Samenwerken aan stationsgebieden

Alliantiegesprekken
SAMEN WERKEN aan
STATIONSGEBIEDen
Stedenbaan
en het Alliantiegesprek
Stedenbaan is een platform van overheden in de Zuidvleugel (de provincie Zuid-Holland, de regio’s en de gemeenten Den Haag en Rotterdam), NS en ProRail. Inzet is een
geïntegreerde aanpak van openbaar vervoer en ruimtelijke
ontwikkeling. Stedenbaan draagt bij aan het economische
perspectief van de regio door:
→→ de bereikbaarheid te verbeteren met een samenhangend en hoogwaardig openbaarvervoerssysteem;
→→ de ruimtelijke ontwikkeling rondom OV-knooppunten te
stimuleren en zo de stedelijke centra te versterken.
In stationsgebieden krijgt de wisselwerking tussen mobiliteit en ruimte concreet vorm en inhoud. Daar komt het
gedachtengoed van Stedenbaan tot leven en wordt de meerwaarde van de gezamenlijke aanpak zichtbaar.
maak werk van uw eigen
stationsgebied
Maak werk van uw eigen stationsgebied
3
Alliantiegesprek Gouda
4
1. Allianties: wat en waarom?
6
2. Het instrument Alliantiegesprek
7
Alliantiegesprek Den Haag Laan van NOI
8
3. Alliantiegesprekken in de praktijk
10
4. Resultaten: wat levert het op?
11
Alliantiegesprek Delft Zuid
12
5. Meerwaarde van het instrument
14
6. Handreiking: u bent aan zet!
15
Om de kwaliteit van stationsgebieden te verbeteren is samenwerking tussen de betrokken partijen onmisbaar. Maar
die samenwerking is vaak complex. Allianties van publieke
en private partijen kunnen de ontwikkeling op gang brengen.
Stedenbaan wil een impuls geven aan die alliantievorming
op locatie, hiervan in de praktijk leren en de ervaringen verspreiden. Het Alliantiegesprek is de vliegende start.
Het Alliantiegesprek van Stedenbaan biedt u een perspectief. In een Alliantiegesprek gaan de verschillende partijen die nodig zijn voor de verbetering van
hun stationsgebied, met elkaar in dialoog over concrete kwesties en mogelijkheden. Doel van het Alliantiegesprek is om de deelnemers tot een gezamenlijke ontwikkelingsstrategie te laten komen. Het is de eerste stap in het proces
naar een doelgerichte samenwerking: een alliantie.
Wij nodigen u van harte uit om werk te maken van uw eigen stationsgebied.
Neem initiatief, mobiliseer anderen, organiseer de samenwerking en pak de
kansen – groot en klein – voor verbetering.
Collega’s in drie stationsgebieden gingen u voor. Stedenbaan’s Alliantiegesprek hielp hen op weg naar een duurzame alliantie, met aanwijsbaar resultaat. Is uw stationsgebied het volgende?
‘Het was een geslaagde bijeenkomst met een brede groep
mensen vol ambities. Van lokale ondernemers tot het Ministerie,
van gemeente tot belangengroepen. Er wordt creatief maar
serieus nagedacht over kansrijke maatregelen en quick wins om
de looproute naar het centrum te verbeteren.’
Stedenbaan
Januari 2014
Wendy Ruwhof, wethouder in Gouda
Zie het Alliantiegesprek in Gouda op pagina 4.
2
Ziet u urgente kwesties in het stationsgebied die om concrete actie vragen?
Of kansen die maar blijven liggen? Partijen die hun best doen, maar elkaar
moeilijk vinden? Heeft de samenwerking een impuls nodig?
Alliantiegesprekken
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
3
Alliantiegesprek Gouda
Aantrekkelijke route tussen station
en centrum
‘Dit Alliantiegesprek helpt. Je leert de mensen kennen die
net als ik werken aan de opbouw van de stad. Dan wordt het
gemakkelijker om rekening te houden met elkaars behoeften
en zo plannen aan elkaar te knopen.’
Fietsen barricaderen de stationsingang
Versleten straatmeubilair
Wegwijzers helpen bij onduidelijke route
Het project Spoorzone Gouda is al jaren geleden gestart en bestaat voorname­
lijk uit de ontwikkeling van afzonderlijke deellocaties. De gemeente toonde lef
door het nieuwe ‘Huis van de Stad’ pal naast het station te bouwen. Dat geeft
vertrouwen aan andere investeerders. Er liggen plannen voor een hotel, kan­
toren, woningen, winkels, fietsenstallingen en een nieuw stationsgebouw. Een
nieuwe bioscoop, een kantoor, een parkeergarage en een fietsenstalling zijn
inmiddels aan de noordzijde gerealiseerd. Door de kavelgewijze ontwikkeling
dreigt de openbare ruimte echter kind van de rekening te worden. Deze is in de
loop van jaren verrommeld en versleten. De samenhang is verloren gegaan.
In het Alliantiegesprek bleek vooral de slechte verbinding tussen station en binnenstad aan de zuidzijde van het stationsgebied een urgente kwestie. Leegstaande winkels, een onduidelijke route, slechte bestrating, versleten straatmeubilair,
geen verblijfskwaliteit. Door in gesprek te gaan met eigenaren en gebruikers,
kwamen al snel slimme initiatieven ter tafel. Laagdrempelig, met zichtbare resultaten: verbouwing van winkelplinten, stringenter beheer, versneld onderhoud,
zo mogelijk sponsoring van nieuwe zitbanken, bomen of verlichting. Ondernemers en eigenaren blijken niet happig om bij te dragen aan een fonds voor de
openbare ruimte. Maar over het doneren van bankjes, bomen of verlichting aan
de stad valt best te praten.
Ook onderwijs- en zorginstellingen waren een volwaardige partner in het proces
en kwamen met vernieuwende ideeën. Bijvoorbeeld om studenten in te zetten via
educatieve projecten: een grafisch uitvoeringsproject of een bomenplantdag. Of
om de kleurrijke routes binnen het ziekenhuis te gebruiken als leidraad voor de
routes buiten. Verder is gedacht in arrangementen: het hotel kan profiteren van
naburige bedrijven die internationaliseren. Het ziekenhuis kan zich ontfermen
over braakliggende kavels en deze tijdelijk herinrichten als parkje.
Leegstaande winkels aan route
Herstel van bomenlaan
Representatieve openbare ruimte
Partijen Alliantiegesprek
ABN-AMRO
Blauwhoed Projectontwikkeling
Buck Consultants International
De Lombok vof
Driestar College Scholengemeenschap
Gemeente Gouda
Goudse Verzekeringen
Groene Hart Ziekenhuis
Jan de Jong Projectontwikkeling
Kerkgemeenschap Vredebest
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Multi Vastgoed
NS Stations
Ontwikkelingsmaatschappij
Binnenstad
Platform Binnenstad en Randen
ProRail
Provincie Zuid-Holland
Radboud Universiteit Nijmegen
Samenwerkende Ondernemers
Gouda
Stedenbaan
Technolution
The Ibus Company
Station
2
1
2
1
1
2
1
1
2
1
3
Centrum
Maatregelen voor de route naar het centrum
Eigenaren en ondernemers hebben zich verenigd in het Platform Zuidelijk
Stations­gebied. De gemeente heeft daardoor een aanspreekpunt waar ze afspraken mee kan maken. Er is een concrete subsidieaanvraag uitgezet en de gemeente zoekt intern naar aanvullende middelen. Ook worden de mogelijkheden
verkend voor een beperkte cofinanciering door marktpartijen en Europa.
4
Mick Bunnik, De Lombok vof
1 opknappen van winkels in de plint
2 integratie van woningen boven kantoren
uniforme bestrating, auto te gast
Alliantiegesprekken
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
herstel van doorgaande laanbeplanting
nieuw straatmeubilair: bankjes, verlichting
3 herinrichting van onveilig kruispunt
5
1. Allianties: wat en waarom?
Nut en noodzaak van
alliantievorming
Een alliantie is een tijdelijk samenwerkingsverband van
publieke en private partijen die elkaar vinden in een
gemeenschappelijke ambitie voor hun stationsgebied.
Belangen lopen uiteen, maar over urgente kwesties is de
eenstemmigheid vaak verrassend groot. Dat besef is lang
niet altijd aanwezig. Alliantievorming helpt om gedeelde
belangen om te zetten in gezamenlijke actie.
We zien het allemaal: tijden veranderen. De condities voor
het ontwikkelen van stationsgebieden zijn fundamenteel
veranderd als gevolg van de aanhoudende economische
en financiële crises. De investeringsbereidheid van marktpartijen en overheden blijft ver achter. Opvattingen over
hun rollen en taken veranderen. Zo trekt NS zich terug op
het treinverkeer en het stationsgebouw en let ProRail op
railonderhoud en –beheer, veiligheid en de fiets. De onderhoudsbudgetten van gemeenten slinken. Ontwikkelaars en
beleggers kampen met verliesgevende kavels en groeiende
leegstand in hun gebouwen. In die complexiteit van belangen is het niet eenvoudig om tot een verbetering van de
stationsomgeving te komen.
2. Het instrument Alliantiegesprek
Doel en opzet
mende houding, niet zozeer gericht op beleid en regelgeving, maar op concrete stappen voor een vruchtbare
samenwerking. Deze tijd vraagt om allianties.
Met het Alliantiegesprek geeft Stedenbaan een impuls aan
de vorming van allianties voor betere stationsgebieden. Dat
begint met het bijeenbrengen van alle mensen die via geld,
grond of bevoegdheden belang hebben bij het stationsgebied: the whole system in one room. Dat legt de basis voor
een open en constructieve dialoog. Over elkaars plannen en
initiatieven, over kwesties en belemmeringen en vooral over
de kansen die partijen samen kunnen benutten.
Dat is de essentie van het Alliantiegesprek dat Stedenbaan
heeft ontwikkeld.
Initiatieven lukken alleen als partijen elkaar vinden, urgentie voelen om de schouders eronder te zetten, samen tijd en
energie vrijmaken en hun ‘potjes’ bij elkaar leggen. Pas dan
komt er iets van de grond. Dat is precies de inzet van het
­Alliantiegesprek. Doel van het gesprek is dat de verschillende partijen, die betrokken (moeten) zijn bij de verbetering
van de stationsomgeving, samen tot een gedeelde ontwikkelingsstrategie komen.
Urgenties en prioriteiten
In de basis bestaat het Alliantiegesprek uit twee bijeenkomsten. Het eerste gesprek is probleemstellend en gaat over
urgenties en prioriteiten die de deelnemende partijen zelf
zien. Het tweede gesprek is mobiliserend en nodigt uit om
tot oplossingen te komen. Tussen beide gesprekken worden gezamenlijk voorstellen uitgewerkt, die een passend
antwoord zijn op de waargenomen kwesties en die door
meerdere partijen kunnen worden ondersteund. Dit legt de
basis voor de gemeenschappelijke ontwikkelingsstrategie.
Alliantievorming vraagt om een aanpak in stappen. Het
begint met het verkennen: inzicht in elkaars behoeften
en plannen. Wat zijn de plannen van de ondernemers?
Waarmee zijn NS en ProRail bezig? Welke ambities heeft
de gemeente? Welke initiatieven koesteren bewoners en
belangengroepen? Wat is de inzet vanuit de regio en provincie? Dan volgt de verdieping: het benoemen van gezamenlijke kwesties en dilemma’s die verbonden zijn aan het
ontwikkelen van het stationsgebied. En vervolgens een open
gesprek over de ontwikkeling: waar liggen de kansen en
Er bestaat geen vaste receptuur om tot de vorming van een
alliantie te komen. Het tijdelijke, informele karakter is essentieel: na twee à drie gesprekken is duidelijk of partijen
serieus werk willen maken van de samenwerking en bereid
zijn hiervoor stappen te zetten. Stedenbaan maakt zich in
dit proces sterk voor de samenwerking zelf, zonder belang
bij een specifieke uitkomst, anders dan een goed functionerend stationsgebied.
Mogelijke aanpak van het alliantiegesprek
INFORMATIE
Vervoerders
mogelijkheden voor verdere afstemming en samenwerking?
Dit met het oog op de manier waarop partijen hun investeringen willen inzetten. Een gerichte en gebundelde inzet
van het eigen kapitaal genereert waarde voor het gebied en
daardoor een hoger rendement.
MOGELIJKE AANPAK VAN HET ALLIANTIEGESPREK
Krachtenveld van partijen in een stationsgebied
Overheden
/i
ns
STAP 1: VERKENNENDE FASE
→ verkennen van plannen en kwesties in het stationsgebied
→ gesprekken met partijen: ophalen agenda’s en ideeën
→ eerste Alliantiegesprek: probleemstellend (urgenties, prioriteiten)
rs
COÖRDINATIE
Be
le
id
sk
ad
e
ak
vl
ag
ra
/d
tr
en
um
al
en
gn
te
n
Si
‘Whole system in one room’
Nieuwe vormen van samenwerking zijn hard nodig. Minder
overheidsgestuurd, meer vanuit de eigen ambities van de
partners. Inzet: een gelijkwaardige samenwerking tussen
overheden, ontwikkelaars, ondernemers en particulieren.
Een samenwerking die de eigenaren en gebruikers op het
netvlies houdt. Dat vraagt van de overheid een onderne-
Twee of drie gesprekken zijn genoeg om duurzame allian­
ties te vormen rond urgente kwesties in het stationsge­
bied. In kort tijdsbestek kunnen gebiedspartijen die elkaar
niet goed kennen, uitgroeien tot partners voor vernieu­
wing en verbetering
STAP 2: VERDIEPINGSFASE
ch
t
la
/g
STAP 3: ONTWIKKELINGSFASE
W
en
d
el
/k
is
nn
se
n
→ kwesties uitwerken tot kansrijke oplossingsrichting(en)
→ aanpak voor strategie en samenwerking
→ consultatie van (deskundigen van) partijen
Ke
en
ALLIANTIE
Gebruikers
6
→ voorstel voor kansrijke oplossingsrichtingen, quick wins
→ formuleren van gezamenlijke strategie
→ tweede Alliantiegesprek: uitnodigend, mobiliserend (kansen)
Ontwikkelaars
Alliantiegesprekken
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
7
Alliantiegesprek Den Haag Laan van NOI
Nieuw stationsplein als motor voor
hergebruik en transformatie
‘Ik heb het als een uitermate effectieve en efficiënte
manier ervaren om op transparante wijze en op neutraal
terrein in een vroeg stadium belangen te inventariseren en
samenwerkingsverbanden te verkennen en smeden.’
Tramlus hindert goede looproute
Kansen voor ‘The Hague Security Delta’
Rommelige ingang van stationsgebouw
Den Haag Laan van Nieuw Oost-Indië (NOI) is in reizigersomvang een fors sta­
tion. Met meer dan 12.000 in- en uitstappers per dag is dit treinstation het veer­
tigste van het land. Het nabijgelegen Beatrixkwartier is een toplocatie en staat
tweede op de nationale ranking van kantoorlocaties (Jones Lang Lasalle). Maar
het stationsgebied ziet er onverzorgd en versleten uit, de overstap en routes
zijn niet duidelijk en er zijn weinig voorzieningen. De aankomende leegstand van
het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) in 2015 maakt een
aanpak des te meer urgent.
Zaten partijen eerst nog op elkaar te wachten, met het Alliantiegesprek is de
vaart erin gekomen. Het vrijkomen van het ministerie, 65.000 m2 groot, bleek een
belangrijke aanjager, tezamen met de ambitie van NS om het stationsgebouw
te vernieuwen en uit te bouwen. De aanleg van een aantrekkelijk stationsplein
met voorzieningen, levendig en goed ingericht, heeft voor veel partijen een hoge
urgentie en genereert veel energie voor actie.
In het Alliantiegesprek groeide de alliantievorming tussen NS, HTM, gemeente
Den Haag en het Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf (RVOB). Dit werd versterkt door de druk van ‘buiten’. De bewonersvereniging, de naburige gemeente
Leidschendam-Voorburg en grote bedrijven in de omgeving, zoals Siemens,
pleiten voor een snelle, gecombineerde aanpak van stationsgebouw en –plein.
Er komen ook andere kwesties op tafel, maar een aantrekkelijk station en plein,
omringd met horeca en andere voorzieningen, wordt gezien als de belangrijkste
stimulans voor de aanpak van de verborgen leegstand en de transformatie van het
gebied. Dit in wisselwerking met het hergebruik van het grote SZW-gebouw.
Manshoge ‘dode’ plinten tegenover station
Herontwikkeling van SZW-gebouw
Kwaliteit openbare ruimte in Beatrixkwartier
Partijen Alliantiegesprek
College van Rijksadviseurs (CRA)
DTZ Zadelhoff
FMO
Gemeente Den Haag
Gemeente Leidschendam-Voorburg
HTM
Jones Lang Lasalle
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
NS Stations
NS Regio Randstad Zuid
ProRail
Regus
Rijksvastgoed- en
Ontwikkelingsbedrijf (RVOB)
Siemens
Stadsgewest Haaglanden
Stedenbaan
Studio Herman Hertzberger
Vereniging Deltametropool
World Trade Center
Wijkberaad Bezuidenhout
Naast deze inrichtingsopgave blijkt uit het Alliantiegesprek de behoefte aan een
breder verhaal: over de identiteit van het gebied in groter verband. Aanpak van
leegstand en transformatie hebben pas kans van slagen als het stationsgebied een
beter profiel krijgt in de Randstad. Het kan aansluiting vinden bij het hoogwaardige
Beatrixkwartier door zich te profileren op ICT en veiligheid: The Hague Security
Delta. Dit zou Den Haag versterken als ‘stad van vrede, recht en veiligheid’.
Ministerie
van SZW
3
4
Beatrixkwartier
5
2
2
1
Station
5
Maatregelen voor vernieuwing van stationsplein
1
2
3
De gemeente Den Haag heeft het initiatief overgenomen. Dat is ook de bedoeling.
Gemeente, NS, HTM en RVOB zijn nu samen aan het tekenen en rekenen aan een
geïntegreerd plan voor het stationsgebied. In 2015 moet de schop in de grond.
8
Roel Hamers, consultant, Rijksvastgoed- en Ontwikkelingsbedrijf
Alliantiegesprekken
beperkte uitbouw van stationsgebouw
integratie van nieuwe fietsenstallingen
verwijderen van calamiteitenlus voor tram
herinrichting tot nieuw plein, auto te gast
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
4
5
waterstructuur doortrekken tot aan het plein
groter plein door herinrichting van SZW-gebouw
SZW-gebouw: nieuwe winkels en horeca in plint
heldere looproute naar Beatrixkwartier, bewegwijzering
9
3. Alliantiegesprekken in de praktijk
Samen uitproberen in drie
stationsgebieden
Stedenbaan heeft in drie stationsgebieden praktische er­
varingen opgedaan met het Alliantiegesprek. Op verzoek
van de betrokken gemeenten hebben we een bijdrage
geleverd aan het ontwikkelingsproces van het stations­
gebied. Een uitdagende ervaring voor alle betrokken
partijen.
ijk
rd
w
oo
Vo
o
rh
ou
t
N
In deze drie stationsgebieden heeft het Alliantiegesprek geholpen om de agenda’s van afzonderlijke partijen bij elkaar
te krijgen, een dialoog te voeren over de urgente kwesties
en samen mogelijke oplossingsrichtingen te verkennen. Dit
alles vergt maatwerk, uiteraard. Zo bleken in Gouda niet
twee, maar drie gesprekken nodig om te komen tot een gedeeld perspectief op kansrijke acties. Voor Den Haag Laan
van NOI zijn tussendoor drie afzonderlijke werksessies georganiseerd: één over de perspectieven voor de markt, een
ander over de rol en positie van het Rijk en een atelier over
Alkmaar/Haarlem
het integreren van de stedenbouwkundige ambities. Uit het
eerste gesprek over Delft Zuid kwam een ‘voorbereidingsgroep’ naar voren die de uitzoekacties ter hand neemt.
Schiphol/Amsterdam
Overzichtelijke acties
In de praktijk van deze Alliantiegesprekken werken betrokken partijen aan de kwesties en kansen die zijzelf urgent en
belangrijk vinden. Integraliteit staat niet voorop. Het gaat
om overzichtelijke acties die partners zelf kunnen uitvoeren. Specifieke opgaven en de verbetering van bepaalde
deelgebieden bieden kansen voor een doelgerichte samenwerking, die minder complex is en daardoor des te effectiever. In kleine stappen en met snel zichtbare resultaten. Dat
biedt vertrouwen op weg naar een duurzame alliantie.
er Le
sc id
ha en
ns
rp
er
do
id
Le
ijk
tw
Ka
m
ei
Leiden van Delft Zuid was onderwerp van de
Het stationsgebied
Centraal
derde serie. De opgave concentreert zich op een betere
bereikbaarheid van deze voorstadhalte, en daarmee op een
intensiever gebruik en een sterkere functie. Met name de afstemming met het Intercitystation van Delft en de relatie met
de naburige campus van de TU Delft en Technopolis vragen
om directe, aantrekkelijke routes voor langzaam verkeer.
nh
e
ss
Sa
In de eerste Alliantiegesprekken stond het stationsgebied
van Gouda centraal. Een belangrijk Intercitystation, waarbij
vooral de matige kwaliteit van de verbinding met de binHillegom
nenstad veel partijen een doorn in het oog is. In de tweede
serie Alliantiegesprekken ging het om het stationsgebied
van Den Haag Laan van Nieuw Oost-Indië. Het station en
stationsomgeving blijven hier in kwaliteit ver achter bij het
(inter)nationale vestigingsklimaat van het Beatrixkwartier.
Een flinke kwaliteitsimpuls is nodig.
m
Alphen a/d Rijn-West
et
M erw
ee o
rb ud
ur e
g
La
m
Hazerswoude
Koudekerk
da
m
Den Haag Laan van NOI, zie p.8
ee
Z
r
Oo oet
st erm
ee
r
o
Bl
ei
z
lft
Een belangrijk resultaat in alle drie stationsgebieden is de
alliantievorming rond de kwaliteit van de openbare ruimte.
Dit blijkt niet alleen een vraagstuk te zijn voor de gemeenten, maar evenzeer voor de gebruikers en eigenaren. Zo
mobiliseert de slechte route tussen station en stadscentrum in Gouda ook private eigenaren. Zij hebben zich verenigd in het Platform Zuidelijk Stationsgebied. Recent zijn
hier nieuwe bewonersinitiatieven aan gekoppeld. Subsidieaanvragen voor fiets en openbare ruimte liggen inmiddels
al bij de provincie. Naast de geldbijdragen van gemeente
en provincie koppelen de aangrenzende vastgoedeigenaren hun investeringsplannen hieraan en overwegen zij een
beperkte vorm van sponsoring.
Aantrekkelijke fietsroutes
Een tweede onderwerp waarop in de drie Alliantiegesprekken resultaat is geboekt, is het langzaam verkeer. In Delft
bijvoorbeeld groeit een alliantie van partijen die baat hebben bij betere fietsverbindingen van het station Delft Zuid
met de TU en Technopolis. Deze bestaat uit de gemeente,
de TU, het Stadsgewest Haaglanden, TNO en ondernemers
verenigd in de Bedrijvenkring Schieoevers. Zij verkennen
hoe deze routes directer, sneller en (sociaal) veiliger kunnen worden, bijvoorbeeld door betere verlichting, bewegwijzering, herinrichting van fietspaden en het snoeien van
groen. Doel is om een aantrekkelijke verbinding te bieden,
passend bij de TU-campus en Technopolis.
In Den Haag Laan van NOI blijkt het nieuwe stationsplein
een grote wens van NS en RVOB (Rijksvastgoed- en Ontwikkelbedrijf), en de bedrijven in Schenkstrook en Beatrixkwartier. Echter niet als gedeeld collectief vraagstuk, maar
vanuit eigen private belangen van stationsuitbreiding,
Woerden
leegstand
en hergebruik. Vanuit het Alliantiegesprek is de
Utrecht het initiatief te nemen om
gemeente Den Haag gevraagd
samen met ProRail, NS, HTM en het RVOB een integraal
plan voor het gehele stationsgebied op te stellen. Dit plan
zal medio 2014 aan de gemeenteraad worden voorgelegd,
zodat in 2015 de uitvoering kan starten. Inmiddels heeft de
Bovendien mobiliseert het Alliantiegesprek de acties voor
de beleving en uitstraling van de stationsomgeving, de
branding van het gebied en van het station in het bijzonder.
Voor Den Haag Laan van NOI gaan bijvoorbeeld stemmen
op voor een naamsverandering in Den Haag Beatrixkwartier. De expliciete aansluiting bij dit Haagse zakendistrict
benadrukt de noodzakelijke kwaliteitssprong om (inter)
nationale bedrijven aan te trekken en vast te houden. Het
perspectief van The Hague Security Delta brengt kansen
met zich mee voor clustering van bedrijven op gebied van
ICT en veiligheid.
Gouda, zie p.4
Gouda Goverwelle
Delft TU
Delft Zuid, zie p.12
Ta
nt
ho
f
De
gemeente reeds 5 miljoen euro beschikbaar gesteld. Het
resultaat is een stevige samenwerking tussen Rijk, regio,
gemeente en NS met andere belanghebbenden. Inmiddels
is Den Haag Laan van NOI als voorbeeldproject van Rijk en
regio opgenomen.
Waddinxveen Zuid
Pijnacker
ge
W
at
er
in
Stedenbaan heeft het Alliantiegesprek in de drie stations­
gebieden ingezet om te werken aan gedragen oplossingen
voor kwesties die partijen met elkaar delen. Dit gaf een
directe impuls aan het samenwerkingsproces. Geen ab­
stracte opbrengst of mooie woorden, maar concrete acties.
Waddinxveen
et
er
m
Zo
ijk
js
w
n
us
t
oo
rd
N
es
se
la
nd
e
Rodenrijs
m
Nieuwerkerk a/d IJssel
Om
10
Schiedam Kethel
um
Capelle a/d IJssel
tr
Vr
ed
er
Waddinxveen Noord
Ypenburg
Ri
M
Le
ye
n
bu
rg
oe
rw
ijk
Vo
or
b
HS
Bodegraven
Boskoop Snijdelwijk
ur
g
Westeinde
Boskoop
Z
Ce oet
nt er
ru m
m ee
-W r
es
t
Le
id
Spui
sc
he
nv
ee
n
Le
id
s
ch
en
ngen
ho
f
Alphen a/d Rijn
Zo
D
Ce en
nt Ha
ra ag
al
Scheveningen
4.Resultaten: wat levert het op?
Opbrengst van drie
praktijkexperimenten
Alliantiegesprekken
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
11
Alliantiegesprek Delft Zuid
Betere routes naar meer sprinters
‘Zo krijgen we een unieke mogelijkheid
om de veiligheid van het omliggende
terrein te verbeteren.’
‘En als ook nog een goede aansluiting
wordt gemaakt, dan stellen wij voor:
Station TU Delft!’
René Kluft, manager finance and control, Festo BV
Hans Poot, manager real estate, TU Delft
Fietsen belemmeren toegang tot station
Station koppelen aan routes
Vernieuwend fietsparkeren is nodig
Delft Zuid is een klein voorstadstation waarvan de bereikbaarheid en functie
fors zal verbeteren als gevolg van het Programma Hoogfrequent Spoor. Door
de uitbreiding naar vier sporen vertrekt er in 2020 in beide richtingen iedere
tien minuten een Sprinter. De viersporigheid vraagt bovendien om een comple­
te verbouwing van het station. Het potentieel van Delft Zuid lijkt in de huidige
situatie al onderbenut te zijn, zeker in relatie tot Delft Centraal (bijvoorbeeld
qua fietsparkeren). De sterkere bereikbaarheidspositie van Delft Zuid in 2020
maakt het beter benutten van het station en het stationsgebied des te urgenter.
Het Alliantiegesprek richt zich vooral op de vraag welke bijdrage het station kan
leveren in de bereikbaarheid van Delft als geheel. Met name de snelle groei van
de TU Delft in combinatie met de ontwikkeling van bedrijvencampus Technopolis
vraagt om een breed pakket van maatregelen. Behalve met shuttles, e-bikes en
andere vormen van voor- en natransport kan de functie van Delft Zuid worden
verbeterd door betere fietsroutes van en naar het station. Belanghebbenden voor
een betere benutting lijken zich te verenigen: niet alleen de grote lokale partijen,
zoals TU en TNO, maar ook NS en bedrijven in de directe stationsomgeving die
kunnen profiteren van een groeiende reizigersstroom.
De gemeente Delft, het Stadsgewest Haaglanden, de TU Delft, TNO en de bedrijven in de Bedrijvenkring Schieoevers richten zich gezamenlijk op twee nieuwe
fietsroutes. Eén route naar de bedrijven- en universiteitsterreinen in het noordoosten via de nog te realiseren Gelatinebrug en de Faradayroute in zuidoostelijke
richting naar Technopolis.
Werken aan sociaal veilige routes
Slimmer voor- en natransport
Partijen Alliantiegesprek
Bedrijvenkring Schieoevers (BKS)
Bewonersvereniging Tanthof Delft
Bouldercentrum Delfts Bleau
Duurzaam in Mobiliteit
DuWo
Festo
Gemeente Delft
Ingenieursbureau DXD
Kabelfabriek
Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Moorland Investments
NS Stations
Operator Groep Delft
ProRail
Sita
Stadsgewest Haaglanden
Stedenbaan
TNO
TU Delft–Vastgoed
Vidomes
VNO-NCW West
Woningcorporatie Woonbron
Yes!Delft
Uit het Alliantiegesprek is een klein voorbereidingsteam voortgekomen dat alle
uitzoekacties uitzet. Dit team zorgt niet alleen voor een inhoudelijke uitwerking
van de kwesties, maar verkent ook mogelijke financieringsbronnen. Met dit
voorbereidingsteam worden nu de eerste stappen gezet naar een alliantie tussen
gemeente, TU Delft en het bedrijfsleven.
12
Bewegwijzering verbeteren
6
TU Campus
BKS
6
4
Gelatine-route
4
2
4
1
3
Station
3
2
2
2
4
Faraday-route
4
Technopolis
6
4
5
BKS
6
Maatregelen voor verbetering van routes
1
2
3
Alliantiegesprekken
nieuwe fietsenstallingen, magazijnconcepten
betere verkeersveiligheid van Gelatineroute
groen verwijderen voor sociale veiligheid
betere bewegwijzering, betere aansluiting op station
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
4
5
6
herinrichting van fietspaden, route-ontwerp
nieuwe brug voor Faradayroute
vastgoedafspraken met Bedrijvenkring
Schieoevers (BKS), TU Campus en Technopolis
13
5. meerwaarde van het instrument
rollen en posities
In alle Alliantiegesprekken is breed de urgentie onder­
kend om station, routing en openbare ruimte op een
samenhangende manier aan te pakken. Het is duidelijk
geworden dat dit een gezamenlijke opgave is. Het gesprek
leidt tot bewustwording van gedeelde belangen, daagt uit
tot andere manieren van kijken en opent meer mogelijk­
heden.
In het Alliantiegesprek worden de verschillende ‘culturen’
van (samen)werken goed voelbaar. Institutionele partijen,
zoals gemeenten, NS, ProRail en professionele ontwikkelaars, streven ernaar het proces beheersbaar te houden
en risico’s te minimaliseren. Lokale ondernemers, belangengroepen en gebruikers willen juist meer ruimte, nieuwe
mogelijkheden en frisse ondersteuning voor hun ambities.
Juist door die verschillen voelbaar te maken, ontstaat een
vruchtbare voedingsbodem voor nieuwe verbanden en
oplossingsrichtingen.
Waarde creëren
Deelnemers worden zich beter bewust van elkaars rollen en
posities. Niet alleen welke taken, verantwoordelijkheden en
ambities ze hebben, maar ook hoe processen van beleid, investeren en uitvoering in elkaar zitten. Wie gaat waarover?
Wie heeft welke bevoegdheden? De essentie van het proces
is om belangen en uitvoeringsmiddelen met elkaar te verbinden, zodat afzonderlijke investeringen beter renderen.
Zo kan een alliantie waarde creëren.
Centrale regie
Juist ook nieuwe partners, de minder vertrouwde gezichten aan de beleidstafels, brengen verrassende ideeën
mee. In de Alliantiegesprekken bleken instellingen uit het
onderwijs, zorg of welzijn met vernieuwende voorstellen te
komen. Ondernemers met lef maakten verborgen kwesties bespreekbaar. Partijen zonder lokale historie durfden
onorthodoxe voorstellen te doen. Dynamiek ontstaat door
de ‘dwingende’ vreemde ogen van nieuwe partijen, creatieve
concurrentie van ideeën en een ondernemende procesbegeleiding.
Netwerkvorming
Dit proces van netwerkvorming tussen partijen – liever:
mensen van vlees en bloed – verandert ook de rol en positie
van de gemeente. In de praktijk lopen contacten tussen
partijen nog vaak via de gemeente of gemeentelijk projectleider. In de Alliantiegesprekken is de gemeente één van
de vele partijen. Er ontstaan informele verbindingen tussen
en met elkaar. Tussen overheden en marktpartijen, tussen
ondernemers en belangengroepen, tussen vervoerders en
grondeigenaren, tussen zorg, onderwijs en bedrijven.
De gemeente hoeft hierin niet centraal te staan. Haar
rolopvatting verandert, is minder geënt op de bureaucratische coördinatiemechanismen, maar stimuleert juist de
netwerkvorming – lees: alliantievorming. Voor gemeenten
is het Alliantiegesprek een uitgelezen kans om vorm en
inhoud te geven aan die nieuwe rol.
Netwerkvorming
6. Handreiking: u bent aan zet!
Organiseer zelf het Alliantiegesprek
in uw stationsgebied
Stedenbaan heeft de eerste drie series Alliantiegesprek­
ken aangevoerd. Maar u kunt dat ook zelf. Wij nodigen u
uit om het initiatief te nemen voor een serie Alliantiege­
sprekken over uw eigen stationsgebied.
5. Geen freeriders of tweede bühne
Iedereen met een concreet belang kan deelnemer zijn aan
het gesprek. Geen toehoorders of meepraters. Iedereen
doet actief mee vanuit de eigen ambities.
Alliantiegesprekken tonen aan dat er meer kansen liggen
dan in de reguliere praktijk naar boven komen. Deze komen
echter niet vanzelf. Het stelt specifieke eisen aan de aanpak
en begeleiding. Tien handreikingen om u op weg te helpen.
6. Mandaat voor meedoen
Niemand is vertegenwoordiger. Iedereen neemt namens
zichzelf deel aan het gesprek maar is in staat (mede)verantwoordelijkheid nemen voor maatregelen.
1. Van onderop: eigenaren centraal
Werk vanuit eigendom en niet vanuit beleid. Begin met de
eigenaren van grond, vastgoed en vervoer in het stationsgebied. Stel hun ambities centraal.
7. Praktisch en resultaatgericht
Veel is niet haalbaar, maar wat kan er wel? Wees praktisch
en gericht op concrete maatregelen vanuit een ondernemende houding. Kleine dingen tellen.
2. Partijen van ‘vlees en bloed’
Samenwerken begint tussen mensen en niet met organisaties. Zoek in het gesprek naar de mens achter de functionaris. Daarmee begint netwerkvorming.
8. Afspraken consolideren
Wees duidelijk: het gesprek is niet vrijblijvend. Durf concrete afspraken te maken over voorgestelde maatregelen en
benoem partijen en rollen hierbij.
3. Vraaggericht werken
Breng vooraf geen plan of bedacht voorstel in. Ga aan de
slag met datgene wat partijen zelf belangrijk en urgent
vinden. Werk vanuit gedeelde kwesties.
9. Goede relatie met formeel beleid
Het gesprek kan als bedreigend worden ervaren voor de
status quo. Leg een goede relatie met lopende (beleids)
processen. Dat maakt resultaten effectief.
4. Veilige omgeving
Zorg voor een veilige omgeving: er worden in het gesprek
geen formele besluiten genomen. Zonder hypotheek kan er
meer gezegd en gedaan worden.
10. Onverdachte gastheer
Zorg voor een onafhankelijke gastheer die geen belang
heeft bij een specifieke uitkomst. De gastheer creëert een
omgeving waarin de dialoog gedijt.
U bent zelf aan zet om het Alliantiegesprek te organiseren. Stedenbaan staat u
ten dienste voor meer informatie of aanvullende ondersteuning. Graag gaan we
met u in gesprek om een impuls te geven aan uw stationsgebied!
14
Alliantiegesprekken
SAMEN WERKEN aan STATIONSGEBIEDen
15
Alliantiegesprekken: aanpak en begeleiding
Gert de Visser – Stedenbaan
Edwin van Uum – Het Noordzuiden
In samenwerking met
Alliantiegesprek Gouda
Harry van Bovene – gemeente Gouda
Henriëtte Bottinga – gemeente Gouda
Alliantiegesprek Den Haag Laan van NOI
Loes Verhaart en Annita Klijn – gemeente Den Haag
Roel Hamers – RVOB
Maarten van Ammers – NS Stations
Alliantiegesprek Delft Zuid
Jan Nederveen – gemeente Delft
Jan Roelf Sikkens – gemeente Delft
Nadere informatie
Zuidvleugel Stedenbaan
Zuid-Hollandplein 1
2596 AW Den Haag
Postbus 90602
2509 LP Den Haag
070 441 83 01
[email protected]
Redactie: Stedenbaan / Het Noordzuiden
Fotografie: Stedenbaan / Het Noordzuiden
Kaartbeelden: Het Noordzuiden
Ontwerp: Zinnebeeld
Druk: PlatformP