CCV-PROGRAMMERING 2014 versie 31 januari 2014 Utrecht, 3 februari 2014 VEILIGHEID DOOR SAMENWERKEN INHOUDSOPGAVE CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 2/45 1 INLEIDING 3 2 PRIVATE SECTOR Programmalijn Veilig Ondernemen Programmalijn Veilig Uitgaan Programmalijn Geweld Programmalijn Vervoer Programmalijn Lokale Projecten 4 4 8 10 11 12 3 PUBLIEKE SECTOR Programmalijn Aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit Programmalijn Prostitutiebeleid Programmalijn Mensenhandel Programmalijn Drugs 14 14 16 17 17 Programmalijn Programmalijn Programmalijn Programmalijn Programmalijn 18 20 20 21 22 Slagkracht Toezicht en handhaving Grote Steden Nazorg ex-gedetineerden Veiligheidshuizen Programmalijn Handhaven met beleid Programmalijn Gedrag als fundament Programmalijn Leren en innoveren 23 25 26 4 SEMIPUBLIEKE SECTOR Programmalijn Woninginbraken Programmalijn Woningovervallen Programmalijn Jeugd Programmalijn Woonoverlast Programmalijn Burgerparticipatie Programmalijn Overlast en veiligheidsbeleving Programmalijn Evenementen Programmalijn Secondant 28 28 31 33 35 38 39 42 43 BIJLAGEN • Programmabegroting, inclusief verdeling per directie CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 3/45 1 INLEIDING Dit rapport beschrijft de CCV-programmering voor het jaar 2014 aan de hand van de drie lijnafdelingen waaruit het CCV sinds juli 2013 bestaat: Privaat, Publiek en Semipubliek. Per afdeling zijn de verschillende programmalijnen toegelicht, waarbij aandacht is voor doel, doelgroepen en projecten. De programmering is totstandgekomen door nauwe afstemming tussen dossierhouder(s) van VenJ en projectleider(s) van het CCV. De nieuwe organisatiestructuur van het CCV met de drie lijnafdelingen is mede in het leven geroepen om werkzaamheden zoveel mogelijk te ‘ontschotten’ en vanuit een integrale visie te benaderen. Dat betekent dat zowel managers als medewerkers nadrukkelijk zoeken naar raakvlakken en samenwerkingsmogelijkheden. Zoals bijvoorbeeld heel concreet aan de hand van actuele ontwikkelingen bij het wekelijkse actualiteitenoverleg van maandagochtend. OVERKOEPELENDE THEMA’S Een andere manier waarop het CCV naar synergie en een integrale benadering van activiteiten kijkt, is door overkoepelende thema’s te benoemen en op basis daarvan medewerkers uit de verschillende afdelingen bij elkaar te brengen. De overkoepelende thema’s zijn mede bepaald door kabinetsprioriteiten en door dominante actuele ontwikkelingen. Voor 2014 stelt het CCV de volgende thema’s centraal: • High Impact Crime (HIC) • Fraude • Georganiseerde Criminaliteit • Gebiedsgebonden preventie Begin 2014 organiseert het CCV een bijeenkomst op deze vier thema’s waarbij de programmering 2014 uitgangspunt is voor het verder identificeren en concretiseren van kansen voor synergie, cross-selling, PPS en agenda’s van stakeholders. De gewenste output is of wordt voornamelijk op het niveau van afgestemde projecten weergegeven. Het CCV ziet het als uitdaging om de impact van zijn bijdragen via programmalijnen en door projecten zo groot mogelijk te laten zijn. Concreet: door samen te werken voor de overkoepelende thema’s en door zoveel mogelijk relevante partijen te betrekken, realiseren we een zichtbaar versterkend effect van onze inzet voor de samenleving. 2 PRIVATE SECTOR CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 4/45 De afdeling Private Sector heeft als doel het bevorderen van Veilig ondernemen. Dit is uiteraard niet een doel op zich, maar een voorwaarde om een aantrekkelijk ondernemersklimaat te creëren voor ondernemers, medewerkers en klanten. Doel is om zo veel mogelijk vormen van lokale bedrijvigheid te ondersteunen bij het realiseren van de voorwaarde veilig ondernemen. Enerzijds door ondersteuning van professionals op het gebied van (bedrijven)veiligheid en anderzijds door rechtstreekse ondersteuning van ondernemers en hun organisaties. De uitvoering vindt in belangrijke mate plaats in publiekprivate samenwerking (PPS). Voor 2014 is de programmering ingericht met lopende en nieuwe projecten. De accenten worden dit jaar gelegd op: • High Impact Crimes voor veilig ondernemen: Geweld, Overvallen, Straatroof • het opwerpen van barrières bij criminaliteit op het gebied van vervoer en mobiele bendes • het ondersteunen van de verdere ontwikkeling van de Regionale Platforms Criminaliteitsbeheersing (RPC’s) door het aanbieden van onze kennis, instrumenten en aanpakken • verdere ontwikkeling van het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) door innovatie van de aanpak • doorzetten van de aanpak Veiligheid Kleine Bedrijven (VKB) PROGRAMMALIJNEN De • • • • afdeling Private Sector geeft uitvoering aan de navolgende programmalijnen: Veilig Ondernemen Veilig Uitgaan Geweld Vervoer Lokale Projecten - (uitvoering door procesbegeleiding): • Keurmerk Veilig Ondernemen • Veiligheid Kleine Bedrijven • Roadshows Voor de programmering van de lokale projecten geldt een aparte subsidieregeling. PROGRAMMALIJN VEILIG ONDERNEMEN Waaronder Keurmerk Veilig Ondernemen, Week van de Veiligheid, Veilig Ondernemen in Beeld (VOiB), Veilig Ondernemen website, Veilig Ondernemen Scan, Track & Trace, RPC, interne criminaliteit, overvalcriminaliteit, mobiel banditisme en lokale trainingen. In de Programmalijn Veilig Ondernemen is voor 2014 een ex-KVO project opgenomen: de lokale overvaltraining voor ondernemers. Dit is gebeurd op verzoek van DGJS. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Sabrina van Miltenburg (DGJS), Monique van der Werf (DGJS), Paul de Heer (DGRR) Jan Hansen (DGRR) , Matthijs Seijlhouwer (DGJS), Hasan Goleli (DGJS) | Contactpersonen CCV: Nicolien van den Brom, Marjolijn van Hest, Joeri Vig, Colin Voetee DOEL Het bijeenbrengen en bevorderen van samenwerking van belanghebbende partijen. Het versterken van de informatiepositie op het gebied van criminaliteit tegen het bedrijfsleven. Het ondersteunen van ondernemers en professionals. DOELGROEPEN Ondernemingen, brancheorganisaties, winkeliersverenigingen, ondernemersverenigingen, gemeenten, politie, brandweer, VNG. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 5/45 PROJECTEN 1. Veilig Ondernemen in Beeld (VOiB) Het CCV heeft in samenwerking met het Verweij Jonker Instituut de monitor ontwikkeld in opdracht van het ministerie van VenJ. In politieregio Midden-Nederland is in 2013 een pilot gehouden. De VOiB kan in 2014 landelijk worden uitgerold zodat er een monitor is, die eenduidig laat zien wat, waar en wanneer gebeurt op het gebied van criminaliteit tegen het bedrijfsleven. De volgende activiteiten staan gepland: • Opstellen projectplan met routing voor de uitrol • Daadwerkelijke uitrol gefaseerd per RPC regio • Inhuur Verweij Jonker Instituut • Vormgeving van de data via bijvoorbeeld een website • Borging van de cijfers 2. Website Veilig Ondernemen Na de start van de website voor ondernemers in 2013 wordt deze doorontwikkeld tot dé veiligheidswebsite voor ondernemend Nederland. De volgende activiteiten zijn gepland: • Toevoegen van interactieve onderwerpen (snel respons geven) • Doorverwijzingen naar relevante websites (zoals die van brancheverenigingen met branchespecifieke informatie) • Veiligheidsthema’s als interne criminaliteit, fraude en afpersing krijgen een prominente plaats op de website. Met deze site willen we ondernemers van deze vormen van criminaliteit bewust maken. • Ook de RPC’s krijgen ruimte op de site 3. Week van de Veiligheid De nationale Week van de Veiligheid vindt traditiegetrouw in week 41 plaats. Het doel van de week is het thema preventie extra onder de aandacht te brengen van ondernemers en alle betrokkenen bewust te maken van hun eigen rol en verantwoordelijkheden als het gaat om veiligheid. Branche- en koepelorganisaties in tal van sectoren, gemeenten, politie en OM organiseren in de Week van de Veiligheid een breed scala aan activiteiten om ondernemers en burgers te stimuleren met het thema veiligheid aan de slag te gaan. Het ministerie van Veiligheid en Justitie ondersteunt de Week van de Veiligheid. De volgende activiteiten zijn gepland: • Projectleiding en coördinatie door CCV • Programma opstellen in overleg met de opdrachtgever 4. Veilig Ondernemen Scan In 2014 gaat het CCV, in nauwe samenspraak met MKB(-servicedesk), branchepartijen en ondernemers de Veilig Ondernemen Scan doorontwikkelen. • De scan zal een update krijgen, waardoor deze actueel blijft, eenvoudiger en toegankelijker wordt • Promotie van de scan om deze meer bekend te maken bij ondernemers 5. Lokale trainingen Overvallen Het onderwerp overvallen leeft bij veel ondernemingen in Nederland. Er is veel publiciteit over en wanneer iemand geconfronteerd wordt met een overval zijn de gevolgen groot. Toch bestaat de indruk dat dezelfde ondernemingen lang niet altijd goed zijn voorbereid. Het ontbreekt aan kennis en aan daadwerkelijke maatregelen gelet op zowel preventie als hoe te handelen tijdens een overval. We ontwikkelen daarom een lokale training over overvallen voor ondernemers. De volgende activiteiten zijn gepland: • De training vindt plaats in de eigen winkel, dan wel in (de buurt van) het eigen winkelgebied en kan zowel overdag als ’s avonds worden gegeven (duur: ongeveer 3 uur). Er wordt € 500,- (exclusief btw) per groep van minimaal 12 en maximaal 20 deelnemers in rekening gebracht. • Het CCV zoekt een “pool” van trainers en trainingsacteurs die op zzp-basis worden ingezet. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 6/45 • • • • • Alle deelnemers aan de cursus ontvangen het boekje ‘Veilig in de winkel’, schrijfmateriaal en een certificaat van deelname. De kosten van uitnodigingen, zaalhuur en catering zijn voor rekening van de opdrachtgever. De werkelijke kosten per training bedragen voor het CCV ongeveer € 1.000, - (exclusief btw). Het verschil (€ 500, - per training) wordt dus gesubsidieerd. Ontwikkelen van de inhoud. Daar waar dat logisch of efficiënt is, neemt het CCV acties (al dan niet geactualiseerd) over die het Hoofdbedrijfschap Detailhandel (HBD) voorheen uitvoerde. Inzet van secretariële ondersteuning door het CCV. Het aantal uit te voeren trainingen wordt geschat op 120 per jaar met een gemiddeld aantal deelnemers per training van 20 personen. 6. KVO-ontwikkeling Het CCV beheert KVO handboeken en schema’s. Afhankelijk van het resultaat van de innovatiebijeenkomsten (zie programmalijn lokale projecten), worden processen zoals verwoord in o.a. de handboeken en schema’s ten behoeve van certificering aangepast. 7. Overvalcriminaliteit (verschillende aanpakken) Overvallen is één van de vier High Impact Crimes in Nederland voor het ministerie van Veiligheid en Justitie. Overvallen vormt een grote prioriteit van politie, kabinet en gemeenten. 7.1 Rondetafelgesprek Overvallen maken veel los. Naast materiële schade is er ook veel persoonlijk leed. We zijn echter continu op zoek naar nieuwe toepassingen om ervoor te zorgen dat de kans dat bewoners en ondernemers worden overvallen kleiner wordt. CCV en VenJ nodigen tien bedrijven uit voor een rondetafelgesprek om samen te praten over overvalcriminaliteit. Het doel van het gesprek is om één of twee bruikbare ideeën of producten tegen bedrijfs- en woningovervallen uit te kiezen die in de praktijk worden gebracht. De volgende activiteiten zijn gepland: • Ontwikkeling van het product • Begeleiding van het product in de praktijk • Evaluatie • Landelijke uitrol 7.2 Overvalcriminaliteit vanuit de gemeenten Uitwisselen van kennis en informatie (ook nieuws) tussen gemeenten en het CCV. De volgende activiteiten zijn gepland: • Inventarisatie van maatregelen van gemeenten tegen overvallen • Beschrijven van de resultaten van de inventarisatie, publicatie op de websites van het CCV en in de nieuwsbrief 7.3 Uitgelichtbijeenkomst overvalcriminaliteit Het organiseren van een bijeenkomst waarbij het onderwerp overvallen centraal staat. De aanpak is volgens de ‘uitgelichtmethode’ waarin nader te bepalen aspecten van overvallen worden behandeld. De volgende activiteiten zijn gepland: • Organisatie van de bijeenkomst • PR voor en na de bijeenkomst • Verslag van de bijeenkomst op websites van CCV en in de nieuwsbrief 7.4 RPC’s en overvallen RPC’s betrekken bij het terugdringen van overvallen in hun regio. De volgende activiteiten zijn gepland: • Organiseren themabijeenkomst overvallen • Stimuleren van te treffen maatregelen in de eigen RPC regio • Monitoring van de afspraken CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 7/45 8. Mobiel banditisme Mobiel banditisme is een vorm van criminaliteit die zich in toenemende mate voordoet. Om hier grip op te krijgen werkt het CCV aan een barrièremodel dat inzicht geeft in het fenomeen en de keten. Er is samenhang met vele vormen van delicten, zoals transportcriminaliteit, overvalcriminaliteit, winkeldiefstal, woninginbraken etc. De volgende activiteiten zijn gepland: • Procesbegeleiding en digitaal invullen van het barrièremodel • Links leggen met andere vormen van delicten • Nader af te stemmen projectinvulling en procesbegeleiding m.b.t. inreis, vervoer, verblijf, delictpleging, opslag, heling, witwassen • Mogelijk een webdossier maken 9. Interne criminaliteit Samen met de RPC’s is hier in het verleden een stappenplan voor ontwikkeld. Dit stappenplan wordt geactualiseerd en landelijk uitgerold naar de ondernemers. Interne criminaliteit is een van de grootste vormen van criminaliteit tegen het bedrijfsleven. Bijna één op de vier diefstallen wordt gepleegd door eigen personeel. De volgende activiteiten zijn gepland: • Actualiseren van het stappenplan dat ooit door het CCV met medewerking van Friesland Food, Fendex, BCC, VNO NCW, MKB Nederland en de RPC’s is ontwikkeld • Het ontwikkelen van een internettraining gebaseerd op het stappenplan • Promotie voor MKB-bedrijf en de detailhandel 10. Track en trace De pilots die zijn gehouden met Track en Trace in de juweliersbranche worden verder uitgerold. De volgende activiteiten zijn gepland: • De drie gehouden pilots borgen in 2014 • Zorgen voor het aansluiten van een vierde regio • In de VKB-scan een koppeling met Track en Trace • Zorgen voor een verdere uitrol van Track en Trace in de juweliersbranche 11. RPC Het faciliteren en ondersteunen van de RPC’s (vertegenwoordigers en voorzitters). Een optimale uitwisselingslijn creëren tussen praktijk en beleid. De volgende activiteiten zijn gepland: • Faciliteren van landelijke vergadering van RPC-vertegenwoordigers en die van RPC-voorzitters • Faciliteren, ondersteunen en participeren in werkgroepen op thema • Ondersteunen van RPC’s bij het bevorderen van PPS-samenwerkingsverbanden door deelname MKB, KVO-adviseurs, voorzitter winkeliersvereniging, actieve ondernemers en KHN in RPC’s • Het ondersteunen van RPC’s bij interactie over vorming landelijk dekkend netwerk RPC’s nieuwe stijl • Bieden van een “productencatalogus” aan RPC’s en vice versa • Actieve ondersteuning aan RPC’s bij instrumenten en producten • Verzamelpunt voor signalen uit de RPC’s over ontwikkelingen t.b.v. VenJ • Hulp aan VenJ in beoordeling plannen 12. Vrije ruimte Door middel van het creëren van vrije uren het zo optimaal in kunnen springen op acute actuele zaken in 2014. Tevens is dat de ruimte om vanuit de innovatiehoek met ideeën voor oplossingen te komen op het gebied van veilig ondernemen. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 8/45 PROGRAMMALIJN VEILIG UITGAAN Waaronder alcoholbeleid, straatroofmodule, inventarisatie criminaliteit horecaondernemers, kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan, uitgaansgeweld, keuzewijzer Veilig Uitgaan en overlast. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Ivoline van Erpicum (DGJS) en Koen Berkenbosch (DVB) | Contactpersonen CCV: Marjolijn van Hest en Joeri Vig DOEL Het bijeenbrengen en bevorderen van samenwerking van belanghebbende partijen. Het ondersteunen van ondernemers en professionals. DOELGROEPEN Horecaondernemers, beveiligingsbedrijven, brancheorganisaties, ondernemersverenigingen, gemeenten, politie, brandweer, VNG. PROJECTEN 1. Uitgaansgeweld Geweld is een van de vier High Impact Crimes in Nederland. Uitgaansgeweld is een vorm van geweld die regelmatig terugkomt in de actualiteit; begin 2013 zorgden incidenten in Eindhoven en Oosterhout voor extra aandacht voor uitgaansgeweld vanuit de media. Daarnaast heeft het Landelijk programma Aanpak geweld van politie uitgaansgeweld in 2013 als één van de prioriteiten benoemd. Sinds 2010 adviseert en informeert het CCV lokale veiligheidsprofessionals over de effectieve aanpak van uitgaansgeweld en –overlast door middel van het steunpunt en de expertgroep uitgaansgeweld. Sinds december 2012 is de Keuzewijzer Veilig Uitgaan beschikbaar als onderdeel van de Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan (KVU). Deze dienstverlening en het instrument zijn ontwikkeld naar aanleiding van de quickscan uitgaansgeweld van het CCV in 2009 en het effectonderzoek naar de KVU door het WODC van eind 2011. 1.1 Steunpunt uitgaansgeweld • Het primaire doel van het Steunpunt Uitgaansgeweld is lokale partijen adviseren over een aanpak uitgaansgeweld die aansluit bij de lokale situatie • Het secundaire doel is op de hoogte blijven van het lokale beeld en aanpak uitgaansgeweld. Mochten er vanuit het Centrum Veilig en Gezond Uitgaan inhoudelijke vragen zijn over uitgaansgeweld, dan is het steunpunt beschikbaar voor antwoord en/of doorverwijzing • Ervoor zorgen dat recente onderzoeken, publicaties, nieuws en bijeenkomsten worden bijgehouden in het dossier Uitgaansgeweld op de website • Daarnaast zal de dienstverlening van het CCV geëvalueerd worden: de mate van tevredenheid van de klanten over de informatie die het CCV geeft, en de mate waarin de geboden informatie wordt toegepast in de praktijk • In 2013 is het steunpunt 5,2 keer per maand om advies gevraagd; dit aantal wordt ook in 2014 verwacht (op jaarbasis: 62). Ook verzorgt het CCV een update van het webdossier. Het dossier is in het eerste half jaar in 2013 5.268 keer bezocht. Dit ook in 2014 het streven. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 9/45 1.2 Expertgroep uitgaansgeweld • Het CCV faciliteert de PPS-expertgroep uitgaansgeweld (komt in 2014 twee keer bij elkaar) en zit voor. • Nieuw onderdeel in de bijeenkomst zal de bespreking van het Trendbeeld Uitgaansgeweld zijn, dat het CCV op aanvraag van het Landelijk programma Aanpak geweld van de politie en het ministerie van VenJ gaat ontwikkelen (zie hieronder) 1.3 Trends uitgaansgeweld • Het CCV gaat in 2014 drie keer per jaar de trends, cijfers en ontwikkelingen op het gebied van uitgaansgeweld actief bijhouden. Concreet betekent dit dat recente publicaties, onderzoeken en beleidsstukken over de oorzaken, aard, omvang en aanpak van uitgaansgeweld zoveel mogelijk worden gemonitord. Bovendien worden signalen uit de praktijk (bijvoorbeeld vanuit het steunpunt en de KVU) van gemeenten, politie, horeca, OM en beveiliging over de aanpak van uitgaansgeweld en de successen en de knelpunten hierin vastgelegd. • Dit Trendbeeld wordt afgestemd met de Expertgroep Uitgaansgeweld van het CCV • Vervolgens wordt het Trendbeeld besproken met en opgeleverd aan het Landelijk programma Aanpak geweld van de politie (Pauline Klomp / Erik Theunissen) en het ministerie van VenJ (Christa Pronk/DGRR en Ivoline van Erpecum/DGJS). Zij besluiten over de mogelijke vervolgacties • Het CCV publiceert het Trendbeeld via de reguliere CCV-communicatiekanalen 1.4 Keuzewijzer Veilig Uitgaan In 2013 is het CCV gestart met een gebruikersevaluatie; het CCV rondt deze in 2014 af. Het CCV verwerkt de aanbevelingen die voortkomen uit deze evaluatie en verzorgt een update in de Keuzewijzer in 2014. 2. Alcoholbeleid De leeftijdsgrens voor het kopen en verstekken van alcohol is verhoogd naar 18 jaar. De verwachting is dat hierbij openbare ordeproblemen kunnen ontstaan. Om voortijdig in te spelen op trends en ontwikkelingen die de openbare orde verstoren, zijn de volgende activiteiten gepland. • Inventarisatie van best practices in gemeenten • Maken van een webdossier • Expertmeeting bij ernstige overlast en geweldsdelicten 3. Straatroof Straatroof is één van de delicten die valt onder de High Impact Crime aanpak van VenJ. In 2014 wordt ook een beroep op het CCV gedaan om mee te werken aan activiteiten om het aantal straatroven terug te brengen. • Succesvolle maatregelen van de pilot project straatroof die door KHN wordt uitgevoerd en begin 2014 gereed is om op te nemen in de keuzewijzer Veilig Uitgaan • Inventarisatie acties gemeenten vanuit de bijeenkomst met de G25 op 23 januari 2014 • Nader te bepalen acties na de bijeenkomst van 23 januari 2014 4. Inventarisatie Criminaliteit tegen Horecaondernemers Het CCV voert een inventarisatie (quick scan) uit naar criminaliteit tegen horecaondernemers. Het CCV schrijft in 2014 eerst een voorstel (inclusief wijze van terugkoppeling naar VenJ) om met behulp van Koninklijke Horeca Nederland via bijvoorbeeld de KHN-regiocoördinatoren meer direct contact te krijgen met wat er speelt aan criminaliteit tegen horecaondernemers. De volgende activiteiten zijn gepland. • Projectvoorstel • Uitvoering inventarisatie (quick scan) • Uiting van de resultaten • Voorstel eventuele vervolgactiviteiten CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 10/45 5. Kwaliteitsmeter Veilig Uitgaan (KVU) Het CCV beheert het KVU. Het KVU is een instrument dat veel gebruikt wordt door gemeenten om horecabeleid met ondernemers te formuleren. Om het instrument goed en dienstbaar voor gemeenten en partners in de praktijk te houden, zijn de volgende werkzaamheden afgesproken voor 2014. • Informatievoorziening: het CCV zorgt voor informatieverstrekking over de KVU naar gemeenten, politie, OM en ondernemers en zorgt indien nodig voor de nodige vernieuwing in het handboek KVU. Vraagafhandeling, voorlichting, doorvoeren, wijzigingen en aanvullingen in het handboek. • Businessmodel: het CCV ontwikkelt een businessmodel over hoe het KVU met behulp van de markt in de praktijk kan worden gebracht. Mogelijk kunnen commerciële organisaties de KVU gaan begeleiden. Deze organisaties kunnen mogelijk CCV erkend worden. Het concept zoals dat bij buurtbemiddeling wordt toegepast zou ook voor de KVU kunnen gaan gelden. Er is in de praktijk behoefte aan een communicatieve uiting bij het afsluiten van een convenant. Dit is geen keurmerk of certificering maar meer een communicatieve uitingsvorm bij het behalen van een resultaat. Om de kwaliteit van KVU’s, en dan vooral de maatregelen die voortkomen uit de samenwerking, te kunnen beoordelen is het belangrijk om deze te monitoren. In het businessmodel wordt hiermee rekening gehouden. • KVO en KVU: VenJ gaat na of er synergie wenselijk is tussen de aanpak KVO en KVU PROGRAMMALIJN GEWELD De programmalijn geweld maakt (organisatietechnisch) onderdeel uit van de afdeling Private Sector. Inhoudelijk komt geweld terug in de volgende programmalijnen van het CCV: Veilig Wonen en Samenleven, Veilig Ondernemen, Lokale projecten (KVO/VKB) en Integraal Veiligheidsbeleid. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Ivoline van Erpecum (DGJS) | Contactpersoon CCV: Marjolijn van Hest en Nicolien van den Brom DOEL Het succesvol informeren en adviseren van professionals (lokaal, regionaal, landelijk) over effectieve en efficiënte preventie van (semi-) publiekgeweld, zodat zij in de uitvoering van hun taak meer kennis hebben, sneller kunnen anticiperen op trends en sneller kunnen acteren in hun beroepsuitoefening. DOELGROEPEN Ondernemers, politie, gemeenten, ministeries PROJECTEN 1. Geweld Geweld is één van de vier High Impact Crimes in Nederland voor het ministerie van Veiligheid en Justitie. Geweld vormt een grote prioriteit van politie, kabinet en gemeenten. Beleidsmatig komt dit onder andere tot uiting in het Landelijke programma Aanpak geweld dat sinds 1 januari 2012 door de politie wordt uitgevoerd. Bovendien stonden afgelopen jaar thema’s als geweld in de sport, geweld tegen de publieke sector, geweld onder invloed van alcohol en drugs, uitgaansgeweld, pesten op school en de aanpak van intimidatie in de woonwijk in de actualiteit. 1.1 Advies en informatie aan diverse partners en klanten • Informatie (nieuws, trends, onderzoeken); hiertoe worden recente publicaties, onderzoeken, aanpakken en beleidsstukken over geweld (publiek en semipubliek) zoveel mogelijk gemonitord • Daarnaast geeft het CCV advies over de ontwikkeling en invulling van geweldbeleid en –aanpak, instrumenten en netwerken binnen de overheid, semi-overheid en het bedrijfsleven CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 11/45 • De nieuwsbrief. Deze verschijnt tweewekelijks vanaf 16 januari a.s. De nieuwe ‘custom made’ nieuwsbrief vervangt de verschillende nieuwsbrieven die in diverse frequenties verschenen, ook die van Geweld. 1.2 • • • • • • Landelijk programma Aanpak geweld Inhoudelijke ondersteuning bij de organisatie en promotie van het congres Geweld op 5 maart 2014 Over en weer adviseren over en promoten van producten en diensten Adviseren bij de ontwikkeling en uitvoering van projecten Geweld-netwerk ter beschikking stellen De kennis van het CCV over de rol van gemeente en bedrijfsleven bij de aanpak van geweld inbrengen Zitting nemen in de redactieraad Geweld van PolitieKennisNet 1.3 Webdossier en beheer instrumenten • Het beheren en updaten van instrumenten en informatie, zodat er continu kwaliteit wordt geleverd • Het CCV publiceert twee keer per jaar webstatistieken met o.a. het aantal bezoeken aan de geweldinstrumenten (stappenplannen e.d.). De bedoeling is dat het gemiddeld aantal bezoeken gelijk blijft of toeneemt. 1.4 Netwerkversterking rond wetgeving alcohol en drugs bij geweld • Twee expertmeetings rond registratie alcohol/drugs bij geweld. Deelnemers: politie, OM, verslavingsreclassering, NFI. Kennis van de praktijk staat centraal • Communicatie resultaten expertmeetings • Voorstel over gebruik gegevens in lokaal beleid en instrumenten PROGRAMMALIJN VERVOER Waaronder autokraak, transitie Secure Lane, transportcriminaliteit en Centrum fietsdiefstal. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Martin Donker en Monique van der Werf (DGJS) | Contactpersoon CCV: Colin Voetee DOEL Verschillend per project, uitwisseling van best practices, veilige parkeervoorzieningen, opwerpen van barrières, verzorgen communicatie. DOELGROEPEN Gemeenten, Verbond van Verzekeraars, AVc, TLN, EVO, ANWB, politie, OM. PROJECTEN 1. Autokraak Het landelijke programma Autokraak is een PPS voor de aanpak van autokraak, waaraan meewerken het ministerie van VenJ, de politie, gemeenten, het Openbaar Ministerie, de ANWB, de Stichting Aanpak Voertuig criminaliteit (AVc), het Verzekeringsbureau bestrijding Voertuigcriminaliteit (VbV) en het CCV • Het CCV zet zich in om de gemaakte producten vanuit het programma, maar ook vanuit het land, te verzamelen en te verspreiden in de uitgebreide netwerken van het CCV • het verzamelen en verspreiden van de best practices o.a. naar gemeenten 2. Transitie Secure lane Inzicht krijgen in het effect op de criminaliteit bij parkeervoorziening(en) in het onderliggende wegennetwerk. De volgende activiteit is gepland: CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 12/45 • Het uitvoeren van een 0- en een 1-meting zodra er een (of meerdere) parkeerplaats is gevonden die wordt gebruikt en zich bevindt in het onderliggende netwerk in Noord-Brabant en/of Limburg 3. Transportcriminaliteit Op 31 december 2013 loopt het PPS-convenant transportcriminaliteit af. Behoefte bestaat aan het verder ontwikkelen van maatregelen tegen transportcriminaliteit. De volgende activiteiten zijn gepland: • Het CCV gaat aan de hand van een barrièremodel inzichtelijk maken welke acties nog openstaan en waar eenieder zijn of haar rol heeft in de aanpak van transportcriminaliteit. Waar kunnen partijen (bijvoorbeeld het Verbond van Verzekeraars, TLN, vervoerders, verladers, etc.) barrières opwerpen? 4. Centrum Fietsdiefstal Uitvoering geven aan Het Centrum Fietsdiefstal is een samenwerkingsverband met AVc. Het Centrum is een expertisecentrum voor professionals. • Als CCV zorgen wij voor de website centrumfietsdiefstal.nl, verzorgen wij de nieuwsbrieven en ondersteunen wij de stuurgroep fietsdiefstal secretarieel. PROGRAMMALIJN LOKALE PROJECTEN Deze programmalijn betreft de publiekprivate samenwerking (PPS) ten behoeve van het veiliger maken van winkelgebieden en ondernemingen. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Martin Donker, Sabrina van Miltenburg en Matthijs Seijlhouwer (DGJS) | Contactpersoon CCV: Hendrik-Jan Kaptein (CCV) DOEL In samenwerking (met koepels, branches, RPC’s, gemeenten, politie, OM en overige veiligheidsprofessionals) lokale ondernemers informeren en adviseren over effectieve en efficiënte aanpakken voor preventie en veiligheid. Zodat zij bij het ondernemen beschikken over de juiste kennis, instrumenten en maatregelen, criminaliteit kunnen voorkomen, en beter/sneller kunnen acteren bij dreiging of in geval van criminaliteit. DOELGROEPEN Lokale ondernemers PROJECTEN De lokale projecten van CCV worden via een aparte subsidieaanvraag gefinancierd. Hieronder zijn ter completering van de programmering CCV 2014, de voorgestelde activiteiten vermeld. 1. Keurmerk Veilig Ondernemen Aantallen projecten Uitgangspunt de afgelopen jaren was altijd om ieder jaar 50 nieuwe projecten te starten en ongeveer 100 projecten te begeleiden bij hercertificering. Ook in 2014 is dit het uitgangspunt. Hierbij dient uiteraard rekening gehouden te worden met de beschikbare middelen, maar ook met de hierna vermelde wensen gelet op modernisering KVO, de invulling van het secretariaat en de (opnieuw) mogelijke koppeling met de aanpak VKB. Gelet op het laatste is vorig jaar vastgesteld dat de beide projecten elkaar heel duidelijk versterken. KVO-projecten zijn nog steeds belangrijke “afnemers van VKB” en anderzijds heeft de aanpak VKB duidelijk toegevoegde waarde voor het KVO. De KVO projecten worden inhoudelijk beter omdat naast de openbare ruimte ook de situatie in de bedrijven zelf verbetert. Modernisering KVO Ondanks het feit dat KVO nog steeds, aantoonbaar, succesvol is, zijn er toch ook signalen dat het goed zou zijn de methodiek op een aantal punten wat aan te passen, dan wel te moderniseren. Deze signalen of CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 13/45 wensen zijn veelal afkomstig van lokale partijen die in de praktijk met KVO werken. Om hieraan tegemoet te komen, heeft het CCV al een eerste bijeenkomst georganiseerd. Tijdens deze bijeenkomst is vanuit verschillende invalshoeken, en met vertegenwoordigers van alle betrokken partijen (waaronder ook het ministerie) over het onderwerp gesproken. Dit heeft geleid tot veel ideeën, die geclusterd kunnen worden binnen de volgende onderwerpen: • Formele status / certificering • Betere ondersteuning en minder administratie voor lokale partijen • Beloning en borging doorontwikkeling • Andere financieringsmodellen Er is afgesproken dat het CCV deze punten en de bijbehorende ideeën de komende periode verder uitwerkt. Gelet op het belang van het KVO is ook afgesproken dat hier voldoende tijd voor wordt genomen. Alle betrokken partijen moeten in de gelegenheid gesteld worden om mee te denken en daarnaast zal mogelijk ook gezocht moeten worden naar nieuwe financieringsmodellen. Een en ander moet in 2014 vorm krijgen. Digitale omgeving KVO Naast voortzetting van de reguliere aanpak en modernisering van het KVO, wordt ingezet op het ontwikkelen van een ‘digitale omgeving KVO’. KVO werkgroepen en andere ondernemers binnen de KVO projecten kunnen gebruikmaken van deze digitale omgeving. Dit zowel gelet op het KVO-proces zelf (standaard documenten) als op instrumenten die binnen de projecten kunnen worden ingezet (b.v. trainingen). Daarnaast zou de website een rol kunnen spelen in het kader van de borging, dan wel de certificering van het KVO. Uit de eerste gesprekken blijkt dat alle partijen dit wenselijk en noodzakelijk vinden. Secretariaat KVO In tegenstelling tot 2013 zal in 2014 apart ruimte worden gevraagd voor de invulling van het KVO secretariaat. Noodgedwongen is de praktische ondersteuning van de KVO-adviseurs in 2013 voor een belangrijk deel georganiseerd vanuit het secretariaat voor de aanpak Veiligheid Kleine Bedrijven. Dit jaar wordt dit dus wat nadrukkelijker gescheiden. 2. Veiligheid Kleine Bedrijven Op 2 december 2013 is in het NPC de evaluatie van de aanpak Veiligheid Kleine Bedrijven (VKB) 2013 besproken. Er is besloten dat op basis van de resultaten van het uitgevoerde evaluatieonderzoek door AEF, en in overleg met de betrokken partijen, een aantal wijzigingen, dan wel verbeteringen in de aanpak wordt aangebracht. Denk hierbij aan verder verbeteren van de scan, flexibiliseren van de pakketten of toelaten van meer leveranciers. Een en ander wordt op zo kort mogelijke termijn gerealiseerd, maar er zal een zekere overgangstermijn nodig zijn. Daarom zet het CCV vooralsnog de aanpak op de bestaande manier door. De inschatting is dat de aangepaste werkwijze half april gereed is. Er is dus sprake van een overgangstermijn van 3,5 maand. In deze periode is de doelstelling het realiseren van 2.500 scans en voor 1 miljoen euro aan maatregelen beschikbaar stellen. Bedoeling is om aan het eind van het eerste kwartaal een aanvraag in te dienen voor de rest van het jaar. Hierbij houdt het CCV rekening met de uitkomsten van de gesprekken met belanghebbenden. Gelet op deze gesprekken zijn verschillende scenario’s uitgewerkt. Het genoemde bureau AEF zal een rol spelen in dit traject. 3. Roadshows, Leeromgeving KVO en Pré KVO Er is een aantal projecten gekoppeld aan het KVO. Voor een aantal hiervan zijn al beschikkingen ontvangen. Dit geldt voor zowel het uitvoeren van een 20-tal roadshows, het opstellen van een stappenplan voor een leeromgeving KVO (aan de hand van een 10-tal pilots) als voor het realiseren van een 10-tal Pré KVOprojecten. Voor al deze projecten geldt dat de looptijd verschilt van die van het KVO. De projecten zullen allen ongeveer juni 2014 worden afgerond. Of en hoe mogelijke vervolgprojecten eruit zullen zien is afhankelijk van de op dat moment behaalde resultaten en wensen van het ministerie van VenJ. 3 PUBLIEKE SECTOR CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 14/45 De afdeling Publieke Sector richt zich in 2014 op klanten, partners en stakeholders in het publieke domein die zich inzetten voor verbetering van de sociale veiligheid en leefbaarheid. Belangrijke doelgroepen voor ons zijn de professionals bij gemeenten, RIEC's, rijksinspecties, Veiligheidshuizen, en andere regionale samenwerkingsverbanden. De afdeling focust hierbij op verdergaande professionalisering en ontzorging van deze organisaties. Hierbij willen we meer dan voorheen outreachend en innoverend te werk gaan om samen met onze klanten concrete resultaten te boeken. De thematiek varieert van procesthema's zoals versterking regiefunctie van gemeenten en verbetering van de samenwerking tussen partners, en inhoudelijke thema's als versterking van de bestuurlijke aanpak van georganiseerde en ondermijnende criminaliteit tot de verbetering van de regelnaleving in het algemeen. Bijzondere aandacht in 2014 krijgen de bestrijding van fraude, de zgn. ondermijnende criminaliteit en de borging van de doorontwikkeling Veiligheidshuizen. De afdeling Publieke Sector wil hierbij – gebruikmakend van bestaand instrumentarium als iT11, Werkbaarheidsanalyse, Criminaliteitsrisicoanalyses en barrièremodellen – partijen ontzorgen door hen bijeen te brengen en gezamenlijk oplossingen voor de problemen te bedenken en deze ook uit te voeren. De afdeling Publieke Sector helpt hiermee zowel publieke als private klanten en partners die een wezenlijke bijdrage leveren in onze strijd tegen horizontale en verticale fraudevormen en de ondermijnende vormen van georganiseerde criminaliteit. PROGRAMMALIJNEN De • • • • afdeling Publieke Sector geeft uitvoering aan de navolgende programmalijnen: Aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit Prostitutiebeleid Mensenhandel Drugsbeleid • • • • • Slagkracht Toezicht en Handhaving - BOA's Grote Steden Nazorg ex-gedetineerden Veiligheidshuizen • • • Handhaven met beleid Gedrag als fundament Leren en innoveren PROGRAMMALIJN AANPAK GEORGANISEERDE EN ONDERMIJNENDE CRIMINALITEIT DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Stefan Lureman (DVB) en Martine Suijkerbuijk (DRC) | Contactpersoon CCV: Luuk Olsthoorn DOEL EN DOELGROEP De aanpak van georganiseerde criminaliteit versterken door: • De samenwerkende partijen in de aanpak van georganiseerde criminaliteit te helpen met het doorgronden van de diverse vormen van georganiseerde criminaliteit. • De samenwerkende partijen in de aanpak van georganiseerde criminaliteit te helpen door elkaar beter te leren kennen. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 15/45 • • De samenwerkende partijen in de aanpak van georganiseerde criminaliteit te helpen door effectieve barrières op te werpen. Het bedrijfsleven betrekken bij de aanpak van georganiseerde criminaliteit. De bestuurlijke aanpak versterken door: • Het zicht van gemeenten op georganiseerde criminaliteit te verbeteren. • Gemeenten te helpen met het organisatorisch en beleidsmatig verankeren van de aanpak van georganiseerde criminaliteit. • Bewustwording te creëren van de risico’s die burgemeesters, wethouders, ambtenaren, raadsleden en gemeentesecretarissen lopen bij de aanpak van georganiseerde criminaliteit. PROJECTEN 1. Versterking bestuurlijk aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit • In 2014 ligt de nadruk op het bereiken van een basisniveau van kennis bij gemeenten over de fenomenen, de voedingsbodem en gelegenheidstructuren voor georganiseerde criminaliteit en het actief voeren van beleid en de effectieve inzet van instrumenten. Hiermee heeft het CCV hetzelfde doel als het stelsel van RIEC’s en LIEC; de CCV-activiteiten stemt het CCV met de hoofden van de RIEC’s af om dubbelingen te voorkomen. • Via het webdossier www.hetccv.nl/bestuurlijkeaanpak, nieuwsberichten, de nieuwsbrieven en social media deelt en verspreidt het CCV doorlopend kennis en informatie over de aanpak van georganiseerde criminaliteit. Het CCV actualiseert het webdossier doorlopend. • Gemeenten informeren over de regierol in de aanpak van georganiseerde criminaliteit. Het CCV biedt vanuit de programmalijn Slagkracht op aanvraag aan ambtenaren OOV een workshop over regierol aan. • De aanpak van georganiseerde criminaliteit dient in het lokale veiligheidsbeleid te staan. De eerdergenoemde programmalijn Slagkracht biedt gemeenten het instrument Checklist Integraal VeiligheidsPlan aan. De kwaliteit van het veiligheidsplan wordt daarbij beoordeeld. Vanuit de programmalijn Aanpak georganiseerde en ondermijnende criminaliteit kijkt het CCV specifiek naar passages over georganiseerde criminaliteit. Voorbeelden van goed beleid worden gedeeld via het webdossier bestuurlijke aanpak. • Het CCV ondersteunt het stelsel van RIEC’s en het LIEC bij het creëren van nieuwe ideeën en daaruit voorkomende innovatie in de aanpak. • Het CCV en het LIEC inventariseren welke kennis en kunde zij uit kunnen wisselen voor wederzijdse scholing van medewerkers van het CCV en het stelsel van RIEC’s en het LIEC. Vervolgens wordt er waar mogelijk wederzijds ‘geschoold’. • Samen met het LIEC en het Expertisecentrum Veilige Publieke Taak neemt het CCV deel aan de ‘Landelijke integriteitstafel’. Het doel is om de risico’s die burgemeesters lopen bij de aanpak van georganiseerde criminaliteit te bespreken en naar oplossingen te zoeken. 2. Versterking barrière denken • Het CCV biedt via www.barrieremodellen.nl digitale barrièremodellen aan. Deze modellen ordenen de actuele fenomenen, bieden verdiepende informatie over de fenomenen en geven een analyse ervan weer. Ook staan partners in de aanpak en het beschikbare instrumentarium beschreven. De modellen helpen om tot het gewenste basisniveau van kennis te komen. • Er is behoefte aan een tool om zelf digitale modellen te maken, ondermeer ter verduidelijking bij bestuurlijke rapportages en dossiers. Het CCV verkent de mogelijkheden hiervoor. Financiering zal buiten de basissubsidie worden gezocht. • Het CCV begeleidt op aanvraag sessies voor het maken van een barrièremodel en stimuleert het werken er mee. Aansluitend biedt het CCV procesbegeleiding aan om de partijen via het model te laten werken. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 16/45 3. Ondermijning lokale economie • Het CCV plaatst in 2014 informatie over de aanpak van georganiseerde criminaliteit op de website http://www.ccv-veiligondernemen.nl/. Het bedrijfsleven kan namelijk helpen in de aanpak, door met name misstanden te melden. Ook kunnen zij barrières opwerpen om georganiseerde criminaliteit te voorkomen. • Naast de website werkt het CCV door middel van contacten met het bedrijfsleven aan bewustwording. Vanuit de KVO-structuur agendeert het CCV deze problematiek rond georganiseerde criminaliteit. PROGRAMMALIJN PROSTITUTIEBELEID DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Werner van Damme, Samareh Bloemberg en Gerard Rinckes | Contactpersoon CCV: Vera Huijgens DOEL EN DOELGROEP Doel van de programmalijn Prostitutiebeleid is de verdere doorontwikkeling en uniformering van het prostitutiebeleid; waarmee het CCV het Landelijk Programma Prostitutie faciliteert. Hiervoor is het belangrijk dat de rol van gemeenten in het barrièremodel vergroot wordt. Samenwerking tussen deelnemende gemeenten en het Rijk is daarbij essentieel. Gemeenten hebben een aantal prioriteiten binnen het prostitutiebeleid aangegeven. Het ministerie van VenJ ondersteunt hen in het aanpakken van de benoemde problematiek. De bijdrage van het CCV hierin is: • faciliteren van het overleg tussen gemeenten en het ministerie; • zorgdragen voor afstemming tussen de verschillende programmaonderdelen en ondersteuning bieden in het vormgeven van de verschillende programmaonderdelen; • het betrekken van een aantal aanvullende gemeenten bij een of meerdere thema’s binnen het landelijk programma, waardoor de samenwerking tussen het Rijk met de gemeenten wordt verbreed. Hierbij richt het CCV zich op de deelnemers van het Landelijk Programma (gemeenten, de VNG, SZW en VenJ) en andere, grotere gemeenten met een regionale spilfunctie op het gebied van prostitutiebeleid of de aanpak van mensenhandel. Secundaire doelgroep zijn directe samenwerkingsorganisaties, zoals de politie, de GGD, de exploitanten, etc. PROJECTEN • Secretariaat voeren van het Landelijk Programma Prostitutie en afstemming van de verschillende programmaonderdelen. • Het verzorgen van de communicatie over de onderwerpen uit het Landelijk Programma en het activeren van tien gemeenten om een bijdrage te leveren aan een van de thema’s uit het Landelijke Programma. • Inhoudelijk meewerken aan verschillende onderdelen van het programma: • de voorlichting (in de vorm van vijf bijeenkomsten) en (digitale) handreiking over de novelle WRP, samen met de VNG; • de organisatie van twee à drie grotere themabijeenkomsten; • de organisatie van twee à drie bijeenkomsten met de subsidieaanvragers van de RUPS voor coördinatie, afstemming en kennisuitwisseling. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 17/45 PROGRAMMALIJN MENSENHANDEL DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dosserhouders VenJ: Samareh Bloemberg en Gerard Rinckes | Contactpersoon CCV: Marike van Deventer DOEL Algemeen: investeren in de bevordering en het behoud van betrokkenheid en deskundigheid bij gemeenten over het thema mensenhandel. Specifiek: investeren in het (gemeentelijke) netwerk (zoals de CCV-kenniskring mensenhandel, de RIECexpertgroep mensenhandel en de regio’s die een ketenaanpak uitvoeren). Gerichte inzet en het uitbouwen en uitdragen van de expertise staat hierbij centraal. DOELGROEP: Gemeenten en ketenpartners PROJECTEN • Behouden en uitbreiden netwerk (inclusief algemene informatievoorziening en overleggen). • Versterking bestuurlijke aanpak mensenhandel (inclusief bewustwordingsbijeenkomsten en presentaties) • Coördinatie en uitrol van EU-trainingsmateriaal • Themabijeenkomst mensenhandel PROGRAMMALIJN DRUGS DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Heidi Obispo (DVB), Marloes Stokkel (DVB) en Wendy Opperman (DVB) | Contactpersoon CCV: Luuk Olsthoorn DOEL EN DOELGROEP Gemeenten zijn op de hoogte van ‘wat werkt’ bij de aanpak van drugsproblematiek. PROJECTEN 1. • • COFFEESHOPBELEID Beheer website Informeren met infosheet en webdossier 2. HENNEPTEELT • Organiseren van twee kenniskringen voor gemeenten en eventueel partners voor kennisuitwisseling. • Beheer van het webdossier en het digitale barrièremodel hennepteelt, o.a. met verzamelen en online beschikbaar stellen van voorbeelden van communicatiemiddelen die gemeenten kunnen inzetten. • Infoblad opstellen over de risico’s van verhuur van woningen (daarbij verwijzen naar bestaande online informatie). Gemeenten informeren vervolgens burgers hierover zelf op hun eigen site met een link naar het infoblad op de CCV site. 3. GROWSHOPS Bewustwording over nieuwe wet via mailgroep. Het CCV heeft alle gemeenten met een vergunningstelsel gevraagd wie de contactpersoon is, zodat er direct met ze kan worden gecommuniceerd. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 18/45 PROGRAMMALIJN SLAGKRACHT Gemeenten hebben de regie op integrale veiligheid. Ook zonder een wettelijke verankering in de gemeentewet blijft het hebben van een integraal veiligheidsplan (IVP) belangrijk. Gemeenten moeten in staat zijn de regierol goed op te pakken. Het CCV helpt de gemeenten om hun slagkracht daarop te vergroten. De projecten uit de programmalijn Slagkracht zijn gebaseerd op een aantal ontwikkelingen en signalen uit de praktijk. Deze ontwikkelingen zijn de volgende: • Gemeenteraadsverkiezingen in maart 2014. Veel gemeenten zullen voor de nieuwe collegeperiode een nieuw IVP maken. • Sommige gemeenten vragen zich af of het hebben van een IVP noodzakelijk is na terugtrekking van het wetsvoorstel regierol in 2013. Het hebben van een IVP, de kadernota voor lokale veiligheid, blijft belangrijk voor de lokale prioriteiten en de betrokkenheid van de veiligheidspartijen als de politie. • De lokale prioriteiten moeten in 2014 via de gemeenteraad naar de politie-eenheid gestuurd worden zodat er regionale prioriteiten gesteld kunnen worden voor het Regionaal Beleidsplan Politie. • In 2013 stond het thema veiligheid centraal tijdens het jaarcongres van de gemeentesecretarissen. Zij verkennen de mogelijkheden om zich steeds meer toe te leggen op het terrein van integrale veiligheid en hoe dat beter in de gemeentelijke organisatie geborgd wordt. • De informatiepositie van de burgemeester wordt beter als de gemeente betere analyses maakt met de gegevens (politie én eigen gegevens) die zij tot haar beschikking heeft. • De uitdaging voor 2014 is om ook de regierol op veiligheid goed in te vullen ten aanzien van de decentralisaties (jeugdzorg, overheveling awbz naar WMO en participatiewet) die per 1 januari 2015 ingaan. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Milja Braam (DVB) | Contactpersonen CCV: Axel Weggelaar en Carlijn van Schie DOEL EN DOELGROEP Het doel van de programmalijn Slagkracht is om gemeenten in staat te stellen goed integraal veiligheidsbeleid te voeren. Het hebben van een goed, adequaat, werkbaar integraal veiligheidsplan is hierbij leidend. Dit is de basis om goed integraal veiligheidsbeleid te kunnen voeren. Voor het CCV is het daarbij belangrijk om te achterhalen waar de gemeenten tegenaan lopen bij de uitvoering van het veiligheidsbeleid. Het CCV gaat (in samenwerking met het ministerie van VenJ) met deze informatie na hoe we gemeenten verder kunnen ondersteunen. De doelgroep bestaat voornamelijk uit de actoren die zich binnen de gemeentelijke organisatie bewegen op het terrein van integrale veiligheid. In het onderstaande plaatje onderscheiden we de volgende actoren die tot de doelgroep behoren. Het CCV onderneemt voor elk van deze actoren activiteiten: CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 19/45 PROJECTEN • Regionale bijeenkomsten (voor ambtenaren OOV) Ambtenaren OOV worden op de hoogte gebracht van de laatste ontwikkelingen op tal van onderwerpen. Deze onderwerpen worden vraaggericht gekozen. De bijeenkomsten dienen tevens om knelpunten op te halen bij de uitvoering van het lokale veiligheidsbeleid. • Workshops integrale veiligheid (voor ambtenaren OOV) De workshops als ‘regie moet je doen’, ‘samenwerken’ en de ‘kracht van inhoud’, die in 2013 zijn ontwikkeld, worden in 2014 verder uitgerold. Het doel van de workshops is om de regievaardigheden van de ambtenaren OOV te vergroten. • Presentaties IVP/regierol (voor gemeenten) Op verzoek van gemeenten kan het CCV een presentatie geven ter stimulering of versterking van de gemeentelijke regierol en/of IVP. • Kwaliteitstoets IVP (voor ambtenaren OOV) Het CCV adviseert gemeenten hoe zij hun IVP kwalitatief nog sterker kunnen maken. Op basis van het opgeleverde CCV-rapport over het IVP, zal tevens worden ingegaan op de knelpunten waar de afdeling OOV tegenaan loopt bij de uitvoering van het IVP. • Benchmark: organisatie OOV op orde (voor ambtenaren OOV en gemeentesecretarissen) De benchmark die in 2013 is ontwikkeld en op de organisatie van OOV is gericht, wordt nader uitgezet opdat er betere OOV-organisaties komen. • Communicatie integrale veiligheid (voor ambtenaren OOV en communicatieadviseurs) Op basis van een inventariserend onderzoek in 2013, wordt een webdossier gemaakt over communicatie integrale veiligheid. • Netwerk regionale samenwerking (voor ambtenaren OOV) Regionale samenwerkingsverbanden opereren steeds vaker volgens de lijnen van de nieuwe politieeenheden. Daarnaast zijn zij steeds vaker betrokken bij de uitvoering van de regionale prioriteiten. In het netwerk worden ervaringen uitgewisseld ter versterking van de regionale samenwerking. In aansluiting op het VenJ accounthouderschap geeft het CCV een overzicht van het CCV-aanbod waarmee de VenJ accounthouders rekening kunnen houden bij hun contacten in de regio’s. • Workshops Raadsleden en Veiligheid (voor raadsleden) De nieuwe lichting raadsleden na de gemeenteraadsverkiezingen in maart 2014, zal behoefte hebben aan inzicht hoe zij beter invulling kunnen geven aan hun rollen op het terrein van integrale veiligheid. Het CCV houdt doorlopend in de gaten waar raadsleden (nieuwe) behoefte aan hebben. • Factsheet gemeentesecretarissen (voor gemeentesecretarissen) Ter ondersteuning van gemeentesecretarissen ontwikkelt het CCV in afstemming met de Vereniging van Gemeentesecretarissen en de VNG een instrument/factsheet, opdat gemeentesecretarissen zien welke rol zij kunnen nemen op het terrein van integrale veiligheid. • Informatiepositie burgemeesters (voor ambtenaren OOV en burgmeesters) Samen met VenJ wordt invulling gegeven aan de versterking van de gemeentelijke informatiepositie, door bijvoorbeeld een factsheet informatiebronnen per veiligheidsveld Kernbeleid Veiligheid, presentatie voor bewustwording gemeenten, module informatiepositie voor eerder genoemde workshops integrale veiligheid. • Ondersteuning gemeenten bij de drie decentralisaties (voor ambtenaren OOV) Het CCV wil gemeenten attenderen op de komst van de drie decentralisaties, de verwachte effecten en consequenties voor het integrale veiligheidsbeleid (ook in afstemming met zorg en welzijn). CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 20/45 PROGRAMMALIJN TOEZICHT EN HANDHAVING DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Anna Linmans (1.), Paul de Heer en Jan Hansen (2.) | Contactpersonen CCV: Madeleine Albregtse (1.), Nadina Perez (2.) DOEL EN DOELGROEP Gemeenten, Politie, Ministerie VenJ, VNG, horecaondernemers, beveiligingsbedrijven, brancheorganisaties, ondernemersverenigingen, brandweer PROJECTEN 1. BOA’S IN OPENBARE RUIMTE Het CCV heeft in 2013 een toezichtmodel en een folder ontwikkeld over de BOA in de openbare ruimte. Daarnaast is een webdossier opgebouwd en aangepast over de BOA in de openbare ruimte. Dit kwam voort uit een samenwerking tussen het CCV en de VNG. Om de ondersteuningsbehoefte voor 2014 beter in beeld te krijgen, heeft het CCV een aantal betrokken partners (VJ, VNG, Politie, Gemeente) hierover bevraagd. Hieruit blijkt een diverse behoefte aan activiteiten vanuit politie, diverse gemeenten en de VNG. VenJ heeft aangegeven vooralsnog alleen behoefte te hebben aan CCV-activiteiten ten aanzien van het ontwikkelen en produceren van communicatiemateriaal dat gemeenten kunnen inzetten in Q2 en Q3. Activiteiten worden t.z.t. nader bepaald. 2. CAMERATOEZICHT Eind 2013 is de nieuwe digitale handreiking cameratoezicht gelanceerd. Deze digitale handreiking heeft als doel gericht vragen te kunnen beantwoorden van zowel publieke als private partijen. Het CCV ondersteunt de implementatie van de nieuwe Gemeentewet 151C. De volgende activiteiten zijn gepland: • Organiseren vier informatiebijeenkomsten implementatie nieuwe Gemeentewet 151C • Aanpassen digitale handreiking cameratoezicht • Opzetten themasite cameratoezicht • Evaluatie digitale handreiking cameratoezicht PROGRAMMALIJN GROTE STEDEN De veiligheidsproblemen in de grote steden zijn vaak anders en groter van aard dan in de kleine en middelgrote gemeenten. Dit vraagt dan ook vaak een andersoortige aanpak dan in andere gemeenten. Om als grote steden de ontwikkelingen bij te houden en van elkaars expertise gebruik te maken, hebben de steden zich georganiseerd in de G4 en de G32. Om niet steeds zelf opnieuw het wiel uit te hoeven vinden en tot de meest effectieve aanpakken te komen, willen deze steden de aanpakken met elkaar delen, bediscussiëren en van elkaar leren. De projecten binnen de programmalijn Grote Steden zijn gebaseerd op een aantal ontwikkelingen en signalen uit de praktijk. Deze ontwikkelingen zijn de volgende: • Behoefte aan uitwisseling van praktijkvoorbeelden. Dit blijkt uit de reacties van deelnemers aan de netwerkdagen grote steden. • Behoefte aan intensivering van de contacten tussen de G4 en G32 steden. Nu opereren de G4 en de G32 nog veelal los van elkaar. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 21/45 • Uit de G32 benchmark Veiligheid die in 2013 onder de helft van de G32 is uitgevoerd, blijkt dat de afdelingen OOV divers zijn georganiseerd. De vraag is nu welk organisatiemodel leidt tot het effectiefste veiligheidsbeleid. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Milja Braam (DVB) | Contactpersonen CCV: Axel Weggelaar en Carlijn van Schie DOEL EN DOELGROEP Het doel van deze programmalijn is om de steden in staat te stellen van elkaar te leren en praktijkvoorbeelden uit te wisselen, opdat men beter veiligheidsbeleid kan voeren. De doelgroep in deze programmalijn zijn de ambtenaren OOV van de steden. PROJECTEN • Netwerkdagen Grote Steden Elk jaar organiseert het CCV met een ontvangende stad de netwerkdagen: 1x in het voorjaar en 1x in het najaar (tweedaagse). De netwerkdagen trekken altijd voldoende belangstelling van de steden en worden hoog gewaardeerd. • G32 werkgroep Veiligheid Het CCV ondersteunt de ambtelijke werkgroep Veiligheid voor de G32. Het CCV voert het secretariaat van de ambtelijke werkgroep waar de steden spreken over de laatste ontwikkelingen, voortgang bespreken van de subwerkgroepen op diverse inhoudelijke onderwerpen, voorbereiding doen voor het Platform Stedelijke Veiligheid en de invulling van de Netwerkdagen. • Platform Stedelijke Veiligheid In het Platform Stedelijke Veiligheid komen een aantal steden en het Rijk bijeen ter afstemming van (nieuwe) activiteiten en ontwikkelingen. Het CCV voert het secretariaat van het Platform. Het doel van het Platform is om vroegtijdig betrokken te zijn bij ontwikkelingen en beleidsvorming van het Rijk. PROGRAMMALIJN NAZORG EX-GEDETINEERDEN DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Annemarie Buisman – De Wit | Contactpersoon CCV: Sophie de Clerq DOEL EN DOELGROEP Hoofddoel is dat recidive en overlast worden teruggedrongen. Dit ontstaat door het vergroten van reintegratiemogelijkheden van (ex-)gedetineerde burgers middels een sluitende optimale nazorg op de primaire leefgebieden (huisvesting, inkomen/werk -inclusief scholing en dagbesteding-, schulden, zorg en identiteitsbewijs). Hierdoor komt de ex-gedetineerde burger in een positief stabiele situatie na detentie. Ontwikkelingen vanuit het ministerie van VenJ zijn onder andere het Masterplan DJI (waaronder bezuinigingen op het Gevangeniswezen), het wetsvoorstel Elektronische Detentie en wetsvoorstellen omtrent Eigen Bijdrage, Slachtoffervergoeding en het betalen van de gerechtskosten in 1e aanleg door een veroordeelde. Gemeentelijke ontwikkelingen waar de nazorgcoördinatoren mee te maken hebben zijn o.a. de Transities op het Sociale Domein, invoering van sociale wijkteams, financiering van de nazorg nu de Rijksbijdrage per 1/1/2014 is gestopt en de dynamiek tussen veiligheidshuizen en ZSM . Het CCV helpt de gemeentelijke coördinatoren nazorg door het versterken van hun kennis en vaardigheden. Zo ondersteunt het CCV bijvoorbeeld gemeentelijke coördinatoren nazorg in het signaleren en agenderen van knelpunten en zoekt daarbij naar passende oplossingsrichtingen. Ook organiseert het CCV netwerkbijeenkomsten waar kennis uitgewisseld kan worden tussen de verschillende doelgroepen. Met deze kennis kunnen de nazorgcoördinatoren hun rol nog beter in de praktijk uitvoeren. Het CCV zet hierbij in op de versterking van kennis en verbindingen tussen Gevangeniswezen en gemeentelijke coördinatoren nazorg. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 22/45 Primair: • Gemeentelijke Coördinatoren Nazorg. Secondair: • DJI (hoofdkantoor en PI-medewerkers: staffunctionarissen, hoofden gedetineerdenzaken en MMD-ers); • GGZ, Verslavingszorg, DWI, UWV, Schuldhulpverlening, Reclassering, etc. PROJECTEN Vanuit de programmalijn Nazorg ex-gedetineerden worden de volgende producten geleverd: • Negen Regiobijeenkomsten maart / april 2014: ketensamenwerking met focus op o.a. Samenwerkingsmodel en Elektronische Detentie • Webdossier Nazorg ex-gedetineerden CCV-site • Themabijeenkomsten najaar (max. twee): nadere invulling volgt op basis van uitkomsten regiobijeenkomsten in maart/ april • Landelijke enquête naar ketensamenwerking eind 2014 (vervolg op 2012) PROGRAMMALIJN VEILIGHEIDSHUIZEN Het ministerie van VenJ geeft aan dat de doorontwikkeling van de Veiligheidshuizen (VHH) een goede borging behoeft en daarbij continuering van ondersteuning door het CCV gewenst is. Per 1 oktober 2013 is de programmadoorontwikkeling veiligheidshuizen in haar voormalige vorm gestopt. Borging van de doorontwikkeling van de VHH behoeft extra aandacht gelet op de veranderende context van de VHH. Gedacht dient dan te worden aan: de decentralisaties van overheidstaken naar gemeenten op het terrein van jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen; de vervolmaking van transitieprocessen van VHH nu met ingang van 1 januari 2013 de gemeenten de regierol hebben overgenomen en de focus binnen VHH is gericht op complexe (multiproblem) casuïstiek. Landelijke en lokale ontwikkelingen t.a.v. privacy, triage en ZSM zijn nog in volle gang en zijn van invloed op de werkwijzen van en binnen Veiligheidshuizen en andersom. Om de doorontwikkeling te borgen is aan het CCV gevraagd vooral richting het uitvoerende niveau een ondersteunende rol te (blijven) vervullen. Daarbij gaat het om het organiseren van de ontmoetingsfunctie, het organiseren van feedback, het faciliteren van kennisdeling en het ontsluiten van good practices. Hiertoe zorgt het CCV voor virtuele kennisuitwisseling door de websites www.veiligheidshuizen.nl www.toolboxveiligheidshuizen.nlte onderhouden en te voeden, een nieuwsbrief uit te brengen en de toolbox te beheren. Het CCV organiseert ook in 2014 - in nauw overleg met VenJ- een aantal bijeenkomsten. In beginsel zijn dit vier netwerkbijeenkomsten en drie regionale bijeenkomsten. Daarnaast organiseert het CCV vier keer per jaar een kwaliteitsplatform i.o.m VenJ. Doel van deze bijeenkomsten is het faciliteren van kennisdeling op het terrein van best practices én informatie-uitwisseling tussen landelijke, lokale en regionale partners. Daarnaast is het doel het faciliteren van de discussie tussen lokale, regionale en landelijke beleidsmakers over de positie en meerwaarde van het Veiligheidshuis. RELATIEBEHEER Om vinger aan de pols te houden met betrekking tot de grote ontwikkelingen zoals implementatie Landelijk Kader Veiligheidshuizen en implementatie van de tools triage en privacy, de aansluiting tussen ZSM en de VHH alsmede de regierol van de gemeente in de context van de komende CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 23/45 decentralisaties, is het van belang op de hoogte te blijven voor VenJ en waar nodig te kunnen ondersteunen bij knelpunten. Het CCV zal daarom op verzoek van VenJ een vorm van relatiebeheer inrichten. Het relatiebeheer betekent voor het CCV een nieuwe functie binnen het project Veiligheidshuizen. Het CCV projectteam is daarom vanaf 1 januari 2014 uitgebreid met twee personen, die beiden een aantal accounts in beheer hebben. Het CCV organiseert werkbezoeken aan de veiligheidshuizen en zal, gelet op de nieuwe regierol van gemeenten sinds 2013, waar mogelijk de verbinding leggen met de gemeente. Daarnaast haalt het CCV vragen op en brengt zij eventuele knelpunten onder de aandacht bij VenJ. Indien nodig, kan het CCV, in overleg met VenJ, maatwerk leveren om specifieke VHH te ondersteunen. Het relatiebeheer is een nieuwe taak voor het CCV. Daarom zullen CCV en VenJ hier in juni 2014 op terugblikken en eventuele nieuwe wensen en ideeën meenemen bij het vaststellen van de plannen voor de tweede helft van 2014. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Frederiek Mulder (VenJ, DGJS, Directie Justitieel Jeugdbeleid) | Contactpersoon CCV: Madeleine Albregtse DOEL EN DOELGROEP Netwerkbijeenkomsten: managers veiligheidshuizen, procesmanagers veiligheidshuizen, Gemeenten en vertegenwoordigers van andere betrokken ketenpartners. Regionale bijeenkomsten: OM, VenJ, Politie, reclassering, jeugdzorg, welzijnsorganisaties, managers VHH, procesmanagers VHH. PROJECTEN • Regiobijeenkomsten. • Netwerkbijeenkomsten. PROGRAMMALIJN HANDHAVEN MET BELEID Effectieve handhaving start bij handhaafbaar, legitiem en werkbaar beleid waarin de handhaving en andere overheidsinstrumenten optimaal zijn afgestemd. Burgers en bedrijven (normadressanten, ondertoezichtstaanden), maar ook de handhavingspartners moeten zich kunnen herkennen in het beleid en vanuit de kennis en kunde van de verschillende partners hun strategie en acties bepalen. Het CCV ondersteunt bij de totstandkoming van handhaving en beleidsplannen en maakt daarbij onder andere gebruik van verschillende analyse-instrumenten uit onder meer het Programmatisch Handhaven (risicoanalyses, doelgroepanalyses, effectmeting). Ook voeren we ex post en ex ante analyses op overheidsbeleid en wet- en regelgeving uit. In het komende jaar heeft integrale risicoanalyse, kwaliteit van beleid als gevolg van de aandacht voor fraudevraagstukken, de kwaliteit van nieuw beleid bij gemeenten (bijvoorbeeld drank- en horecabeleid) bijzondere aandacht. DOEL EN DOELGROEP Doel: effectiviteit van beleid te vergroten door toepassing van diverse analysemodellen door professionals in de handhaving te vergroten. De reikwijdte betreft alle fasen van beleid. Doelgroep: beleidsmakers bij Rijk, uitvoeringsorganisaties, decentrale overheden en toezichthoudende instellingen. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Esther Jägers (per 1-1-2014 Bram Foederer)| Contactpersoon CCV: Miriam Adriaanse PROJECTEN Concrete activiteiten/producten zijn: • Programmatisch handhaven: CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 24/45 • • • • • • • • • Actief neerzetten als hét geschikte analysemodel om nieuw (uitvoerings)beleid nalevingsproof te laten zijn. We willen hierbij een combinatie maken met verspreiden van kennis over onbewuste gedragsbeïnvloeding. Potentiële onderwerp in 2014 is de Drank- en Horecawet waarvoor gemeenten aan zet zijn om handhavings- (en preventie)plannen te schrijven (en uit te voeren). Diverse hedendaagse modellen waar vraag naar is in samenhang met Programmatisch Handhaven gaan brengen bij beleidsmakers. Het Barrièremodel vult Programmatisch Handhaven aan en bezien moet worden hoe deze twee modellen elkaar kunnen versterken en kunnen worden toegepast. Directe verwachting is dat dit kansen gaat bieden voor de aanpak van fraudethema’s. Een ander model dat we nu niet als zodanig hebben is een integraal risicoanalysemodel. Hier is steeds vaker vraag naar omdat complexe vraagstukken toch met elkaar in samenhang gewogen moeten kunnen worden om beslissingen te kunnen nemen over urgentie van problemen. iT11-advanced. De Tafel van 11 moet worden omgebouwd naar een nieuwe technologische omgeving. We willen dit moment aangrijpen om de nieuwe wensen uit de praktijk en nieuwe inzichten uit onder andere de gedragswetenschappen te integreren in een nieuwe versie van de IT11: IT11-advanced. Het doorontwikkelen en beheer van de IT11-a vallen onder dit sub-project. Daarnaast onderzoeken we de toepasbaarheid van de IT11-a op de bestrijding van fraude. Pilot “toetsen van toepasbaarheid it11 voor RGD-beleid” afmaken. Dit project is in 2013 gestart en nog niet afgerond. In 2014 zal nog één tafel van elf sessie worden georganiseerd ten behoeve van de RGD waarna de evaluatie zal plaatsvinden over nut/effectiviteit van deze toepassing voor RGD beleid. Dit project is gefinancierd door RGD. De “lessons learned” uit deze pilot zullen waar wenselijk mee genomen worden in project it11-a. Effect meten en evalueren: het meten van effecten en evalueren van projecten is belangrijk om te kunnen beslissen over continuering van beleid of plannen. Sinds het uitkomen van het “Handboek effectmeting” is in vooral de inspectiewereld veel vraag naar de handreiking, workshops en coaching. Steeds meer toezichthoudende organisaties starten met evalueren en er blijft vraag naar de handreiking en bijbehorende producten. In 2014 organiseren we tien workshops en bieden we tien trajecten van één-op-ééncoaching. Project in cofinanciering. “Dag van succesvol samenwerken” (werktitel) voor RUD’s: De RUD’s zijn dit jaar officieel gestart. Het Rijk stelt daarbij kwaliteitseisen aan de handhaving gelijk aan de principes van het programmatisch handhaven. Om de RUD’s te ondersteunen bij de verdere uitwerking van een goed integraal cyclisch beleidsproces, heeft het Vakberaad Omgevingsrecht een beroep gedaan op het CCV om een gezamenlijke werkconferentie te organiseren op dit thema. Project in cofinanciering. Zelftest handhaving: zelftest onderzoeken op gebruik en toepasbaarheid en indien nodig aanpassen en actief verkopen. De zelftest handhaving is een online instrument dat door gemeenten geraadpleegd kan worden om inzicht te krijgen in de professionaliteit van hun handhavingsorganisatie. De zelftest geeft gemeenten aangrijpingspunten om de organisatie van de handhaving naar een hoger plan te brengen. Het CCV wil het instrument aanpassen om het als zelfstandig instrument in te zetten bij de begeleiding van gemeenten naar effectiever en efficiënter handhavingsbeleid. De zelftest handhaving wordt daarmee een middel om informatie vanuit de praktijk binnen te krijgen en daarmee ook op breder vlak het programmatisch handhaven in de praktijk te implementeren. WBA: ook voor de www.werkbaarheidsanalyse.nl geldt net als voor de www.it11.nl de noodzaak van omzetting van huidige applicatie naar een nieuwe ICT-omgeving. Aangezien dit kostbare en omvangrijke trajecten zijn zal voor de WBA onderzocht worden of omzetting naar een nieuwe webtool wenselijk is of dat er andere mogelijkheden zijn om de WBA als model te behouden. Denk hierbij aan het aanmaken van een webdossier op internet en het opnieuw uitbrengen (in pdf) van de handleiding voor de procesbegeleider. CRA: dit instrument is in opdracht van DGRR\DRC op basis van additionele financiering ontwikkeld. Om het te kunnen laten voortbestaan als actief beschikbare webapplicatie is financiering nodig. Met DGRR dient besloten te worden wat de wensen zijn ten aanzien van voortbestaan van de CRA. Indien besloten wordt tot continuering is een actieplan nodig dat voorziet in pilotmatige toepassingen van de CRA. In CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 25/45 • • plaats van te kiezen voor voortbestaan van de webapplicatie kan ook gekozen worden voor aanmaken van een webdossier en bijvoorbeeld een schriftelijk model of handleiding voor de procesbegeleider. Fraude-aanpak: een CCV-werkwijze (kadermodel) op maat ontwikkelen (van analyse tot interventie) voor departementen die horizontale en/of verticale fraude willen aanpakken. Onderdelen zijn: risicoanalyse, (werkbaarheids)toetsing in relatie tot omissies in wet- en regelgeving, barrièremodellen in geval van doelbewust frauduleus handelen, gedragsbeïnvloeding in geval van onbedoeld gebruik en administratieve vergissingen/fouten, en samenwerking met partners (departementen, inspecties, politie, BOD’en en bedrijfsleven. Horizontale fraude: uitvoeren van fraudeanalyse op een, door VenJ te bepalen, horizontale fraudethema en ontwikkelen van een bijpassende aanpak conform eerder genoemde werkwijze. Kosten voor (verticale) fraudeanalyses in opdracht van andere departementen dan VenJ zal CCV aan desbetreffende departementen in rekening brengen. PROGRAMMALIJN GEDRAG ALS FUNDAMENT De overheid – als vertegenwoordiger van het publiek belang - ontleent haar bestaansrecht aan de effectiviteit en efficiency en rechtmatigheid van haar beleid en uitvoering. De mate waarin de overheid ook daadwerkelijk haar doelen bereikt hangt samen met de vraag of ze in staat is gedrag van mensen te bestendigen of te veranderen ten gunste van het collectief. Dat vraagt om een optimale afstemming en inzet van het instrumentarium (peen, stok en preek) van de overheid, maar ook het slim inzetten van de omgeving. Inzicht in hoe gedrag tot stand komt en overheidshandelen daarop inwerkt zijn daarbij essentieel. Recentelijk hebben de Algemene Rekenkamer (AR) en de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) dit onderstreept en opgeroepen om actiever gebruik te maken van deze inzichten. In deze programmalijn zetten we ons in om de wetenschappelijk inzichten over menselijk gedrag te bevorderen, beter te ontsluiten en te integreren in beleid en handhaving. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Esther Jägers (per 1-1-2014 Bram Foederer) | Contactpersoon CCV: Jorik van Bijlert DOEL EN DOELGROEP Doel: effectiviteit van beleid vergroten door verwetenschappelijk inzichten over menselijk gedrag te bevorderen, beter te ontsluiten en integreren in het beleid en de handhaving. Doelgroep: beleidsmakers bij Rijk en toezichthoudende instellingen. Primaire doelgroep zijn beleidsmakers bij inspecties en markttoezichthouders. PROJECTEN Concrete activiteiten/producten zijn: • Het Interdepartementaal programma Handhaving en Gedrag laat jaarlijks vier nieuwe wetenschappelijke onderzoeken uitvoeren voor het beleid en de handhaving. Daarnaast belegt het CCV in samenwerking met de Inspectieraad drie bijeenkomsten of één congres om de overdracht naar de praktijk te bevorderen. • In de masterclass gedragsbeïnvloeding en nalevingscommunicatie worden de actuele inzichten ook ontsloten voor de beleidsmakers. Het CCV biedt de Masterclass dit jaar minimaal twee keer aan, onder meer in samenwerking met de Inspectieraad. • In een nieuwe pilot BIT.NL wordt geëxperimenteerd met de toepassing van gedragsinzichten in de uitvoering. We starten met één pilot naar een Engels bewezen voorbeeld. Hiermee willen we meer in de praktijk brengen wat we prediken. • In samenwerking met het ministerie van Financiën en de Belastingdienst ontsluiten we actuele relevante inzichten uit de gedragswetenschap in de vorm van een laagdrempelig leesbaar boekje voor de professionals in het toezicht. • Presentaties/projecten op aanvraag/in opdracht. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 26/45 PROGRAMMALIJN LEREN EN INNOVEREN Binnen de overheid spannen diverse instanties zich in om op een effectieve, efficiënte en legitieme wijze maatschappelijke doelen te realiseren, de een in de rol van beleidsmaker of wetgever, de ander in de rol van uitvoerder of toezichthouder. Daarbij wordt ook steeds vaker een rol toebedeeld aan de private sector, het onderwijs en maatschappelijke organisaties. De programmalijn Leren en Innoveren hanteert als uitgangspunten dat organisaties die een bijdrage leveren aan overheidsbeleid altijd schakels in een keten vormen die goed op elkaar aangesloten moeten zijn, dat uitdagingen waar de ene organisatie voor staat soms om oplossingen vragen die door een andere organisatie al zijn bedacht en dat complexe vraagstukken vragen om ruimte voor vernieuwing. De waan van de dag maakt dat het voor de meeste organisaties niet vanzelfsprekend is om actief op zoek te gaan naar vernieuwing en verbinding, noch met schakels in hun keten, noch met collega’s in een ander werkveld. In deze programmalijn zetten we ons in om leermomenten te faciliteren en om innovatie te stimuleren opdat (aankomende) uitvoerings- en beleidsprofessionals, maar ook private en semipublieke professionals elkaar kunnen ontmoeten, van elkaar kunnen leren en zich aangesproken voelen om ruimte te geven aan vernieuwende initiatieven. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Esther Jägers (per 1-1-2014 Bram Foederer) | Contactpersoon CCV: Mirjam Prinsen DOEL EN DOELGROEP Doel: Kwaliteit van overheidsbeleid vergroten door platforms te creëren, te faciliteren en te benutten om: • ervaringen uit te wisselen; • te leren van de successen en de missers van collega’s; • best practices en beproefde concepten te verspreiden; • uit te dagen om met vernieuwende ideeen te komen voor de aanpak van complexe maatschappelijke vraagstukken. Deze platforms stellen de wisselwerking tussen beleid en praktijk steeds centraal en kunnen een fysiek maar ook een digitaal karakter hebben. Doelgroep: in deze programmalijn richten we ons op de strategische professionals in het beleid, het toezicht, de handhaving, de uitvoering, en op aanverwante private en semipublieke professionals. Speerpunt in 2014 is om de banden aan te halen met het onderwijs opdat we ook de aankomende generatie professionals bekend en vertrouwd maken met beproefde concepten voor toezicht en handhaving. PROJECTEN • E-magazine Toezine Doel: Ontsluiten, ordenen en verbinden van informatie/kennis over ‘wat werkt’ en ‘wat werkt niet’, agenderen en organiseren van feedback tussen uitvoering en beleid. In 2013 is na een uitgebreide verkenning van mogelijkheden om de Handhavingskrant in gewijzigde vorm voort te zetten besloten om als e-magazine verder te gaan. Bij deze verkenning werd duidelijk dat er specifiek gericht op het beroep van toezichthouder / handhaver een grote behoefte is aan een eigen vakblad dat tegemoet komt aan bovenstaande doelstellingen. De keuze voor digitaal vloeide voort uit de wens om meer interactiviteit te stimuleren (discussie via online platform en doorverwijzing) maar zorgt ook voor een kortere productietijd en dus meer mogelijkheden om in te spelen op de actualiteit. Eind 2013 verscheen een zgn. sneak preview, vanaf 2014 zal het nieuwe e-magazine Toezine elke twee maanden verschijnen. • Verkiezingen H&T Doel: Het vak handhaving en toezicht positief en aantrekkelijk onder de aandacht te brengen en om innovatie in het vak te bevorderen. In 2011 zijn de Inspectieraad, de Beroepsvereniging VIDE en het CCV CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 27/45 gaan samenwerken om jaarlijks verkiezingen te organiseren voor toezicht en handhaving. In 2012 is gekozen om de tot dan toe geldende categorieën (handhaver van het jaar, inspectie van het jaar en talent van het jaar) te beperken tot het meest innovatieve (toezichts- of handhavings)project. In 2013 geven we daar graag een vervolg aan. Dit project wordt met cofinanciering gerealiseerd. • Aansluiting hoger onderwijs & academies Doel: de (toekomstige) professional bekend maken met instrumenten en methodieken zoals risicoanalyses, tafel van 11, stijlwijzer (programmatisch handhaven). Het resultaat is kennis overbrengen richting de (toekomstige) professional, kennis halen vanuit het onderwijs/lectoraten, verbreden van het netwerk door o.a. beroepenveldcommissies en beroepenveldbijeenkomsten en het ontwikkelen van een onderwijsblok waar verschillende CCV-producten in zijn ondergebracht en daarmee een verdienmodel creëren binnen het onderwijs. • Communities & Beleidscafe’s Doel: oprichten en in stand houden van netwerken waarin professionals elkaar ontmoeten en ervaringen uitwisselen. Een concreet voorbeeld vloeit voort uit de masterclasses. Inmiddels hebben ca 130 deelnemers de masterclass Nalevingscommunicatie & gedragsbeïnvloeding gevolgd. De meerderheid geeft aan behoefte te hebben elkaar na afloop bijvoorbeeld tijdens terugkomdagen te zien en te bespreken hoe iedereen de inzichten toepast in zijn of haar eigen praktijk. We willen hieraan tegemoetkomen door voor deze groep geregeld bijeenkomsten te organiseren waarin thema’s, nieuwe inzichten in de sociale en gedragspsychologie en casuïstiek van de deelnemers centraal kan staan. Beleidscafé’s hebben een soortgelijk doel, maar zijn gericht op thema’s die niet voorbehouden zijn aan een enkele doelgroep. Beleidscafe’s kennen een informele setting en bieden een podium voor beleidsmakers, wetenschappers, uitvoerders en private organisaties om met elkaar in gesprek te gaan. Thema’s waar we bijvoorbeeld aan denken zijn ethiek in gedragsbeïnvloeding, cultuur(gericht toezicht), vertrouwen (in de overheid, of in de marktwerking), transparantie in toezicht (t.b.v. geïnformeerde burger/consument, maar ten nadele van ondertoezichtstaande), reflectief toezicht, regie- en governancevraagstukken. 4 SEMIPUBLIEKE SECTOR CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 28/45 De afdeling Semipublieke Sector richt zich primair op alle klanten, partners en stakeholders die zich inzetten voor veilige wijken en buurten. Belangrijke huidige doelgroepen zijn woningbouwcorporaties, welzijnsorganisaties en maatschappelijke organisaties zoals buurtbemiddelingsorganisaties. Omdat het veelal om integrale benaderingen gaat, vormen overheden zoals gemeenten en politie ook een belangrijke doelgroep voor de activiteiten van de afdeling. De afdeling Semipubliek onderzoekt of ook andere, relatief nieuwe doelgroepen zoals (openbaar) vervoersbedrijven, verenigingsleven (sport) en gezondheidsinstellingen kunnen worden bereikt en kansen kunnen bieden bij het realiseren van de doelstellingen. Daarbij is er in 2014 bijzondere aandacht voor de decentralisaties die in het kader van de transitie van het sociale domein plaatsvinden. De afdeling Semipubliek kenmerkt zich door de integrale aanpak van veiligheids- en leefbaarheidsproblemen. Dat betekent automatisch dat de afdeling nauw samenwerkt met de andere lijnafdelingen van het CCV die zich op de publieke en private sector richten. Daar waar mogelijk en zeker daar waar nodig wordt gezamenlijk naar de te bereiken doelen gekeken en worden activiteiten integraal en afdelingsoverstijgend benaderd. PROGRAMMALIJNEN De • • • • • • • • afdeling Semipubliek kent de volgende programmalijnen: Woninginbraken Woningovervallen Jeugd Woonoverlast Burgerparticipatie (wijkinterventies) Overlast- en veiligheidsbeleving Evenementen Secondant PROGRAMMALIJN WONINGINBRAKEN Het kabinet zet stevig in met als doel het aantal woninginbraken in 2017 teruggebracht te hebben tot 65.000. De aanpak van woninginbraak ligt primair bij het regionale gezag waarbij de aanpak zich richt op de pijlers: een persoonsgerichte aanpak, versterking van de heterdaad-kracht, een gebiedsgerichte aanpak en preventie en aandacht voor het slachtoffer. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Rob Tijl, Martin Donker en Mathijs Seijlhouwer | Contactpersonen CCV: Frannie Herder, Johan Luijben, Katja Steverink, Lilian Tieman DOEL EN DOELGROEP De programmalijn woninginbraken heeft vijf hoofddoelstellingen: 1. Versterken professional 2. Vergroten lokale samenwerking 3. Zelfredzaamheid en burgerparticipatie vergroten 4. Innovatie en doorontwikkeling van het Politiekeurmerk Veilig Wonen en het dossier woninginbraken 5. Beheer en faciliteren PKVW Het CCV richt zich op gemeenten, politie, woningcorporaties, Openbaar Ministerie en andere partijen om professionals te versterken en de samenwerking te vergoten. Hierbij ontsluit het CCV informatie en best practices, ondersteunt bij het ontwikkelen van nieuwe instrumenten en biedt procesbegeleiding aan bij het opstellen van brede aanpakken tegen woninginbraak. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 29/45 Daarnaast informeert het CCV burgers hoe zij de kans op een inbraak kunnen verkleinen en beveiligingsmaatregelen kunnen nemen. Als beheerder van het Politiekeurmerk Veilig Wonen overlegt het CCV regelmatig met marktpartijen over inhoud en doorontwikkeling van het keurmerk. PROJECTEN 1./2. Het versterken van de professional en het vergroten van de lokale samenwerking doen we door: Train de voorlichter: deze training is voor gemeenteambtenaren, politieagenten en vrijwilligers die regelmatig voorlichting over de aanpak van woninginbraken geven. Aan het einde van de dag zijn de deelnemers aan de training weer op de hoogte van de laatste ontwikkelingen omtrent de aanpak van woninginbraken, modus operandi en dergelijke en hebben zij geoefend in hun presentatietechnieken. We organiseren deze training jaarlijks twee maal. Ontwikkeling webdossier: het webdossier woninginbraken is bedoeld voor professionals, voornamelijk bij gemeenten en politie die zich bezighouden met de brede aanpak van woninginbraken. Het dossier wordt vier keer per jaar bijgewerkt met een nieuw integraal plan van aanpak. In 2014 ondergaat het dossier een metamorfose om het beter vindbaar, handiger in het gebruik en vraag- en/of probleemgerichter te maken. Met als doel dat gemeenten een betere analyse kunnen maken met behulp van de website waardoor zij sneller bij de voor hun geschikte good practice uitkomen en tot een voor hen geschikte integrale aanpak van woninginbraken komen. Aanvalsplan woningcorporaties: woningcorporaties hebben een grote rol in de aanpak van woninginbraken. Vanwege de economische situatie stellen zij renovatieprojecten uit of pakken inbraakgevoelige delen van de woning niet aan. Toch worden corporaties uitdrukkelijk uitgenodigd deel te nemen aan de totstandkoming van (gemeentelijke) brede aanpakken tegen woninginbraken. In 2014 resulteren de gesprekken die met partners in 2013 gevoerd zijn tot de vernieuwing binnen het PKVW waardoor corporaties dit middel mogelijk sneller kunnen inzetten ter beveiliging van hun woningvoorraad. Ook investeert het CCV in hoe we deze partner kunnen bereiken om deel te nemen aan lokale bijeenkomsten waardoor hun stem ook gehoord wordt. Het is van belang dat deze partner tijdens de vier regionale bijeenkomsten goed vertegenwoordigd is. Bijeenkomsten: ondanks alle digitale mogelijkheden om informatie te delen is het van belang dat betrokken partijen ervaringen uitwisselen, nieuwe inzichten delen en nieuwe coalities smeden. Het CCV organiseert hiervoor vier keer per jaar een bijeenkomst. Daarnaast vindt er naar alle waarschijnlijkheid in 2014 een congres plaats waar het CCV in nauw overleg met VenJ een bijdrage aan levert. Verzorgen presentaties en workshops: op verzoek geeft het CCV presentaties bij onder andere gemeenten, politie, woningcorporaties over de aanpak van woninginbraken, samenwerkingsverbanden en mogelijkheden om burgers te informeren. Dit doen we gemiddeld 20 keer per jaar, waarbij we ons in 2014 meer richten op de gemeenten met (grote) problemen of waar de problemen snel toenemen. Procesbegeleiding bij gemeenten: Als partijen ondersteuning nodig hebben bij het opstellen van een brede aanpak tegen woninginbraken, dan biedt het CCV hierbij procesbegeleiding aan. Afhankelijk van de vraag kan de begeleiding bestaan uit het bij elkaar brengen van partijen als bijvoorbeeld de samenwerking (nog) niet optimaal is, het ondersteunen bij het opstellen van een plan of het voorzitten van de overlegvergaderingen. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 30/45 3. Zelfredzaamheid en burgerparticipatie Winter- en zomercampagne In het kader van zelfredzaamheid is het belangrijk bewoners te laten zien welke mogelijkheden zij zelf hebben om woninginbraak te voorkomen. Op verzoek van diverse partijen heeft het CCV in 2013 de praktisch inzetbare wintercampagne ‘laat de inbreker in de kou staan’ ontwikkeld en aangeboden aan gemeenten, woningcorporaties en PKVW-bedrijven. In overleg met het ministerie en de politie zal voor 2014 gekeken worden naar een gezamenlijke zomercampagne (vooral gericht op insluipingen en vakanties) en een wintercampagne (donkere dagen offensief). Voorlichtingsbijeenkomsten Het onderwerp woninginbraken kent een Top 50 gemeenten. Van al deze gemeenten wordt verwacht dat ze actief zijn op het onderwerp woninginbraken en de bewoners daar adequaat bij weten te betrekken. Het CCV brengt in kaart wat deze 50 gemeenten aan woninginbraken doen met name gericht op voorlichting en ondersteunt gemeenten met vragen over de meest effectieve manier van voorlichting geven. Goede voorbeelden die we in het land tegenkomen, worden toegankelijk gemaakt op de website, denk aan WAAKS, buurtpreventie. Extra aandacht voor concrete vragen zoals hoe benader je de hondenuitlaters, welke app wordt aanbevolen, hoe richt je een themavond in voor de vrijwilligers die je een keer per jaar bijeen wilt hebben? Lokale PPS samenwerking Beveiligingsbedrijven spelen lokaal een belangrijke rol in de aanpak van woninginbraken. Ook deze groep moet wel opgefrist worden en aandacht voor goede klantcontacten en het serviceaanbod blijft belangrijk. Het CCV houdt deze groep op de hoogte van actuele Modus Operandi, slimme technische oplossingen die ingezet kunnen worden en geeft ondersteuning als deze bedrijven de samenwerking zoeken met gemeente, politie of corporatie. 4. Innovatie en doorontwikkeling Nieuw concept Keurmerk Veilig Wonen Het CCV speelt in op nieuwe ontwikkelingen en publiceert deze eens in de drie jaar in de nieuwe PKVW handboeken. In 2013 zijn er diverse gespreksrondes geweest met marktpartijen en deze worden in 2014 voorgelegd aan een bredere belangen- en afnemersgroep. Nieuwe doelgroepen worden geïdentificeerd zoals zorgpartners en schadeherstelbedrijven en op nieuwe landelijke ontwikkelingen wordt ingespeeld. De handboeken zijn voor bestuurders veelal te inhoudelijk, om deze reden wordt tegelijkertijd gewerkt aan een publicatie voor bestuurders. Module e-learning op PKVW website De website neemt in aantal unieke bezoekers nog steeds fors toe. Het onderwerp woninginbraken en woningovervallen lift mee met de ontwikkeling van een e-learning module van bedrijfsovervallen en kan derhalve met beperkte inspanning een eigen e-learning module voor op de website laten ontwikkelen waarin bekende begrippen als RAAK, woningbeveiliging, de inzet van buren en buurtbewoners op een educatieve wijze aan bod komen. Beheer en onderhoud PKVW In afstemming met het ministerie is het keurmerk een pijler in de aanpak tegen woninginbraken. Het keurmerk wordt door het CCV onderhouden, beheerd en doorontwikkeld. Afstemming met alle betrokken veiligheidspartners wordt gezocht via diverse overlegstructuren die het CCV faciliteert, voorzit of waar het CCV een adviserende rol in heeft. Het CCV faciliteert en participeert o.a. in de werkgroep Kwaliteitsbeheer PKVW, waar de lijnen kort en direct zijn met de deelnemers vanuit politie, corporatie, testcentra, CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 31/45 producenten en kan daardoor relatief snel inspelen op signalen over nieuwe Modus Operandi, nieuwe beveiligingsmaatregelen, nieuwe bendes of nieuwe werkwijzen binnen politie, corporaties of gemeenten. PROGRAMMALIJN WONINGOVERVALLEN Sinds 1994 is het aantal woningovervallen meer dan verdubbeld, met een piek van 843 woningovervallen in 2009. Vanaf 2010 neemt het aantal woningovervallen af. Echter, het aandeel woningovervallen binnen het totale aantal overvallen neemt al jaren toe. Ook het aantal en aandeel woningovervallen op senioren stijgt. Verder is de gewelddadigheid van woningovervallen problematisch. Overvallen op woningen zijn vaker gewelddadig dan overvallen op straat en in de detailhandel. Het actieprogramma Gewelddadige Vermogenscriminaliteit van het ministerie van VenJ vormt de basis voor het landelijke beleid, voor vermindering van het aantal overvallen van bijna 3.000 overvallen in 2009 naar maximaal 1.900 in 2014. Gelet op het aandeel van woningovervallen in het totaal, en senioren als slachtoffergroep, is een stevige inzet op de aanpak van deze problematiek gerechtvaardigd. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Matthijs Seijlhouwer | Contactpersonen CCV Marjolijn van Hest en Freek Hermens DOEL EN DOELGROEP Het uiteindelijke doel (outcome) is een afname van het aantal woningovervallen in het algemeen, en op senioren (55+) in het bijzonder. Om daarvoor te zorgen wil de programmalijn Woningovervallen er in 2014 voor zorgen dat: • Bewoners maatregelen nemen die eraan bijdragen woninginbraken, woningovervallen en babbeltrucs te voorkomen. Ook weten zij hoe te handelen bij een woningoverval (RAAK-principe). • Veiligheidsprofessionals tevreden zijn over de informatie en het advies dat zij van het CCV ontvangen over effectieve en efficiënte preventie van woningovervallen op lokaal en regionaal niveau en deze i ook toepassen in de praktijk om het preventiebeleid te verbeteren. • Gemeenten en andere doelgroepen voorlichtingsactiviteiten organiseren over woningovervallen, babbeltrucs en inbraak, daarbij lokale samenwerkingspartners betrekken en gezamenlijk werken aan een integraal plan veilig wonen waarvan voorlichting onderdeel uitmaakt. Doelgroepen: Gemeente, politie, woningcorporaties, ouderenbonden, zorgorganisaties, beveiligingsbedrijven, verzekeraars en Nederlandse burgers. PROJECTEN Project 1: Voorlichtingsbijeenkomsten veilig wonen (woningovervallen, inbraak, babbeltrucs) 20 gemeenten maken gebruik van het aanbod van een workshop voor bewoners (woningovervallen, babbeltrucs en woninginbraken), inclusief maximaal 50 gratis kierstandhouders, gratis foldermateriaal en gedeeltelijke vergoeding van een voorlichter. 10 van deze gemeenten, waar problemen zijn met (de integrale aanpak van) veilig wonen, worden geselecteerd door het CCV en VenJ. Dit project voert het CCV uit om professionals in het land (vanuit politie, gemeente, woningcorporatie) te stimuleren tot een goede voorlichtingsbijeenkomst veilig wonen. Speciale aandacht is er voor de effecten van de voorlichtingsbijeenkomst op de houding en het gedrag van bewoners. Het zwaartepunt zal liggen rondom de donkere dagen en de zomer. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 32/45 Project 2: Vernieuwen, doorontwikkelen en promoten van het Stappenplan Voorlichtingsbijeenkomst veilig wonen organiseren Met dit stappenplan kan de doelgroep met een eigen voorlichter, een succesvolle bijeenkomst over preventie van woningovervallen, babbeltrucs en woninginbraken organiseren. Het CCV zorgt dat de activiteit rondom het onderwerp ook in 2014 behouden blijft zodat gedurende het jaar 2014 wederom 40 á 50 bijeenkomsten worden georganiseerd waarvoor informatie bij het CCV wordt opgevraagd over goede voorlichtingsbijeenkomsten (inclusief de 25 workshops). In 2014 ondervragen we voor mei 2014 de doelgroep over de inhoud van het stappenplan. Als de uitkomsten daarom vragen, voegt het CCV nieuwe informatie toe aan het stappenplan. Project 3: Ondersteuningsaanbod aan top 5 gemeenten: procesbegeleiding bij voorlichtingsactiviteiten veilig wonen (woningovervallen, inbraak, babbeltrucs) Het CCV en VenJ selecteren januari 2014 vijf gemeenten (of regionaal samenwerkende gemeenten), waar de aanpak van veilig wonen meer aandacht verdient en waar woningovervallen mogelijk onevenredig vaak voorkomen. Na analyse van het huidige plan van aanpak, de lokale samenwerking en de aanwezige behoeften binnen deze gemeenten ontwikkelt het CCV een ondersteuningsaanbod (opleverdatum april 2014). Het ondersteuningsaanbod bestaat in ieder geval uit een gericht aanbod van voorlichtingsactiviteiten op hotspotniveau, zoals een voorlichtingsbijeenkomst inclusief kierstandhouders. Deze activiteiten zijn middelen om verder met de lokale veiligheidspartners in gesprek te komen, lokale samenwerking te stimuleren en te kunnen werken aan een integraal plan tegen woningovervallen. Speciale aandacht is er voor de effecten van voorlichtingsactiviteiten op de houding en het gedrag van bewoners. Dit project wordt eind 2014 afgesloten met een uitwisselingsbijeenkomst met deze vijf gemeenten, plus de andere 20 gemeenten die gebruik hebben gemaakt van de workshops binnen Project 1. Naar aanleiding van deze bijeenkomst kan het CCV het ondersteuningsaanbod doorontwikkelen. Project 4: Adviseren en informeren van professionals Het CCV adviseert en informeert veiligheidsprofessionals gedurende het jaar 2014 op het gebied van woningovervallen. Onder meer via het (geactualiseerde) webdossier, telefonische helpdesk, e-mail, persoonlijke gesprekken en mogelijke presentaties/workshops. Als dat nodig is vernieuwt het CCV communicatiemiddelen waarvan het thema woningovervallen onderdeel uitmaakt. Om professioneel advies te kunnen bieden, volgt de projectleider gedurende het jaar de trends en ontwikkelingen op gebied van woningovervallen en de aanpak ervan. Project 5: Internettraining “Voorkomen van, en omgaan met een woningoverval of inbraak” De internettraining informeert bewoners (waaronder ouderen en ondernemers aan huis) over de risico’s die zij lopen, de maatregelen die zij kunnen nemen om een woninginbraak, –overval of babbeltruc te voorkomen en het handelingsperspectief tijdens een woningoverval (RAAK). Deze kennis moet bewoners aanzetten tot een verandering in houding en gedrag. De training wordt afgesloten met een checklist van de meest belangrijke onderwerpen, dan wel zaken die bewoners (direct) op kunnen oppakken om de veiligheid te verbeteren. De uren een OOP voor de ontwikkeling van deze internettraining zijn verdeeld tussen de projecten woningovervallen en woninginbraken. Extra project 2014 (geen onderdeel van het jaarplan en de kaderbegroting): uitbreiding ondersteuningsaanbod aan Top 20 gemeenten: procesbegeleiding bij voorlichtingsactiviteiten veilig wonen (woningovervallen, inbraak, babbeltrucs) Dit project is een uitbreiding van ‘Project 3: Ondersteuningsaanbod aan Top 5 gemeenten’. Met dit extra project kan het CCV, op basis van een analyse van het huidige plan van aanpak, de lokale samenwerking en de aanwezige behoeften binnen deze 20 gemeenten, een ondersteuningsaanbod ontwikkelen en aanbieden. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 33/45 PROGRAMMALIJN JEUGD: DE MEERSPORENAANPAK OP JEUGD EN VEILIGHEID Het CCV levert met de programmalijn jeugd een bijdrage aan de samenwerking tussen veiligheids- en jeugdprofessionals uit de praktijk en draagt bij aan het belang van de aanpak van tijdig risicogedrag signaleren om zo criminele carrières te voorkomen. In 2014 ligt daarom expliciet de nadruk op de meersporenaanpak binnen de programmalijn jeugd en veiligheid. Zowel uit de praktijk als uit de literatuur blijkt dat het slagingspercentage bij een meersporenaanpak het hoogst is. Binnen de meersporenaanpak heeft het CCV in 2014 specifieke aandacht voor vroegtijdig ingrijpen, ouderbetrokkenheid en nazorg / het adolescentenstrafrecht. Niet onbelangrijk zijn natuurlijk de transities in het sociale domein die het veiligheidsdomein op lokaal niveau beïnvloeden. De genoemde aandachtsvelden hangen nauw met elkaar samen en moeten in samenhang worden aangepakt. De specifieke inzet op de meersporenaanpak typeert zich door: CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 34/45 Het bieden van hoogwaardige kwalitatieve service aan jeugd- en veiligheidsprofessional Het is belangrijk dat we de professional ‘ontzorgen’. De professional is erbij gebaat om diensten en producten af te nemen die zorgen voor een eenvoudigere aanpak op jeugd en veiligheid en die tegelijkertijd ook tijdwinst opleveren. • We zetten nog steviger in om actuele informatie op jeugd en veiligheid echt toegankelijk te maken. Dat doen we o.a. door het verspreiden van handzame factsheets en handige formats en modules. • Ook stimuleren wij actief de vernieuwde Wegwijzer Jeugd en Veiligheid met daarop de gebruiksvriendelijke hulpmiddelen met bijbehorende practice based / evidence based aanpakken op de eerder benoemde aandachtsvelden. • Het CCV voert tien ‘lokale (na)zorg op maattrajecten’ in gemeenten uit, nadat het ‘bijstandsteam’ van het actieprogramma is vertrokken. Het bevorderen van een doeltreffende samenwerking op lokaal niveau en de versterking van de jeugden veiligheidsprofessional Het bevorderen van een effectieve samenwerking en het goed equiperen van de professional blijven belangrijke punten. • Op Verzoek van VenJ geeft het CCV de meest relevante uitkomsten van het rapport ‘Vroegtijdig effectief ingrijpen’ weer in een speciaal op gemeente gerichte factsheet. • Op het dossier 12-min levert het CCV, op verzoek van VenJ, een bijdrage aan de bekendheid en verspreiding van de aanpak JPT12- onder jeugdzorgaanbieders en gemeenten. Dit gebeurt in nauwe samenwerking met JSO (Jeugd, Samenleving en Ontwikkeling) • Twee pilots uitvoeren (in samenwerking met Eric Bervoets) om twee lokale netwerken een extra boost te geven in de onderlinge samenwerking. Het CCV is een inspirerende en stimulerende schakel voor transformerende (veranderende/nieuwe) vragen uit het sociale (jeugd-) en veiligheidsdomein Inspelen op actuele thema’s of thema’s die in de nabije toekomst invloed hebben op de activiteiten van de jeugd- en veiligheidsprofessional. Zoals de voorbereidingen voor de uitvoering van de jeugdwet waar gemeenten volop mee bezig zijn. • We organiseren bijeenkomsten en we schuiven aan, aan tafel van de professional. Aanvullend voeren we behoeften peilingen uit zodat we een optimale schakel zijn en adequaat kunnen inspelen op veranderende/nieuwe vragen uit het veld. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Carolien Feleus en Atie de Vrij, Gert Varkevisser en Etienne van Koningsveld | Contactpersoon CCV: Nicole Langeveld DOELGROEP EN DOEL Doelgroep Veiligheids- en jeugdregisseurs van gemeenten zijn onze targetdoelgroep. Daarnaast leggen we een bijzonder en nadrukkelijk accent op burgemeesters, gemeentesecretarissen en wethouders. Politie en andere professionals uit de jeugd(straf)rechtketen en het welzijnswerk hebben ook onze expliciete aandacht. Doel Het CCV staat de veiligheids- en jeugdregisseurs bij in hun dagelijkse activiteiten. Dit doen we door het aanbieden van vindingrijke diensten en producten op jeugd en veiligheid zodat de jeugd- en veiligheidsregisseur snel, adequaat en zo eenvoudig mogelijk zijn taken kan uitvoeren op het snijvlak van het jeugd- en veiligheidsdomein. Het CCV speelt in op de transformerende vraag uit het lokale jeugd- en CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 35/45 veiligheidsdomein door zowel in te zetten op kennis als ook proactief ‘het veld’ in te gaan om deze regisseurs zo goed mogelijk te equiperen zodat ze direct aan de slag kunnen. Outcome/effect bij de doelgroep Na onze inzet is onze doelgroep geïnformeerd, gestimuleerd en geactiveerd. Zij: • weten welke hulpmiddelen hoe en wanneer worden ingezet; • willen effectiever en efficiënter samenwerken met de inzet van de juiste hulpmiddelen; • kunnen zij direct aan de slag! Na afloop van bijeenkomsten en ingezette trajecten voeren we een evaluatie uit, waardoor we kunnen monitoren welke acties zijn ingezet, zodat eventueel een follow-up ingezet kan worden. PROJECTEN Nieuwe producten en activiteiten • Tien Lokale (na)zorg op maat trajecten uitvoeren in kwartaal drie en vier. Het CCV biedt een programma aan dat toegesneden is op de lokale situatie. Deze trajecten worden geëvalueerd. • Leergang aanpak jeugdgroepen: Op dit moment is nog onduidelijk wat de exacte rol (proces en- of inhoud) van het CCV hierin zal zijn. • Borging activiteiten van het Actieprogramma Risicojeugd en Jeugdgroepen ( na december 2014). Businesscase opstellen. Start in kwartaal drie. • Twee pilots uitvoeren om twee lokale netwerken een extra ‘boost’ te geven in de onderlinge lokale samenwerking. Na uitvoering vindt een evaluatie plaats. • Barrière kindmodel voltooien. Deze activiteiten zijn eerder gestart in opdracht van VenJ. Afronding vindt in 2014 plaats. • Samenwerking met JSO: aanpak Jeugd Preventieteam (JPT) 12- actief in de etalage te zetten van zorgaanbieders. Waaronder vijf regionale kick-offs organiseren . • Onderzoeksrapport ‘Relevante uitkomsten van het rapport ‘Vroegtijdig effectief ingrijpen’ weergegeven in een speciaal op gemeente gerichte factsheet. • Actief inspelen op knelpunten en de gevolgen van de invoering jeugdwet op het veiligheidsdomein. Preventie en vroegtijdig signaleren zijn hierin belangrijke onderwerpen. Bestaande producten en activiteiten • Wegwijzer Jeugd en Veiligheid: Plaatsing van nieuwsberichten, agenda-items, en documenten. Daarnaast toevoegen van twee nieuwe rubrieken en twaalf keer uitbrengen van de nieuwsbrief Jeugd en Veiligheid. Behoeftepeilingen uitvoeren onder abonnees. • Ebook: ‘4 sleutels voor een succesvolle aanpak problematische jeugdgroepen’ twee à drie modules als appendix toevoegen. • Database aanpakken jeugdgroepen: Actualiseren van aanpakken en toevoegen van maximaal zeven aanpakken op de aandachtsvelden van de meersporenaanpak. • Netwerkanalyses Jeugd en veiligheid en Matrices Vroegsignalering en Nazorg: actualiseren en toevoegen van practise en evidence based aanpakken. • Twee Uitgelichtbijeenkomsten organiseren op het onderwerp jeugdgroepen en mogelijk op nazorg jeugd. Bijeenkomsten vinden in het voor- en najaar plaats. PROGRAMMALIJN WOONOVERLAST De programmalijn Woonoverlast levert een bijdrage aan de preventie en aanpak van woonoverlast. Hij draagt bij aan de beleidsdoelstelling van het ministerie van VenJ in de periode 2012-2017: vermindering ervaren overlast in wijk of buurt met 10%, waarvan overlast van omwonenden deel uitmaakt. Uit de Veiligheidsmonitor 2012 blijkt dat 5 tot 9% van de Nederlanders vaak overlast ervaart en dat 27% van de bewoners wel eens last heeft van omwonenden. In een door het CCV gehouden enquête met een respons CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 36/45 van 109 gemeenten, geeft 35% aan dat woonoverlast een serieus probleem is en 61% dat woonoverlast incidenteel voorkomt. Het bestaande systeem van woonoverlastbestrijding lijkt op een piramide. 1. ontruiming, sluiting woning, opname 2. juridische middelen, gedragsaanwijzing 3. zelfoplossend vermogen van burgers, buurtbemiddeling, drang Het CCV richt zich op de twee onderste, brede lagen van de piramide van woonoverlastaanpak: • Een doeltreffend instrument om te voorkomen dat burenoverlast escaleert, is de inzet van buurtbemiddeling, waarvan het CCV het landelijk aanspreekpunt is. • Zwaardere woonoverlast vraagt om een gezamenlijke aanpak van gemeenten, verhuurders en politie. Inzet van instrumenten zoals een gedragsaanwijzing kan hierbij helpen. We ondersteunen betrokken partijen bij het uitvoeren van beleid op het gebied van woonoverlast. Doel is om partijen te activeren om woonoverlast effectief te verminderen. • Door een actieve aanpak van zowel lichte als zware woonoverlast wordt voorkomen dat zaken voor de rechter belanden (de top van de piramide). Een ontlasting van de rechtspraak, maar vooral een reductie van zeer complexe en geëscaleerde woonoverlastcasussen. In 2014 gaan we de aanpak op meerdere fronten verstevigen: • We zetten sterker in op het verminderen van weerstand bij gemeenten en corporaties - die om allerlei redenen goede instrumenten zoals buurtbemiddeling niet inzetten – en op het activeren van partijen om die instrumenten in te zetten. • Gemeenten –met name die met minder dan 50.000 inwoners- worden geactiveerd om buurtbemiddeling op te starten. Hiermee kan beginnende woonoverlast doelmatig worden aangepakt: 68% van de burenconflicten wordt opgelost. • We stimuleren buurtbemiddelingsorganisaties om te werken volgens de CCV-kwaliteitscriteria. Dit vergroot de effectiviteit, kwaliteitsborging en continuïteit. • Een top 10 van gemeenten waar woonoverlast een groot probleem is, krijgt een ondersteunende maatwerkbijeenkomst. De top 10 wordt op basis van een analyse samengesteld. • Woonoverlast-casussen worden steeds complexer. Daarom besteedt het CCV aandacht aan de aanpak van woonoverlast die door bijzondere groepen wordt veroorzaakt: • psychisch kwetsbaren en zorgmijders • asocialen en zogenoemde onaantastbaren • We geven meer aandacht aan de inzet (en ontwikkeling) van repressieve aanpakken. • Gedragsaanwijzingen bieden de corporatiewereld een oplossingsgerichte en kostenbesparende aanpak. Samen met de Rijksuniversiteit Groningen en de gemeenten worden proefprojecten Gedragsaanwijzingen gestart bij woningcorporaties. Het CCV monitort de voortgang en stimuleert verdere deelname. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 37/45 • Campagne woonoverlast: om burgers bij de preventie en aanpak van woonoverlast te betrekken, wordt een campagne ontwikkeld. De campagne helpt gemeenten om burgers te informeren over woonoverlast, en hun eigen rol daarin. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Esther Jägers | Contactpersoon CCV: Katja Steverink en Frannie Herder DOEL EN DOELGROEP Doel: Het ondersteunen van gemeenten en professionals in het doelmatig en efficiënt aanpakken van woonoverlast (licht-zwaar / eenvoudig-complex) Doelgroep: De primaire doelgroepen zijn de gemeenten (ambtenaren Openbare Orde en Veiligheid, Handhaving en Toezicht, WMO). Secundair: veiligheidspartners als woningcorporaties, politie, en uitvoeringsorganisaties zoals welzijnsinstellingen en de zorg. Indirect wordt de rechtspraak een doelgroep. Resultaat/effect bij de doelgroep Na onze inzet zijn de partijen geïnformeerd, gestimuleerd en geactiveerd. Zij: • weten welke instrumenten waarom en wanneer kunnen worden ingezet • willen effectiever en efficiënter gaan samenwerken en de juiste instrumenten toepassen • kunnen aan de slag! Na afloop van adviestrajecten en maatwerktrainingen evalueren wij bij de betreffende partijen welke acties zijn ondernomen. In het nazorgtraject kunnen wij eventueel kortdurende begeleiding bieden om het proces te versnellen. PROJECTEN PRODUCTEN EN ACTIVITEITEN 1. Analyse van de lokale woonoverlast, uitkomst: Top 10 van gemeenten. 2. Tien lokale maatwerktrainingen/workshops voor gemeenten/regio’s waar woonoverlast echt een groot probleem is. 3. Evaluatiegesprekken gemeenten n.a.v. maatwerkbijeenkomsten Woonoverlast. 4. Interne rapportage aan VenJ over bevindingen in de Top 10 gemeenten/regio’s. 5. Uitgelicht-bijeenkomst Woonoverlast, voorjaar 2014. 6. Landelijke coördinatie buurtbemiddeling en uitbreiding projecten in 15 gemeenten. 7. Monitoring resultaten buurtbemiddeling (landelijke benchmark), kwaliteitsborging (CCV-erkenning voor 15 organisaties) en doorontwikkeling methodiek (mogelijkheden voor inzet herstelbemiddeling en werkwijze bij (psychisch) kwetsbaren m.b.t. woonoverlast). 8. Webdossier en nieuwsbrieven. NIEUWE PRODUCTEN 9. Proefprojecten gedragsaanwijzing door woningcorporaties. 10. Campagne woonoverlast: materialen voor gemeenten, met als doel het vergroten van burgerbetrokkenheid. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 38/45 PROGRAMMALIJN BURGERPARTICIPATIE ONDERDEEL WIJKINTERVENTIES (WEBDOSSIER WIJKVEILIGHEID) De programmalijn burgerparticipatie richt zich op het versterken van de professional zodat deze beter toegerust is om de burgerbetrokkenheid op lokaal niveau te verhogen. Het webdossier wijkveiligheid met daarbinnen de database wijkinterventies valt onder deze programmalijn. In 2013 lag het accent vooral op het kennis halen en minder het uitdragen daarvan (publicaties Lub en SCP; twee expertmeetings en presentatie netwerkdag CCV). In 2014 leggen we het accent op het uitdragen van de opgedane kennis en op een sterkere verbinding met de praktijk op lokaal niveau. DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Robert Flos | Contactpersoon CCV: Leonie Aarsen DOEL EN DOELGROEP (Wijk) professionals hebben de kennis en vaardigheden opgedaan om een voor hen effectieve wijkinterventie te kiezen en burgerbetrokkenheid op lokaal niveau te stimuleren. PROJECTEN 1. Ophalen, toetsen en beoordelen wijkinterventies Doel: Het ontsluiten van (effectieve c.q. veelbelovende) getoetste interventies om het dagelijks werk van professionals meer op maat te faciliteren en van relevante kennis te voorzien. Resultaat: een actuele database wijkinterventies met de nieuwste ontwikkelingen. Output: • database met minimaal vijf nieuwe aanpakken • de nieuwe aanpakken zijn zo vormgegeven dat snel zichtbaar is wie, wat, waar, waarover en hoe de interventie werkt. • Het webdossier wijkveiligheid sluit duidelijker aan bij de database en is up-to-date. 2. Interactie met professionals [in overleg half februari gereed] Doel: In samenspraak met het veld bieden van overzicht, kennis en praktische handvatten gericht op het toepassen van wijkinterventies en het betrekken van bewoners Resultaat: Kennis is op pro actieve wijze gedeeld met professionals Output: • maximaal twee intervisiebijeenkomsten rondom onderwerpen als burgerparticipatie, wijkinterventies (vraaggericht) • Een Uitgelicht-bijeenkomst waarin praktijkvoorbeelden worden uitgedragen 3. Linken met andere dossiers [in overleg half februari gereed] Doel: Het webdossier wijkveiligheid is up to date en voorzien van relevante onderzoeksresultaten en innovaties op het terrein van burgerbetrokkenheid Resultaat: Het thema burgerbetrokkenheid is goed zichtbaar binnen het webdossier wijkveiligheid Output: • de resultaten uit relevante onderzoeken zijn gepubliceerd, waaronder het onderzoek naar burgerparticipatie in het veiligheidsdomein (opdrachtgever WODC) • het subdossier zelfredzaamheid is bijgehouden • relevante links met andere dossiers (o.a. overlast en veiligheidsbeleving, woonoverlast) zijn geplaatst CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 39/45 PROGRAMMALIJN OVERLAST Overlast is inherent subjectief en om die reden dragen we deze programmalijn in 2014 niet langer specifiek uit onder de naam overlastbeleving, maar brengen het terug naar de term overlast. De vele facetten daarvan – inclusief de beleving – blijven we vanzelfsprekend actief voor het voetlicht brengen. Het accent ligt daarbij enerzijds op het regulier inbedden van het innovatieprogramma overlastbeleving en anderzijds op het pro actief ondersteunen van gemeenten (en partners op het lokale niveau). DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Robert Flos | contactpersonen CCV: Leonie Aarsen DOEL EN DOELGROEP De inzet op overlast is erop gericht kennis te vergroten, praktische handvatten te bieden, de rol van professionals daarin te versterken en het gezamenlijke proces met stakeholders te benutten. De programmalijn is dus gericht op: versterken van professionals en versterken lokale samenwerking om de beleving van bewoners lokaal te beïnvloeden. PROJECTEN 1. Procesbegeleiding Doel: We zorgen lokaal voor meer bewustwording op het thema overlast en we helpen concreet van denken naar doen. We zijn niet alleen qua kennis sterk, maar zorgen ook voor een verandering in houding en gedrag. Het afgelopen jaar hebben we gezien dat de kennis goed overdraagbaar is, maar dat gemeenten vaak niet weten waar te beginnen en opgeslokt worden door de “waan van de dag”. Het helpt als we professionals verder op weg helpen met meer begeleiding op maat. Denk daarbij aan het verzorgen van trainingen, workshops, masterclasses en een bredere procesbegeleiding op maat. De aard van de inzet is uiteraard afhankelijk van de vraag van de gemeente (maatwerk). Resultaat: Inbedding thema overlast in beleid en uitvoering op lokaal niveau. Output [afstemming over exacte aantallen gereed: half februari] • Accountmanagement: om en nabij 10 gemeenten • Procesbegeleiding (beleidsontwikkeling en opstart implementatie): minimaal twee gemeenten • Trainingen/workshops op maat en op congressen; (minimaal drie) 2. Linken met andere dossiers Doel: Het thema overlast integraal verbinden met andere CCV-dossiers. In sommige andere dossiers worden de thema’s wel genoemd, maar een directe link tussen bijvoorbeeld woonoverlast, burgerbetrokkenheid en veiligheidsbeleving ontbreekt nog. We willen in de andere dossiers onze thema’s vaker ‘droppen’ en oplossingen aandragen over wat je met deze thema’s kunt in bijvoorbeeld uitgaansgebieden. Buiten meer aandacht voor overlast- en veiligheidsbeleving in de andere webdossiers moeten ook de projectleiders ervan doordrongen zijn. Ook zij kunnen in hun contacten uitleggen dat het CCV kan helpen bij belevingsproblematiek. Resultaat: Overlast is meer expliciet verbonden met andere veiligheidsdossiers. Output: Via betrokken projectleiders en via een toolkit is het thema overlast in ieder geval bij de volgende dossiers ingebracht: Veiligheidsbeleving, Woonoverlast, Woninginbraken, Wijkveiligheid, Jeugd en Veiligheid, Veilig Uitgaan, Veilig Ondernemen, Geweldsdossiers, Cameratoezicht. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 40/45 3. Toolkit Het innovatieprogramma overlastbeleving is in het 1e kwartaal van 2014 definitief afgerond. De resultaten (onderzoeken en beleidsimplicaties) uit de verschillende pilots moeten ontsloten worden naar de prakrijk en zichtbaar zijn in het webdossier overlast(beleving). Daarnaast blijkt het IAA model voor de praktijk meer een denkrichting, dan een snel en eenvoudig toe te passen instrument. Met een toolkit hopen we alle kennis (en daarmee ook de succesfactoren) meer praktisch toepasbaar maken. Verder is de bijvangst die we halen uit de procesbegeleiding waardevol om te verwerken in de toolkit. Op die manier laat je zien hoe de meer theoretische uitgangspunten hun weg vinden in de praktijk. Doel: professionals daadwerkelijk ondersteunen om (met producten van het CCV) de overlast in al haar facetten aan te pakken. Resultaat: professionals zijn door het gebruik van de toolkit beter in staat overlast aan te pakken (% tevredenheid?) Output: webdossiers met duidelijke handvatten en praktische hulpmiddelen voor lokaal gebruik. 4. Reguliere werkzaamheden Webdossiers onderhouden van Overlast(beleving) (o.a. praktijkvoorbeelden aanvullen, nieuwsberichten, grafieken actualiseren), monitoren website, helpdesk, netwerken etc. 5. Overlastbeleving en zintuigbeïnvloeding Tijdens het innovatieprogramma overlastbeleving is in 2013 een pilot gestart gericht op het toepassen van interventies met belevingsaspecten op station Parkwijk in Almere. Het ging om een meer integrale aanpak, waarbij verschillende partijen (NS, Prorail, gemeente, politie) samen optrekken. De pilot is door gebrekkige onderlinge samenwerking gestagneerd. Voorzetting in 2014 (minimaal inventarisatie van de mogelijkheden) wenselijk. Oorspronkelijke centrale vragen: • Welke effecten veroorzaken deze interventies in de beleving van de reizigers? • In hoeverre zijn de reizigers zich bewust van de aanpassingen op het station en waaraan schrijven reizigers eventueel opgetreden veranderingen in hun beleving toe? De aanpak bestaat uit het verrichten van een voormeting en een nameting. De voormeting is reeds verricht. Aanpassing doel en resultaten na inventarisatie van wenselijke voortzetting en afronding van de pilot. Output: • Sessie met alle betrokkenen om belemmeringen en behoeften in beeld te brengen • Op basis daarvan verdere planvorming PROGRAMMALIJN VEILIGHEIDSBELEVING De programmalijn Veiligheidsbeleving staat in 2014 voornamelijk in het teken van gemeenten lokaal ondersteunen op dit thema. Ook zoekt het CCV meer de verbinding met andere veiligheidsdossiers, zowel intern (met andere CCV-dossiers) als extern (o.a. met politie en OM). DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouder VenJ: Robert Flos | contactpersoon CCV: Sten Meijer CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 41/45 DOEL EN DOELGROEP De inzet op vraagstukken rondom veiligheidsbeleving is erop gericht kennis te vergroten, praktische handvatten te bieden, de rol van professionals daarin te versterken en het gezamenlijke proces met stakeholders te benutten. De programmalijn is dus gericht op: versterken van professionals en versterken lokale samenwerking om gericht de veiligheidsbeleving van bewoners lokaal te beïnvloeden. PROJECTEN 1. Procesbegeleiding Doel: We zorgen lokaal voor meer bewustwording op het thema veiligheidsbeleving en we helpen concreet van denken naar doen. We zijn niet alleen qua kennis sterk, maar zorgen ook voor een verandering in houding en gedrag. Het afgelopen jaar hebben we gezien dat de kennis goed overdraagbaar is, maar dat gemeenten vaak niet weten waar te beginnen en opgeslokt worden door de “waan van de dag”. Het helpt als we professionals verder op weg helpen met meer begeleiding op maat. Denk daarbij aan het verzorgen van trainingen, workshops, masterclasses en een bredere procesbegeleiding op maat. De aard van de inzet is uiteraard afhankelijk van de vraag van de gemeente (maatwerk). Resultaat: Inbedding van veiligheidsbeleving in beleid en uitvoering op lokaal niveau. Output [afstemming over exacte aantallen gereed: half februari] • Accountmanagement: om en nabij tien gemeenten • Procesbegeleiding (beleidsontwikkeling en opstart implementatie): minimaal vijf gemeenten • Trainingen/workshops op maat en op congressen; (minimaal vier) 2. Linken met andere dossiers Doel: Het thema veiligheidsbeleving integraal verbinden met andere CCV-dossiers. In sommige andere dossiers wordt het thema wel genoemd, maar een directe link tussen bijvoorbeeld Veilig Uitgaan en veiligheidsbeleving ontbreekt nog. We willen in de andere dossiers dit thema vaker ‘droppen’ en oplossingen aandragen over wat je met veiligheidsbeleving kunt in bijvoorbeeld uitgaansgebieden. Buiten meer aandacht voor veiligheidsbeleving in de andere webdossiers moeten ook de projectleiders ervan doordrongen zijn. Ook zij kunnen in hun contacten uitleggen dat het CCV kan helpen bij problematische veiligheidsbeleving. Resultaat: Veiligheidsbeleving is meer expliciet verbonden met andere veiligheidsdossiers. Output: Via betrokken projectleiders en via de webdossiers is het thema veiligheidsbeleving bij de volgende CCV-dossiers ingebracht: Woonoverlast, Woninginbraken, Woningovervallen, Wijkveiligheid, Jeugd en Veiligheid, Veilig Uitgaan, Veilig Ondernemen, Geweldsdossiers, Cameratoezicht. 3. Praktische hulpmiddelen Om de actiegerichtheid van het huidige webdossier Veiligheidsbeleving te vergroten kan het nog een concretiseringslag ondergaan. Zo komen er bijvoorbeeld vanuit het innovatieprogramma overlastbeleving tips & tricks vrij (o.a. hoe te communiceren over onveiligheid) die goed bruikbaar zijn om hier te ontsluiten. Ook werkt het CCV in het huidige webdossier Veiligheidsbeleving vraagstukken uit aan de hand van het IAAprocesmodel. Dit willen we in 2014 verder aanvullen met praktische hulpmiddelen. Dit om de actiegerichtheid te vergroten. Denk daarbij aan: checklists, tips & tricks, praktische beleidsadviezen, voorbeeldbrieven en enquêtevragen. Verder is de bijvangst die we halen uit de procesbegeleiding waardevol om te verwerken in het webdossier. Op die manier laat je zien hoe de meer theoretische uitgangspunten hun weg vinden in de praktijk. CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 42/45 Doel: Professionals helpen om gericht aan de slag gaan (met producten van het CCV) om zo de veiligheidsbeleving te beïnvloeden (houding en gedragsverandering) Resultaat: professionals zijn door de inzet van de hulpmiddelen beter in staat om de veiligheidsbeleving te verbeteren. Output: webdossier met duidelijke handvatten en praktische hulpmiddelen voor lokaal gebruik. De CCVprojectleider stimuleert het gebruik van deze hulpmiddelen in het contact met gemeenten. 4. Reguliere werkzaamheden Webdossiers onderhouden Veiligheidsbeleving en Zintuigbeïnvloeding (o.a. praktijkvoorbeelden aanvullen, nieuwsberichten, grafieken actualiseren), monitoren website, helpdesk, netwerken etc. 5. Veiligheidsbeleving in het publieke, private en semi-publieke domein Veiligheidsbeleving is niet alleen een thema dat gemeenten raakt. Ook andere organisaties, bedrijven en instellingen hebben te maken met (on)veiligheidsbeleving. Het OM is nu bijvoorbeeld zoekende hoe ze veiligheidsbeleving meer in hun werkzaamheden kunnen inpassen. Evident is dat ook binnen het politiewerk de beleving van veiligheid een onderdeel is. Vanuit het private domein gaat het voornamelijk om ondernemers (en hun personeel) die onveiligheidbeleving ervaren rondom winkelgebieden, uitgaansgebieden en bedrijventerreinen. Wat speelt er bijvoorbeeld bij ondernemers en hun personeel en waarmee zijn ze geholpen? Om deze vraag te beantwoorden maken we gebruik van de kennis en het netwerk van de KVOadviseurs en de projectleider Veilig Uitgaan. Binnen dit deelproject van de programmalijn Veiligheidsbeleving gaat het voornamelijk om het zorgen voor meer bewustwording op dit thema. Richting politie en het OM gaat het er vooral om dat het CCV haar netwerkfunctie versterkt door stevigere contacten aan te gaan als het om veiligheidsbeleving gaat. Een mooi effect zou kunnen zijn dat door meer bewustwording dit thema meer geborgd wordt in de werkzaamheden van deze organisaties. Doel: Verkennen in hoeverre het thema veiligheidsbeleving steviger geagendeerd kan worden bij de genoemde partijen. Resultaat: Dergelijke partijen weten wat veiligheidsbeleving inhoudt (bewustwording) en maken concrete plannen om dit borgen in hun werkzaamheden. Output: • Sessie (intern) met KVO adviseurs en de projectleider Veilig Uitgaan. • Idem met afgevaardigden van het OM en politie • Op basis daarvan verdere planvorming bepalen. PROGRAMMALIJN EVENEMENTEN DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Anna Linmans (evenementen), Jasper Weitering (voetbal en veiligheid), Ebru Bozkurt (jaarwisseling en schade verhalen bestuurlijk), Paul de Heer (schade verhalen juridisch) en Marloes Stokkel (Wet MBVEO) | Contactpersoon CCV: Nicolien van den Brom DOEL EN DOELGROEP Succesvol informeren en (laten) adviseren van professionals (lokaal, regionaal, landelijk) over: • ontwikkelingen in het land t.a.v. de inzet van bestuurlijk instrumentarium en in het bijzonder de Wet MBVEO; CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 43/45 • effectieve en efficiënte preventie van onveiligheid tijdens evenementen (waaronder de jaarwisseling) door kennis en ervaringen te (laten) delen. De doelgroep bestaat uit ambtenaren OOV (al dan niet juridisch) bij met name gemeenten, belast met de genoemde onderwerpen. PROJECTEN • Creëren van een digitale Keuzewijzer Evenementenveiligheid, zoals de digitale handreiking ‘Aanpak verstoringen openbare orde’. Deze wijzer wordt gevuld met casussen van diverse soorten evenementen die per soort eenzelfde opbouw qua informatievoorziening (o.a. vergunning aangevraagd of afgewezen, partners) hebben. De gemeenten die casussen aanleveren, zijn tevens beschikbaar als contactpersoon voor de lezer om uitleg te geven over het betreffende evenement. Adviesbureau KCEV zal de inhoud verzamelen en beschrijven, het CCV coördineert het proces en zorgt voor totstandkoming van de Keuzewijzer. • Beheer en actualisatie van het webdossier evenementenveiligheid. Tevens actief communiceren binnen de doelgroep over de uitkomsten van de evaluatie van de Handreiking Evenementenveiligheid die in december 2013 is gedaan. • Inventarisatie: Nabellen van gemeenten die in december 2013 aangaven behoefte te hebben aan bijeenkomsten over een Leidraad voor het WK voetbal. Het is niet de bedoeling bijeenkomsten te organiseren, maar wel om te achterhalen waarmee zij zijn geholpen? • I.s.m. NCC gemeenten actief informeren wanneer de Leidraad beschikbaar is en communiceren over bijeenkomsten die georganiseerd worden door o.a. de politie over dit onderwerp; gemeenten uitnodigen om aan te schuiven. Het CCV heeft hier een rol als verbinder (gemeenten aan andere partijen)en informeren. • Beheer en actualisatie van het webdossier voetbal en veiligheid. • Beheer en actualisatie van het webdossier jaarwisseling. • Beheer en actualisatie van het webdossier schadeverhalen. PROGRAMMALIJN SECONDANT DOSSIERHOUDER VENJ EN CONTACTPERSOON CCV Dossierhouders VenJ: Marieke Veelders en Sabrina van Miltenburg | Contactpersonen CCV: Lynsey Dubbeld en Alfred Hakkert DOEL EN DOELGROEP Algemene doelstelling: Doel van tijdschrift Secondant is om veiligheidsprofessionals te ondersteunen bij de keuze voor effectieve interventies. Dit gebeurt door best practices en veelbelovende aanpakken te beschrijven, en door actuele ontwikkelingen in het (internationale) veiligheidsveld te belichten. Specifieke doelen: Kennis: informeren, ondersteunen, signaleren Houding: agenderen, verbinden Doelgroepen (primair): Overheid Politie Bedrijfsleven CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 44/45 PROJECTEN • Secondant e-magazine, vier keer per jaar. In april 2014 startend als digitale editie van de printuiting, die in 2014 verder wordt doorontwikkeld tot een volwaardig, innovatief e-magazine. • Secondant interactief online platform, online en structureel actueel m.i.v. april 2014, en fungerend ter ondersteuning en aanvulling van het e-magazine. • Het huidige abonneebestand en potentiële abonnees onder veiligheidsprofessionals interesseren voor het e-magazine en online platform, zodat zij de diensten van Secondant voortaan digitaal afnemen. BIJLAGE CCV-Programmering 2014 versie 31 januari 2014 pagina 45/45
© Copyright 2024 ExpyDoc