Toelichting gemeente Ov erdrac ht cl iëntgegevens AWBZ - Wmo Datum: Versie: Auteur: 6 oktober 2014 2.0 Projectteam GO Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 2 Inhoudsopgave 1. Algemeen ------------------------------------------------------------------------------------------------------ 3 1.1. Documenthistorie ---------------------------------------------------------------------------------- 3 1.2. Distributielijst ---------------------------------------------------------------------------------------- 3 2. Inleiding -------------------------------------------------------------------------------------------------------- 5 2.1. Wmo 2015 ------------------------------------------------------------------------------------------- 5 2.2. Toelichting bij de gegevensoverdracht (GO) ------------------------------------------------ 5 2.3. De bestanden in de gegevensoverdracht (GO) -------------------------------------------- 6 3. Waar komen de cliëntgegevens vandaan?---------------------------------------------------------- 8 3.1. Project GO ------------------------------------------------------------------------------------------- 8 3.2. Hoe zijn de bestanden met cliëntgegevens aangemaakt? ------------------------------ 8 3.3. Uitlevermomenten ------------------------------------------------------------------------------- 10 4. Selectie van cliënten door het CIZ ------------------------------------------------------------------- 11 4.1. Inhoudelijke toelichting ------------------------------------------------------------------------- 11 4.2. Selectiecriteria CIZ ------------------------------------------------------------------------------ 11 4.3. Uitgesloten cliëntgroepen ---------------------------------------------------------------------- 12 4.4. Aandachtpunten bij bestand met cliënt- en indicatiegegevens ----------------------- 12 5. Selectie van declaratie- en pgb gegevens Vektis ----------------------------------------------- 14 5.1. Selecteren van declaratiegegevens (ZIN) door Vektis---------------------------------- 14 5.2. Selecteren van pgb gegevens door Vektis ------------------------------------------------ 16 5.3. Aandachtspunten algemeen ------------------------------------------------------------------ 17 5.4. Aandachtspunten centrumgemeenten ------------------------------------------------------ 18 5.5. Aandachtspunten bij bestand met declaratiegegevens (ZIN) ------------------------- 19 5.6. Aandachtspunten bij bestand met pgb gegevens ---------------------------------------- 19 6. Overige belangrijke aandachtspunten ------------------------------------------------------------- 22 6.1. Wet Bescherming Persoonsgegevens ------------------------------------------------------ 22 6.2. Testen ---------------------------------------------------------------------------------------------- 22 6.3. Kwaliteit data -------------------------------------------------------------------------------------- 22 6.4. Verantwoordelijkheid gemeente -------------------------------------------------------------- 23 7. Servicedesk ------------------------------------------------------------------------------------------------- 24 7.1. Servicedesk (eerste lijn) ------------------------------------------------------------------------ 24 7.2. Bereikbaarheid servicedesk ------------------------------------------------------------------- 24 7.3. Buiten scope -------------------------------------------------------------------------------------- 24 Bijlage 1: Gehanteerde definities en afkortingen-------------------------------------------------------- 26 Bijlage 2: Toelichting gebruikte data door Vektis ------------------------------------------------------- 28 Bijlage 3: Functionele bestandsbeschrijving ------------------------------------------------------------- 29 Bijlage 4: Codelijsten --------------------------------------------------------------------------------------------- 35 Bijlage 5: Frequently asked Questions --------------------------------------------------------------------- 41 Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | 1. Algemeen 1.1. Documenthistorie Versie Datum Auteur Aanpassingen 1.0 21-07-2014 Projectteam Oplevering versie 1.0 1.1 30-7-2014 Projectteam Toevoeging bijlage 4: Codelijsten: - Indicatie Vervoer - Leveringsvorm (bestand CIZ) - Geleverde zorgomvang 2 FAQ’s: - A.2.13 (toegevoegd) - A.2.14 (toegevoegd) - B.2.1 (aangepast) - B.2.6 (toegevoegd) - B.2.7 (toegevoegd) - C.9 (aangepast) - C.10 (aangepast) 2.0 6-10-2014 Projectteam Toevoegingen/aanpassingen: - Pagina 6. Specifiek tweede levering - Paragraaf 5.3 – toelichtingen - Paragraaf 5.6 – aanvullingen - pagina 33. Omschrijving functiecode FAQ’s: - A.2.8 (aangepast) - A.2.15 (toegevoegd) - B.1.1 (aangepast) - B.1.2 (aangepast) - B.2.2 (aangepast) - B.2.3 (aangepast) - B.4.11 (aangepast) - B.4.13 (toegevoegd) - B.4.14 (toegevoegd) - C.11 (toegevoegd) 1.2. Distributielijst Versie Datum Aan Doel 1.0 21-7-2014 Gemeenten Eerste publicatie 1.1 1-8-2014 Porta gebruikers (CAK) met verwijzing naar publicatie op invoeringwmo.nl (notificatie via e-mail) Update Pagina 3 Toelichting GO Wmo 2.0 6-10-2014 Porta gebruikers (CAK) met verwijzing naar publicatie op invoeringwmo.nl (notificatie via e-mail) | Versie 2.0 | Update (specifiek met PGB gegevens) Pagina 4 Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 5 2. Inleiding 2.1. Wmo 2015 In de Wmo 2015 is geregeld dat de gemeenten vanaf 1 januari 2015 op grond van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) verantwoordelijk zijn voor: het verlenen van ondersteuning bij cliënten > 18 jaar met een AWBZ aanspraak voor extramurale begeleiding (inclusief vervoer); een klein deel van de persoonlijke verzorging aan huis (alleen indien er geen sprake is van somatische, psychogeriatrische of lichamelijke aandoening of primaire medische problematiek); kortdurend verblijf; beschermd wonen; doventolk. De aanspraken in de AWBZ vervallen op 1 januari 2015. Tegelijk worden gemeenten via de Wmo verantwoordelijk voor (continuering van) hulp en ondersteuning aan hun burgers. Voor de invulling van deze nieuwe verantwoordelijkheid dienen gemeenten te beschikken over gegevens van de cliënten die per 1 januari 2015 tot hun verantwoordelijkheid horen. Hiermee kunnen de gemeenten in gesprek met de cliënt een afgestemd ondersteuningsaanbod opzetten en hoeft de klant niet opnieuw gegevens te verstrekken die al bij andere partijen in de AWBZ keten bekend zijn. De gegevensoverdracht is wettelijk verankerd in hoofdstuk 8 van de Wmo 2015. Hierin is geregeld welke gegevens mogen worden overgedragen en dat toestemming van de cliënt voorafgaand aan de gegevensoverdracht niet nodig is. De zorgkantoren en het CIZ zijn beide verplicht een selectie van hun gegevens over te dragen aan de gemeenten. Het betreft hier de gegevens van cliënten die op de peildatum van de gegevensoverdracht een geldige AWBZ-indicatiebesluit hebben voor zorg die per 1 januari 2015 (in de Wmo2015) onder verantwoordelijkheid komen van gemeenten. 2.2. Toelichting bij de gegevensoverdracht (GO) Deze toelichting hoort bij de bestanden waarin de gegevens overgedragen worden van cliënten wiens zorg van AWBZ overgeheveld wordt naar de Wmo: het project GO1. Dit document beschrijft: de wijze van overdracht van cliëntgegevens van de AWBZ naar de Wmo; de aandachtspunten bij de uitgeleverde bestanden. 1 De gegevensoverdracht Jeugd is geen onderdeel van het bestand dat hier toegelicht wordt. Jeugd wordt elders (en anders) vormgegeven, omdat er andere uitgangspunten gelden. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 6 2.3. De bestanden in de gegevensoverdracht (GO) Algemeen De gegevensoverdracht bestaat uit meerdere bestanden. Elke gemeente ontvangt zes verschillende (soorten) bestanden. Drie bestanden hebben betrekking op de ‘reguliere’ zorg (begeleiding en kortdurend verblijf) en drie bestanden hebben betrekking op het ‘beschermd wonen’. De volgende bestanden worden uitgeleverd: Bestand met identificerende en indicatiegegevens (CIZ) regulier Bestand met declaratiegegevens van cliënten met Zorg in Natura (Vektis) regulier Bestand met pgb gegevens van cliënten met pgb (Vektis) regulier Bestand met identificerende en indicatiegegevens (CIZ) beschermd wonen Bestand met declaratiegegevens van cliënten met Zorg in Natura (Vektis) beschermd wonen Bestand met pgb gegevens (Vektis) beschermd wonen Omdat ‘beschermd wonen’ wordt uitgevoerd door de centrumgemeenten, zijn de gegevens van de cliënten die een aanspraak hebben op beschermd wonen in aparte bestanden gezet. Een gemeente die de rol vervult van centrumgemeente ontvangt de bestanden met ‘beschermd wonen’ niet direct, maar moet deze krijgen van de gemeente waar de betreffende cliënten staan ingeschreven in de GBA2. De bestanden bevatten de feitelijke gegevens die bij CIZ en Vektis van cliënten bekend zijn en die onder de Wmo 2015 gaan vallen. Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor de interpretatie van de gegevens. Toepassing en verwerking van de gegevens moet binnen de wettelijke kaders van de Wmo 2015 plaatsvinden. De functionele beschrijving van de inhoud van de bestanden is te vinden in bijlage 3. De cliënten in de bestanden zijn geselecteerd op basis van selectiecriteria die in twee aparte notities nader zijn uitgewerkt door CIZ en Vektis. Deze notities maken deel uit van het Programma van Eisen Overdracht cliëntgegevens AWBZ - Wmo3. 2 Sommige centrumgemeenten beschikken reeds over een mandaat om gegevens van een gemeente zelf op te halen uit het portaal van het CAK. Dit mandaat is dan ook voor deze gegevens van toepassing. 3 www.invoeringwmo.nl Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 7 Specifiek toelichting op de eerste levering De peildatum van de eerste gegevensoverdracht is 14 juli 2014. Alle actieve indicatiebesluiten op de peildatum worden in het selectieproces van de cliënten meegenomen. De periode waarover declaratie- en pgb-gegevens zijn verzameld, is januari tot en met mei/juni 2014. Vanwege privacy wetgeving kunnen de softwareleveranciers hun software pas uitgebreid testen na de eerste aanlevering van gegevens. Het advies is om bestanden van de eerste aanlevering pas in te lezen na een akkoord van uw softwareleverancier. De gegevensoverdracht is ingericht om gemeenten te kunnen voorzien van informatie om zich voor te bereiden op de overgang van de cliënten vanuit de AWBZ. Aan de gegevens die worden overgedragen kunnen door gemeenten, aanbieders of cliënten geen claims voor budget of ondersteuning worden ontleend. Specifiek toelichting op de tweede levering De peildatum van de tweede gegevensoverdracht is 30 september 2014. Alle actieve indicatiebesluiten op de peildatum worden in het selectieproces van de cliënten meegenomen. De periode waarover declaratiegegevens zijn verzameld, is januari tot en met juli/augustus 2014. De pgb gegevens gaan over het budgetjaar 2014. Alle mutaties tot en met augustus 2014 zijn meegenomen. In geval van mutaties wordt alleen de actuele situatie uitgeleverd. Op deze wijze kunt u eenvoudig berekenen wat het budget over heel 2014 zou zijn. Zie hiervoor hoofdstuk 5.6 Aandachtspunten bij bestand met pgb gegevens. Hierin staan ook een aantal rekenvoorbeelden vermeld. Tenslotte wordt verwezen naar een eerder verschenen Informatiekaart gegevensoverdracht Wmo: toepassing en interpretatie van de bestanden voor een nadere toelichting op de verschillen tussen GO en beleidsinformatie. Deze informatiekaart is beschikbaar op www.invoeringwmo.nl. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 8 3. Waar komen de cliëntgegevens vandaan? 3.1. Project GO Voor het overdragen van cliëntgegevens is het project GO ingesteld. In dit project hebben het CIZ, ZN (namens de zorgkantoren), Vektis, het CAK, VWS en VNG nauw samengewerkt om de overdracht van gegevens naar gemeenten op een verantwoorde wijze te realiseren, waarbij de kwaliteit van de gegevens zo hoog mogelijk is. De doelstelling van dit project: het leveren van informatie over de zorg van individuele AWBZ-cliënten, zodat gemeenten het gesprek/onderzoek kunnen starten met de cliënten voor de invulling van het overgangsrecht in de Wmo 2015 en/of de overgang van de AWBZ naar een Wmo maatwerkvoorziening (uiterlijk per 31 december 2015) mogelijk te maken. Voor de overdracht is een technische landelijke oplossing uitgewerkt, die in de volgende paragrafen nader wordt toegelicht. 3.2. Hoe zijn de bestanden met cliëntgegevens aangemaakt? De bestanden van GO zijn op basis van onderstaande procesgang tot stand gekomen. De gegevens zijn afkomstig uit de administratie van het CIZ en de database van Vektis. Onder de afbeelding wordt een nadere toelichting op de stappen beschreven. 3.2.1. Deelproces CIZ Het CIZ beschikt over de AWBZ-indicatiegegevens: Het CIZ selecteert cliënten met een geldig indicatiebesluit. De dag dat het bestand wordt samengesteld is de peildatum en de datum waarop deze persoonsgegevens op basis van het GBA geactualiseerd zijn. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 9 Cliënten worden op basis van deze gegevens overgedragen aan de gemeente waar hij/zij op de peildatum is ingeschreven4. Er worden geen cliënten in het bestand overgedragen die voor de peildatum overleden zijn. De selectie van de over te dragen gegevens wordt samengesteld op basis van indicatiegegevens van cliënten die voldoen aan de selectiecriteria die door VWS zijn vastgesteld. Van de geselecteerde cliënten wordt een selectie van de cliënt- en indicatiegegevens in het bestand gezet. Dit bestand wordt aangeboden aan Vektis. CIZ Selecteren cliënten Actualiseren adresgegevens cliënten Selecteren indicatiegegevens Aanbieden CIZ-bestand Zie ook hoofdstuk 4. voor een nadere toelichting op de gehanteerde selectiecriteria van het CIZ. 3.2.2. Deelproces Vektis Het bestand met de cliënt- en indicatiegegevens van het CIZ wordt op basis van het BSN door Vektis aangevuld met de declaratie- en pgb-gegevens uit 2014. Vektis is verantwoordelijk voor de selectie van de (ZIN) declaratie- en pgb gegevens van de cliënten. Vektis heeft hiervoor twee bronnen beschikbaar. Beide bronnen worden maandelijks door de zorgkantoren aan Vektis aangeleverd. Bron 1: De declaraties Zorg in Natura (ZIN) op basis van de AWBZ. Bron 2: Pgb’s op basis van de AWBZ. Vektis maakt aan de hand van de CIZ gegevens de (zes) gegevensbestanden per gemeente aan. Vektis biedt de bestanden vervolgens aan het CAK aan. Vektis Selecteren declaratiegegevens Aanvullen CIZ-bestand Alloceren cliënten per gemeente Aanbieden Vektis-bestand Zie ook hoofdstuk 5. voor een nadere toelichting op de selectie van declaratie- en pgb gegevens die zijn gehanteerd door Vektis. 3.2.3. Deelproces CAK Het CAK stelt de bestanden beschikbaar voor de betreffende gemeente via het beveiligde portaal van het CAK. De gemeente is zelf verantwoordelijk voor het ophalen van de bestanden. Het CAK heeft geen inhoudelijke verantwoordelijkheid in de uitlevering. Dit betekent dat het CAK geen inhoudelijke controles op de bestanden uitvoert. CAK 4 Inlezen Vektis-bestand Klaarzetten bestand per gemeente Uitleveren bestand Dit kan ook het adres van de zorgaanbieder en/of gemachtigde zijn. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 10 3.3. Uitlevermomenten De gegevensbestanden worden totaal vier maal uitgeleverd om zo volledig en actueel mogelijk te zijn. Alle mutaties, waaronder nieuwe indicatiebesluiten en nieuwe declaratiegegevens van de komende periode worden zo ook bekend bij gemeenten. Het laatste overdrachtsmoment staat gepland voor eind februari 2015, waardoor ook de laatste indicaties en declaraties5 zoveel mogelijk overgedragen worden. Omdat het CIZ alle aanvragen die tot 31 december 2014 nog moet afhandelen, zullen begin 2015 ook nog AWBZindicatiebesluiten worden afgegeven. Deze worden overgedragen in de laatste uitlevering. De vier voorgenomen uitleverdata zijn: eind juli 2014 eind september 2014 medio november 2014 eind februari 2015 Op alle uitleverdata wordt een compleet bestand overgedragen aan de gemeenten: dat betekent dat alle cliënten die volgens bovenstaande proces worden geselecteerd in alle bestanden voor (kunnen) komen. 5 Declaraties volgen altijd 1 á 2 maanden na de zorgverlening. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 11 4. Selectie van cliënten door het CIZ 4.1. Inhoudelijke toelichting De codelijsten die gehanteerd zijn in de selectie vindt u in de bijlagen van dit document. Meer inhoudelijke informatie vindt u in de publicatie ‘Zicht op cijfers: Toelichting op de AWBZ beleidsinformatie van CAK en CIZ’. Daar zijn begrippen uit de AWBZ toegelicht en is achtergrondinformatie opgenomen over de functies en ZZP’s (GGZ-C) die overgaan van de AWBZ naar de Wmo. Deze publicatie is beschikbaar op www.invoeringwmo.nl In de Handreiking “Invulling en uitvoering van het Overgangsrecht AWBZ – Wmo 2015” is een toelichting op het overgangsrecht in de Wmo 2015 gegeven. Ook deze publicatie is beschikbaar op bovenstaande website. Op de website van het CIZ www.ciz.nl is op de startpagina de ‘Indicatiewijzer 2014’ beschikbaar, daarin worden de beleidsregels voor de AWBZ toegelicht en de wijze waarop het CIZ deze toepast bij de indicatiestelling AWBZ. 4.2. Selectiecriteria CIZ De onderstaande geïndiceerde functies en ZZP’s worden overgedragen aan gemeenten. Geselecteerd worden de indicatiebesluiten met: Functies en ZZP’s uit onderstaand schema die geldig zijn op de peildatum Combinaties van ZZP0 (partnerverblijf) met geldige functies uit onderstaand schema die geldig zijn op de peildatum Er wordt dus niet gekeken of de functies/ZZP’s nog geldig zijn op 1-1-2015. Bij de bepaling van de PV-functies is de dominante grondslag leidend. Functie/ZZP 6 7 Voorwaarde Functie Begeleiding individueel (BGI) Intra/ Extramuraal Extra6 Functie Begeleiding groep (BGG) Extra Functie Extra Functie Kortdurend verblijf (KVB) / Verblijf tijdelijk (VBT) Persoonlijke verzorging (PV) ZZP GGZ 1 C Intra7 ZZP GGZ 2 C Intra ZPP GGZ 3 C Intra ZZP GGZ 4 C Intra ZZP GGZ 5 C Intra Grondslag = Zintuigelijke handicap (ZG), Verstandelijke handicap (VG) of Psychiatrische aandoening (PSY), zonder combinatie met geldige Verpleging (VP) Zorg thuis en dagbesteding Zorglevering in combinatie met wonen in een instelling Extra Toelichting GO Wmo ZZP | Versie 2.0 GGZ 6 C | Pagina 12 Intra 4.3. Uitgesloten cliëntgroepen Voor de gegevensoverdracht zijn de AWBZ-indicatiebesluiten geselecteerd met geldige functies of ZZP’s op de datum van selectie (peildatum). Naast de functies of ZZP’s die overgaan van de AWBZ naar de Wmo kan een indicatiebesluit ook functies of ZZP’s bevatten die niet overgeheveld worden naar de Wmo, deze functies of ZZP’s zijn niet zichtbaar in de gegevensoverdracht. Van selectie zijn de volgende cliëntgroepen ook uitgesloten. Voor deze groepen geldt dat of de aanbieder of de cliënt zelf kenbaar moet maken dat zij een geldige AWBZ indicatie hebben en dus onder het overgangsrecht Wmo 2015 vallen. Het gaat om: Cliënten met een adres buiten Nederland (RNI); Kinderen die op 31 december 2014 jonger zijn dan 18 jaar (betreft transitie Jeugd); Geheime cliënten, het CIZ markeert deze personen in het systeem omdat het communiceren van de gegevens niet in het belang van de (veiligheid van de) persoon is. Hierbij moet worden gedacht aan mensen die vanwege bijvoorbeeld huiselijk geweld en/of eerwraak elders zijn ondergebracht. Het gaat totaal om een paar honderd personen. Cliënten van wie bij het CIZ het BSN niet gevonden is (meestal oudere indicaties). Na opschoning blijven er landelijk enkele cliënten over zonder BSN. Deze kunnen dus niet overgedragen worden. 4.4. Aandachtpunten bij bestand met cliënt- en indicatiegegevens De volgende gegevens kunnen niet worden overgedragen door het CIZ: Lopende aanvragen, waarvoor (nog) geen indicatiebesluit is afgegeven. Indien nog een geldige voorgaande indicatie actief is, dan is deze wel meegenomen in de selectie. Alle aanvragen die voor 31 december 2014 zijn ingediend zullen door het CIZ nog worden afgehandeld. In de laatste update eind februari zullen ook deze cliënten in het bestand zitten omdat dan nagenoeg alle indicatieaanvragen door CIZ zijn afgehandeld. Gegevens over additionele uren. Ruim duizend cliënten hebben een AWBZ aanspraak met additionele zorguren, hierbij gaat de zorgbehoefte van de cliënt uit boven de hoogst mogelijke klasse. Dit is in de gegevensset van het CIZ niet zichtbaar. Uit de declaratiegegevens kan dit wel worden herleid. Het gaat hierbij om cliënten waarbij de hoogste mogelijke klasse is geïndiceerd en waarbij de gedeclareerde zorg hoger is dan deze klasse. In het gesprek met de cliënt kan nader worden geïnventariseerd hoe hoog de additionele zorguren zijn. Vanwege het overgangsrecht AWBZ hebben de huidige cliënten met een laag ZZP (intramuraal) die extramuraal wordt verzilverd, in 2015 de gelegenheid om zelf te kiezen tussen ondersteuning vanuit de Wmo of intramurale zorg. Omdat nu nog niet bekend is wat de individuele cliënt gaat doen, kunnen de gegevens van deze cliënten niet worden meegenomen in de selectie. In 2015 moeten deze cliënten zichzelf melden bij hun gemeente en/of zorgverzekeraar als ze zorg en ondersteuning willen ontvangen.8 Deze groep cliënten maakt geen onderdeel uit van deze overdracht. Als gemeente hoeft u hier op dit moment dus geen actie op te ondernemen. 8 Meer informatie hierover kunt u vinden in de Informatiekaart Overgangsregime AWBZ cliënten van het TransitieBureau Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 13 Cliënten met een indicatie voor Palliatief Terminale Zorg (PTZ) vallen onder de Zvw en worden niet overgedragen aan gemeenten. Vanwege de complexiteit van de selectiecriteria van PTZ, is het niet helemaal uit te sluiten dat er in de eerste levering een enkel geval toch in het bestand voorkomt. De verwachting is dat dit in de volgende levering wordt gecorrigeerd. Experimenten regelarme instellingen (ERAI) met zogenaamde ‘pakketindicaties’ en ‘standaard indicaties’. Experimenten regelarme instellingen richten zich onder andere op het versimpelen van de indicatie, registratie en verantwoording. Een deel van de ERAI gericht op vereenvoudiging van de indicatiestelling. Dit levert echter problemen op voor de gegevensoverdracht. Het gaat hier om zorg geleverd door Buurtzorg en De Zorgboog. Zij werken met één product tegen één standaard tarief. De functies Persoonlijke Verzorging, Verpleging en Begeleiding zijn daarbij verpakt in één functie Verpleging, zowel bij indicatie als declaratie. De geïndiceerde functie zegt dus hier niets over welke zorg daadwerkelijk ingezet wordt. Deze aanbieders moeten er zelf voor zorgen dat de gemeenten voldoende op de hoogte zijn over die cliënten. Zorgaanbieders zijn hiervan op de hoogte en met hen is afgesproken dat ze hierover contact zoeken met de betreffende gemeenten. Voor de overige ERAI aanbieders geldt bovenstaande niet, daar is eventuele BG in het indicatiebesluit als functie zichtbaar. Doventolkzorg. De doventolkzorg in de AWBZ wordt uitgevoerd door Menzis. Menzis zal samen met VWS en de VNG nader uitwerken wat er moet worden geregeld voor de gegevensoverdracht rond de doventolkregeling. Dit valt buiten deze gegevensoverdracht. De Bureau Jeugdzorg (BJZ) indicaties voor cliënten ouder dan 18 jaar worden niet meegenomen. Deze vallen wel onder de Wmo 2015. Deze indicaties zijn door BJZ afgegeven en daarmee niet beschikbaar bij het CIZ. De zorgaanbieder moet hiervoor zelf contact opnemen met de gemeenten. De gegevens van cliënten met de indicatievrije ‘specialisatie begeleiding voor zintuiglijk gehandicapten’. Deze gegevens worden in augustus door de zorgaanbieders aangeleverd bij gemeenten. Voor deze vorm van begeleiding zijn landelijke inkoopafspraken gemaakt (zie ook de informatiekaart op invoeringwmo.nl die hiervoor is opgesteld). Cliënten met AWBZ zorg zonder indicatie. Dit betreft zorg die geleverd wordt onder de AWBZ, maar waarvoor geen indicatie noodzakelijk is. Doordat in die gevallen de aanspraak dus niet bekend is, zullen de declaraties als gevolg daarvan niet overgedragen worden. Cliënten die dus alleen maar AWBZ zorg ontvangen die indicatievrij is, worden in het geheel niet overgedragen. Bepaalde zorg wordt als lumpsum vergoed aan een zorgaanbieder, zoals de inloop GGZ. Dit is apart geregeld in het budget dat naar gemeenten gaat. Deze zorg wordt niet geïndiceerd en niet op cliëntniveau gedeclareerd. De aanbieder kan in meerdere gemeenten actief zijn. De zorgaanbieder moet zorgdragen voor overdracht van cliënten en/of afspraken naar gemeenten. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 14 5. Selectie van declaratie- en pgb gegevens Vektis Nadat het CIZ alle cliënten en indicatiegegevens heeft geselecteerd die naar de Wmo gaan, vindt bij Vektis ook een selectie plaats. Hierbij worden per cliënt de juiste declaraties geselecteerd en/of de bijbehorende pgb’s. Hieronder wordt dit selectieproces toegelicht. 5.1. Selecteren van declaratiegegevens (ZIN) door Vektis In de declaratiegegevens van Vektis staan alle beschikbare AWBZ-declaraties. Niet alle declaraties hebben betrekking op zorg die wordt overgeheveld naar de Wmo. Vektis ontvangt van het CIZ een bestand met daarin de personen met een geldige indicatie voor zorg die naar de Wmo wordt overgeheveld. Vektis zoekt daar vanuit de relevante declaratiegegevens ZIN bij. Hierbij wordt gekeken naar de beschikbare declaraties in het jaar 2014. Na de koppeling van de indicaties aan de declaraties zijn verschillende combinaties te onderscheiden. Deze combinaties worden hieronder benoemd: 1. Extramurale indicatie extramuraal verzilverd 2. Intramurale indicatie intramuraal verzilverd 3. Intramurale indicatie extramuraal verzilverd 4. Extramurale indicatie nog niet verzilverd 5. Intramurale indicatie nog niet verzilverd 5.1.1. Werkwijze combinatie 1: Extramurale indicaties ( extramuraal verzilverd) De declaraties die horen bij de extramurale indicaties worden naast de positieve selectielijst9 gehouden. Deze lijst wordt gebruikt voor het bepalen van de juiste prestatiecodes en is in overleg met VWS, zorgkantoren, CIZ en ZN opgesteld. De lijst is ook opgenomen in dit document in bijlage 4 Codelijsten. Alle declaraties met prestatiecodes die op deze lijst staan worden aan de gemeenten uitgeleverd. Declaraties met andere prestatiecodes worden eruit gefilterd en worden dus ook niet geleverd aan de gemeenten. Op deze manier wordt gedeclareerde zorg die niet naar de Wmo gaat ook niet uitgeleverd aan de gemeenten. Er wordt bij de selectie van de declaraties rekening gehouden met de periode/looptijd van de indicatie: uitgangspunt voor de selectie van declaraties is de aangeleverde ingangsdatum en einddatum van de functie volgens het CIZ indicatiebesluit. Hierbij worden wel alleen declaraties uit 2014 uitgeleverd. Voor de prestatiecodes die te maken hebben met persoonlijke verzorging (H126, H127, H136 en H137) geldt een aparte werkwijze. Het kan namelijk voorkomen dat iemand een indicatie heeft voor bijvoorbeeld de AWBZ-functie Begeleiding en daarnaast ook nog voor de AWBZ-functie Persoonlijke Verzorging. Het CIZ selecteert dan alleen de functie Begeleiding van deze persoon, want die zorg gaat naar de Wmo. Vektis zoekt voor deze persoon alle prestatiecodes in dezelfde periode van de indicatie met begeleiding. De gevonden prestatiecodes worden vervolgens tegen de positieve selectielijst aangelegd. Hier kunnen dan ook declaraties met PV in voorkomen, aangezien deze ook op deze positieve selectielijst staan. Nadat deze stap gedaan is (en de prestatiecodes die niet op de selectielijst staan verwijderd zijn), wordt nog gecontroleerd voor de prestatiecodes H126, H127, H136 en H137, wat de grondslag van deze persoon in de indicatie in die periode was. Wanneer deze grondslag niet VG, ZG of PSY is, wordt de declaratie PV niet 9 De positieve selectielijst is een lijst met prestatiecodes die worden getoond bij extramurale indicaties. De lijst bevat dus een gedeelte van alle mogelijke prestatiecodes in de AWBZ en dit zijn de prestatiecodes die aan de gemeenten geleverd worden bij de extramurale indicaties. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 15 geleverd aan de gemeente. Wanneer de grondslag wel één van deze drie is, wordt de declaratie PV wel opgeleverd aan gemeente. Als ook VP voorkomt in de indicatie dan wordt PV niet uitgeleverd aan gemeente. 5.1.2. Werkwijze combinatie 2 en 3: Intramurale indicaties (intra- of extramuraal verzilverd) Voor de intramurale indicaties, GGZ C pakketten, worden alle declaraties in het bestand getoond. De reden hiervoor is dat deze indicaties ook extramuraal, met een sectorvreemd ZZP of door middel van een Volledig Pakket Thuis kunnen worden verzilverd. Hierbij wordt geen lijst gebruikt om bepaalde prestatiecodes te filteren. Het maakt dus niet uit of de indicatie intramuraal of extramuraal verzilverd wordt. Alle declaraties worden in het bestand getoond, omdat de gemeente verantwoordelijk is voor het leveren van alle zorg aan deze cliënten. Aangezien er teruggekeken wordt, kan het voorkomen dat een persoon voordat hij/zij een GGZ C pakket had, andere AWBZ-zorg heeft gehad die niet wordt overgeheveld naar de Wmo. Daarom wordt net als bij combinatie 1 ook gekeken naar de periode van de indicatie. Alleen de declaraties in 2014 die in dezelfde periode vallen als de indicatie voor een GGZ C ZZP worden aangeleverd aan de gemeente. Hierbij wordt ook de aangeleverde ingangsdatum en einddatum van de functie/ZZP van het CIZ gebruikt. 5.1.3. Werkwijze combinatie 4 en 5 (niet verzilverd): Bij combinatie 4 en 5 kunnen er geen declaratiegegevens worden geselecteerd. De cliënten hebben wel een indicatie voor zorg, maar er zijn (nog) geen declaratiegegevens, omdat de cliënt (nog) geen zorg afneemt of omdat er nog geen declaratiegegevens beschikbaar zijn bij Vektis (zie hoofdstuk 6 voor nadere toelichting). 5.1.4. Schematische weergave selectie Zorg in Natura 1. Indicatie CIZ Declaratie AWBZ Extramurale indicatie Extramurale verzilvering Alleen declaraties op de positieve selectielijst in dezelfde periode als indicatie in bestand gemeente. Prestatiecodes persoonlijke verzorging (PV) worden achteraf op grondslag (ZG, VG en PSY) gecontroleerd. 2. 3. Intramurale indicatie Intramurale verzilvering Alle declaraties in dezelfde periode als indicatie in bestand gemeente. Intramurale indicatie Extramurale verzilvering Alle declaraties in dezelfde periode als indicatie in bestand gemeente. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 16 5.2. Selecteren van pgb gegevens door Vektis In de pgb-bestanden bij Vektis staan cliëntgegevens over alle AWBZ zorg waarvoor een pgb is verstrekt. Niet alle pgb's hebben betrekking op zorg die wordt overgeheveld naar de Wmo. Vektis zoekt bij de cliënten in het CIZ bestand de pgb’s uit het pgb-bestand. Hierbij wordt gekeken naar het jaar 2014 (voor zover de pgb’s beschikbaar zijn). Ook hier is net als bij ZIN sprake van verschillende combinaties: 1. Extramurale indicatie extramurale pgb 2. Intramurale indicatie intramurale pgb 3. Intramurale indicatie extramurale pgb 4. Extramurale indicatie nog niet verzilverd 5. Intramurale indicatie nog niet verzilverd 5.2.1. Werkwijze combinatie 1: Extramurale indicaties (extramuraal verzilverd) In de pgb-bestanden van zorgkantoren staan geen prestatiecodes, maar functies en ZZP’s. Aan de hand van dezelfde tabel als bij het selecteren van de CIZ gegevens worden de juiste pgb’s gezocht. De extramurale indicatie moet dus een extramurale pgb bevatten met daarin de functie BGI, BGG, KVB/VBT of PV. Bij de regels met de functie PV wordt, net als bij de PV prestatiecodes bij ZIN, ook nog de grondslag uit de indicatie gecontroleerd. Wanneer deze ZG, VG of PSY is, wordt de regel geselecteerd, anders niet. Bovendien mag er in de periode van de PGB voor PV geen PGB voor Verpleging (VP) aanwezig zijn. Wanneer er geen VP aanwezig is, wordt de regel wel geselecteerd, is er wel VP aanwezig dan wordt deze pgb-regel niet geselecteerd. Werkwijze combinatie 2 en 3: Intramurale indicaties (intra –of extramuraal verzilverd) Voor de intramurale indicaties wordt alle pgb-informatie getoond. Voor deze groepen geldt dat ook hier naar de periode van de ZZP van de indicatie wordt gekeken. Alleen de pgb’s in 2014 die in dezelfde periode vallen als de indicatie worden getoond aan de gemeente. 5.2.2. 5.2.3. Werkwijze groep 4 en 5 (niet verzilverd): Bij combinatie 4 en 5 kunnen er geen pgb-gegevens worden geselecteerd. De cliënten hebben wel een indicatie voor zorg, maar er zijn (nog) geen pgb-gegevens, omdat het zorgkantoor nog geen toekenningsbeschikking heeft afgegeven. Toelichting GO Wmo 5.2.4. | Versie 2.0 | Pagina 17 Schematische weergave selectie PGB 1. Indicatie CIZ PGB AWBZ Extramurale indicatie Extramuraal PGB Alleen PGB’s met functie 31, 71, 81 en 82 in dezelfde periode als indicatie in bestand gemeente. Functie 31 wordt achteraf gecontroleerd op grondslag (ZG, VG, PSY) en geen Verpleging (41) 2. 3. Intramurale indicatie Intramuraal PGB Alle PGB’s in dezelfde periode als indicatie in bestand gemeente. Intramurale indicatie Extramuraal PGB Alle PGB’s in dezelfde periode als indicatie in bestand gemeente. 5.3. Aandachtspunten algemeen Naar schatting heeft een kwart van de cliënten die voorkomen in het CIZ bestand geen declaratie of PGB gegevens in de ZIN/PGB bestanden. Hiervoor kunnen verschillende redenen zijn: Cliënt heeft een indicatie maar maakt er (nog) geen gebruik van (of niet meer); Cliënt heeft een indicatie aangevraagd om in aanmerking te komen voor een regeling, zoals de Wtcg10 of het Mantelzorgcompliment; Cliënt heeft uit voorzorg een indicatie aangevraagd; Het betreft een recente indicatie waarvan de declaratie of PGB nog niet is verwerkt in de systemen; Aanbieder declareert niet (levert wel zorg) of heeft nog niet gedeclareerd; Extramurale aanbieder declareert op een prestatiecode die niet voorkomt in de positieve selectielijst; Afkeur van een declaratieregel. Deze kan later weer wordt ingediend en kan dus in een later bestand wel voorkomen; of de zorglevering wordt op een andere wijze verantwoord bij het zorgkantoor. Afhankelijk van het beleid van de gemeente, kunt u besluiten om bijvoorbeeld deze groep niet als eerste te benaderen en in de tweede uitlevering te bekijken of deze cliënten inmiddels wel voorkomen in het declaratie of pgb bestand. In dit verband is de startdatum van de indicatie interessant. De kans dat er nog gedeclareerd gaat worden op een indicatie met een recente ingangsdatum is groot. Als de startdatum van een indicatie in een ver verleden ligt en er is niet gedeclareerd, dan zou het kunnen gaan om een cliënt die geen gebruik meer maakt van zijn indicatie. De bestanden op cliëntniveau (Gegevensoverdracht (GO) bestanden) zijn niet te vergelijken met de eerder verstrekte beleidsinformatie op geaggregeerd niveau. De gegevensoverdracht 10 Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 18 (GO) heeft als doel om gemeenten inzicht te geven in wie op de betreffende peildatum in aanmerking komt voor het overgangsrecht van de AWBZ en zich dus in potentie per 1 januari 2015 kan melden bij de gemeente. De beleidsinformatie heeft als doel gemeenten een beeld te geven van de omvang en aard van de AWBZ doelgroep, de zorgconsumptie op jaarbasis en de AWBZ aanbieders die de zorg leveren, zodat gemeenten hun beleid en inkoop hier op kunnen baseren. De beleidsinformatie over het jaar 2013 is in januari jl. door CIZ en CAK en in april jl. door Vektis, beschikbaar gesteld. De beleidsinformatie uit januari van het CAK gaat over eigen bijdrageplichtigen (dus alleen cliënten ouder dan 18) en bevat dus een kleinere populatie dan CIZ en Vektis. De belangrijkste reden waarom het GO bestand niet te vergelijken is met de eerder verstrekte beleidsinformatie is omdat het GO bestand gebaseerd is op het aantal unieke cliënten die op peildatum (1ste levering 14 juli 2014 en 2de levering 30 september 2014) een geldige CIZ indicatie hadden met zorg die vanaf 1 januari 2015 onder het overgangsrecht Wmo 2015 valt. De beleidsinformatie is gebaseerd op het aantal cliënten (en daaraan gekoppelde declaraties) op jaarbasis. De volgende factoren maken dat het aantal indicaties op jaarbasis hoger is dan het aantal indicaties op peildatum: de cliënten die een kortdurende indicatie hebben gehad, waarvan de geldigheid ondertussen is verlopen zijn op peildatum niet zichtbaar; de cliënten die ondertussen een indicatie hebben gekregen voor zorg die niet overgaat naar de Wmo zijn op peildatum niet zichtbaar; de cliënten die zijn overleden of verhuisd, zijn op peildatum niet zichtbaar. Daarnaast is voor het GO bestand gebruik gemaakt van de meest actuele verdeling van AWBZ indicaties en prestatiecodes naar de Wmo 2015, op basis van de definitieve wet11. Deze criteria wijken enigszins af van de criteria die zijn toegepast bij de beleidsinformatie. Voor de beleidsinformatie hebben CIZ en Vektis gebruik gemaakt van de verdeling op basis van de wetsvoorstellen op dat moment (januari 2014). 5.4. Aandachtspunten centrumgemeenten Cliënten met een GGZ C indicatie kunnen hun zorg op verschillende manieren verzilveren (pgb of ZIN), allen met andere prestatiecodes: extramuraal (met één of meerdere prestatiecode(s)); extramuraal (met een volledig pakket thuis (VPT); intramuraal (wonen in een instelling). Aandachtspunt is dat er cliënten zijn met geïndiceerde zorg die overgeheveld wordt naar de Wmo, terwijl de cliënt zorg ontvangt uit een andere sector. Bijvoorbeeld een cliënt is geïndiceerd voor een ZZP C, maar ontvangt de zorg in een andere instelling dan een RIBW, bijvoorbeeld een instelling voor Verstandelijk gehandicapten. Omdat cliëntgegevens overgedragen worden op basis van de indicatiegegevens gaan deze dus mee in de gegevensoverdracht (zie ook paragraaf 5.1.1). Bij de gegevensoverdracht is het onmogelijk een uitsplitsing te maken naar opvang vs. nietopvang. Dit wordt bij de indicatiestelling immers niet geregistreerd. In de praktijk woont het grootste deel van de opvangcliënten in de centrumgemeente zelf en niet in een regiogemeente. Het kan echter vóórkomen dat de cliënt zich bevindt in een regiogemeente. In dat geval worden zijn gegevens overgedragen aan de regiogemeente. Overigens heeft de 11 De verdeling (NZA-codelijst) is beschikbaar op www.invoeringwmo.nl. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 19 centrumgemeente de beschikking over een overzicht van (opvang)instellingen die hebben deelgenomen aan een recente uitvraag onder instellingen (via de brancheorganisatie Federatie Opvang) naar realisatiegegevens 2013. Zij weten dus door welke instellingen het budget samenhangend met opvang is geproduceerd. 5.5. Aandachtspunten bij bestand met declaratiegegevens (ZIN) Declaratiebestanden komen na afloop van een zorgleveringsperiode binnen bij het zorgkantoor. Het zorgkantoor verwerkt de declaraties en levert dan declaratiebestanden aan bij Vektis. Vektis verwerkt deze gegevens in het datawarehouse. De doorlooptijd van het gehele proces zorgt ervoor dat informatie pas na een bepaalde periode beschikbaar komt bij Vektis. NB. Het declaratieprotocol AWBZ staat toe om tot 6 maanden na afloop van een kalenderjaar nog correcties in te dienen en daarom bestaat de kans dat in de laatste overdracht niet alle declaraties ingediend zijn, ook kunnen de declaratiegegevens later nog wijzigen. Bij ZIN declaraties worden bewust geen financiële gegevens meegeleverd. Hiervoor zijn diverse redenen, bijvoorbeeld bij de nacalculatie van een instelling kunnen nog verrekeningen worden doorgevoerd, zoals een correctie op de prestatiemix of gerealiseerde productie. Dit wordt niet altijd op cliëntniveau gecorrigeerd en is dus niet altijd zichtbaar in de cliënt/declaratiegegevens. Dit geldt ook voor afspraken over lumpsumvergoedingen. Ook hierover zijn bij de zorgkantoren geen cliëntgegevens beschikbaar. In het ZIN bestand wordt ook aangegeven of de regel debet of credit is. Wanneer de regel credit is, betekent dit dat de zorg door de zorgaanbieder gecrediteerd is. Het gebeurt dat er achteraf nog een correctie is op een eerdere declaratie. In het bestand is zowel de positieve als de negatieve regel zichtbaar. De gemeente kan de beide corresponderende regels dan tegen elkaar wegstrepen. 5.6. Aandachtspunten bij bestand met pgb gegevens De pgb gegevens die Vektis van de zorgkantoren ontvangt, bevatten budgetgegevens over de voor de geïndiceerde en toegewezen functie of ZZP toegekende pgb vanuit de AWBZ. Vektis beschikt niet over informatie over de zorg die is geleverd met een pgb, of wie de zorgverlener was. Bij de eerste uitlevering is het toegekende budget in het pgb bestand nog op € 0 gesteld. Dit komt omdat enerzijds de programmatuur nog moest aangepast en anderzijds om nog een extra kwaliteitsslag op de budgetgegevens te kunnen toepassen. Doel is dat gemeenten duidelijk en eenvoudig inzicht krijgen op het aan de budgethouder toegekende AWBZ budget in 2014. In tegenstelling tot de eerste uitlevering ontvangt u in de tweede uitlevering de actuele gegevens van een pgb-houder met zijn budgetgegevens. Aan de hand van de in de tweede aanlevering geleverde budgetgegevens kunt op een eenvoudige wijze het AWBZ jaar budgetbedrag over 2014 berekenen. 1. Indien ingangsdatum van de functie of de ZZP gelijk is aan 01-01-2014 of daarvoor ligt dan is het toegekend budget het toegekend AWBZ jaar budgetbedrag; 2. Indien de ingangsdatum van de functie of de ZZP ligt na 01-01-2014 dan is het toegekend budget het toegekend AWBZ budgetbedrag over de periode ingangsdatum tot en met 31-12-2014. Dit kan dan door u worden omgerekend naar een jaarbudget . Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 20 Op deze wijze heeft u de beschikking over het AWBZ jaarbudget over 2014. Aan de hand hiervan kunt u, rekening houdend met de wettelijke overgangsregeling en de einddatum van de indicatie het pgb budget 2015 vaststellen. In het pgb-bestand heeft elke regel een functiecode. Wanneer er een ZZP gevuld is, is deze leidend en wordt de functiecode genegeerd. In deze gegevensoverdracht is dat in alle gevallen een GGZ C pakket. Wanneer geen ZZP gevuld is (of als deze is gevuld met nullen of spaties), wordt uitgegaan van de (ingevulde) functiecode. Wanneer bij een extramurale indicatie één van de vier functiecodes (BGI, BGG, KVB/VBT of PV) in dezelfde periode is gevuld, wordt deze geselecteerd en uitgeleverd aan de gemeente. Bij een intramurale indicatie worden alle gevulde regels uit dezelfde periode uitgeleverd aan de gemeente. Voorbeelden berekening budgetgegevens Functie Ingangsdatum (jaar, maand, dag) 81 81 82 82 81 20140107 20120326 20140626 20120101 20130301 Einddatum (jaar, maand, dag) 20290106 20250401 20160731 20180101 20150102 Toegekend budget (in centen) Aantal dagen in 2014 Berekend jaarbudget 2014 (in EUR) 2666293 1589100 402003 1293900 186900 359 365 189 365 365 € 27.108,55 € 15.891,00 € 7.763,55 € 12.939,00 € 1.869,00 Indien het aantal dagen in 2014 kleiner is dan 365, dan moet het aantal dagen gedeeld worden door het bedrag toegekend budget en vermenigvuldigd worden met 365. Deze berekening geldt ook indien er sprake is van een ZZP. Aanvullende aandachtspunten bij de pgb budgetbedragen Een budgethouder kan gedurende het jaar zijn pgb omzetten in zorg in natura. De indicatie blijft dan geldig, maar het pgb budget wordt gestopt. In een aantal van deze situaties staat in de einddatum nog de einddatum van de geïndiceerde functie. Bij het omrekenen leidt dit dan tot een bedrag lager dan € 1.400,00. Indien dit het geval is kunnen er voor deze geïndiceerde functie ook declaratieregels zorg in natura voorkomen. In dat geval dient u de pgb regel te negeren. Ook na deze uitlevering (de tweede levering) kan het budgetbedrag voor een cliënt dit jaar nog aangepast worden, door bijvoorbeeld een herindicatie. Deze wijziging is pas in een van de volgende aanleveringen zichtbaar. U moet daarom altijd de volgende uitlevering controleren op wijzigingen. Bij de berekening van een periode naar een jaarbedrag kunnen er in verband met afrondingen kleine verschillen optreden. Dit kan overigens ook gelden bij de budgetbedragen waarbij de periode volledig in 2014 valt. Ook dat heeft te maken met afrondingsverschillen, waarbij zorgkantoren het jaartarief hebben omgezet naar een dagtarief. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 21 Budgethouders met een pgb die afloopt voor 31-12-2014 zijn niet in het bestand opgenomen. Door een herindicatie kunnen deze budgethouders in een volgende levering wel voorkomen. Cliënten met een ZZP hebben de mogelijkheid om op functieniveau te switchen van PGB naar ZIN en andersom. Om die reden kan een budgetbedrag bij een ZZP niet omgerekend worden, indien de begindatum ligt na 1-1-2014. Bij ZZP’s kunt u het jaarbudget dus niet altijd juist berekenen indien het aantal dagen in 2014 kleiner is dan 365. In deze gevallen dient u contact op te nemen met de cliënt. Het gaat hierbij om een gering aantal cliënten. In de volgende uitlevering willen we dit opgelost te hebben. De pgb bedragen in het bestand zijn bruto pgb bedragen, dus exclusief eventuele eigen bijdrage die de budgethouder moet betalen. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 22 6. Overige belangrijke aandachtspunten In dit hoofdstuk wordt een aantal specifieke aandachtspunten onder uw aandacht gebracht met betrekking tot de uitgeleverde bestanden. 6.1. Wet Bescherming Persoonsgegevens Gemeenten zijn zelf verantwoordelijk voor het zorgvuldig gebruik en de beveiliging van de overgedragen gegevens binnen de kaders van de Wbp en de Wmo 2015. Hoe waarborgt u de privacy van de cliënt? Het bestand zal bijzondere persoonsgegevens in de zin van de Wbp (Wet bescherming persoonsgegevens) bevatten. Gemeenten zijn dus ook gehouden aan de privacy eisen die de Wbp stelt voor het verwerken van deze gegevens. Hoofdstuk 5 van de Wmo 2015 geeft het wettelijk kader voor gemeenten voor de gegevensverwerking binnen de Wmo 2015. De artikelen in dit hoofdstuk zijn direct na publicatie van de Wmo 2015 in het Staatsblad van kracht. Vanuit het traject VISD12 is een privacyscan beschikbaar voor gemeenten. De privacyscan geeft inzicht in de verschillende processtappen die nodig zijn om goede en zorgvuldige gegevensuitwisseling na 2015 te borgen en levert een to-do lijst op. U kunt de privacy scan hier vinden: https://www.visd.nl/secties/gegevensuitwisseling-en-privacy/producten/toelichting-privacy-scangemeenten 6.2. Testen Vanwege privacy kunnen de softwareleveranciers hun software pas uitgebreid testen na de eerste aanlevering van gegevens. Het advies is om bestanden van de eerste aanlevering pas in te lezen na een akkoord van uw softwareleverancier. 6.3. Kwaliteit data Uit inhoudelijke controles van CIZ en Vektis is gebleken dat de kwaliteit van de gegevensbestanden in het algemeen goed te noemen is. Waar mogelijk heeft CIZ opschoning / kwaliteitsverbetering van de bestanden toegepast. Vektis heeft geen toestemming om gegevens van zorgkantoren aan te passen. In enkele gevallen kan het derhalve voorkomen dat onbekende codes of waarden worden getoond. Dit geldt alleen voor de pgb-gegevens. Hier worden momenteel nog nadere analyses op uitgevoerd. In de tweede uitlevering (in september) zal indien noodzakelijk hier nadere verbeteringen voor zijn doorgevoerd. Ter verduidelijking: Vektis ontvangt van de zorgkantoren de bestanden met declaratiegegevens (ZIN) via VECOZO. VECOZO voert een aantal technische controles uit. Indien de bestanden technisch correct zijn, worden zij door Vektis ontvangen. Vektis controleert vervolgens ook nog een aantal technische aspecten. Nadat de bestanden technisch akkoord zijn bevonden, worden deze ingelezen. Voor pgb bestanden geldt dat deze alleen door Vektis technisch zijn gecontroleerd en goed bevonden moeten worden. 12 Verkenning Informatievoorziening Sociaal Domein Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 23 Bij het samenstellen van de bestanden is de grootst mogelijke zorgvuldigheid betracht. Heeft u desondanks het idee dat er gegevens ontbreken, dan kan de gemeente dit aanmelden bij de helpdesk (zie hoofdstuk 7), zodat hier een nadere analyse op kan plaatsvinden. 6.4. Verantwoordelijkheid gemeente De gemeente is verantwoordelijk voor: het zorgvuldig omgaan met de gegevens, binnen de privacy kaders van de Wbp; het vaststellen of een cliënt is ingeschreven in de GBA van uw gemeente. Het kan zijn dat na de selectie door het CIZ in het GBA nog gegevens zijn gewijzigd, bijvoorbeeld als gevolg van overlijden of verhuizing. Stel dit vast voordat u de gegevens gaat gebruiken; het verifiëren van de contactgegevens van de cliënt, voorafgaand aan het opnemen van contact met betreffende cliënt. In de aan de gemeente aangeleverde gegevens is alleen het adresgegeven van de cliënt opgenomen; overdracht van de cliënten aan andere gemeenten indien u meent dat een cliënt niet in uw gemeente, maar bij een andere gemeente thuishoort (dit geldt alleen na de laatste uitlevering); het uitleveren van de bestanden met cliëntgegevens beschermd wonen aan en voor centrumgemeenten; het vaststellen van het pgb budget voor 2015 en het informeren hierover aan de cliënt en de SVB. De wijze waarop het budget vastgesteld kan worden op basis van de overdrachtsgegevens staat in hoofdstuk 5 van deze toelichting beschreven; het beschikken over functionaliteit voor het inlezen/inzien van de bestanden. Een aantal softwareleveranciers hebben voor gemeenten inleesfunctionaliteit gebouwd. Neem hiervoor contact op met de leverancier van uw Wmo-applicatie; De consequenties van een gemeentelijke herindeling: Het CIZ werkt met de recente versie van de Cendris tabel voor de vaststelling van de gemeente. Bij gemeentelijke herindelingen in de loop van de tweede helft van 2014 kan het voorkomen dat de cliëntinfo van 1e, 2e en 3e aanlevering verwerkt is in de systemen van de oude gemeenten. De nieuwe gemeente heeft deze informatie dus niet. Hoe hier mee om te gaan is de verantwoordelijkheid van de ontvangende gemeenten. Indien uw gemeente per 1 januari 2015 onder een gemeentelijke herindeling valt, dan zal de laatste uitlevering van gegevens (feb 2015) op basis van deze gemeentelijke herindeling plaatsvinden. Let erop dat u in dat geval ook uw aansluiting op Porta (bij het CAK) tijdig regelt indien van toepassing. . Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 24 7. Servicedesk Vanuit het project GO is een Helpdesk geregeld voor de gemeente als er vragen zijn over de gegevensoverdracht. Hoe dit is georganiseerd leest u hieronder. De helpdesk bestaat uit een 1ste, 2de en 3de lijn. Uw vragen dient u altijd te stellen aan de 1ste lijn. 7.1. Servicedesk (eerste lijn) De Servicedesk dataverkeer ketenpartners van het CAK vervult de 1ste lijn in de helpdesk. De 1ste lijn kan in ieder geval de volgende onderwerpen direct beantwoorden: Algemene vragen over de gegevensoverdracht Vragen over het doel van gegevensoverdracht Vragen over de toelichting Vragen om meer informatie dan in specificaties vastgelegd (zie ook paragraaf 7.3) Portaal CAK Toegang tot portaal CAK Functionaliteit portaal CAK Op het moment dat de CAK medewerker een vraag niet kan beantwoorden wordt de vraag doorgezet naar de 2de lijn. Afhankelijk van het type vraag is de tweede lijn het CIZ, CAK, of Vektis. Binnen 5 werkdagen neemt de 2de lijn dan contact met u op. Dit kan via mail en telefonisch. De 3de lijn betreft de projectgroep verantwoordelijk voor de gegevensoverdracht. Dit wordt ingezet indien uit de tweede lijn naar voren komt dat extra overleg noodzakelijk is. 7.2. Bereikbaarheid servicedesk De servicedesk van het CAK is bereikbaar van 9.00 – 17.00 uur. Het bestaand telefoonnummer: 088 – 7114888 (Servicedesk dataverkeer ketenpartners) wordt gebruikt. 7.3. Buiten scope Vragen van cliënten vallen buiten de scope van deze helpdesk, deze vragen worden afgehandeld via de publieke helpdesk. Vragen over individuele cliënten moet u aan de cliënt zelf en/of de zorgaanbieders stellen. Op sommige vragen kan geen antwoord worden gegeven. Hieronder is een aantal van deze vragen/onderwerpen vermeld inclusief een toelichting: Onderwerp: Beleidsvragen bv. over zorginkoop, tarieven en vragen over volume per aanbieder. Volume per aanbieder per zorgvorm Over het verband tussen de budgettaire overheveling en de gegevensoverheveling. Reden niet te beantwoorden: Is concurrentiegevoelige informatie die zorgkantoren niet mogen delen (zorgkantoren voeren AWBZ concurrentievrij uit) Idem VWS is verantwoordelijk voor budgetbepalingen en verdeling van de middelen die overgeheveld worden. Voor een toelichting op het Toelichting GO Wmo Vragen over overheveling gegevens jeugd - Volume per postcodegebied naar zorgvorm Inzicht in de verdeling pgb en ZIN: gemeente breed en per postcode Gerealiseerde uitgaven per aanbieder in 2013 Budget per aanbieder in 2014 Vragen over keuzes die in het Go traject zijn gemaakt | Versie 2.0 | Pagina 25 budget en de onderbouwing kunt u terecht op www.invoeringwmo.nl Overheveling Jeugd is apart project. Alle actuele informatie is te vinden op: www.voordejeugd.nl Kunt u zelf vanuit de aangeleverde gegevens analyseren Niet in volumes en bedragen, wel in aanspraken en aantal cliënten. Deze kunt u zelf vanuit de aangeleverde gegevens analyseren Bij zorg in natura worden geen bedragen uitgeleverd, vanwege de concurrentiegevoeligheid van de informatie Idem Is vastgesteld door VWS en niet meer te wijzigen Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 26 Bijlage 1: Gehanteerde definities en afkortingen Afkorting AGB code AWBZ AZR BG BGG BGI BSN CAK CIZ CIZ-indicatie Cliënt ERAI Extramurale zorg Functie GO GBA Grondslag Indicatiebesluit Betekenis Het AGB (voluit Algemeen Gegevens Beheer) is een uniek identificerende registratie van zorgaanbiedergegevens ter ondersteuning van de verschillende processen in de zorg, waaronder het elektronische declaratie- en communicatieverkeer tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar, zorginkoop en het 'gidsen' van verzekerden naar de juiste zorg. Een zorgaanbieder kan een zorgverlener, onderneming of vestiging zijn. Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten AZR (AWBZ-brede zorgregistratie) is een systeem voor het digitaal kunnen uitwisselen van gegevens over zorgtoewijzing en wachtlijstbeheer in de keten van de AWBZ. Begeleiding Begeleiding groep Begeleiding Individueel Burgerservicenummer Centraal Administratie Kantoor Centrum Indicatiestelling Zorg Zie Indicatiebesluit Verzekerde als bedoeld in artikel 5 en artikel 5b van de AWBZ die op grond van een CIZ-indicatie zijn aanspraak op AWBZ-zorg realiseert. Experiment regelarme instellingen. Experimenteren met minder regels (bijv. werken met één prestatiecode voor meerdere vormen van zorg) De zorg die wordt verleend aan cliënten met een indicatie uitgedrukt in functie en klassen (dus geen verblijfsindicatie). Cliënten zijn zelf verantwoordelijk voor hun woonlasten. De zorg waarop een cliënt recht heeft op grond van de AWBZ is omschreven in functies, namelijk: Persoonlijke verzorging Verpleging Begeleiding Verblijf Behandeling Kortdurend verblijf Gegevensoverdracht AWBZ – Wmo Gemeentelijke Basisadministratie Personen Een grondslag is een medische reden waardoor een cliënt in aanmerking komt voor AWBZ-zorg. De volgende grondslagen kunnen recht geven op AWBZ-zorg: Een somatische aandoening of beperking een psychogeriatrische aandoening of beperking een psychiatrische aandoening een verstandelijke handicap een lichamelijke handicap een zintuiglijke handicap Een door het CIZ afgegeven besluit waarin staat op welke AWBZ-zorg de cliënt aanspraak kan maken Toelichting GO Wmo Intramurale zorg IO31 Klasse KVB Leveringsvorm NZa Partnerverblijf Peildatum Pgb Prestaties PSY PV VBT VECOZO Vektis VG VISD VPT Wbp Wmo ZG ZIN Zvw ZZP | Versie 2.0 | Pagina 27 De zorg die wordt verleend binnen een instelling. Binnen de AWBZ gaat het om zorg aan mensen met een verblijfsindicatie. Het betreft mensen die een beschermende woonomgeving of 24-uurstoezicht nodig hebben Is een standaardbericht binnen de AZR. Bericht bevat het indicatiebesluit van het CIZ De omvang van de meeste functies wordt uitgedrukt in zogeheten klassen: een gemiddeld aantal uren met een bepaalde bandbreedte of aantal dagdelen per week. De omvang van de AWBZ-functie Verblijf met bijbehorende zorgbehoefte wordt uitgedrukt in zorgzwaartepakketten, oftewel ZZP’s, uitgedrukt in aantal etmalen per week Kortdurend verblijf Er worden twee leveringsvormen onderscheiden, namelijk het persoonsgebonden budget (pgb) en de Zorg in Natura (ZIN). Nederlandse Zorgautoriteit Als een cliënt AWBZ indicatie ontvangt voor opname in een verpleeg- of verzorgingshuis kan de partner meeverhuizen zonder AWBZ indicatie. De partner ontvangt wel een registratief besluit voor partneropname (ZZP0). Het ZZP0 is het enige pakket waarnaast extramurale zorg geïndiceerd kan worden. Datum waarop de selectie van de cliënten bij het CIZ plaatsvindt Persoonsgebonden budget De NZa stelt prestaties vast waaraan geleverde AWBZ-zorg moet voldoen en toetst of de inkoop bij zorgaanbieders/ hulpverleners door zorgverzekeraars/zorgkantoren voldoet aan de normen. De prestaties staan beschreven in de normen en waarden van het NZa-toetsingskader. Grondslag Psychiatrisch Persoonlijke verzorging Verblijf tijdelijk Het beveiligde communicatiepunt voor ketenpartners in de zorg Het landelijk informatiecentrum van de zorgverzekeraars Grondslag Verstandelijk gehandicapt Verkenning Informatievoorziening Sociaal Domein Volledig pakket thuis Wet bescherming persoonsgegevens Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 Grondslag Zintuigelijk gehandicapt Zorg in natura. De levering van zorg aan een cliënt door een zorgaanbieder waarmee het zorgkantoor afspraken heeft gemaakt. De zorgverzekeraar betaalt de kosten voor de zorg direct aan de zorgaanbieder. Zorgverzekeringswet Zorgzwaartepakket. De soort zorg (intramuraal) waarop de cliënt op grond van het indicatiebesluit aanspraak kan maken Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 28 Bijlage 2: Toelichting gebruikte data door Vektis Algemeen Vektis is gegevensbeheerder voor de zorgkantoren, Vektis kan en mag de gegevens in de bestanden van de zorgkantoren niet wijzigen. AWBZ Zorg in Natura (ZIN) In het datawarehouse AWBZ worden vanaf 2012 de declaratiegegevens AWBZ van de zorgkantoren opgenomen. Alle zorgkantoren leveren maandelijks informatie aan Vektis. Dit gaat om alle ZIN. In deze declaratiegegevens beschikt Vektis niet over de grondslag en de verwijzing naar wel/geen indicatie ZZP (bij declaraties van extramurale zorg). Daarnaast mist de zorg die niet op cliëntniveau gedeclareerd wordt (inloopfunctie GGZ). Bij de gegevens overdracht wordt gebruik gemaakt van de declaratiegegevens die betrekking hebben op de zorg die in 2014 geleverd is. De gegevens die Vektis heeft ontvangen bevatten een BSN, waardoor de gegevens gekoppeld kunnen worden aan de gegevens vanuit het CIZ. Zorgaanbieders In de zorg in natura gegevens is ook informatie beschikbaar over de zorgaanbieder. Dit wordt aangeleverd door middel van een AGB-code. AGB staat voor Algemeen Gegevens Beheer Zorgverleners. Elke zorgaanbieder/zorginstelling heeft een unieke AGB-code. Deze code wordt onder andere gebruikt in het declaratieproces. Vektis heeft bij elke AGB-code de NAWgegevens opgezocht. Vektis beschikt alleen over de AGB-code die is aangeleverd. Een zorgaanbieder kan verschillende AGB-codes gebruiken in het declaratieproces; die van de instelling, die van het concern, van de stichting, etc. Een instelling kan ook meerdere AGBcodes hebben door het verlenen van verschillende soorten zorg. Vektis weet niet welke instellingen bij welke stichtingen of concerns horen. Het kan voorkomen dat de ene keer een declaratie door een concern (met een eigen AGB-code) is aangeleverd en een andere keer door de instelling (met een eigen AGB-code). Dit wordt dan ook zo getoond. AWBZ pgb In deze gegevensoverdracht worden de pgb-gegevens van het jaar 2014 gebruikt. Alle zorgkantoren leveren deze gegevens maandelijks aan Vektis aan. Vektis heeft daardoor van alle verzekerden met een pgb informatie over de geïndiceerde of toegewezen functie of ZZP waarvoor een pgb is afgegeven. Daarnaast is bekend wat het bedrag is waarvoor een pgb is gegeven per functie of ZZP en de eigen bijdrage die de verzekerde moet betalen. Vektis heeft geen informatie over de zorg die is geleverd met een pgb, of wie de zorgaanbieder was. De gegevens die Vektis heeft ontvangen bevatten een BSN, waardoor de gegevens gekoppeld kunnen worden aan de gegevens vanuit het CIZ. Samenloop ZIN en pgb Binnen de AWBZ heeft een cliënt de mogelijkheid om zijn aanspraak in ZIN of met een pgb te verzilveren. Ook een combinatie van beide kan voorkomen. In dat geval zullen er in de gegevensoverdracht naast declaraties ook pgb gegevens meegeleverd worden. Een cliënt kan gedurende het jaar overstappen van ZIN naar pgb en omgekeerd. Dit is niet uit de indicatiegegevens of aanspraken af te leiden. Het kan daardoor voorkomen dat in de Vektisbestanden over een bepaalde periode voor bepaalde cliënten zowel gegevens van zorgprestaties die via ZIN zijn geleverd en gedeclareerd als pgb gegevens te vinden zijn. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 29 Bijlage 3: Functionele bestandsbeschrijving Algemeen Hieronder is de bestandsbeschrijving weergegeven. Het bestand cliëntgegevens bestaat feitelijk uit meerdere bestanden. Dit is gedaan om de bestanden via het CSV formaat te kunnen uitleveren en voor de eenvoud van de verdere verwerking van de bestanden. De bestandsuitwisseling geschiedt op basis van “.CSV” formaat met als scheidingsteken de pipeline (|). De gemeente ontvangt drie verschillende soorten bestanden (x 2: regulier en centrumgemeente): Bestand met identificerende en indicatiegegevens Het bestand met identificerende en indicatiegegevens wordt aangemaakt door het CIZ. Indien de cliënt in zorg is zullen er veelal ook declaratie of pgb gegevens van aanwezig zijn. Deze gegevens staan dan in de volgende twee bestanden. Bestand met declaratiegegevens (zorgconsumptie) ZIN Door Vektis aangemaakt en bevat de declaratiegegevens zorg in natura (ZIN). De vulling vindt plaats op basis van de door het CIZ geselecteerde gegevens. Per combinatie BSN en geïndiceerde functie vanuit het CIZ bestand wordt gezocht naar bijbehorende declaratiegegevens. Er wordt geen record aangemaakt indien geen declaratierecord gevonden wordt. Bestand met pgb gegevens Door Vektis aangemaakt en bevat de pgb gegevens. De vulling vindt plaats op basis van de door het CIZ geselecteerde gegevens. Per combinatie BSN en geïndiceerde functie vanuit het CIZ bestand wordt gezocht naar bijbehorende pgb gegevens met een BSN. Er wordt geen record aangemaakt indien geen pgb-record gevonden wordt. In de bijlage van deze toelichting vindt u codelijsten voor de in onderstaande bestanden gebruikte coderingen. Bestand CIZ identificerende en indicatiegegevens Naam van veld Kenmerk bericht Bron Gemeentecode Zorgkantoor Omschrijving Altijd 01 Altijd CIZ Gemeentecode van cliënt volgens GBA. Code van het zorgkantoor. Burgerservicenummer BSN van de cliënt. Geïndiceerde functie Dit betreft de functies die per 1-1-15 onder de Wmo gaan vallen. Eventueel extra toelichting Deze code wordt gehaald uit de Cendris codetabel. Dit is het zorgkantoor ten tijde van de afgifte van het indicatiebesluit. De cliënt is de verzekerde als bedoeld in artikel 5 en artikel 5b van de AWBZ die op grond van een CIZ-indicatie een aanspraak heeft op AWBZ-zorg. Toelichting GO Wmo Geïndiceerde ZZP Dit betreft de ZZP’s die per 1-1-15 onder de Wmo gaan vallen. Dit zijn alleen de GGZ C indicaties voor beschermd wonen. Geïndiceerde zorgomvang Is gekoppeld aan extramurale functies, wordt uitgedrukt in klassen. Vervoer ja/nee, in combinatie met de functie Begeleiding in groepsverband. Uit GBA Indicatie vervoer Naam cliënt Geboortedatum Postcode huisadres GBA Huisnummer Huisnummer toevoeging Eerste grondslag Versie 2.0 | Pagina 30 Een ZZP (zorgzwaarte pakket) omvat wonen, zorg en diensten en eventueel dagbesteding. Het nummer geeft de zorgzwaarte aan. Een besluit kan een combinatie van een ZZP en functie (alleen BG GRP) bevatten. Een klasse is een verzameling van uren, dagdelen of etmalen, die de bandbreedte van zorg aangeeft voor extramurale zorg In de gegevensbestanden is geen gebruik gemaakt van diakrieten (tekens boven de letters zoals accenten, umlauten en trema’s). Uit GBA Uit GBA Uit GBA Uit GBA Tweede grondslag Indicatiebesluitnummer | Dit is het unieke nummer dat hoort bij een CIZ besluit dat ook gecommuniceerd wordt in de AZR keten. Om voor AWBZ-zorg in aanmerking te kunnen komen, moet er sprake zijn van een aandoening, beperking of handicap. Er moet dus sprake zijn van een grondslag. Er kan sprake zijn van meerdere grondslagen, de eerste grondslag is gebaseerd op de zwaarwegendste beperkingen die leiden tot zorgbehoefte. Sommige cliënten hebben meerdere grondslagen. De dominante grondslag wordt in het dossier als eerste vermeld. De andere grondslagen zijn ‘bijkomend’. Bijkomende grondslagen zijn tijdelijk of structureel aanwezig. Een indicatiebesluit is de beschikking die het CIZ afgeeft, waarin staat op welke AWBZ-zorg de cliënt aanspraak kan maken. Per cliënt kan er maar één indicatiebesluit geldig zijn, met het afgeven van een nieuw besluit Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 31 vervalt het voorafgaande besluit. Een volgend besluit voor dezelfde cliënt heeft een ander (hoger) nummer. Besluitdatum indicatie De datum van afgifte van een besluit Ingangsdatum functie/ZZP Einddatum functie/ZZP Leveringsvorm in indicatiebestand Regelvolgnummer Peildatum Aanmaakdatum Dit is de voorkeur van de cliënt voor ZIN of pgb op het moment van Indicatiestelling. Volgnummer van deze regel in het bestand Deze datum die bepaalt de selectie bij het CIZ en die per levering wordt vastgesteld door VWS. Aanmaakdatum bestand. De verschillende functies in een besluit kunnen onderling verschillen in ingangsdatum. De verschillende functies/ZZP’s in een besluit kunnen onderling verschillen in einddatum. De combinatie van ZZP’s met functies kan niet in dezelfde periode geldig zijn. De gerealiseerde leveringsvorm kan hiervan afwijken! Alleen de besluiten met functies/ZZP’s die geldig zijn op de peildatum zijn meegenomen in de overdracht, daarbij is niet gekeken of de functies/ZZP’s nog geldig zijn op 1-1-2015. Vooraf heeft het CIZ een GBAcheck uitgevoerd. Mutaties na de peildatum zijn niet meegenomen. Deze kan na de peildatum liggen. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 32 Bestand Vektis declaratiegegevens ZIN Het Zorg in Natura bestand van Vektis bevat voor de personen die het CIZ heeft geselecteerd de bijbehorende declaraties. Een persoon kan meerdere declaraties hebben in een jaar, aangezien er elke maand gedeclareerd wordt door een zorgaanbieder. Alle declaraties vanaf 1 januari 2014 zijn meegenomen. In onderstaande tabel staan de velden van het bestand toegelicht. Naam van veld Omschrijving Kenmerk Kenmerk van het bericht. In het ZINbestand altijd ‘02’. Bron van het record. Altijd ‘Vektis’. Bron gemeentecode zorgkantoor Gemeentecode van de cliënt volgens de GBA. Afkomstig uit het CIZ-bestand. UZOVI-code (unieke code) van het zorgkantoor dat de declaratie voor de zorg in natura heeft vergoed. BSN Burgerservicenummer van de cliënt. Functie Functiecode die is meegegeven bij de declaratie van de zorg in natura. Een functie is een gecodeerde aanduiding van een (reeks van) activiteit(en) in functionele termen die losgekoppeld is van een bepaalde leverancier, waarbij wordt beschreven wat de inhoud en aard van die activiteit is in termen van hulpverlening (wonen, zorg en welzijn). Zorgzwaartepakketcode uit de declaratie. zzp_code leveringsvorm prestatiecode begindatum_prestat ie einddatum_prestati e geleverde_ zorgomvang_1 geleverde_ zorgomvang_2 debet_credit_ Gecodeerde aanduiding van de vorm waarin de cliënt de zorg ontvangt. In het ZIN-bestand altijd ‘ZIN’. Code die de geleverde AWBZ-prestatie identificeert. Datum waarop de prestatie feitelijk is of wordt uitgevoerd. Als de uitgevoerde prestatie betrekking heeft op meerdere dagen dan is het de begindatum. Datum waarop de prestatie is beëindigd. Hoeveelheid verrichte prestaties in de prestatieperiode. Ook wel 'aantal uitgevoerde prestaties'. De tijdsduur waarin de zorg/behandeling wordt uitgedrukt. Ook wel 'tijdseenheid zorgperiode'. Indicatie of de geleverde zorgomvang debet (positief) of credit (negatief) is. Dit Eventueel extra toelichting Codes lopen van 5501 (zorgkantoor Groningen) t/m 5532 (zorgkantoor Midden-IJssel). Voor omschrijving van de codes zie Biljage 4. Voorbeelden: 31 (= Persoonlijke verzorging), 71 (= Kortdurend verblijf), 81 (= Begeleiding individueel), 82 (= Begeleiding groep. Voor omschrijving van de codes zie Bijlage 4. Voor omschrijving van de codes zie Bijlage 4. Voor omschrijving van de prestatiecodes zie Bijlage 4 Voor omschrijving van de codes zie Bijlage 4. Debet (=D), Credit (=C) Toelichting GO Wmo geleverde zorgomvang 1 agb_code _zorgaanbieder naam_zorgaanbied er laatste komt voor als de zorgaanbieder een correctie op een eerdere declaratie aanlevert. AGB-code van de zorgaanbieder die de zorg in natura heeft geleverd. Naam van de zorgaanbieder die hoort bij de AGB-code. adres_zorgaanbied er Adres van de zorgaanbieder zoals vastgelegd in AGB. Hierin staan de actuele adresgegevens. plaats_zorgaanbied er Plaats van de zorgaanbieder volgens AGB. regelvolgnummer Volgnummer van deze regel in het bestand. Peildatum van de selectie. Dit is de peildatum van het CIZ-bestand. Aanmaakdatum van het bestand. Peildatum aanmaakdatum | Versie 2.0 | Pagina 33 Zie www.agbcode.nl Als er geen gegevens worden gevonden bij de AGB-code dan wordt veld gevuld met ‘AGB-code onbekend’. Als er geen gegevens worden gevonden bij de AGB-code dan wordt veld gevuld met ‘AGB-code onbekend’. Als er geen gegevens worden gevonden bij de AGB-code dan wordt veld gevuld met ‘AGB-code onbekend’. Bestand PGB gegevens Het PGB bestand van Vektis bevat voor de personen die het CIZ heeft geselecteerd de geselecteerde pgb’s. Een persoon kan meerdere pgb’s hebben in een jaar. In onderstaande tabel staan de variabelen van het bestand toegelicht. Naam van veld Omschrijving Kenmerk Kenmerk van het bericht. In het PGBbestand altijd ‘03’. Bron van het record. Altijd ‘Vektis’. Gemeentecode van de cliënt volgens de GBA. Bron gemeentecode zorgkantoor Afkomstig uit het CIZ-bestand. UZOVI-code van het zorgkantoor dat verantwoordelijk is voor de pgb. BSN Burgerservicenummer van de cliënt. Eventueel extra toelichting Codes lopen van 5501 (zorgkantoor Groningen) t/m 5532 (zorgkantoor Midden-IJssel). Voor de omschrijving van de codes zie Bijlage 4. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 34 Functiecode Functie die is meegegeven in het PGBbestand. Een functie is een gecodeerde aanduiding van een (reeks van) activiteit(en) in functionele termen die losgekoppeld is van een bepaalde leverancier, waarbij wordt beschreven wat de inhoud en aard van die activiteit is in termen van hulpverlening (wonen, zorg en welzijn). Functiecode is altijd gevuld in het PGB-bestand, behalve wanneer het een ZZP betreft. Bij ZZP’s is de code in tweede levering leeg en is de ZZP één keer vermeld (in de eerste levering werden bij elke ZZP de functiecodes getoond). Voorbeelden van functiecodes zijn: 31 (= Persoonlijke verzorging), 71 (= Kortdurend verblijf), 81 (= Begeleiding individueel), 82 (= Begeleiding groep). Voor omschrijving van de codes zie Bijlage 4. zzp_code Code van het zorgzwaartepakket zoals opgenomen in het PGB-bestand. toegekend_budget ingangsdatum_functie Bedrag in centen van het toegekend budget Gecodeerde aanduiding van de vorm waarin de cliënt de zorg ontvangt. In het PGB-bestand altijd ‘PGB’. Eerste dag van de budgetperiode. ZZP-code is niet altijd gevuld, alleen wanneer het een ZZP betrof. Voor omschrijving van de codes zie Bijlage 4. Veld is bij de eerste uitlevering gevuld met nul einddatum_functie Laatste dag van de budgetperiode. regelvolgnummer Volgnummer van deze regel in het bestand. Peildatum van de selectie. Dit is de peildatum van het CIZ-bestand. Aanmaakdatum van het bestand. leveringsvorm Peildatum aanmaakdatum Ingangsdatum indicatie functie/ZZP of budgetperiode einddatum indicatie functie/ZZP of budgetperiode. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 35 Bijlage 4: Codelijsten In deze bijlage staan de belangrijkste codelijsten vermeld. In de codelijst kunt u de betekenis van een code terugvinden. Dit zijn de belangrijkste codelijsten die u voor de aangeleverde tabellen kunt gebruiken: zorgkantoor, grondslag, functie, ZZP, zorgomvang, en de positieve selectielijst voor zorg in natura bij extramurale indicaties. De codelijsten zijn ook te vinden op http://ei.vektis.nl/ onder codelijsten. De lijst met prestatiecodes is te vinden op https://tog.vektis.nl/WebInfo.aspx?ID=Prestatiecodelijsten bij prestatiecodelijst AWBZ. De ‘positieve selectielijst’ is niet als codelijst gepubliceerd. Codelijst zorgkantoor Code Betekenis 5501 Zorgkantoor Groningen 5502 Zorgkantoor Friesland 5503 Zorgkantoor Drenthe 5504 Zorgkantoor Zwolle 5505 Zorgkantoor Twente 5506 Zorgkantoor Apeldoorn, Zutphen en omstreken 5507 Zorgkantoor Arnhem 5508 Zorgkantoor Nijmegen 5509 Zorgkantoor Utrecht 5510 Zorgkantoor Flevoland 5511 Zorgkantoor 't Gooi 5512 Zorgkantoor Noord Holland Noord 5513 Zorgkantoor Kennemerland 5514 Zorgkantoor Zaanstreek/Waterland 5515 Zorgkantoor Amsterdam 5516 Zorgkantoor Amstelland en De Meerlanden Code 5517 5518 5519 5520 5521 5522 5523 5524 5525 5526 5527 5528 5529 5530 5531 5532 Betekenis Zorgkantoor Zuid-Holland Noord Zorgkantoor Haaglanden Zorgkantoor Delft Westland Oostland Zorgkantoor Midden-Holland Zorgkantoor Rotterdam Zorgkantoor Nieuwe WaterwegNoord Zorgkantoor Zuid-Hollandse Eilanden Zorgkantoor Waardenland Zorgkantoor Zeeland Zorgkantoor West-Brabant Zorgkantoor Midden-Brabant Zorgkantoor Noordoost Brabant Zorgkantoor Zuidoost-Brabant Zorgkantoor Noord- en Midden Limburg Zorgkantoor Zuid-Limburg Zorgkantoor Midden-IJssel Codetabel grondslag Code Betekenis 01 Somatische Ziekte/Aandoening 02 Psychogeriatrische Ziekte/Aandoening 03 Psychiatrische Aandoening, Psychische Stoornis 04 Lichamelijke Handicap (Functiestoornis) 05 Verstandelijke Handicap (Functiestoornis) 06 Zintuiglijke Handicap (Functiestoornis) 07 Psychosociale Problemen Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 36 Codelijst functie13 Code Betekenis 21 HV: Huishoudelijke verzorging 31 PV: Persoonlijke verzorging 41 VP: Verpleging 61 BHALG: Behandeling algemeen (buiten verblijf in AWBZ-instelling) 62 BHVBF: Behandeling met verblijf 63 BH-IND: Behandeling individueel 64 BH-GRP: Behandeling in groepsverband 71 VBTYD: Verblijf tijdelijk 81 BG-IND: Begeleiding individueel 82 BG-GRP: Begeleiding in groepsverband 91 ADL: ADL-assistentie Codelijst ZZP Code Betekenis 190 9VV A 191 9VV B 750 1VV 751 2VV 752 3VV 753 4VV 754 755 756 5VV 6VV 7VV 757 8VV 758 759 760 762 764 766 768 9VV 10VV 1GGZ C 2GGZ C 3GGZ C 4GGZ B 5GGZ B 770 6GGZ B 772 7GGZ B 780 781 782 783 784 790 800 802 804 1LVG 2LVG 3LVG 4LVG 5LVG 1SGLVG 1VG 2VG 3VG 13 Omschrijving Geriatrische revalidatiezorg Herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging Beschut wonen met enige begeleiding Beschut wonen met begeleiding en verzorging Beschut wonen met begeleiding en intensieve verzorging Beschut wonen met intensieve begeleiding en uitgebreide verzorging Beschermd wonen met intensieve dementiezorg Beschermd wonen met intensieve verzorging en verpleging Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met nadruk op begeleiding Beschermd wonen met zeer intensieve zorg, vanwege specifieke aandoeningen, met de nadruk op verzorging/verpleging Herstelgerichte behandeling met verpleging en verzorging Beschermd verblijf met intensieve palliatief-terminale zorg Beschermd wonen met begeleiding Gestructureerd beschermd wonen met uitgebreide begeleiding Beschermd wonen met intensieve begeleiding Voortgezet verblijf met intensieve begeleiding en verzorging Voortgezet verblijf met intensieve begeleiding en gedragsregulering Voortgezet verblijf met intensieve begeleiding en intensieve verpleging en verzorging Beveiligd voortgezet verblijf vanwege extreme gedragsproblematiek met zeer intensieve begeleiding Wonen met enige behandeling en begeleiding Wonen met behandeling en begeleiding Wonen met intensieve behandeling en begeleiding, kleine groep Wonen met zeer intensieve behandeling en begeleiding Besloten wonen met zeer intensieve behandeling en begeleiding Behandeling in een SGLVG-behandelcentrum Wonen met enige begeleiding Wonen met begeleiding Wonen met begeleiding en verzorging In de bestanden komen in enkele gevallen de functiecodes 0, 96 en 97 voor. Dit zijn interne codes van zorgkantoren. Deze hebben verder geen betekenis. Toelichting GO Wmo 806 808 810 4VG 5VG 6VG 812 7VG 814 820 822 824 826 828 830 832 8VG 1LG 2LG 3LG 4LG 5LG 6LG 7LG 840 842 844 846 848 1ZGvis 2ZGvis 3ZGvis 4ZGvis 5ZGvis 850 852 854 856 860 862 864 866 1ZGaud 2ZGaud 3ZGaud 4ZGaud 1GGZ B 2GGZ B 3GGZ B 4GGZ C 868 5GGZ C 870 6GGZ C 998 999 ZZPX ZZP0 | Versie 2.0 | Pagina 37 Wonen met begeleiding en intensieve verzorging Wonen met begeleiding en zeer intensieve verzorging Wonen met intensieve begeleiding, verzorging en gedragsregulering (Besloten) wonen met zeer intensieve begeleiding, verzorging en gedragsregulering Wonen met begeleiding en volledige verzorging en verpleging Wonen met enige begeleiding en enige verzorging Wonen met begeleiding en enige verzorging Wonen met enige begeleiding en verzorging Wonen met begeleiding en verzorging Wonen met begeleiding en intensieve verzorging Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging Wonen met zeer intensieve begeleiding en zeer intensieve verzorging Wonen met enige begeleiding en enige verzorging Wonen met begeleiding en enige verzorging Wonen met intensieve begeleiding en verzorging Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging Wonen met zeer intensieve begeleiding en zeer intensieve verzorging Wonen met begeleiding en enige verzorging Wonen met intensieve begeleiding en verzorging Wonen met intensieve begeleiding en intensieve verzorging Wonen met intensieve begeleiding en enige verzorging Voortgezet verblijf met begeleiding Voortgezet verblijf met structuur en uitgebreide begeleiding Voortgezet verblijf met intensieve begeleiding Gestructureerd beschermd wonen met intensieve begeleiding en verzorging Beschermd wonen met intensieve begeleiding en gedragsregulering Beschermd wonen met intensieve begeleiding en intensieve verpleging en verzorging Onbepaald zorgzwaartepakket Partnerverblijf Codetabel zorgomvang Code Betekenis 99 K0 K1 K2 Niet van toepassing 0 tot 1 uur per week (intervalbegeleiding) 0 tot 2 uur per week (intervalbegeleiding) 2 tot 4 uur per week (intervalbegeleiding, doorgaans meerdere keren per week, gemiddeld 3 uur per week) 4 tot 7 uur per week (min of meer dagelijkse begeleiding eventueel meerdere keren per dag, gemiddeld 5 uur/w) 7 tot 10 uur per week (continue begeleiding, veelal in samenhang met geclusterd wonen, al dan niet verblijf) 10 tot 13 uur per week (continue begeleiding plus toezicht, met geclusterd wonen, structuurbiedend klimaat) 13 tot 16 uur per week (continue begeleiding plus toezicht, met geclusterd wonen, structuurbiedend klimaat met extra aandacht) 16 tot 20 uur per week (continue en intensieve begeleiding, individueel en structuurverlenend, permanent toezicht) K3 K4 K5 K6 K7 Toelichting GO Wmo K8 KD01 KD02 KD03 KD04 KD05 KD06 KD07 KD08 KD09 KD10 KD11 KD12 KD13 KD14 KD15 KE1 KE2 KE3 KE4 KE5 KE6 KE7 | Versie 2.0 | Pagina 38 20 tot 25 uur per week (continue begeleiding en bescherming, 24 uurs nabij, in therapeutisch leefklimaat) Een dagdeel per week Twee dagdelen per week Drie dagdelen per week Vier dagdelen per week Vijf dagdelen per week Zes dagdelen per week Zeven dagdelen per week Acht dagdelen per week Negen dagdelen per week Tien dagdelen per week Elf dagdelen per week Twaalf dagdelen per week Dertien dagdelen per week Veertien dagdelen per week Vijftien dagdelen per week Gemiddeld een etmaal per week Gemiddeld twee etmalen per week Gemiddeld drie etmalen per week Gemiddeld vier etmalen per week Gemiddeld vijf etmalen per week Gemiddeld zes etmalen per week Zeven etmalen per week Positieve selectielijst voor zorg in natura declaraties bij extramurale indicatie Code NZa Prestatiecode Functie H300 Begeleiding H300 BG H150 Begeleiding extra (p/u.) H150 BG H152 Begeleiding speciaal 1 ( nah) (p/u.) H152 BG H153 Gespecialiseerde begeleiding (psy) (p/u.) H153 BG H301 Begeleiding zg visueel H301 BG H303 Begeleiding zg auditief H303 BG H302 Begeleiding speciaal 2 (zg) visueel H302 BG H304 Begeleiding speciaal 2 (zg) auditief H304 BG H305 Begeleiding zorg op afstand aanvullend H305 BG H126 Persoonlijke verzorging (p/u.) H126 PV H127 Persoonlijke verzorging extra (p/u.) H127 PV H136 Persoonlijke verzorging op afstand aanvullend H136 PV H137 Persoonlijke verzorging farmaceutische telezorg H137 PV H132 Nachtverzorging (p/clt.p/dg.dl.) H132 BGG H531 Dagactiviteit basis (p/clt.p/dg.dl.) H531 BGG H800 Module cliëntkenmerk (som-ondersteunend) H800 BGG H533 Module cliëntkenmerk (PG) (p/clt.p/dg.dl.) H533 BGG H811 Dagactiviteit VG licht H811 BGG H812 Dagactiviteit VG midden H812 BGG H813 Dagactiviteit VG zwaar H813 BGG H831 Dagactiviteit LG licht H831 BGG Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 39 H832 Dagactiviteit LG midden H832 BGG H833 Dagactiviteit LG zwaar H833 BGG H851 Dagactiviteit ZG auditief licht H851 BGG H852 Dagactiviteit ZG auditief midden H852 BGG H853 Dagactiviteit ZG auditief zwaar H853 BGG H871 Dagactiviteit ZG visueel licht H871 BGG H872 Dagactiviteit ZG visueel midden H872 BGG H873 Dagactiviteit ZG visueel zwaar H873 BGG F125 Dagactiviteit GGZ-LZA (p/u.) F125 BGG H989 Prijs dagdl. inventaris dagbest. GGZ PER Tot. dagdl. inventaris dagbest. GGZ H990 Vervoer dagbesteding/dagbehandeling GGZ H989 BGG H990 BGG H894 Vervoer dagbesteding/dagbehandeling GHZ extramuraal H895 Vervoer dagbesteding/dagbehandeling GHZ rolstoel extram. H803 Vervoer dagbesteding/dagbehandeling V&V H894 BGG H895 BGG H803 BGG Z996 Verblijfscomponent kortdurend verblijf V&V Z996 KVB/VBT Z992 Per dag ZZP GGZ verblijfscomponent Z992 KVB/VBT Z993 Per dag ZZP VG&LG verblijfscomponent Z993 KVB/VBT Z994 Per dag ZZP ZG verblijfscomponent Z994 KVB/VBT R011 Careyn Multiproblematiek R011 ERAI R013 Careyn Wankel evenwicht R013 ERAI R015 Careyn Neurologische aandoening R015 ERAI R017 Careyn Senior plus R017 ERAI R019 Careyn Enkelvoudige aandoening R019 ERAI R021 Careyn Palliatief14 R021 ERAI R023 Careyn Reserve R023 ERAI R003 Weekbudget Zorg thuis De Bilt R003 ERAI R004 Weekbudget Zorg thuis Wijk Bij Duurstede R004 ERAI R005 Icare R005 ERAI R006 Icare ERAI R006 ERAI R007 Weektarief Activite R007 ERAI Codelijst Indicatie Vervoer Code Betekenis 1 vervoer nodig 2 vervoer niet nodig Codelijst Leveringsvorm (in bestand CIZ) Code Betekenis 2 PGB 4 ZIN 14 Verwijderd bij 2de levering. Geen impact op bestanden. Kwam niet voor in 1ste uitlevering. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 40 Codelijst Geleverde zorgomvang 2 Code Betekenis 01 Minuut 02 Kwartier 03 Half uur 04 Uur 06 Uren en minuten 07 5 minuten 11 Overdag 12 Nacht 13 Halve dag 14 Etmaal (24 uur) 15 Dagdeel (3 uur) 16 Dagdeel (4 uur) 21 Week 24 4 weken 31 Maand 33 3 maanden 36 6 maanden 41 Jaar 49 Langer dan een "uuumm" (dag + nacht) jaar 81 99 Benodigde Deze codering bv. invullen als er sprake is van een tijdsduur of tarief/honorering onafhankelijk van de behandelingsduur tijdsonafhankelijk (budget, enz.). Onbekend Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 41 Bijlage 5: Frequently asked Questions A. A.1 A.1.1 Clientgegevens (CIZ) Aantallen Waarom wijken de aantallen cliënten en/of geïndiceerde functies af van de eerder verstrekte beleidsinformatie? A.1.2 Waarom wijkt informatie in de gegevensoverdracht af van een eerdere gegevensoverdracht? Wat gebeurt er met tussentijdse mutaties; nieuwe cliënten, overlijden, verhuizing, andere AWBZ indicatie, gewijzigde declaratie etc.? Samenstelling gegevensset Welke functies/ZZP’s zitten in de overdracht naar gemeenten? A.1.3 A.2 A.2.1 De beleidsinformatie van begin 2014 is gebaseerd op de jaren 2012 en 2013, ondertussen zijn er mutaties geweest door overlijden, verhuizingen, aflopende indicaties, nieuwe indicaties enz. Bij de beleidsinformatie is geen GBA-check gedaan waardoor er overleden personen in het bestand zaten en personen mogelijk aan een verkeerde gemeente toegewezen zijn. In de beleidsinformatie konden personen meerdere indicaties (achter elkaar) hebben, aangezien de informatie over hele jaren ging. In deze eenmalige overdracht heeft een cliënt maar één indicatiebesluit, aangezien er een peildatum is gekozen. Een bestand in de gegevensoverdracht is een momentopname op een bepaalde datum (peildatum), tussen twee peildata kunnen er mutaties zijn geweest door overlijden, verhuizingen, aflopende indicaties, nieuwe indicaties enz. Deze worden in de volgende gegevensoverdracht meegenomen, tussentijdse mutaties worden niet apart gemeld aan gemeenten. De gemeenten krijgen gegevens van mensen van 18 jaar en ouder die op de peildatum een geldige AWBZ indicatie hebben voor zorg die overgaat naar de Wmo-2015. Het CIZ en de zorgkantoren leveren deze gegevens aan. Het CIZ verstrekt alleen de cliëntgegevens van de over te hevelen zorg aan gemeenten. Daarbij gaat het over de volgende vormen van AWBZ-zorg: Begeleiding individueel; Begeleiding groep (dagbesteding), inclusief eventueel geïndiceerd vervoer; Kortdurend verblijf (logeren: maximaal 3 etmalen per week); Tijdelijk verblijf; Persoonlijke verzorging, maar alleen als sprake is een zintuigelijke beperking en/of verstandelijke beperking en/of psychiatrische aandoening en er geen sprake is van geïndiceerd VP Toelichting GO Wmo A.2.2 Welke gegevens krijgen de gemeenten van het CIZ? A.2.3 Waar kan ik zien welke selectiecriteria zijn toegepast door het CIZ? Kunnen gemeenten ook de medische dossiers/gegevens ontvangen? A.2.4 A.2.5 A.2.6 A.2.7 A.2.8 A.2.9 15 Kunnen gemeenten ook inzicht krijgen of er bij een cliënt ook zorgverzekeringszorg is geïndiceerd? Kan er in de volgende levering een gegeven worden toegevoegd? Cliënten hebben een indicatiebesluit dat afloopt voor 1-1-2015, gaan deze wel onder de verantwoordelijkheid van gemeenten vallen? Waarom zijn de gegevens van cliënten die een indicatie hebben voor ”lage” ZZP”; niet opgenomen in de gegevensset? Welke gemeentelijke indeling is gehanteerd? | Versie 2.0 | Pagina 42 Beschermd wonen voor cliënten met een psychiatrische grondslag (GGZ C-pakket). De belangrijkste gegevens die het CIZ verstrekt zijn: Naam, adres en Burgerservicenummer; Indicatie, functie(s), ZZP’s, zorgomvang, geldigheidstermijnen; De grondslag voor de zorg. Dit is terug te vinden in de toelichting die de gemeente tegelijk met de gegevensbestanden heeft ontvangen (hoofdstuk 4.2) In de Wmo 2015 is beschreven welke gegevens worden overgedragen aan gemeenten, overdracht van medische dossiers is niet opgenomen in die wet en kan ook niet op basis van de Wet Bescherming Persoonsgegevens. De bedoeling van de overdracht is dat de gemeente het gesprek aan kan gaan met de cliënt (en de zorgaanbieder) over de voortzetting van de zorg, de gedefinieerde gegevensset biedt daarvoor voldoende basis. Bovendien is het medische dossier vaak verouderd. Gemeenten kunnen over individuele cliëntsituaties dus geen vragen stellen aan het CIZ. Op basis van de Wet Bescherming Persoonsgegevens is dit niet mogelijk. Als gemeente kunt u daarom ook geen inzicht krijgen op eventueel geïndiceerde PV en/of VP die naar de zorgverzekeraar gaat. De bedoeling van de overdracht is dat de gemeente het gesprek aan kan gaan met de cliënt (en de zorgaanbieder) over de voortzetting van de zorg, de nu gedefinieerde gegevensset zou daarvoor voldoende basis moeten bieden. Als er nog zorg nodig is na afloop van een indicatie moet de cliënt (of de zorgaanbieder namens de cliënt), een herindicatie aanvragen bij het CIZ. Vooral in de langdurige zorg leidt een herindicatie meestal wel tot een nieuwe indicatie. Of deze zorg dan onder de Wmo valt, is afhankelijk van wat er in een herindicatie wordt bepaald. Vanwege het overgangsrecht straks in de Wlz hebben de huidige cliënten met een laag ZZP die extramuraal wordt verzilverd de gelegenheid om zelf te kiezen tussen ondersteuning vanuit de Wmo en/of zvw of intramurale zorg. Omdat nu nog niet bekend is wat de individuele cliënt gaat doen, kunnen de gegevens van deze cliënten niet worden meegenomen in de selectie. In 2015 moeten deze cliënten zichzelf melden bij hun gemeente als ze Wmo zorg willen ontvangen.15 Het CIZ werkt met de recente versie van de Cendris tabel voor de vaststelling van de gemeente. Meer informatie hierover kunt u vinden in de Informatiekaart Overgangsregime AWBZ cliënten van het TransitieBureau Toelichting GO Wmo A.2.10 Waar is de informatie te vinden over cliënten die gebruik maken van de inloop GGZ? A.2.11 Waar is de informatie te vinden over cliënten die gebruik maken van ‘Doventolkzorg’? A.2.12 Zijn de gegevens van cliënten die in een Focuswoning verblijven overgedragen naar gemeente? Wat is de betekenis van de codes bij het veld Indicatie vervoer? A.2.13 A.2.14 A.2.15 A.3 A.3.1 A.3.2 A.3.3 Wat is de betekenis van de codes bij het veld Leveringsvorm? Hoe kan een gemeente zien of er naast het ZZP GGZ C ook BGG is geïndiceerd? (mogelijke) Fouten Constatering van functies/ZZP’s in de overdracht die niet genoemd zijn in de selectielijst Cliënten in de overdracht wonen niet in onze gemeente Cliënten in de overdracht zijn overleden | Versie 2.0 | Pagina 43 Lumpsum vergoeding aan de zorgaanbieder, zoals de inloopfunctie GGZ wordt niet geïndiceerd en niet op cliëntniveau gedeclareerd. De cliëntgegeven zijn alleen bij de zorgaanbieders bekend, deze moeten zorgdragen voor overdracht naar gemeenten. Doventolkzorg wordt niet geïndiceerd en geregistreerd bij het CIZ. De doventolkzorg in de AWBZ wordt uitgevoerd door Menzis. Menzis zal samen met VWS en de VNG nader uit werken wat er moet worden geregeld voor de gegevensoverdracht rond de doventolk en de ZG begeleiding.; Voor Focuswoningen geldt een aparte subsidieregeling, deze zorg valt niet onder de verantwoordelijkheid van gemeenten, deze gegevens worden daarom niet overgedragen. Code 1 = vervoer nodig Code 2 = vervoer niet nodig Leeg veld = niet van toepassing. Het veld wordt alleen gevuld in combinatie met de functie Begeleiding groep (BGG) Code 2 = Pgb Code 4 = ZIN In de bestanden is bij GGZ C aangegeven dat er vervoer noodzakelijk is (volgnummer 209), hieruit kan worden opgemaakt dat er sprake is van dagbesteding. Bij dagbesteding is het of 2 geen vervoer of 1 wel vervoer. Dus 1 of 2 zegt dat er sprake is van dagbesteding. De waarde van vervoer kan ook leeg zijn. In dat geval is er dus geen vervoer geïndiceerd, maar ook geen dagbesteding. In de Pgb-declaratiebestanden van de volgende leveringen kan een gemeente zien of er een pgb is toegekend. Neem hiervoor contact op met de helpdesk De betreffende cliënten kunnen onlangs verhuisd zijn, als dit niet het geval is laat de helpdesk van het CAK dit uitzoeken door het CIZ. Als de cliënt wel is verhuisd dan komt de cliënt in de volgende overdracht bij de goede gemeente. Alleen bij de laatste overdracht in 2015, dient de ontvangende gemeente de gegevens door te sturen aan de gemeente waar de cliënt naar toe is verhuisd. Een bestand in de gegevensoverdracht is een momentopname op een bepaalde datum (peildatum), een cliënt kan daarna zijn overleden, vandaar ook dat geadviseerd wordt om een GBA-check uit te voeren Toelichting GO Wmo A.3.4 Cliënten in de overdracht zijn jonger dan 18 jaar A.3.5 Cliënten in de overdracht die bij de gemeente een ander BSN nummer hebben Cliënten zijn wel bekend bij een zorgaanbieder, maar zitten niet in de gegevensoverdracht A.3.6 A.3.7 A.3.8 In de overgedragen bestanden zit geen enkele cliënt met een GGZ C pakket In de overgedragen bestanden ontbreken sommige functies | Versie 2.0 | Pagina 44 voorafgaand aan het opnemen van contact met de betreffende cliënt. In de overdracht zijn de cliënten meegenomen die 18 jaar of ouder zijn op 1-1-15, in de gegevensoverdrachten in 2014 kunnen dus cliënten voorkomen die op de peildatum nog 17 jaar zijn. De helpdesk van het CAK laat dit uitzoeken door het CIZ. Er kunnen verschillende dingen aan de hand zijn: Is een (intramurale) indicatie die niet overgaat naar de Wmo. Bv ZZP-VG die extramuraal wordt verzilverd en waar de zorgaanbieder BG levert. De indicatie is afgegeven na de peildatum van het besluit; Doventolkzorg en ‘specialistische begeleiding voor zintuiglijk gehandicapten’, deze worden niet geïndiceerd en geregistreerd bij het CIZ; Lumpsum vergoeding aan zorgaanbieder, zoals de inloopfunctie. Deze zorg wordt niet geïndiceerd en niet op cliëntniveau gedeclareerd; Geheime cliënten, het CIZ markeert deze personen in het systeem omdat het communiceren van de gegevens niet in het belang (veiligheid) van de persoon is, hierbij moet worden gedacht aan mensen die vanwege huiselijk geweld elders zijn ondergebracht; Cliënten waarbij het BSN niet gevonden is door het CIZ (meestal oudere indicaties), landelijk zijn dit enkele cliënten; Experimenten regelarme instellingen (ERAI), bij de zorgaanbieders Buurtzorg en Zorgboog wordt in dit kader gewerkt met één product tegen één standaard tarief. De functies verzorging, verpleging en begeleiding zijn daarbij in het indicatiebesluit van het CIZ ondergebracht in één functie verpleging. De begeleiding die over gaat naar de Wmo kan niet apart worden geselecteerd. In bovenstaande situaties maken zorgaanbieder en gemeente samen afspraken over voortzetting van de zorg. Indien bovenstaande uitzonderingen niet van toepassing zijn, laat de helpdesk van het CAK dit uitzoeken door het CIZ. De GGZ C pakketten (beschermd wonen) zitten in aparte bestanden die u dient over te dragen aan de centrumgemeenten. De helpdesk van het CAK laat dit uitzoeken door het CIZ. Toelichting GO Wmo A.3.9 A.4 A.4.1 geheel, die wel in de selectiecriteria staan Er melden zich cliënten bij de gemeente met een geldig AWBZ indicatiebesluit, die niet in het overgedragen bestand zitten Inhoudelijke vragen Wat houdt het overgangsrecht in voor AWBZ cliënten? A.4.2 A.4.3 Vervallen Wat is de betekenis van de grondslag in het indicatiebesluit? A.4.4 Wat is de betekenis van een klasse in het indicatiebesluit? A.4.5 Wat is de betekenis van de voorkeursleveringsvorm? A.4.6 Kan er toelichting worden gegeven op de indicatiecriteria van het CIZ? Vervallen Zijn er aparte afspraken voor 18 tot 23 jarigen? A.4.7 A.4.8 A.4.9 Wat is het effect van ERAI op de gegevensoverdracht? | Versie 2.0 | Pagina 45 De gemeente moet checken of de functies of ZZP GGZ C die overgaan naar de Wmo, op de peildatum geldig waren en of de cliënt in de tussentijd niet is verhuisd. Mocht dit het geval zijn en de cliënt is ouder dan 18 jaar, dan laat het CAK dit uitzoeken door het CIZ. Cliënten die een AWBZ indicatie hebben die in 2015 doorloopt, behouden nog enige tijd recht op de uit het indicatiebesluit voortvloeiende rechten en plichten (zoals de omvang van de aanspraak en de te betalen eigen bijdrage). Meer informatie is te vinden op www.invoeringWmo.nl Om voor AWBZ-zorg in aanmerking te kunnen komen, moet er sprake zijn van een aandoening, beperking of handicap. Er moet dus sprake zijn van een grondslag. Er kan sprake zijn van meerdere grondslagen, de eerste grondslag is gebaseerd op de zwaarwegendste beperkingen die leiden tot zorgbehoefte. In de gegevensoverdracht zijn alleen de twee zwaarwegendste grondslagen meegenomen. Een klasse is een verzameling van uren, dagdelen of etmalen. Dit is de bandbreedte voor de omvang van de zorg zorgvraag (dagdelen en etmalen kennen geen bandbreedte in tegenstelling tot uren). Dit is de voorkeur van de cliënt voor ZIN (zorg in natura) of pgb (persoonsgebonden budget) op moment van indicatie. De gerealiseerde leveringsvorm kan hiervan afwijken, omdat de cliënt uiteindelijke een andere keuze kan hebben gemaakt Op de website van het CIZ www.ciz.nl is op de startpagina de ‘Indicatiewijzer 2014’ beschikbaar, daarin worden de beleidsregels voor de AWBZ toegelicht en de wijze waarop het CIZ deze toepast bij de indicatiestelling. Niet binnen de gegevensoverdracht voor 18+ in het geval Bureau Jeugdzorg de zorg heeft geïndiceerd. Als het CIZ de zorg heeft geïndiceerd, dan zitten de gegevens wel in de bestanden als de cliënt ouder is dan 18 jaar. Alle informatie met betrekking tot de Jeugdwet is te vinden op: www.voordejeugd.nl Experimenten regelarme instellingen (ERAI). Bij de zorgaanbieders Buurtzorg en De Zorgboog wordt in dit kader gewerkt met één product tegen één standaard tarief. De functies verzorging, verpleging en begeleiding zijn daarbij in het indicatiebesluit van het CIZ ondergebracht in één functie verpleging. De begeleiding die over gaat naar de Wmo kan niet apart worden geselecteerd. De Toelichting GO Wmo B. B.1 B.1.1 Declaratiegegevens Aantallen/omvang Waarom zijn er bij sommige cliënten geen declaratiegegevens of pgb gegevens toegevoegd? B.1.2 Waarom wijkt de hoogte van de gedeclareerde zorg af van de eerder verstrekte beleidsinformatie? B.1.3 Waar is de informatie over de kapitaalslasten? 16 | Versie 2.0 | Pagina 46 betreffende zorgaanbieders moeten zelf zorgdragen voor overdracht van de cliëntinformatie naar de gemeenten. Bij de overige zorgaanbieders die deelnemen aan ERAI speelt dit niet. Vektis Daar kunnen een aantal oorzaken voor zijn: Cliënt heeft een indicatie maar maakt er (nog) geen gebruik van (of niet meer); Cliënt heeft een indicatie aangevraagd om in aanmerking te komen voor een regeling, zoals de Wtcg16 of het Mantelzorgcompliment; Cliënt heeft uit voorzorg een indicatie aangevraagd; Het betreft een recente indicatie waarvan de declaratie of pgb nog niet is verwerkt in de systemen; Aanbieder declareert niet (levert wel zorg) of heeft nog niet gedeclareerd; Extramurale aanbieder declareert op een prestatiecode die niet voorkomt in de positieve selectielijst; Afkeur van een declaratieregel. Deze kan later weer wordt ingediend en kan dus in een later bestand wel voorkomen. De einddatum van de functie ligt voor 31 december 2014. Deze pgb-regels zijn niet uitgeleverd, omdat de pgb afloopt. De beleidsinformatie van begin 2014 is gebaseerd op de jaren 2012 en 2013, ondertussen zijn er mutaties geweest door overlijden, verhuizingen, aflopende indicaties, nieuwe indicaties enz. Bij de beleidsinformatie is geen GBA-check gedaan waardoor er overleden personen in het bestand zaten en personen mogelijk aan een verkeerde gemeente toegewezen zijn. In de beleidsinformatie zijn alle mensen met zorg in 2012 resp. 2013 opgenomen terwijl in de eenmalige overdracht alleen de mensen zijn meegenomen die op dat moment over een indicatie beschikken. In de beleidsinformatie konden personen meerdere indicaties (achter elkaar) hebben, aangezien de informatie over hele jaren ging. In deze eenmalige overdracht heeft een cliënt maar één indicatiebesluit, aangezien er een peildatum is gekozen. Als laatste is de ‘positieve selectielijst’ wat aangepast, door voortschrijdend inzicht van VWS. De kapitaallasten zijn afhankelijk van de afspraken die de zorgaanbieders maken met het zorgkantoor. Kapitaallasten zijn de rente en afschrijvingskosten van investeringen in gebouwen en grond. Zowel in eigendoms- als huursituaties Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten Toelichting GO Wmo B.1.4 Waarom mis ik de prestatie inloop GGZ? B.1.5 Wat gebeurt er met tussentijdse mutaties, tussen gegevensleveringen in? Samenstelling gegevensset Waar kan ik zien welke selectiecriteria zijn toegepast door Vektis? Kan er in de volgende levering een gegeven worden toegevoegd? B.2 B.2.1 B.2.2 B.2.3 ZIN17 Waarom worden er in het Zorg in natura bestand geen financiële gegevens meegeleverd? B.2.4 ZIN Wat is de betekenis van het veld ‘debet-credit geleverde zorgomvang 1’? Pgb18 Waarom zijn er in het pgb geen zorgaanbieders zichtbaar? Pgb Wat is de betekenis van de codes bij het veld ZZP_code? B.2.5 B.2.6 17 18 Zorg in natura Persoons gebonden budget | Versie 2.0 | Pagina 47 is sprake van kapitaallasten. Voor meer informatie zie: http://www.nza.nl/zorgonderwerpen/dossiers/kapitaallasten/ Lumpsum vergoeding aan de zorgaanbieder, zoals de inloopfunctie GGZ wordt niet geïndiceerd en niet op cliëntniveau gedeclareerd. De cliëntgegeven zijn alleen bij de zorgaanbieders bekend, deze moeten zorgdragen voor overdracht naar gemeenten. Deze worden in de volgende gegevensoverdracht meegenomen, tussentijdse mutaties worden niet apart gemeld aan gemeenten. Dit is terug te vinden in deze toelichting (hoofdstuk 5). De bedoeling van de overdracht is dat de gemeente het gesprek aan kan gaan met de cliënt (en de zorgaanbieder) over de voortzetting van de zorg, de nu gedefinieerde gegevensset zou daarvoor voldoende basis moeten bieden. In de huidige levering is informatie over de hoogte van het pgb opgenomen. Bij zorg in natura declaraties worden bewust geen financiële gegevens mee geleverd. Hiervoor zijn diverse redenen, bijvoorbeeld: bij de nacalculatie van een instelling kunnen nog verrekeningen worden doorgevoerd, zoals een correctie op de prestatiemix of gerealiseerde productie. Dit wordt niet altijd op cliëntniveau gecorrigeerd en is dus niet altijd zichtbaar in de cliënt/declaratiegegevens. Dit geldt ook voor afspraken over lumpsumvergoedingen. Ook hierover zijn bij de zorgkantoren geen cliëntgegevens beschikbaar. Overigens zijn de maximumtarieven in de NZa-beleidsregels vastgelegd Het gebeurt dat er achteraf nog een correctie is op een eerdere declaratie. In het bestand is zowel de positieve als de negatieve regel zichtbaar. De gemeente kan de beide corresponderende regels tegen elkaar wegstrepen. De cliënt sluit de overeenkomsten met de zorgaanbieders (professionele en/of informele zorgverleners), deze informatie is bij Vektis niet beschikbaar. Indien het veld ZZP is gevuld dan is er sprake van een intramurale indicatie, waarop het Pgb is afgegeven. Een 0 of spaties of een leeg veld betekent dat er sprake is van een extramurale indicatie en is het Pgb budget afgegeven op basis van de geïndiceerde functies. Toelichting GO Wmo B.2.7 ZIN en Pgb Waar zijn de complete codelijsten te vinden? B.3 B.3.1 (mogelijke) Fouten ZIN In het overgedragen bestand Zorg in natura staan prestatiecodes die niet genoemd zijn in de positieve selectielijst Inhoudelijke vragen ZIN Wat is een prestatiecode? B.4 B.4.1 B.4.2 ZIN Wat is de positieve selectielijst? B.4.3 ZIN en pgb Waarom is er soms meer gedeclareerd dan er is geïndiceerd? B.4.5 ZIN Waarom zijn de prestatiecodes niet hetzelfde als de geïndiceerde functies en ZZP’s? Pgb Hoe kan het dat in de besluitgegevens de voorkeur voor pgb staat, terwijl er zorg in natura is gedeclareerd? (of omgekeerd) ZIN Wat is een AGB code? B.4.6 B.4.7 | Versie 2.0 | Pagina 48 De codelijsten zijn te vinden op http://ei.vektis.nl/ onder codelijsten. In het programma van eisen staat welke codelijsten gehanteerd zijn. De lijst met prestatiecodes is te vinden op https://tog.vektis.nl/WebInfo.aspx?ID=Prestatiecodelijsten bij prestatiecodelijst AWBZ. De ‘positieve selectielijst’ is niet als codelijst gepubliceerd. De helpdesk van het CAK laat dit uitzoeken door Vektis. Binnen de AWBZ zorg in natura wordt de zorg in prestatiecodes gedeclareerd. Alle prestatiecodes zijn bedacht door de NZa. In het bestand ZIN staat altijd een prestatiecode. De omschrijving van de prestatiecode is te vinden op https://tog.vektis.nl/WebInfo.aspx?ID=Prestatiecodelijsten De positieve selectielijst is een lijst met prestatiecodes die worden getoond bij extramurale indicaties. De lijst bevat dus een gedeelte van alle mogelijke prestatiecodes in de AWBZ en dit zijn de prestatiecodes die aan de gemeenten geleverd worden bij de extramurale indicaties. Ruim duizend cliënten hebben een aanspraak AWBZ op additionele zorguren, hierbij gaat de zorgbehoefte van de cliënt uit boven de hoogst mogelijke klasse. Dit is in de gegevensset van het CIZ niet zichtbaar en zal moeten worden afgeleid van de declaratiegegevens. Prestatiecodes zijn gekoppeld aan de geleverde zorgprestaties en worden bepaalde door de NZa. De zorgprestaties zijn op hun beurt gebaseerd op de geïndiceerde functies, die worden bepaald door het CIZ. Met een geldig indicatiebesluit kan de cliënt op ieder moment een verzoek doen bij het zorgkantoor om de leveringsvorm te wijzigen. Deze mutaties worden niet geregistreerd door het CIZ. Het AGB (voluit Algemeen Gegevens Beheer) is een uniek identificerende registratie van zorgaanbiedergegevens ter ondersteuning van de verschillende processen in de zorg, waaronder het elektronische declaratie- en communicatieverkeer tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar, zorginkoop en het 'gidsen' van Toelichting GO Wmo B.4.8 B.4.9 B.4.10 B.4.11 B.4.12 B 4.13 B.4.14 C. C.1 ZIN en pgb Waarom zie ik bij intramurale indicaties GGZ C, extramurale prestatiecodes of functies? ZIN en pgb Waarom zie ik bij intramurale indicaties GGZ C, intramurale prestatiecodes uit een andere sector bv. Verpleging en Verzorging? ZIN Waarom komt een declaratie meerdere keren voor? Pgb Waarom zie ik in het pgb bestand bij een ZZP meerdere regels? ZIN en pgb Hoe kan het dat in de besluitgegevens de voorkeur voor pgb staat, terwijl er zorg in natura is gedeclareerd? (of omgekeerd) Pgb Waarom is het aantal pgb-budgethouders lager dan bij de vorige levering? Pgb Waarom komt een cliënt die momenteel een pgb heeft niet voor in het pgb-bestand van de tweede levering? Algemeen project Wat is de peildatum (datum van selectie bij het CIZ) van het bestand? | Versie 2.0 | Pagina 49 verzekerden naar de juiste zorg. Een zorgaanbieder kan een zorgverlener, onderneming of vestiging zijn. De betekenis van de AGB code kunt u opzoeken op https://agb.vektis.nl/ De cliënt kan binnen de huidige AWBZ kiezen voor extramurale zorg op basis van een intramurale indicatie. Soms verblijft een cliënt met een GGZ C indicatie in een zorginstelling uit een andere sector. Deze instelling declareert op een prestatiecode uit de eigen sector, die naar kosten vergelijkbaar is met een prestatiecode uit de GGZ C sector. In de levering zitten meerdere maanden vanaf 1 januari 2014, iedere maand waarin daarna de zorg is geleverd is zichtbaar in de overdracht. Als er een pgb wordt gegeven op basis van een intramurale indicatie, dan wordt er een vertaling gemaakt naar functies, deze functies zijn in de eerste levering getoond bij de ZZP’s in het pgb bestand. In de tweede levering resteert één regel. Met een geldig indicatiebesluit kan de cliënt op ieder moment een verzoek doen bij het zorgkantoor om de leveringsvorm te wijzigen. Deze mutaties worden niet geregistreerd door het CIZ. Cliënten van wie de einddatum van de functie voor 31-122014 ligt, zijn niet geselecteerd in het pgb-bestand. Cliënten van wie de einddatum van de functie voor 31-122014 ligt, zijn niet geselecteerd in het pgb-bestand. Iemand van wie het pgb bijvoorbeeld eind november afloopt, komt dus niet in het bestand voor. 14 juli 2014 – eerste uitlevering 30 september – tweede uitlevering Toelichting GO Wmo C.2 Hoe vaak en wanneer wordt het gegevensbestand vernieuwd? C.3 Worden alleen de mutaties meegenomen in de volgende levering? Zijn de tussentijdse mutaties in de cliëntgegevens zichtbaar in de volgende levering? Waarom is er nog een gegevensoverdracht in februari 2015? C.4 C.5 C.6 C.7 C.8 C.9 C.10 C.11 Waar kan ik informatie vinden over de uitgangspunten voor het project Gegevensoverdracht (GO)? Kan een cliënt bezwaar maken tegen de overdracht van zijn gegevens? Wanneer komt er informatie beschikbaar over de gegevensoverdracht voor jeugdigen? Kan ik als gemeente maatwerkondersteuning krijgen bij het interpreteren van de gegevens? Wie beschikt er binnen mijn gemeente over de inloggegevens van Porta? Waarom ontvangen gemeenten drie verschillende bestanden? | Versie 2.0 | Pagina 50 Het project GO omvat vier leveringen, de voorgenomen data zijn: 1. Eind juli 2014 2. Eind september 2014 3. Medio november 2014 4. Eind februari 2015 Iedere levering bevat de complete, actuele dataset met een nieuwe peildatum. Tussentijdse mutaties zijn niet zichtbaar, alleen de geldige indicaties op afgesproken peildatum zijn zichtbaar. Cliënten kunnen nog tot en met 31 december 2014 een aanvraag doen voor een AWBZ-indicatie. Het CIZ heeft 6 weken de tijd om een indicatiebesluit te nemen. Dit betekent dat er nog tot half februari AWBZ-besluiten worden afgegeven. Alle actuele informatie is te vinden op http://www.invoeringWmo.nl/content/programma-van-eisenvoor-gegevensoverdracht Nee, dat is niet mogelijk. In de wet (Wmo 2015) staat dat het CIZ en de zorgkantoren deze gegevens moeten en mogen leveren, ook zonder de toestemming van de cliënt. Alle actuele informatie is te vinden op: www.voordejeugd.nl Tot 1 september kunt u deze vraag het beste stellen aan het TransitieBureau Wmo via [email protected] of via telefoonnummer 070-340 6100 (bereikbaar op maandag, dinsdag en donderdag). Vanaf 1 september kunt u uw vraag stellen aan het OndersteuningsTeam Decentralisaties (OTD). Het OTD is bereikbaar via [email protected] of 070-373 83 98. U kunt hiervoor contact opnemen met de servicedesk van het CAK. Er is gekozen voor drie bestanden om het voor alle gemeenten zo eenvoudig mogelijk te maken om de gegevens te kunnen inzien. Via deze methode kunnen de gegevens ook in Excel ingelezen worden. Indien van 1 bestand was uitgegaan krijg je te maken met verschillende recordtypes en recordlengte in zo’n bestand. Immers vanuit 1 record indicatiegegevens kunnen er 0, 1 of meerdere records ZIN voorkomen en 0, 1 of meerdere records PGB. Toelichting GO Wmo | Versie 2.0 | Pagina 51 Vrij complex dus om zo’n bestand in te verwerken. Vandaar gekozen voor eenvoud waar alle gemeenten mee uit de voeten kunnen.
© Copyright 2024 ExpyDoc