Verslag leersessie 2 – 15 april 2014 Het thema is deze keer cliëntparticipatie in het licht van de transitie en de transformatie. Aanwezig: Bas van Arendonk (Youké), Nathalie But (BJU), Sikko Antuma (Timon), Caroline Kempe (Youké), Nienke Meeder (Youké), Jeroen Harmeijer (Leger des Heils), Chantal Wittenberg (de Rading), Marjolein Split (Youké); Tineke Bos (Youké), Carmen Sprokkelman (Lijn5) en Marianne Huilmand (Lijn5) tot half vier; Anne Oijevaar en Hetty Jobse (JIJ Utrecht). Hetty begint met aandacht voor het enthousiasme en de energie waarmee professionals in de jeugdzorg zich inzetten voor alle veranderingen. Bewonderenswaardig hoe een ieder zich inzet in deze hectische tijden. Daarna licht zij de keuze van het thema toe. In de gesprekken bij de instellingen zijn steeds vaker de komende veranderingen in de jeugdzorg en wat dat betekent voor cliëntparticipatie aan de orde. Nieuwe samenwerkingsverbanden, werken in wijkteams, andere lokale partners in wijkteams, maar ook de krimp in de 24-uurszorg, meer ambulant gaan werken, enz. Deze middag willen wij ervaringen delen over de ontwikkelingen die wij zien en welke effecten dat heeft op cliëntparticipatie, zowel op individueel als collectief niveau; vervolgens bespreken we hoe met die effecten om te gaan en tenslotte wat ieder zelf of met zijn organisatie daarmee gaat doen. Met elkaar inventariseren wij eerst de ontwikkelingen: • Vraaggericht in plaats van aanbodgericht werken • Meer begeleiding thuis • Minder residentiele plaatsingen op groepen • Minder hulpverleners bij 1 gezin • Betekenis van veranderingen voor langdurige zorg • Medezeggenschapsraad bij gemeente; bijv. in verband met inkoop • Onzekerheid werk voor hulpverleners • Onzekerheid bij ouders • Onduidelijkheid over toegang per gemeente; betrek cliënten hierbij • Betrekken cliënten door gemeentes • Participatie bij instellingen en/of gemeentes JIJ Utrecht – Verslag leersessie 2 – 15 april 2014 • • • • • • • • • In de Jeugdwet staat alleen cliëntenraad als vorm; er is zoveel meer. Hoe gaan gemeentes hier mee om? Hierin ook leren van andere Raden, zoals WMO. Hoe ver ga je met participatie (ouders onderling)? Verkorte behandelduur Wijkteams Nieuwe samenwerkingsverbanden Mondige en niet-mondige burgers ICT ontwikkeling Privacy Veel energie moet gestopt worden in de verschillen tussen de regioʼ s. Dit geeft onrust. Kortom een enorme lijst van gesignaleerde ontwikkelingen, waaruit veel onduidelijkheid, onzekerheid en zorgen blijkt. Vervolgens inventariseren we wat de effecten van deze ontwikkelingen zijn op cliëntparticipatie. De transitie bevordert de urgentie om tot een cultuuromslag te komen. Bij BJU wordt de nieuwe manier van werken met saveteams door cliënten positief gewaardeerd. De participatie heeft zeker toegevoegde waarde, maar kost tijd en voelt soms als een vertragende werking. • De hoeveelheid vragenlijsten leiden soms tot “participatiemoeheid”. • Wat wil je met cliëntparticipatie? Hoe wordt de positie van cliëntparticipatie bij de instellingen en bij de gemeentes? Afstemming: Wat regel je op microniveau, zoals bijv. bij de gezinshuizen? • Ervaringsdeskundigen in het toegangsteam. • Zelfstandiger werken door de professional. • Aandacht voor participatiecultuur; hoe doe je dat? • Voldoende aandacht houden voor participatie. • Terugkoppeling is nu lastig door onzekerheid bij de instellingen. • Angst en onmacht. • Gemeentes zoeken contact met instellingen. • We leren van elkaar in het wijkteam. • Wat betekent de overgang naar het nieuwe systeem (bijv. wijkteams) voor de cliënten? • JIJ Utrecht – Verslag leersessie 2 – 15 april 2014 Deze inventarisatie leverde dus ook een hoeveelheid aan themaʼs op waar ieder mee te maken heeft. Vervolgens zijn er in twee groepen een paar van de themaʼs gekozen om verder over door te praten. In een groep werd gesproken over de ervaringsdeskundigheid in het toegangsteam. We hebben dit niet alleen tot het toegangsteam beperkt. Ervaringsdeskundigheid kan op verschillende manieren ingezet worden: 1. Zorgen voor verbreding van de kennis over de weg naar hulp, het doolhof en daarin anderen helpen. 2. Verbreding van kennis van de sociale kaart ook met vrijwillige en informele hulp. 3. Als lotgenoot voor ouders en/of jongeren. 4. Professionals leren kijken vanuit cliëntperspectief. 5. Als vertrouwenspersoon voor cliënten. In het groepje is men het erover eens dat ervaringsdeskundigheid (en vrijwilligers) veel meer ingezet kan worden. Ook voor ervaringsdeskundigen zelf levert het vaak een positief effect op. Training is hierbij wel noodzakelijk. En je moet duidelijk weten wat je vraagt van ervaringsdeskundigen: op welk niveau wil je met hen werken? Het benutten van kennis bij inkoop is wat anders dan een lotgenotencontact. Bij de kindertelefoon heeft de inzet van ervaringsdeskundigen bij de chatsessies een duidelijke meerwaarde. Het zijn andere gesprekken; er is veel meer sprake van herkenning. Ervaringsdeskundigen kun je werven uit ex-cliënten. Je kunt bijv. contact houden met hen via facebook. Werken met ervaringsdeskundigen betekent ook dat je als professional zal moeten leren meer los te laten. Het tweede thema in dit groepje ging over de betekenis voor cliënten van de overgang naar het nieuwe systeem. Centraal onderwerp was de communicatie over de veranderingen. Bij Youké is er een praatpapier gemaakt over de fusie en transitie. Aan de hand hiervan gaan hulpverleners in gesprek met cliënten. De reacties worden verzameld en er wordt bekeken wat hiermee gedaan kan worden. Cliënten worden ook betrokken bij werkbezoeken, gesprekken, e.d. met wethouders en ambtenaren. Bij Youké is een nieuw visiestuk geschreven, “de cliënt als partner”. Dit is ook besproken met cliënten. Soms zijn de verschillen in werkwijze moeilijk in de samenwerking. Praten met in plaats van praten over ouders is bijv. voor Youké zo vanzelfsprekend, maar voor partners niet altijd. Je hebt dan een voorbeeldfunctie. Ook zijn er soms samenwerkingsproblemen door niet afgestemde ICT systemen en/of privacy obstakels. En het leren samenwerken in een wijkteam vraagt veel. Lastig is ook dat de huidige wet nog geldt, wat vernieuwing soms remt. JIJ Utrecht – Verslag leersessie 2 – 15 april 2014 Verschillen tussen gemeentes, mogelijkheden tot buitenregionale plaatsingen baren zorgen. Bij BJU is er enorme overgang, die nu eerst intern bekeken wordt. Het andere groepje heeft zich beziggehouden met het vraagstuk van de hoeveelheid vragenlijsten en hoe cliënten soms “participatiemoe” worden. Belangrijk is dat een vragenlijst geen doel op zich is. Het is onderdeel van een cultuuromslag waarin de organisatie zich kwetsbaar opstelt en wil leren van ouders en jongeren. Om cliënten de vragenlijsten te laten invullen is het nodig om duidelijk te maken waarom dit gevraagd wordt en ook wat ermee gedaan wordt. Als het kan dan kijken we wie we wanneer mee belasten. Het is zaak niet iedereen te overspoelen met vragenlijsten en dan maar te kijken wat er terugkomt. Het koppelen aan bijv. de bespreking van het HVP kan een mogelijkheid zijn. Aandachtspunt is de diversiteit; hoe betrekken we verschillende soorten jongeren en ouders? In elk geval dus het nut uitleggen, er wat mee doen en dat terugkoppelen aan jongeren én ouders. Vervolgens werd er nog gesproken over het zelfstandig werken van de professional en wat dit betekent voor de participatiecultuur. De rol van de leidinggevende is hierin belangrijk. Deze kan de cultuur bevorderen, cliëntparticipatie onder de aandacht brengen en faciliteren. Professionals kunnen zelf goed bespreken wat wel of niet werkt bij hun doelgroep. Als leidinggevende kun je ook de verschillende cliëntparticipatie initiatieven goed schiften voor de medewerkers: waar kunnen de jongeren wat mee en moet ik aan hen voorleggen én wat kan ik nu beter niet aan hen voorleggen? In de afsluitende ronde is in tweetallen besproken welke stappen ieder zelf ging zetten of zijn organisatie. Hier is veel gesproken over de communicatie voor cliënten. Geconstateerd werd dat er veel informatie over de transitie is voor professionals, maar niet voor cliënten, bijv. een website met FAQʼs. Het is belangrijk om in elk geval bij elke stap ook cliënten mee te nemen en de rol van de hulpverlener is hierin essentieel. Een vraag die opkomt is: “Wat is er nodig aan individuele informatie en wat aan algemene informatie?” Dit kun je voorleggen aan je klankbordgroep, panel, CR. En hoe bereik je afstemming met de informatie die gemeentes gaan verstrekken? Er is duidelijk behoefte om dit punt te bespreken met instellingen en gemeentes; communicatiemedewerkers moeten hierover met elkaar in gesprek. Bij Jeugdzorg in Zicht op 5 juni zou hiervoor een 1e stap gezet kunnen worden. Kan de site “ Netwerkjeugd” hierin ook een rol spelen? Inmiddels is er door een jongere een initiatief voorgesteld om met en voor jongeren informatie over de transitie te maken. Dit zal door JIJ Utrecht opgepakt gaan worden. JIJ Utrecht – Verslag leersessie 2 – 15 april 2014 Wat betreft de hoeveelheid vragenlijsten is het voor nu handig om het proces door te lichten en te weten wat er afgenomen wordt. En om participatiemoeheid te voorkomen door te filteren. Maar voor de toekomst is het vooral nodig dat er bij gemeenten bewustwording komt over prestatieindicatoren en kwaliteitstoetsing. Een eerste stap is dit punt bespreken met de gemeentes en met de cliënten. Speelruimte voor professionals is nodig. Een ander punt dat genoemd werd is het benutten van de breedte aan participatievormen. Laat de cliënt kiezen wat het beste past. Afronding • Voor dit jaar is het borgen van wat bereikt is belangrijk. • De dialoog, zoals in het WorldCafé in januari, graag voortzetten. • Benut bewust je voorbeeldfunctie in je netwerk. • Wie neemt de regie in het wijkteam wat betreft cliëntparticipatie?; een rol voor de gemeente. Een middag vol vragen, maar ook vol ideeën en plannen. Na een intensieve uitwisseling is het plan ontstaan om de volgende keer verder te praten over dit thema, en dan met gemeentes en cliënten! Ieder zorgt er voor om iemand van een gemeente en/of cliënt mee te nemen. De volgende leersessie is op maandag 23 juni van 13.30 - 16.30 uur bij de Rading in Amersfoort. Graag tot ziens in Amersfoort. P.S. Nathalie But wees ons nog op de site www.voordejeugd.nl als informatiebron ( een site van VWS en VNG). JIJ Utrecht – Verslag leersessie 2 – 15 april 2014 Bas van Arendonk Nienke Meeder Carmen Sprokkelman Nathalie But Tineke Bos Caroline Kempe Sikko Antuma Marianne Huilmand Chantal Wittenberg Marjolein Split Jeroen Harmeijer [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] JIJ Utrecht – Verslag leersessie 2 – 15 april 2014
© Copyright 2024 ExpyDoc