LEIDS UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM Beslist! NIEUWSBRIEF VAN MEDISCHE BESLISKUNDE Jaargang 12, april 2014 In dit nummer: 2 3 4 5 6 7 8 10 11 Inleiding Beslist een goed contact! Kwaliteit en veiligheid van patiëntenzorg LUMC- profileringsgebied Global Comparators Project ABEL-studie KERN-studie PRETEC-studie IBIS-studie 12 14 16 17 19 20 23 24 Even voorstellen Geen Nederlandse vragenlijst, wat dan? LUMC- patiëntervaringen Vragenlijst ontwikkelen voor extensief meten KvL Groepsfoto Publicaties Agenda en colofon Simpsons paradox Inleiding DOOR JOB KIEVIT Voor u ligt de dikste Beslist! ooit. Dat is, zoals u basispakket voorrang krijgen en welke niet, en op begrijpt, een goed teken. Gevolg onder andere van basis van welke maatschappij-ethische de verbreding van ons werkterrein, van Medische basisprincipes. Maar zeker ook op micro-niveau - in Besliskunde (MB) naar Kwaliteit van Zorg (KvZ). de spreekkamer - over wat ‘passende zorg’ is en In mijn tweede oratie (met als titel: Kwaliteit van wat niet. Op basis van optimaal inzicht in aard, zorg: over het “Wat?” en het “Hoe?”) ging ik daar ernst en impact van gezondheidsproblemen, en in nader op in. Op het feit dat topzorg bestaat uit de de voor- en nadelen van keuze-opties voor beste keuze en de beste uitvoering, zowel uit ‘het gezondheid en welzijn. Niet alleen in het algemeen, goede doen’, als ‘goed doen’. maar zeker ook voor de individuele patiënt. Dat zorg niet altijd top is, leest u regelmatig in de 2 media. Dat ons beeld van de zorg daardoor zoveel Aan veel van die uitdagingen proberen we met KvZ negatiever is dan vroeger, wordt wel de en MB een bijdrage te leveren. Bijvoorbeeld in het transparantie-paradox genoemd. We zijn de illusie profileringsgebied ‘Innovation in Health Strategy & voorbij die in mijn studie- en assistententijd Quality of Care’, waarover Anne Stiggelbout en gemeengoed was, namelijk dat er “in die Jaap Sont u kort informeren, in het vele onderzoek geneeskunde van jullie natuurlijk geen fouten dat we doen naar gezamenlijke besluitvorming, worden gemaakt … en dat kan immers ook niet, (Elske van den Akker, Marleen Kunneman, Ellen want anders zouden er dooien kunnen vallen”. Engelhardt), in initiatieven die bijdragen aan Terecht dat illusies zijn doorgeprikt. Maar daardoor verbetering door onszelf te spiegelen aan anderen wordt wel eens vergeten dat de zorgkwaliteit - (Marjon Verduijn, Perla Marang), en in initiatieven gelooft u mij maar - heel veel beter is dan vroeger. die ons inzicht geven in wat onze patiënten ervaren, En dat de Nederlandse gezondheidszorg - gelooft u zodat we daardoor kunnen leren en verbeteren al die internationale vergelijkingen maar - (Coryke van Vulpen). internationaal van topniveau is. Nieuwe dynamiek betekent ook nieuwe Dat neemt niet weg dat er nog steeds veel te medewerkers, die zich traditiegetrouw zelf aan u verbeteren is. Onder andere doordat de zorg voorstellen: Anja van der Hout, Melissa Kool, effectiever, ingrijpender, meer multidisciplinair en Nikki Bakker, Jaap Brand, Susan Boer en Hanna zowel technisch als organisatorisch veel complexer Bomhof. We heten hen allen van harte welkom en is geworden. Terwijl onze afspraken, procedures en wensen hen veel succes met hun onderzoek! processen daar niet altijd gelijke tred mee hebben Er gebeurt nog veel meer, in zorgvernieuwing in gehouden. De zorg kan en moet dus beter, altijd, het LUMC, en in NFU-brede en landelijk qualitate qua. initiatieven op het gebied van kwaliteit en Een deel van de oplossingen zal moeten komen van houdbaarheid van zorg. Te veel helaas voor zo’n betere uitvoering. Immers, omdat complicaties sterk korte nieuwsbrief, dus daarover wellicht in de kostenverhogend zijn, betekent iedere voorkomen volgende Beslist! Het is in elk geval duidelijk dat complicatie betere zorg tegen lagere prijs. Dubbele de verbreding van Medische Besliskunde naar winst dus. Vandaar dat we in het LUMC zoveel tijd Kwaliteit van Zorg een heel goede ontwikkeling is. en energie besteden aan verbetering van interne Met meer dynamiek, samenwerkingsverbanden en transparantie. zichtbaarheid als gevolg. Dat is mooi, en doet ons Andere oplossingen zullen moeten komen van vol vertrouwen uitzien naar de toekomst. Een betere keuzes. Niet alleen op macro-niveau, over toekomst waar we samen met u de best mogelijk welke typen zorg in het budget-beperkte invulling aan gaan geven. Beslist een goed contact! Het NFU-consortium Kwaliteit van Zorg: de umc’s samen voor meer-waarde DOOR MARION VERDUIJN, SECRETARIS NFU-CONSORTIUM KWALITEIT VAN ZORG In het consortium Kwaliteit van Zorg van de worden op een goede basisregistratie in het Nederlandse Federatie van Universitair medische primaire zorgproces. Het consortium heeft daarom centra (NFU) werken de acht umc’s samen aan het het initiatief genomen om onder de titel ‘Registratie zichtbaar maken en verbeteren van de kwaliteit van aan de bron’ een NFU-visie op documentatie en zorg. Het consortium staat onder leiding van prof. gebruik van zorggegevens te ontwikkelen, en deze dr. Ferry Breedveld, voorzitter van de Raad van visie vervolgens uit te werken tot een programma Bestuur van het LUMC en portefeuillehouder om als umc’s gezamenlijk goede, eenmalige Kwaliteit van de NFU, en wordt gevormd door een registratie voor meervoudig gebruik (zowel achttal inhoudelijke experts (uit ieder umc één). secundair door andere zorgverleners, als voor het Samen met een klein coördinerend team geven zij afleiden van financiële en kwaliteitsinformatie en invulling en sturing aan de activiteiten van het voor onderzoek) te realiseren. Door middel van een consortium. Daarnaast organiseren zij het meerjarenprogramma van projecten zal vanaf 2014 kwaliteitsnetwerk in het eigen umc ten behoeve van de visie in de praktijk van de umc’s te realiseren; de uitvoering van de activiteiten. Het consortium dit programma gaat vanaf 2014 lopen. De primaire heeft vier aandachtsgebieden. focus ligt daarbij op het zorgproces van de patiënt en de workflow van de zorgprofessional. 1. Meten van kwaliteit 3 In het Expertisecentrum Kwaliteitsregistratie wordt 2. Verbeteren van kwaliteit de expertise uit de umc’s gebundeld in Het consortium heeft actief ingezet op de expertisenetwerken voor onderwerpen waar uitwisseling van kennis en ervaring tussen de umc’s innovatie nodig is om te komen tot goed in de verbetering van de kwaliteit van de functionerende multidisciplinaire patiëntenzorg. Sinds 2012 vindt uitwisseling plaats kwaliteitsregistraties, waaronder ten aanzien van de ten behoeve van de verbetering van de selectie en aggregatie van valide indicatoren, medicatieveiligheid, door medicatie in eigen beheer patient reported outcomes, en efficiënte van patiënten in de umc’s te introduceren, de dataverzameling. Tevens is het expertisecentrum in verbetering van de perioperatieve veiligheid door samenwerking met leidende professionals, de adherentie aan de safety checklist te bevorderen, zorgverzekeraars en patiëntenorganisaties actief in en de verbetering van de interne auditsystematiek, de ontwikkeling van kwaliteitsregistraties voor de teneinde deze effectiever en efficiënter te maken. transmurale keten van de aandoeningen CVA, Voor elk thema zijn experts uit alle umc’s hoofd-halstumoren, reumatoïde artritis, COPD en betrokken. In een evaluatiestudie wordt bepaald in de ziekte van Parkinson. Deze projecten zijn voor welke mate, onder welke voorwaarden en tegen de NFU ‘proeftuinen’ om het model voor welke kosten de uitwisseling van kwaliteitsbeleid kwaliteitsregistratie in de keten van zorgverlening tussen umc’s onder begeleiding van het consortium te ontwikkelen. Vanaf 2014 wordt er vanuit het heeft bijgedragen aan de verbetering van de consortium ook actief ingezet op de ontwikkeling kwaliteit van zorg. van het kwaliteitsdashboard voor umc-zorg. Beperking van de registratielast is een uitgangspunt 3. Onderzoek in kwaliteit in de doorontwikkeling van kwaliteitsregistraties. Het consortium vervult een makelaarsrol door Deze registraties dienen bij voorkeur geënt te projecten van externe partijen bij experts in de umc’s te beleggen, waar mogelijk verbonden aan de patiëntenzorg’ ontwikkeld voor het opleiden van initiatieven die vanuit het consortium plaatsvinden talentvolle zorgverleners (artsen, (binnen aandachtsgebied A en B). Tevens wordt verpleegkundigen, paramedici) tot leiders in samen met onder meer ZonMw de innovatieagenda evidence-based kwaliteitsverbetering. U leest hier voor implementatie ten behoeve van meer over in het volgende artikel. kwaliteitsverbetering van de Nederlandse zorg opgesteld. (zie ook: www. nfukwaliteit.nl) 4. Onderwijs in kwaliteit In de gezamenlijkheid van de acht umc’s is een postinitiële master ‘Kwaliteit en veiligheid in de Kwaliteit en Veiligheid van Patiëntenzorg: Een nieuwe Master in NFU-verband DOOR CORYKE VAN VULPEN EN ANNE STIGGELBOUT 4 Vanuit het NFU-consortium Kwaliteit van Zorg, - LUMC en Patiëntgerichte zorg waarin de acht universitair medische centra De master beslaat 60 EC (1 jaar) verspreid over samenwerken, wordt dit jaar een postinitiële (lees: twee jaar. In het eerste jaar worden in de professionele) master ontwikkeld. De master heeft verschillende umc’s negen modules georganiseerd als titel ‘Kwaliteit en Veiligheid in de met ieder een eigen thema: Inleiding in kwaliteit en Patiëntenzorg’ en bundelt de in Nederland veiligheid (twee modules), Patiëntgerichte zorg, beschikbare kennis, kunde en ervaring om te komen Doeltreffende zorg, Kwaliteitsverbetering in de tot het beste onderwijs op dit gebied. Het LUMC- praktijk, Veilige zorg (twee modules), Organisatie Kwaliteit van Zorg-Instituut coördineert hierbinnen van zorg, en Wetenschappelijk onderzoek in de module Patiëntgerichte Zorg. kwaliteitsverbetering. In het tweede studiejaar wordt een praktijkverbeterproject uitgevoerd in de - Doelstelling eigen zorgpraktijk. De master heeft als doelstelling om talentvolle Het LUMC zal, samen met het Medisch Centrum zorgprofessionals (artsen, verpleegkundigen en Haaglanden, het HagaZiekenhuis en de Hogeschool paramedici) op te leiden tot initiatiefnemers en Leiden de module Patiëntgerichte Zorg leiders in de verbetering van de kwaliteit en ontwikkelen en aanbieden. In deze module zullen veiligheid van zorg. De focus ligt op het vergroten verschillende onderwerpen aan bod komen, van kennis en kunde in evidence-based waaronder methodieken om patiëntgerichtheid te kwaliteitsverbetering, het versterken van meten en verbeteren. Daarnaast wordt aandacht veranderkracht, leiderschap en multidisciplinaire besteed aan collectieve participatie van patiënten bij samenwerking. Na het afronden van de master zorgverbetering of zorgvernieuwing, maar ook zullen cursisten in staat zijn om vanuit hun eigen komt individuele patiëntparticipatie uitgebreid aan positie in de zorg kwaliteitsprojecten te initiëren, bod, met als belangrijkste onderwerpen shared begeleiden en uitvoeren. Daarnaast zullen zij als decision making (gedeelde besluitvorming), ‘change agents’ deze kennis en kunde op de zelfmanagement en eHealth. Een belangrijk werkvloer kunnen verspreiden en anderen kunnen onderdeel is patiëntbeleving, waarbij vanuit een inspireren. casus de kant van de patiënt wordt belicht en geanalyseerd. Voorts zal de deelnemers worden - Planning gevraagd om delen van het zorgproces mee te lopen De ambitie is om vanaf september 2014 elke twee met patiënten volgens de zogenoemde shadowing- jaar 24-30 cursisten op te leiden. Binnen het LUMC methodiek. Deze methode helpt om vanuit het zal de module Patiëntgerichte Zorg begin patiëntperspectief te leren kijken. Maar ook zal september 2014 als pilot worden aangeboden. door middel van rollenspellen worden gewerkt aan vaardigheden van zorgverleners op het gebied van Voor meer informatie over de pilot: Prof. dr. A.M. shared decision making en risicocommunicatie. (Anne) Stiggelbout ([email protected]). LUMC profileringsgebied mede vormgegeven door Medische Besliskunde / Kwaliteit van Zorg Instituut DOOR ANNE STIGGELBOUT EN JAAP SONT Het LUMC heeft in 2013 het onderzoek De thematiek is discipline-overstijgend en bijeengebracht in zeven zogenaamde ontwikkeling van methodologie heeft hierin een profileringsgebieden (PG, in het Engels “medical belangrijke plaats. Een zeer divers palet aan research profiles”), die klinisch en fundamenteel onderzoeksprogramma’s heeft zich dan ook bij dit onderzoek combineren. Het gaat om de volgende PG aangesloten, waardoor een sterke synergie kan vier biomedische PG’s: Vascular and Regenerative ontstaan. medicine, Immunity, Infection and Tolerance, Belangrijke onderzoeksthema’s zijn Doelmatigheid, Translational Neuroscience en Cancer Pathogenesis Patiëntgerichtheid, Organisatie van Zorg, Data and Therapy; en de drie generieke gebieden: Extractie en Combinatie (methoden voor het Ageing, Biomedical Imaging, en Innovation in extraheren en combineren van gegevens uit Health Strategy &Quality of Care. bestaande registraties, dossiers, etc) en Implementatieonderzoek. Prof. Anne Stiggelbout is mede-trekker van dit laatste profileringsgebied, sinds januari van dit jaar Voor de Medische Besliskunde is het samen met prof. Numans, sinds kort afdelingshoofd ‘etalagegebied’ Innovatieve Benaderingen voor van de afdeling Public Health en Geïndiceerde Preventie, Patiëntgerichte Zorg en Eerstelijnsgeneeskunde. Dr. Jaap Sont is lid van het Geneeskunde-op-Maat (tailored medicine) een Groot Management Team. veelbelovend terrein. Denk hierbij bijvoorbeeld aan Het PG beoogt een wetenschappelijke fundering te het ontwikkelen van predictiemodellen, mede op leveren voor de snelle veranderingen die de basis van kwaliteitsregistraties, en aan het gezondheidszorg doormaakt en de veranderende rol individualiseren van diagnostiek en behandeling op van de UMC’s hierin. Het hoopt hiermee een basis van doelen en voorkeuren van de patiënt belangrijke bijdrage te kunnen leveren aan de grote (d.m.v. gedeelde besluitvorming en zelf- maatschappelijke uitdagingen van de komende management). We hopen hier onze decennia. Hoe houden we de zorg kwalitatief goed methodologische expertise in te kunnen brengen en en betaalbaar, in een tijd van vergrijzing en met de vele partners uit dit PG samen te werken. financiële krapte? 5 Global Comparators Project Internationale vergelijking van uitkomsten van zorg in ziekenhuizen DOOR PERLA MARANG-VAN DE MHEEN EN JOB KIEVIT 6 Sinds 2011 participeert het LUMC samen met de Alle deelnemende centra hebben administratieve andere zeven universitair medische centra en de data aangeleverd van alle ziekenhuisopnames vanaf NFU, in het internationale Global Comparators 2005. Voor Nederland zijn dit de data van de Project. In de meeste landen worden de prestaties Landelijke Medische Registratie (LMR). In een van ziekenhuizen op het gebied van kwaliteit van door dr. Foster Intelligence ontwikkelde online zorg via een aantal indicatoren gemeten. Echter, in benchmark tool, kunnen voor 259 diagnosegroepen veel landen bestaan zeer gespecialiseerde centra, en 32 procedures drie uitkomsten worden waardoor nationale vergelijking met kleinere centra vergeleken tussen de deelnemende centra. Deze steeds minder zinvol wordt. Het vergelijken van drie uitkomsten zijn: ziekenhuissterfte, urgente uitkomsten tussen internationale centra en van heropnames en lange opnameduur, gecorrigeerd landen kan dan een mogelijkheid bieden om van voor verschillen in case-mix (o.a. leeftijd, co- elkaar te leren. morbiditeit). Binnen dit project wordt gewerkt in Global De afdeling Medische Besliskunde van het LUMC Outcomes Accelerated Learning (GOAL)-teams. In is samen met het ErasmusMC, Imperial College deze teams zitten clinici, bestuurders en London en dr. Foster Intelligence, een kwaliteitsmanagers uit participerende ziekenhuizen methodologisch onderzoeksproject gestart, die met elkaar uitkomsten van zorg vergelijken, en gebruikmakend van bovenstaande data. Dit project op zoek gaan naar oorzaken van variatie tussen gaat over de onderlinge relatie tussen de drie centra of landen (bijvoorbeeld datakwaliteit of het uitkomsten ( ziekenhuissterfte, heropnames en hanteren van een ander behandelbeleid). Daarnaast lange opnameduur) die vaak worden gebruikt als worden best practices uitgewisseld en indicatoren voor de kwaliteit van zorg. Deze onderzoeksprojecten geïnitieerd. Er bestaan GOAL- onderlinge relaties kunnen de uitkomsten van teams voor: CVA, Gastro-Intestinale chirurgie, ziekenhuizen beïnvloeden als wordt gekeken naar Hartfalen en Orthopedische chirurgie. Er een enkele uitkomstmaat: een ziekenhuis kan dan participeren 43 ziekenhuizen uit acht landen (USA, goed “scoren” op de indicator heropnames, omdat UK, Italië, België, Finland, Denemarken, Australië er relatief veel patiënten tijdens de eerste opname en Nederland). zijn overleden. Op een vergelijkbare manier worden overleden patiënten niet uitgesloten als men lange opnameduur in ziekenhuizen vergelijkt, terwijl een korte opnameduur door overlijden van de patiënt anders geïnterpreteerd wordt als een korte opnameduur in overlevenden. Doel van dit project is dus om 1) de samenhang tussen deze 3 uitkomstmaten te ontrafelen, op zowel patiënt als ziekenhuis-niveau; en 2) een nieuwe samenvattende maat te maken om hiermee de uitkomsten van ziekenhuizen eenduidiger te kunnen vergelijken en interpreteren. De eerste resultaten laten zien dat op patiëntniveau een langere opnameduur ook een grotere kans op sterfte en op heropname geeft. Op ziekenhuisniveau hebben ziekenhuizen met veel gespecialiseerde centra, inzicht krijgen bij welke langliggende patiënten veelal ook hogere groepen patiënten onze uitkomsten minder goed ziekenhuissterfte. Echter, er is geen enkele zijn dan verwacht (of in de tijd minder goed correlatie met heropnames, dus heropnames worden) en dat we via de data hypotheses kunnen clusteren niet in dezelfde ziekenhuizen als sterfte en genereren over mogelijke verklaringen. Op deze lange opnameduur. De figuur laat de samenvattende manier kunnen we gericht maatregelen nemen om maat zien, die meer recht doet aan de variatie tussen de kwaliteit van zorg verder te verbeteren, en zijn ziekenhuizen. we via de onderzoeksprojecten beter in staat om Tot nu toe is de meerwaarde van deelname vooral uitkomsten eenduidiger te vergelijken en te geweest dat we via vergelijking met andere interpreteren. ABEL-studie, de eerste resultaten: Variatie in wélke voor- en nadelen van bestraling besproken worden DOOR MARLEEN KUNNEMAN ABELstaat voor: Preoperatieve bestraling bij endeldarmkanker de patiënt hecht aan de voor- en nadelen zou Afwegingen bij de verlaagt de kans op een lokaal recidief van daarom meegenomen moeten worden in het bepalen Bestraling van ongeveer 11% naar 6%, maar geeft een verhoogde van een behandeling. Hierbij is het van belang dat EndeLdarmtumoren kans op bijwerkingen zoals seksuele problemen en patiënten voldoende geïnformeerd worden over ontlastingsproblemen. Bovendien heeft bestraling deze voor- en nadelen. Dit onderzoek wordt geen effect op de overleving. Op dit moment is het gesubsidieerd door moeilijk om op voorhand patiënten te selecteren die In de eerste fase van deze studie brengen wij de KWF Kankerbestrijding het meest profiteren van bestraling. Het belang dat huidige stand van zaken op het gebied van Figuur 1. Welke voor-/nadelen worden besproken tijdens het consult. * Als percentage van relevante patiëntgroep KT = Korte termijn, LT = Lange termijn 7 communicatie in kaart. Er is een geluidsopname meer voor- en nadelen dan collega’s die langer gemaakt van 81 eerste consulten tussen werkzaam zijn. In een later stadium zullen wij ook radiotherapeuten en patiënten met endeldarmkanker de kwaliteit van de informatievoorziening in vier radiotherapeutische centra (LUMC, analyseren. Verbeeten Instituut, Radiotherapie Centrum West en Reinier de Graaf Gasthuis). Deze opnames zijn In een vervolgstudie (KERN-studie, zie volgend uitgeschreven, gecodeerd en geanalyseerd. artikel) hebben wij naar consensus gezocht over De resultaten laten een grote variatie zien in welke welke voor- en nadelen met elke patiënt besproken voor- en nadelen tijdens het consult worden zouden moeten worden. besproken (Figuur 1), en in hoeveel voor- en nadelen worden besproken (Figuur 2). Deze variatie is niet te verklaren op basis van sociodemografische kenmerken of initiatief van de Marleen Kunneman et al. Content of counselling before short course preoperative radiotherapy in rectal cancer. Manuscript in preparation patiënt. Bovendien is er geen verband tussen het aantal besproken voor- en nadelen en de lengte van het consult. Radiotherapeuten die recenter hun opleiding hebben afgerond bespreken significant 8 Figuur 2. Variatie per arts in het aantal vooren nadelen dat wordt besproken KERN-studie: Delphistudie naar de belangrijkste voor- en nadelen van bestraling DOOR MARLEEN KUNNEMAN Het informeren van patiënten is een minimale en colorectaal carcinoom uitgebreid geïnformeerd KERN staat voor: noodzakelijke voorwaarde om patiënten te dient te worden over zijn/haar ziekte en over de KERNuitkomsten van betrekken in de besluitvorming. Bovendien blijkt voor- en nadelen van verschillende bestraling bij uit onderzoek dat 94% van de oncologische behandelingsmogelijkheden”. Momenteel wordt in endeldarmkanker patiënten een sterke behoefte heeft aan informatie deze richtlijn niet gespecificeerd welke voor- en over mogelijke bijwerkingen van behandelingen. nadelen met de patiënt besproken dienen te worden. Dit onderzoek maakt De arts wordt hierbij gezien als de meest Bovendien laten de eerste resultaten van de ABEL- deel uit van de ABEL- belangrijke informatiebron. studie (zie het artikel hiervoor) zien dat er studie, gesubsidieerd In de landelijke richtlijn Rectumcarcinoom (versie substantiële variatie is in welke voor- en nadelen in door KWF Kankerbe- 2.1) wordt beschreven dat “een patiënt met een de praktijk met de patiënt besproken worden. strijding In de KERN-studie wilden wij consensus Aan artsen werden ook de antwoorden van de verkrijgen onder radiotherapeuten en patiënten anoniem teruggekoppeld. rectumpatiënten over welke voor- en nadelen van De resultaten laten zien dat er, ondanks variatie in preoperatieve bestraling bij endeldarmkanker de praktijk, een aanzienlijke overlap is in welke besproken zouden moeten worden tijdens het pre- voor- en nadelen artsen en patiënten beschouwen behandelingsconsult. Alle voor- en nadelen als meest belangrijk om te bespreken (zie tabel). besproken in consulten uit de ABEL-studie werden Opvallend was wel dat er voor veel voor- en aangeboden, aangevuld met voor- en nadelen die nadelen veel rondes nodig waren om tot consensus niet waren genoemd en wel in de literatuur te komen. beschreven staan. Om consensus te verkrijgen is gebruik gemaakt van de Delphi-methode. Hierbij Dit onderzoek zal een belangrijke eerste stap werd een aantal experts (31 patiënten, bestraald vormen in de richting van een meer voor endeldarmkanker; 35 radiotherapeuten, gestandaardiseerde en consistente gespecialiseerd in endeldarmkanker) in online informatievoorziening, waarin alle patiënten in het vragenlijsten om hun mening gevraagd. Door de consult informatie krijgen over de meest antwoorden van de andere experts uit de groep belangrijke voor- en nadelen van de behandeling, anoniem terug te koppelen, werd in een aantal aangevuld met informatie over voor-/nadelen rondes geprobeerd om tot consensus te komen. relevant voor de individuele patiënt. Tabel 1. Voor- en nadelen van preoperatieve bestraling bij endeldarmkanker die in het pre-behandelingsconsult besproken zouden moeten worden met de patiënt Vrouwelijke patiënten: Mannelijke patiënten: Consensus: Consensus: 1. Lokale controle 1. Lokale controle 2. Overleving 2. Overleving 3. Veranderd ontlastingspatroon (LT) 3. Veranderd ontlastingspatroon (LT) 4. Incontinentie voor ontlasting (LT) 4. Incontinentie voor ontlasting (LT) 5. Wondgenezingsproblemen* 5. Wondgenezingsproblemen* 6. Onvruchtbaarheid** 6. Onvruchtbaarheid 7. Voorkómen van zwangerschap** 7. Voorkómen van zwangerschap 8. Menopauze** 8. Erectiestoornissen 9. Vaginale droogheid 9. Zaadlozingsproblemen 10. Pijn bij gemeenschap Consensus alleen onder patiënten: Consensus alleen onder patiënten: - Meer heropnames - Meer heropnames Consensus alleen onder artsen: Consensus alleen onder artsen: - Veranderd ontlastingspatroon (KT) - Veranderd ontlastingspatroon (KT) - Zenuwpijn (KT) - Zenuwpijn (KT) * Alleen bij patiënten bij wie de anus wordt verwijderd; ** Alleen bij premenopauzale vrouwen; KT = Korte termijn, LT = Lange termijn 9 PRETEC-studie Voorkeuren van baarmoederkankerpatiënten en artsen DOOR MARLEEN KUNNEMAN Postoperatieve vaginale brachytherapie (VBT, (25 radiotherapeuten en 52 gynaecologen) voor PRETEC staat voor: inwendige bestraling) bij baarmoederkanker VBT zouden kiezen. Daarnaast werd onderzocht in Patiënt pREferenTies verbetert de lokale controle, maar heeft geen effect welke mate patiënten en artsen betrokken willen bij Endometrium op overleving. Bovendien is VBT geassocieerd met zijn in de besluitvorming rondom de behandeling, Carcinoom bijwerkingen. De verwachting is dat ruim 85% van en in welke mate patiënten vinden dat zij de patiënten ziektevrij blijft en geen bestraling daadwerkelijk betrokken zijn geweest. nodig heeft. Een alternatief voor deze standaard De resultaten laten substantiële variatie zien in het behandeling is een afwachtend beleid, waarbij gewenste voordeel van VBT in lokale controle dat alleen bestraald wordt in geval van een lokaal patiënten en artsen wensen voor zij deze recidief. Dan is de behandeling intensiever doordat behandeling zouden kiezen. VBT gecombineerd wordt met uitwendige bestraling. De inschatting is dat de uiteindelijke 10 recidiefkans voor beide behandelingsstrategieën Echter, over het algemeen is het minimaal gewenste hetzelfde is. voordeel voor patiënten laag, en een groot deel van Het doel van deze studie was om in kaart te brengen de patiënten zou zelfs VBT kiezen als VBT geen voor welk voordeel van VBT in lokale controle (ten enkel voordeel zou bieden in lokale controle. Dit opzichte van een afwachtend beleid) reeds komt mogelijk doordat patiënten een actieve behandelde patiënten (95) en behandelend artsen behandeling prefereren boven een afwachtend Figuur 1. Cumulatief percentage van patiënten/artsen dat VBT prefereert voor een minimaal voordeel in lokale controle (%) beleid, omdat dit voor hen voelt als ‘niets doen’. Artsen moeten zich bewust zijn van de variatie in Veel patiënten willen er alles aan gedaan hebben gewenst minimaal voordeel van behandelingen, om de ziekte achter zich te kunnen laten. tussen en binnen de groepen van patiënten en artsen, voor zij een behandeling aanbevelen. De meerderheid van de patiënten en artsen zijn Bovendien zouden artsen de voorkeuren van voorstander van het samen tot een keuze komen als patiënten ten opzichte van behandelingsuitkomsten het om VBT gaat. Toch geeft bijna de helft van de en hun rol in de besluitvorming moeten vaststellen, patiënten aan dat zij in de besluitvorming rondom om zo gedeelde besluitvorming te bevorderen. de behandeling niet voldoende tijd en ruimte hebben gehad om na te denken over de voor- en nadelen van VBT, om hun mening te geven over deze voor- en nadelen, en om deel te nemen in de besluitvorming in de mate waarin zij dat wilden. Deze patiënten gaven eveneens aan dat zij niet het idee hadden dat zij zelf een stem hebben gehad in Marleen Kunneman, Arwen H Pieterse, Anne M Stiggelbout, Remi A Nout, Moniek Kamps, Ludy CHW Lutgens, John Paulissen, Oswald JA Mattheussens, Roy FPM Kruitwagen, Carien Creutzberg. Treatment preferences and involvement in treatment decision making of patients with endometrial cancer and clinicians. Submitted 2013 het bepalen van de behandeling. IBIS- studie 11 Voorkeuren en beslissen in de Spreekkamer DOOR ELLEN ENGELHARDT Dit onderzoek wordt Eind 2011 zijn wij gestart met de IBIS-studie, hoeveel vergelijkbare patiënten extra overleven gesubsidieerd door waarin wij kijken naar de communicatie van door chemotherapie. KWF Kankerbestrijding overlevingskansen aan patiënten met borst- en dikke darmkanker. Als patiënten in aanmerking De IBIS-studie bestaat uit twee onderdelen: een komen voor adjuvante chemo- en/of hormonale studie onder clinici en een spreekkamerstudie. Met therapie voor kanker, beslissen zij soms samen met de studie onder clinici willen wij achterhalen wat hun oncoloog of de winst in overleving door het medisch oncologen, oncologisch chirurgen en gebruik van bijvoorbeeld chemotherapie opweegt gespecialiseerde verpleegkundigen zien als de voor- tegen de bijwerkingen. Dat kan een moeilijke en nadelen van risicopredictiemodellen en wat hun beslissing zijn. Bij het nemen van deze beslissing ervaring is met het communiceren van kan het helpen om te weten hoe de overlevingskansen uit deze modellen aan patiënten. overlevingskansen van patiënten door het toedienen In de spreekkamerstudie willen wij onderzoeken in van chemotherapie verbeteren. Er zijn de afgelopen hoeverre patiënten de gecommuniceerde jaren vele hulpmiddelen ontworpen die deze risicoinformatie uit Adjuvant! Online begrijpen en overlevingskansen berekenen, de zogenaamde de invloed ervan op hun besluitvorming. Wij willen risicopredictiemodellen. Een van de meest daarnaast ook nagaan hoe patiënten het gebruik van gebruikte is het computerprogramma Adjuvant! dit model tijdens het consult ervaren. Online. Dit programma voorspelt niet hoe het een individuele patiënt zal vergaan, maar aan de hand Wij delen in een volgende editie van de Beslist! van patiëntkenmerken geeft het een schatting van graag onze resultaten met u. Even voorstellen Per 1 mei 2013 ben ik werkzaam als deze Beslist! meer over. Beide onderzoeken zijn datamanager/onderzoeksassistent bij de afdeling heel verschillend, maar de combinatie is erg leuk en Medische Besliskunde. Ik ondersteun twee geheel leerzaam. verschillende projecten. Zo ben ik betrokken bij de Na mijn bachelor Biomedische Wetenschappen, LISBOA-studie, het onderzoek van Veronique heb ik in 2012 de master Voorn. In deze studie wordt de implementatie van Gezondheidswetenschappen afgerond aan de Vrije kosteneffectief bloedmanagement bij totale heup en Universiteit te Amsterdam. Tijdens mijn stage werd knie arthroplastiek onderzocht (zie Beslist! 2013). bevestigd dat het een goede keuze was de switch te De andere studie is een onderzoek naar het gebruik maken van biomedisch naar van risicopredictiemodellen bij het communiceren gezondheidswetenschappelijk onderzoek en weet ik van overlevingskansen aan borstkankerpatiënten dat mijn toekomst ook in het wetenschappelijke (bv. Adjunvant! Online). Dit onderzoek wordt onderzoek zal liggen. ANJA VAN DER HOUT uitgevoerd door Ellen Engelhardt. U leest daar in MELISSA KOOL 12 Sinds juli 2013 ben ik werkzaam als arts- zorg te verbeteren. We willen dit onderzoeken door onderzoeker op de afdeling Medische Besliskunde middel van een retrospectieve internet-based in samenwerking met de afdeling Heelkunde, op vragenlijst onder borstkankerpatiënten. een door Zoleon gefinancierd project, de IMPACT- In 2011 heb ik mijn arts-examen behaald, waarna ik studie (Importance for Mamma patients of PAtient twee jaar werkzaam ben geweest als ANIOS (arts reported outcomes in Choice of Therapy). In dit niet in opleiding tot specialist) Heelkunde in het onderzoek kijken we naar het belang dat HagaZiekenhuis in Den Haag. Ik heb daar veel borstkankerpatiënten hechten aan de verschillende ervaring opgedaan bij de oncologische heelkunde. klinische en patient reported uitkomsten van de Daarbij heb ik gemerkt dat in de behandeling van borstkanker, bij het bepalen wat informatieoverdracht van arts naar patiënt de goede kwaliteit van zorg is. Dit om de patiënten klinische uitkomsten centraal staan. Met dit project voorafgaand aan de behandeling, zowel pre- hoop ik erachter te komen of dit ook de wens van operatief als voorafgaand aan de eventuele de patiënt is, of dat de informatie die verstrekt aanvullende (chemo- of hormoon-) therapie, beter wordt veel meer gericht zou moeten worden op de te kunnen informeren en daarmee de kwaliteit van patient reported uitkomsten. Ik heb afgelopen jaar de vierjarige Master Arts- value wordt gedefinieerd als uitkomsten vanuit het Klinisch Onderzoeker te Maastricht voltooid. patiëntperspectief gerelateerd aan kosten. Gedurende die jaren kwam ik, met name door mijn Binnen de vakgroepen Psychiatrie, Verloskunde en interesse in het perspectief van de patiënt, in Neurochirurgie zullen zorgveranderingen aanraking met onderzoeksonderwerpen zoals plaatsvinden voor geselecteerde aandoeningen. Shared Decision Making en Kwaliteit van Leven. Deze innovaties beogen de omslag van probleemgerichte naar patiëntgerichte zorg te Per 1 januari 2014 ben ik voltijd in opleiding tot bevorderen. De evaluatie van het framework en de onderzoeker bij het Kwaliteit van Zorg-Instituut. validatie van de uitkomstmaten zal plaatsvinden bij Het doel van mijn project is om een framework en deze aandoeningen. instrumenten te ontwikkelen voor het meten van het Ik kijk er naar uit om in de komende jaren mijn concept ‘Value Based Health Care’. Dit concept is interesse en kennis in het onderwerp kwaliteit van geïntroduceerd door professor M. Porter, waarbij zorg verder uit te diepen. NIKKI BAKKER JAAP BRAND Sinds oktober 2013 werk ik als post-doc bij de goed bekend is hoe dit soort technieken met elkaar vakgroep Medische Besliskunde aan een gecombineerd moet worden. En dat is waar mijn onderzoek naar de statistische analyse van onderzoek over gaat. kosteneffectiviteit, onder supervisie van Wilbert van den Hout. De centrale vraag bij kosten- In 1992 ben ik aan de VU afgestudeerd in de effectiviteitsanalyses is of het gezondheidseffect Wiskunde, met statistiek als specialisatie. Na mijn van een nieuwe behandeling voldoende opweegt wiskundestudie heb ik promotieonderzoek gedaan tegen de extra kosten van deze nieuwe naar multiple imputeren, een statistische techniek behandeling. In trials houden patiënten bij welke voor het omgaan met missing data. Deze expertise zorg ze krijgen en hoe het met hen gaat. Dit soort heb ik tussen 1998 en 2000 in Ierland ingezet bij data is lastig statistisch te analyseren: doordat veel Statistical Solutions Ltd. Na een korte tussenstop gegevens van de patiënten worden gevraagd, bij TNO-voeding heb ik gewerkt aan microarray ontbreekt er nogal eens wat en bovendien zijn data analyse aan de University of Alabama (UAB) kosten vaak scheef verdeeld. Om hier statistisch in Birmingham AL, Pennington Biomedical goed rekening mee te houden worden technieken Research Centre in Baton Rouge LA, bij het NIh in als bootstrappen en multiple imputeren gebruikt. Bethesda MD, bij de Emmes Coorporation in Maar een probleem daarbij is dat eigenlijk niet Rockville MD en bij Skyline Diagnostics. Per 1 oktober 2013 ben ik werkzaam als Een patroon in de gezondheidszorg is dat een groot promovenda binnen het profileringsgebied aandeel van de financiële middelen wordt besteed Innovation of Health Strategy and Quality of Care. aan een kleine groep van patiënten die onvoldoende Hiervoor heb ik de bacheloropleiding Psychologie herstellen. Het doel van dit project is om dit gevolgd, en afgelopen zomer heb ik mijn fenomeen in kaart te brengen voor patiënten met masteropleiding Methodologie en Statistiek depressie en/of angst, met diabetes mellitus of met afgerond aan de Universiteit van Leiden. hypertensie. Mijn promotieproject wordt dan ook SUSAN BOER gekenmerkt door een interdisciplinair karakter. Mijn promotieproject heeft betrekking op gepaste en adaptieve zorg voor mensen met langer durende Ik ben werkzaam op de afdelingen Klinische aandoeningen, ofwel een innovatief zorgconcept Epidemiologie, Psychiatrie en Medische met een moment van herindicatie voor de subgroep Besliskunde. Op de afdeling Medische Besliskunde van patiënten met een ongunstig eerste beloop. ben ik betrokken bij de TeleHype-studie. HANNA BOMHOF Per 1 februari 2014 ben ik gestart ik als Al tijdens mijn bachelor Gezondheid en Leven aan onderzoeker in opleiding bij Medische Besliskunde. de VU, besloot ik dat ik verder wilde in het De komende vier jaar houd ik me, samen met onderzoek; daarom heb ik gekozen voor de anderen, bezig met het verhelderen van het concept onderzoeksmaster Lifestyle and Chronic Disorders gedeelde besluitvorming binnen de oncologie, het aan de VU. Daarna heb ik ruim een jaar ontwikkelen van een vragenlijst voor patiënten en (mee)gewerkt aan het opzetten van de TES-trial; oncologen om het vóórkomen van gedeelde screenen en behandelen van psychologische distress besluitvorming te meten en vervolgens met de bij patiënten met uitgezaaide darmkanker. evaluatie van deze vragenlijst. De combinatie van het opzetten van onderzoek, verzamelen van data, Ik kijk ernaar uit om de komende 4 jaar mijn het uitvoeren van statistische analyses en het vaardigheden in te zetten en veel van mijn collega’s contact met patiënten en oncologen, vind ik een bij Medische Besliskunde te leren, in een prettige mooie en uitdagende mix. samenwerking. 13 Geen Nederlandse gevalideerde vragenlijst: Wat dan? DOOR PERLA MARANG-VAN DE MHEEN EN CORYKE VAN VULPEN In het LUMC is behoefte aan een continue meting Ook wilde men een generieke vragenlijst waar van patiëntervaringen. Via de Consumer Quality (vrijwel) alle specialismen gebruik van kunnen Index (CQ-index) krijgt het LUMC jaarlijks inzicht maken, en die kort genoeg is om ruimte te laten hoe een steekproef van patiënten de zorg heeft voor het toevoegen van enkele afdelingsspecifieke ervaren, maar die meting alleen geeft onvoldoende vragen. Zie ook het artikel ‘LUMC mogelijkheden om op te sturen. De resultaten zijn patiëntervaringen’, verderop in deze Beslist! namelijk niet snel beschikbaar en ook als 14 maatregelen worden genomen om bepaalde Vanuit de literatuur kwam de Picker Patient aspecten van de zorg te verbeteren, duurt het lang Experience vragenlijst naar voren, die voordat een effect kan worden gemeten. Om die internationaal veel wordt gebruikt (UK, USA, reden is het LUMC-Kwaliteit van Zorg-Instituut op Duitsland, Zwitserland, Zweden) en waarvan zoek gegaan naar een meetinstrument en een bovendien voor de kliniek een verkorte versie systematiek, geschikt voor continu meten en beschikbaar is (PPE-15). Deze vragenlijst bestaat verbeteren.. Eén van de eisen hierbij is dat een uit 15 vragen over informatie, communicatie, vragenlijst niet teveel vragen mag hebben, met respect, pijncontrole en ontslagbeleid. Echter, bij name voor die patiënten die in een jaar navraag bij het Picker instituut bleek dat er geen herhaaldelijk worden opgenomen, maar ook omdat Nederlandse versie van deze lijst beschikbaar was. kortere vragenlijsten veelal betere respons hebben. De originele vragenlijst diende dus eerst officieel Daarnaast moeten de resultaten snel beschikbaar vertaald te worden, maar hoe pak je dat aan? zijn, bij voorkeur via een online tool, en gericht op de individuele afdeling die willen kijken naar eigen Eerst werd de originele vragenlijst vanuit het resultaten en hoe deze te verbeteren. Engels naar het Nederlands vertaald door iemand Vraag vertaald Engels-NL Vertaalde vraag (NL) terugvertaald naar Engels Originele vraag Nieuwe vertaling Als u belangrijke vragen had die u aan een arts stelde, kreeg u dan antwoorden die begrijpelijk voor u waren? If you had important questions which you asked to a doctor, did you then receive answers which you understood? When you had important questions to ask a doctor, did you get answers that you could understand? Wanneer u belangrijke vragen had die u aan een arts stelde, kreeg u dan antwoorden die u kon begrijpen? ❑ Ja, altijd ❑ Yes, always ❑ Yes, always ❑ Ja, altijd ❑ Ja, soms ❑ Yes, sometimes ❑ Yes, sometimes ❑ Ja, soms ❑ Nee ❑ No ❑ No ❑ Nee ❑ Ik had geen vragen ❑ I did not have questions ❑ I had no need to ask ❑ Ik had geen behoefte om te vragen 15 die Nederlands als moedertaal heeft. De vertaalde De eerste ervaringen met deze vragenlijst zijn Nederlandse versie werd vervolgens weer positief, met name ook om de uitkomsten te terugvertaald naar het Engels door iemand die het gebruiken om de kwaliteit van zorg te verbeteren. Engels als moedertaal heeft. Iedere vraag uit de In de figuur ziet u een voorbeeld van het type terugvertaalde Engelse versie werd vervolgens informatie dat een afdeling teruggekoppeld krijgt. vergeleken met de originele Engelse versie. Hiermee krijgt onderstaande afdeling bijvoorbeeld Eventuele verschillen in beide versies werden door heel direct feedback dat een groot deel van de beide vertalers bediscussieerd, totdat er consensus patiënten (in meer of mindere mate) problemen was over de beste vertaling. Veelal ging het hierbij ervaart op de dimensie ‘betrokkenheid bij om subtiele verschillen in de vertaling die met beslissing’ en op twee dimensies over informatie bij kleine aanpassingen verbeterd konden worden (zie ontslag. onderstaand voorbeeld, waarbij de onderstreepte woorden een verschil aangeven met de originele In het najaar van 2013 zijn de eerste klinische vraag). afdelingen gestart met het continu meten van Vervolgens is de vertaalde versie uitgetest op patiëntervaringen, met een vragenlijst die onder begrijpelijkheid en is via interviews van patiënten andere bestaat uit de PPE-15. In het volgende vastgesteld of we hiermee meten wat we wilden artikel ‘LUMC-patiëntervaringen’ kunt u hier meer meten (de validiteit). over lezen. LUMC-patiëntervaringen Het opzetten van een continue monitor van patiëntervaringen DOOR CORYKE VAN VULPEN In de inleiding van deze Beslist! worden vijf het grootste gedeelte uit de PPE-15. Daarnaast heeft Kwaliteit van Zorg-dimensies aangehaald, het Cliëntenberaad LUMC enkele vragen waaronder Cliëntgerichtheid. In haar rol om toegevoegd, onder andere over privacy en kwaliteit van zorg te toetsen, heeft het Kwaliteit leefregels. De vragenlijst bevat ook enkele vragen van Zorg-Instituut binnen deze dimensie over gastvrijheid (‘hospitality’) en een algemene belangrijke stappen gezet. In het voorgaande artikel waarderingsvraag en rapportcijfer. Een zeer ‘Geen Nederlandse gevalideerde vragenlijst: wat belangrijk onderdeel van de vragenlijst is de eerste dan?’, heeft u kunnen lezen dat het Kwaliteit van open vraag: ‘Wat ging goed, en wat kan beter?’. Zorg-Instituut is begonnen met de ontwikkeling van Hierin worden patiënten actief uitgenodigd om hun een continue monitor van patiëntervaringen. In dit mening te geven, zonder daarbij gestuurd te artikel kunt u meer lezen over dit project, genaamd worden. Deze vraag kan feedback opleveren over ‘LUMC-patiëntervaringen’. onderwerpen die wellicht niet in de vragenlijst voorkomen, maar voor de patiënt wel belangrijk 16 Na voorbereidingen in 2012 op het gebied van de zijn. Ook kan deze vraag achtergrondinformatie eerder beschreven PPE-15 vragenlijst, is per 1 bieden om de kwantitatieve uitkomsten te duiden en januari 2013 het project ‘LUMC-patiëntervaringen’ daarmee richting te geven aan verbeteracties. Naast van start gegaan, met als doelstelling: ‘Het het algemene gedeelte biedt de vragenlijst ruimte ontwikkelen en implementeren van een LUMC- voor enkele afdelingsspecifieke vragen brede systematiek voor het continu monitoren van (medisch/verpleegkundig). In totaal beslaat de patiëntervaringen.’ Deze uitvraag van vragenlijst ongeveer 30 items, met een gemiddelde patiëntervaringen is bedoeld om interne invulduur van 10-15 minuten. Patiënten krijgen na sturingsinformatie te bieden aan deelnemende ontslag een uitnodiging om deel te nemen aan de afdelingen als belangrijk onderdeel in hun plan-do- digitale vragenlijst. Voor ouderen en op aanvraag check-act-cyclus. Het continue karakter van deze zijn ook papieren vragenlijsten beschikbaar. monitor maakt dat afdelingen snel kunnen bijsturen en direct kunnen monitoren of hun verbeteracties Nadat de klinische vragenlijst was samengesteld, het gewenste effect hebben. Dit is een belangrijke heeft de afdeling Orthopedie in de zomer van 2013 meerwaarde ten opzichte van de meting met de als pilotafdeling gefungeerd. De vragenlijst is onder Consumer Quality Index (CQ-index), die jaarlijks patiënten uitgetest op begrijpelijkheid. Daarnaast is in NFU-verband wordt uitgevoerd. Niet alleen bekeken of de methode van uitvraag helder was. moeten afdelingen zich kunnen vergelijken over Hierbij ging het om zaken als de begrijpelijkheid tijd, ook is het belangrijk dat zij zich onderling van de uitnodigingsbrief en instructie, het inloggen kunnen vergelijken. Uiteindelijk is het de bedoeling in de digitale vragenlijstomgeving en het invullen dat (vrijwel) alle afdelingen in het LUMC zich en verzenden van de digitale vragenlijst. Nadat de aansluiten bij het onderzoek. vragenlijst en methode waren aangescherpt, is de Orthopedie samen met de Gynaecologie in Om de onderlinge vergelijkbaarheid tussen september 2013 officieel van start gegaan met de afdelingen mogelijk te maken, is een LUMC-brede continue meting van patiëntervaringen. vragenlijst ontwikkeld, om te beginnen voor de Na een voorspoedige start op de Orthopedie en klinische patiënten. Deze vragenlijst bestaat voor Gynaecologie, zijn eind 2013 ook de Urologie (tevens pilotafdeling bij de voorbereidingen in diverse sturingsindicatoren zijn opgenomen, enkele 2012) en Hematologie aangesloten. Momenteel resultaten op hoofdlijnen getoond. Voor verdieping lopen de voorbereidingen voor de Heelkunde en de en het inzien van de open vragen, is de zogenaamde Psychiatrie, die naar verwachting nog in het eerste ‘Patiëntervaringensuite’ ontwikkeld in het kwartaal van 2014 van start gaan. Ook de softwareprogramma ProMISe. Via deze suite Spoedeisende Hulp zal binnenkort aansluiten. kunnen afdelingen continu hun uitkomsten inzien Hoewel geen klinische afdeling, bleek deze qua en kan worden gefilterd op allerlei variabelen, zoals logistiek en inhoud van de vragenlijst toch zeer specialisme, verpleegafdeling, opnameduur, leeftijd geschikt voor deelname aan de klinische methode. en geslacht. Ook het Willem-Alexander Kinderziekenhuis gaat meedoen aan het onderzoek. Wegens de speciale In de loop van 2014 is het de bedoeling dat steeds situatie waarbij de vragenlijst door de patiënt, de meer klinische afdelingen zich aansluiten bij het ouders, of soms gezamenlijk zal worden ingevuld, LUMC-patiëntervaringsonderzoek. Vanaf 2015 zal loopt hier momenteel eerst een pilotfase om de het onderzoek worden uitgebreid naar de vragenlijst zo goed mogelijk op patiënten en hun poliklinieken. ouders af te stemmen. De presentatie van de uitkomsten gebeurt op twee manieren. Ten eerste worden in het recent Voor meer informatie en aanmelden: ontwikkelde Kwaliteit van Zorg-dashboard, waarin drs. C.Y. (Coryke) van Vulpen. 17 Extensief meten van Kwaliteit van Leven Vragenlijstontwikkeling / Welke dimensies moeten worden gemeten? DOOR ELSKE VAN DEN AKKER Dit onderzoek wordt De verdeling van schaarse financiële middelen in als een te nauwe interpretatie van deze domeinen. gesubsidieerd door de gezondheidszorg vraagt om de beoordeling van (Pietersma et al, 2013a) ZonMw. de kosteneffectiviteit van interventies. In deze In ons onderzoek hebben we daarom onderzocht economische evaluaties wordt de effectiviteit van welke domeinen van kwaliteit van interventies in de gezondheidszorg bij voorkeur leven/welbevinden beïnvloed worden door gemeten in termen van voor kwaliteit gecorrigeerde interventies in de gezondheidszorg. Allereerst levensjaren (QALYs) en deze kwaliteitsoordelen hebben we de domeinen waaruit welbevinden worden gebaseerd op gezondheidsgerelateerde bestaat vastgesteld door middel van een review van kwaliteit van leven. de bestaande meetinstrumenten. Bestaande gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven meetinstrumenten zoals bijvoorbeeld de EQ Meer dan 500 vragenlijsten naar kwaliteit van 5D lijken niet alle belangrijke effecten van leven, subjectief welbevinden en geluk zijn interventies in de gezondheidszorg mee te nemen, onderzocht. In totaal zijn 40 verschillende ze zijn gebaseerd op een nauwe focus op het domeinen van welbevinden geïdentificeerd. concept gezondheid en gezondheidsgerelateerde Enkele voorbeelden van domeinen zijn ‘vitaliteit’, kwaliteit van leven. Deze nauwe focus betreft ‘emotionele expressiviteit’, ‘sociale intimiteit’ en zowel de focus op een te selectief aantal domeinen ‘autonomie’. Afbeelding: Onderdeel van een vragenlijst in de tweede ronde van de Delphi procedure. De respondent kan zijn eigen antwoord vergelijken met de antwoorden van andere respondenten in zijn categorie in de vorige ronde, en op basis daarvan opnieuw beslissen wat zijn antwoord in deze ronde is. 18 Vervolgens is er een zogenaamde ‘Delphi instrumenten meer nadruk moeten leggen op consensus procedure’ gestart. Dit betekent dat we mentale en sociale domeinen om aspecten van vijf groepen mensen (patiënten, familie van welbevinden te meten die belangrijk zijn voor patiënten, medici, wetenschappers en de algemene mensen. (Pietersma et al, 2013b) bevolking) op drie opeenvolgende momenten Voor de 21 resterende domeinen zijn 2- 3 items hebben gevraagd wat zij de belangrijkste domeinen geformuleerd om dit domein te meten. Dit van welbevinden vonden (zie afbeelding). De resulteerde in een vragenlijst van 56 items. Deze geïdentificeerde 40 domeinen uit de review vragenlijst is voorgelegd aan een groep van 1143 vormden de basis van deze Delphi procedure. respondenten uit de algemene bevolking. Met Daarnaast kregen respondenten de mogelijkheid om behulp van een exploratieve factor analyse is nieuwe domeinen aan te dragen. Op basis van het vervolgens een vijftal onderliggende dimensies van Delphi onderzoek is een selectie van 21 domeinen welbevinden geïdentificeerd, n.l. positief gemaakt. Een opvallend resultaat is dat in affect/geluk, fysieke onafhankelijkheid, traditionele meetinstrumenten voor persoonlijke groei, autonomie en mentale gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven fysieke gezondheid. Deze dimensies vormen de basis voor domeinen zoals ‘mobiliteit’ prominent aanwezig een nieuwe vragenlijst voor het meten van zijn, terwijl het Delphi onderzoek laat zien dat de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven. 19 V.l.n.r.: Jiska Snoeck-Stroband, Job Kievit, Marleen Kunneman, Perla Marang-van de Mheen, Anne Stiggelbout, Ellen Engelhardt, Melissa Kool, Stefanie Hofstede, Leti van Bodegom-Vos, Wilbert van den Hout, Nikki Bakker, Hannah Bomhof-Roordink, Fania Gärtner, Jaap Sont, Elske van den Akker-van Marle, Anja van der Hout, Carla Kooy-Verhoef, Nanette Nauta-Kaat, Jacqueline Kas, Arwen Pieterse, Monique Baas-Thijssen, Bas Hofstee, Jaap Brand., Coryke van Vulpen. Niet op foto: Thijs Beerthuizen, Susan Boer, Nanny van Duijn-Bakker, Yvette Edelaar-Peeters, Persijn Honkoop, Veronique Voorn. Publicaties 2013 Van den Akker-van Marle ME, Kamphuis Van Bodegom-Vos L, de Jong JD, Garvelink MM, Ter Kuile MM, Bakker M, van Gameren-Oosterom HB, Pierik Spreeuwenberg P, Curfs EC, RM, Geense WJ, Jenninga E, Louwé LA, FH, Kievit J; NST Expert Group. Groenewegen PP. Are patients' Hilders CG, Stiggelbout AM. Women's Management of undescended testis: a preferences for shifting services from experiences with information provision decision analysis. Med Decis Making medical specialists to general practitioners and deciding about fertility preservation in 2013;33(7):906-19 related to the type of medical intervention? the Netherlands: 'satisfaction in general, Qual Prim Care 2013;21(2):81-95 but unmet needs'. Health Expect 2013; Anema HA, Kievit J, Fischer C, epub Steyerberg EW, Klazinga NS. Influences Brand PL, Stiggelbout AM. Effective of hospital information systems, indicator follow-up consultations: the importance of Garvelink MM, ter Kuile MM, Louwe LA, data collection and computation on patient-centered communication and Hilders CHGJ, Stiggelbout AM. Decision- reported Dutch hospital performance shared decision making. Paediatr Respir making in breast cancer: pre- indicator scores. BMC Health Services Rev 2013;14(4):224-8 implementation of a decision-aid for Research 2013;13:212 fertility preservation (decide). J Sex Med Dirksen CD, Utens CMA, Joore MA, van 20 2013;10,151 El Barzouhi A, Vleggeert-Lankamp Barneveld TA, Boer B, Dreesens DHH, CLAM, Nijeholt GJ, Lycklama A, Van der van Laarhoven H, Smit C, Stiggelbout AM, Garvelink MM, Ter Kuile MM, Hilders Kallen BF, van den Hout WB, Jacobs van der Weijden T. Integrating evidence CGJM, Stiggelbout AM, Louwé LA. WCH, Koes BW, Peul WC. Magnetic on patient preferences in healthcare policy Fertiliteitspreservatie voor chemotherapie. Resonance Imaging in Follow-up decisions: protocol of the patient-VIP NTvO 2013;10(3):97-104 Assessment of Sciatica. N Engl J Med study. Implementation Science 2013,8:64 2013;368:999-1007 De Groot IB, Veen JIE, van der Boog Engelhardt EMG, Pieterse AH, Smets EM, PJM, van Dijk S, Stiggelbout AM, El Barzouhi A, Vleggeert-Lankamp De Haes HCJM, Stiggelbout AM. Marang-van de Mheen PJ. Difference in CLAM, Nijeholt GJ, Lycklama A, Van der Prognosis research strategy (PROGRESS) quality of life, fatigue and societal Kallen BF, Van den Hout WB, Verwoerd 4: Stratified medicine research. BMJ participation between living and deceased AJH, Koes BW, Peul WC. Magnetic 2013;346:e5793 donor kidney transplant recipients. Clin Resonance Imaging Interpretation in Transplant 2013;27(4):E415-23 Patients with Sciatica Who Are Potential Fagerlin A, Pignone M, Abhyankar P, Col Candidates for Lumbar Disc Surgery. NC, Feldman-Stewart D, Gavaruzzi T, Hofstede SN, Marang-van de Mheen PJ, PLoS One 2013;8(7):e68411 Kryworuchko J, Levin C, Pieterse AH, Wentink MM, Stiggelbout AM, Vleggeert- Reyna V, Stiggelbout AM, Scherer L, Wills Lankamp CLA, Vliet Vlieland TPM, van Blikkendaal MD, Twijnstra AR, C. Clarifying and Expressing Values: An Bodegom-Vos L. Barriers and facilitators Stiggelbout AM, Beerlage HP, Bemelman updated review. BMC Medical Informatics to implement shared decision making in WA, Jansen FW. Achieving consensus on and Decision Making 2013;13(Suppl 2):S8 multidisciplinary sciatica care: a the definition of conversion to laparotomy: qualitative study. Implementation Science a Delphi study among general surgeons, van Gaalen JL, Beerthuizen T, van der 2013;8:95 gynecologists, and urologists. Surg Endosc Meer V, van Reisen P, Redelijkheid GW, 2013;27(12):4631-9 Snoeck-Stroband JB, Sont JK. Long-Term Honkoop PJ, Sont JK. The number needed Outcomes of Internet-Based Self- to treat provides additional insight on the Management Support in Adults With performance of detection points of asthma Asthma: Randomized Controlled Trial. J exacerbations in self-management plans. Med Internet Res 2013;15(9):e188 Thorax 2013;68:1069-1070 Honkoop PJ, Loijmans RJB, Termeer EH, Kraal JJ, Peek N, van den Akker-Van clarification methods: A cognitive Snoeck-Stroband JB, ter Riet G, Schermer Marle ME, Kemps HM. Effects and costs psychological perspective on patient TRJ, Sont JK. Comparison between an of home-based training with health-related decision making. online self-administered and an telemonitoring guidance in low to Soc Sci Med 2013;77:156-63 interviewer-administered version of the moderate risk patients entering cardiac Asthma Control Questionnaire: a cross- rehabilitation: The FIT@Home study. Pietersma S, Van den Akker-van Marle sectional validation study. Prim Care BMC Cardiovascular Disorders ME, De Vries, M. Generic quality of life Respir J 2013;22(3):284-289 2013;13(1):82 measures in health-care research: Conceptual issues highlighted for the most Honkoop PJ, Taylor, DR, Smith AD, Louwe LA, ter Kuile MM, Hilders CGJM, commonly used utility measures. Snoeck-Strobant JB, Sont JK. Early Jenninga E, Tiemessen SM, Peters AAW, International Journal of Wellbeing detection of asthma exacerbations by using Nortier JWR, Stiggelbout AM. 2013;3(2):173-181 action points in self-management plans. Oncologists' practice and attitudes Eur Respir J. 2013;41(1):53-9 regarding fertility preservation in female Pietersma S, De Vries, M, Van den Akker- cancer patients: a pilot study in The van Marle ME. Domains of Quality of Van den Hurk CJ, van den Akker-van Netherlands. J Psychosom Obstet Life: Results of a Three-Stage Delphi Marle ME, Breed WP, van de Poll-Franse Gynaecol 2013;34(3):129-32 Consensus Procedure Amongst Patients, LV, Nortier JW, Coebergh JW. Impact of Family of Patients, Clinicians, Scientists scalp cooling on chemotherapy-induced Louwe LA, ter Kuile MM, Fischer MJ, and the General Public. Quality of Life alopecia, wig use and hair growth of Garvelink MM, Baas-Thijssen MCM, Research 2013; epub. patients with cancer. Eur J Oncol Nurs Hilders CGJM, Stiggelbout AM. 2013;17(5):536-40 Development and field test of a web-based Rolden HJA, Van Bodegom D, Van den patient decision aid about fertility Hout WB, Westendorp RGJ. Old age Van den Hurk CJ, van den Akker-van preservation for breast cancer patients. J mortality and macroeconomic cycles. J Marle ME, Breed WP, van de Poll-Franse Sex Med 2013;10:151 Epidemiol Community Health 2013; epub effectiveness analysis of scalp cooling to Pieterse AH, Engelhardt EMG, Kunneman So-Osman C, Nelissen R, Brand R, Faber reduce chemotherapy-induced alopecia. M, Stiggelbout AM. Patient participation in F, Slaa RT, Stiggelbout A, Brand A. The Acta Oncol 2014;53(1):80-7 decision making may rise cost of care, impact of a restrictive transfusion trigger study shows. BMJ 2013;346:f3597 on post-operative complication rate and LV, Nortier JW, Coebergh JW. Cost- Kolfschoten NE, Wouters MWJM, well-being following elective orthopaedic Gooiker GA, van Leersum NJ, Eddes E-H, Pieterse AH, Jager NA, Smets EM, surgery: a post-hoc analysis of a Kievit J, Tollenaar RAEM, Marang-van de Henselmans I. Lay understanding of randomised study. Blood Transfus Mheen PJ. Urgente darmresecties bij common medical terminology in oncology. 2013;11(2):289-95 ouderen met coloncarcinoom; resultaten Psychooncology 2013;22(5):1186-91 van de Dutch Surgical Colorectal Audit. Ned Tijdschr Geneeskd 2013;157:A6426 Sterk PJ, Sont JK. Strategies for Tailoring Pieterse AH, De Vries M. On the Asthma Treatment in Adults. JAMA suitability of fast and frugal heuristics for 2013;309(2):135-136 Kolkman DG, Rijnders ME, Wouters MG, designing values clarification methods in van den Akker-van Marle ME, van der patient decision aids: A critical analysis. Van Veenendaal H, Stalmeier P, Van den Ploeg CK, de Groot CJ, Fleuren MA. Health Expect 2013;16(3):e73-9 Broek I, Baas-Thijssen M, Drenthen T, Implementation of a cost-effective strategy Hilders C, Otten W. Kiezen en delen: to prevent neonatal early-onset group B Pieterse AH, de Vries M, Kunneman M, gedeelde besluitvorming als pijler voor haemolytic streptococcus disease in the Stiggelbout AM, Feldman-Stewart D. goede zorg. Kwaliteit in Zorg 2013;3:4-6. Netherlands. BMC Pregnancy and Theory-informed design of values Ook verschenen in: Ruimte voor regie, Childbirth 2013;13:155 21 Pioniers over zelfmanagement in de zorg. Wouters H, Van Geffen ECG, Baas- Kluwer, Deventer 2013 Thijssen MC, Krol-Warmerdam EM, Stiggelbout AM, Belitser S, Bouvy ML, Verweij EJ, Oepkes D, de Vries M, van Van Dijk L. Disentangling breast cancer den Akker ME, van den Akker ES, de Boer patients' perceptions and experiences with MA. Non-invasive prenatal screening for regard to endocrine therapy: Nature and trisomy 21: What women want and are relevance for non-adherence. The Breast willing to pay. Patient Educ Couns 2013;22(5):661-6 2013;93(3):641-5 Wouters H, Maatman GA, Van Dijk L, Voorn VM, Marang-van de Mheen PJ, Bouvy ML, Vree R, Van Geffen ECG, Wentink MM, So-Osman C, Vliet Vlieland Nortier JW, Stiggelbout AM. Trade-off TP, Koopman-van Gemert AW, Nelissen preferences regarding adjuvant endocrine RG, Van Bodegom-Vos L, for the LISBOA therapy among women with estrogen study group. Frequent use of blood-saving receptor-positive breast cancer. Ann Oncol measures in elective orthopaedic surgery: a 2013;24(9):2324-9 2012 Dutch blood management survey. BMC Musculoskeletal Disorders 2013; 14:230 De Weger LA, Beerthuizen T, Hiemstra PS, Sont JK. Development and validation 22 of a 5-day-ahead hay fever forecast for patients with grass-pollen-induced allergic rhinitis. Int J Biometeorol 2013; epub Van der Weijden T, Pieterse AH, Koelewijn-van Loon MS, Knaapen L, Légaré F, Boivin A, Burgers JS, Stiggelbout AM, Faber M, Elwyn G. How can clinical practice guidelines be adapted to facilitate shared decision making? A qualitative key-informant study. BMJ Qual Saf 2013; epub Website www.lumc.nl/medischebesliskunde Hier vindt u de doelstellingen van de afdeling, en tevens (onder ‘research’) een overzicht van alle medewerkers, onderzoeksprojecten en publicaties van de Leidse Medische Besliskunde. Ook vindt u hier eerdere uitgaven van Beslist! Agenda 2014 8-14 april 2014 th 28 september-1 oktober 2014 19 International Forum on Quality & Safety 12th EACH International Conference on in Healthcare: ‘Improving quality, reducing Communication in Healthcare cost, saving lives’ Amsterdam, Nederland Parijs, Frankrijk www.each-conference.com http://internationalforum.bmj.com www.aachonline.org 10-11 april 2014 15-18 oktober 2014 Nederlands Congres Volksgezondheid 21sth Annual Conference of the International ‘Perspectieven op de Volksgezondheid.’ Society for Quality of Life De Doelen, Rotterdam, Nederland Berlijn, Duitsland www.ncvgz.nl www.isoqol.org 22-23 mei 2014 7-10 december 2014 6e Jaarlijkse bijeenkomst van 26th Annual National Forum on Quality Lowlands Health Economics Study Group Improvement in Healthcare (LolaHESG), Oostvoorne, Nederland Orlando, Florida, USA www.gezondheidseconomie.org http://www.ihi.org/ 31 mei – 4 juni 2014 2015 19th Annual International Meeting of the 25th Subjective Probability, Utility, and International Society for Pharmacoeconomics Decision Making Conference And Outcomes Research Boedapest, Hongarije Montreal, QC, Canada www.eadm.eu Colofon Beslist! is een jaarlijkse uitgave van de afdeling Medische Besliskunde / Kwaliteit van Zorg-Instituut van het Leids Universitair Medisch Centrum. Voor kosteloze toezending van de nieuwsbrief of voor verwijdering uit het adressenbestand kunt u contact opnemen met het secretariaat van Medische Besliskunde. 23 Secretariaat T: 071 526 1529 F: 071 526 6838 E: [email protected] www.ispor.org Redactie 8-10 juni 2014 15th Biennial SMDM Europa Meeting Monique Baas-Thijssen [email protected] Antwerpen, België www.smdm2014.com Correspondentieadres LUMC 15-18 juni 2014 11th Annual Meeting Health Technoglogy Assessment International Washington DC, USA Medische Besliskunde J10-S Postbus 9600 2300 RC Leiden www.htai2014.org Bezoekadres 26-30 augustus 2014 28th Conference of the European Health Psychology Society Albinusdreef 2 2333 ZA Leiden J10, kamer 77 Innsbruck, Oostenrijk www.ehps.net Internet www.lumc.nl/ medischebesliskunde Simpsons paradox Of waarom betrouwbaar onderzoek zeldzaam is DOOR WILBERT VAN DEN HOUT De belangstelling voor gezondheid en gezondheidsonderzoek is hoger dan ooit. Door de media wordt gretig naar aansprekende onderzoeksresultaten gezocht. Producten worden aangeprezen met het aantal onderzoeken dat ernaar gedaan is. Maar de betrouwbaarheid van die onderzoeken laat nogal eens te wensen over. 24 Simpsons paradox van de operaties staat de complexiteit al vast vóór de complicaties, Eén oorzaak van onbetrouwbaar onderzoek staat bekend als dus dan zal complexiteit de oorzaak zijn en de complicaties het Simpsons paradox, genoemd naar de statisticus Edward Simpson gevolg. Maar vaak ontbreekt die volgtijdelijkheid. Getrouwd zijn die hierover in 1951 publiceerde. hangt samen met goede gezondheid, maar het is onduidelijk wat Een voorbeeld: de grafiek laat een verband zien tussen de oorzaak is en wat gevolg. complexiteit van operaties en het aantal complicaties, in twee Ingewikkelder wordt het wanneer er meer dan twee variabelen in ziekenhuizen A en B. In beide ziekenhuizen hebben complexere het spel zijn. In Nederland leven mensen met hoge inkomens operaties gemiddeld meer complicaties (de twee stijgende lijnen). gemiddeld 7 jaar langer dan mensen met lage inkomens (!). Het Maar ziekenhuis B is een beter ziekenhuis, met minder verschil in kwaliteit van leven is nog groter. Deze sterke complicaties dan ziekenhuis A. En complexere patiënten gaan samenhang tussen inkomen en gezondheid wordt vakkundig vaker naar dat betere ziekenhuis B. Complexere operaties hebben uitgebuit door de reclame. Inkomen hangt namelijk ook nog sterk daardoor gemiddeld zelfs minder complicaties (de dalende samen met ons koopgedrag. Rijken kopen meer. Kopen en streepjeslijn). En dat is paradoxaal: het verband in de totale groep gezondheid hangen dus allebei samen met inkomen, en daardoor is tegenovergesteld aan het verband in de aparte groepen. hangen ze ook samen met elkaar. Dan is gemakkelijk de suggestie Simpsons paradox hoeft geen probleem op te leveren, als je maar gewekt dat het kopen van producten de oorzaak is van een betere rekening houdt met verschillen tussen ziekenhuizen. Helaas is in uitkomst. Zelfs als die producten nutteloos of zelfs schadelijk zijn. de praktijk niet zo duidelijk waar je allemaal rekening mee zou moeten houden. Dat is meestal minder goed te zien dan in dit plaatje. Willekeur van de munt Genegeerde verbanden leiden gemakkelijk tot onbetrouwbare conclusies. Eigenlijk is de willekeur van randomisatie de enige manier om dat echt te voorkomen: randomisatie is dat door het opwerpen van een munt wordt bepaald naar welk ziekenhuis een patiënt gaat, of welke producten iemand krijgt. Structurele verschillen tussen onderzoeksgroepen zijn zo uitgesloten. Als er dan toch nog een verschil in uitkomst is, dan moet dat verschil wel veroorzaakt zijn door de beslissing van de munt. Oorzaak, gevolg en samenhang Maar in de praktijk is het meestal onwenselijk om beslissingen te Een andere bron van onbetrouwbaarheid onderzoek is dat nemen door een munt op te werpen. Bovendien zijn grote groepen samenhang wordt verward met oorzaak en gevolg. Onderzoek laat mensen nodig om toevallige verschillen te voorkomen. Daardoor vaak alleen samenhang zien. Uit de volgtijdelijkheid kan dan soms is gerandomiseerd onderzoek lastig en duur. En daarom is toch wel duidelijk zijn hoe de oorzakelijkheid is. In het voorbeeld betrouwbaar onderzoek zeldzaam.
© Copyright 2024 ExpyDoc