Praktijkgericht onderzoek cultuure ducatie door studenten

Studenten gezocht voor praktijkgericht onderzoek
naar cultuuronderwijs!
Onderzoekskader: Kek!
In 2013 is Keunstwurk in samenwerking met de provincie, de gemeente Leeuwarden, het
onderwijs en de culturele instellingen in Fryslân gestart met het vierjarig
activiteitenprogramma ‘Kultueredukaasje mei Kwaliteit, Kek!’. Dit project vindt plaats in
het kader van de landelijke stimuleringsregeling Cultuureducatie met Kwaliteit. Het
project in Fryslân kent twee invalshoeken. Ten eerste wordt op provinciaal niveau ingezet
op deskundigheidsbevordering, middels scholing, een website en drie inspiratieprojecten.
Daarnaast bestaat het project uit 10 regioplannen. In deze regioplannen staan twee
hoofddoelen centraal; het versterken van het curriculum en lokale samenwerking tussen
onderwijs en de cultuursector. Voor meer informatie over Kek! kunt u terecht op de
website: www.kultuerfilter.nl.
Onderzoek binnen Kek!
Kek! wordt op verschillende manieren gevolgd met onderzoek. Gedurende de looptijd van
het programma wordt drie keer op provinciaal niveau een monitor uitgevoerd, bestaande
uit een webbased vragenlijst, gericht op de kwaliteit van cultuureducatie op de
basisscholen in Friesland. Naast deze monitor wordt meer verdiepend onderzoek gedaan
naar specifieke onderdelen van Kek!. Bij dit verdiepende onderzoek spelen de
participanten zelf een belangrijke rol bij de opzet en de uitvoering van het onderzoek en
is het de bedoeling dat de onderzoeksgegevens gebruikt worden voor het verder
vormgeven van het (deel)programma. Bij dit verdiepende onderzoek biedt Kek!
studenten van verschillende opleidingen de mogelijkheid praktijkgericht onderzoek te
doen naar thema’s op het gebied van cultuureducatie in het basisonderwijs die relevant
zijn voor het project en de participanten. Er zijn ook mogelijkheden om het
praktijkgerichte onderzoek te koppelen aan een stage bij één van de participanten binnen
Kek!
Werkwijze praktijkgericht onderzoek door studenten
1. Studenten oriënteren zich op onderzoeksmogelijkheden Kek!
De studenten lezen de informatie over onderwerpen en voorbeelden van
onderzoeksvragen die spelen binnen Kek! en bepalen op basis hiervan of ze onderzoek
willen doen binnen Kek!
Studenten die onderzoek willen doen binnen Kek! kunnen zich melden bij één van de
leden van de Kek! onderzoeksgroep: Lummie Fokkema (projectleider Keunstwurk,
[email protected]), Hennie Brandsma (lector NHL, [email protected]) of
Bernadet de Jager (adviseur onderzoek Cedin, [email protected])
2. Individuele matching: Elke student die belangstelling heeft voor onderzoek
binnen Kek! bespreekt onderzoeksmogelijkheden en de eigen ambities met een
vertegenwoordiger van de Kek! Onderzoeksgroep.Wanneer de student een
onderzoeksthema heeft gekozen, zorgt Keunstwurk voor introductie bij participant
(praktijkpartij) bij wie het onderzoek uitgevoerd zou kunnen worden.
3. Uitvoering onderzoek: De student maakt een onderzoeksplan in overleg met de
praktijkpartij. Het plan wordt kwalitatief beoordeeld door de opleiding en
toegestuurd aan de Kek! onderzoeksgroep.De uitvoering van het onderzoek wordt
begeleid door de praktijkpartij. Kwalitatief wordt het onderzoek begeleid door de
opleiding, de opleiding bepaalt ook het eindoordeel over het onderzoeksverslag.
4. Presentatie rapport: Elke student die onderzoek doet binnen Kek! presenteert de
onderzoeksuitkomsten bij de praktijkpartij en op een symposium waar alle
participanten vertegenwoordigd zijn.
Meer informatie
De activiteiten binnen Kek! en voorbeelden van mogelijke onderzoeksvragen zijn
bijgesloten bij deze oproep.
Ook is een artikel voor de Nieuwsbrief van het Fonds voor Cultuurparticipatie bijgevoegd.
Hierin wordt het KEK project en de werkwijze Living Lab besproken.
ENKELE MOGELIJKE
ONDERZOEKSPROJECTEN
Naam project
Wy Sjonge
Discipline
Muziek, zingen
Doelstelling
Professionalisering van docenten
Aan het eind van het project zijn 100 leerkrachten geschoold.
Dit betekent dat deze leerkrachten:
 minstens 2 keer per week zingen met hun klas
 een breed liedrepertoire hebben
 zichzelf 1 keer per jaar bijscholen op het gebied van zingen
 minstens 1 keer per jaar met hun klas ‘buiten de klas’ zingen
 vooral plezier hebben en uitstralen bij het zingen
Dit betekent dat op de scholen van deelnemende leerkrachten:
 zingen in de klas school breed gedragen wordt
 10% van de deelnemende scholen een leerlijn voor muziek (zingen) heeft
aangelegd voor de komende jaren
Activiteiten
Onderwijskoor, coaching op school, teamworkshops, inspiratiebijeenkomsten,
afsluitingen op de school
Onderzoeksvragen
-
Wat is het bereik van het project?
o Hoeveel leerkrachten nemen deel?
o Hoeveel scholen nemen deel?
Wat is de waardering van de leerkrachten voor de
professionaliseringsactiviteiten?
Welke veranderingen vinden plaats bij de leerkracht tijdens de activiteiten
van Wy Sjonge?
Welke veranderingen vinden op schoolniveau plaats ten aanzien van
zang/muziekonderwijs?
Hoe waarderen de leerlingen de zang/muzieklessen van de leerkrachten
die hebben deelgenomen?
TITEL:
De Tekenskoalle
Discipline
Tekenen, deskundigheidsbevordering
Activiteiten
De Tekenskoalle is een inspiratieproject voor leerkrachten van het primair
onderwijs in Friesland die hun tekenvaardigheid (verder) willen ontwikkelen.
Gedurende een schooljaar doen ze mee aan inspiratiemiddagen, tekenworkshops
en ze krijgen (individuele) coaching op school. Belangrijk is dat leerkrachten
vanuit hun eigen (hervonden) plezier in tekenen in staat zijn leerlingen te
enthousiasmeren.
Doelen van de Tekenskoalle
IK KAN TEKENEN!!
“Tekenskoalle geeft Friesland tekenkracht”
A. Leerlingen zijn visueel geletterd en hebben handvatten om te
verbeelden en kritisch te kijken.
Visuele geletterdheid geeft handvatten om de wereld te zien en te begrijpen en
vorm te geven. Het potlood is het instrument.
B. Leerkrachten hebben instrumenten om met kinderen te verbeelden en
kritisch te kijken. Leerkrachten durven leerlingen te begeleiden in
verbeeldingsprocessen. Tekenen is ingebed in het curriculum en een
vanzelfsprekend onderdeel van elke schooldag, zowel voor leerlingen als
leerkrachten. Leerkrachten zijn in staat keuzes te maken wat uit hun culturele
omgeving (musea, ateliers, overige culturele aanbieders) betekenisvol ingezet
kan worden om hun onderwijs vorm te geven.
Onderzoeksvragen van de Tekenskoalle:
We willen nader (laten) onderzoeken in welke mate onze doelstellingen zijn
bereikt.
In volgorde van belangrijkheid:
1. In hoeverre draagt De Tekenskoalle bij aan de groei van de leerlingen op de
volgende onderdelen (in hoeverre is het zelfbewustzijn van leerlingen op het
gebied van tekenen toegenomen?):
-plezier en zelfvertrouwen in het tekenen
-tekenvaardigheid
-mogelijkheden om te verbeelden
2. In hoeverre is het zelfbewustzijn van de leerkrachten op het gebied van
tekenen toegenomen?
Deelvragen:
-hoe vaak geven ze tekenles?
-wat doen ze ermee in de klas?
-hoe verbinden ze tekenen aan de zaakvakken?
-gebruiken ze een doorgaande leerlijn?
-hoe omschrijven ze zelf het belang en de bruikbaarheid van tekenen?
3. In hoeverre is tekenen een gestructureerd onderdeel geworden van het
schoolcurriculum? En is tekenen opgenomen in het schoolleerplan?
Naam project: Friese meren (Regio 7)
Discipline: netwerkvorming en afstemming
Doelstellingen:






Scholen zijn op de hoogte van het cultureel in de regio.
Teamleden hebben de deskundigheid ontwikkeld om keuzes te maken die
aansluiten bij de behoeftes van de school
Scholen die zich willen ontwikkelen tot cultuurscholen krijgen steun van
betreffende cultuurpartij(en) en hebben een cultuurbeleidsplan.
Culturele aanbieders stemmen hun aanbod op elkaar af en
Culturele aanbieders werken samen aan het ontwikkelen van doorlopende
leerlijnen en/of multidisciplinaire projecten.
Alle leerlingen worden in staat gesteld kennis te maken met een breed
scala aan activiteiten op het gebied van kunst, cultuur en erfgoed.
Activiteiten:





De projectorganisatie (bestaande uit vertegenwoordigers van It Toanhûs,
Bibliotheken, Museum Joure, Stichting Kunst&Cultuur Gaasterlân-Sleat) komt
regelmatig bijeen om de voortgang van het KEK-project te bespreken.
Scholen kunnen gratis kennismaken met voor hen onbekend cultuureducatief
aanbod via de aangesloten partnerpartijen (It Toanhûs, Bibliotheken, Museum
Joure, Stichting Kunst&Cultuur Gaasterlân-Sleat).
Er wordt gewerkt aan een (digitaal) platform waarop scholen inzicht
verkrijgen in het beschikbare aanbod in de regio.
Scholen worden bezocht en geïnformeerd over de mogelijkheden van de KEKregeling. Cultuurscholen ontvangen ondersteuning op maat bij het
Er worden netwerkbijeenkomsten georganiseerd waarbij scholen, aanbieders
en andere geïnteresseerden elkaar kunnen ontmoeten, en waar zij informatie
ontvangen over de ontwikkelingen in het kader van KEK! in de Friese Meren
Mogelijke onderzoeksvragen:
1. Wat is het bereik van het project (kennis van en gebruik van aanbod door
scholen, leerkrachten, leerlingen)?
2. Hoe is de afstemming vraag en aanbod georganiseerd (o.a. ontwikkeling
keuze-instrument voor scholen) en met welk resultaat?
3. Op welke wijze vindt de netwerkvorming tussen aanbieders plaats en met
welk resultaat?
4. Op welke wijze en met welke waardering vindt de begeleiding van
Cultuurscholen plaats?
5. In welke mate wordt voldaan aan voorwaarden voor duurzaamheid c.q. de
bestendiging van cultuureducatie in de regio?
KEK project regio 6 Stellingwerven
Naam project: Kiekes: Erfgoededucatie in Stellingwerven
Discipline
Cultureel erfgoed
Doelstellingen:
1. op schoolniveau ontwikkelen van een gestructureerd, door het team gedragen
en duurzaam erfgoedbeleid dat herkenbaar is geïntegreerd in het curriculum.
2. Op leerlingniveau: Het versterken van het omgevingsbewustzijn bij leerlingen:
de bij het project betrokken leerlingen zijn bewuster geworden van de rijkdom in
de eigen omgeving en de mate waarin ze betrokken zijn bij en zich
verantwoordelijk voelen voor hun omgeving is toegenomen.
Activiteiten
Er zijn drie coaches aangewezen vanuit drie culturele instellingen (De
Bibliotheek, Kunst en COO en de Stellingwarver Schrieversronte). Deze coaches
begeleiden de 10 deelnemende scholen intensief in het concretiseren van de
leerlijn erfgoed en het organiseren van inspiratie-projecten.
Daarnaast is er een cultuurpanel geformeerd, bestaande uit gespecialiseerde
aanbieders uit de regio op het gebied van erfgoed. (fotografen, schrijvers,
verhalenvertellers en erfgoedinstellingen zoals Stichting Stellingwarver
Schrieversronte, het Vlechtmuseum en Museum Oold Ark Makkinga) Met dit
cultuurpanel worden regelmatig (minimaal twee keer per jaar) bijeenkomsten
georganiseerd, enerzijds om te brainstormen over mogelijke projecten met
erfgoed als uitgangspunt, anderzijds om de expertise van het panel naast de
leerlijn van TULE te leggen en zo tot een concrete invulling te komen van de
leerlijn. De coaches hebben een adviserende taak naar de scholen toe op het
gebied van de concretisering van de leerlijn, maar vormen ook een intermediair
tussen de scholen en de aanbieders. De eigen website (www.kiekes.yurls.net)
speelt een belangrijke rol bij het krijgen van een overzicht van het aanbod en
mogelijke projecten.
Onderzoeksvragen
Algemene probleemstelling op schoolniveau:
1. In welke mate is er , tijdens de subsidieregeling KEK, binnen de Kiekes
scholen een gestructureerd erfgoedbeleid zichtbaar (geworden)?
2. In welke mate is er , na afloop van de subsidieregeling KEK, binnen de
Kiekes scholen sprake van een duurzaam erfgoedbeleid ?
Algemene probleemstelling op leerlingniveau:
3. In welke mate zijn de leerlingen , tijdens de subsidieregeling KEK, binnen
de Kiekes scholen meer omgevingsbewust geworden?
Project [S]maak mee, samenwerking Smallingerland (regio 5)
Thema: ontwikkelen van een doorgaande leerlijn cultuureducatie
Doelstellingen
Algemene doelstelling:
Zoveel mogelijk kinderen in Smallingerland in aanraking te laten komen met
kunst en cultuur in een samenhangend cultuur educatief aanbod.
Tussentijdse doelen (S)Maak Mee:
- Het intensiveren van de samenwerking tussen culturele instelling en scholen in
Smallingerland;
- Verankering van het traject van (S)Maak Mee in het curriculum van
deelnemende scholen;
- Vierjaarlijks overleg met cultuurcoördinatoren en kunstinstellingen;
- Kunstbeschouwing een vaste plek geven in de cultuur educatieve leerlijn van
het basisonderwijs in Smallingerland;
- De bestaande activiteiten bijstellen naar aanleiding van evaluaties.
Activiteiten
Vier instellingen binnen Smallingerland, tw de Bibliotheek, De Meldij, Lawei en
Museum Dr8888 ontwikkelen gezamenlijk een aanbod voor alle scholen binnen
Smallingerland (ca. 38 basisscholen).
Samenwerking met leerkrachten lagere scholen, studenten HBO en
gepensioneerde leerkrachten zorgen er voor dat er gekeken wordt naar
vraaggericht aanbod creëren.
Om dit te bereiken wordt er samenhang gecreëerd tussen de al bestaande
cultuur educatieve projecten van de culturele instellingen. De culturele
instellingen in Smallingerland leveren een gezamenlijke inspanning om een
gebalanceerd en een op de scholen toegesneden cultuureducatie plan neer te
leggen.
De te maken kwaliteitsslag is gericht op verdieping. Binnen het traject (S)Maak
Mee wordt er gestreefd naar samenhang, herkenning en intensivering van
cultuur educatieve kennis. (S)Maak Mee gaat ervan uit dat leerlingen ieder jaar
in aanraking komen met uitingen van kunst en cultuur in Smallingerland.
Bovendien leveren ze nadrukkelijk zelf verschillende bijdragen aan de
kunstproducten. Door de samenhang tussen de verschillende producten gaan de
leerlingen de verschillende onderdelen herkennen en uiteindelijk in één
eindproject toepassen. Dit vergroot de culturele kennis.
Onderzoeksvragen:
De samenwerking tussen de instelling zorgt voor een programma op kerndoelen
en in de doorgaande leerlijn. De vraag van de vier instellingen zou kunnen zijn:
In welke mate sluit het aanbod daadwerkelijk aan op de vraag van de scholen?
a. de vraag van de leerkrachten
b. de vraag van de directies
c. In hoeverre past het aanbod binnen de CE visie en curriculum van de
school?
d. In hoeverre past het aanbod binnen het reeds aanwezige aanbod?
e. wat vinden de kinderen er zelf van?
f. Wat vinden de ouders van de kinderen er van en zijn zij betrokken?
g. Op welke wijze kan het aanbod (nog) beter worden afgestemd op de
vraag?
Belangrijke vervolgvragen zouden kunnen zijn:
1. Wat hebben de scholen nodig om zelf verantwoording te dragen voor een
breed binnen de school gedragen cultuurbeleid?
2. Hoe zorgt de school/directie voor een groot draagvlak binnen het team?
3. Is het nodig om een coördinator te hebben binnen de scholen
4. Is er een reëel cultuureducatief beleidsplan per school? ´
5. Hoe kan de relatie tussen de scholen en instellingen bestendigd worden?
6. Hoe wordt het cultuuraanbod geïntegreerd en hoe wordt gewerkt aan de
continuïteit? Wat kan er gedaan worden om tot betere afstemming te
komen?
7. Wat is het effect van het huidige aanbod bij leerlingen?
8. Wat is de mogelijke visie en missie voor de toekomst?
9. Hoe zorg je er voor dat er budget wordt vrijgemaakt binnen de
cultuurinstellingen om aanbodvernieuwing door te zetten?
Onderzoekmethode:
Onderzoek op basis van enquêtes, interviews, observaties, literatuur, algemene
statistieken en dialogen.
Regio: Opsterland
Thema: afstemming vraag en aanbod/ontwikkelen van een doorgaande leerlijn
cultuureducatie
Doelen:
Einddoelstelling Opsterland en Heerenveen: In totaal hebben 40 scholen
meegedaan binnen de regeling cultuureducatie met kwaliteit’
Vraag + aanbod zijn meer verantwoord op elkaar afgestemd.
Scholen verwoorden een inhoudelijke argumentatie van de noodzaak van
cultuureducatie.
Er is een doorgaande lijn gerealiseerd op een gekozen onderdeel tussen 3
bouwen: onder – midden – bovenbouw specifiek aan de hand van een
kunstdiscipline, een thema, een wereld oriënterend onderwerp, een onderdeel
van cultureel erfgoed.
Het gaat om het ontwikkelen van een culturele loopbaan waarin het kind actief
en receptief kennis zal maken met diverse disciplines. De inhoud van het
programma komt tot stand in nauwe afstemming tussen de diverse participanten
en het onderwijs en past binnen het curriculum van de (individuele) school. Dat
kan verbonden worden aan één of meerdere kunstdisciplines, de specifieke
lesmethodes ,meervoudige intelligentie, een thema, een wereld oriënterend
onderwerp, een onderdeel van cultureel erfgoed etc.
Disciplines: erfgoed, cultuur breed
Activiteiten:
Per schooljaar zijn er 4 cultuurblokken voor Heerenveen. In vier jaar tijd komt
het kind actief in aanraking met 6 verschillende cultuureducatieve disciplines .
Per jaar staan minimaal 2 receptieve blokken ingepland.
Er wordt een deskundigheidsplatform samengesteld waarin lokale aanbieders,
vertegenwoordigers vanuit het onderwijs en de culturele instellingen zitting
zullen nemen
Onderzoeksvragen:
1. Kwantitatieve doelen en vragen.
In welke mate wordt het op het aantal geplande scholen een CE- activiteit
uitgevoerd?
2. Kwalitatieve doelen en vragen.
2.A In hoeverre is de vraag van scholen en het aanbod (van instellingen) op
afgestemd?
2.B In welke mate is de kwaliteit van de samenwerking tussen de diverse
(culturele) instellingen en het onderwijs en buitenschoolse opvang versterkt?
2.C Op welke wijze kan het samenspel tussen kunstvakdocenten, de school,
externen tot een structurele voortzetting komen?
Doel: Ontwikkelen en versterken van een doorgaande leerlijn cultuureducatie in
de scholen
3. In welke mate is er binnen de deelnemende scholen een CE-beleid en een
doorgaande leerlijn CE concreet zichtbaar (geworden)?
Doel: Deskundigheidsbevordering
De samenwerking met de diverse betrokken docenten, instellingen zal op
het gebied van deskundigheidsbevordering worden versterkt (door middel
van pedagogische en didactische scholing in 4 bijeenkomsten per jaar).
4. In welke mate hebben deze bijeenkomsten bijgedragen aan de
deskundigheid van de betrokken leerkrachten?
Specifiek project
Naam project ‘Carnaval der dieren’
Disciplines: muziek/zang-drama-dans-muziekkorps-schoolorkest
Doelstellingen:
-deelname 2 scholen: schoolbreed totaal 150 leerlingen in de leeftijd van
4-12 jaar,
-elkaar opzoeken, samenwerken tussen openbaar/bijzonder onderwijs
waarbij de kinderen van beide scholen integreren gedurende dit traject,
-multi- en interdisciplinaire samenwerking tussen de kunstvakdocenten,
-vormgeven aan, uitvoeren van een drietal stappen in het proces:
(1) kennismaken met de docenten, disciplines, het verhaal en de muziek
van ‘Carnaval der dieren’.
(2) Specialiseren en verbindingen maken waar mogelijk.
(3) Leren presenteren.
Korte beschrijving: iedere vrijdagochtend tussen 11.00-14.30 wordt er
gewerkt aan ‘Carnaval der dieren’, gecomponeerd door Saint Saens. Periode 28
maart-25 juni 2014 met zang/muziek, toneel, dans, korps De Bazuin in Tijnje.
De structuur wordt gegeven in 14 onderdelen/dieren.
Onderzoeksvragen: nog nader in te vullen