Factsheet - Shera van den Wittenboer

Zicht op Pletterstraat vanaf de Thor
en nu
Het Pelserpoortje is een opening in de Middelee
naast de vijftiende-eeuwse Pelsertoren, dat toeg
smalle kade aan de zuidzijde van de Thorbeck
poort hadden de bontwerkers (de zogenaamde
tot het grachtwater om daarin hun huiden en ve
op de kade te drogen te leggen.
Hier wordt heel goed duidelijk op welke manier de auto het
straatbeeld veranderd heeft. Terwijl de binnenstad juistrelatief weinig gedomineerd wordt door auto’s, wordt aan
de Thorbeckegracht juist veel ruimte ingenomen door auto’s.
Om meer parkeerplaatsen te creëeren, is een groot deel van
de ooit zo robuust beplante gracht boomvrij gemaakt. Daarnaast zijn de hekwerken van de trottoirs verwijderd om deze
in te zetten als voetgangerszone. Gemengd gebruik van de
straat (zoals op de oude foto links) is met het huidige verkeersbeeld immers niet meer mogelijk.
De Nieuwstraat vanuit de Broerestraat
De identiteit van het stadsweefsel zoeken we in de ruim- met elkaar verbonden. Niet alleen bij het maken van
De Nieuwstraat, ca. 1900, vanuit de Broerenstraat gezien, met
telijke samenhang van de
lagen waaruit
weefsel
ontwerpen
of visies aan
op regionale schaal, maar óók bij
op drie
de achtergrond
de het
toren
van de R.K.
Sint-Michaelkerk
is opgebouwd. Op elk stedenbouwkundig
schaalniveau
is het1891,
maken
van ontwerpen
op het schaalniveau van
de Roggenstraat/Nieuwstraat
(gebouwd
gesloopt
1965).
een ander ruimtelijk aspect van de lagen netwerk, verka- de straat, kun je niet om de invloeden van de ruimtehoekpand Nieuwstraat - Broerenstraat is nu evenals de daarveling en bebouwing vanHet
belang.
Daarom is het goed om lijke context heen. Door het stedelijk weefsel te ananaast gelegen huizen in 1968 afgebroken. Van 1898 tot 1913 was
stil te staan bij de aspecten
de maatvoering,
vorm en lyseren,
leert gevestigd.
men het weefsel te begrijpen. Dit biedt
hier die
(Nieuwstraat
73) de balletjesbakker
J. Diekman
inrichting van deze lagen
bepalen.
uitgangspunten
Daarna
woonde hier tot 1921 de kleermaker
H. A. Kattouwbij
enhet
ver-opstellen van logische en doorvolgens de koopman K. Norden. Van 1936dachte
tot 1968
vond men hier
stedenbouwkundige
visies en het maken van
de kruidenierszaak van de familie Stroeve. Nu is op deze plek het
Invloedsfactoren op deniet
stedenbouwkundige
kwaliteit
de
juiste
ontwerpkeuzes.
al te charmante pand van de C&A gevestigd. De komst van de
De stedenbouwkundigeboom
kwaliteit
het maar
netwerk
wordt
doet van
wel iets,
is niet
voldoende om echt sfeer te brengen.de maten en de inrichting van
onder andere bepaald door
de straatprofielen en de vorm en de hiërarchie van de
straten. Een brede toegangsweg van een woonerfwijk
heeft, door de kronkelige vorm en de gesloten beplanting, bijvoorbeeld een heel ander karakter dan de even
brede hoofdas van een naoorlogse wijk.
1901
De Thorbeckegracht
2011
1901
2011
bevrijding 1945
een groot deel van
nks heeft de comdeze winkelstraat.
e-inrichtingen beakter. Niet alles is
n het trottoireloze
stadsanalyse
zwolle
2e jaars studie-opdracht T&L (in teamverband)
Bij de sanering en renovatie van de noordelijke b
Eiland in 1980-82 is ook de middeleeuwse stadsm
alle aangebouwde pakhuizen en woningen. Bij d
de stadsmuur in de tweede helft van de jaren 70
toren een facelift met een extra verdieping met
torentje met helmdak.
De verkaveling heeft invloed op de verhouding tussen de
open en bebouwde ruimte. Zijn de kavels volgebouwd
met gesloten straatwanden of bestaan ze uit parkachtige
ruimtes met daarin losse gebouwen?
Het stedelijk weefsel leren begrijpen
De verschillende schaalniveaus zijn daarin onlosmakelijk
2011
nog de meeste beziel van Zwolle is
tad vrij rigoureus
(omvang van) de
commercie.
1400
1700
1900
1940
1950
1960
1970
1990
29
morfologie van de stad
Water als structurerende en vormende factor
In een stad als Zwolle, waarvan de grond waar een
aantal wijken op is gebouwd zich tot 2m onder de zeespiegel bevindt, is water een belangrijk thema. In de
occupatiegeschiedenis is het water dan ook een grote
vormende factor geweest (en is dit nog steeds). Het
water maakte Zwolle groot, maar bracht (en brengt) ook
de nodige problemen met zich mee.
Groenstructuur en bebouwing
Bestaande groenstructuren zijn vaak heel logisch van
opbouw. Zo zijn de belangrijkste groenstructuren binnen het stedelijk weefsel van Zwolle te vinden in de van
nature lagere delen. Deze zijn - vanwege de ooit zeer
natte situatie - het langst onbebouwd gebleven. Het
open houden van deze gebieden was dus geen keuze,
het vloeide niet voort uit een vooraf opgestelde visie die
bepaalde dat deze zones groen en onbebouwd moesten
blijven, maar is ontstaan uit pure noodzaak: De grond
was eenvoudigweg niet te bebouwen, want anders was
dat wel gedaan.
De unieke situatie van Zwolle, een serie hogere dekzandruggen die doorsneden worden door een aantal
schaars bebouwde, nattere beekdalen, is ervoor verantwoordelijk dat Zwolle een flink aantal groene-blauwe
zones heeft die als een soort ‘groene vingers’ helemaal
doorlopen vanaf de rand tot de kern.
Netwerklaag
De netwerklaag is van grote invloed geweest op de
ontstaansgeschiedenis van Zwolle. De stad vormt een
knooppunt in het netwerk van infrastructuur van zowel
water, spoor als autowegen en is daardoor zeer goed bereikbaar. Deze goede bereikbaarheid zijn in grote mate
verantwoordelijk geweest voor het succes en op de ontwikkeling van de stad.
2
Legenda
..Kwaliteitsniveaus
4
hoog tot zeer hoog
hoog tot basis +
basis +
Beeldkwaliteit en beheer
2
..Groenstructuur
5
Legenda
(Beeld)kwaliteitsniveaus
Het geld dat beschikbaar is voor de materialisatie en het beheer van de
openbare (buiten)ruimte wordt niet evenredig verdeeld worden over alle
verkante meters van de stad. Bepaalde zones, zoals de binnenstad, krijgen
prioriteit boven andere stadsdelen. Voor Zwolle is een beheerkwaliteitssysteem opgesteld (Beheer Openbare Ruimte, ofwel BOR-systematiek). In dit
systeem wordt uitgegaan van een sobere, maar nette standaard met hier en
daar wat extra’s. Deze standaard wordt basis+ genoemd en geldt in principe
voor de gehele stad. Voor bepaalde zones is meer geld en mankracht beschikbaar voor het beheer. Dit zijn met name de gebieden die intensiever gebruikt
worden, zoals de binnenstad, de hoofd (infra)structuur en winkelcentra.
Voor deze gebieden is het gerechtvaardigd dat er meer geld besteed wordt
dan aan andere gebieden, omdat dit in het algemeen belang is van een groter deel van de inwoners van de stad.
Groen in niveaus
infrastructuur: groene taluds (niveau 3)
De basiskwaliteitsstandaard
die Zwolle op korte termijn wil invoeren voor
infrastructuur:
bomen (niveau 3)
alle openbare ruimten is basis+. Dit is een basiskwaliteitsstandaard voor
groenblauwe
(niveau 2met
en 3) het rapportcijfer 6. Dat wil zeggen:
onderhoudzones
en beheer
ecologische hoofdstructuur (niveau 1)
• redelijk onderhouden omgeving
groene
‘vinger’ (niveau
2)
• incidenteel
een kleine,
niet storende, achterstand in het beheer
• enigenzwerfvuil
of onkruid
kan voorkomen en het kan wat sober ogen
parken
recreatief groen
(niveau 4)
• gericht op instandhouding op langere termijn
• er wordt geen achterstand opgebouwd
De plus in basis+
De ‘plus’ staat voor extra’s, de zogenoemde juweeltjes of pareltjes. Bij ‘Basis +’ geldt voor de stad als geheel het basis-kwaliteitsniveau voor onderhoud; een sobere standaard.
Deze wordt opgevrolijkt door de extra’s, de blikvangers: plekken met een
hoge inrichtings- en onderhoudskwaliteit. Daarbij kan gedacht worden
aan wisselperken, rotondes, pleintjes, bijzondere verharding en meubilair,
bloembakken, etcetera.
Door kleur en afwisseling zorgen zij ervoor dat de soberheid van de rest
doorbroken wordt.
38
Upgrade tot goed of zeer goed
Uitzonderingen op de basis+-kwalificatie zijn gebieden die intensief gebruikt worden, zoals de binnenstad. Zo moet zowel de technische staat
als de verzorging van de kern in zeer goede staat zijn. De materialisatie
(meubilair, verhardingen en beplanting) moet er perfect uitzien. Per vierkante meter binnenstad is dan ook een veel hoger budget gereserveerd
voor beheer dan voor een willekeurige straat in een wijk.
22
..1
..1
De langsdoorsnede
van devan
strip
De langsdoorsnede
de strip
Voor de hoofd-infrastructuur zijn ook hogere budgetten beschikbaar. Het
gaat in dit geval minder om het beeld, al is dat natuurlijk ook belangrijk,
maar vooral om de technische staat. Deze hoofdwegen moeten dagelijks
zoveel verkeer verwerken, dat een slechte staat van het wegdek grote consequenties kan hebben voor de doorstroming.
Andere voorbeelden van zones met een verhoogd beheerbudget zijn begraafplaatsen. Hier is uiteraard niet het intensieve gebruik maatgevend,
maar de aard van het ‘gebruik’.
40
van binnenstad
naar Hessenpoort
van binnenstad
naar Hessenpoort
Legenda Legenda
dekzandgrond dekzandgrond
rivierkleiafzetting
rivierkleiafzetting
veen/moerige gronden
veen/moerige gronden
grondwaterstand
grondwaterstand
Stadskern
Stadskern
(woon-/winkelzone)
(woon-/winkelzone)
32
40
32
Woonwijk
Woonwijk
Diezerpoort Diezerpoort
schets strip door Judith Scharff
Industrieterrein
Interstedelijke
Industrieterrein
Interstedelijke
Woonwijk
‘De Vrolijkheid’
‘De Vrolijkheid’
groenzone groenzoneBerkum
Woonwijk
Berkum
Ecologische Ecologische
groenzone groenzone
Landgoed Landgoed
(uiterwaarden
Vecht)
(uiterwaarden
Vecht)
Dijkzicht Dijkzicht
Industrieterrein
Industrieterrein
‘Hessenpoort’
‘Hessenpoort’
33
33
39
Analyse van een strip
Horizontale analyse
De stad is verticaal (in lagen van ondergrond tot occupatie) te analyseren, maar ook in horizontale richting,
van de stadskern tot het buitengebied. Wij hebben de
strip van de binnenstad via de wijk Diezerpoort, het industriegebied ‘De Vrolijkheid’, Vegtlusterbos, stadsdeel
Berkum, de uiterwaarden van de Vecht en tot slot het
nieuwe industriegebied Hessenpoort nader geanalyseerd.
Haaks op het patroon van dekzandruggen
De strip die wij onderzocht hebben, loopt nagenoeg
haaks op het noordzuid lopende patroon van dekzand-
ruggen waar Zwolle op gebouwd is. De hogere delen
waren al vroeg in de geschiedenis bewoonbaar en dat
is terug te zien in het huidige stedelijk weefsel. Op de
hogere delen is een hogere concentratie historische bebouwing terug te vinden. De bebouwing is echter niet
het enige aspect, waarin de samenhang met de hogere
gronden zo duidelijk zichtbaar is.
Cultuurhistorisch wegenpatroon
Mede doordat delen van Zwolle (met name Diezerpoort)
tijdens de oorlog te lijden hebben gehad van bombardementen, is een deel van de historische bebouwing
verloren gegaan. Het wegenpatroon is echter wel vrijwel
ongewijzigd gebleven en weerspiegelt de samenhang
van ondergrond met het stedelijk weefsel misschien nog
wel het duidelijkst.
‘Luie’ lijnen van het landschap
Op de hogere gronden vindt men organisch ontstane wegen die de ‘luie’ lijnen van het landschap volgen. De lage,
natte delen die pas sinds de vorige eeuw bebouwd konden worden, hebben een planologisch karakter en lopen
recht of juist in ‘geforceerde’ bochten (zoals in de jaren
70-bloemkoolwijken het geval is).
schetsen door Judith Scharff
41