Download PDF

Dossier urologie 25
TeksT Doreth teunissen
casus
Auteur Doreth Teunissen is huisarts in Deventer, kaderhuisarts urogynaecologie,
onderzoeker in RadboudUMC en coördinator kaderopleiding uro-gynaecologie.
Medicatie van invloed
op urineverlies
Jannie Janssense (76)* komt bij de huisarts
voor controle van haar depressie. Haar man
is een half jaar geleden overleden waarna
ze toenemend somber is geworden. Het
voorgeschreven antidepressivum amitryptinine 75mg werkt goed. Ze vertelt opgelucht dat het beter gaat. Op het moment
dat de huisarts het consult wil beëindigen,
vertelt ze dat ze in toenemende mate last
heeft van urineverlies en ze vraagt of ze
geen recept kan krijgen voor incontinentiemateriaal.
Vanwege die retentie besluit de huisarts de katheter
enkele dagen te laten zitten en de amitriptyline te
stoppen, want de anticholinergische werking kan een
blaasretentie veroorzaken.
Een van de veranderingen die optreden bij het verouderen van de blaas is afname van de detrusorkracht
waardoor de blaas minder goed geledigd wordt.
Geneesmiddelen met een anticholinergische werking
kunnen deze afname versterken waardoor retentie
kan ontstaan. Vooral bij ouderen is dit een reden om
terughoudend te zijn met anticholinergica of een
geneesmiddel met anticholinergische werking. Medicatie kan de blaasfunctie nadelig beïnvloeden.
Ook bij ouderen is het zinvol om goed inzicht te krij-
D
gen in het mictiepatroon en de incontinentie. Dan is
e huisarts besluit eerst de incontinentie beter
een mictiedagboek onontbeerlijk en lichamelijk
in kaart te brengen. Hij wil weten op welke
onderzoek van belang om onderliggende pathologie
momenten urineverlies optreedt en vraagt
uit te sluiten. In deze casus lijkt eerst sprake van
haar een mictiedagboek bij te houden. Een week later
stressincontinentie, bij nadere evaluatie blijkt dat niet
komt Janssense weer bij de huisarts. Uit het dagboek
zo te zijn. Uit studies blijkt dat ook bij ouderen bek-
blijkt dat ze een mictiefrequentie heeft van 10 à 11
kenbodemspieroefeningen en blaastraining bij urge-
keer per dag waarbij ze tussen de 100 en 150 cc per
incontinentie effectieve behandelingen zijn. Ook valt
keer plast. Ze blijkt vooral urine te verliezen als ze
winst te behalen door goede uitleg, evaluatie van de
snel opstaat of moet niezen. Ze vertelt dat ze wel
medicatie en plasadviezen.
eens urine weg voelt lopen zonder dat ze aandrang
Na het stoppen van de amitriptyline heeft Janssense
heeft. Als ze aandrang heeft, lukt het om de urine nog
even een terugval gehad bij het slapen en de depres-
even op te houden en op tijd het toilet te bereiken.
sie maar dat trok weer snel bij. Ook de uroloog kon
Hoewel er in eerste instantie sprake lijkt van stressin-
geen onderliggende oorzaak vinden anders dan de
continentie, blijkt dat niet uit haar mictiedagboek;
medicatie. De katheter is verwijderd en de inconti-
haar mictiefrequentie is hoger dan normaal, het mic-
nentie verdwenen. Er blijft wel een residu van 150 cc
tievolume laag en soms loopt er spontaan urine weg
na de mictie bestaan, maar waarschijnlijk had ze dit
zonder dat ze aandrang heeft. Bij lichamelijk onder-
voordat de blaas door de amitriptyline in de proble-
zoek ziet de huisarts bij inspectie van de genitalia
men kwam. Janssense wordt geadviseerd 5 tot 7 keer
geen bijzonderheden. Wel heeft Janssense een
per dag te plassen, de tijd te nemen om goed uit te
geringe cystocele (graad 2). Bij onderzoek van de buik
plassen en een goede toilethouding aan te nemen.
valt op dat deze wat bol is en gevoelig bij aanraken.
Dit om te proberen de blaas zo goed mogelijk leeg te
Bij druk op de buik verliest ze een beetje urine. Onder
plassen en toename van residu te voorkomen.
verdenking van een blaasretentie plaatst de huisarts
een verblijfskatheter. Er is een retentie van 1200 cc.
*De naam Jannie Janssense is fictief
In het kort
• In de huisartspraktijk komt urineincontinentie vaak
voor.
• Zowel patiënten
als de huisarts zijn
vaak pessimistisch
over de behandelingsmogelijkheden wat er soms
toe leidt dat er
incontinentiemateriaal wordt
voorgeschreven
zonder de incontinentie goed in
kaart te brengen.
• Een mictiedagboek en lichamelijk onderzoek kan
verassende resultaten opleveren
• Ook bij ouderen is
oefentherapie zinvol en eenvoudige
adviezen kunnen
veel voor de
patiënt betekenen.