofs
(- Cedric Houbrechts)
11. Evi Swennen
12. Liesa Verhoeven
13. Marijke Wintmolders
14. Ellen Berden
* Interne zorgcoördinatoren : Evi Swennen : LO en Lien Vaes : LO en KO
* Leraar bewegingsopvoeding lager onderwijs: Rudi Libens
* Leraar bewegingsopvoeding kleuteronderwijs: Els Mullens
* Administratief medewerker: Mia Van Oirbeek
* Mentor : Emilie Schoofs
* Hulp onderhoud : Ivan Vandevoordt, Marcella De Keyser en Kelly Mievis
* ICT-verantwoordelijke : Patrick Kinnaert
1.2.2.4. Het multidisciplinair overleg “MDO” of klassenraad
directie + leerkrachten van de betrokken leerlingengroep
+ interne zorgcoördinator + een vertegenwoordiger van het CLB.
4
1.2.2.5. De ouderraad
De ouderraad bestaat uit een groep ouders, die alle ouders van de school vertegenwoordigen. Deze mensen zetten zich belangeloos in voor de school. Ze werken
met directie en leerkrachten mee aan het welzijn van alle kinderen en ze bevorderen de samenwerking tussen ouders en school.
De ouderraad heeft een informatierecht en adviesbevoegdheid ten aanzien van
het schoolbestuur.
De ouderraad bepaalt zelf in haar huishoudelijk reglement op welke wijze nieuwe
leden kunnen toetreden tijdens de lopende mandaatperiode.
Na kandidaatstelling wordt een ouder lid van de ouderraad.
Voorzitter:
Leden :
Ingrid Neven
Herbert Luyck, Veerle Palmans, Sampermans Kristof,
Gijbels Patricia, Paulus Suzy, Frantzen Maryse, Nickmans Bart
Dehaese Monique, Peuteman Gilian, Pipeleers Kurt,
Knaepen Ilse, Vanderschot Els, Motmans Veronique
Ory Annemie, Bennebroek Lisse, Gos Cindy en Eijmaal Dana
1.2.2.6. De schoolraad
De schoolraad wordt samengesteld uit een gelijke vertegenwoordiging van de
leerkrachten, de ouders, de lokale gemeenschap en de directeur.
Een schoolraad is verplicht in iedere school. Ze bestaat uit 3 geledingen
(oudergeleding, personeelsgeleding en lokale gemeenschap) en heeft een aantal
overlegbevoegdheden evenals een informatie- en communicatierecht ten opzichte
van de school en omgekeerd. Zij wordt samengesteld voor een periode van vier
jaar.
De schoolraad bepaalt zelf in haar huishoudelijk reglement op welke wijze nieuwe
leden kunnen toetreden tijdens de lopende mandaatperiode. In onze school worden
de leden van personeelsgeleding door middel van rechtstreekse verkiezingen
aangeduid. De oudergeleding wordt verkozen binnen de ouderraad. De leden van de
lokale gemeenschap worden vervolgens gekozen door de twee voornoemde
geledingen.
Samenstelling :
3 Afgevaardigden van de personeelsleden
waarvan :
Voorzitter : Martien Hendrix
Secretaris: Marijke Wintmolders
en Els Celis
3 Afgevaardigden van de ouders :
Herbert Luyck, Kurt Pipeleers en Patricia Gijbels
3 Afgevaardigden van de lokale gemeenschap :
Valère Vanmechelen, Marlyse Baldewijns en Gerda Neven
Directeur: Nady Selis
5
1.2.2.7. De leerlingenraad
De leerlingen komen meerdere malen per schooljaar samen met de directeur om te
praten over de dingen die de leerlingen aanbelangen: klas- en schoolregels, de
speelplaats, de gekozen aandachtspunten, pesten enz… . Er wordt rekening
gehouden met hun mening en hun voorstellen in de mate van het mogelijke. De
vergaderingen worden voorbereid in de klas. Het opzet van de leerlingenraad
wordt uitgelegd aan de klassen.
Er werd aan de leerlingen duidelijk gemaakt wat het verschil is tussen een “raad”
en een “bestuur” (raad geven – beslissingen nemen). Dus een leerlingenraad geeft
raad en neemt niet zelf beslissingen.
Van iedere klas van het 5de en 6de leerjaar mogen zich kandidaten opgeven die in
de leerlingenraad willen zetelen. De kandidaten krijgen een week de tijd om
campagne te voeren. Als deze dagen om zijn, vindt er een verkiezing plaats.
Alle leerlingen van 5 en 6 krijgen een oproepingsbrief om te gaan stemmen. Die
brief brengen ze mee naar de verkiezing. Per klas wordt er gestemd. De leerlingen
mogen 2 kandidaten van hun klas aanduiden, inclusief zichzelf.
De verkiezingen voor de leerlingenraad gaan door op een aangekondigde datum om
9 uur ’s morgens. We gaan er een echt “verkiezingsuurtje” van maken.
Twee leerkrachten maken 2 echte verkiezingshokjes in het zorg- en GOK-lokaal.
Ook gaan we werken met een voorzitter en secretaris : elke kind krijgt een
oproepingsbrief en komt met deze brief naar het verkiezingshokje.
Daar zal de voorzitter de oproepingsbrief aannemen en de naam afroepen. De
secretaris duidt aan op een lijst wie al is komen stemmen. De kinderen deponeren
hun kiezingsbrief in een doos met gleuf.
Tijdens de middagpauze wordt de uitslag bekend gemaakt.
Na het tellen van de stemmen wordt bekend gemaakt welke 2 kandidaten de
vertegenwoordiger van hun klas in de leerlingenraad worden.
De leerlingenraad komt ongeveer vierjaarlijks bijeen onder leiding van de directie
en/of de zorg/GOK-leerkracht.
Zij bespreekt met de leerlingen items die de leerlingen zelf aanbrengen en/of
brengt er zelf aan.
De leerlingen mogen de week voordien per klas 2 onderwerpen doorgeven waarover
ze willen spreken. (Dus maximum 8 items per vergadering) Op deze manier leren
de kinderen zelf vooraf al eens nadenken waarover ze willen spreken en wordt er
niet zomaar door mekaar gepraat. Enkel deze onderwerpen komen aan bod!
Hiervan maakt de directie en/of zorg/GOK-leerkracht een verslag dat aan alle
leerkrachten van de school teruggekoppeld wordt.
Ook de kinderen van de leerlingenraad ontvangen telkens een uitnodiging voor de
vergadering. Zij ontvangen ook een verslag.
Samenstelling:
Van elke klas van het vijfde en zesde leerjaar worden 2 vertegenwoordigers
gekozen door de andere leerlingen.
Verantwoordelijke leerkracht : Evi Swennen
6
1.2.2.8. Samenstelling Scholengemeenschap Hesbania
Binnen het katholiek basisonderwijs (regio Sint-Truiden, Nieuwerkerken, Alken en
Zepperen) werd in het basisonderwijs een scholengemeenschap opgericht, de
scholengemeenschap Hesbania. De scholen die hiervan deel uitmaken engageren
zich om samen te werken op het vlak van administratie, ICT, beginnende
leerkrachten, boekhouding en zorg. De volgende scholen maken er deel van uit.
Uit Sint-Truiden:

Basisschool Klim-Op

Basisschool Heilig Hart Sint-Trudo

Basisschool Sint-Rita

Basisschool Melveren

Basisschool Brustem

Basisschool Velm

Sint-Jan-Berchmansschool
Uit Nieuwerkerken:

Basisschool Nieuwerkerken

Basisschool Kozen-Wijer
Uit Alken:

Basisschool Terkoest
Uit Zepperen:

Basisschool Het Blavierke
Het is de bedoeling om de deskundigheid van iedere school op het vlak van de
vermelde domeinen samen te brengen. Door te streven naar een efficiënter
gebruik van mensen en middelen wordt de draagkracht van iedere school vergroot.
Administratieve zetel :
Scholengemeenschap Hesbania
Gootstraat 12
3800 Sint-Truiden
Linda Severy werd door het bestuur van de scholengemeenschap (het CASS)
aangeduid als coördinerend directeur (CODI). Zij vervult die taak in een halftijds
ambt.
7
Voorzitter CASS
Eric Hendrix 011 31 48 71
[email protected]
1.2.2.7. Nuttige adressen
Lokaal Overlegplatform :
Contactpersoon :
Commissie inzake Leerlingenrechten :
Commissie Zorgvuldig Bestuur :
Carina Thomis
[email protected]
tav Sara De Meerleer
H. Consciencegebouw 4A10
Koning Albert II-laan 15
1210 Brussel
02/5539212
Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming
AGODI
tav Marleen Broucke, adviseur
Kamer 1C24
Koning Albert II-laan 15
1210 Brussel
1.3. Onze samenwerking met het CLB
Onze school wordt begeleid door:
VCLB Zuid-Limburg
Luikersteenweg 7 B
3800 Sint-Truiden
Tel.: 011/58 62 10 Fax: 011/58 62 11
1.3.1. De relatie tussen het centrum en de leerlingen en hun ouders
 De school en het CLB hebben een gezamenlijk beleidscontract opgesteld dat de
aandachtspunten voor de leerlingenbegeleiding vastlegt. Dat is met de ouders
besproken in de schoolraad.
 Niet alleen de school, maar ook de leerlingen en ouders kunnen het CLB om hulp
vragen. Het CLB werkt gratis en discreet. Het centrum, de school en de ouders
dragen een gezamenlijke verantwoordelijkheid.
 Als de school aan het CLB vraagt om een leerling te begeleiden, zal het CLB een
begeleidingsvoorstel doen. Het CLB zet de begeleiding slechts voort als de
ouders van de leerling hiermee instemmen. Vanaf de leeftijd van 12 jaar
vermoedt de regelgever dat een kind voldoende competent is om zelfstandig te
beslissen of hij/zij wil instemmen met het voorgestelde begeleidingsplan.
8
 Ouders zijn verplicht hun medewerking te verlenen aan:
 de begeleiding van leerlingen die spijbelen. Als de betrokken ouders niet
ingaan op de initiatieven van het centrum, meldt het centrum dit aan de
door de Vlaamse regering aangeduide instantie.
 collectieve medische onderzoeken en/of preventieve gezondheidsmaatregelen i.v.m. besmettelijke ziekten.

Hebben ouders bezwaren tegen een bepaalde arts van het CLB, dan kan in
overleg een andere arts worden aangeduid. In dat geval zijn de kosten ten laste
van de ouders.

Het centrum maakt zijn werking bekend aan de ouders. Dat gebeurt minstens
op het ogenblik dat de leerling voor de eerste keer wordt ingeschreven in de
school. Ouders krijgen informatie over de rechten en plichten van ouders,
leerlingen, de school en het centrum.

De regering kan het centrum verplichten vormen van begeleiding voor
deelgroepen van leerlingen, ouders en scholen voor te stellen. Het staat deze
leerlingen, ouders en scholen vrij om al dan niet op dit verzekerd aanbod in te
gaan.

Als een leerling van school verandert, behoudt het centrum zijn bevoegdheid en
verantwoordelijkheid ten aanzien van die leerling tot de leerling is ingeschreven
in een school die door een ander centrum wordt bediend.

Als een leerling voor een bepaalde periode niet ingeschreven is in de school,
behoudt het centrum zijn bevoegdheid en verantwoordelijkheid ten aanzien van
die leerling tot het einde van de periode van niet-inschrijving.

Het centrum heeft recht op de relevante informatie die over de leerlingen in de
school aanwezig is en de school heeft recht op de relevante informatie over de
leerlingen in begeleiding. Ze houden allebei bij het doorgeven en het gebruik
van deze informatie rekening met de geldende regels inzake het beroepsgeheim,
de deontologie en de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
1.3.2. Het multidisciplinair dossier van uw kind.
 Het multidisciplinair dossier van uw kind bevat alle voorhanden zijnde gegevens
die over uw kind op het centrum aanwezig zijn, ook vroegere gegevens uit het
vroegere MST-PMS-dossier.
 Als een leerling van school verandert, is het CLB dat de vorige school begeleidt,
ervoor verantwoordelijk dat het CLB-dossier de leerling volgt. Er is geen
toestemming van de ouders vereist om een multidisciplinair dossier over te
dragen.

Er bestaat maar één CLB- dossier en dit dossier is in principe een ondeelbaar
geheel. Daarom wordt het bij schoolverandering in één zending overgemaakt. Elk
9
CLB is eraan gehouden de ouders te informeren over het doorgeven van het
dossier. Er wordt een wachttijd van 10 dagen gerespecteerd na het informeren
van de ouders. Als ouder kunt u afzien van die wachttijd. U kunt binnen die 10
dagen verzet aantekenen tegen het overmaken van de niet-verplichte gegevens
uit het dossier. U kunt geen verzet aantekenen tegen de overdracht van
volgende gegevens: identificatiegegevens, vaccinatiegegevens, gegevens in het
kader van de verplichte CLB-opdrachten, bijzondere consulten en de medische
onderzoeken uitgevoerd als vorm van nazorg na een algemeen, een gericht of een
bijzonder consult.

Indien u verzet aantekent verzendt het vorige CLB enkel de verplicht over te
dragen gegevens samen met een kopie van het verzet. Het bewaart de gegevens
waartegen verzet werd aangetekend tot 10 jaar na het laatste contact.
1.3.3. Werking CLB
Je CLB helpt
Jouw CLB:
VCLB Zuid-Limburg, afdeling SintTruiden
Luikersteenweg 7,
3800 Sint-Truiden
011 58 62 10
[email protected]
www.vclblimburg.be
Openingsuren:
- op maandag van 8.30 tot 12 uur.
- van dinsdag tot vrijdag van 8.30 tot 12 uur.
en van 13 tot 17 uur.
Vraag gerust ook wat de mogelijkheden zijn om
na 17 uur een afspraak te maken.
Je kan ons ook bereiken:
- in de herfst- en de krokusvakantie
- twee dagen in de kerstvakantie
- in de zomervakantie tot en met 14 juli en
vanaf 16 augustus
We bieden gratis informatie, hulp en begeleiding aan leerlingen, ouders en school. We werken
samen met de school, maar we behoren er niet toe. Je kan dus gerust los van de school bij ons
terecht. Let wel: dat kan enkel bij het CLB dat samenwerkt met de school waar je kind
ingeschreven is.
Waarvoor kan je bij ons terecht?





als je kind ergens mee zit of zich niet
goed in zijn vel voelt;
als je kind moeite heeft met leren;
voor studie- en beroepskeuzehulp;
als er vragen zijn over de gezondheid
van je kind, lichaam... ;
als je kind vragen heeft rond seks,
Een deel van wat we doen is verplicht.
Je kind moet naar het CLB...
 op medisch onderzoek;
 als het te vaak afwezig is op school
(leerplicht);
 voor een overstap naar het buitengewoon
onderwijs;
10

vriendschap en verliefdheid;
met vragen over inentingen.


om vroeger of net later aan de lagere
school te beginnen;
bij een niet zo voor de hand liggende
instap in het eerste leerjaar A of B van
het secundair onderwijs.
Op onderzoek: het medisch consult

1ste
kleuterklas

2de
kleuterklas

1ste leerjaar

3de leerjaar

5de leerjaar

1ste secundair

3de secundair
3/4
jaar
4/5
jaar
6/7
jaar
8/9
jaar
10/11
jaar
12/13
jaar
14/15
jaar
Elke leerling moet verschillende keren op onderzoek bij de
CLB-arts en verpleegkundige. Die onderzoeken zijn verplicht.
In het gewoon onderwijs is dat in vaste leerjaren, in het
buitengewoon onderwijs in de 1ste en 2de kleuterklas en
verder om de twee jaar. Ook bij leerlingen die het eerste jaar
beginnen in het deeltijds onderwijs of een erkende vorming
aanvatten, voert de CLB-arts een medisch onderzoek uit.
Tijdens het onderzoek mag je kind aan de verpleegster en de
dokter altijd vragen stellen. Voor een gesprek kan je ook een
afspraak maken op een later tijdstip.
Je kan de onderzoeken door een andere arts laten uitvoeren,
maar daar zijn enkele voorwaarden aan verbonden. Die vraag je
best aan je CLB.
Inentingen
Het CLB biedt gratis
inentingen aan. Daarbij
volgen we het
‘vaccinatieprogramma’ dat
door de overheid is
aanbevolen.
Om ze te krijgen moeten de
ouders toestemming geven.
Welke inentingen kan je krijgen?
 1ste leerjaar
6/7 Polio
jaar Difterie
(Kinderverlamming),
(Kroep),
Tetanus
(Klem), Kinkhoest
de
 5
leerjaar
10/11 Mazelen, Bof (Dikoor), Rubella
jaar (Rode hond)
 1ste secundair
 3de secundair
12/13 Hepatitis B (Geelzucht)
jaar
14/15 Difterie, Tetanus, Kinkhoest
jaar
Dossier
Als je kind bij ons voor begeleiding komt, dan maken we een dossier. Daarin komt alles wat
met jouw kind en de begeleiding te maken heeft. We houden ons uiteraard aan enkele regels:
 In het dossier komen enkel gegevens die nodig zijn voor de begeleiding.
 We behandelen de gegevens met de nodige discretie en zorgvuldigheid.
 We houden ons aan het beroepsgeheim en het ‘decreet rechtspositie minderjarigen’.
Het dossier inkijken?
Vanaf 12 jaar mag je kind dat meestal, maar hierop bestaan enkele uitzonderingen. Ouders of
voogd mogen het dossier dan enkel inkijken met de toestemming van de leerling. Is je kind
jonger dan 12 jaar, dan mag je als ouder of voogd het dossier inkijken. Dat geldt wel niet
altijd en ook niet voor het volledige dossier. Voor gezondheidsgegevens bijvoorbeeld beslist
de arts.
11
Je kan een kopie vragen van de gegevens die je mag inkijken. Inkijken gebeurt wel altijd
samen met een gesprek om uitleg te geven. Die kopie is erg vertrouwelijk en mag niet voor
iets anders dienen dan jeugdhulp.
Je kan vragen om sommige gegevens niet in het dossier op te nemen. Daarvoor moet je wel
een ernstige reden hebben. Het mag bovendien niet gaan om gegevens die we verplicht
verwerken, zoals de resultaten van de medische onderzoeken.
Naar een andere school
Als je kind naar een andere school gaat, dan gaat het dossier naar het CLB waar die school
mee samenwerkt. Je kan je daartegen verzetten maar sommige gegevens geven we verplicht
door. Dat kan je niet weigeren: identificatiegegevens, gegevens over leerplicht, inentingen,
medisch onderzoek en de opvolging hiervan.
Als je niet wil dat het hele dossier naar het nieuwe CLB gaat dan moet je dat binnen de 10
dagen na de inschrijving in de andere school schriftelijk laten weten aan je (oude) CLB. Dat
moet zo snel omdat het dossier anders automatisch verhuist met de inschrijving.
En later?
We houden het dossier van je kind minstens 10 jaar bij op de hoofdzetel van jouw CLB, te
tellen vanaf het laatste medisch consult.
1.3.4 Lijst profylactische maatregelen – maatregelen op school
Dit zijn maatregelen om verspreiding van besmettelijke ziekten te voorkomen.
ROL VAN CLB-ARTS / SCHOOLDIRECTIES /ARBEIDSGENEESHEER / OUDERS
Uit: bijlage van het besluit van de Vlaamse regering dd. 17/03/2000
A/ Beknopte lijst van te melden besmettelijke ziekten:
1.
Buiktyfus
2.
Hepatitis A
3.
Hepatitis B
4.
Meningococcenmeningitis en –sepsis
5.
Polio (of kinderverlamming)
6.
Difterie (of kroep)
7.
Infectie met Beta-hemolytische streptococcen van groep A, o.a.
- Scarlatina (of roodvonk)
- Impetigo (of krentenbaard)
- Erysipelas (of wondroos)
8.
Besmettelijke Tuberculose
9.
Shigellose (of darminfectie door Shigella-bacterie)
10.
Salmonellosen (of darminfectie door de Salmonella-bacterie)
11.
Kinkhoest
12
12.
13.
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
21.
22.
Bof (of dikoor)
Mazelen
Rubella (of rode hond)
Scabies (of schurft)
Varicella (of windpokken)
Tinea capitis (of schimmelinfectie van de hoofdhuid)
Tinea (of schimmelinfectie) van de gladde huid
Mollusca contagiosa (of parelwratten)
Pediculosis capitis (of hoofdluizen)
HIV-infectie
Aids
De te nemen preventieve maatregelen zijn specifiek voor elk van de
bovenvermelde ziektes. De opgesomde lijst van besmettelijke ziektes is niet
beperkend en kan in de toekomst aan de omstandigheden aangepast worden.
B/De onder punt A vernoemde besmettelijke aandoeningen dienen zo vlug
mogelijk aan de CLB-arts gemeld:
-
De schooldirectie neemt contact op met de CLB-arts indien hij/zij verneemt
of vermoedt dat een leerling of personeelslid lijdt aan één van de in punt A
opgesomde aandoeningen of wanneer hij/zij verneemt dat bij één van beiden
thuis de besmettelijke aandoening werd vastgesteld.
De ouders kunnen de CLB-arts ook rechtstreeks of door middel van hun
huisarts op de hoogte stellen.
Het is de taak van de CLB-artsen om te bepalen welke specifieke maatregelen
nodig zijn (draaiboek besmettelijke ziektes)
Preventieve maatregelen kunnen zich situeren op drie niveaus:
1 maatregelen betreffende de zieke leerling of het personeelslid van
de school;
2 maatregelen betreffende de leerlingen of de personeelsleden, in
contact met de zieke thuis;
3 algemene profylactische maatregelen.
- De schooldirectie kan geen initiatieven nemen zonder overleg met de CLBarts.
C/ Rol van de arbeidsgeneesheer bij besmettelijke ziekten op school:
-
De in punt B genoemde profylactische maatregelen kunnen dus zowel
leerlingen als personeelsleden betreffen.
In principe vallen de personeelsleden van de school onder het medisch
toezicht van de arbeidsgeneesheer.
13
-
Het kennen van de immuniteitstoestand van de leerkrachten maakt deel uit
van de risico-analyse die de arbeidsgeneesheer uitvoert.
De arbeidsgeneesheer kan voorstellen om de leerkrachten bij aanwerving te
vaccineren zodat er preventief opgetreden wordt tegen een aantal ziektes.
Bij besmettelijke ziekte op school worden de zwangere leerkrachten verzocht
om de arbeidsgeneesheer te contacteren.
1.4.1. Inschrijven van leerlingen 2014-2015
Inschrijfbeleid : alle kinderen, geboren in 2012 en ouder, hebben recht op
inschrijving.
Informatie over de praktische organisatie van de inschrijvingen vind je terug op
onze website, folders, …
Je kind is pas ingeschreven in onze school als de ouder(s) schriftelijk
instem(t)(men) met het pedagogisch project en het schoolreglement. Eenmaal
ingeschreven, blijft het kind bij ons ingeschreven. De inschrijving stopt enkel
wanneer de ouders beslissen om het kind van school te veranderen of wanneer het
kind wordt uitgesloten van de school.
Bij elke wijziging van het schoolreglement zullen we terug jullie schriftelijk
akkoord vragen. Indien jullie niet akkoord gaan met de wijziging, dan wordt de
inschrijving van jullie kind beëindigd op 31 augustus van het lopende schooljaar.
Bij de inschrijving van jullie kind, zullen we jullie bevragen over de organisatie van
het ouderlijk gezag, de gezinssamenstelling, de verblijfsregeling,… We gaan ervan
uit dat beide ouders instemmen met de inschrijving. Indien we op de hoogte zijn
van het niet-akkoord van een van beide ouders, kunnen we het kind niet
inschrijven. We kunnen jullie kind pas inschrijven als beide ouders akkoord gaan.
Bij de inschrijving vragen we je naar allerlei informatie voor onze administratieve
schoolfiche van je kind.
Inschrijfperiodes worden vastgelegd in het LOP. Onze school werkt met
voorrangsperiodes:
We hebben een voorrangsperiode voor leerlingen van dezelfde leefentiteit,
kinderen van personeel, leerlingen met een ouder die het Nederlands voldoende
machtig is (enkel in Brussel Hoofdstedelijk Gewest) en voor het systeem van
dubbele contingentering. Tot slot voorzien we ook een periode voor leerlingen die
geen gebruik maken van de voorrangsgroepen. De juiste data :
PERIODE 1
Broers en zussen van reeds ingeschreven kinderen en kinderen van personeel van de
school hebben voorrang om in te schrijven.
14
INSCHRIJVEN KAN VAN MAANDAG 3 FEBRUARI 2014 TOT EN MET VRIJDAG
28 FEBRUARI 2014.(neem tijdig contact op met de school)
PERIODE 2
De scholen streven in deze periode naar een gezonde sociale mix van hun leerlingen.
Alle leerlingen worden ingeschreven zolang er plaats is.
INSCHRIJVEN KAN VAN MAANDAG 10 MAART 2014 TEM DONDERDAG 3
APRIL 2014
NIET INGESCHREVEN?
De vrije inschrijvingen starten vanaf dinsdag 22 april 2014, ZOLANG ER
PLAATS IS!
Kleuters zijn niet leerplichtig. Kleuters vanaf 2,5 tot 3 jaar mogen in het
kleuteronderwijs op school aanwezig zijn op de volgende instapdagen:
- de eerste schooldag na de zomervakantie ;
- de eerste schooldag na de herfstvakantie ;
- de eerste schooldag na de kerstvakantie ;
- de eerste schooldag van februari ;
- de eerste schooldag na de krokusvakantie ;
- de eerste schooldag na de paasvakantie ;
- de eerste schooldag na Hemelvaartsdag ;
In september van het jaar waarin uw kind 6 jaar wordt, is het leerplichtig en
wettelijk verplicht om les te volgen. Ook wanneer het op die leeftijd nog in het
kleuteronderwijs blijft, is het dus net als elk ander leerplichtig kind onderworpen
aan de controle op het regelmatig schoolbezoek.
Een jaartje langer in de kleuterschool doorbrengen, vervroegd naar de lagere
school komen en een achtste jaar in de lagere school verblijven kan enkel na
kennisgeving van en toelichting bij het advies van het MDO en van het CLBcentrum.
In het gewoon onderwijs kan een leerling minimum 5 jaar en maximum 8 jaar in het
lager onderwijs doorbrengen, met dien verstande dat een leerling die 15 jaar
wordt vóór 1 januari geen lager onderwijs meer kan volgen.
De leerlingen zijn verplicht om alle lessen en activiteiten van hun leerlingengroep
te volgen. Om gezondheidsredenen kunnen er, in samenspraak met de directeur,
eventueel aanpassingen gebeuren.
Weigeren van leerlingen:
1. Het schoolbestuur weigert de inschrijving van de betrokken leerling die
het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd
uitgesloten in de school.
15
2. Kinderen kunnen specifieke noden hebben. Van ouders wordt verwacht dat
zij dit meedelen aan de school. De school zal onderzoeken of haar
draagkracht voldoende groot is om het kind de nodige ondersteuning te
geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging. Indien de ouders,
bij inschrijving, nalaten om mee te delen dat hun kind een attest
buitengewoon onderwijs heeft en er de eerste weken na de inschrijving een
vermoeden is van specifieke noden, zal de school haar draagkracht alsnog
onderzoeken.
Bij het onderzoek naar de draagkracht houdt de school, in overleg met de
ouders en het CLB, rekening met:
 De verwachtingen van de ouders ten aanzien van het kind en ten aanzien
van de school;
 De concrete ondersteuningsnoden van de leerling op het vlak van leergebieden, sociaal functioneren, communicatie en mobiliteit;
 Een inschatting van het regulier aanwezig draagvlak van de school inzake
zorg;
 De beschikbare ondersteunende maatregelen binnen én buiten het
onderwijs;
 Het intensief betrekken van de ouders bij de verschillende fasen van
het overleg- en beslissingsproces.
Wanneer de opschortende voorwaarden niet vervuld zijn om het kind de nodige
specifieke ondersteuning te geven op het vlak van onderwijs, therapie en verzorging
zal de school het kind weigeren.
De beslissing tot weigering wordt binnen vier kalenderdagen bij aangetekend
schrijven of tegen afgiftebewijs aan de ouders van de leerling bezorgd.
Ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur. Na de
bemiddeling door het Lokaal Overleg Platform kunnen ouders alsnog een klacht
indienen bij de Commissie inzake Leerlingenrechten. (deze gegevens vindt u op het
weigeringdocument)
Onze school moet haar capaciteit vastleggen. De capaciteitsbepaling en het aantal
beschikbare zitjes vind je terug op de website van het LOP. Eens onze capaciteit
bereikt is, wordt elke bijkomende leerling geweigerd.
Elke geweigerde leerling krijgt een mededeling van niet-gerealiseerde inschrijving
en wordt als geweigerde leerling in het inschrijvingsregister geschreven. De
volgorde van geweigerde leerlingen in het inschrijvingsregister valt weg op de
vijfde schooldag van oktober van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking
heeft. Voor de instappertjes blijft de volgorde van het inschrijvingsregister
behouden tot de 30 juni van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had.
16
Heeft je kind een inschrijvingsverslag voor het buitengewoon onderwijs (type 1, 2,
3, 4, 5, 6 en 7) dan zullen wij je kind inschrijven onder de ontbindende voorwaarde
van onvoldoende draagkracht. De school onderzoekt, samen met de ouders en het
CLB, of ze de nodige ondersteuning kan bieden aan dit kind op het vlak van
onderwijs, therapie en verzorging. Na het onderzoek wordt de beslissing
schriftelijk of via elektronische drager binnen 4 kalenderdagen aan de ouders
bezorgd. De ouders krijgen toelichting bij de beslissing van het schoolbestuur
door de directeur. Een schoolbestuur dat in een gemeente werkt met een LOP
moet haar gemotiveerde beslissing ook binnen dezelfde termijn overmaken aan de
voorzitter van het LOP. Het LOP zal automatisch bemiddelen om een nieuwe school
te vinden voor de betrokken leerling.
1.5. Omgaan met leerlingengegevens
Bij een schoolverandering worden leerlingengegevens overgedragen aan de nieuwe
school onder de volgende voorwaarden: De gegevens hebben enkel betrekking op
de leerlingspecifieke onderwijsloopbaan en de overdracht gebeurt enkel in het
belang van de persoon op wie de onderwijsloopbaan betrekking heeft. Ouders
kunnen –op verzoek- deze gegevens inzien. Ouders die niet wensen dat deze
gegevens doorgegeven worden kunnen zich tegen de overdracht verzetten. Ze
brengen de directie binnen de tien kalenderdagen na de schoolverandering hiervan
schriftelijk op de hoogte.
Gegevens die betrekking hebben op schending van leefregels door je kind zijn
nooit tussen scholen overdraagbaar.
De school houdt rekening met de privacywetgeving. Ouders krijgen de garantie dat
alle persoonlijke gegevens enkel door de directie aangewend worden onder de
toepassing van de wet ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Ouders
hebben het recht deze gegevens op te vragen en zo nodig te laten verbeteren, voor
zover ze betrekking hebben op hun kind en zichzelf.
Documenten die gegevens opvragen krijgen de vermelding “Deze gegevens worden
door de directie van de school strikt aangewend onder de toepassing van de wet ter
bescherming van de persoonlijke levenssfeer.”
Ouders hebben het recht om informatie over hun kind op te vragen. Ook kan er in
overleg met de school en met respect voor de privacy van het gezin een persoonlijk
document opgemaakt worden om de overgang naar een andere school, een ander niveau
optimaal te laten verlopen. Dit document kan relevante informatie bevatten over de
onderwijsloopbaan van het kind zoals bijvoorbeeld gegevens over onderwijsproblemen,
leerstoornissen, belangrijke gegevens medische aard, schoolrapporten, enz.
Ouders hebben recht op inzage in en toelichting bij de leerlingengegevens,
waaronder de evaluatiegegevens, die verzameld worden door de school over hun
kind. Indien na de toelichting blijkt dat de ouders een kopie willen, kan dat. (kopie
17
€ 0,50 per bladzijde) De school kan geen gegevens doorgeven die betrekking
hebben op medeleerlingen.
De school publiceert geregeld foto’s van leerlingen op de website, in de
schoolkrant,… De beeldopnamen gebeuren steeds met respect voor wie op de
beelden staat. We gaan ervan uit dat je geen bezwaar hebt tegen de publicatie van
de beeldopnamen die te maken hebben met de activiteiten van onze school. Mocht
je daar toch bezwaar tegen hebben, dan kan je dat op elk moment van het
schooljaar melden aan de directie. We zullen het bezwaar respecteren en geen
beelden van je kind meer publiceren.
Ten gevolge van de wet op de privacy mogen scholen niet “zomaar” adres- en
telefoongegevens doorgeven aan anderen. Daar sommige ouders vragen om een
adressenlijst van de kinderen van de klas te bekomen, wordt deze vraag ook
uitdrukkelijk aan alle ouders gesteld. Indien zij hiermee niet akkoord gaat, zullen
uiteraard de gegevens van hun kind niet doorgegeven worden aan klasgenoten. Zij
kunnen dit kenbaar maken begin schooljaar a.h.v. een ondertekend formulier.
1.6 Wat met “medicijnen op school”?
Wat staat er in de wet?
 In België is iedereen verplicht hulp te verlenen aan een persoon in nood.
Wanneer je zelf geen gevaar loopt, ben je verplicht de hulp te bieden die je
kent en kunt geven.
 Het toedienen van medicijnen valt niet onder eerste hulp. Dat is
voorbehouden aan artsen, apothekers en andere medische beroepen. Andere
personen die medicijnen geven, zijn wettelijk strafbaar.
Medicijnen op onze school, ons medicijnenbeleid
1. Een leerling is te ziek om de lessen te volgen
o
o
Een zieke leerling hoort niet thuis op school.
Is hij/zij er toch? De verantwoordelijke vraagt de ouders om de
leerling op te halen.
2. Een leerling wordt ziek op school
o
De school geeft geen medicijnen.
o
De verantwoordelijke vraagt de ouders om de leerling op te halen.
18
o
o
De ouders zijn niet bereikbaar? Neem contact op met de huisdokter
van het kind. Pas als die onbereikbaar is, bel je een andere dokter.
In dringende gevallen belt de leraar meteen hulpdiensten (112!).
3. Een leerling neemt voorgeschreven medicijnen
o
o
o
Medicijnen neem je zoveel mogelijk thuis in.
De school geeft enkel medicijnen op doktersvoorschrift (met
ondertekend attest).
Er is vooraf afgesproken wie coördineert en de medicijnen toedient.
4. Een leerling klaagt geregeld over pijn
o
o
o
De school geeft geen medicijnen of placebo's.
De leraar brengt de ouders, het zorgteam of de cel
leerlingenbegeleiding op de hoogte.
In samenspraak met de ouders volgen zij verder op en verwijzen de
leerling door naar gespecialiseerde hulp.
5. Een leerling brengt niet voorgeschreven medicijnen mee
o
o
In het basisonderwijs aanvaardt de school enkel medicijnen die
rechtstreeks op school worden afgegeven.
De school aanvaardt uitzonderlijk dat leerlingen medicatie meenemen
(vb. bij maandstonden). De ouders brengen de leerkracht op de hoogte
aan de hand van een zelfgeschreven briefje.
6. Een leerling misbruikt of verhandelt medicijnen
o
o
o
De school laat geen middelengebruik (drugs, alcohol…) toe. Ook geen
medicijnen.
De leraar reageert altijd als leerlingen medicijnen gebruiken of
verhandelen.
De school neemt maatregelen en pakt misbruik even streng aan als
drugs op school.
7. Medische fiche
Begin september of bij elke nieuwe inschrijving tijdens het schooljaar, krijgt
elke leerling een blanco medische fiche mee naar huis. De ouders kunnen dit
invullen. Dit is niet verplicht. Leraren zijn niet medisch geschoold, maar er kan
19
altijd iets voorvallen op school. Soms moeten we dan snel een beslissing nemen
en is het interessant dat een medische fiche voorhanden is.
Wij respecteren de wet op de privacy : slechts bevoegden zullen inzage krijgen
in deze fiches.
Na elk schooljaar of na het verlaten van de school, wordt de medische fiche
vernietigd.
Wij dienen dus
uitzondering!
geen
medicijnen
toe,
zonder
attest,
ook
niet
bij
Medicijnen die op doktersvoorschrift moeten ingenomen worden, dienen de
ouders
rechtstreeks
aan
de
klasleerkracht
af
te
geven.
2 Ons opvoedingsproject
Wij verwachten van alle ouders dat ze loyaal achter de identiteit en het
opvoedingsproject van onze school staan en deze mee dragen.
Hieronder vindt u een beschrijving van de uitgangspunten van ons
opvoedingsproject. U kunt steeds terecht bij de directeur voor verdere
informatie.
De uitgangspunten van onze christelijke identiteit.
Wij zijn een katholieke school en willen een pedagogisch verantwoord
onderwijs en een kwaliteitsvolle opvoeding aanbieden. Onze inspiratie vinden
wij in het evangelie en in de katholieke traditie. Wij zijn een dienst van de
kerkgemeenschap aan jonge kinderen.
Wij gaan ervan uit dat je mens wordt in een verbondenheid met anderen, met
de wereld en met jezelf.
In deze verbondenheid ervaren we God als dragende grond en krijgt ook de
verbondenheid met het mysterie concreet gestalte. Vanuit onze verbondenheid
met God durven we als katholieke basisschool de toekomst hoopvol tegemoet
zien en vertrouwen we erop dat onze inspanningen niet op niets uitlopen.




Vanuit ons christelijk geïnspireerd mensbeeld geven we voorrang aan waarden
als:
het unieke van ieder mensenkind,
de verantwoordelijkheid van ieder mens voor zijn handelen,
verbondenheid en solidariteit met anderen,
vertrouwen in het leven (hoop),
20










genieten van en dankbaar zijn voor wat ons gegeven is,
openheid, respect en zorg voor mens en natuur,
verwondering door het gewone als ongewoon te ervaren,
vergeving kunnen geven en ontvangen als herstel van verbondenheid,
zorgzame nabijheid en troost voor mensen in moeilijke situaties,
…
Wij bieden in onze school gevarieerde en zinvolle pastorale activiteiten aan.
We nodigen alle leerlingen regelmatig uit op activiteiten die gericht zijn op:
de ontmoeting van elkaar in verbondenheid;
de verdieping in de Bijbelse Boodschap;
de dienstbare en solidaire inzet voor anderen dichtbij en veraf;
het vieren van belangrijke gebeurtenissen in het leven op school, in
verbondenheid met elkaar en (waar het kan) in verbondenheid met God.
In de godsdienstlessen die door alle leerlingen verplicht gevolgd worden
komt de christelijke levensbeschouwing uitdrukkelijk ter sprake.
De
godsdienstlessen ondersteunen de levensbeschouwelijke ontwikkeling van de
kinderen. Ons doel is de kinderen te helpen om competente vertellers te
worden van het levensbeschouwelijke in hun eigen levensverhaal. We brengen
kinderen thuis in de verhalen uit de eigen traditie, en leren hen de verbinding
leggen tussen deze verhalen en de existentiële vragen en grenservaringen uit
het eigen leven en uit het leven van andere mensen. Dat veronderstelt
communicatie. Het inzicht in de eigen traditie kan verdiept worden door de
dialoog met andere levensvisies.
Zonder de verankering in een traditie heeft de dialoog echter geen grond
onder de voeten. Er bestaat geen levensbeschouwelijke benadering van de
werkelijkheid los van een levensbeschouwelijke traditie. In onze school
opteren we uitdrukkelijk voor de benadering van de levensbeschouwelijke
dimensie vanuit de christelijke godsdienst en de katholieke traditie.
Ook de zinvragen die zich aandienen in de andere leergebieden komen daar
uitdrukkelijk aan bod.
Wij zorgen voor een degelijk en samenhangend inhoudelijk aanbod
We staan stil bij wat kinderen moeten leren om op te groeien tot ‘goede ‘
mensen.
De uniekheid van elk kind staat voorop. Ons aanbod is gericht op de
harmonische ontwikkeling van de totale persoon: hoofd, hart en handen.
Doorheen ons aanbod brengen we kinderen in contact met alle componenten
van de cultuur:

de wereld van taal en communicatie
21







de wereld van het muzische
de wereld van cijfers en feiten
de wereld van de techniek
de wereld van het samenleven
de wereld van verleden en heden
de wereld van het goede
de wereld van zingeving
In ons aanbod is een logische samenhang te vinden:
We werken met leerlijnen waarin het ene logisch volgt uit het andere. We
bouwen voort op wat kinderen reeds beheersen.
We zorgen er ook voor dat alles wat kinderen leren in de verschillende
leergebieden en leerdomeinen zinvol samenhangt.
We willen dat wat kinderen leren deel wordt van hun zijn, van hun persoon. Het
is niet voldoende dat kinderen beschikken over een aantal weetjes of dat ze
een aantal vaardigheden kunnen toepassen als de leerkracht het vraagt. Waar
het uiteindelijk op aan komt, is dat kinderen leren met het oog op het leven.
Dat ze de dingen die ze leren kunnen plaatsen en gebruiken in hun leven. Dat is
leren dat zin heeft en zin geeft.
We
kiezen
voor
opvoedingsklimaat
een
doeltreffende
aanpak
en
een
stimulerend
We zoeken naar de beste aanpak om het leren van de kinderen te
ondersteunen en te begeleiden.
Wij nemen kinderen serieus. Kinderen staan positief tegenover het leven en
de wereld. Wij willen aansluiten bij die positieve ingesteldheid.
Leren is niet een vullen van vaten met alle mogelijke kennis. Kinderen zijn zelf
actief betrokken in het leren. Ze bouwen nieuwe kennis, inzichten en
vaardigheden op, bouwen voort op wat ze reeds kennen en kunnen.
Onze opvoeding wordt gedragen door :
 onze gerichtheid op de uniekheid van ieder kind.
We stemmen ons aanbod en het leerproces zoveel mogelijk af op de
ontwikkeling van ieder kind
 de pedagogie van verbondenheid.
Leren is een sociaal gebeuren. Leren is samenleren, wederzijdse verrijking.
 de pedagogie van de hoop.
We hebben een optimistische visie op de ontwikkeling van kinderen. We
geloven in de groeikansen van kinderen en dat ze ondanks hun grenzen, hun
beperkingen, hun onmogelijkheden, toch kansen hebben en begeleid kunnen
worden in hun groei.
 De pedagogie van het geduld
22
Onderwijs en opvoeding afstemmen op de mogelijkheden van kinderen
vraagt veel geduld opdat de hoop niet zou omslaan in wanhoop, want dan is
opvoeding onmogelijk.
Van onze leerkrachten verwachten we dat ze:
 model staan voor goed leren
 strategische vragen stellen
 aansluiten bij wat de leerlingen reeds beheersen
 zinvolle contexten aanbieden
 interactieprocessen begeleiden
 peilen naar de vorderingen
 helpen en coachen
We werken aan de ontplooiing van elk kind, vanuit een brede zorg
We streven ernaar elk kind centraal te stellen.
Ieder kind is beeld van God. Wij omringen kinderen daarom met brede zorg.
We willen kinderen optillen en hen uitzicht geven op een veilige oever van
welbevinden. Daarvoor zijn de pedagogie van de hoop en van het geduld
essentieel.
Onze brede zorg heeft twee dimensies
We hebben aandacht voor de ‘gewone zorgvragen’ van alle kinderen. Ieder
kind is anders, uniek en heeft eigen vragen, problemen en mag daarvoor
aanspraak maken op de nodige zorg.
Wij worden uitgedaagd om het onderwijs zoveel mogelijk af te stemmen op de
noden van de kinderen, bijvoorbeeld door te diagnosticeren en te
differentiëren.
We verbreden onze zorgen voor kinderen wiens ontwikkeling anders verloopt
dan verwacht (sneller of trager). Hier stoten we op ‘bijzondere zorgvragen’.
Voor deze bijzondere zorgvragen werken we als school samen met ouders, CLB,
scholen voor buitengewoon onderwijs en gespecialiseerde centra …
Onze school als gemeenschap en als organisatie
We erkennen onze partners in de opvoeding en het onderwijs van kinderen.
We respecteren ieders verantwoordelijkheid. We zorgen voor een goede
organisatie.
Onze school wordt gedragen door het hele team onder de leiding van de
directie. We werken samen en overleggen en streven naar een voortdurende
kwaliteitsbewaking en -verbetering.
23
We delen onze zorg voor kwaliteitsvol onderwijs met:
* de ouders als eerste verantwoordelijken voor de opvoeding van hun kinderen.
Daarom streven we naar een goede communicatie en een zo groot mogelijke
betrokkenheid van ouders bij de school;
* het schoolbestuur dat de eindverantwoordelijkheid draagt voor het beleid van
de school;
* externe begeleiders die ons ondersteunen , vormen en ons helpen bij onze
professionalisering.
* de lokale kerkgemeenschap die verwijst naar de traditie en het geloof van
waaruit in de school gewerkt wordt.
* De lokale gemeenschap waarin we gestalte geven aan onze opvoedings- en
onderwijsopdracht.
3. Schoolreglement (regelgeving)
Ter info : de klassenraad in het basisonderwijs noemt men “multidisciplinair overleg”,
verder vermeld als “MDO”
3.1. Getuigschrift basisonderwijs
De school stelt tegen 20 juni een lijst op van de leerlingen die op 30 juni het lager
onderwijs zullen voltooien. De klassenraad beslist welke leerlingen het
getuigschrift behalen en welke niet. Het getuigschrift basisonderwijs wordt
uitgereikt aan de regelmatige leerlingen die in voldoende mate die doelen uit het
leerplan die het bereiken van de eindtermen beogen, hebben bereikt. De leerlingen
die geen getuigschrift behalen, krijgen een attest met de vermelding dat ze het
laatste jaar de lessen regelmatig hebben gevolgd. In dit attest geeft de
klassenraad de motivatie waarom geen getuigschrift wordt toegekend.
Procedure tot het uitreiken van het getuigschrift:
De school zal gedurende de hele schoolloopbaan van uw kind communiceren over
zijn leervorderingen. Ouders kunnen inzage in en toelichting bij de
evaluatiegegevens krijgen. Indien na toelichting blijkt dat de ouders een kopie
wensen, dan kan dat. De kosten die hiervoor gevraagd worden, zijn terug te vinden
in de bijdrageregeling. Na 20 juni beslist de klassenraad op basis van
onderstaande criteria of uw kind al dan niet het getuigschrift basisonderwijs kan
krijgen. De beslissing wordt uiterlijk op 30 juni aan de ouders meegedeeld. De
ouders worden geacht de beslissing omtrent het getuigschrift basisonderwijs
uiterlijk op 1 juli in ontvangst te hebben genomen. Bij niet ontvangst, wordt het
getuigschrift geacht op 1 juli te zijn ontvangen.
De klassenraad houdt onder andere rekening met onderstaande criteria:
- De schoolrapporten van het lopende en voorafgaande schooljaar;
24
- De evaluaties van het lopende en voorafgaande schooljaar;
- De gegevens uit het LVS;
- Het verslag van de leerkracht die tijdens het laatste schooljaar het hoogste
aantal lestijden heeft gegeven aan de leerling.
- ….
De voorzitter en alle leden van de klassenraad ondertekenen het schriftelijk
verslag.
Beroepsprocedure:
Let op:
- wanneer we in dit punt spreken over ‘dagen’, bedoelen we telkens alle dagen
(zaterdagen, zondagen, wettelijke en reglementaire feestdagen niet
meegerekend).
- wanneer we spreken over directeur, hebben we het over de directeur of zijn
afgevaardigde.
1. Ouders die een beroepsprocedure wensen op te starten, vragen binnen
drie dagen na ontvangst van de beslissing tot het niet uitreiken van
het getuigschrift basisonderwijs, een overleg aan bij de directeur.
2. Dit verplicht overleg met de directeur vindt plaats ten laatste de
zesde dag na de dag waarop de rapporten werden uitgedeeld.
Van dit overleg wordt een verslag gemaakt.
3. Na het overleg beslist de directeur om de klassenraad al dan niet
opnieuw te laten samenkomen om het niet toekennen van het
getuigschrift basisonderwijs te bevestigen of te wijzigen.
4. De directeur of de klassenraad brengen de ouders schriftelijk op de
hoogte van de beslissing.
5. Binnen drie dagen na ontvangst van de beslissing van de directeur of
van de klassenraad kunnen ouders schriftelijk beroep indienen bij de
voorzitter van het schoolbestuur.
Richard Knapen
VZW Basisschool Het Blavierke
Stokstraat 1
3800 Zepperen
Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen.
 Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend;
25
 Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met
feitelijke omschrijving en motivering waarom het niet uitreiken
van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt.
Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden.
Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie
samenstellen. In de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel
mensen die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die
dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de
ouders grondig zal onderzoeken.
De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft
ontvangen,
uitgenodigd voor een gesprek. De schoolvakanties schorten de
termijn van tien dagen op.
De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus.
De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen
ofwel het getuigschrift basisonderwijs toekennen ofwel het beroep
gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten.
Het resultaat van het beroep wordt uiterlijk op 15 september schriftelijk aan de
ouders ter kennis gebracht.
3.2. Onderwijs aan huis
Een leerplichtig kind vanaf de leeftijd van 5 jaar (dwz 5 jaar of ouder geworden
zijn voor 1 januari van het lopende schooljaar) heeft recht op tijdelijk onderwijs
aan huis (4 lestijden per week) indien volgende voorwaarden gelijktijdig zijn vervuld.
Als een kind meer dan 21 dagen ononderbroken afwezig is wegens ziekte kunnen
de ouders een schriftelijke aanvraag indienen voor tijdelijk onderwijs aan huis,
synchroon internet onderwijs of een combinatie van beiden. De directeur zal dan
op zoek gaan naar een leerkracht om dit kind 4 lestijden per week onderwijs aan
huis te geven. De school maakt afspraken met deze leerkracht om de lessen af te
stemmen op de klas van het kind. Eventueel neemt de school in overleg met de
ouders contact op met de vzw Bednet. De school en de ouders maken concrete
afspraken over opvolging en evaluatie.
Ook ouders van chronisch zieke kinderen kunnen dergelijke aanvraag indienen,
maar voor deze kinderen gelden er andere voorwaarden.
3.3. Afwezigheden
3.3.1. Op wie is de regelgeving van toepassing?
26
De regelgeving op afwezigheden is van toepassing op leerplichtige kinderen in het
gewoon basisonderwijs. De regelgeving is ook van toepassing op leerlingen die,
wegens verlengd kleuterschoolbezoek, op zesjarige leeftijd nog in het
kleuteronderwijs zitten. Zij zijn op basis van hun leeftijd leerplichtig. Ook
leerlingen die reeds op vijfjarige leeftijd zijn overgestapt naar het lager onderwijs
vallen onder de reglementering. Niet-leerplichtige leerlingen in het kleuteronderwijs kunnen niet onwettig afwezig zijn, aangezien ze niet onderworpen zijn aan
de leerplicht en dus niet steeds op school moeten aanwezig zijn.
Het is belangrijk dat kleuters regelmatig naar school komen. Kinderen die
activiteiten missen, lopen meer risico om te mislukken en raken minder goed
geïntegreerd in de klasgroep. We verwachten dat de ouders ook de afwezigheden
van hun kleuter onmiddellijk melden omwille van veiligheidsoverwegingen.
3.3.2. Welke afwezigheden zijn gewettigd?
3.3.2.1. Ziekte.
Is een kind méér dan drie opeenvolgende schooldagen ziek dan is steeds een
medisch attest vereist. Dat attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een
geneesheer-specialist, een psychiater, een tandarts, een orthodontist en de
administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo.
Consultaties ( zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts), moeten zoveel
mogelijk buiten de schooluren plaatsvinden.
Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot verschillende
afwezigheden zonder dat telkens een doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv.
astma, migraine,...) is het goed contact op te nemen met de school en het CLB. Het
CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer het kind
afwezig is voor die aandoening volstaat dan een attest van de ouders.
Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig als:
- het attest geeft zelf de twijfel van de geneesheer aan wanneer deze
schrijft “dixit de patiënt”;
- het attest is geantedateerd of begin- en einddatum werden ogenschijnlijk
vervalst;
- het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de
leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in
het huishouden, …
Is je kind afwezig tijdens de week onmiddellijk vóór of onmiddellijk na de
herfst-, de Kerst-, de krokus, de Paas- of de zomervakantie dan is steeds
een medisch attest vereist. Een briefje van de ouders is voor deze gevallen
niet mogelijk.
27
De school zal het CLB contacteren telkens ze twijfels heeft over een medisch
attest.
Voor ziekte tot en met drie opeenvolgende schooldagen volstaat een briefje van
de ouders. Dergelijk briefje kan slechts vier keer per schooljaar door de ouders
zelf geschreven worden. Zij ontvangen begin schooljaar een voorgedrukt formulier.
Vanaf de vijfde keer is een medisch attest vereist.
De ouders verwittigen de school zo vlug mogelijk en bezorgen ook het attest zo vlug
mogelijk.
3.3.2.2. Van rechtswege gewettigde afwezigheden.
In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een
verklaring (6) of een document met officieel karakter (1 - 5) kunnen voorleggen ter
staving van de afwezigheid. Voor deze afwezigheden is geen voorafgaand akkoord
van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf van dergelijke
afwezigheden.
1. het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die onder
hetzelfde dak woont als het kind, of van een bloed- of aanverwant van het kind;
2. het bijwonen van een familieraad;
3. de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bijvoorbeeld wanneer het kind
in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de jeugdrechtbank);
4. het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere
jeugdzorg (bijvoorbeeld opname in een onthaal-, observatie- en
oriëntatiecentrum);
5. de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht
(bijvoorbeeld door staking van het openbaar vervoer, door overstroming,...) ;
6. het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende
levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling (anglicaanse, islamitische,
joodse, katholieke, orthodoxe, protestants-evangelische godsdienst)
Concreet gaat het over:
-
islamitische feesten: het Suikerfeest en het Offerfeest ( telkens 1 dag);
-
joodse feesten: het joods Nieuwjaar ( 2 dagen), de Grote Verzoendag (1 dag),
het Loofhuttenfeest (2 dagen), het Slotfeest (2 laatste dagen), de Kleine
Verzoendag (1 dag), het feest van Esther (1 dag), het Paasfeest (4 dagen), het
Wekenfeest (2 dagen);
-
orthodoxe feesten: Paasmaandag, Hemelvaart en Pinksteren voor de jaren waarin
het orthodox Paasfeest niet samenvalt met het katholieke Paasfeest.
28
De katholieke feestdagen zijn reeds vervat in de wettelijk vastgelegde vakanties.
De protestants-evangelische en de anglicaanse godsdienst hebben geen feestdagen
die hiervan afwijken.
7. het actief deelnemen in het kader van een individuele selectie of lidmaatschap
van een vereniging als topsportbelofte aan sportieve manifestaties. Het gaat
over het kunnen deelnemen aan wedstrijden/tornooien of stages. De
unisportfederatie dient een document af te leveren. Dit document is geldig
voor één schooljaar en dient elk schooljaar vernieuwd te worden.
De afwezigheid kan maximaal 10 al dan niet gespreide halve schooldagen per
schooljaar bedragen.
Voor elke afwezigheid bezorgen de ouders zo vlug mogelijk een officieel document
aan de school.
3.3.3. Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is.
Deze categorie afwezigheden verleent de school autonomie om in te spelen op
specifieke situaties die niet altijd door de regelgeving op te vangen zijn. Indien de
directeur akkoord is en mits voorlegging van, naargelang het geval, een officieel
document of een verklaring van de ouders, kan de leerling gewettigd afwezig zijn om
één van de onderstaande redenen:
-
het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van
een bloed- of aanverwant tot en met de tweede graad. ( Voor de dag van de
begrafenis zelf is geen toestemming van de directeur nodig. Het gaat hier over
een periode die het kind eventueel nodig heeft om emotioneel evenwicht terug
te vinden (rouwperiode)). Mits toestemming van de directeur kan zo ook een
begrafenis van een bloed- of aanverwant in het buitenland bijgewoond worden.
-
het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het
kind hiervoor als individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen
van trainingen komt niet in aanmerking, wel bijv. de deelname aan een
kampioenschap/competitie. Het kind kan maximaal 10 halve schooldagen per
schooljaar hiervoor afwezig zijn (hetzij achtereenvolgend, hetzij gespreid over
het schooljaar).
-
de deelname aan time-out-projecten. Deze afwezigheden komen in het
basisonderwijs zelden voor, maar in die situaties waarin voor een leerling een
time-outproject aangewezen is, is het in het belang van de leerling aangewezen
om dit als een gewettigde afwezigheid te beschouwen. Voor sommige leerlingen
is er geen andere oplossing dan hen tijdelijk te laten begeleiden door een
externe gespecialiseerde instantie;
29
-
in echt uitzonderlijke omstandigheden afwezigheden voor persoonlijke redenen.
Voor deze afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend
hebben. Het gaat om maximaal 4 halve schooldagen per schooljaar (al dan niet
gespreid).
-
afwezigheden wegens topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek.
Dit kan slechts toegestaan worden voor maximaal 6 lestijden per week, mits
het vooraf indienen van een dossier met de volgende elementen:
a. een gemotiveerde aanvraag van de ouders;
b. een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten
sportfederatie;
c. een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend
keuringscentrum van de Vlaamse Gemeenschap;
d. een akkoord van de directie.
Deze vijf categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat
ouders kunnen opeisen. Enkel de directeur kan autonoom beslissen om deze
afwezigheden toe te staan. De directeur mag onder geen beding toestemming
geven om vroeger op vakantie te vertrekken of later terug te keren. De
leerplicht veronderstelt dat een kind op school is van 1 september tot en met 30
juni.
3.3.4. Afwezigheden van kinderen
uitzonderlijke omstandigheden.
van
trekkende
bevolking,
in
zeer
De volgende regels zijn van toepassing op de kinderen van binnenschippers, kermisen circusexploitanten en -artiesten en woonwagenbewoners. Ze zijn niet van
toepassing op kinderen die behoren tot de trekkende bevolking maar die ter plaatse
verblijven (bijvoorbeeld in een woonwagenpark). Die kinderen moeten elke dag op
school aanwezig zijn.
Ouders behorend tot de categorie trekkende bevolking die hun kind inschrijven in
een school, moeten er - net als alle andere ouders - op toezien dat hun kind elke dag
op school aanwezig is.
In uitzonderlijke omstandigheden kunnen zich situaties voordoen waarbij het
onvermijdelijk is dat het kind tijdelijk met de ouders meereist. Deze situaties
moeten op voorhand goed met de school besproken worden. De ouders maken samen
met de school duidelijke afspraken over hoe het kind in die periode met behulp van
de school verder de onderwijstaken zal vervullen (de school zorgt voor een vorm van
onderwijs op afstand) en over hoe de ouders met de school in contact zullen blijven.
Deze afspraken moeten in een overeenkomst tussen de ouders en de school
neergeschreven worden. Enkel als de ouders hun engagementen naleven is het kind
gewettigd afwezig.
30
3.3.5 Afwezigheden omwille van revalidatie tijdens de lestijden
De directeur kan de afwezigheid van een leerling toestaan voor revalidatie tijdens
de schooluren voor specifieke situaties en dit gedurende 150 minuten per week,
verplaatsing inbegrepen.
Na ziekte of ongeval
De school heeft een dossier met daarin:
- Een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lessen moet
plaatsvinden.
- Een medisch attest met de frequentie en de duur van de revalidatie.
- Een advies van het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders.
- De toestemming van de directeur.
De 150 minuten kunnen uitzonderlijk overschreden worden mits een gunstig advies
van de arts van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders.
Een stoornis die vastgelegd is in een officiële diagnose
De school heeft een dossier met daarin:
- Een verklaring van de ouders waarom de revalidatie tijdens de lessen moet
plaatsvinden.
- Een advies van het CLB, na overleg met de klassenraad en de ouders. Dit
advies moet motiveren waarom het zorgbeleid van de school daarop geen
antwoord kan geven en dat de revalidatietussenkomsten niet beschouwd
kunnen worden als een schoolgebonden aanbod.
- Een
samenwerkingsovereenkomst
tussen
de
school
en
de
revalidatieverstrekker over de manier waarop de revalidatie het onderwijs
aanvult,
en
hoe
de
informatie-uitwisseling
zal
verlopen.
De
revalidatieverstrekker bezorgt op het einde van het schooljaar een
evaluatieverslag aan de directie van de school en van het CLB.
- De toestemming van de directeur.
De 150 minuten kunnen uitzonderlijk overschreden worden voor leerplichtige
kleuters (dit zijn de kinderen in het kleuteronderwijs die de leeftijd van zes jaar
hebben bereikt) tot 200 minuten, verplaatsing inbegrepen mits een gunstig advies
van het CLB, in overleg met de klassenraad en de ouders.
Voor leerlingen die vallen onder de toepassing van het Besluit van de Vlaamse
Regering van 12 december 2003 betreffende de integratie van leerlingen met een
matige of ernstige verstandelijke handicap in het gewoon lager onderwijs kan de
afwezigheid maximaal 250 minuten per week bedragen, verplaatsing inbegrepen.
31
De verzekering van de leerlingen die tijdens de lestijden revalidatie krijgen buiten
de school, wordt tijdens de revalidatie en tijdens de verplaatsingen gedekt door
de revalidatieverstrekker.
3.3.6. Problematische afwezigheden.
Alle afwezigheden die niet opgesomd en gewettigd kunnen worden zoals hierboven
beschreven zijn te beschouwen als problematische afwezigheden. De school zal de
ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid. Van zodra
het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is, stelt de school
samen met het CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de
verificateurs. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een
begeleidingsplan opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen.
3.4. Geldelijke en niet-geldelijke ondersteuning die niet afkomstig is van de
Vlaamse Gemeenschap en de rechtspersonen die daarvan afhangen (reclame- en
sponsorbeleid)
In het Decreet Basisonderwijs zijn een aantal beginselen vastgelegd waaraan
scholen, die reclame en sponsoring door derden toelaten, zich sinds 1 september
2001 moeten houden.
Artikel 51,§4 bepaalt dat een schoolbestuur dat mededelingen toelaat die
rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel hebben de verkoop van producten of
diensten te bevorderen de volgende principes moet in acht nemen:
1. De door het schoolbestuur verstrekte leermiddelen of verplichte
activiteiten moeten vrij blijven van reclame.
2. Facultatieve activiteiten (vb. schoolreis, bosklassen,...) moeten vrij blijven
van reclame, behalve wanneer die enkel verwijst naar het feit dat de
activiteit of een gedeelte van de activiteit ingericht werd door middel van
een gift, een schenking of een prestatie om niet of verricht werd onder de
reële prijs door een bij name genoemde natuurlijke persoon, rechtspersoon
of een feitelijke vereniging.
3. Reclame en sponsoring mogen niet kennelijk onverenigbaar zijn met de
pedagogische en onderwijskundige taken en doelstellingen van de school. Dit
principe betekent dat er geen schade mag berokkend worden aan de
geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen en dat sponsoring
en reclame in overeenstemming moet zijn met de goede smaak en het
fatsoen.
4. Reclame en sponsoring mogen de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de
betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van de school niet in het gedrang
brengen.
32
Elke school die wenst gebruik te maken van reclame en sponsoring, moet over de
hierboven vermelde algemene principes concrete afspraken maken. Het staat vast
dat reclame en sponsoring hoe dan ook een rol spelen in de moderne maatschappij
en in de belevingswereld van kinderen. Het is daarom essentieel dat er over de
fundamentele visie op reclame en sponsoring voorafgaandelijk overleg wordt
gepleegd in de schoolraad / participatieraad. Via het schoolreglement worden de
ouders geïnformeerd over de afspraken die er m.b.t. sponsoring en reclame
gemaakt werden.
Als ouders het niet eens zijn met beslissingen van de school inzake sponsoring,
kunnen zij daarover een klacht indienen bij de Commissie Zorgvuldig Bestuur.
3.5. Ongevallen en de schoolverzekering (zie ook 3.10)
3.5.1. Vrijwilligers
De school maakt bij de organisatie van verschillende activiteiten gebruik van
vrijwilligers. De nieuwe wet van 3 juli 2005 betreffende de rechten van de
vrijwilligers verplicht o.m. de scholen om aan de vrijwilligers te informeren over
een aantal elementen. Omdat elke ouder een schoolreglement ontvangt en voor
akkoord ondertekent, kiest de school ervoor om de informatie betreffende de
vrijwilligers in het schoolreglement op te nemen. Op die manier is elke ouder op de
hoogte.
Organisatie
Zie 1.2
Verplichte verzekering
De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de
burgerlijke aansprakelijkheid, met uitzondering van de contractuele
aansprakelijkheid, van de organisatie en de vrijwilligers. Het verzekeringscontract
werd afgesloten bij Interdiocesaan Centrum 99523941147. De polis ligt ter inzage
op het schoolsecretariaat.
Vergoedingen
De activiteit wordt onbezoldigd en onverplicht verricht. De organisatie voorziet in
geen enkele vergoeding voor vrijwilligersactiviteiten.
Aansprakelijkheid
De school is aansprakelijk voor de schade die de vrijwilliger aan derden
veroorzaakt bij het verrichten van vrijwilligerswerk. Ingeval de vrijwilliger bij het
verrichten van vrijwilligerswerk de school of derden schade berokkent, is hij enkel
aansprakelijk voor zijn bedrog en zijn zware fout. Voor zijn lichte fout is hij
enkel aansprakelijk als die hem eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt.
Geheimhoudingsplicht
Het vrijwilligerswerk houdt in dat de vrijwilliger geheimen kan vernemen ten
aanzien waarvan hij gehouden is tot de geheimhoudingsplicht. Deze bepaling richt
33
zich vooral tot vrijwilligers die actief zijn binnen telefonische hulpverlening zoals
Tele-Onthaal, de Zelfmoordlijn en andere vormen van hulpverlening waarbij
vrijwilligers in contact komen met vertrouwelijke informatie. Op vrijwilligers die
actief zijn binnen scholen is deze bepaling in beginsel niet van toepassing.
3.6. Zittenblijven en vormen van leerlingengroepen
Het MDO beslist, in overleg en in samenwerking met het CLB dat onze school
begeleidt, of een leerling kan overgaan naar een volgende leerlingengroep.
Het is de klassenraad die beslist in welke leerlingengroep een leerling, die in de loop
van zijn schoolloopbaan van school verandert, terechtkomt.
Leerlingengroepen kunnen heringedeeld worden op basis van een gewijzigde
instroom. (Bijvoorbeeld in de kleuterschool na een instapdatum).
3.7. Orde- en tuchtmaatregelen
In uitzonderlijke gevallen kan een school een leerplichtige leerling in het lager
onderwijs als tuchtmaatregel tijdelijk of definitief uitsluiten. Deze beslissing
wordt genomen door de directeur of zijn afgevaardigde. In de praktijk zal een
definitieve uitsluiting in het basisonderwijs allicht zelden voorkomen. In gevallen
waar het gedrag van een leerling het recht op onderwijs van de medeleerlingen in
het gedrang brengt, moet er evenwel een ernstige sanctie mogelijk zijn. Beide
maatregelen (tijdelijk en definitief uitsluiten) kunnen dus enkel toegepast worden
op leerlingen waarmee een school zware tuchtproblemen heeft. Tijdelijke en
definitieve uitsluiting zijn ook niet bedoeld om een verstoorde communicatie
tussen school en ouders te beslechten. Tijdelijke en definitieve uitsluiting kunnen
evenmin door de directie gebruikt worden als oplossing voor een leerling met een
besmettelijke ziekte (bijv. luizen). Bij besmettelijke ziekten kan immers alleen de
arts van het Centrum voor Leerlingenbegeleiding beslissen welke maatregelen
aangewezen zijn.
1. Preventieve schorsing
Een preventieve schorsing is een uitzonderlijke maatregel die de directeur of zijn
afgevaardigde voor een leerplichtige leerling in het lager onderwijs kan hanteren
als bewarende maatregel om de leefregels te handhaven en om te kunnen nagaan
of een tuchtsanctie aangewezen is.
De leerling mag gedurende maximaal vijf opeenvolgende schooldagen de lessen en
activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen. De directeur of zijn
afgevaardigde kan, mits motivering aan de ouders, beslissen om de periode
eenmalig met maximaal vijf opeenvolgende schooldagen te verlengen, indien door
externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden
afgerond.
De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders
motiveert waarom dit niet haalbaar is.
34
2. Tijdelijke uitsluiting
De directeur of zijn afgevaardigde kan, in uitzonderlijke gevallen, een
leerplichtige leerling in het lager onderwijs tijdelijk uitsluiten. Een tijdelijke
uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt dat de gesanctioneerde leerling
gedurende minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen
de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet mag volgen.
Een nieuwe tijdelijke uitsluiting kan enkel na een nieuw feit.
De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders
motiveert waarom dit niet haalbaar is.
De school voorziet in een interne beroepsprocedure in het schoolreglement.
3. Definitieve uitsluiting
De directeur of zijn afgevaardigde kan, in uitzonderlijke gevallen, een
leerplichtige leerling in het lager onderwijs, definitief uitsluiten. Een definitieve
uitsluiting is een tuchtsanctie die inhoudt dat de gesanctioneerde leerling wordt
uitgeschreven op het moment dat die leerling in een andere school is ingeschreven
en uiterlijk één maand, vakantieperioden tussen 1 september en 30 juni niet
inbegrepen, na de schriftelijke kennisgeving.
In afwachting van een inschrijving in een andere school mag de gesanctioneerde
leerling de lessen en activiteiten van zijn leerlingengroep niet volgen.
De school voorziet opvang voor de leerling, tenzij de school aan de ouders
motiveert waarom dit niet haalbaar is.
Om te vermijden dat het verantwoordelijk blijven van de school ertoe leidt dat
ouders van een uitgesloten leerling geen inspanningen doen om hun kind in een
andere school in te schrijven, is een termijn voorzien waarna de sanctie van
uitsluiting effectief uitwerking krijgt. Is een kind een maand na de schriftelijke
kennisgeving nog niet in een nieuwe school ingeschreven, dan is de oude school dus
niet langer verantwoordelijk voor de opvang van de uitgesloten leerling. Het zijn
uiteindelijk de ouders die erop moeten toezien dat hun kind aan de leerplicht
voldoet.
De school doet er in elk geval goed aan om bij uitsluiting het bevoegde CLB in te
schakelen om samen naar een oplossing te zoeken.
4. Procedure bij tijdelijke en definitieve uitsluitingen van een leerling
Tijdelijke en definitieve uitsluitingen kunnen alleen uitgevoerd worden na een
procedure die de rechten van verdediging waarborgt en waarin de volgende
principes gerespecteerd worden:
1. het voorafgaandelijke advies van de klassenraad moet worden ingewonnen. In
geval van een definitieve uitsluiting moet de klassenraad uitgebreid worden met
een vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft;
35
2. de intentie tot een tuchtmaatregel wordt aan de ouders schriftelijk ter kennis
gebracht;
3. de ouders en de leerling hebben inzage in het tuchtdossier van de leerling, met
inbegrip van het advies van de klassenraad, en worden gehoord, eventueel
bijgestaan door een vertrouwenspersoon;
4. de tuchtstraf moet in overeenstemming zijn met de ernst van de feiten;
5. de genomen beslissing wordt schriftelijk gemotiveerd en ter kennis gebracht
aan de ouders van de betrokken leerling. De school verwijst in de kennisgeving
naar de mogelijkheid tot het instellen van het beroep en neemt de bepalingen
uit het schoolreglement die hier betrekking op hebben, op in die kennisgeving.
5. Beroepsprocedure bij definitieve uitsluiting van een leerling
De ouders die een beslissing tot definitieve uitsluiting betwisten, hebben toegang
tot een beroepsprocedure. Het beroep schort de uitvoering van de beslissing tot
uitsluiting niet op. De beroepsprocedure is vastgelegd in het schoolreglement en
houdt rekening met onderstaande principes.
De ouders stellen het beroep in bij het schoolbestuur. Het verzoekschrift wordt
gedateerd en ondertekend en vermeldt ten minste het voorwerp van beroep met
feitelijke omschrijving en motivering van de ingeroepen bezwaren. Bij deze
omschrijving kunnen overtuigingsstukken gevoegd worden.
Het beroep wordt behandeld door een beroepscommissie. Het beroep leidt tot:
1. hetzij de gemotiveerde afwijzing van het beroep op grond van
onontvankelijkheid als:
a) de in het schoolreglement opgenomen termijn voor indiening van het beroep
is overschreden;
b) het beroep niet voldoet aan de vormvereisten opgenomen in het
schoolreglement;
2. hetzij de bevestiging van de definitieve uitsluiting,
3. hetzij de vernietiging van de definitieve uitsluiting.
Het schoolbestuur aanvaardt de verantwoordelijkheid voor deze beslissing van de
beroepscommissie.
Het resultaat van het beroep wordt aan de ouders gemotiveerd en schriftelijk ter
kennis gebracht binnen de termijn bepaald in het schoolreglement. Bij
overschrijding van deze termijn is de omstreden definitieve uitsluiting van
rechtswege nietig.
3.8. VOOR PESTEN IS ER IN ONZE NULTOLERANTIE!
De basis van de gedragscode op school is de volgende: je bepaalt niet alleen zelf of je
gedrag oké is of niet. In een groep hou je rekening met anderen. Op het moment dat
36
de andere aangeeft dat hij iets niet leuk vindt, moet je daar rekening mee leren
houden.
Hoe pestgedrag voorkomen of tijdig stoppen?

Het onderscheid tussen plagen en pesten is niet altijd voor iedereen duidelijk. De
grens kunnen we aangeven op de volgende manier : vanaf het moment dat je weet
dat de ander iets niet leuk vindt en erdoor gekwetst wordt, ben je verplicht daar
rekening mee te houden.

De school treedt streng op in geval van pesten . Wij rekenen in dat geval ook op de
medewerking van de ouders om controle over het probleem te helpen uitoefenen.

De school is vaak niet op de hoogte van pestgedrag. Daarom is het belangrijk dat
leerlingen en ouders de school tijdig inlichten over pestgedrag. Melden van pesten
is niet klikken maar is de plicht van iedereen die daar getuige van is.

De klasleerkracht en de directie zullen na pestgedrag gesprekken hebben met de
klas en/of enkele individuen.

De ouders worden via de agenda van hun kind op de hoogte gebracht. Soms wordt
er een brief meegegeven aan de kinderen.

Herhaaldelijk pesten? Dan zullen er gepaste straffen volgen!
37
3.9. Bijlage Schoolreglement (afspraken)
3.8.1. De organisatie van uren en toezicht
Klasuren
Voormiddag : 08.25 tot 12 uur,
op woensdag : 08.25 tot 11.35 uur,
Maandagnamiddag : van 13 tot 15.20 uur
Dinsdag, donderdag- en vrijdagnamiddag van 13.15 tot 15.20 uur
Toezicht en opvang in de school:
Op de 2 speelplaatsen is er toezicht door de leerkrachten vóór de lessen
vanaf 8 uur en na de lessen tot 15.45 uur, woensdag tot 11.50 uur.
Er is ook opvang van 15.20 tot 16.15 uur op maandag en dinsdag ENKEL voor
de kinderen waarvan broer of zus op het secundair campus Sint-Aloysius zit.
Voor die opvang vragen we een kleine vergoeding.
U ontvangt hiervoor een nota van diegene die met het toezicht belast is.
Middagverblijf:
De kinderen kunnen hun meegebrachte boterhammen gebruiken in de eetzaal.
Wij verwachten dat de kinderen een drankje van de school nemen tijdens de
middag. Het aanbod is voldoende ruim. Wie zelf drank meebrengt, doet dit best
in een goed sluitende drinkbus. Afval wordt mee naar huis genomen.
Kinderen van het lager onderwijs kunnen een warm middagmaal gebruiken op
het internaat. Kostprijs : € 4 (hoofdmaaltijd, dessert en water aan tafel)
Aanmelden en betalen bij de klasleerkracht op donderdagmorgen
Niet ingeschreven? Dan kost de maaltijd € 6, onmiddellijk te betalen.
Meer en meer kinderen brengen drank mee in brik. Wij als school zijn hiervan geen
voorstander. Een goed sluitende drinkbus is beter voor het milieu. Ook kan er
uiteraard drank op school gekocht worden.
Wie toch verpakkingsmateriaal meebrengt, neemt dit terug mee naar huis in de
brooddoos.
Indien kleuters of kinderen van het lager onderwijs een stuk fruit meebrengen
naar school en dit niet helemaal opeten, kunnen zij best een apart doosje
meebrengen om de overschot in mee te nemen. Zo beschadigen zij hun werkboeken
en werkschriften niet in de boekentas.
Ook verpakkingen van koekjes gaan mee naar huis. Dus wie koekjes meebrengt, kan
deze best in een koekendoosje steken.
Indien wij samen (ouders, kinderen en leerkrachten) aan dit afvalbeleid werken,
staan wij samen garant voor een beter milieu.
38
3.8.2. Voor- en naschoolse opvang
TUTTI FRUTTI
Hasseltsesteenweg 482
3800 St-Truiden
Tel.: 011/31 61 58
Tutti Frutti is een initiatief van het Stadsbestuur voor buitenschoolse opvang.
De kinderen worden opgevangen vanaf 06.30 uur tot het begin van de lessen en
vanaf het einde van de lessen tot 18.30 uur.
De kinderen worden 's morgens naar school en 's avonds weer naar de opvang
gebracht.
Op schoolvrije dagen is er opvang van 06.30 tot 18.30 uur.
3.8.3. De organisatie van de oudercontacten
Contacten: ouders - school:
In september is er een algemene contactdag voor de ouders, waar zij informatie
krijgen over de werking in de klas en in de school.
In november is er gelegenheid voor alle ouders, ook die van de kleuters, om
individueel de ontwikkeling van hun kinderen te bespreken met de leerkracht.
Dit kan ook gebeuren in maart en op het einde van het schooljaar.
3.8.4. Beoordeling van het leerproces van de leerlingen (wijze van
rapporteren)
Om de ontwikkeling en de schoolse vorderingen van uw kind objectief, meetbaar en
systematisch te volgen, hanteert de school een leerlingvolgsysteem. Door middel van
genormeerde en niet-genormeerde toetsen en observatie worden heel wat gegevens
verzameld waarover wij u regelmatig rapporteren. Leerstofinhouden die tot de
prioritair te verwerven basisvaardigheden van het basisonderwijs behoren, nl. de
leesontwikkeling, spelling-, luister- en rekenvaardigheden worden opgevolgd m.b.v.
genormeerde toetsen. Van ieder kind worden van deze vaardigheden twee
elementaire gegevens bijgehouden :
- Beheerst deze leerling een bepaalde leerinhoud om een volgende fase van het
leerproces aan te vatten
- Waar situeert zich dit kind ten overstaan van een vorig toetsmoment, vergeleken
met zichzelf en met de landelijke leeftijdsgroep.
De gegevens i.v.m “beheersing” en “situering” worden bijgehouden in een individuele
map die in de school wordt bewaard en telkens wordt doorgegeven naar het volgende
leerjaar vanuit de kleuterschool tot in het zesde leerjaar.
Uitgebreide
becommentariëring komt uiteraard aan bod tijdens de oudercontacten.
Iedere klastitularis neemt daarnaast ook niet-genormeerde toetsen en overhoringen
af, meestal na het afwerken van een thema. De resultaten hiervan worden op het
rapport steeds vermeld als een percentage.
39
3.8.5. Zorgbeleid
De uitbouw van een zorgbeleid in een school veronderstelt steeds het uitvoeren op
verschillende niveaus :
1. De coördinatie van zorginitiatieven op het niveau van de school
2. Het ondersteunen van het handelen van de leerkrachten
3. Het begeleiden van de leerkrachten
De zorgbegeleider moet niet alleen de extra zorg coördineren. Zij helpt ook de
leerkracht om leerproblemen bij leerlingen te verhelderen. Zij is de schakel
met het CLB. Uiteraard begeleidt zij zelf ook (individuele) leerlingen op vraag
van de leerkracht in de klas of daarbuiten als het nodig is.
Onze school moet voor elke leerling die voor het eerst in het lager onderwijs
instroomt een taalscreening uitvoeren. Indien onze school op basis van de resultaten
van de screening het nodig acht, wordt een taaltraject voorzien dat aansluit bij de
specifieke noden van het kind.
3.8.6. Doorverwijzing naar het buitengewoon onderwijs
Soms zal het schoolteam deze onderwijsvorm adviseren indien het dit noodzakelijk
acht.
Alleen leerlingen die het echt nodig hebben worden tot het BuO toegelaten.
Het is bedoeld voor kinderen met een ontwikkelingsachterstand die in een gewone
school niet meekunnen . Deze school biedt ook opvang aan kinderen met ernstige
taal- en spraakstoornissen en leermoeilijkheden.
Ze worden therapeutisch behandeld en de onderwijsmethode krijgt veel aandacht.
Men tracht ook de al opgelopen achterstand in te lopen.
3.8.7. Niveaulezen
Om te bereiken dat alle kinderen de leestechniek volledig zouden beheersen, wordt
éénmaal per week niveaulezen georganiseerd in het 2de leerjaar.
In september wordt van elk kind een leestoets afgenomen door de zorgleerkracht
om het leesniveau vast te stellen (om te bepalen hoe vlot het kind kan lezen).
De kinderen uit de hogere klassen worden verondersteld een voldoend hoog niveau
te hebben. Daarom zijn ze niet meer betrokken bij het niveaulezen.
Na het afnemen van de toetsen worden de kinderen verdeeld in kleine groepen (tot 6
leerlingen). In elk groepje zitten kinderen van hetzelfde niveau. Ze lezen om beurt
uit het hun aangeboden leesboek aangepast aan hun leesniveau. Ze doen dit onder
leiding van een leerkracht, een leesmoeder of leesvader.
Na enkele maanden wordt een nieuwe toets afgenomen om de vorderingen vast te
stellen en het nieuwe niveau te bepalen. Na de toetsafname worden nieuwe groepjes
samengesteld.
De ervaring leert ons dat deze werkwijze veel aangenamer en efficiënter is dan het
40
klassieke luidop lezen in de klas. Het niveaulezen is een aanvulling, het vervangt het
luidop lezen in de klas niet volledig. Het klassieke luidop lezen blijft ook nodig, zeker
in de lagere klassen. Het kan echter zijn dat dit niveaulezen vervangen wordt door
andere vormen van leesstimulatie en/of –training (bij.v. partnerlezen waarbij een
variëteit aan boekjes aangeboden wordt : versjes, gedichtjes, strips, ,
prentenboeken informatieve boeken, …
3.9. Afspraken in de school
3.9.1.Te laat komen
Te laat komen stoort de werking van de klas. Ouders zien er op toe dat hun kind
tijdig op school is, ook in de kleuterklas.
WIJ VRAGEN MET AANDRANG DAT OUDERS ERVOOR ZORGEN DAT HUN
KIND VÓÓR HET BELSIGNAAL OP DE SPEELPLAATS AANWEZIG IS
Kinderen die te laat komen, melden zich eerst bij de directie.
3.9.2. Huiswerk, agenda’s en rapporten
Tijdens het schooljaar 2010-2011 heeft het leerkrachtenteam van het lager
onderwijs gewerkt aan “huiswerkbeleid”.
In de loop van het schooljaar 2011-2012 heeft u de nodige info hierover
ontvangen. Hieronder vindt u deze opnieuw terug.
1. Waarom is er huiswerk in onze school en waarom vinden wij dit zinvol?
1. Huiswerk kan een extra inoefening zijn van de geziene leerstof.
2. Naast de leerinhouden hecht de school ook belang aan het bijbrengen van
bepaalde attitudes, doorzettingsvermogen, werkhouding,… door het geven
van huiswerk.
3. Via het maken van huiswerk leren onze leerlingen beetje bij beetje
zelfstandig te werken. Stapje per stapje worden ze vaardiger om een taak
alleen te kunnen maken.
4. Via het huiswerk leren we de kinderen vanaf een bepaalde leeftijd plannen.
Zo leren ze zich inspannen voor iets en dat voor een bepaalde datum in orde
brengen.
5. Huiswerk kan een zinvolle voorbereiding, uitbreiding of verwerking op
klasactiviteiten zijn.
41
6. Huiswerk betrekt ouders bij de school. Via huiswerk weten ouders waarmee
hun kind op school bezig is.
7. Voor de 3de graad betekent dit ook een voorbereiding op het middelbaar.
Het leren van lessen is nodig om leerstof te verwerven.
2. Wat verwachten wij van de ouders in verband met huiswerk?
We verwachten in de eerste plaats dat ouders hun kinderen stimuleren en
aanmoedigen. Dit kan door iedere dag interesse te tonen voor wat het kind
doet op school, hierover vragen te stellen (Wat heb je vandaag geleerd?) en
ook door interesse te tonen voor het huiswerk van het kind.
Een eerste stap is het samen overlopen en tekenen van de agenda. Laat uw kind
zelf even uitleggen wat het moet doen, wat de opdracht is.
Probeer een vaste structuur en een zekere regelmaat in te bouwen. Een
bepaald tijdstip staat in het teken van huiswerk. Creëer op dat moment de
nodige rust, licht en warmte, zodat de kinderen hun taken kunnen maken. Voor
elk gezin betekent dit samen op zoek gaan naar wat mogelijk is. Voor kinderen
van de lagere leerjaren is het nodig om zelf wat tijd vrij te maken om toezicht
te houden tijdens het uitvoeren van de taken.
Tip: een vast moment en een vaste plaats zorgen voor een veilige leeromgeving.
Controleer of huistaken zijn gemaakt. U mag de les al eens opvragen, indien uw
kind daar zelf naar vraagt, of interesse tonen en laten zien dat u het ook
belangrijk vindt dat uw kind zich inzet voor de gegeven opdracht.
Zet uw kind aan tot zelfcontrole:
-
Is alles ingevuld?
-
Ben je niets vergeten?
-
Heb je de juiste bewerking uitgevoerd?
-
Vond je het moeilijk/makkelijk? Waarom? Vond je het leuk?
Kinderen van de eerste en de tweede graad hunkeren al eens naar een
luisterend woord bij het hardop lezen. Zo worden ze zich ook bewust van de
fouten die ze lezen.
42
Indien er zich ernstige moeilijkheden voordoen bij het maken van huiswerk,
mag u gerust uw reacties hierover noteren in de agenda van uw kind. Als het
echt niet lukt, laat dan uw kind stoppen en duid aan tot waar het gemaakt is.
Sowieso vragen we wel dat het kind toont dat het het geprobeerd heeft en dus
een aanzet gegeven heeft om het te maken.
Ook bij veranderingen in de thuissituatie die ervoor zorgen dat het huiswerk
tijdelijk hinder ondervindt, mag u dit in de agenda noteren.
Hoe ouder kinderen worden, hoe meer zelfstandigheid ze verwerven in het
maken van huiswerk. Geef hen de autonomie die ze verdienen en aankunnen.
Controleer gewoon of het huiswerk gemaakt is. Voor kinderen van de eerste
leerjaren is het nodig om toezicht te houden. Maar laat kinderen van een zesde
leerjaar gerust volledig de eigen verantwoordelijkheid opnemen in het plannen
en uitvoeren van hun taken.
3. Wat verwachten we zeker niet van de ouders?
We verwachten niet dat u het huiswerk zelf invult of verbetert. U kan wel het
kind erop wijzen dat er fouten instaan, maar laat het kind ze zelf opsporen.
Duid de oefening aan waar het fout ging (bijvoorbeeld door er een kruisje aan
te zetten), zodat de leerkrachten een correct beeld krijgen.
We verwachten niet dat u uitleg geeft wanneer uw kind iets niet begrepen
heeft. Moedig uw kinderen aan om met vragen naar de leerkracht te komen.
Indien we leerinhoud op een verschillende manier gaan uitleggen aan de
kinderen, maken we de situatie voor onze kinderen alleen maar moeilijker.
We verwachten niet dat u nog extra huiswerk opgeeft of dat je zelf nog uren
met het kind bezig bent rond de leerinhoud. De dagelijkse training van
bepaalde leerinhouden, die in één van de punten hieronder aangehaald zijn of
naar aanleiding van bepaalde moeilijkheden die uw kind heeft, wordt best
beperkt. Beter regelmatige en korte oefenmomenten, dan slechts één
sporadisch lang moment. Het kind heeft nog veel behoefte aan spel en vrije
tijd. Dat hebben ze na een dagje flink werken wel verdiend.
4.
Wanneer geven we huiswerk?
Op welke dagen is het mogelijk dat de kinderen huiswerk krijgen?
Eerste en tweede leerjaar: krijgen huiswerk mee op maandag, dinsdag en
donderdag
In het eerste leerjaar wordt verwacht om iedere dag de aangeleerde letters of
woordjes in te oefenen.
43
In het tweede leerjaar leren de kinderen de tafels. Vanaf dat moment is het
aangeraden de tafels elke dag enkele minuten te oefenen.
Omdat het leesproces zich nog in de beginfase bevindt, raden we aan om iedere
dag samen met uw kind luidop te lezen. Dit zowel in het 1ste als in het 2de
leerjaar. Ook kan er oefenmateriaal meegegeven worden om tijdens vakanties
dit te onderhouden.
Derde en vierde leerjaar: 3x/week
De maal- en deeltafels blijven dan heel belangrijk en moeten goed geoefend
worden. Ook de plus- en minoefeningen tot 20 moeten geautomatiseerd zijn.
In het vijfde en zesde leerjaar kunnen de leerlingen elke dag huiswerk krijgen.
Ze leren dan Frans. Daarom raden we aan dat de leerlingen elke dag 5 à 10
minuten Frans oefenen.
Indien mogelijk worden toetsen zoveel mogelijk op voorhand opgegeven. Op die
manier kunnen de leerlingen zelf hun opdrachten plannen.
Bij speciale gelegenheden, zoals kermis, schoolfeest, feestdagen,… worden er
geen huistaken of lessen gegeven. Dit geldt voor de ganse lagere school.
5. Tijdsduur
1ste en 2de leerjaar
3de en 4de leerjaar
5de en 6de leerjaar
10 à 15 minuten
20 à 30 minuten
30 à 60 minuten
Als je merkt dat deze tijdsduur thuis niet haalbaar is, kun je dit best melden
aan de leerkracht. Duid aan hoe ver je kind geraakt is als de opgegeven tijd om
is.
6. Het geven en opvolgen van huistaken.
Huistaken worden op het bord genoteerd. De kinderen schrijven deze over in
de agenda. De leerkrachten leggen de taken duidelijk uit aan de kinderen.
Wij kiezen ervoor om huiswerk niet te quoteren.
Wel volgen wij het huiswerk op. Het is geen eindpunt, maar we trachten het te
evalueren afhankelijk van het kind en zijn leeftijd. Dit kan gaan van een
beloningsstempel of een verwoording tot zelfcorrectie. Zo krijgen we een
duidelijker beeld van het kind, zodat we er op kunnen inspelen.
De huistaken worden door de leerkrachten individueel of klassikaal verbeterd.
44
Toetsen waarvoor de kinderen moeten leren, worden tijdig aan hen meegedeeld.
Kinderen uit parallelklassen (vb. 6A en 6B) krijgen niet noodzakelijk dezelfde
huistaken of lesoverhoringen. Ze krijgen wel dezelfde toetsen voor het
rapport.
7. Welke huistaken krijgen onze kinderen?
De huistaken die onze kinderen krijgen, kunnen heel divers zijn:
rekenopdrachten, taal, opzoekwerk, lezen, een interview afnemen, knutselen,
een gedichtje overschrijven, een spreekoefening voorbereiden, foto’s
verzamelen enz.
Regelmatig moeten de kinderen ook iets leren.
We zijn ervan overtuigd dat dit alles nut heeft.
Uw kind kan ook spreek – en schrijfopdrachten krijgen. Belangrijk is dat deze
oefeningen spontaan van de kinderen komen. Wij verwachten op dit vlak zeker
geen perfectie. Het is dus niet de bedoeling dat ouders deze taak op zich
nemen.
8. Huiswerk niet gemaakt
Indien het huiswerk niet werd gemaakt, zal de school maatregelen nemen.
De leerkracht zal beslissen over de te nemen maatregel.
De afname van de toetsen… In de eerste en tweede graad worden de vragen
gelezen door de leerkrachten, er wordt ook wat toelichting bij gegeven. In de
derde graad gebeurt dit niet meer. De kinderen lossen de opgaven zelfstandig op.
Ze krijgen geen extra uitleg, noch klassikaal, noch individueel.
Dit gaat op voor het merendeel van de kinderen; er zijn echter uitzonderingen.
Bijvoorbeeld kinderen met dyslexie, ADHD, …krijgen soms hulp van de leerkracht,
of extra tijd ... Dit moet echter beslist worden tijdens een MDO en afgesproken
met de ouders (en genoteerd in het LVS).
Als ze klaar zijn leggen ze hun toetsen omgekeerd op de bank. Ze voeren daarna
een zinvolle opdracht uit (lezen, taak afwerken, enz…) tot iedereen klaar is. Dan
worden de toetsen rond gehaald.
We stellen soms vast dat een les weinig of totaal niet begrepen is omdat de
meeste kinderen abnormaal lage punten hebben. Dan kan het aangewezen zijn om
na remediëring een nieuwe toets te geven voor alle kinderen. Dan kan het
gemiddelde genomen worden van die punten.
45
Als de toetsen regelmatig geremedieerd worden, kan een kind veel leren van zijn
fouten en de leerkracht ook. Hij/zij kan zijn leerkrachtenstijl aanpassen of
andere werkvormen hanteren om tot betere resultaten te komen.
Voor de kleuters is er een heen-en weer-schriftje. Dit bevat allerlei informatie,
mededelingen, versjes en liedjes. Gelieve dit in te kijken als uw kleuter een kruisje
op de hand heeft.
Gelieve de agenda en het heen- en weerschriftje dagelijks na te kijken en
wekelijks te ondertekenen.( tenzij anders afgesproken met de klasleerkracht)
De kleuters krijgen bij elk nieuw thema een nieuwsbrief mee met de activiteiten
die ze plannen.
3.9.3. Bijdrageregeling (ouders) ( zie bijlage)
In bijlage vindt u een lijst met een raming van de financiële bijdragen die we kunnen
vragen.
Deze lijst bevat zowel verplichte als niet verplichte uitgaven. Verplichte uitgaven
zijn uitgaven die u zeker zult moeten doen. Zaken die de school als enige aanbiedt,
koopt u verplicht op school. Er zijn ook zaken die u zowel op school als ergens
anders kunt aankopen. Niet verplichte uitgaven zijn uitgaven voor zaken die u niet
verplicht moet aankopen of activiteiten waar u niet verplicht aan moet deelnemen,
maar als u ze aankoopt of eraan deelneemt moet u er wel een bijdrage voor betalen.
We baseren ons voor het bepalen van de richtprijs op de prijs die de zaak of
activiteit vorig schooljaar kostte. Basisonderwijs moet voor alle leerlingen
toegankelijk zijn. Het is niet aanvaardbaar dat ouders omwille van hun krappe
financiële situatie hun zoon of dochter niet naar de school van hun keuze kunnen
laten gaan. Daarom stelt de minister nu dat alles wat in de strikte betekenis te
maken heeft met het bereiken van de eindtermen of het nastreven van de
ontwikkelingsdoelen kosteloos moet zijn. Dat wil zeggen dat wij als basisschool
bepaalde zaken niet meer mogen verrekenen in uw schoolrekening. Het gaat dan
onder andere om schrijfgerief, tekengerief, knutselmateriaal, handboeken,
meetmateriaal, passer, atlas … (een volledig lijstje kan u hieronder vinden).
Als katholieke school staan we achter de maatregel dat onderwijs er is voor
elkeen. Ook voor kinderen van arme, onbemiddelde gezinnen.
Wil dit zeggen dat u vanaf het schooljaar 2008-2009 geen schoolrekening meer
krijgt? Toch niet. De minister erkent dat scholen nog vele andere activiteiten
ontwikkelen die niet met de strikte eindtermen (zeg maar: de minimumdoelen) te
maken hebben. Denk hierbij aan schoolzwemmen, museumbezoek, schoolreizen. Of
diensten waarop u als ouder toch rekent, en hiervoor ook wil betalen: opvang,
drankjes, maaltijden,… Onze school zal u hiervoor wel een schoolrekening kunnen
46
maken. Over die zaken hebben we immers afspraken gemaakt met de schoolraad.
De school kan immers niets gratis doen: wij moeten ergens die zaken aanrekenen.
Scholen organiseren ook heel wat activiteiten die het leren boeiender en
aangenamer maken voor kinderen. Deze activiteiten zijn niet noodzakelijk voor de
eindtermen en ontwikkelingsdoelen en komen daarom niet op de lijst.
Om de kostprijs van deze activiteiten te begrenzen, werken scholen vanaf het
schooljaar 2008-2009 met een dubbele maximumfactuur.
1. De scherpe maximumfactuur omvat activiteiten zoals toneelbezoek,
sportactiviteiten, schooluitstappen van één dag, …
De scherpe maximumfactuur bedraagt voor een kleuter :
2- en 3-jarigen : 25 euro
4-jarigen :
35 euro
5-jarigen :
40 euro
voor kinderen lager onderwijs : 70 euro
2. De minder scherpe maximumfactuur omvat de activiteiten buitenshuis. Dit
gaat om meerdaagse uitstappen voor één of meerdere klassen (deels)
tijdens de schooluren (bijv. bosklas,). De minder scherpe maximumfactuur
bedraagt voor een kleuter 0 euro en voor een kind uit de lagere school 410
euro voor de volledige duur van het lager onderwijs. Zo kan elk kind normaal
gezien mee op meerdaagse uitstap.
Betalingsmodaliteiten
Elke klas heeft een raming gemaakt van de “verplichte uitgaven”. Deze zullen
via een overschrijving betaald worden.
U krijgt half december een afrekening voor het eerste trimester en half juni
voor de rest van het schooljaar.
Elke afwezigheid wordt genoteerd en zal niet aangerekend worden.
In september zal er een voorschot gevraagd worden.
Drank in de eetzaal:
Er is water, chocomelk, sinaasappelsap, multivitaminesap, appelsap, yoghurtdrank.
Er kunnen drankbonnen gekocht worden op school, mits onmiddellijke betaling : 6
drankbonnen voor € 3. Dit gebeurt op donderdagmorgen.
47
Zwemmen en schaatsen :
De Minister van Onderwijs eist dat het schoolzwemmen gedurende één schooljaar
gratis is. We hebben beslist dat in onze school het 6de leerjaar gratis mag gaan
zwemmen.
De kinderen gaan 6 keer zwemmen en 1 keer schaatsen. De onkosten voor het
zwemmen en het schaatsen zitten in de verplichte kosten.
Tijdschriften :
De leerlingen kunnen zich, geheel vrijblijvend, abonneren op een tijdschrift :
Zonneland, Zonnekind, Vlaamse Filmpjes, Doremi , Dopido,
Ook occasionele aanbiedingen die u via de school ontvangt zijn geheel vrijblijvend.
Turnpak (enkel voor het lager onderwijs)
Katoenen T-shirt met embleem van de school en tricot bermuda zijn te verkrijgen
in de school. Ze zijn per setje verkrijgbaar.
Kostprijs per setje : € 17,50
Indien u problemen ondervindt met het betalen van bepaalde kosten, kunt u
contact opnemen met de directie. Het is de bedoeling dat er afspraken worden
gemaakt over een aangepaste betalingsmodaliteit. Wij verzekeren een discrete
behandeling van uw vraag.
3.9.4. Lessen lichamelijke opvoeding en zwemmen
De lessen bewegingsopvoeding maken integraal deel uit van ons aanbod. Alle
kinderen moeten eraan deelnemen. De sportieve opvoeding van de kinderen vinden
we heel belangrijk.
In de lagere school en in de kleuterschool zijn er wekelijks lessen
bewegingsopvoeding.
De kinderen van de lagere school zijn verplicht om de sportkledij
van de school te dragen tijdens de lessen.
Om hygiënische redenen kleden zij zich best om na de turnles.
De kinderen gaan 6 keer zwemmen per schooljaar.
Het zwemonderricht vormt een onderdeel van de totale bewegingsopvoeding.
Daarom mag enkel een medische reden ingeroepen worden om een afwezigheid
tijdens het zwemmen te verantwoorden. Ze gaan ook 1 maal schaatsen.
De niet-zwemmers blijven tijdens de zwemles op school.
(T-shirt en broekje) met naam van de school zijn te koop in de school.
Voor de zwemles wordt verwacht dat alle kinderen over een zwempak, twee
handdoeken, een kam, een badmuts en slippers beschikken.
48
3.9.5. Een- of meerdaagse schooluitstappen
Elke klas organiseert regelmatig leeruitstappen. Dit heeft steeds tot doel
levensecht onderwijs te bieden en de betrokkenheid van de kinderen te vergroten.
Ze passen in een leerstofgeheel of binnen het kader van een project. Vaak kunnen de
kinderen ervaringen opdoen die ze binnen de klasmuren niet of slechts gedeeltelijk
kunnen beleven.
Om de twee jaar gaan de kinderen van de derde graad op bosklas gedurende een
week. Dan staat niet enkel het leren centraal, maar ook de sociale vaardigheden
zijn van belang. Voor deelname aan een extra-muros activiteit is de schriftelijke
toestemming van de ouders vereist. Het streefdoel is dat alle leerlingen
deelnemen aan de extra-muros activiteiten. Bij ééndaagse uitstappen geldt de
ondertekening van dit schoolreglement als principiële toestemming voor deelname
aan die ééndaagse uitstappen. Indien de ouders de toestemming bij een ééndaagse
extra-muros activiteit weigeren, dienen zij dat vooraf aan de school te melden. Bij
een meerdaagse extra-muros activiteit is een afzonderlijke schriftelijke
toestemming van de ouders vereist.
3.10. Ongevallen en de schoolverzekering
Elk kind ingeschreven in de school is lichamelijk verzekerd tegen ongevallen op
school, op weg naar school of tijdens uitstappen en leerwandelingen.
Bij een ongevalaangifte vullen de dokter en de ouders de nodige formulieren in.
Deze worden binnen de 2 dagen op school afgegeven.
De ouders betalen de doktersrekening en gaan met de briefjes naar de
mutualiteit.
Zij vragen het bewijs van het niet-terugbetaalde bedrag. Dit bedrag wordt
volledig door de verzekering betaald.
3.11. Zittenblijven en vormen van leerlingengroepen
De school beslist, in overleg en in samenwerking met het CLB dat onze school
begeleidt, of je kind kan overgaan naar een volgende leerlingengroep. Wil de
school dat je kind een jaar overdoet, dan is dit omdat ze ervan overtuigd is
dat dit voor je kind de beste oplossing is. De genomen beslissing wordt ten
aanzien van de ouders schriftelijk gemotiveerd en mondeling toegelicht. De
school geeft ook aan welke bijzondere aandachtspunten er in het
daaropvolgende schooljaar voor je kind zijn. De school neemt deze beslissing
dus in het belang van je kind.
49
Het is de school die beslist in welke leerlingengroep je kind, die in de loop van
zijn schoolloopbaan van school verandert, terechtkomt.
Leerlingengroepen kunnen heringedeeld worden op basis van een gewijzigde
instroom. (Bijvoorbeeld in de kleuterschool na een instapdatum).
Criteria voor de indeling in leerlingengroepen
In de kleuterklas worden de groepen gevormd op basis van de leeftijd.
We streven daarenboven naar evenwicht in de klasgrootte en evenwicht tussen het
aantal jongens en meisjes.
Naargelang we instapuren krijgen na de krokusvakantie, kan de structuur van de
peuterklas(sen) en de andere kleuterklas(sen) er anders gaan uitzien!
Lagere school
De oorspronkelijke gevormde klasgroep vanuit de kleuterafdeling blijft in principe
doorheen de ganse school behouden.
Nieuw ingeschreven leerlingen worden op vraag van de ouders in de groep van een
vriendje of vriendinnetje geplaatst. Op de vraag om de leerling bij een bepaalde
leerkracht te zetten gaan wij in principe niet in.
Wij motiveren dit als volgt:
- Al onze collega’s zijn goed opgeleid, hebben voldoende ervaring en werken met
grote inzet en engagement.
- Indien ouders emotionele weerstanden menen te ondervinden, vragen wij dat zij
ons dit onmiddellijk signaleren, zodat het nodige kan gedaan worden om het
probleem op te lossen.
- Het onderscheid tussen A en B-klas is enkel een administratief gegeven. Om
zeker niet de indruk te geven dat deze indeling een niveauverschil aanduidt
stromen de leerlingen normaal gezien van een A-klas het volgend jaar naar een Bklas en omgekeerd. Van deze regel kan afgeweken worden omwille van
pedagogische redenen.
3.12 Rookverbod
Het is op school verboden te roken. Wij vragen aan ouders en sympathisanten om
ook in de schoolomgeving niet te roken.
Indien er activiteiten buiten de lesuren georganiseerd worden, beslist het
schoolbestuur of er al dan niet mag gerookt worden.
3.13 Andere
 Kledij en uiterlijk
We verwachten dat de kinderen door hun kledij en het uiterlijk respect tonen
50
voor anderen. Dit houdt in dat ze bvb. geen strandkledij dragen in de school, ook
niet als het heel warm is: geen blote rug en geen blote buik.
Schunnige teksten op kleding wordt niet getolereerd. Ook rollende schoenen zijn
niet toegelaten.
 Omgangsvormen: houding en gedrag - in en buiten de school
- De leerlingen zijn beleefd tegen de leerkrachten, de directie en het
onderhoudspersoneel.
- Ze tonen ook respect voor elkaar.
- Ze proberen ruzie op 'n vreedzame manier op te lossen door dialoog.
- Er wordt geen geweld gebruikt.
- Ook verbaal geweld wordt niet getolereerd – geen scheldwoorden of
kwetsende opmerkingen.
- Er wordt niet gepest.
- Ze doen niets terug als er geslagen of gepest wordt maar melden dit aan
een leerkracht of de directie, die zullen maatregelen nemen om dit
pestgedrag te stoppen.
- De leerlingen worden gestimuleerd om eender welke vorm van pesten te
melden.
Mogelijke sancties
Kleuters en 1ste leerjaar
- op het stoeltje zitten
- even tegen de muur staan
kinderen vanaf het 2de leerjaar
- een nota in de agenda, te ondertekenen door de ouders
- een aangepaste straf
 een extra opdracht tijdens aangename activiteiten: les B.O., muzische
vorming,…
 een thuisopdracht
 alternatieve opdracht: speelplaats of eetzaal of klas, … opruimen
 bij zeer ernstige feiten: onmiddellijke tijdelijke uitsluiting uit de klas
- bij herhaaldelijk storend en moeilijk gedrag gesprek met de ouders
 Huiswerk
We verwachten dat de ouders elke dag de agenda van hun kind nakijken en er
zorg voor dragen dat ze hun huiswerk maken en lessen leren.
sanctie: Als het huiswerk niet gemaakt is, schrijft de lkr. een nota in de
agenda.
51
 Schoolmateriaal
Schooluitrusting, schoolgerief zowel dat van de school als persoonlijke
voorwerpen en kleding worden met zorg behandeld. Wie schade berokkent op
dit punt moet deze vergoeden.
Om zo weinig mogelijk de aandacht af te leiden voor wat er op de school
essentieel is, worden voorwerpen vreemd aan het schoolleven, zoals
elektronisch speelgoed en luxespelletjes, thuis gelaten.
De kinderen mogen een GSM bij hebben als de ouders dit echt nodig vinden.
Hij mag slechts na de schooluren aangezet worden. De school is niet
verantwoordelijk voor deze GSM’s (verlies of beschadigingen).
Bij overtreding wordt de GSM afgenomen en kunnen de ouders hem terughalen
bij de directie. Als dit zich herhaalt, blijft de GSM gedurende de rest van het
schooljaar in bewaring in de school.
De leerlingen brengen ook geen boeken of geschriften mee waarvan de inhoud
onverzoenbaar is met het opvoedingsproject van de school.
De school kan niet verantwoordelijk gesteld worden voor gebeurlijke
diefstallen.
Indien het nodig is geld mee te brengen, zullen de leerkrachten de ouders
schriftelijk verwittigen.
 Speelgoed
Duur speelgoed wordt best thuis gelaten om problemen te vermijden: o.a. gameboys, allerlei kaarten, Didl enz…
De kinderen mogen wel speelgoed meebrengen waardoor ze kunnen bewegen op
de speelplaats zoals ballen, springtouwen, elastieken, hoepels, …
 Verkeersveiligheid
VEILIG VERKEER ROND HET BLAVIERKE
In de loop van het schooljaar 2009-2010 werd er in samenwerking met de
secundaire school gewerkt aan een schoolvervoersplan. Er werd overlegd met de
bevoegde schepenen en de politie.
Hieronder vindt u afspraken die we allen willen nakomen om de verkeerssituatie
rondom de school zo veilig mogelijk te maken en te houden voor onze kinderen.
Deze afspraken kwamen tot stand in samenspraak met de politie en
verkeersdeskundigen.
We hopen dat op deze manier de chaos beperkt wordt tot drukte, met eventueel
(erg tijdelijk!) stilstaand verkeer met maar één hoofddoel: de veiligheid van alle
kinderen te verbeteren!
Er wordt geïnformeerd, gesensibiliseerd door de 2 scholen, ouderraden en politie.
In een laatste stadium verbaliseert de politie. We hopen natuurlijk dat het zo ver
niet zal komen.
52
Als iedereen (auto’s en fietsers) een beetje geduld opbrengt en aandacht heeft
voor de wegcode, de gemaakte afspraken en de andere (weg)gebruikers, zal het
zeker veilig vlotten.
SITUATIE BLAVIERKE
Op onze parking vinden jullie 3 zones :
1. het voetpad : dit pad komt van het secundair door “de tip” en komt uit aan
de schoolpoort van het Blavierke. Dit voetpad bevindt zich tegen de
boskant. De kinderen die vanaf de parking van het secundair komen, kunnen
langs dit pad veilig tot op onze school geraken.
Ook de kinderen die op onze parking worden afgeladen, kunnen langs dit pad
naar de schoolpoort gaan. Zo hoeven zij niet tussen de auto’s en achter de
auto’s door te wandelen. Wij dringen erop aan dat dit wandelpad dus zo
gebruikt wordt!
2. de parking : met een 25-tal parkeerplaatsen en 2 gehandicaptenparkeerplaatsen. Hier vragen we uitdrukkelijk dat deze parkeerplaatsen
enkel gebruikt worden voor de ouders die hun kleine kinderen (kleuters,
1ste en 2de leerjaar) naar de school brengen. De bedoeling is dat hier
ouders KORTSTONDIG parkeren. Dus : met hun kinderen even mee tot aan
de schoolpoort en dan terug naar de parking om plaats te maken voor andere
ouders. Indien ouders parkeren en lang blijven napraten aan de schoolpoort,
zal er een file ontstaan. Andere ouders moeten ook de kans krijgen om even
te parkeren en hun kinderen af te laden of even naar de poort te brengen.
3. de bus-zone, tevens kiss en ride zone.
Voor de parking, tegen de straatkant, is er plaats voor de bus van Tutti
Frutti om veilig van de straat af te rijden en de kinderen van de bus te laten
stappen. Indien de bus er niet is, kan deze zone ook gebruikt worden als kiss
en ride : afrijden, stoppen, nog vlug een kus, en wegrijden zodat de volgende
auto kan afrijden.
De kinderen die ’s avonds naar de parking van het secundair moeten, worden in
groep door een leerkracht begeleid. Zij wachten achter het muurtje tot dat hun
ouders met de auto arriveren.
Kinderen kunnen ‘s middags afgehaald worden op de parking van de basisschool. De
parking van het secundair is immers tijdens de lesuren afgesloten voor alle
verkeer.
‘s Morgens zal er een leerkracht op de parking van het secundair staan om alles in
goed banen te leiden.
53
SITUATIE SECUNDAIR SAZ
Net als voorheen kunnen hier de ouders van de kinderen van onze school hun
kinderen komen afladen op de parking vooraan op het secundair.
Hier is het de bedoeling dat de ouders hun kinderen gewoon afladen. Dus :
niet parkeren en meelopen tot aan de schoolpoort. Dit zou een echt oponthoud
betekenen. De auto’s moeten hier vlot kunnen aanrijden, kinderen afladen, en
terug vertrekken.
Uiteraard zullen hier alleen de oudste kinderen (vanaf 3de leerjaar…) kunnen
afgeladen worden. Via een opening in het muurtje, kunnen zij op een veilige manier
via “de tip” op ons wandelpad geraken. Er zal een zebrapad gemaakt worden zodat
de leerkrachten die naar hun parking rijden, voorrang moeten geven op onze
kinderen.
Afspraken die gelden op en rond de speelplaats-parking van het secundair :
 De zone rechts van de bus kan niet gebruikt worden als parkeerzone.
 De ruimte voor de hoofdingang is verkeersvrij.
 De overkant van de straat, de bushalte en het privédomein van de
buurtbewoners kunnen niet gebruikt worden als parkeerplaats.
 De parking vooraan is voor de directie secundair, het secretariaat en
bezoekers van het secundair. Wie zich daar toch parkeert als ouder,
moet via de speelplaats wegrijden, niet via de berm, niet via de inrit van
de parking.
EEN INRIT IS EEN INRIT
En dus GEEN UITRIT!! Dit betekent dat op het ogenblik dat de inrit kan gebruikt
worden (dus niet overdag, dan is hij geblokkeerd), hij ook moet gebruikt worden
door iedereen.
 Alle ouders die hun kinderen afhalen, rijden dus via de inrit het
schooldomein op
 Ouders rijden bij het binnenkomen onmiddellijk links of rechts en sluiten
aan zodat zo veel mogelijk auto’s kunnen parkeren op de
speelplaats/parking.
 Kinderen wachten ter hoogte van het Mariabeeld op hun ouders en gaan
naar de geparkeerde auto van hun ouders.
 We vragen met aandrang niet op de straat of berm te parkeren, noch
stationeren. Geparkeerde auto’s veroorzaken een versmalde doorgang
waar auto’s en fietsers moeten kruisen.
EEN UITRIT IS GEEN INRIT
Dit lijkt ook simpel. Maar het betekent dat tussen 07.30 en 08.30 uur en vanaf 15
uur niemand het schooldomein inrijdt via deze uitrit. Enkel tijdens de uren kunnen
leerkrachten zich via deze uitrit naar hun parking begeven.
54
De kinderen die niet tijdig afgehaald zijn, worden naar Tutti Frutti gebracht in
Kortenbos.
55
NAAR SECUNDAIR
ZEBRAPAD
WANDELPAD VAN BASIS NAAR SECUNDAIR
UITRIT
PARKING
SECUNDAIR
PARKEERPLAATSEN
KLEUTERS
INGANG
SCHOOL
←
↓
INRIT
BUSHALTE en
KISS EN RIDE
STOKSTRAAT
UITRIT
56
57
 Gezondheid op school
Wij willen u met aandrang vragen gekleurde zoetigheden, chips of chocolade te
vervangen door een droge koek of fruit. Wij willen het snoepen in de school
beperken om de kinderen die niet mogen snoepen van de ouders, niet in
verleiding te brengen. En ook omwille van het gevoerde gezondheidsbeleid in
onze school.
Verjaardagen
Het is vrij om de klasgenootjes te verrassen met een kleinigheid ter
gelegenheid van verjaardagen. De school en de ouderraad willen erop
aandringen om de verrassing eenvoudig en gezond te houden.
Mogen wij u dringend vragen alleen een cake, wafels, koeken of fruit mee te
geven om uit te delen en op te eten in de klas.
De ouders houden er rekening mee dat de traktatie gemakkelijk te verdelen is
in de klas met soms meer dan 20 leerlingen.
58
3.14. Werking schooljaar 2014 – 2015
Vakanties en vrije dagen - Schooljaar 2014 – 2015
1. Hervatting van de lessen: maandag 1 september 2014
2. Vrije dagen van het eerste trimester
- maandag 29 september 2014 (lokale verlofdag)
- maandag 10 november 2014 (lokale verlofdag)
- van maandag 27 oktober 2014 tot en met zondag 2 november 2014
3. Kerstvakantie
- van maandag 22 december 2014 tot en met zondag 4 januari 2015
4. Vrije dagen van het tweede trimester
- vrijdag 30 januari 2015 (pedagogische studiedag)
- van maandag 16 februari 2015 tot en met zondag 22 februari 2015
- woensdag 18 maart 2015 (pedagogische studiedag)
5. Paasvakantie
- van maandag 6 april 2015 tot en met zondag 22 april 2015
6. Vrije dagen van het derde trimester
- vrijdag 1 mei 2015 (feest van de arbeid)
- donderdag 14 mei 2015 (Hemelvaartdag)
- vrijdag 15 mei 2015 (brugdag)
- maandag 25 mei 2015 (Pinkstermaandag)
7. De zomervakantie begint op dinsdag 30 juni 2015 om 12 uur
59
3.15. Bijlage : Belangrijke data
1. Oudercontacten
Infoavonden in september
maandag 8 september 2014 : 2de en 3de kleuterklas – 4de, 5de en 6de leerjaar
donderdag 9 september 2014 : peuter- en 1ste kleuterklas – 1ste, 2de en 3de leerjaar
Individuele oudercontacten (3de kleuterklas en lager onderwijs)
woensdag 26 november 2014
woensdag 18 maart 2015
woensdag 24 juni 2015
Individuele oudercontacten (peuterklas, 1ste en 2de kleuterklas)
woensdag 26 november 2014
woensdag 24 juni 2015
2. Schoolreis 2de tem 6de leerjaar
Datum: vrijdag 22 mei 2015
3. Schoolfeest
Datum: zaterdag 28 maart 2015 (3 voorstellingen) LO
4. Rapporten
vrijdag 21 november 2014
vrijdag 13 maart 2015
woensdag 24 juni 2015
5. Kerstmarkt
Zaterdag 13 december 2014 : kerstconcert
Zondag 14 december 2014: kerstmarkt
6. Winterbarbecue
Vrijdag 7 februari 2014
7. Eerste Communie
Zondag 10 mei 2015
(plechtige communie : zondag 26 april 2015)
8. Kermis en processie
Zondag 31 mei 2015
9. Receptie 6de leerjaar
Dinsdag 23 juni 2015
10. Info-dag inschrijvingen voor ouders van kinderen geboren in 2013
Maandag 2 maart 2015
60
3.16 Bijlage : Lijst met geplande uitgaven
Maximum factuur
lager onderwijs : 70 euro
kleuteronderwijs : 25 – 35 - 40 euro
Bedragen boven het maximumbedrag (oa bijkomende activiteiten) tijdens het schooljaar zullen
gefinancierd worden door de school en door de ouderraad. Het schoolbestuur en de ouderraad
hebben zich geëngageerd om de kosten mee te helpen dragen. De ouderraad geeft ongeveer 4
euro per kind. Het schoolbestuur geeft 10 euro per kleuter en 4 euro per kind lager onderwijs.
Dus kan de factuur voor de kleuters 34 euro bedragen en voor de kinderen lager onderwijs 68
euro. Voor de ouders blijven de maximumbedragen kleuters : 25-35-40 euro en L.O. : 70 euro.
ONKOSTENRAMING 2,5 en 3-JARIGEN
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 25 euro te betalen door de ouders
Boswandeling (€ 3 bus + € 0,50 drankje en koekje)
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Carnavalsfeestje
Sportdag
Schoolreis
Bijdrage vader- en Moederdag
Nog te plannen activiteit(en)
TOTAAL
3,50
0
0,70
2
20
3
9,80
39,00
ONKOSTENRAMING 4-JARIGEN
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 35 euro te betalen door de ouders
Boswandeling (€ 3 bus + € 0,50 drankje en koekje)
Rollebolle (bus € 3,50 – inkom € 2,50)
Culturele activiteit - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Culturele activiteit - film
Kinderboerderij
Sportdag
Schaatsen – Ijsparadijs (bus € 5 – inkom € 2,50)
Carnavalsfeestje
Schoolreis
Vaderdag- en moederdagbijdrage
Nog te plannen activiteit(en)
TOTAAL
3,50
6
0
6,50
5
2
7,50
0,70
15
2
0,80
49,00
ONKOSTENRAMING 5-JARIGEN
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 40 euro te betalen door de ouders
Rollebolle (bus € 3,50 – inkom € 2,50)
Boswandeling (€ 2,50 bus + € 50 drankje en koekje)
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Dierendag Campus Tuinbouw
Sportdag
61
6
3
0
4,50
2
Culturele activiteiten
Schaatsen –Ijsparadijs (bus € 5 – inkom € 2,50)
Schoolreis
Bijdrage vader- en moederdag
Nog te plannen activiteit(en) (kinderboerderij, bib, tuincentrum)
TOTAAL
6,50
7,50
15
3
6,50
54,00
ONKOSTENRAMING 1STE LEERJAAR
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 70 euro te betalen door de ouders
Turnkledij (extra te betalen)
17,50
Kronkeldidoe (bus € 3,50 – inkom € 3,50)
Sportdag
Culturele activiteiten
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Kippenkwekerij
Schaatsen : € 2,30 + € 5 bus
(inbegrepen huur schaatsen : € 0,80)
Zwemmen (6X) (bus € 3,50 – inkom € 1,50)
Schoolreis
Bijdrage vader- en Moederdag
Nog te plannen activiteit(en)
TOTAAL
7
2
6,50
0
1
7,30
30
20
3
1,20
78,00
ONKOSTENRAMING 2de LEERJAAR
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 70 euro te betalen door de ouders
Kronkeldidoe (€ 3,50 bus – € 3,5 inkom)
Culturele activiteiten
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Schaatsen : € 2,30 + € 5 bus
(inbegrepen huur schaatsen : € 0,80)
Sportdag
Zwemmen (6X) (bus € 3,50 – inkom € 1,50)
Schoolreis
Bijdrage vader- en Moederdag
Nog te plannen activiteit(en)
TOTAAL
7
6,50
0
7,30
2
30
15,20
2,50
7,50
78,00
ONKOSTENRAMING 3de LEERJAAR
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 70 euro te betalen door de ouders
Alles met de bal (bus € 3,50 - € 2,50 inkom)
Culturele activiteiten
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Schaatsen : € 2,30 + € 5 bus
(inbegrepen huur schaatsen : € 0,80)
62
6
6,50
0
7,30
Zwemmen (6X) (€ 3,50 bus - € 1,50 inkom)
Sportdag
Schoolreis
Bijdrage vader- en Moederdag
Veiling
Nog te plannen activiteit(en)
TOTAAL
30
2
15,20
3
5,50
2,50
78,00
ONKOSTENRAMING 4de LEERJAAR
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 70 euro te betalen door de ouders
Zweminstuif (inkom gratis - bus € 3,50)
Bibliotheek en wereldwinkel (€ 3,50 bus)
Fiësta Latina slotdag (€ 3,50 bus)
Minderbroedermuseum
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Culturele activiteit
Schaatsen : € 2,30 + € 5 bus
(inbegrepen huur schaatsen : € 0,80)
Zwemmen (6X) (€ 3,50 bus - € 1,50 inkom)
Schoolreis
Sportdag
Bijdrage vader- en Moederdag
Nog te plannen activiteit(en) (Bokrijk, stadsqueeste, literair museum, …)
TOTAAL
3,50
3,50
3,50
3,50
0
6,50
7,30
30
15,20
2
3
0
78,00
ONKOSTENRAMING 5de LEERJAAR
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 70 euro te betalen door de ouders
American games (€ 3 bus - € 2,50 inkom)
1 leeruitstap
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Culturele activiteiten
Sportdag
Schaatsen : € 2,30 + € 5 bus
(inbegrepen huur schaatsen : € 0,80)
Zwemmen (6X) (€ 3,50 bus - € 1,50 inkom)
Schoolreis
Bijdrage vader- en Moederdag
Nog te plannen activiteiten
TOTAAL
63
6
Gratis
0
8,5
2
7,30
30
18
5
1,20
78,00
ONKOSTENRAMING 6de LEERJAAR
VERPLICHTE KOSTEN met een maximum van 70 euro te betalen door de ouders
Doe-aan-sport-beurs (€ 3,50 bus – inkom € 2,50)
Scholenbezoek secundair onderwijs
Tuinbouwschool
Technicum
Hotelschool Hasselt
Culturele activiteiten
Culturele activiteiten - sponsoring Vrienden van de Basisschool
Sportdag
Schaatsen : € 2,30 + € 5 bus
(inbegrepen huur schaatsen : € 0,80)
de
Zwemmen gratis voor het 6 leerjaar
Schoolreis / Bestemming :
Bijdrage vader- en Moederdag
Nog te plannen activiteit(en)
TOTAAL
6
3,50
3,50
5
8,50
0
2
7,30
Gratis
18
3
21,20
78,00
BIJKOMENDE ONKOSTEN
(naar eigen interesse)
6 drankbonnetjes
Turnbloesje en turnbroek (verplicht)
Nieuwjaarsbrieven per stuk (ongeveer)
Tijdschriften Averbode per trimester (ongeveer)
Vakantieboeken per trimester (ongeveer)
64
3,00
17,50
0,60
16,00
10,00
3.17. Bijlage Instemmingsformulier
VZW SCHOOLBESTUUR
Basisschool HET BLAVIERKE
Stokstraat 1 – 3800 Zepperen
De heer en/of mevrouw
ouder(s) van ..................................................................................
verkla(ren)art in te stemmen met de inhoud en de bepalingen van de schoolbrochure
met engagementsverklaring, opvoedingsproject, schoolreglement (zowel regelgeving als
bijlagen) en algemene informatie van de Basisschool HET BLAVIERKE Zepperen van
01 september 2014
en teken(en)t hierbij voor instemming en akkoord.
Te ............................................... , de ............................................
de ouders,
-----------------------------------------------------------------------------------------------
VZW SCHOOLBESTUUR
Basisschool HET BLAVIERKE
Stokstraat 1 – 3800 Zepperen
De heer en/of mevrouw
ouder(s) van ..................................................................................
verkla(ren)art in te stemmen met de inhoud en de bepalingen van de schoolbrochure
met engagementsverklaring, opvoedingsproject, schoolreglement (zowel regelgeving als
bijlagen) en algemene informatie van de Basisschool HET BLAVIERKE Zepperen van
01 september 2014
en teken(en)t hierbij voor instemming en akkoord.
Te ............................................... , de ............................................
de ouders,
65
4 Engagementsverklaring
4.1. Engagement in verband met oudercontact
SCHOOL :
 10 dagen voor elk oudercontact ontvangen de ouders een uitnodiging voor het
oudercontact.
 Gescheiden ouders kunnen op eenvoudige vraag een 2de brief ontvangen via het
kind (klas) , via e-mail of via de post. Verwittig de klasleerkracht of het
secretariaat.
 Indien ouders niet aanwezig kunnen zijn op het voorgestelde oudercontact, is
er steeds mogelijkheid om een ander tijdstip af te spreken met de
klasleerkracht.
OUDERS :
 De ouders engageren zich om minstens 2 van de 3 oudercontacten aanwezig te
zijn op school. Voor de peuter-, 1ste en 2de kleuterklas : 1 van de 2
oudercontacten.
 De ouders zien er het belang van in om een gesprek aan te gaan met de
klasleerkracht om de evolutie van hun kind op emotioneel en sociaal vlak, maar
ook de vorderingen op leergebied te bespreken.
4.2. Engagement inzake voldoende aanwezigheid
SCHOOL :
 Wij verwachten dat kinderen ’s morgens en ’s middags op tijd op school
aanwezig zijn. Zo kunnen zij onmiddellijk aan het klasgebeuren deelnemen en
storen zij de lessen niet tijdens het ochtend- en middaggebeuren (oa
weekopener, …).
 Elk kind wordt als regelmatige leerling beschouwd, indien het de lessen
regelmatig gevolgd heeft.
 Kinderen die afwezig zijn op school, houden hun aan de reglementering ivm
afwezigheden op school (zie punt 3.3. Afwezigheden).
 De school vroeger verlaten om op vakantie te vertrekken, kan niet
toegelaten worden.
 Niet alleen voor leerplichtige leerlingen, maar ook voor kleuters is een
voldoende aanwezigheid op school essentieel voor een succesvolle
schoolcarrière.
OUDERS :
 De ouders engageren zich om hun kind tijdig op school te brengen (’s
morgens en ’s middags).
66
 Zij zien het belang ervan in dat zowel kleuters als kinderen lager onderwijs
regelmatig naar school moeten komen.
 Zij steunen de school in geval van spijbelgedrag.
 De ouders geven geen zelfgeschreven ziektebriefje mee naar school
wanneer het kind niet ziek is.
 Zij begrijpen het verband tussen aanwezigheid op school en schooltoelage,
maw. : Aangezien het gaat om een schooltoelage, is het wel noodzakelijk dat
de leerling voor wie de schooltoelage wordt uitgereikt voldoende aanwezig
is op school. Dit zal nagegaan worden aan de hand van de problematische
afwezigheden van de leerlingen uit het lager onderwijs en aan de hand van
het aantal dagen aanwezigheid van de kleuters. Indien een leerling twee
schooljaren op rij 30 halve dagen of meer problematisch afwezig is geweest,
dan krijgt hij of zij geen schooltoelage.
4.3. Engagement in verband met deelnemen aan alle vormen van individuele
begeleiding
SCHOOL:
 Problemen die op school opgemerkt worden op leergebied, socio – emotioneel
gebied of te maken hebben met het gedrag van het kind, worden met de
ouders besproken. Dit kan op het oudercontact gebeuren, maar de
klasleerkracht en/of de zorgjuf kan de ouders hiervoor ook persoonlijk
aanspreken of telefonisch contact opnemen.
 Vervolgens wordt het probleem in kaart gebracht en eventuele verdere
begeleidingsstappen voorgesteld.
 Deze stappen verschillen van kind tot kind. (bijv. het kan inhouden dat het
kind extra door de klasleerkracht in het oog gehouden wordt of verdere
observaties of testen dienen te gebeuren, doorverwijzing naar CLB of
andere instanties, extra inoefening thuis, extra inoefening door de zorgjuf
in of buiten de klas,… ).
 De extra inoefening buiten de klas dient om kleine problemen op te vangen.
Dit zal dan slechts gedurende beperkte tijd gebeuren. Indien deze
begeleiding voor langere tijd dient voortgezet te worden, brengt de
klasleerkracht of de zorgjuf de ouders hiervan persoonlijk of via een
briefje op de hoogte.
OUDERS :
 De ouders engageren zich om samen met de school begeleidingsmaatregelen
op te starten en op te volgen.
 Zij zijn zich ervan bewust dat als we allen (zowel school als ouders)
samenwerken dat ten goede komt aan de totale ontwikkeling van het kind.
67
4.4. Een positief engagement ten opzichte van de onderwijstaal van de school.
SCHOOL :
 Op school wordt de Nederlandse taal onderwezen.
 Anderstalige kinderen worden aangemoedigd om de Nederlandse taal zo
goed mogelijk onder de knie te krijgen.
 Anderstalige kinderen treden best buiten de school in contact met de
Nederlandse taal.
OUDERS :
 De ouders moedigen hun kind aan om Nederlands te leren.
Onze school is een Nederlandstalige school. Niet alle ouders voeden hun kind op in
het Nederlands. Dit kan ertoe leiden dat hun kind het wat moeilijker heeft bij het
leren. Wij als school engageren er ons toe alle kinderen zo goed mogelijk te
begeleiden bij hun taalontwikkeling.
Wij verwachten van de ouders dat ze positief staan ten aanzien van extra
initiatieven en maatregelen (taaltraject en/of taalbad) die de school neemt om de
taalachterstand van hun kind weg te werken en dat ze er alles aan doen om hun
kind, ook in de vrije tijd, te stimuleren bij het leren van Nederlands. Dit kan onder
meer door:
- Je kind naschools extra Nederlandse lessen te laten volgen.
- Te zorgen voor een Nederlandstalige begeleiding van je kind bij het maken
-
-
van zijn huistaak, bij het leren van zijn lessen, … (bv. een Nederlandstalige
huiswerkbegeleidingsdienst zoeken, …)
Je kind te laten aansluiten bij een Nederlandstalige jeugdbeweging,
sportclub, cultuurgroep, ....
Je kind dagelijks naar Nederlandstalige radioprogramma’s te laten luisteren.
Je kind met Nederlandstalige computerspelletjes te laten spelen.
Elke avond voor te lezen uit een Nederlandstalig jeugdboek.
Geregeld Nederlandstalige boeken uit te lenen in de bibliotheek en er uit
voor te lezen of ze je kind zelf te laten lezen.
Binnen de school en bij elke schoolactiviteit enkel Nederlands te praten met
je kind, met andere kinderen, met het schoolpersoneel en met andere
ouders
Je kind, in zijn vrije tijd, geregeld te laten spelen met zijn Nederlandstalige
vriendjes.
Je kind in te schrijven voor Nederlandstalige vakantieactiviteiten.
Je kind in te schrijven voor Nederlandstalige taalkampen.
......
68
69