brabantsdagblad.nl vrijdag 15 januari 2010 14 | opinie aanvang 15.30 uur door Ton de Jong Met vreugde geven wij kennis M ensen die alcohol gebruiken zijn gelukkiger dan mensen die dat niet doen. Niet duidelijk is of dat óók geldt voor mensen die heel lang innemen, maar hier komt vervolgonderzoek naar. Wetenschappelijk natuurlijk. Het is een itempje van amper dertig seconden op Radio 1. Dit ‘nieuws’ zou het ene oor in en het andere oor uitgegaan zijn, als ik niet net in Tilburg bij de lancering was geweest van een sociaal-cultureel planbureau voor Noord-Brabant. Het is de hergeboorte van het PON, een afkorting die staat voor Provinciaal Opbouworgaan Noord-Brabant , maar zich ontwikkeld heeft tot onafhankelijk instituut voor onderzoek en advies. ‘Met vreugde geven wij kennis’, luidt de aanhef van de uitnodiging, die zo’n 130 mensen hebben aangenomen. Zij hebben er zin in bij het PON. De commissaris van de koningin, een gedeputeerde, een burgemeester en de secretaris van de Brabantse SER komen de boreling feliciteren. Zij geven aan wat Brabant aan een planbureau kan hebben. Veel, mits het PON met de benen vast op de grond blijft staan en dingen doet waar de samenleving echt iets aan heeft. Aan mij was gevraagd om bij de wieg iets te zeggen over hoe wij bij het Brabants Dagblad aankijken tegen de springvloed van onderzoeken en onderzoekjes waaronder de media dagelijks bedolven wordt. Dat is nog niet zo makkelijk, want de wereld van peilingen, enquêtes, polls en (al dan niet universitair) onderzoek zit ingewikkeld in elkaar. Het kaf laat zich niet makkelijk van het koren scheiden. Er glippen ook in het Brabants Dagblad onzin-onderzoeken door: ‘Tweederde jeugd heeft last van zwemmerseczeem’. Opluchting: de alcoholdrinkers van Radio 1 niet. Ik gaf daarom meteen maar een voorbeeld van ferm handelen. Enige tijd geleden hebben wij intern een boycot afgekondigd tegen Maurice de Hond en zijn wekelijkse politieke peiling. De Hond is sowieso onbetrouwbaar maar zijn peiling zo mogelijk nog meer. Zijn fictieve zetelverdeling van de Tweede Kamer is niet gebaseerd op representatief onderzoek onder kiezers maar op de raadpleging van een panel dat willekeurig is samengesteld. Aan de uitkomst wordt in het publieke debat een gewicht toegekend dat een eigen dynamiek krijgt. De potentiële macht van de PVV bij voorbeeld. „Maar de krant heeft op haar internetsite toch ook allerlei polls en peilingen”, probeerde de gespreksleidster een bres te slaan in mijn betoog. Jawel, maar daar verbinden wij geen belangwekkende conclusies zoals de samenstelling van het parlement aan. Aan de ene kant die overvloed aan onderzoek en peilingen maar anderzijds een gebrek aan betrouwbaar feitenmateriaal, vooral op gemeentelijke en regionale schaal. Ik noemde de thuiszorg. Probeer er als journalist maar eens snel achter te komen hoe de thuiszorg in Brabant in elkaar zit. Hoeveel klanten? Hoeveel aanbieders? Ontwikkelingen in markt? Verschillen tussen gemeenten? U voelt hem aankomen: het Brabants Dagblad laat zich graag bijstaan door het sociaal-cultureel planbureau voor Brabant. Reacties? [email protected] Gemeenten, bereid je beter voor op rellen door Rob Witte R ecente incidenten in Culemborg trekken grote aandacht. Ook op andere momenten worden gemeenten verrast door een plotseling incident, dat tot onverwacht grote onrust leidt. Leiden incidenten tot grote maatschappelijke onrust dan bestaat de neiging om oorzaken buiten de eigen gemeente te zoeken, structurele achtergronden te ontkennen, en spreken overheid en instanties zich elkaar in de media tegen. De politie spreekt van een toevallige gebeurtenis en de jongerenwerker zegt dat er al veel langer ‘iets speelde’. Kijk je wat nauwkeuriger, dan blijkt regelmatig dat soortgelijke incidenten en onrust zich vaker hebben voorgedaan. Maar velen lijken zich dat niet te herinneren. Zo werden in de dorpskern Waspik al in de jaren ‘90 vluchtelingengezinnen weggepest en was het Liberiaans gezin in 2007 geen unicum. Ook Culemborg kent al een langere geschiedenis van confrontaties tussen groepen jongeren, zodat de huidige spanningen niet echt uit de lucht komen vallen. Vaak kent men de lokale geschiedenis op dit gebied niet en ziet men een recent incident als nieuw. Natuurlijk is niet ieder incident te voorkomen. Maar vaak blijkt achteraf dat jongerenwerkers, agenten en onderwijzers wel al eerder signalen opvingen. Kon men dan niet eerder actie ondernemen? Een rampenplan is verplicht in iedere gemeente voor het geval er een tankauto of bedrijf explodeert. Iets dat zich gelukkig niet iedere week noch elk jaar voordoet. Veel gemeenten zijn echter nauwelijks voorbereid op sociaal explosieve situaties - iets dat in veel gemeenten eerder is te verwachten dan die tankauto. Doet zich zoiets toch voor dan hangt het vaak van de burgemeester, korpschef en voorlichter af of de zaak goed wordt De rellen in Culemborg leidden tot veel onrust. aangepakt. In veel gevallen gaat dit goed. Regelmatig gaat dit minder goed en ontstaat het verontrustende beeld dat ‘men het ook niet precies weet’. Soms zijn reacties zelf aanleiding tot escalatie. Met een zogenoemd sociaal calamiteitenplan bereidt men zich wel beter voor op sociale crisissituaties. Zo’n calamiteitenplan richt zich niet alleen op de aanpak, maar ook op het voorkomen van explosies. Is er nog niets ernstigs gebeurd, maar neemt (het risico op) onrust wel toe, dan kan het al in werking treden. Het kan zelfs gebruikt worden als gebeurtenissen elders tot onrust leiden, denk aan de moord op Van Gogh in Amsterdam. Belangrijk verschil met het rampenplan is dat meer instanties bij het sociaal calamiteitenplan betrokken zijn dan klassieke rampenbestrijders. Zoals jongeren- en ander welzijnswerk, woningbouwverenigingen, scholen, maatschappelijk werk, vluchtelingenwerk en bewonersorganisaties als de situatie dat vereist. Een sociaal calamiteitenplan is geen dik boek, waarin alle mogelijk incidenten zijn opgenomen met per incident een beschrijving van wat wie wanneer moet doen. Sociale crises hebben namelijk de eigenschap zich elke keer foto ANP op een andere wijze voor te doen. Nee, het sociaal calamiteitenplan richt zich op iedere situatie van mogelijke onrust. Met het ontwikkelen van zo’n sociaal calamiteitenplan leren mensen en organisaties elkaar kennen, met elkaar bespreken wat in zo’n situatie is te doen, zodat men altijd elkaar direct weet te vinden. Natuurlijk zou dat eigenlijk altijd al moeten. Maar de ervaring leert dat dit nog wel eens een probleem is. In een crisissituatie heb je geen tijd dat probleem even op te lossen. Een ander belangrijk aspect van het plan is dat men inventariseert wie welke signalen opvangt en wat daarmee verder gebeurt. Luistert de directie van de school wel naar onderwijzers? Als het nodig is, informeren zij dan andere partijen, zoals de gemeente? Ga je een sociaal calamiteitenplan opzetten, dan moet dit geregeld worden. Gelukkig zijn er gemeenten die niet zo’n crisis afwachten, maar zoals Sint-Michielsgestel en eerder Helden en Weert in ‘rustige tijden’ hiermee aan de slag gaan. Nogmaals: tijdens een crisis heb je daar de tijd niet voor. Rob Witte is programmamanager Jeugd en Veiligheid bij FORUM, Instituut voor multiculturele vraagstukken. Zie ook www.forum.nl/scp. lezersbrieven Brieven (niet langer dan 200 woorden) richten aan: Opinieredactie Brabants Dagblad, Postbus 235, 5201 HB Den Bosch of naar [email protected] Schaamteloze arrogantie De reactie van Balkenende op het rapport-Davids getuigt weer eens van de schaamteloze arrogantie die al decennia zo kenmerkend is voor het CDA. Of je nu Balkenende, Donner, Ruding, Maij-Weggen, Rüpp, Rombouts, Eugster of een andere (ex-)CDA-politicus neemt, allen staan/stonden ze stijf van de arrogantie. Slechts af en toe duikt er een fatsoenlijke christendemocraat op als Ben Bot. Het CDA is een economisch machtsblok, dat zich de arrogantie aanmeet om zich rentmeester van de aarde te noemen. Terwijl de politici al jaren de bioindustrie een warm hart toedragen en het liefst alle groengebieden in Brabant economisch zouden uitbuiten, als ze de kans kregen. Bovendien den- ken ze te moeten rentmeesteren in Afghanistan en Irak. Wat zou Christus trots op hen geweest zijn. Het CDA, ze zijn niet christelijk en niet democratisch. Wat overblijft is een appel, maar dan wel een rotte. Of is het de A van arrogantie? A. Bouman Vught Irak-rapport ‘Balkenende’s reactie op het rapport van de commissie-Davids is schaamtefoto ANP loos’. Met de wijsheid van nu is het makkelijk kritiek leveren op wat er toen gedaan had moeten worden wat betreft de Nederlandse betrokkenheid bij de oorlog in Irak. Maar ook nu wordt er behoorlijk selectief gewinkeld in het verzamelen en verspreiden van informatie. En dan heb ik het nadrukkelijk over de media. Een paar maanden geleden werd ik door de NPS bena- derd of ik als oud-VN-inspecteur van UNSCOM vanwege het aanstaande rapport van de commissie-Davids mijn visie kon geven. Ik ben in 1991 naar Irak uitgezonden geweest voor twee inspectierondes. En wij vonden wel chemische strijdmiddelen. Hoessein is ook in het bezit geweest van deze strijdmiddelen; hij heeft ze gebruikt te- gen Iran en zijn eigen Koerden. Wat hij tussen de twee Golfoorlogen in 1990 en 2003 met zijn strijdmiddelen heeft gedaan weet ik ook niet. Ik weet wel dat hij de VN-inspecties jaren heeft gesaboteerd. De media laten liever nu mensen aan het woord die ontkennen dat Hoessein vernietigingswapens had, want ik heb van de NPS niks meer gehoord. De commissie-Davids heeft ook niets gedaan met onder meer de informatie over het al dan niet militair deelnemen aan de oorlog. Ik vond het frappant dat commissielid Van Walsum, oud-VN ambassadeur, die niet alle conclusies van ‘Davids’ onderschrijft, op vakantie was tijdens het aanbieden van het rapport. Een rapport van 600 pagina’s, maar diverse politici trokken binnen een split second de conclusie dat er een parlementaire onderzoekscommissie moet komen. In de hektiek van toen zijn fouten gemaakt, maar er is maar een manier om geen fouten te maken, namelijk niks doen! Tom van Erp luitenant kolonel buiten dienst Vught De toekomst van de BMF Jan van Rijen is een deskundig persoon die in de problemen kwam
© Copyright 2025 ExpyDoc