Ontwerp je duurzaam droomhuis

Voor de leerkracht
Als wij willen dat generaties na ons nog op dezelfde manier kunnen leven als wij nu, dan moeten
we nu actie ondernemen. Grondstoffen en energiebronnen worden steeds schaarser en door
onze huidige manier van leven wordt onze leefomgeving en milieu er niet veel beter op.
Je kan op verschillende manieren een steentje bijdragen om ervoor te zorgen dat generaties na
ons het nog even goed hebben.
Één daarvan is een woning op een duurzame manier bouwen. Zo ga je ervoor zorgen dat je geen
kostbare ruimte en stukjes natuur gaat innemen, bedachtzaam omspringen met grondstoffen en
materialen, zuinig omspringen met energie en water,…
Het is bij deze opdracht de bedoeling dat de leerlingen hun droomhuis ontwerpen, maar dan wel
volgens de regels van de kunst!
Voor ze aan hun ontwerp beginnen moeten ze op ontdekkingstocht in ‘Expo C’, om stap voor
stap te ontdekken hoe ze een duurzame woning kunnen ontwerpen.
Als ze hun ontwerp op papier gemaakt hebben, kunnen ze hun ontwerp op school bouwen, een
maquette maken. Deze kunnen ze aan hun klasgenootjes presenteren.
Je kan er ook voor kiezen om een ontwerp in groep te laten maken.
De leerlingen zijn natuurlijk vrij in de keuzes die ze maken maar het is toch de bedoeling om een
zo duurzaam mogelijke woning te ontwerpen. Hiermee kan je rekening houden bij de quotatie.
Als extra opdracht kan je de leerlingen ook aan de hand van hun ontwerp op papier een
maquette laten maken. Dit kan je doen aan de hand van maquettekarton of aan de hand van een
schoendoos.
Voor de leerlingen
1. Waar en hoe wil je wonen?
Voor je een huis gaat ontwerpen moet je natuurlijk weten waar je dat huis gaat neerzetten.
Er zijn een aantal zaken die je je moet afvragen vooraleer je je woonplaats bepaald.
In het huisje ‘gemeentehuis’ kan informatie vinden die je kunnen helpen bij deze keuze.

Ga je in de stad of op een afgelegen plaats op het platteland wonen? Of misschien in
een dorpskern? Motiveer je antwoord.
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………

Welk type woning ga je kiezen? Een appartement, open bebouwing, halfopen
bebouwing, gesloten bebouwing? Motiveer je antwoord.
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………

Welke aspecten kunnen nog een doorslag geven bij de keuze van je woonplaats?
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
2. Wie werkt er mee aan de bouw van je woning?
Er zijn een heel aantal mensen waarmee een bouwheer (jij in dit geval) in contact komt. Wie
zijn deze mensen in jouw bouwteam en vertel kort wat hun taak is.
In het huisje ‘architect en aannemer’ vind je meer informatie hierover.
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
3. Een compacte woning met een goede oriëntatie en planschikking.
Noteer bij elk item hieronder een aantal aandachtspunten:

De vorm en oriëntatie van je woning:

De planschikking of indeling van je woning:

Het binnenhalen van zonlicht in de woning:

Zonafscherming:
4. Welke materialen ga je gebruiken in je woning?
Bij de keuze van materialen ga je kijken naar het uitzicht, de prijs, de sterkte,…
Maar de impact van het materiaal op het milieu is ook niet onbelangrijk.
Kies jij voor natuurlijke materialen zoals hout, leem, kleidakpannen, … of ga jij eerder voor de
robuustere materialen zoals beton, baksteen,…?
Maak je keuze en motiveer je keuze.

Welk soort isolatie zou jij kiezen om je dak te isoleren?
o
o
o
o
Een minerale wol (afkomstig van gesteente)
Een petroliumderivaat
Een natuurlijk materiaal
Een gerecycleerd materiaal
Waarom deze keuze? (Motiveer je antwoord van hierboven.)
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………...

Wat is het K-peil van een woning?
…………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………...............

Wat is het E-peil van een woning?
…………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………...............

Hoe energiezuinig ga jij bouwen?
o
o
o
o
Wettelijke norm voor nieuwbouwwoning
Laagenergiewoning
Passiefhuis
Nul-energiewoning
Motiveer je antwoord kort.
…………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………...............
5. Hoe ga jij omspringen met water in je woning?

Ga je regenwater hergebruiken in je woning?
Zo ja, waarvoor ga je dit dan gebruiken?
JA / NEE
…………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………

Zijn er nog andere maatregelen die jij kan nemen om zo zuinig mogelijk met
water om te springen. Geef er zeker drie.
…………………………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………………………
6. Zuinig omspringen met energie.

Ga jij gebruik maken van hernieuwbare energiebronnen?
Waarom wel, waarom niet?
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………

Op welke manier ga je hernieuwbare energie gebruiken?
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………

Is er een verschil tussen zonnepanelen en zonnecollectoren?
Waarvoor worden ze gebruikt?
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………

Op welke manier plaats je een zonnepaneel en/of zonneboiler het best op je dak?
(hellingshoek en oriëntatie) Waarom?
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
………………………………………………………………………………………………
Teken nu een grondplan van je duurzame woning en denk hierbij aan alles wat je in de
tentoonstelling ‘Expo C’ ontdekt hebt.
Voor toepassingen of materialen die je gebruikt en moeilijk op het grondplan kan tekenen, zoek
je een prent of foto om toe te voegen. Dit kan je dan ook ter verduidelijking bij de presentatie
van je ontwerp gebruiken.