14 Regels voor personeel en bezoekers

Regels voor personeel
en bezoekers
Meestal reageren mensen in eerste instantie tamelijk laconiek op een
beginnende brand. Paniek breekt pas uit als de brand zich ‘onverwacht’ snel
uitbreidt. Het is buitengewoon belangrijk dat uw medewerkers precies weten
wat ze bij brand moeten doen.
Bedrijfshulpverlening
Zelf blussen
Iedere werkgever is verplicht de hulpverlening
te organiseren op basis van het Besluit
Bedrijfshulpverlening (BHV). Daarbij blijft de werkgever
te allen tijde verantwoordelijk. De opzet van een
BHV-organisatie begint met het maken van een risicoinventarisatie en –evaluatie (RI&E).
De overheid kan naar uw BHV-plan vragen.
De ervaring leert dat u de meeste beginnende brandjes
met water kunt blussen. Een brandblusser helpt ook
goed bij een kleine brand. Een brandblusser gebruiken
is echter niet zo eenvoudig als het lijkt. Lees de
gebruiksaanwijzing daarom eens door of probeer hem
een keer uit.
Een risico-inventarisatie en –evaluatie bevat:
• beschrijving van risico’s
• namen van bedrijfshulpverleners
• taakverdeling van bedrijfshulpverleners
• namen van officiële hulpverleningsinstanties die
moeten worden gewaarschuwd bij een calamiteit
• intern alarmeringsschema
• extern alarmeringsschema
In de praktijk moet minimaal één persoon een
opleiding hebben gevolgd tot bedrijfshulpverlener
(BHV’er). De Arbowet kent de bedrijfshulpverlener de
volgende taken toe:
• eerste hulp bij ongevallen
• brand beperken en bestrijden
• ongevallen voorkomen en beperken
• in noodsituaties alle personen in het bedrijf
alarmeren en evacueren
• hulpverleningsorganisaties alarmeren en met
hen samenwerken
Meld een brand die uzelf niet kunt blussen,
onmiddellijk bij de brandweer via alarmnummer 112.
Geef zo mogelijk de volgende informatie door:
• adres
• aantal mensen in het gebouw
• aantal slachtoffers
• oorzaak van de brand
Houd nauwlettend in de gaten wanneer u moet
stoppen met blussen om uzelf en uw collega’s in
veiligheid te brengen. Let er ook op dat de brand
uw eigen vluchtroute niet afsnijdt. Onthoud: een
kleine brand kan in korte tijd overgaan in een grote
uitslaande brand.
Blusdeken
Als iemands kleding in brand staat, probeert u te
voorkomen dat het slachtoffer gaat rennen. Zuurstof
wakkert de vlammen alleen maar aan. Doof de
vlammen door het slachtoffer langzaam op de
grond van links naar rechts te rollen. Zo snijdt u de
zuurstoftoevoer af.
Bedek de vlammen zo mogelijk met een zwaar stuk
textiel, bij voorkeur een blusdeken. Vlammen en rook
mogen het gezicht niet bereiken. Sluit daarom de
deken eerst bovenaan om de hals en bedek daarna pas
de rest van het lichaam. Op deze manier ontstaat niet
het ‘schoorsteeneffect’.
Richt nooit een poeder- of CO2-blusser op een persoon.
Het slachtoffer kan poeder in zijn gezicht krijgen en
hierdoor blind raken of stikken. CO2 kan door zijn
extreem koelende werking ‘vrieswonden’ veroorzaken.
Huisregels
Onveilig gedrag van bezoekers kan leiden tot
ongelukken. Huisregels zijn daarom erg belangrijk. Ze
wijzen bezoekers op het belang van veiligheid in uw
bedrijf en op risicovol gedrag waarvoor de bezoekers
zelf verantwoordelijk zijn. Zet uw huisregels op schrift,
neem ze op in uw algemene voorwaarden en hang ze
op een duidelijk zichtbare plaats op.
Bij veranderingen aan het pand of van het
personeelsbestand, moeten uw huisregels mee
veranderen. Houd uw personeel hiervan op de hoogte.
Dan kunnen ze de bezoeker die de huisregels niet
naleeft, daarop aanspreken.
Aandachtspunten
• Laat BHV’ers regelmatig controles uitvoeren,
dan leren zij het pand beter kennen. Denk aan
controle van bijvoorbeeld vluchtrouteaanduiding,
noodverlichting en blusmiddelen.
• Laat na afloop van de werktijd
een brandcontroleronde lopen met
aandacht voor apparaten die aanstaan zoals
koffiezetapparaten, kantoorapparatuur
en machines. Let dan ook op asbakken
en afvalbakken.
• Inspecteer tijdens een verbouwing ook de
werkplaats van aannemer en loodgieter.
• Beschikt u al over huisregels of is het nodig de
huisregels aan te passen?
• Worden nieuwe personeelsleden geïnstrueerd op
veiligheidsgebied?
• Zijn er voldoende persoonlijke
beschermingsmiddelen aanwezig en worden die
periodiek gecontroleerd?
• Zijn er voorschriften aanwezig en bekend over
veilig werken in werkplaatsen?
• Is er een toegangsregeling die geldt voor uren
buiten de normale werktijden?
• Controleer maandelijks of de inhoud van EHBOtrommels en/of verbandmiddelen moet
worden aangevuld.
• Weet iedereen waar je gas en elektriciteit
kunt afsluiten?
• Controleer jaarlijks of de afsluiters van water en
gas nog gangbaar zijn.
• Zijn telefoons voorzien van alarmstickers?
• Werken piepers en portofoons en zijn de
batterijen opgeladen?
• Is het ontruimings-/aanvalsplan op de receptie/
secretariaat aanwezig?
• Evalueer het BHV-plan jaarlijks en geef een
gewijzigd plan door aan de brandweer.
• Zijn de BHV’ers evenredig over de
verdiepingen verdeeld?
• Gaan de BHV’ers naar de jaarlijkse
herhalingsopleiding? (diploma is 2 jaar geldig)