Openbare Scholengemeenschap voor HAVO, MAVO en VMBO-KB/BB Examenreglement Schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave Voorwoord Examenreglement 1 Schoolexamens 2 School specifieke onderdelen 3 Inzage in vorderingen van de leerling 3.1 Akkoordverklaring 4 Schoolexamens 4.1. Mondelinge schoolexamens 4.2. Schriftelijke schoolexamens met gesloten en /of open vragen 4.3 Praktische opdrachten / werkstukken / handelingsopdrachten 5 Sector- / profielwerkstuk 5.1 Sectorwerkstuk 5.2 Profielwerkstuk 6 Kijk- en luisterschoolexamen 7 Stage 8 Pakketwijziging 9 Beheer 9.1 Examendossier 9.2 Centraal Examen 10 Regeling schoolexamens 10.1 Afsluitende- /schoolexamensweek 11 Ziekte / afwezigheid tijdens een schoolexamen 11.1 Ziek / onwel worden tijdens een schoolexamen 11.2 Geldige redenen van absentie 11.3 Ongeldige redenen van absentie 12 Herkansen van schoolexamens 12.1 Bijzondere herkansingen 13 Afwijkende wijze van examineren 13.1 Gehandicapte kandidaat 13.2 Dyslectische kandidaat 13.3 Kandidaat waarvan Nederlands niet de moedertaal is. 14 Vrijstelling Lichamelijke Opvoeding 14.1 Blessure of ziekte 14.2 Topsporters 15 Vrijstellingen bij doubleren of niet slagen 16 Regeling Topsport 17 Toelating tot het examen in het voorlaatste leerjaar 18 Afronding cijfers 18.1 Combinatiecijfer 19 Overgangsnormen / doorstroom 19.1 Aanvullende informatie 20 Zevende vak in 4e klas MAVO 21 Zij-instroom 22 Centraal Examen 22.1 Gang van zaken tijdens het centraal examen (schriftelijk) 22.2 Gang van zaken tijdens het centraal examen (digitaal) 22.3 Bijzondere omstandigheden 23 Vaststelling uitslag 23.1 HAVO 23.2 MAVO 23.3 VMBO 23.4 Extra examenvak 24 Afgewezen kandidaten 24.1 Afgewezen kandidaten aan de eigen school 24.2 Afgewezen kandidaten die uitbesteed worden aan het VAVO (volwassenonderwijs) 24.3 Doubleren / zakken 25 Herkansingsregeling voor het Centraal examen 25.1 Aandachtspunten bij het herkansen van het CSPE 26 Onregelmatigheden 27 Diploma, getuigschrift en cijferlijst 28 Examensecretaris/examencommissie 29 Geheimhouding 30 Slotbepalingen 31 Klacht en beroep Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3: Bijlage 4: Bijlage 5: Bijlage 6: Bijlage 7: Bijlage 8: Jaarplanning Rooster tijdvak 1 Centraal Examen MAVO en HAVO. Hulpmiddelen bij de examens HAVO, MAVO en VMBO van de algemeen vormende vakken Welke mogelijkheden hebben Topsport Talentscholen om optimaal ruimte te maken in hun curriculum ten behoeve van geïndiceerde sporttalenten? Gang van zaken tijdens het centraal examen (schriftelijk) Gang van zaken tijdens het centraal examen (digitaal) Handelingsdeel Samenstelling examencommissie 3 Voorwoord Beste examenleerling (kandidaat) en belangstellende, Het examenreglement en het programma van toetsing en afsluiting (PTA) zijn belangrijke documenten. In deze documenten staat beschreven hoe het examen op Echnaton is geregeld. Aangegeven wordt waaraan de kandidaat , maar ook waaraan docenten zich hebben te houden. Daarnaast geeft het PTA in hoofdlijnen aan welke stof je moet beheersen voor het schoolexamen. In de schoolgids van Echnaton is de volgende tekst te vinden: Op Echnaton staat het leren van de leerling centraal. Dat betekent op de eerste plaats dat we willen dat de leerling een diploma haalt. Met ons onderwijs brengen we de vakkennis en de vakvaardigheden van de leerlingen op het daarvoor benodigde niveau. Maar leren voor een diploma alléén vinden wij niet genoeg. We willen ook dat onze leerlingen zich als mens verder ontwikkelen. Zicht krijgen op de eigen mogelijkheden, het ontwikkelen van zelfvertrouwen, kunnen samenwerken, elkaar respecteren, zelfstandig kunnen handelen en verantwoordelijkheid durven nemen vinden wij daarbij erg belangrijk. Het onderwijs is dan ook zó ingericht dat leerlingen hierin verder kunnen groeien. Ook vinden we het erg belangrijk dat leerlingen zich bewust worden van het belang van een gezonde levensstijl. Met alle sportactiviteiten op Echnaton valt er dan ook letterlijk veel te bewegen! Samen met de kandidaat hebben we op Echnaton, in goede samenspraak met de ouders, hard gewerkt aan de ontwikkeling van de leerling. Het moment om het grote doel te bereiken, het behalen van een diploma, is aangebroken. Natuurlijk blijven we ook doorwerken aan die andere doelen, de totale examenperiode duurt tenslotte twee jaar. Genoeg tijd voor een bredere ontwikkeling. Aan de training van sociale vaardigheden, gezonde leefstijl en sport zullen wij ook de laatste twee jaren op Echnaton veel aandacht besteden. Het examenreglement en het PTA geven veel informatie. Bijvoorbeeld over welke stof de schoolexamens in een bepaalde periode gaan, wanneer is de kandidaat wel of niet geslaagd, hoe is het herkansen van schoolexamens geregeld, zijn vrijstellingen te verkrijgen of kunnen er extra vakken worden gedaan en nog veel meer. Veel regels, maar het belangrijkste is natuurlijk dat ook de examentijd een leuke tijd is. Uiteraard zal er een gezonde spanning bij komen kijken. Het team van docenten en vooral de mentor is er om de kandidaat te begeleiden. Mocht de kandidaat er met hen niet uitkomen, dan kan teruggevallen worden op dit reglement en het PTA. En mocht dit geheel dan nog geen duidelijkheid geven dan zal de examencommissie een beslissing nemen. Zo is het formeel geregeld, maar graag kom ik terug op het hebben van een leuke examentijd en dan met het resultaat een diploma en, als het even kan, een schitterende cijferlijst, samen met alle vaardigheden die je op Echnaton hebt opgedaan een goede basis voor de toekomst! Heel veel succes, Jannie Bakker, rector 4 Examenreglement In het examenreglement zijn afspraken te vinden rond de (school)examens en de Tweede Fase. Het PTA wordt jaarlijks per cohort (examenperiode van 2 jaar) opgesteld. Voor 1 oktober is het examenreglement en het PTA (Programma van Toetsing en Afsluiting) op de website van Echnaton, www.echnaton.nl, in te zien. In het PTA is informatie te vinden over wanneer onderdelen van het schoolexamen (SE) plaats vinden, welke leerstof wanneer wordt getoetst en hoeveel en wanneer praktische opdrachten voor een vak moeten worden uitgevoerd. Het examen wordt geregeld in het Eindexamenbesluit VWO-HAVO-MAVO-VBO. Dit besluit is door het ministerie van OCW opgesteld en de school is gebonden aan deze regelgeving. In geval van strijdigheid van het examenreglement en/of het PTA met het examenbesluit van het ministerie, is het laatste bepalend. De rector beslist in alle gevallen waarin het examenreglement niet voorziet. 1 Schoolexamens De schoolexamens worden afgenomen in de laatste twee leerjaren van de leerstroom, de examenjaren. Dit zijn voor de VMBO en MAVO leerjaar 3 en 4 en voor de HAVO leerjaar 4 en 5. Een schoolexamen kan op de volgende manieren worden afgenomen: mondelinge schoolexamens schriftelijke schoolexamens met gesloten en /of open vragen praktische opdrachten werkstukken handelingsopdracht(en) Alle schoolexamens kennen een duidelijk beoordelingskader dat de leerlingen bij of voorafgaand aan het schoolexamen of opdracht bekend wordt gemaakt en worden volgens het voor het vak geldende PTA uitgevoerd. Bepaalde schoolexamens kunnen als groepsopdracht aangeboden worden. 2 School specifieke onderdelen Om uiteindelijk tot het laatste examenjaar toegelaten te kunnen worden moet aan twee voorwaarden worden voldaan: de overgangsnorm de eisen die gesteld worden aan de school specifieke onderdelen Wat zijn de school specifieke onderdelen? Voor de derde klas VMBO: de stage de eisen die gesteld worden tijdens het LOB-programma de eisen die worden gesteld tijdens de studielessen Voor de derde klas MAVO: de eisen die gesteld worden tijdens het LOB-programma de eisen die gesteld worden tijdens de studielessen Voor de vierde klas HAVO: de eisen die gesteld worden tijdens het LOB-programma de eisen die gesteld worden tijdens de studielessen 5 3 Inzage in vorderingen van de leerling De resultaten van de leerling worden opgenomen in een cijferlijst. De wegingen van de schoolexamens zijn te vinden in de PTA’s van de vakken. Zowel ouders als leerling hebben via web portaal inzage in de cijferlijst. Aan deze gegevens kunnen geen rechten worden verleend. Ieder werk van het schoolexamen wordt in de klas besproken. Nadat het besproken is wordt het werk tot een half jaar na de diploma-uitreiking bewaard op school. De mentor houdt van de school specifieke onderdelen een aftekenlijst bij en bespreekt deze regelmatig met leerling en ouders. 3.1 Akkoordverklaring Voordat de leerlingen door de school worden aangemeld voor het CSE krijgen de leerlingen de cijferlijst van het SE voorgelegd met een akkoordverklaring. Mochten cijfers, zoals gepubliceerd in het web portaal, niet kloppen, dan is het het beste zo snel mogelijk te reageren. De akkoordverklaring is de laatste mogelijkheid. Indien wordt “vergeten” de akkoordverklaring in te leveren, dan gaat de school uit van een akkoord, daar de kandidaat anders niet opgegeven kan worden voor het CSE. Bij opgeven voor het CSE staat het cijfer van het SE vast. Hier kan geen verandering meer in aangebracht worden. 6 4 Schoolexamens De inhoud van de schoolexamens is vastgelegd in het PTA. Ook de mate waarin een schoolexamen meetelt bij de totstandkoming van het schoolexamencijfer staat in het PTA. Van alle schoolexamens is het de leerling duidelijk hoe de beoordeling plaatsvindt. Dit wordt vooraf schriftelijk bij de leerling bekend gemaakt of staat vermeld bij het schoolexamen. 4.1. Mondelinge schoolexamens Mondelinge schoolexamens worden door de leraar/examinator afgenomen. Bij deze schoolexamens is een bijzitter aanwezig of het schoolexamen wordt met opnameapparatuur vastgelegd. Een mondeling schoolexamen is herkansbaar, mits in het PTA is opgenomen dat het schoolexamen niet herkansbaar is. 4.2. Schriftelijke schoolexamens met gesloten en /of open vragen Bij schriftelijke schoolexamens staat bij de opgaven het maximaal aantal punten vermeld dat bij goed maken van de opdracht wordt verkregen. Bij het schoolexamen staat ook het totale aantal punten vermeld. 4.3 Praktische opdrachten / werkstukken / handelingsopdrachten Praktische opdrachten zijn verwerkingsopdrachten waarin vaardigheden getoetst worden. Bij een praktische opdracht worden de eisen van de opdracht, de periode waarin aan de opdracht moet worden voldaan, de hulpmiddelen die bij het maken van de opdracht mogen worden gebruikt, de presentatievorm en de wijze van beoordeling vermeld. In de HAVO staat bij een praktische opdracht vermeld hoeveel studielasturen de kandidaat aan de opdracht moet besteden. Bij het inleveren van een werkstuk of andere opdracht geeft de docent een bewijs van ontvangst aan de leerling. Mocht de kandidaat een opdracht of werkstuk te laat inleveren dan kan, indien vermeld in het beoordelingsmodel, een aftrek van een halve punt per twee werkdagen plaatsvinden. Ook kan de leerling een herkansingsvoucher inzetten om 10 werkdagen uitstel te krijgen. Dit kan de leerling hooguit tweemaal per schooljaar doen. Zie hiertoe hoofdstuk 12, het herkansen van schoolexamens. Een praktische opdracht, werkstuk of handelingsopdracht is herkansbaar, mits in het PTA is opgenomen dat de opdracht of het werkstuk niet herkansbaar is. De herkansing geldt als reguliere herkansing waarvoor een voucher moet worden ingeleverd. Over inhoud, vorm en beoordeling van de herkansing maakt de leerling afspraken met de vakdocent. De afspraken worden schriftelijk vastgelegd en in het examendossier bewaard. Tot de afspraken behoort ook het bepalen van de uiterste inleverdatum van de herkansing. 7 5 Sector- / profielwerkstuk In MAVO-4 maken de leerlingen een sectorwerkstuk, in HAVO-4/5 een profielwerkstuk. Het onderwerp van het sector- / profielwerkstuk wordt in samenspraak tussen de mentor en de leerling bepaald. Voor het sector- en het profielwerkstuk is een beoordelingsprotocol opgesteld. De mentor geeft leerlingen en ouders inzage in het beoordelingsprotocol. Zie voor regelingen en meer informatie het boekje sectorwerkstuk dan wel profielwerkstuk. Dit boekje is te vinden op de afdeling. 5.1 Sectorwerkstuk Het sectorwerkstuk is eigenlijk een grote praktische opdracht. Het verzamelen, onderzoeken en verwerken van informatie zijn hierin belangrijke elementen. De inhoud van een sectorwerkstuk moet aansluiten bij de sector waarin de leerling het examen aflegt. Het sectorwerkstuk kan beoordeeld worden met goed, voldoende of onvoldoende. Voor het behalen van het diploma moet het sectorwerkstuk minimaal voldoende zijn afgesloten. 5.2 Profielwerkstuk Ook het profielwerkstuk is in feite een grote praktische opdracht. Het verzamelen en verwerken van informatie, het onderzoeken en/of ontwerpen en het oplossen van problemen zijn hierin belangrijke elementen. Het onderwerp van het profielwerkstuk moet aansluiten bij een van de grote vakken, tenminste 320 uren studielast, uit het vakkenpakket van de leerling. Elementen uit andere vakken mogen terug te vinden zijn in het profielwerkstuk. Het profielwerkstuk heeft een studielast van 80 klokuren. Het profielwerkstuk maakt deel uit van het combinatiecijfer, zie hiervoor paragraaf 18.1 6 Kijk- en luisterschoolexamen De kijk- en luisterschoolexamens voor het vak Nederlands en de moderne vreemde talen (Engels, Frans en Duits) vinden in alle leerwegen in het laatste examenjaar plaats. 7 Stage De leerlingen van de derde- en vierdeklas VMBO-KB/BB lopen stage. De stage telt mee bij het beroepsgerichte vak Intersectorale vaardigheden. Beoordeling van de stage vindt plaats middels een stagebeoordelingsprotocol. Dit protocol is op de afdeling in te zien. 8 Pakketwijziging Indien er zwaarwichtige redenen zijn, dit ter beoordeling van de teamleider, dan kan een leerling in de eerste maand van het eerste examenjaar nog iets in zijn pakket wijzigen. De kandidaat moet hiertoe overleg voeren met de mentor, waarna een aanvraag tot wijziging van het pakket bij de teamleider wordt ingediend. Deze beslist uiteindelijk of de wijziging wordt toegestaan, waarbij naast onderwijskundige aspecten ook de groepsgrootte van de betreffende lesgroep en roostertechnische aspecten een rol spelen. 8 9 Beheer 9.1 Examendossier Het examendossier bestaat uit alle schoolexamens, praktische opdrachten, werkstukken, handelingsdelen en, zo van toepassing, het sector- dan wel profielwerkstuk. Ook eventuele herkansingen behoren tot het examendossier. Voor verzending van de gegevens van het examendossier aan de inspectie, het moment van sluiten van het examendossier, ontvangt de kandidaat een akkoordverklaring. De kandidaat kan alleen deelnemen aan het Centraal Examen (CE) indien het schoolexamen (SE) in goede orde is afgerond. Dit wil zeggen dat aan alle verplichtingen volgens het eindexamenbesluit is voldaan: - het sectorwerkstuk (MAVO) moet beoordeeld zijn met “voldoende” of “goed”, - Kunstvakken 1 / CKV en lichamelijke opvoeding moeten zijn beoordeeld met “voldoende” of “goed”, waarvan kunstvakken 1 / CKV al in het voorlaatste examenjaar, en - de praktische opdrachten en schoolexamens van de overige vakken uit het algemene gedeelte, het sectordeel en het vrije deel, als aangegeven in het PTA, moeten zijn afgelegd en een eindcijfer hebben gekregen, en - de handelingsdelen van de door de kandidaat gevolgde vakken moeten “naar behoren” zijn afgerond. De docent bewaart tot een half jaar na de uitslag een exemplaar van de schoolexamens, het correctiemodel, de cijfers en beoordeling van alle voor het examendossier meetellende schoolexamens, praktische opdrachten, werkstukken en het sector- / profielwerkstuk. De leerling is zelf verantwoordelijk voor het bewaren van het door hem gemaakte werk. Ook is de leerling, indien van toepassing, verantwoordelijk voor het bijhouden van een kunst-, literatuur en schrijfdossier. Indien de kandidaat een of meer van deze nog te beoordelen onderdelen niet kan overleggen, dan worden deze onderdelen als niet voltooid beschouwd. 9.2 Centraal Examen De leerlingen van de HAVO, de MAVO maken het Centraal Examen schiftelijk. De werken worden tot een half jaar na de uitslag bewaard en zijn in te zien bij het examensecretariaat. Daarna worden ze vernietigd. 9 10 Regeling schoolexamens Alle periodes kennen een afsluitende-/schoolexamenweek. De periodes met de afsluitende/schoolexamenweek zijn vastgelegd in de jaarplanning (bijlage 1). Schoolexamens zullen overwegend in deze week worden afgenomen. Voor deze week wordt een schoolexamenrooster opgesteld. Het is echter ook mogelijk dat tijdens de periode schoolexamens worden afgenomen. Het moment van deze schoolexamens wordt in overleg tussen de klas en de docent vastgelegd. Deelname aan de schoolexamens is verplicht. De resultaten van de gemaakte schoolexamens zijn uiterlijk na 10 werkdagen bekend. Een schoolexamen begint bij aanvang van het lesuur, verlenging van tijd voor een schoolexamen vindt plaats aan het einde van het schoolexamen: -bij schoolexamens van 45/60 minuten is de tijd van verlenging 15 minuten, -bij schoolexamens van 90/120 minuten is de tijd van verlenging 30 minuten. -bij schoolexamens van 150/180 minuten is de tijd van verlenging 30 minuten. Alle leerlingen blijven gedurende de gehele reguliere schoolexamentijd in het lokaal. Leerlingen met recht op verlenging zitten voor in het lokaal, zodat zij zo min mogelijk last hebben van de vertrekkende leerlingen. Het gebruik van een eigen laptop bij een schoolexamen is niet toegestaan. Zo nodig wordt een laptop met USB-stick door de school geregeld. Het schoolexamen dient direct na het maken uitgeprint te worden. Een leerling die te laat komt, wordt tot een kwartier na aanvang van het schoolexamen toegelaten, maar moet het schoolexamen wel op het gebruikelijke moment inleveren. Tijdens een schoolexamen is het verlaten van het klaslokaal niet toegestaan. Slechts bij hoge uitzondering kan hiervan worden afgeweken. Tijdens een schoolexamen mogen de leerlingen alleen die hulpmiddelen op tafel hebben die ze bij het centrale examen ook mogen gebruiken, zie bijlage Regeling hulpmiddelen CE (bijlage 5). 10.1 Afsluitende- /schoolexamenweek De schoolexamens vinden plaats op vijf aaneengesloten schooldagen, maximaal drie schoolexamens per dag. Individuele- of groepsgewijze mondelinge schoolexamens vallen buiten deze regeling. Tijdens deze week kunnen er ook lessen gegeven worden of andere activiteiten worden georganiseerd. 10 11 Ziekte / afwezigheid tijdens een schoolexamen 11.1 Ziek / onwel worden tijdens een schoolexamen Mocht een kandidaat tijdens een schoolexamen ziek / onwel worden, of om andere redenen het examenlokaal moeten verlaten, dan wordt het schoolexamen als gemaakt gezien. 11.2 Geldige redenen van absentie Mocht een kandidaat verhinderd zijn aanwezig te zijn bij een schoolexamen, dan brengt de ouder, voorafgaand aan het schoolexamen, de school via web portaal of telefonisch op de hoogte. Bij telefonische melding moet, zodra de leerling weer naar school gaat schriftelijke bevestiging plaatsvinden (inleveren bij de receptie). Geldige redenen van afwezigheid zijn: ziekte of bijzondere omstandigheden als sterfgevallen en chronische ziekte (een medische verklaring is in dit geval op school aanwezig). Ook een topsport-/talentactiviteit en selectie dag voor een opleiding is een geldige reden voor afwezigheid tijdens een schoolexamen. In deze gevallen heeft de topsportcoördinator of teamleider vooraf goedkeuring verleend. Uitzonderlijke redenen die niet benoemd zijn, zijn ter beoordeling aan de teamleider. Indien een kandidaat met geldige reden een schoolexamen heeft gemist, dan heeft de leerling recht op het inhalen van het schoolexamen. Inhalen van een schoolexamen vindt plaats in samenspraak tussen leerling, docent en/ of teamleider. Voor het inhalen van een schoolexamen hoeft geen voucher in gezet te worden. 11.3 Ongeldige redenen van absentie Zie het hoofdstuk onregelmatigheden. 11 12 Herkansen van schoolexamens Alle schriftelijke schoolexamens zijn eenmaal herkansbaar. Ook mondelinge schoolexamens, praktische opdrachten, werkstukken en handelingsopdrachten (zie bijlage 7) kunnen herkansbaar zijn, zie hoofdstuk schoolexamens. Bij herkansen geldt het hoogst behaalde cijfer. De kandidaten HAVO, MAVO, KBL en BBL krijgen allen in het begin van het voorlaatste examenjaar per periode één voucher. Iedere periode kunnen maximaal 2 vouchers worden ingezet. Van de vouchers kunnen hooguit per periode in het laatste examenjaar 2 vouchers meegenomen worden. In de periode na de afsluitende-/schoolexamenweek organiseert de afdeling herkansingen. Alle reeds gemaakte schoolexamens zijn op dit moment herkansbaar. Maximaal twee herkansingen kunnen worden gedaan. Voor het maken van een herkansing moet de kandidaat een week voor het afnemen van de toets een voucher inzetten/inleveren bij het examensecretariaat/leerlingenadministratie. De voucher moet medeondertekend zijn door één van de ouders. De vouchers worden op naam en genummerd uitgegeven en na inleveren in een dossier bewaard. Ook kan met het inzetten van een voucher verlenging van tijd voor het inleveren van een werkstuk worden verkregen, zie hoofdstuk schoolexamens. Aanvullende informatie voor leerlingen van de BK-Bovenbouw: Als een leerling aangeeft te willen herkansen leidt dat tot een wederzijdse verplichting tussen vakdocent en leerling. De verplichting bestaat eruit dat leerling met zijn docent, voorafgaand aan de herkansing, een afspraak maakt (buiten de reguliere lessen om) om de te herkansen stof door te spreken. Het nakomen van de afspraak en een actieve deelname van de leerling aan de “bijles” is voorwaardelijk om te mogen herkansen 12.1 Bijzondere herkansingen Voor Maatschappijleer 1 (VMBO) wordt een herkansing over de gehele herkansbare lesstof gehouden in de eerste periode van het laatste examenjaar. Het vak Ma1 telt mee in de uitslagregeling van het examen. Indien KV1/CKV in het voorlaatste examenjaar onvoldoende wordt afgesloten, dan krijgt de leerling in de eerste periode van het laatste examenjaar extra opdrachten om dit resultaat te verbeteren. KV1/CKV wordt afgesloten in het voorlaatste examenjaar. Indien LO in het voorlaatste examenjaar onvoldoende wordt afgesloten, dan krijgt de leerling in de eerste periode van het laatste examenjaar extra opdrachten om een betere basis te verkrijgen om het vak over beide examenjaren voldoende af te sluiten. Voor al deze vormen van de bijzondere herkansingen moeten vouchers ingezet worden. Uiteraard geldt altijd dat het hoogst behaalde cijfer meetelt voor de bepaling van het eindcijfer van het schoolexamen. 12 13 Afwijkende wijze van examineren 13.1 Gehandicapte kandidaat De rector kan op grond van ter zake deskundige opgestelde deskundigenverklaring (bij een kandidaat met een objectief waarneembare handicap is dit niet nodig), toestaan dat een lichamelijk of geestelijk gehandicapte kandidaat het eindexamen geheel of gedeeltelijk aflegt op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van de kandidaat. In dat geval bepaalt de rector de wijze waarop het examen wordt afgelegd en doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de inspectie. Dit beperkt zich tot de verlenging van tijd zoals in het hoofdstuk 10 Regeling schoolexamens is weergegeven. Een andere aanpassing kan slechts worden toegestaan voor zover daartoe in genoemde deskundigenverklaring ten aanzien van betrokkene een voorstel wordt gedaan dan wel indien de aanpassing aansluit bij de begeleidingsadviezen, vermeld in die deskundigenverklaring. 13.2 Dyslectische kandidaat Deze regeling geldt ook voor de afwijkende wijze van examineren van een dyslectische kandidaat. Voor dyslectici bestaan bij de theorie-examens van de VMBO-leerlingen speciale versies. De dyslecten onder de HAVO- en Mavoleerlingen krijgen tijdig van school het verzoek aan te geven van welke van de mogelijke faciliteiten zij gebruik willen maken bij de theorie-examens. 13.3 Kandidaat waarvan Nederlands niet de moedertaal is. De rector kan een kandidaat, met onvoldoende beheersing van de Nederlandse taal, die, inclusief het jaar waarin examen wordt afgelegd, ten hoogste zes jaren in Nederland onderwijs heeft gevolgd en voor wie Nederlands niet de moedertaal is, verlenging van tijd verlenen in overeenstemming met weergegeven in het hoofdstuk 10 Regeling schoolexamens. 14 Vrijstelling Lichamelijke Opvoeding 14.1 Blessure of ziekte Als een leerling vanwege een langdurige blessure of ziekte niet kan deelnemen aan de lessen lichamelijke opvoeding dan kan een vrijstelling voor het volgen van deze lessen aangevraagd worden bij de rector van de school. Een medische verklaring moet hierbij worden overlegd. Indien vrijstelling wordt verleend dan dient de kandidaat in overleg met de vakdocent een vervangende opdracht te maken. 14.2 Topsporters Zie bijlage 6: Welke mogelijkheden hebben Topsport Talentscholen om optimaal ruimte te maken in hun curriculum ten behoeve van geïndiceerde sporttalenten? 15 Vrijstellingen bij doubleren of niet slagen Bij doubleren in het voorlaatste examenjaar of niet slagen voor het examen, komen bij overdoen alle resultaten van het betreffende jaar te vervallen met uitzondering van KV1/CKV, Ma1 en het sector-/profielwerkstuk, indien eerder met een voldoende afgelegd. 16 Regeling Topsport Echnaton is een TopsportTalentschool, voorheen LOOT-school. Dit betekent dat de school met de topsporter regelingen kan maken betreffende te volgen vakken en schoolloopbaan. In bijlage 4, Welke mogelijkheden hebben Topsport Talentscholen om optimaal ruimte te maken in hun curriculum ten behoeve van geïndiceerde sporttalenten?, staan de mogelijkheden omschreven. 13 17 Toelating tot het examen in het voorlaatste leerjaar Om toestemming te krijgen om vervroegd examen te doen dient de leerling een verzoek in bij de rector. De rector bekijkt per individu of het verzoek wordt gehonoreerd. 18 Afronding cijfers Het eindcijfer van de vakken die alleen een schoolexamen hebben, moet worden uitgedrukt in een geheel getal tussen de 1 en de 10. Hiertoe vindt, zo nodig, rekenkundige afronding plaats, dat wil zeggen dat 5,49 een 5 wordt en 5,50 een 6. Bij vakken met zowel schoolexamen als centraal examen worden beide onderdelen op één decimaal afgerond, waarna het eindcijfer wordt uitgedrukt in een geheel getal tussen de 1 en de 10. Ook hier vindt, zo nodig, rekenkundig afronding plaats. 18.1 Combinatiecijfer In de Tweede Fase geldt het combinatiecijfer. Het wordt op het HAVO samengesteld uit de cijfers voor het profielwerkstuk en maatschappijleer. De ondergrens voor de afzonderlijke vakken is 4. De eindcijfers, dus de afgeronde cijfers, worden gemiddeld. Het combinatiecijfer zelf wordt ook afgerond. Het telt mee als één cijfer in de zak/slaag-regeling en kan dus ook eventuele onvoldoendes compenseren. Ook de vakken waaruit het combinatiecijfer bestaat komen op de eindlijst te staan. 19 Overgangsnormen / doorstroom De overgangsnormen om van voorlaatste naar laatste examenjaar te worden bevorderd worden bij de eerste ouderavond in het voorlaatste examenjaar aan de leerlingen en ouders uitgereikt. Bij deze gelegenheid krijgen de leerlingen van MAVO-3 ook de doorstroomnormen naar de HAVO. 19.1 Aanvullende informatie Alle vakken moeten aan het einde van de laatste periode van het voorlaatste examenjaar “af” zijn, het is niet toegestaan met niet ingevulde plekken in de cijferlijst verder te gaan in het laatste examenjaar. Het overgangscijfer van maatschappijleer 1 is bij MAVO en VMBO tevens het eindexamencijfer voor dit vak. Het cijfer telt mee voor de overgang en bij het bepalen of je geslaagd bent. Bij de MAVO worden de overgangscijfers van de niet gekozen examenvakken opgenomen in het examendossier. Alle leerlingen die niet aan de overgangsregels voldoen, worden in de rapportvergadering besproken. Als de prestaties onvoldoende zijn kan de vergadering besluiten niet te bevorderen naar het laatste leerjaar. In sommige gevallen kan het beter zijn om het jaar nog een keer over te doen. In sommige gevallen is het misschien beter dat op een lager niveau doorgewerkt gaat worden. Ook is het mogelijk dat er bevorderd wordt. De kans is dan groot dat geen diploma behaald wordt, maar met een aantal certificaten de school verlaten wordt. De school bekijkt samen met leerling en ouders/verzorgers wat de beste oplossing is. 14 20 Zevende vak in 4e klas MAVO Indien de rapportvergadering akkoord gaat, dan kan in de vierde klas van de MAVO op verzoek van de leerling een zevende vak gevolgd worden. Voorwaarde hierbij is wel dat het ook rooster technisch mogelijk moet zijn. Bij het volgen van zeven vakken worden alle betreffende lessen in ieder geval tot de kerstvakantie gevolgd. Tot uiterlijk de donderdag voor de kerstvakantie kunnen leerlingen middels een schrijven, met redenen omkleed, aangeven dat zij het 7e vak willen laten vallen. Dit schrijven moet door de ouders medeondertekend zijn. De leerling heeft hierover een gesprek met de mentor en de vakdocent. De mentor en vakdocent medeondertekenen het verzoek. Vervolgens kan de leerling het verzoek inleveren bij het examensecretariaat. Aan het eind van het kalenderjaar wordt het voornemen van de leerling/ouders door de rector d.m.v. schriftelijk bericht naar leerling/ouders bekrachtigd. Indien in betreffende periode geen verzoek ingediend is voor het laten vallen van het 7e vak, dan volgt de leerling de lessen tot aan het Centraal Examen. Tot uiterlijk de donderdag in de afsluitende week van periode 11 kunnen leerlingen middels een schrijven, met redenen omkleed, aangeven dat zij niet opgaan voor het Centraal Examen van het 7e vak. Dit schrijven moet door de ouders en de mentor medeondertekend zijn en ingeleverd worden bij het examensecretariaat. Voor de start van het CE wordt het voornemen van de leerling/ouders door de rector d.m.v. schriftelijk bericht naar leerling/ouders bekrachtigd. Alle communicatie wordt in het examendossier van de leerling opgeslagen. Indien een kandidaat examen aflegt met een “extra vak” dan kan bij de uitslagbepaling, om tot de uitslag “geslaagd” te komen, een vak buiten beschouwing worden gelaten. Uiteraard moet wel aan de wettelijke eisen van een vakkenpakket (verplichte vakken bij sectoren) worden voldaan. Als op meerdere manieren tot de uitslag “geslaagd” gekomen kan worden dan maakt de leerling zelf een keuze aan de hand van een voorstel van de school. Deze keuze moet binnen twee dagen aan de school kenbaar worden gemaakt 21 Zij-instroom Voor de kandidaat die tot een van de examenleerjaren wordt toegelaten, nadat inmiddels schoolexamens zijn afgenomen die deel uitmaken van het examen, stelt de teamleider een regeling vast in overleg met de betrokken examinatoren en de kandidaat. 15 22 Centraal Examen Het Centraal Examen (CSE) bestaat voor de HAVO en MAVO uit schriftelijke examens. Voor het VMBO bestaat het CSE uit een praktijkgedeelte (CSPE) en digitale examens. Tenminste 14 dagen voor de aanvang van het centraal examen ontvangen de kandidaten het rooster van het centraal examen. In dit rooster staat de plaats waar de examens van het centraal examen worden afgenomen, het tijdstip waarop de examens worden afgenomen en de duur van de examens vermeld. Zie ook bijlage 2. De tijdstippen van de centrale examens van HAVO en MAVO worden landelijk vastgesteld door het CITO/CEVO. Voor de centrale examens van het VMBO worden termijnen verstrekt waarbinnen de school de examens moet plannen. Het is mogelijk een vak op een hoger niveau af te ronden. Tijdens de schoolexamenperiode moeten de schoolexamens dan consequent op het hogere niveau zijn gemaakt. Het hogere niveau wordt op het diploma aangetekend. 22.1 Gang van zaken tijdens het centraal examen (schriftelijk) Een kandidaat moet 15 minuten voor aanvang van het examen aanwezig zijn. Een kandidaat die bij het centraal examen te laat komt, mag uiterlijk tot een half uur na het begin van de zitting tot het examenlokaal worden toegelaten. De zittingsduur wordt niet verlengd. De kandidaat levert het werk na afloop in bij een van de surveillanten. Vertrek van kandidaten is slechts toegestaan 60 minuten na openingstijd of tot 15 minuten voor de eindtijd. Ook de opgaven en het kladpapier moeten ingeleverd worden. Aan het eind blijven de kandidaten zitten totdat het sein gegeven wordt om het examenlokaal te verlaten. Zonder toestemming van een surveillant mag een kandidaat zich gedurende het examen niet verwijderen uit het lokaal. Indien een kandidaat door omstandigheden niet bij een zitting in het examenlokaal aanwezig kan zijn, maar wel in staat is aan het examen deel te nemen, worden, uitsluitend via de Inspectie, opgaven ter beschikking gesteld. Het werk wordt gemaakt op papier, gewaarmerkt en verstrekt door de school, tenzij, door de commissie belast met de vaststelling van de opgaven, ander papier is verstrekt. De kandidaat plaatst aan de bovenkant van het papier op de aangegeven plaats het examennummer, de naam en overige gegevens. Na het openen van de envelop met opgaven is het verboden enige mededeling of inlichting over het werk aan de kandidaten te verstrekken. Gedurende een uur volgend op het tijdstip van opening van de envelop mogen de opgaven niet buiten het examenlokaal worden gebracht. Het is de kandidaat niet geoorloofd boeken, logaritmetafels, tabellenpapieren en andere hulpmiddelen mee te nemen in het examenlokaal en te gebruiken, met uitzondering van die hulpmiddelen waarvan het gebruik, door de ‘Centrale examencommissie vaststelling opgaven’ is toegestaan. Deze toegestane hulpmiddelen (bijlage 3) worden voor de aanvang van de zitting gecontroleerd. Hulpmiddelen mogen niet van elkaar worden geleend. Tassen, mobiele telefoons, jassen, petten e.d. mogen niet in het examenlokaal aanwezig zijn. Het werk wordt met een blauwe of zwarte pen gemaakt. Dit is niet van toepassing op tekeningen en grafieken. Kladpapier wordt door de school verstrekt. Aan het eind van de zitting controleert één van de surveillanten of alle kandidaten hun werk hebben ingeleverd. Bijlage 5: Gang van zaken tijdens het centraal examen (schriftelijk) 16 22.2 Gang van zaken tijdens het centraal examen (digitaal) Een kandidaat moet 15 minuten voor aanvang van het examen aanwezig zijn. Een kandidaat die bij het centraal examen te laat komt, mag uiterlijk tot 30 minuten na het begin van de zitting tot het examenlokaal worden toegelaten. De zittingsduur wordt niet verlengd. De kandidaat blijft bij zittingen van één uur minimaal 45 minuten in de examenzaal, bij zittingen van anderhalf, dan wel twee uur respectievelijk 60 en 90 minuten. De kandidaat steekt na voltooiing van het examen een hand op en geeft een van de surveillanten de gelegenheid het programma af te sluiten. De leerling mag vervolgens het examenlokaal verlaten. Zonder toestemming van een surveillant mag een kandidaat zich gedurende het examen niet verwijderen uit het lokaal. Het is de kandidaat niet geoorloofd materialen en/of hulpmiddelen de examenzaal mee in te nemen anders dan die hulpmiddelen waarvan het gebruik door de ‘Centrale examencommissie vaststelling opgaven’ is toegestaan. Deze toegestane hulpmiddelen (bijlage 5) worden voor aanvang van de zitting gecontroleerd. Hulpmiddelen mogen niet van elkaar worden geleend. Tassen, mobiele telefoons, jassen, petten e.d. mogen niet in het examenlokaal aanwezig zijn. Kladpapier wordt door de school verstrekt. Indien een digitaal examen om technische redenen mis/vastloopt voor groep dan wel individu, dan bestaat de mogelijkheid tot herstart op dezelfde of een andere computer, direct of op een ander moment. Dit is afhankelijk van de situatie. Voor noodsituaties zijn op de school door het CITO aangeleverde schriftelijke versies van de examens aanwezig. Bijlage 6: Gang van zaken tijdens het centraal examen (digitaal) 22.3 Bijzondere omstandigheden Deelname aan een zitting betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt. Kandidaten doen er goed aan voor de aanvang van een examenzitting zeer bijzondere omstandigheden (bijvoorbeeld ernstige ziekte of overlijden in de familie) en ook de eigen ziekteverschijnselen te melden bij de rector. In overleg met de rector moet van te voren duidelijk vastgesteld worden of een kandidaat in een dergelijk geval in staat is aan het centraal examen deel te nemen. Zo niet, dan wordt de kandidaat naar het tweede tijdvak verwezen. Een kandidaat die tijdens een zitting onwel wordt, kan onder begeleiding het examenlokaal verlaten. In overleg met de kandidaat beoordeelt de rector of de kandidaat na enige tijd het werk kan hervatten. Indien de kandidaat het werk na enige tijd hervat, kan de gemiste tijd aan het eind van de zitting worden ingehaald. Indien de kandidaat het werk niet kan hervatten, kan de rector, mede op grond van een medische verklaring, aan de Inspectie verzoeken te beslissen dat het voor een deel gemaakte werk ongeldig is. De kandidaat mag, indien de Inspectie het werk ongeldig verklaart, in het tweede tijdvak, opnieuw aan de desbetreffende zitting deelnemen. 17 23 Vaststelling uitslag 23.1 HAVO De kandidaat is geslaagd als hij voldoet aan de regels A en B: A: Voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde maximaal één 5 behaald worden. B: het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centrale examen tenminste een voldoende is (onafgerond 5,5). Is dat het geval, dan geldt aanvullend één van de volgende voorwaarden. De kandidaat is geslaagd als: - alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of - 1x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of - 1x4 of 2x5 of 1x5 en 1x4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde van de cijfers ten minste 6.0 is. Daarnaast moet de kandidaat voor culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding een voldoende of goed hebben behaald. Als de kandidaat een 3 of lager heeft voor een vak is hij gezakt. Dit geldt ook voor de verschillende onderdelen die meetellen voor het combinatiecijfer. De eindcijfers zijn het combinatiecijfer en de cijfers voor vakken waarin examen is gedaan. Bij de examens in 2014 geldt een aanpassing op de uitslagregel: het eindcijfer van de rekentoets moet tenminste een 5 zijn. 23.2 MAVO De kandidaat is geslaagd als hij voldoet aan de volgende regel: Het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centrale examen tenminste een voldoende is (onafgerond 5,5). Is dat het geval, dan geldt aanvullend één van de volgende voorwaarden. De kandidaat is geslaagd als: - alle eindcijfers een 6 of meer bedragen; of - één eindcijfer een 5 bedraagt en alle andere eindcijfers een 6 of meer; of - 1x4 of 2x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, en ten minste één 7 of hoger. Daarnaast moet de kandidaat voor kunstzinnige vorming (KV1) en lichamelijke opvoeding een voldoende of goed hebben behaald. Als de kandidaat een 3 of lager heeft voor een vak is hij gezakt. Bij de examens in 2014 geldt een aanpassing op de uitslagregel: het eindcijfer van Nederlands en rekenen moet tenminste 5 en 5 zijn. 23.3 VMBO De kandidaat is geslaagd als hij voldoet aan de volgende regel: Het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centrale examen tenminste een voldoende is, hierbij telt het beroepsvak eenmaal mee (onafgerond 5,5). Is dat het geval, dan geldt aanvullend één van de volgende voorwaarden. De kandidaat is geslaagd als (het cijfer van het beroepsvak telt hierbij dubbel mee): - alle eindcijfers een 6 of meer bedragen; of - één eindcijfer een 5 bedraagt en alle andere eindcijfers een 6 of meer; of - 1x4 of 2x5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, en ten minste één 7 of hoger. Daarnaast moet de kandidaat voor kunstzinnige vorming (KV1) en lichamelijke opvoeding een voldoende of goed hebben behaald. Als de kandidaat een 3 of lager heeft voor een vak is hij gezakt. Bij de examens in 2014 geldt een aanpassing op de uitslagregel: het eindcijfer van Nederlands en rekenen moet tenminste 5 en 5 zijn. 23.4 Extra Examenvak Je kunt niet zakken op een onvoldoende voor een extra vak. Op het VMBO kan het cijfer van het extra vak voor compensatie zorgen. 18 24 Afgewezen kandidaten 24.1 Afgwezen kandidaten aan de eigen school Gezakte kandidaten die het volgende schooljaar opnieuw eindexamen gaan afleggen op Echnaton moeten het volledige examen opnieuw doen. 24.2 Afgewezen kandidaten die uitbesteed worden aan het VAVO Gezakte leerlingen kunnen ook door de VO-school uitbesteed worden aan het VAVO. De leerlingen hoeven dan in principe alleen hun onvoldoende vakken over te doen. Hierbij moeten de school en de leerling rekening houden met de exameneis van tenminste een 5,5 als gemiddelde van de centrale examens van de vakken. De eerder behaalde CE-cijfers van de vakken met vrijstelling tellen mee in de bepaling van het gemiddelde. Het kan daarom raadzaam zijn ook voldoende afgesloten vakken opnieuw te doen aan het VAVO met het oog op het te behalen gemiddelde. 24.3 Doubleren / zakken Tweemaal doubleren / zakken in hetzelfde leerjaar is niet toegestaan. 25 Herkansingsregeling voor het Centraal examen De VMBO- kandidaten, geslaagd of gezakt, hebben het recht in het tweede tijdvak deel te nemen aan de herkansing van het centraal examen in één vak dat deel uitmaakt van het centraal examen (CE) en één deel van het centraal praktijk examen (CSPE). De HAVO- en MAVO-kandidaten, geslaagd of gezakt, hebben recht op één herkansing tijdens het tweede tijdvak CE. Op de dag van de uitslagbepaling krijgt de leerling een voorlopige cijferlijst. Wat betreft het CE bepaalt de leerling aan de hand van de voorlopige cijferlijst of hij wel/niet deelneemt aan een herkansing in het tweede tijdvak. 25.1 Aandachtspunten bij het herkansen van het CSPE De herkansing van het praktisch gedeelte van het Centraal Examen bestaat uit het opnieuw afleggen van dit schoolexamen of van een of meer onderdelen daarvan. Herkansing kan pas plaatsvinden nadat de kandidaat het gehele CSPE heeft afgelegd. Dit betekent dat de school met de herkansende kandidaat van tevoren bespreekt welke onderdelen hij opnieuw aflegt (en waarvan de dan behaalde score in plaats komt van de bij de eerste afname behaalde score) en welke onderdelen ‘blijven staan’ (onderdelen die de kandidaat niet opnieuw aflegt en waarvan de score dientengevolge blijft staan). Het kan voorkomen dat een kandidaat na een weinig succesvolle herkansing, achteraf meedeelt dat hij liever geheel andere onderdelen zou hebben herkanst. De keuze van de te herkansen onderdelen wordt daarom gemaakt in overleg met de kandidaat en zijn ouders/wettelijke vertegenwoordigers. De overeenkomst wat dat betreft wordt vastgelegd. De kandidaat maakt in de herkansing een andere variant van dezelfde minischoolexamen dan tijdens de eerste afname. Van de onderdelen van het CSPE, waarvan meer varianten voorhanden zijn, maakt de kandidaat eveneens een andere variant dan tijdens de eerste afname. 19 26 Onregelmatigheden 26.1 Onregelmatigheden bij het Schoolexamen (SE) Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen dan wel ten aanzien een aanspraak op vrijstelling aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, kan de rector maatregelen treffen. Voorbeelden van onregelmatigheden zijn: Zonder geldige reden afwezig zijn bij een schoolexamen of schoolexamen, bij bespreking van examenwerk antwoorden verbeteren, citeren van bronnen zonder bronvermelding, plagiaat plegen via schriftelijke dan wel elektronische bronnen (internet), het niet tijdig inleveren dan wel afronden van opdrachten, bij schoolexamens aanwijzingen krijgen van of geven aan een andere leerling, afkijken of gelegenheid geven tot afkijken, storend gedrag vertonen, tijdens schoolexamens overleggen met medeleerlingen, gebruik maken van ongeoorloofde hulpmiddelen, examenwerk van een ander inleveren, examenwerk niet inleveren en beweren dat er wel ingeleverd is. In geval van onregelmatigheid geeft de docent voorlopig het cijfer 1,0 en voert dit in. De docent informeert de leerling en de eigen teamleider. Tevens wijst de docent de leerling op de bezwaarregeling: als de leerling het oneens is met het toekennen van het cijfer 1,0 dan kan hij dit binnen drie dagen, medeondertekend door ouders/wettelijke vertegenwoordigers en mentor, aan de rector kenbaar maken. In uitzonderingsgevallen is de docent, in samenspraak met de teamleider, gemachtigd om, het cijfer 1,0 niet toe te kennen. De teamleider informeert de rector en de mentor over de onregelmatigheid en het (voorlopig) toekennen van het cijfer 1,0. Indien de leerling geen actie onderneemt, blijft het cijfer 1,0 staan. Wanneer de leerling gebruik heeft gemaakt van de bezwaarregeling neemt de rector binnen drie dagen een definitief besluit. Hij kan hiertoe de leerling, de docent, de mentor, de teamleider en/of de ouders/wettelijke vertegenwoordigers horen. Dit besluit kan zijn: Het toekennen van het cijfer 1,0 voor een schoolexamen met of zonder de mogelijkheid het betreffende schoolexamen te herkansen, het ontzeggen van deelname of verdere deelname aan één of meer schoolexamens van het schoolexamen, het ongeldig verklaren van één of meer schoolexamens van het reeds afgelegde deel van het schoolexamen. Van het besluit, waarbij één van deze maatregelen is genomen, wordt een kopie toegezonden aan de inspectie van het onderwijs en, indien de kandidaat minderjarig is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat. 20 26.2 Onregelmatigheden bij het Centrale Examen (CE) Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen dan wel ten aanzien een aanspraak op vrijstelling aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, dan wel zonder geldige reden afwezig is, kan de rector maatregelen treffen. Voorbeelden van onregelmatigheden zijn: Zonder geldige reden afwezig zijn bij een examen, bij een examen aanwijzingen krijgen van of geven aan een andere leerling, afkijken of gelegenheid geven tot afkijken, storend gedrag vertonen, tijdens een examen overleggen met medeleerlingen, gebruik maken van ongeoorloofde hulpmiddelen, examenwerk van een ander inleveren, examenwerk niet inleveren en beweren dat er wel ingeleverd is. In geval van onregelmatigheid stelt de rector een onderzoek in, waarbij de verschillende betrokkenen worden gehoord en neemt op basis daarvan een besluit. Hiervoor geldt een termijn van drie dagen. Dit besluit kan zijn: Het toekennen van het cijfer 1,0 voor het betreffende examen, het ontzeggen van deelname of verdere deelname aan één of meer schoolexamens van het eindexamen, het ongeldig verklaren van één of meer schoolexamens van het reeds afgelegde deel van het eindexamen, het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in de door de rector aan te wijzen onderdelen (dit kan in volgende tijdvakken van het centraal examen zijn). Van het besluit, waarbij één van deze maatregelen is genomen, wordt een kopie toegezonden aan de inspectie van het onderwijs en, indien de kandidaat minderjarig is, aan de wettelijke vertegenwoordigers van de kandidaat. De leerling of diens wettelijke vertegenwoordiger(s) kunnen binnen vijf dagen na bekendmaking van het besluit van de rector schriftelijk tegen dit besluit in beroep gaan bij de Beroepscommissie voor de Examens Almeerse Scholen Groep, p/a Postbus 60276, 1320 AH Almere. Zie verder onder hoofdstuk klacht en beroep. 27 Diploma, getuigschrift en cijferlijst De rector reikt aan elke kandidaat die eindexamen heeft afgelegd een cijferlijst uit waarop staat vermeld: de gevolgde leerweg, de cijfers voor het Schoolexamen, de cijfers voor het Centraal Examen, de eindcijfers voor de examenvakken, het gekozen thema en de beoordeling van het sectorwerkstuk, profielwerkstuk, CKV/KV1 en LO, evenals de uitslag van het eindexamen. Indien een kandidaat examen heeft afgelegd in meer dan het voorgeschreven aantal vakken worden de eindcijfers van de vakken die niet bij de bepaling van de uitslag zijn betrokken vermeld op de cijferlijst, tenzij de kandidaat daartegen bezwaar maakt. De rector reikt aan elke voor het eindexamen geslaagde kandidaat een diploma uit waarop alle vakken zijn vermeld die bij de bepaling van de uitslag zijn betrokken. Duplicaten van diploma's worden niet uitgereikt. Kandidaten die niet slagen voor het examen krijgen bij het verlaten van de school een getuigschrift. Het getuigschrift bevat informatie over alle onderdelen van het programma die zijn afgesloten. 21 28 Examensecretaris / Examencommissie Op Echnaton worden de taken van de rector betreffende het examen uitgevoerd door de examensecretaris. Binnen de school behandelt een examencommissie klachten en verzoeken tot afwijken van het PTA en het examenreglement. De samenstelling van deze commissie is: De examensecretaris (voorzitter), de afdelingsleider MHV, de afdelingsleider BK-Bovenbouw, één docent uit de afdeling MHV, één docent uit de afdeling BK-Bovenbouw, zie bijlage 8. 29 Geheimhouding Een ieder die betrokken is bij de uitvoering van de examens en daardoor de beschikking krijgt over gegevens waarvan hij het vertrouwelijke karakter kent of redelijkerwijs moet vermoeden, en voor wie niet al uit hoofde van ambt, beroep of wettelijk voorschrift ter zake van die gegevens een geheimhoudingsplicht geldt, is verplicht tot geheimhouding daarvan, behoudens voor zover enig wettelijk voorschrift hem tot bekendmaking verplicht of uit zijn taak bij de uitvoering van dit besluit de noodzaak tot bekendmaking voortvloeit. 30 Slotbepalingen Waar in dit reglement sprake is van (mede) ondertekening door de ouders van de kandidaat, geldt dit voor kandidaten die de leeftijd van 18 jaar nog niet hebben bereikt. Meerderjarigen (18 jaar en ouder) hebben in deze zelf tekenbevoegdheid. Waar in dit reglement sprake is van de mannelijke aanduiding vorm kan steeds ook de vergelijkbare vrouwelijke term worden gelezen. De rector behoudt zich het recht voor de ouders van meerderjarigen over alle examenzaken inlichtingen te verschaffen, tenzij de meerderjarige schriftelijk kenbaar maakt dat hij dit niet wenst. 22 31 Klacht en beroep In de wet is geregeld dat de rector van een school maatregelen kan treffen indien leerlingen zich ten aanzien van enig deel van het examen schuldig maken aan enige onregelmatigheid. Tegen maatregelen die de rector in dit kader stelt, kan beroep worden aangetekend bij de beroepscommissie voor de examens. Van deze commissie mag de rector van de school geen deel uitmaken. De beroepscommissie is een orgaan dat zelfstandig besluiten neemt. Het is geen adviesorgaan. De beroepstermijn van de kandidaat is vijf kalenderdagen nadat het besluit van de rector bekend is gemaakt. Beroep aantekenen moet schriftelijk plaatsvinden. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepsschrift. De termijn kan gemotiveerd met weken worden verlengd. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders / wettelijke vertegenwoordigers, indien de kandidaat minderjarig is, aan de rector en aan de inspectie. De betreffende beroepscommissie fungeert tevens als klachtencommissie voor andere examenzaken. Het kan immers voorkomen dat er zaken rond examens spelen, zonder dat deze betrekking hebben op onregelmatigheden. In die gevallen kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie voor de examens. De klachtencommissie is wel een adviesorgaan. De commissie adviseert het College van Bestuur, het College van Bestuur beslist. Deze beroeps- annex klachtencommissie is alleen werkzaam voor het voortgezet onderwijs van de stichting ASG en de stichting ABVO. Een belangrijk aandachtspunt is dat, indien verzuimd is tijdig beroep aan te tekenen, niet nadien de klachtencommissie nog eens benaderd kan worden. De samenstelling van de beroeps- en klachtencommissie is: Dhr. mr. J.M.M.B. Maes (voorzitter), dhr. mr. C.F.J. de Jongh, dhr. R. Monnik. Adres: Adres: Beroeps- en klachtencommissie Almeerse Scholen Groep, Postbus 60276, 1320 AH Almere 23 Bijlage 1: Jaarplanning Week 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 Start en introductie schooljaar 2014-2015 SE-week MAVO 3 Herfstvakantie Dinsdag 21 oktober 14.30 uur Inhaalmoment SE MAVO 3 Afsluitende week BK-BOBO Herkansing Maatschappijleer 1 voor 4 BK-BOBO 44 45 46 47 48 49 SE-week MAVO3+4 en HAVO 4+5 Herkansing Maatschappijleer 1 voor 4 MAVO 50 Dinsdag 9 dec. 14.30 uur 51 52 1 2 Woensdag 7 januari Dinsdag 13 januari Inhaalmoment SE MAVO3+4 en HAVO 4+5 Kerstvakantie Kerstvakantie Uit: planning examentraining CSPE 4 BK-BOBO Inleveren vouchers herk. MAVO3+4 en HAVO 4+5 3 14.30 uur Herkansingen SE MAVO3+4 en HAVO 4+5 Afsluitende week BK-BOBO Kijk- en luistertoetsen volgens planning CITO 4 VMBO – BB/KB, 4 MAVO en 5 HAVO Start examentraining CSPE 4 BK-BOBO 4 5 6 7 8 Uit: planning en informatie Rekentoets Vrijdag 20 februari Ma. + di. 2 + 3 maart Roostervrije dag Voorjaarsvakantie Zie informatie Rekentoets Roostervrije dagen Uit: planning en informatie CSPE 4 BK-BOBO Zie informatie Rekentoets SE-week MAVO3+4 en HAVO 4+5 Zie informatie Rekentoets 9 10 11 12 24 13 Dinsdag Woensdag 24 maart 25 maart 14.30 uur Dinsdag Vrijdag 31 maart 3 april 14.30 uur Maandag 6 april Vrijdag 17 april Donderdag 23 april Vrijdag 24 april Maandag Woensdag 27 april 29 april Vrijdag 1 mei Donderdag Vrijdag 14 mei 15 mei Maandag Donderdag Vrijdag 25 mei 28 mei 29 mei Woensdag 3 juni Donderdag 11 juni Zie informatie Rekentoets Inhaalmoment SE MAVO3+4 en HAVO 4+5 Inleveren vouchers herk. MAVO 4 en HAVO 5 Afsluitende week BK-BOBO Start CSPE tijdvak 1 Uit: planning en informatie CSE VMBO-KB/BB Herkansingen SE MAVO 4 en HAVO 5 Roostervrije dag Afsluitende week BK-BOBO 2e paasdag 14 15 16 Uit: akkoordverklaringen SE-cijfers 4 VMBO – BK/BB Uit: planning en informatie CSE MAVO en HAVO Uiterste datum inleveren akkoordverklaringen 4 VMBO – BK/BB Uit: akkoordverklaringen SE-cijfers 4 MAVO en 5 HAVO Einde CSPE tijdvak 1 17 18 19 20 21 22 23 24 Vrijdag 12 juni Dinsdag 16 juni 25 15.00 uur 16.30 uur 12.00 uur Koningsdag Uiterste datum inleveren akkoordverklaringen 4 MAVO en 5 HAVO Laatste lesdag 4 VMBO-BK/BB, 4 MAVO en 5 HAVO Meivakantie CSE, zie bijlage 2 Hemelvaartsdag Roostervrije dag CSE, zie bijlage 2 CSE, zie bijlage 2 2e pinksterdag Rekentoets 2F 4 VMBO-BB/KB, tijdvak 2 Rekentoets 2F 4 MAVO en rekentoets 3F HAVO, tijdvak 2 Parijsreis Ontvangst normering CSPE VMBO – BB/KB, tijdvak 1 Start CSPE, tijdvak 2 Ontvangst normering CSE VMBO – BB/KB, MAVO en HAVO, tijdvak 1 Ontvangst geslaagde leerlingen Ontvangst niet-geslaagde leerlingen Uiterste tijdstip aanmelden voor examens tijdvak 2 SE-week MAVO 3 en HAVO 4 Afsluitende week BK-BOBO klas 3 Start CSE BB/KB/MAVO/HAVO tijdvak 2 25 Woensdag 17 juni Maandag Woensdag 22 juni 24 juni Einde CSE BB/KB/MAVO/HAVO tijdvak 2 Einde CSPE VMBO – BB/KB, tijdvak 2 Afsluitende week BK-BOBO en MHV Inhaalmoment SE MAVO 3 en HAVO 4 Ontvangst normering CSE VMBO – BB/KB, MAVO en HAVO, tijdvak 2 Inleveren vouchers herk. MAVO3 en HAVO 4 Examenuitslag CSE tijdvak 2 Boeken inleveren Diploma-uitreiking Herkansingen SE MAVO 3 en HAVO 4 26 10.00 uur 9.00 uur Donderdag Vrijdag 25 juni 26 juni 9.00 uur 27 Kijk- en luistertoetsen – afnamedata CITO HAVO MAVO VMBO - KB VMBO - BB Engels Duits Engels Frans Engels Engels Woensdag Woensdag Donderdag Vrijdag Donderdag Maandag 21 januari 21 januari 22 januari 23 januari 22 januari 19 januari Rekentoets Eerste afnameperiode VMBO Niveau 2F: woensdag 4 maart t/m dinsdag 17 maart 2015; HAVO Niveau 3F: woensdag 11 maart t/m dinsdag 24 maart 2015. Naar verwachting zullen enkele dagen uit de eerste week van de eerste afnameperiode voor 2F worden aangewezen voor de afname van een pilot-rekentoets BB. Tweede afnameperiode - 2F en 3F: donderdag 28 mei t/m dinsdag 9 juni 2015. 26 Bijlage 2: Rooster tijdvak 1 Centraal Examen 2015 VMBO - BB – Echnaton (digitaal) Maandag 11 mei 9.00 – 10.00 uur Dinsdag 12 mei 9.00 – 10.00 uur 9.00 – 10.00 uur Woensdag 13 mei 9.00 – 10.00 uur Maandag 18 mei 9.00 – 10.00 uur Dinsdag 19 mei 9.00 – 10.30 uur Rooster tijdvak 1 Centraal Examen 2015 VMBO - KB – Echnaton (digitaal) Maandag 11 mei 11.30 – 13.00 uur Nederlands 14.30 – 16.00 uur Nederlands Dinsdag 12 mei 11.30 – 13.00 uur Engels 14.30 – 16.00 uur Engels Woensdag 13 mei 11.30 – 13.30 uur Wiskunde Maandag 18 mei 11.30 – 13.00 uur Nask 1 11.30 – 13.00 uur Biologie Dinsdag 19 mei 11.30 – 13.00 uur Economie 14.30 – 16.00 uur Economie Nederlands Economie Nask 1 Engels Biologie Wiskunde Klassen K4 CDF Klassen K4 BEG Klassen K4 CDF Klassen K4 BEG Klassen K4 CDF Klassen K4 BEG Rooster tijdvak 1 Centraal Examen 2015 MAVO (schriftelijk) Maandag 11 mei 13.30 – 15.30 uur Dinsdag 12 mei 13.30 – 15.30 uur Woensdag 13 mei 13.30 – 15.30 uur Maandag 18 mei 9.00 – 11.00 uur 13.30 – 15.30 uur Dinsdag 19 mei 9.00 – 11.00 uur 13.30 – 15.30 uur Woensdag 20 mei 13.30 – 15.30 uur Donderdag 21 mei 9.00 – 11.00 uur 13.30 – 15.30 uur Vrijdag 22 mei 13.30 – 15.30 uur Dinsdag 26 mei 13.30 – 15.30 uur Nask 2 Frans Nederlands Geschiedenis Engels Duits Wiskunde Aardrijkskunde Maatschappijleer 2 Nask 1 Economie Biologie Rooster tijdvak 1 Centraal Examen 2015 HAVO (schriftelijk) Maandag 11 mei 13.30 – 16.30 uur Dinsdag 12 mei 13.30 – 16.30 uur Woensdag 13 mei 13.30 – 16.30 uur Maandag 18 mei 9.00 – 12.00 uur Dinsdag 19 mei 13.30 – 16.00 uur Woensdag 20 mei 13.30 – 16.30 uur Vrijdag 22 mei 13.30 – 16.30 uur Dinsdag 26 mei 9.00 – 12.00 uur Economie Nederlands Biologie Geschiedenis Engels Wiskunde A M&O Aardrijkskunde 27 Bijlage 3: Hulpmiddelen bij de examens HAVO, MAVO en VMBO van de algemeen vormende vakken: Bij alle vakken: · Schrijfmateriaal, schrijfpapier wordt door de school verzorgd. Tekenpotlood Blauw en rood kleurpotlood Liniaal Passer Geodriehoek en/of windroos Gum Rekenmachine* Woordenboek Nederlands** Woordenboek Nederlands naar een vreemde taal (thuistaal van de leerling)** Bij Duits, Engels en Frans: Woordenboek naar en vanuit de vreemde taal.** Bij Nask1 en Nask2: Binas 2e editie Bij Wiskunde in de VMBO-KB en de MAVO moet de rekenmachine naast de grondbewerkingen tevens beschikken over de schoolexamens ∏ (pi), xy (x tot de macht y), x² (x kwadraat), 1/x en sin/tan/cos in graden (en hun inversen). Bij Wiskunde A in de HAVO: Grafische rekenmachine De docent informeert de kandidaat over de te gebruiken grafische rekenmachine. De grafische rekenmachine mag tijdens het examen niet aangesloten worden op het het lichtnet of op andere apparatuur. Een kandidaat mag niet tegelijkertijd de beschikking hebben over twee grafische rekenmachines. Het is niet nodig dat het geheugen van de rekenmachine wordt gewist voor de aanvang van een zitting van het Centraal Examen (CE). Bij Aardrijkskunde op de HAVO: Grote Bosatlas 54e druk Bij Biologie op de HAVO: Binas 6e druk * Een rekenmachine met de bewerkingen optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. (zie bovenstaand specifiek voor Wiskunde-KB en MAVO en voor Wiskunde-A en M&O in de HAVO) De rekenmachine mag niet: · lichtnetaansluiting nodig hebben, opladen tijdens het examen, een schrijfrol hebben, alarm of ander geluid maken, letters weergeven op het scherm, grafieken weergeven op het scherm, zend- of ontvanginstallatie beschikken. Mobiele telefonie mag dus niet als rekenmachine gebruikt worden! ** Digitale woordenboeken zijn niet toegestaan. 28 Bijlage 4: Welke mogelijkheden hebben Topsport Talentscholen om optimaal ruimte te maken in hun curriculum ten behoeve van geïndiceerde sporttalenten? Inleiding Maatwerk voor sporttalenten is nodig, hun tijd moet immers optimaal benut worden. We moeten hierbij wel het formele onderscheid maken tussen sporttalenten met een officiële status van NOC*NSF en degenen die dat niet hebben, maar wel veel aan sport doen. De inventarisatie van mogelijkheden gaat over de volgende onderwerpen: a. Officiële vrijstellingen b. Officiële organisatorische ontheffingen voor de school c. Differentiatie en lucht in het derde leerjaar MAVO - VMBO d. Ruimte en lucht in 4 HAVO a. Officiële vrijstellingen voor officiële talenten Bovenbouw MAVO - VMBO: De vrijstellingen voor de bovenbouw van MAVO en VMBO, leerjaar 3 en 4, gelden voor de volgende vakken: maatschappijleer lichamelijke opvoeding één van de vakken beeldende vorming, muziek, dans of drama één of meer vakken of programmaonderdelen uit het vrije deel Voor alle andere vakken gelden in de bovenbouw van MAVO en VMBO de eisen zoals die verwoord staan in de examenprogramma's voor alle vakken in het MAVO en VMBO. Die eisen heten "eindtermen" en voor alle vakken staan deze eisen in het examenprogramma voor dat betreffende vak, zowel voor de theoretische als voor de beroepsgerichte vakken. Als een LOOT-leerling een bepaalde sector met bepaalde vakken gekozen heeft, dan moet hij aan deze eindtermen voldoen. Bovenbouw HAVO De vrijstellingen voor de bovenbouw van HAVO, leerjaar 4 en 5 gelden voor de volgende vakken: lichamelijke opvoeding maatschappijleer culturele en kunstzinnige vorming het keuze-examenvak of het profielkeuzevak Verder geldt voor de bovenbouw HAVO hetzelfde als voor de bovenbouw van het MAVO en VMBO. De leerlingen moeten voldoen aan de eindtermen in het examenprogramma voor de vakken die de leerling gekozen heeft in zijn opleiding, in het algemeen deel, het profieldeel en het vrije deel. 29 b. Officiële organisatorische ontheffingen voor de school voor officiële talenten • Het eindexamenjaar in tweeën splitsen en de vakken dus over twee jaren spreiden • Minder contacttijd verplicht dan regulier (onderbouw en niet-examenjaren: 800 klokuren, examenjaar 550 klokuren) • Denk aan de mogelijkheid om ook een deel van de trainingstijd onder de nieuwe normen voor lestijd te laten vallen!(trainingstijd is begeleide tijd o.l.v. een bevoegd persoon) • Leerlingen die op een bepaald moment hun status van LOOT-leerling verliezen krijgen geen nieuwe ontheffingen meer van de school met de LOOT-licentie. Wel blijven reeds afgesproken ontheffingen van kracht tot het eind van de bovenbouw Het voordeel van een officiële Topsport Talentschool is dat de LOOT-leerlingen met een officiële status beduidend minder uren hoeven te maken dan op een reguliere school. Normaal is er sprake van de 1000 uren norm. Dat scheelt dus 20% van de tijd, tijd die aan sport besteed kan worden. Het tweede grote voordeel is dat het examenjaar op een Topsport Talentschool legaal gespreid kan worden over twee jaren, waardoor de leerling steeds maar de helft van de vakken in een jaar hoeft te doen. c. Differentiatie en lucht in het derde leerjaar MAVO - VMBO De mogelijkheden voor differentiatie en het creëren van lucht in het derde leerjaar MAVO en VMBO laten zich in feite samenvatten in twee kernachtige uitspraken, die eenvoudig lijken maar wel grote consequenties hebben in de uitvoering. De twee opties zijn: • Sectorkeuze vervroegen (dus minder vakken in de derde klas) • Ook het voorexamenjaar in twee keer laten doen De eerste optie spreekt voor zichzelf. Door al meteen aan het begin van de derde klas ( dus eigenlijk aan het eind van het tweede leerjaar) een keuze voor een bepaalde sector te laten maken, en voor de vakken daarin, kunnen alle andere vakken afgesloten worden en heeft de leerling een veel beperkter aantal vakken in het derde leerjaar. Dat geeft ruimte voor de sport. Wanneer men dit niet wil, en toch meer opties open wil houden, bijvoorbeeld omdat een leerling nog niet weet welke kant hij op wil, dan kan de school er met de leerling en de ouders ook voor kiezen om het derde leerjaar MAVO of VMBO in twee keer te doen. In feite doe je dan hetzelfde als wanneer de leerling een jaar blijft zitten, alleen calculeer je dat min of meer op voorhand al in door de leerling twee jaar over de klas te laten doen. Maar dan wel elk van die twee jaar met de helft van de vakken. Dat kan dus een uitkomst zijn voor een sporter die zich dat jaar voor een groot evenement moet kwalificeren of iets dergelijks. Daarna kan dan nog de keuze gemaakt worden om ook het examenjaar te splitsen, maar dat hoeft niet. Als er dan geen groot evenement is, kan dat ook in één keer. Bij al deze mogelijkheden geldt steeds dat het allemaal kán, maar niet hoeft. Het blijft een samenspel tussen school, ouders en leerling. Bij alle gesuggereerde mogelijkheden blijven de wettelijke urennormen per jaar wel van toepassing, met de kanttekeningen die daarover eerder zijn gemaakt. 30 d. Ruimte en lucht in 4 HAVO Hetzelfde als wat we hierboven opmerken geldt eigenlijk ook voor de bovenbouw van HAVO. School, leerling en ouders kunnen ervoor kiezen om op de HAVO niet alleen het examenjaar, maar ook 4 HAVO in twee keer laten doen. Dan heeft de leerling steeds maar de helft van de vakken en dus veel minder belasting. Het is toegestaan om 4 HAVO in twee jaar te doen en daarna ook nog het examenjaar te splitsen. Bij het splitsen van het examenjaar moeten de rechten op herkansingen goed in de gaten gehouden worden. Tot slot De bovenstaande tekst gaat uit van de noodzaak tot het creëren van lucht en ruimte voor getalenteerde en gemotiveerde sporters. Het is goed te bedenken dat het hier vooral een inventarisatie van mogelijkheden betreft, geen opsomming van rechten. Het blijft in alle gevallen een samenspel tussen school, leerling, ouders en de sportbond om tot een optimale balans tussen school en sport te komen. Het is ook goed om te weten dat als het aan één van beide kanten even niet lukt, er altijd een weg terug moet zijn voor de leerling. Als hij beter gaat presteren in de sport en er hogere eisen aan hem gesteld worden, moet er meer maatwerk mogelijk zijn. Als het minder gaat in de sport, en de leerling bijvoorbeeld zijn officiële status verliest, dan moet niet het onmogelijke van hem gevraagd worden op schoolgebied. Daarom bestaat ook de regel dat onomkeerbare zaken in dat geval niet "gerepareerd" of ingehaald hoeven te worden. Vrijstellingsvakken hoeven niet opeens toch gedaan te worden etc. Over het algemeen kan gesteld worden dat de leerling in dat geval de bovenbouw onder de afgesproken condities kan afmaken. Maar daar waar hij gewoon aan een nieuw vak kan beginnen, hoeft de school dat niet na te laten van hem te eisen. 31 Bijlage 5: Gang van zaken tijdens het centraal examen (schriftelijk) 4.1. -Je moet 15 minuten voor aanvang van het examen aanwezig zijn. -Alleen toegestane hulpmiddelen, zoals pen/potlood, windroos/geo-driehoek, rekenmachine, woordenboeken en binas mogen meegenomen worden de examenzaal in. Je bent zelf verantwoordelijk voor het meenemen van deze materialen. -Een mobiele telefoon mag niet als rekenmachine worden gebruikt. -(Klad)papier wordt door de school verstrekt. -Jas, tas, pet, mobiele telefoon, mp-3-speler e.d. mag niet mee de examenzaal in, moeten in de locker worden gedaan. -Als je te laat bent word je tot uiterlijk een half uur na aanvangstijd van het examen toegelaten. Je krijgt geen extra tijd. - Bij toetsen van 1½ dan wel 2 uur werk je minimaal 60 dan wel 90 minuten aan je examenwerk, ook de laatste 15 minuten mag de examenzaal niet verlaten worden. Bij toetsen van 2½ dan wel 3 uur werk je minimaal 105 dan wel 120 minuten aan je examenwerk, ook de laatste 15 minuten mag de examenzaal niet verlaten worden. -Uiteraard mag je tijdens het examen niet praten en het werk van anderen bekijken. -Je levert het werk na afloop in bij een van de surveillanten. Opgaven en kladpapier moeten ook ingeleverd worden. (Eén uur na de zitting kun je de opgaven en het kladpapier ophalen bij het examensecretariaat) -Aan het eind blijf je zitten tot het sein wordt gegeven dat je weg mag. -Als je tijdens het examen de examenzaal moet verlaten, dan vraag je dit aan een surveillant. Deze zal je zo nodig begeleiden. -Aan de bovenkant van het papier zet je op de aangegeven plaats je examennummer, je naam en overige gegevens. -Je maakt je werk met een blauwe of zwarte pen. Dit geldt niet voor tekeningen en grafieken. -Als je, zonder begeleiding, de examenzaal hebt verlaten dan kun je niet meer terugkomen om verder te werken aan het betreffende examen. 32 Bijlage 6: Gang van zaken tijdens het centraal examen (digitaal) -Je moet 15 minuten voor aanvang van het examen aanwezig zijn. -Alleen toegestane hulpmiddelen, zoals pen/potlood, windroos/geo-driehoek, rekenmachine, woordenboeken en binas mogen meegenomen worden de examenzaal in. Je bent zelf verantwoordelijk voor het meenemen van deze materialen. -Een mobiele telefoon mag niet als rekenmachine worden gebruikt. -(Klad)papier wordt door de school verstrekt. -Jas, tas, pet, mobiele telefoon, mp-3-speler e.d. mag niet mee de examenzaal in, moeten in de locker worden gedaan. -Als je te laat bent zul je tot uiterlijk een half uur na aanvangstijd van het examen worden toegelaten. Je krijgt geen extra tijd. -Bij binnenkomst staat het examen voor je klaar, alleen de monitor staat uit. -Je kan de monitor aanzetten en starten met het examen als daar een sein voor is gegeven. -Uiteraard mag je tijdens het examen niet praten en het werk van anderen bekijken. De klasgenoten die naast je zitten hebben andere versies van het examen. -Bij de computers mag je niet eten of drinken. Bij toetsen van één uur werk je minimaal 45 minuten aan het examenwerk, ook de laatste 5 minuten mag de examenzaal niet verlaten worden. Bij toetsen van 1½ dan wel 2 uur werk je minimaal 60 dan wel 90 minuten aan je examenwerk, ook de laatste 15 minuten mag de examenzaal niet verlaten worden. -Als je je werk af hebt vraag je een van de surveillanten om het programma af te sluiten, daarna kun je de examenzaal verlaten. -Aan het eind blijf je zitten tot het sein wordt gegeven dat je weg mag. -Als je tijdens het examen de examenzaal moet verlaten, dan vraag je dit aan een surveillant. Deze zal je zo nodig begeleiden. -Als je, zonder begeleiding, de examenzaal hebt verlaten dan kun je niet meer terugkomen om verder te werken aan het betreffende examen. 33 Bijlage 7 Handelingsdeel Naast praktische opdrachten, werkstukken, toetsen, schoolexamens en sector- en profielwerkstuk maken leerlingen ook andere opdrachten. Dit zijn de zogenaamde handelingsdelen. Deze handelingsdelen zijn opdrachten waarvan de vaksectie vindt dat zij een belangrijke plek innemen binnen het programma. Deze handelingsdelen worden niet beoordeeld met een cijfer, maar met een o(nvoldoende), v(oldoende) of g(oed). Handelingsdelen moeten met minimaal een voldoende worden beoordeeld om bevorderd te kunnen worden of om deel te kunnen nemen aan het centraal eindexamen. Rechten en plichten 1. Een leerling dient zorg te dragen dat zijn te maken handelingsdeel op uiterlijk de overeengekomen inleverdatum met een voldoende of goed beoordeeld is. 2. a) De leerling mag een handelingsdeel meerdere malen herkansen, zolang het maar uiterlijk op de overeengekomen inleverdatum met minimaal een voldoende is beoordeeld. b) Ingeval een leerling zijn handelingsdeel wel vóór de overeengekomen inleverdatum heeft ingeleverd, maar na deze datum pas hoort dat hij een onvoldoende heeft behaald, dan heeft deze leerling een verlenging van de inleverdatum die gelijk is aan het aantal dagen dat hij het handelingsdeel vóór de overeengekomen inleverdatum heeft ingeleverd. 3. Als het handelingsdeel van de leerling niet beoordeeld is met een ‘voldoende’ of ‘goed’ op het moment van de overeengekomen inleverdatum, dan dient de leerling, om in aanmerking te komen voor een 2e poging, een voucher in te leveren. Komt een leerling in aanmerking voor het onder 2b genoemde dan hoeft hij voor het overschrijden van de inleverdatum géén voucher in te leveren. Wel dient deze leerling in geval van het halen van een ‘onvoldoende’ een voucher in te leveren voor een 2e poging. Bezwaar Als een leerling het niet eens is met een genomen besluit, dan dient hij een met 34 Bijlage 8 Samenstelling examencommissie Examensecretaris Afdelingsleider MHV Afdelingsleider BK-Bovenbouw Docent afdeling MHV Docent afdeling BK-Bovenbouw Dhr. B. van Bunningen Dhr. M. Otten Mevr. N. Hoffman Dhr. A. Jonkers Dhr. J. Jong Het adres van de examensecretaris is: Dhr. B. van Bunningen, Bij voorkeur per e-mail: [email protected] Per post: OSG Echnaton t.a.v. examensecretaris dhr. B. van Bunningen, Zwolleweg 1, 1324 EL Almere 35
© Copyright 2024 ExpyDoc