veildi h C vQfl 9 jfljStCfl S- en Justte • :A 4tseZ Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Voorwoord De locatie De Maasberg in Overloon is in 2013 definitief afgestoten. Een teken van de grote veranderingen die plaatsvinden in de strafrechtelijke aanpak van de jeugdcriminaliteit. Het landelijk aanbod voor de JJIs vermindert gestaag. Voor De Hunnerberg betekende dit dat de regio die zij bedient uitgebreid werd met onder andere de Achterhoek en Twente en dat twee groepen voor meisjes en een groep voor Alleenstaande Minderjarige Vreemdelingen gesloten werden. Nieuwe groepen voor strafrechtelijke jongeren moesten opgestart worden. Het gevolg was dat teamsamenstellingen opnieuw ingedeeld moesten worden. Dat lijkt simpel, maar is voor een organisatie en medewerkers die het leefklimaat actief wil sturen en verbeteren een ingrijpende gebeurtenis. Opgebouwde deskundigheid wordt nutteloos en specialisten moeten andere bekwaamheden activeren of ontwikkelen. Dit binnen het perspectief van een aangekondigde fusie met rijksinrichtingen en een moederorganisatie die voortdurend bezig is om haar bed rijfsprocessen te moderniseren. Dit jaarverslag laat zien dat De Hunnerberg haar elan niet heeft verloren. Haar voortdurend streven naar verbetering van de kwaliteit van beveiliging, zorg, opvoeding, behandeling en onderwijs. Hoewel de criticasters en sceptici van gesloten opvoeding- en behandelingsinstellingen, in zowel het politieke als het wetenschappelijke domein, twijfel uitzaaien over de resultaten, ontstaat intern het instituut steeds meer vertrouwen in het effect van de zorg, opvoeding, onderwijs en behandeling die aan de jongeren geboden worden. Relaties met ouders worden beter, de morele ontwikkeling staat niet langer stil en krijgt een input en de jongeren gaan zichtbaar en duidelijk vertrouwensrelaties aan met hulpverleners, met onderwijzers en met een Organisatie. De jongeren ervaren en zien dat De Hunnerberg hen vooruit helpt ook al gaat het hen nooit snel genoeg. Dat een jongere nooit tijd heeft om te wachten ligt in de aard van de jeugdige natuur. In deze zin zijn de incidenten die dagelijks plaatsvinden niet meer dan natuurlijke reacties op insluiting, remming van gedrag, op behandeling en eigen onvermogen, - De Hunnerberg is in 2013 weer iets dichter bij haar doel gekomen: groeien naar een volwaardig orthopedagogisch instituut voor strafrechtelijk ingesloten jonge jongens/mannen. Deze zoektocht heeft in het gepubliceerde meerjarenbeleidsplan Blik naar Buiten vorm en inhoud gekregen. Aan deskundigheidsbevordering wordt veel aandacht geschonken om de professionaliseringsslag te kunnen maken. Volledige aansluiting bij het overheidsproject van professionalisering jeugdzorg is gerealiseerd. De functiegroep senior groepsleiders is in haar laatste moment aangekomen om op te gaan in de functie van groepsleider of pedagogisch medewerker. Het toegangsbeleid tot de instelling is herijkt aan het nieuwe toegangsbeleid. Het arbeids-verzuim van medewerkers t.g.v. van de voortdurende veranderingen, onzekerheden en toenemende beroepseisen is door goede begeleiding binnen de grenzen gebleven. Veel aandacht en inspanning van medewerkers is gegaan naar grote automatiseringsprojecten (o.a. Leonardo en JVS) die geïmplementeerd moeten worden in de instelling. Met de ondernemingsraad (DR) zijn in goed overleg veel van de noodzakelijke veranderingen besproken om tot voor alle betrokkenen optimale situaties te komen. In het verzoek om de diensttijden tijdens de Ramadan periode hebben bestuur en OR de tegenstelling voorgelegd aan een commissie. Het jaarverslag geeft ook duidelijk aan dat de financiële middelen om de organisatie te voeren om herziening vraagt. De middelen zijn niet langer toereikend om de sectorale normen die gesteld zijn te halen. De bestemmingsreserve is volledig aangesproken en verhuld daarmee dieper liggende financiële problematiek. Dit geeft helder en duidelijk aan dat de fusiepartners voor een gecompliceerde opdracht in 2014 staan. Kortom, voor De Hunnerberg was 2013 een jaar waarin de Organisatie voortdurend de handen vol had om ondanks grote veranderingen haar koers op verbetering en kwaliteit prudent verder te volgen. Voor het komend jaar ligt er een zware opdracht om dit binnen een fusiekader en met meer beperkende financiële middelen voort te zetten. Algemeen directeur JJI De Hunnerberg Laurens Huizenga Pagina 3 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Inhoud 1. Inleiding 5 2. A3 Jaarverslag 7 3. Toelichting managementcontract 15 4. Financiële verantwoording 25 Bijlagen 5. Bijlage 1: Overzicht erkende gedragsinterventies Bijlage 2: Incidentenanalyse Bijlage 3: Financiële overzichten Bijlage 4: Kerngegevens personeel Bijlage 5: Inventarisatie huisvestingsvoorzieningen 29 31 33 53 59 61 t’IO-O-SO 1 buip!aIuJ’T 5JaqJaUUnH G I[[ ETO 6eIsJAJC Jaarverslag 2013 ]]I De Hunnerberg 1 05-03-2014 Het jaarverslag 2013 laat zien dat fl1 De Hunnerberg heeft gestuurd op het behalen van goede resultaten. In hoofdstuk 2, A3 jaarverslag 2013, wordt uitvoerig ingegaan op de eigen speerpunten die De Hunnerberg voor zichzelf had benoemd. In het A3 jaarverslag zijn de gerealiseerde acties met een FT weergegeven en cle niet gerealiseerde met een ll. Elke actie wordt vervolgens uitgewerkt volgens het volgende stramien: Verwacht resultaat in het jaarplan Resultaat 2013 - Acties 2014 Eventuele acties voor 2014 betreffen alleen acties die veel vragen van de organisatie. Denk hierbij aan tijd, voorbereiding en kosten. Acties welke een minimale investering vragen of al in het jaarplan 2014 staan, worden niet vermeld. In hoofdstuk 3 komt de realisatie van het managementcontract aan bod. Dit hoofdstuk blijft voornamelijk beperkt tot de resultaten van de prestatie-indicatoren en een korte toelichting daarop. Het financiële jaarverslag, hoofdstuk 4, geeft aan hoe de financiële situatie van Jil De Hunnerberg in het jaar 2013 is geweest. De financiële overzichten zijn in de bijlagen toegevoegd. Pagina 6 van 64 bISJaAJC EV• t,io-o-so 1 bJaqJauun aa 1ff £Toz Jaarverslag 2013 JJI Ds Hunnsrbsrg 1 05-03-2014 Pagina 8 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Toelichting organisatiegebieden De in het A3 jaarplan weergegeven acties zijn per organisatiegebied op de volgende pagina’s uitgewerkt. Alle acties zijn beschreven en de te bereiken resultaten zijn zo concreet mogelijk uitgewerkt. De scores op de prestatie-indicatoren zijn te vinden op pagina 24 en 25 van dit jaarverslag. 2.1. Strategie en beleid Integrale veiligheid wordt geïmplementeerd • Integrale veiligheid houdt in dat de veiligheid en het uitvoeren van een orthopedagogische opdracht gelijkwaardig in elkaar opgaan. De Hunnerberg streeft naar een optimale veiligheid, een veilig leef- en werkklimaat. Veilig zijn en voelen biedt de mogelijkheid tot ontwikkeling zowel voor de jongeren als voor de medewerkers. Er dient een juiste balans te zijn tussen het belang van de jongeren, de veiligheid van de medewerkers, van de organisatie en van de maatschappij. Er is sprake van veiligheid op maat. Een goede samenwerking en afstemming tussen de betrokken disciplines en de jongeren is hiervoor noodzakelijk. In 2013 wordt de visie op integrale veiligheid binnen JJI De Hunnerberg vastgesteld en geïmplementeerd. De veiligheid is integraal voortdurend en aan de hand van allerlei casuïstiek besproken in diverse geledingen. Het vraagt een voortdurende aandacht en ernstige incidenten worden door de incidentencommissie onderzocht. De toegangscontrole is n.a.v. de beleidslijn toegangscontrole fl1 personeel per 15 juni aangescherpt. Momenteel loopt er een onderzoek op welke wijze de entree aangepast kan worden, zodat de toegangscontroles van personeel, bezoekers en jongeren efficiënter en soepeler kan verlopen. Meerja renbeleid plan • Vanaf 2013 wordt gewerkt met het nieuwe meerjarenbeleidplan 2013-2016. Dit plan komt, in samenwerking met medewerkers, jongeren en ketenpartners tot stand. In dit plan zijn zeven kernopgaven benoemd waar de inrichting zich de komende vier jaar op wil richten. - Het meerjarenbeleidsplan ‘Blik naar Buiten’ is uitgereikt aan de medewerkers, (keten)partners en de ouders/verzorgers van de jongeren die hier verblijven. Er is een Prezi ontwikkeld waarin het plan wordt uitgelegd. Strategische samenwerkingsverbanden • Gezien alle toekomstige ontwikkelingen gaat De Hunnerberg strategische samenwerkings verbanden aan om kennis te behouden en een kostenreductie te realiseren. • Gezien de bestuurlijke samenvoeging van de Rijks fiT’s in de nabije toekomst, kunnen nu geen verstrekkende samenwerkingsverbanden aangegaan worden om kostenreductie te bewerkstelligen. Met de stichting Pro Persona zijn afspraken gemaakt over het gebruik maken van de supervisie faciliteiten van deze stichting in plaats van deze zelfstandig te ontwikkelen. De samenwerking op het gebied van het intern bijstandsteam met de Rooyse Wissel en de Pompekliniek zijn per 1 juli 2013 beëindigd. Dualiteit op drie gebieden • In 331 De Hunnerberg is gekozen voor een duale aansturing op drie gebieden. De eerste dualiteit voltrekt zich tussen bedrijfsvoering & organisatie aan de ene kant en het primaire proces van zorg, opvoeding, behandeling en onderwijs aan de andere kant. • Een tweede duale aansturing is tot stand gebracht tussen zorg/opvoeding en opvoeding/behandeling waaronder eigenlijk een triale structuur ligt die in aansturing de nodige aandacht vraagt 1) zorg/opvoeding processen, 2) behandeling en 3) trajectbegeleiding (intern en extern gerichte trajecten gericht op verbindingen met de maatschappij en nazorg processen). Beide dualiteiten vragen van de inrichting om actieve verdieping en aansturing. • In het kader van kwaliteitsontwikkeling moet er nog een derde dualiteit aangegeven worden: de dualiteit tussen proces- en lijnmanagement. Procesmanagement is in JJI De Hunnerberg in ontwikkeling en vraagt van alle medewerkers niet alleen een gerichtheid op verantwoordelijk heden binnen de uitgezette organisatorische lijnen, maar tegelijkertijd een gerichtheid en verantwoordelijkheid voor de inrichtings processen. Procesgestuurd overleg en aanspreken op procesverantwoordelijkheid zal nadrukkelijker in de inrichting verder ontwikkeld worden. - De verdere ontwikkeling van de dualiteiten krijgt steeds meer vorm tijdens de diverse overlegmomenten. — Pagina 9 van 64 Jaarverslag 2013 JiJ De Hunnerberg 1 05-03-2014 Verbetering leefklimaat (PIJ) • JJI De Hunnerberg vindt het, in het kader van continue kwaliteitsverbetering met als einddoel recidivevermindering, belangrijk om een bijdrage te leveren vanuit een project aan de verbetering van de PIJ-behandeling en het leefklimaat, in aansluiting met wetenschappelijke ontwikkelingen en onderzoek. • Het doel van het project is hulpmiddelen te ontwikkelen en samen nader te bepalen wat nodig is in de organisatie van de behandeling, zodat deze effectief kan worden geboden en uiteindelijk bijdraagt aan een delictvrij bestaan van de jongeren die een PIJ maatregel opgelegd hebben gekregen. • Naast de inspanning die gepleegd wordt om de behandeling te verbeteren is de sector gebaat bij meer kennis over de effecten van een positief leefklimaat op de behandeling van jongeren. Dit project is erop gericht om wetenschappelijke kennisgebieden en onderzoek dichter bij de uitvoeringspraktijk te brengen, om het leefklimaat en de PIJ-behandeling te optimaliseren. In samenwerking met het hoofdkantoor in de personen Marianne Vink en Inge Verhoeven is een projectplan YOUTURN ontwikkeld en gecommuniceerd met de gebruikersgroep YOUTURN en het IDO. In nauwe afstemming met deze twee platformen komen adviezen van wisselende werkgroepjes op de agenda en worden wijzigingen en voorstellen op genomen in de methodiek. Alle JJI’s zijn betrokken bij deze doorontwikkeling. Het leefklimaatonderzoek heeft de eerste resultaten per afdeling opgeleverd. Deze resultaten zijn besproken met de medewerkers die werkzaam of betrokken zijn bij de betreffende afdeling. - Uiteindelijk komen alle wijzigingen ter verbetering van de YOUTURN basismethodiek in een nieuwe handleiding die ter vaststelling naar het algemeen directeurenoverleg gaan. 2.2. Leiderschap Manager continueert de intensieve samenwerking met ketenpartners - Om het gehele traject van de jongere goed te kunnen begeleiden is samenwerking met ketenpartners van groot belang. De directie en de Organisatie hebben intensief contact met de ketenpartners uit de toegewezen arrondissementen om gezamenlijk vorm te geven aan het traject van de jongere. De contacten met de diverse ketenpartners verlopen naar wens. Via het AJB en AJP wordt gezocht en gestuurd op meer samenwerking. Deze samenwerking staat tegelijkertijd onder druk door alle veranderingen (taakstelling! financiering/reorganisaties) die op dit moment binnen de organisaties van de keten uitgevoerd worden. Er heeft een gesprek plaatsgevonden met de directie van de Raad voor de Kinderbescherming en de Jeugdreclassering ter verbetering van het netwerk- en trajectberaad. Helaas verloopt dit moeizaam. Mede door de transitie jeugdzorg welke veel tijd vraagt van de ketenpartners. De Hunnerberg zal het initiatief tot verbetering van de samenwerking blijven nemen. Begin 2014 krijgen de gesprekken een vervolg. Leiderschapsstijl De continue veranderende organisatie (en samenleving) vraagt van alle medewerkers hun functionele kwaliteiten aan te passen en verder te ontwikkelen aan nieuwe inzichten. Om medewerkers in deze stroom van verwachtingen en veranderingen mee te krijgen en te begeleiden is leiderschap binnen de organisatie van essentieel belang. Daarbij wordt gestuurd op vergroting en versteviging van binding met de organisatie en de organisatiedoelen; het ontwikkelen van besef bij medewerkers dat de maatschappelijke opdracht die JJI De Hunnerberg heeft alleen bereikt kan worden door de samenwerking onderling en in de keten. Een sterk leiderschap is ook nodig om de spaarzame middelen efficiënt in te zetten, functionele verantwoordelijk te vergroten en medewerkers vakinhoudelijk en persoonlijk te ondersteunen. Het thema en de praktijk van leiderschap wordt regelmatig besproken met alle leidinggevenden om de belangrijkheid van dit thema voor de verdere ontwikkeling van de inrichting aan te geven. De afdelingshoofden hebben coaching-on-the job ten aanzien van leiderschap/management van een afdeling. Het traject wordt 2014 gecontinueerd. - Er zullen gesprekken tussen middenkader, directie en management plaatsvinden in het kader van de positie van het middenkader t.o.v. het management en directie. Pagina 10 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Communicatie • Zoals vrijwel bij alles is communicatie een belangrijk middel om een Organisatie als JJI De Hunnerberg bij de tijd te brengen en vooruit te helpen. Daarnaast mag van een overheidsorganisatie verwacht worden dat er over de inhoud en de doelstellingen helder en duidelijk met alle medewerkers gecommuniceerd wordt. • Naast de interne communicatie, krijgt de communicatie richting jongeren, ouders! verzorgers en ketenpartners meer vorm en inhoud. De inzet van internet en nieuwe media worden maximaal benut binnen de kaders en doelstellingen van de inrichting. - Komend jaar wordt het communicatiebeleid vastgesteld en geïmplementeerd. Er zijn acht nieuwsbrieven aan de jongeren verstrekt. De laatste wetswijzigingen en groepsregels, activiteiten en mededelingen worden via de nieuwsbrief bekend gemaakt. Aan ouders/verzorgers zijn vier nieuwsbrieven verzonden. Onder andere wet- en regelgeving, bezoek, open dag, tevredenheidsonderzoek, ouderactiviteiten en uitnodigingen voor speciale gelegenheden zijn thema’s welke beschreven zijn in de nieuwsbrief. JJI De Hunnerberg is actief op Twitter en Facebook. De Hunnerberg als Twitteraccount heeft 1.700 volgers waarvan het merendeel te labelen is als ketenpartner of direct betrokken bij het werkveld. Onder de volgers bevinden zich ook leden van de vaste Kamercommissie van Veiligheid & Justitie. Naast Hunnerberggerelateerde onderwerpen, besteden wij ook aandacht aan op het jeugdveld maatschappelijk gerelateerde onderwerpen. Het rondleidingen beleid is vastgesteld. De Hunnerberg heeft, samen met Den Hey Acker, meegewerkt aan het boek Jeugdgevangenis welke in 2013 is gepubliceerd. Tijdens voorlichtingen die gegeven worden aan externen zoals ketenpartners, maar aan ouders/verzorgers, vertellen jongeren vaak zelf over het veranderproces waarin zij zitten. Het is een activiteit die de jongeren leuk vinden om te doen en gelijktijdig draagt het bij aan het vergroten van vaardigheden. • In 2014 wordt een start gemaakt met het communicatie- en PR-beleid. 2.3. Management van medewerkers Arbeidsverzuim • Door uitvoering te geven aan het opgestelde plan van aanpak is de verwachting dat er op casuïstiek- en beleidsniveau winst kan worden behaald. Er wordt ingezet op het creëren van nog meer bewustwording onder leidinggevenden en medewerkers en op het ontwikkelen van een proactieve houding. Het verzuimbeleid is eind december, in goed overleg met de ondernemingsraad, vastgesteld. Implementatie volgt voornamelijk begin 2014. De nadruk in het verzuimbeleid ligt op de inzetbaarheid van de medewerker en richt zich daarmee op verzuimbeïnvioedende factoren, niet op symptoombestrijding. Na acht maanden daling in het verzuim, neemt deze vanaf september weer licht toe. Het verzuim raakt precies de gestelde norm van 6,5%. Er is aandacht voor het middel- en langdurig verzuim. Een aantal dossiers is in een afrondende fase en in een aantal dossiers is sprake van een opbouw in inzetbaarheid. Het middellang verzuim is afgelopen jaar sterkt afgenomen. Feb Lbl prld.n 0 rk,ous,upA Apr kAr SV,A.ppk!rFAS, rl.41 Aup dn eVpoupk5p42-O!bpn S! Op kAr IVpob,p,rteg, rkAd.n Grafiek 1: Arbeidsverzuim 2013 2.4. Management van middelen Realisatie financiële taakstelling - Het resultaat in 2013 komt uit op een verlies van € 511.000. Het hele jaar heeft de inrichting in de rapportages aangegeven uit te komen op een verlies tussen de € 400.000 en 600.000. De bestemmingsreserve van de inrichting is daarmee zo goed als uitgeput. - Het totale financiële verslag is opgenomen in hoofdstuk vier en in bijlage 3. Pagina 11 van 64 kA Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Realisatie bezettingstaakstelling De AMV-ers zijn per 15 april 2013 overgeplaatst naar Cadier en Keer. De meisjes zijn 22 mei 2013 overgeplaatst naar De Heuvelrug. De bezetting in de 2 helft van het jaar laat een veel stabieler beeld zien. - De kort trajectafdelingen laten elke maand een schommeling in de bezetting zien. Het percentage schommelt tussen de 40,8°h (mei) en l04,7% (augustus). Het is duidelijk merkbaar dat in december meer jongeren op de kort trajectafdeling opgenomen worden. De lang trajectafdelingen zijn zeer stabiel en meestal volledig bezet. - Kijkend naar de totale bezetting van 66 plaatsen over heel 2013, komt De Hunnerberg uit op 90,1% bezetting. Grafiek 2: Bezettingsgraad 2013 2.5. Management van processen Intercultu ra lisatie De inrichting heeft eind 2008 haar meerjarenbeleid op het terrein van interculturalisatie vastgesteld in het meerjarenbeleidkader en zal dit komend jaar verder implementeren in het inrichtingsbeleid. - Een stagiair heeft onderzoek gedaan naar het thema interculturaliteit in het leefklimaat en tijdens de activiteiten van het dagprogramma. In oktober is haar scriptie binnen de instelling gepresenteerd. • Het rapport geeft duidelijk aan dat het onderwerp voortdurend geïntegreerd moet zijn in het dagelijks handelen, de zorg en behandeling. Het vraagt om continue aandacht van het onderwerp binnen alle lagen in de Organisatie. Implementatie visie vriendschap, intimiteit en seksualiteit • Jij De Hunnerberg wil het onderwerp seksualiteit uitbreiden met de thema’s vriendschap en intimiteit. Jongeren, die op grond van hun leeftijd en ontwikkelingsfase volop bezig zijn om op het gebied van seksuele identiteit een eigen rol en een eigen positie te zoeken, zitten niet te wachten op medewerkers die hen over dit onderwerp actief benaderen. De opstelling van de medewerkers kan regelmatig gekenmerkt worden door een handelingsverlegenheid. - Het bereiken van een natuurlijke manier om het onderwerp vriendschap met een andere sekse, intimiteit en seksualiteit voor iedereen gepast en op maat aandacht te kunnen geven, beschouwt de inrichting als een proces dat langdurig en blijvende aandacht van de Organisatie behoeft. Daarom kiest JiJ De Hunnerberg er voor om de vastgestelde landelijke visie op seksualiteit op maat te vertalen en te implementeren. Dit is een actie die over meerjaren dan die van het jaarplan verspreid ligt. De Hunnerberg heeft de module “Lets talk about sex” gekozen om in te zetten als vorming. Vanuit deze module zijn hoofdstukken die een relatie hebben met de doelgroep en morele ontwikkeling aangeboden aan de gebruikersgroep YOUTURN en Stichting 180 om op te nemen als onderdeel binnen Get Smart. • De werkgroep is momenteel bezig met het opstellen van de beleidsnotitie rondom dit o n de rw e rp. - Per leefgroep zal een medewerker aangewezen worden als aandachtfunctionaris vriendschap, intimiteit en seksualiteit. De resultaten van pilots rondom een relatiekamer bij Amsterbaken en Teylingereind zullen input zijn om mogelijk een relatiekamer binnen De Hunnerberg te maken. Toepassing beperkte set erkende gedragsinterventies en GGZ interventies • In III De Hunnerberg zijn per 01-01-2013, acht erkende gedragsinterventies beschikbaar, gericht op alle criminogene factoren. De betreffende interventies zijn; Sociale vaardigheden op Maat; Agressieregulatie op Maat (AR); Leren van Delict; In Control!; Pagina 12 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Brains4Use; Functional Family Therapy (FFT), door externe inzet)); Buitenprogramma Work-Wise; Multi Systeem Therapie (MST), door externe inzet)). In bijlage 1 zijn de resultaten van de erkende gedragsinterventies opgenomen. Naast Brains4Use is een groepstherapie voor jongeren ontwikkeld, genaamd Get Clear, in het kader van middelengebruik. De interventies Leren van Delict, Brains4Use en AR op maat zijn de meest ingezette interventies. Het buitenprogramma Work-Wise wordt nauwelijks ingezet. De gezinsinterventies worden incidenteel aangevraagd en door onze FFT-trainer uitgevoerd. Traverse onderzoekt de mogelijkheid of FET betaald kan worden door de zorgverzekeraar van de jongere, wanneer de interventie start tijdens het verblijf van de jongere. fl1 De Hunnerberg biedt verschillende GZ trainingen aan: Eye Movement Desensitization and Processing (EMDR); Emotie Regulatie Training (ERT); Grip op je Dip; Ik ben speciaal; Liberman training; Psycho-educatie; Kinderen van Ouders met Psychiatrische Problematiek (KOPP); Systemisch werken; Voor jongeren van een lang-trajectafdeling is drama- en beeldende therapie mogelijk. In 2013 is de kwaliteit van de trainingen en de integratie van de trainingen Delictanalyse en Leren van Delict verder ontwikkeld. De resultaten van de audit gedragsinterventies zijn vertaald naar verbetermaatregelen. Dit dynamisch document is gebruikt als een leidraad voor het komende jaar en wordt maandelijks besproken in het werkoverleg met de trainers. De ForCA Quickscan is geïmplementeerci. Het doel van dit middel is om snel inzicht te bieden in de belemmerende en bevorderende factoren die bij onze Organisatie spelen bij de implementatie van een of meerdere gedragsinterventies. Er zijn enkele verbeteracties uitgezet naar aanleiding van de resultaten vanuit de ForCA Quickscan op het gebied van de gedragsinterventie AR. • Er is structurele intervisie aan trainers met behulp van video-opnames en (zelf)evaluatie formulieren per training ingezet. • De juiste set van selectie-instrumenten per training wordt volledig gebruikt. Afgelopen jaar zijn 27 trajecten met Slachtoffer in Beeld gestart. Meestal naar aanleiding van de delictanalyse, in een enkel geval al voor de delictanalyse. Vormende activiteiten In het jaarplan 2013 is geen paragraaf opgenomen rondom vormende activiteiten. Echter er zijn meerdere resultaten behaald m.b.t. dit onderwerp. De modules van Crash en werknemersvaardigheden zijn geïmplementeerd. De jongeren zijn enthousiast over deze modules. De Young Americans hebben in november een 2-daagse workshop verzocht voor alle jongeren. Doel van de workshop is om, middels muziek en dans, onderling begrip, respect naar elkaar en jezelf durven open te stellen te stimuleren. • De module Klussen in huis is eind februari 2014 gereed en zal aan de gebruikersgroep YOUTURN en Stichting 180 aangeboden worden als module voor Get Smart. Pagina 13 van 64 Jaarverslag 2013 JiJ De Hunnerberg 1 05-03-2014 Pagina 14 van 64 :3 :3- (0 CD Jaarverslag 2013 ]]I De Hunnerberg 1 05-03-20 14 3.1. Te leveren producten In 2013 heeft JIJ De Hunnerberg een gemiddelde capaciteitsbezetting van 90,1%, welke is opgebouwd uit: kort 83,95% 97,08°h lang AMV-ers 68,76% (tot 15 april 2013) Bovengenoemde cijfers zijn gebaseerd op 100°h capaciteit van JIJ De Hunnerberg. 3.2. Speerpunten DJI 3.2.1. Deskundigheid personeel en opleidingen % hbo-opgeleid personeel • In 2014 ls 52% van de functiegroep forensisch therapeutisch werker hbo of hoger opgeleid. Door de professionalisering van de Jeugdzorg (middels de EVC-trajecten) zal dit getal kunnen wijzigen. Op dit moment is niet bekend hoeveel medewerkers dit betreft en is dit buiten het hierboven genoemde percentage gelaten. 44% van de functiegroep forensisch therapeutisch werker is hbo of hoger opgeleid. Het afgelopen jaar hebben twee medewerkers hun mbo-diploma behaald (middels verzilveren van EVC-traject) en tevens hebben vijf medewerkers hun hbo-diploma behaald. - Een medewerker is nog met het EVC-traject voor mbo-diploma bezig. • 13 medewerkers zijn bezig met hun hboopleiding. Verwachting is dat medewerkers in 2014 zullen afstuderen. Het percentage van forensisch therapeutisch medewerker dat hbo-opgeleid is, komt dan uit op 62,5%. Professionalisering Jeugdzorg In 2013 waren de volgende doelen gesteld voor dit onderwerp: • Alle medewerkers met hbo- of wo-diploma van de functiegroep forensische therapeutische werken zijn geregistreerd in het register. • Samen met andere Jij’s zorg dragen voor geaccrediteerde opleidingen! opleidingsmodules en daar waar mogelijk intern gegeven. - Mbo-opgeleide medewerkers begeleiden in hun EVC-traject. • De implementatie van de professionalisering Jeugdzorg wordt gecoördineerd door de opleidingscoördinator. De registratie van de medewerkers is in volle gang. Inmiddels heeft 92,5°h zich aangemeld voor registratie bij het Beroepsregister. - De senior groepsleiders hebben in september een voorlichting rondom hun positie in het kader van de professionalisering van de jeugdzorg gekregen. Zeven senior groepsleiders en drie individueel trajectbegeleiders hebben aangegeven een EVC-traject te gaan doen om hun branchecertificaat te behalen. De opleiding voor intervisie is geaccrediteerd voor BAMw. Door twee senior pedagogisch medewerkers is een interne opleiding ontwikkeld in het kader van coaching. De opleiding wordt in 2014 aangeboden ter accreditatie voor BAMw. Deskundig heidsbevordering Het voorgaande heeft vooral betrekking op de deskundigheidsbevordering van de functiegroep forensische therapeutische werker in het kader van de functiedifferentiatie en professionalisering Jeugdzorg. Naast deze deskundigheidsbevordering is afgelopen jaar veel gevraagd aan onze medewerkers. Veel opleidingsdagen worden opgelegd vanuit landelijke visies. Niet alleen de functiegroep forensische therapeutische werker heeft deskundigheidsbevordering. De inrichting investeert ook in de deskundigheidsbevordering van o.a. de GZ-psychologen en het middenkader. De interne opleidingsgids is afgelopen jaar verder uitgebreid met modules/trainingen voor alle niet-executieve medewerkers. Er is afgelopen jaar veel aandacht geweest voor de pedagogische kwaliteit. Zo is er binnen een aantal leefgroepen en een aantal andere teams/afdelingen gestart met intervisie. Dit zal in 2014 worden uitgebreid met nog meerdere teams. Daarnaast is er veel aandacht geweest voor het coachen van medewerkers en is er voor een aantal medewerkers een individueel supervisietraject gestart vanuit de Tbs-kliniek. Ook dit zal in 2014 verder worden doorgezet. • Naast de opleiding t.b.v. de functiedifferentiatie, zijn er meerdere opleidingen/cursussen gevolgd: Pagina 16 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 ]1IIjU1Ii1I. Adviesvaardigheden (2 dagen) Bedrijfshulpverlening Begeleiding EVC BHV- Ploegleider (3 dagen) Coaching- module IBT trainingen IFM Impulse Intervisiebijeenkomsten I1!IL!L. Bestuursbureau- advies Forensisch therapeutisch medewerker (FTM), AID, afdelingshoofd, vrijetijd & vorming Afdelingsboofd AID FTM FTM, AJD, vrijetijd & vorming Elke functiegroep Bestuursbureau- advies FTM, vrijetijd & vorming 8 64 beleidsvoorstellen vanaf 2007 en om de met elkaar te verbinden zodat er een logische 6 13 17 samenhang komt in activiteiten en instrumenten. De basishandleiding YOLJTURN wordt herschreven vanuit deze nieuwe 180 8 11 10 Facilitaire zaken FTM, AlO, afdelingefloofd Technische dienst Bureau management ondersteuning Roostermanageradviseur 1 113 1 1 Bureau management ondersteuning, facilïtaire zak en Ouders van tegendraadse Trainers, individueel trajectbegeleider jeugd Facilitaire zaken Pensioen in zicht Powermanager Bestuursbureau- advies Powersecretaresse 1 Bureau management ondersteuning Powersecretaresse 2 Bureau management ondersteuning Proffesionele integriteit AJD Psychopathologie- moclule FTM, afdelingshoofden Savry GZ-psycholoog, trainers Supervisie Afdelingshoofd, FTM, GZosycholoog FTM, AID, individueel SUST traj ectbe ge le id er SUST- Train de Trainer AJD Teamontwikkeling FTM, afdelingshoofd Teaser Gastronomie in de zorg Kok Onderwijs, TOP5! 1-daagse training methodiekcoaches, FTM Methodiekcoaches TOPs! C-trainer TOP5I Trainer (2- daagse) FTM, facilitaire zaken, vrljetijd & vorming, management Youturn 3-daagse basis FTM Directie, management, Youturn aansturing vanuit afdelingshoofden, leiding teamleiders FTM Youturn herhalingstraining Youturn trainingsdag GZ-psycholoog, afdelingshoofden 10 Magazijnbeheer Medicatie- E-learning NEN 3140 Notuleren en notuleren op laptop Office- Excel basis en Excel gevorderd Office- overgang naar Office 2010 De doorontwikkeling van fase drie van YOUTURN wordt landelijk uitgevoerd. Deze doorontwikkeling heeft te maken met alle FTM, methodiekcoach, trainer, trajectbegeleider Leermeester horeca Facilitaire zaken Leren van delict voor mentoren FTM Intarvisor worden - 1 8 ontwikkelingen. Denk hierbij aan visie op psychiatrische basiszorg en behandeling, visie op orthopedagogisch leefklimaat, verloftoetsingskader, middelenbeleid en ouderparticipatie/systemisch werken. De Hunnerberg levert de voorzitter voor deze projectgroep. Op dit moment zijn de methodiekcoaches nog voor elke afdeling inzetbaar en noodzakelijk. Er heeft een studiedag plaatsgevonden waarin 1 het middenkader en de GZ-psychologen gesproken hebben over de leiderschapsstijl welke ingenomen moet worden die behoord bij 4 de uitvoering van de basismethodiek. 1 8 5 zijn opgepakt maar hebben nog steeds de aandacht nodig. Denk hierbij aan het voeren 5 van mentorgesprekken volgens de richtlijnen De verbeterpunten vanuit de YOUTURN-audit en het mentorverslag schrijven in het 30 20 3 4 12 vastgestelde format. Ook is er veel aandacht geweest voor de rol van de forensische pedagogisch medewerker ten opzichte van ouders voornamelijk de communicatievaardigheden. 1 10 1 55 2 27 Alle medewerkers met een A-certificaat hebben de herhalingstraining gehad en de pilot TOP51 heeft plaatsgevonden op een van de afdelingen. Daarnaast staan alle trainingen voor de TOPS-bijeenkomsten gepland. Voor 2014 wordt wederom een sterkte- en 2 20 79 15 Tabel 1: Overzicht deskundigheidsbe vordering 2013 zwakteanalyse gemaakt met een plan van aanpak voor verdere borging van de basismethodiek. • Het middenkader zal meer de regie moeten voeren op de basismethodiek. • Alle forensische pedagogisch medewerkers welke werkzaam zijn op de kort 3.2.2. YOUTURN YOUTURN audit Borging trajectafdelingen, zullen opgeleid worden tot en uitkomsten Procesmatig bevindt de inrichting zich in een stadium waarin YOUTURN steeds meer vaste TOPs!-trainer. 3.2.3. onderdeel uitmaakt van het dagelijks referentiekader. De doorvertaling van de Borging juistheid, eend uidigheid, & volledigheid, betrouwbaarheid tijdigheid van data invoer YOUTURN-principes naar en de benutting De planmatige aanpak en de zorg op maat voor daarvan in het dagelijks werken met de de jongeren is per afdeling en per aspect informatievoorziening. Om de juiste zorg op verschillend. Deze verschillen zijn in kaart. maat jongere binnen de keten stelt eisen aan de bij de jongere te kunnen bieden is een Pagina 17 van 64 Jaarverslag 2013 iii De Hunnerberg 1 05-03-2014 compleet beeld noodzakelijk van de jongere. Om de administratieve lasten voor medewerkers in de JJI zoveel mogelijk te beperken zijn vele formats (bijv. perspectiefplan) en instrumenten gedigitaliseerd, zodat alle ingevoerde informatie in meerdere documenten kan worden gebruikt. Daarvoor wordt de zogenaamde Intelligente Formulieren Module JJI (IFM/JJI) ingezet. In november 2012 is de IFM geïmplementeerd in JJI De Hunnerberg. De training van het Justitieel Informatie Systeem als onderdeel van JVS, waarin o.a. urinecontroles, incidenten en maatregelen gerapporteerd kunnen worden, heeft gedeeltelijk aan het eind 2013 plaatsgevonden. De Hunnerberg heeft met de ketenpartners vastgelegd welke gegevens, wanneer beschikbaar worden gesteld aan elkaar. Deze ketensamenwerkingsafspraken zijn doorgevoerd in de organisatie en worden binnenkort geëvalueerd door de LIJ projectorganisatie. Momenteel is het lokale beheer ondergebracht bij de unitmanager medische dienst & interventies en een gedragswetenschapper. Dit is vooralsnog een tijdelijke situatie. • Begin 2014 zal de Impuls-methodiek gebruikt worden om een betere borging van de registratie in JRO/JVS/IFM te realiseren. - Vanuit JJI De Hunnerberg zal een kerngebruiker voor de systemen aangewezen moeten worden. • De komende periode zal de registratie in de systemen steekproefsgewijs gecontroleerd worden op volledigheid en tijdigheid. Mede omdat vanaf 1 januari 2014 de gegevens voor de maandrapportage uit deze systemen leidend zijn. Echter dit laatste zal voor De Hunnerberg niet haalbaar zijn. Trainingen hebben pas eind december/begin januari 2014 plaatsgevonden. 3.2.4. Implementatie visie ouderparticipatie • De Hunnerberg wil een inrichting zijn waar ouders actief participeren in de zorg, opvoeding en behandeling van hun kind. Hiervoor is in 2012 een project gestart, welke voornamelijk in 2013 uitgevoerd zal worden. - Tijdens de gesprekken over het ouderparticipatieplan bleek dat er ook landelijke ontwikkelingen zijn tussen het hoofdkantoor, de academische werkplaats en de J]I’s op het gebied van ouderparticipatie; - systemisch werken en MDFT. Besloten is om aan te sluiten bij deze landelijke ontwikkeling. De verdere participatie van ouders is in volle gang. Er is veel contact met ouders en is er een vast telefoonnummer voor ouders beschikbaar gesteld, waar zij allerlei vragen kunnen stellen. Er zijn diverse ouderbijeenkomsten geweest om kennis te laten maken met YOUTURN. Tijdens deze bijeenkomsten zijn jongeren betrokken geweest. Er wordt veel gebruik gemaakt van de bezoekmomenten op de leefg roep of op de bezoekkamers. De directie heeft een medezeggenschapsavond (ouderpanel) georganiseerd. Helaas zijn hiervoor geen aanmeldingen geweest. Echter we merken aan alles dat ouders meer betrokken raken bij het verblijf in de inrichting en in de voorbereiding naar verlof en resoc i al i sa ti e. Er zijn afgelopen jaar vier nieuwsbrieven voor ouders/verzorgers verzonden. Tijdens de eerste nieuwsbrief is een tevredenheid-onderzoek onder de ouders uitgezet. Het tevredenheidsonderzoek van ouders leverde te weinig respondenten op. Echter degene die aan het onderzoek hebben meegewerkt geven aan zeer tevreden te zijn. Er zijn gesprekken gaande met de academische werkplaats om het systemisch werken verder te ontwikkelen, echter wegens het contourenplan is dit (tijdelijk) stopgezet. De werkgroep ouderparticipatie zal een nieuwe strategie voorstellen om meer ouders te betrekken bij het onderzoek en de medezeggenschapsraad (ouderpanel). 3.2.5. Implementatie visie forensische psychiatrische behandeling PIJ • De visie op de forensische psychiatrische behandeling in het kader van een PIJ-maatregel is definitief vastgesteld en kan landelijk worden uitgerold. • De landelijke visie forensische psychiatrische behandeling PIJ heeft vertraging opgelopen. De Hunnerberg heeft wel diverse acties uitgezet. De PIJ-behandeling is centraal gezet door een medewerker portefeuillehouder te maken voor het verhogen van de deskundigheid op de PIJafdelingen. - Alle medewerkers die betrokken zijn bij het medicatieproces hebben een kennistoets met goed resultaat afgelegd. Pagina 18 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 • Met behulp van een quickscan en een consensusbijeenkomst is een deskundig rapport opgesteld door het Instituut Verantwoord Medicijngebruik. In het rapport wordt inzicht geboden in de sterke punten en zwakke plekken van de organisatie betreffende medicatieveiligheid. Er heeft een interne audit plaatsgevonden gericht op medicatieverstrekking. Diverse verbetermaatregelen vanuit de audits (intern en door het Instituut Verantwoord Medicijngebruik) zijn uitgezet. Denk hierbij aan het herschrijven van werkinstructies en processen, voorlichting geven over medicatie en het verduidelijken van de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden onder het personeel. Begin 2014 zal gekeken worden of alle maatregelen zijn uitgevoerd. - De behoefte aan GGz-interventies neemt steeds verder toe. Daarnaast is ontstaat bij de medewerkers meer behoefte aan voorlichting over psychopathologie. Beide behoeftes worden ondersteund door het rapport “15 jaar PIJ-ers in beeld”. Uit dit rapport blijkt dat de problematiek waarmee de jongeren te maken hebben, zwaarder wordt. 3.3. Doelstelling op prestatie-indicatoren Op pagina 23 en 24 zijn de resultaten op de prestatie-indicatoren weergegeven. Deze cijfers zijn gebaseerd op de capaciteit van 66 plaatsen. Ontvluchtingen en onttrekkingen In mei is een meisje ontvlucht. Dit meisje was naar een gesloten instelling overgeplaatst, maar viel nog onder verantwoording van De Hunnerberg. Het afgelopen jaar hebben vijf jongeren zich onttrokken (vier jongens en een meisje). Alle jongeren hebben een PIJ-maatregel. Twee jongeren zijn tijdens begeleid verlof onttrokken en drie jongeren tijdens onbegeleid verlof. Alle vijf de jongeren zijn weer opgepakt en naar de inrichting gebracht. De onttrekkingen zijn geanalyseerd binnen de incidenten evaluatiecommissie. Naast deze analyses en de invoering van het nieuwe uitvoeringskader begeleid verlof, is de verlofprocedure aangescherpt. Denk hierbij aan een verscherpte uit- en toegangscontrole. Geweldsincidenten jongeren onderling en tegen personeel Voor de incidentenanalyse wordt verwezen naar bijlage 2. Integriteit personeel In de afgelopen periode hebben zich elf kwesties aangediend, allemaal hebben ze geleid tot een maatregel. Twee kwesties kennen een onderling verband. Bij de andere kwesties is geen sprake van onderling verband. Een aantal kwesties vroeg veel aandacht en inspanning van de organisatie. Binnen de gehele Organisatie zijn de meeste kwesties besproken door de algemeen directeur tijdens de teamvergaderingen. Personeelsgesprekken Met medewerkers worden personeelsgesprekken gevoerd over deskundigheidsbevordering, interne en externe mobiliteit, functieverandering en functioneren. Al deze gesprekken worden geregistreerd in P-direkt. De leidinggevenden hebben een planning gemaakt voor de personeelsgesprekken. De doelstelling van 90% heeft De Hunnerberg behaald. Het daadwerkelijk behaalde cijfer ligt zelfs hoger, nog niet elk verslag was op tijd verwerkt in P-direkt. Gebruikersvoorwaardenmonitor (GVM) De Hunnerberg actualiseert met regelmaat de GVM. Het blijkt echter dat deze niet zichtbaar is bij de sectordirectie. Klachten jongeren In 2013 zijn er in totaal 90 klachten ingediend bij de Commissie van Toezicht. Hiervan zijn 46 klachten ingetrokken, waarvan 5 op zitting. Uiteindelijk zijn 45 klachten op zitting behandeld. De overige 4 klachten zijn nog op dit moment nog niet onherroepelijk afgehandeld. Tegen 5 uitspraken van de beklagcommissie is beroep ingesteld. Hiervan zijn 4 klachten ongegrond verklaard en 1 klacht niet-ontvankelijk. Wanneer je dit vergelijkt met de cijfers van 2012 is het aantal klachten met ongeveer 7Q% gestegen. Een verklaring voor deze stijging is te vinden in de veranderingen die in 2013 hebben plaatsgevonden. Twee doelgroepen, die vrijwel nooit klaagden (meisjes en AMV-ers), hebben plaatsgemaakt voor doelgroepen die over het algemeen meer klagen (strafrechtelijk geplaatste jongens, kort- en langverblijf). Pagina 19 van 64 Jaarverslag 2013 iii De Hunnerberg 1 05-03-2014 Wegens de sluiting van De Kolkemate zijn vanaf april 2013 een aantal jongens, met name PIJ-ers, overgeplaatst naar De Hunnerberg. Deze jongeren weten duidelijk de weg naar de klachtencommissie te vinden en dit heeft dan ook geleid tot meer klachten. In de maanden januari, februari en maart werden in totaal slechts negen klachten ingediend. Dit is een gemiddelde van drie klachten per maand. In de overige maanden van 2013 lag dit gemiddelde op 6,75 klachten per maand. Opvallend is ook dat drie jongeren die zijn overgeplaatst vanuit De Kolkemate samen verantwoordelijk zijn voor 2 O% van de klachten in 2013. In totaal werden 11 klachten gegrond verklaard. In veel gevallen werd tevens een compensatie vastgesteld. De onderwerpen en de redenen om een klacht gegrond te verklaren, lopen erg uiteen. Te late uitreiking van het perspectiefplan. Straf opgelegd door een onbevoegde medewerker. Onterecht informatie over behandeling uitgewisseld met ouders van een meerderjarige jongere. Recht op herhalingsonderzoek urinecontrole ontnomen. Niet aanbieden van maaltijd in afzonderingscel. Opvallend is dat vijf klachten wegens formaliteiten gegrond zijn verklaard. De maatregel of sanctie mocht wel worden opgelegd, maar dit is niet met inachtneming van de wettelijke kaders gebeurd. Verwijdering uit de groep: Time-outs, ordemaatregelen en disciplinaire straffen JJI De Hunnerberg stuurt dagelijks op ordemaatregelen en disciplinaire straffen. Bejegening in relatie tot beheersmatig handelen is voortdurend gespreksonderwerp. Voor de incidentenanalyse wordt verwezen naar bijlage 2. Kwaliteit Met regelmaat vindt er contact plaats tussen de inrichting en de ouders/verzorgers. Daarnaast de worden ouders/verzorgers niet alleen bij het 2 perspectiefplan uitgenodigd, maar bij elk perspectiefplan (dus zelfs bij de V). Ruim 2/3e neemt de uitnodiging aan. Redenen om niet te komen, zijn vooral van praktische aard (tijdsgebonden of financiële redenen). Bij een ouder hebben we een telefonisch overleg gevoerd. Op deze manier proberen we toch de ouders te betrekken bij de bespreking van het perspectiefpian. Het aantal eerste perspectiefplannen dat op tijd is gerealiseerd blijft onder maat. Een werkgroep is bezig met het optimaliseren van het proces rondom de perspectiefplannen. Dit naar aanleiding van een audit die in de 2 helft van 2013 was afgerond. Echter dit zal niet alleen het proces van het perspectiefpian raken, maar er dient nader gekeken te worden naar de invulling van taken, aanwezigheid van medewerkers en overige bed rijfsvoeringprocessen. Uitstroom STP De inrichting is van mening dat een aantal STP’s hoger zou kunnen zijn. De inrichting wil echter voorkomen dat een STP wordt ingezet als de risico’s onvoldoende geïnventariseerd zijn en/of te groot zijn, waardoor een STP voortijdig afgebroken dient te worden. Echter, vooral bij jongeren met jeugddetentie, lopen wij hierin tegen procesmatige za ken aan. Voordat een jongere met STP kan, dient hij verlofopbouw te hebben. Het verlofproces kent meerdere stappen, die veel tijd qua voorbereiding vragen, maar ook veel tijd bij de goedkeuring (max. 5 weken). Wij merken vaak dat voordat gestart wordt met verlofopbouw, een jongere geschorst wordt of het strafrestant te kort is voor een degelijk opbouw. Deze casussen bespreken wij binnen het AJP. Het afgelopen jaar zijn vijf jongeren uitgestroomd met STP. Het betreffen drie meisjes en twee jongens, allen met een PIJ-maatregel. Vanuit Kolkemate hebben wij vier jongens overgenomen die met STP zijn. Twee jongens vanuit De Hunnerberg deze periode gestart met hun STP. Gedurende het jaar is een STP afgebroken, de betreffende jongere verblijft weer in de inrichting. Op het moment van schrijven, zijn vijf jongens met STP. Voorbereiding op nazorg Verwachting is dat de besprekingen binnen het netwerkberaad meer en meer naar de achtergrond verdwijnen en dat er louter digitaal wordt geregistreerd zonder daadwerkelijk overleg tussen de raad en de jeugdreclassering. Een ontwikkeling waar de inrichting zich zorgen over maakt en waar de inrichting overleg over zal gaan voeren om deze tendens te keren. JJI De Hunnerberg heeft Pagina 20 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 de voorkeur om het netwerkberaad op locatie te laten plaatsvinden. De individuele trajectbegeleiders bereiden de nazorg van de jongere voor en werken hierbij zo veel mogelijk samen met reclassering aan terugkeer naar school naar een vaste woonplek en het vinden van werkt. Alle jongeren die zijn uitgestroomd hebben een woonplek. 95% heeft tevens een dagbesteding. Elke jongere heeft nazorg vanuit een ketenpartner. Pagina 21 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De hunnerberg 1 05-03-2014 4 0 0 0 1 0 1 0 0 0 0 0 3 0 0 2 0 5 0 2 0 1 0 0 0 3 3 0 4 1 0 2 6 0 11 4 0 0 8 1 2 6 0 5 1 4 19 6 21 4 2 7 6 1 0 0 0 0 2 1 4,30/, 5 4,8°!, 9 6,1% 3 65% 3 8,6°!, 5 2 6 6 5 5 0 0 11 11 10 0 / 91 1/ 54 1 / 45 6 / 9 7% 90,0% 8,9% 35,9% 54,4% a. NBI kortverblijf 0 0 b. NBI langverblijf e. Vreemdelingen a. NB1 kortverblijf 7 0 1 0 Aantal overige onttreiiingen 6 0 0 0 a, N81 kortverblijf Aantal ontvluchtingen b. NBI Iangverblijf Vreemdelingen Aantal fysieke geweldaincidenten tussen jeugdigen Aantal fysieke geweidsincidenten tegen personeel b. NB1 langverblijf 20 10 e. Vreemdelingen f. Totaal aantal incidenten 10 40 a. N81 kortverblijf 8 b. N81 langverblijf 2 e. Vreemdelingen f. Totaal aantal incidenten 2 12 . 9 Arbeidsverzuim personeel (Rijks & Particulier) 30 Integriteit personeel 2 4 9 -0,4% 0/0 Totaal O/ arbeidsverzuim a. Aantal meldingen 31 b Aantal daarvan dat tot maatregelen heeft geleid a / geen personeelsgesprek gevoerd Personeelsgesprekker (alleen Rijks) b / minimaal een personeelogesprek gevoerd 90,3% -G 3%/’t 1 .0 .---. Ja 36 Ja Ja Ja Gebruiksvoorwaarde GVM is actueel (ja of nee) monitor (GVM) is actueel Ij11Ijtl’aduqLj klachten Aantal jeugdigen a. Totaal aantal onherroepelijk afgehandelde klachten b. Aantal daarvan dat gegrond is verklaard a. Aantal time-outs b. Aantal ordemaatregelen uitsluiting >4 uur Verwijdering uit de groep: Time-outs, ordemaatregelen en disciplinaire straffen 38 Kwaliteit - c. Aantal ordemaatregelen plaatsing in afzondering d. Aantal tijdelijke overplaatsingen als ordemaatregel e. Aantal disciplinaire straffen f. Aantal negatieve overplaatsingen a. % Wekelijks contact met ouders/netwerk b. Aantal 2e PP besprekingen waarvoor nuders/netwerk zijn uitgenodigd c. Aantal 2e PP besprekingen waarbij ruders/netwerk aanwezig waren d. ‘/, Overdrachtsmomenten op leefgroep met ‘chool n. ‘!, <3 weken eerste perspectiefplan 41 10 41 -31 10 10 -7 1200 86 64 90 240 960 100 50 35 77 162 -62 30 13 5 11 29 1 0 0 0 1 1 15 6 4 3 13 2 0 2 0 0 2 -2 100,0°!, 100,0°!, 100,0% 33 100,0°!, 5 100,0°/o 15 100,0% 53 0,0% 100% 3 50,0% 29 4 8 41 77% 100,0’!, 100,0% 100,0°!, 100,0°!, 100,0% 0,0% 40,0’!, 60,0’!, 46,7% 60,0 100,0°!, 40,0°/ Pagina 22 van 64 Jaarverslag 2013 331 De Hunnerberg 1 05-03-2014 jeugdigen met PIJ-maatregel jeugdigen met jeugddetentie/iangverblijf 12 b. Voortijdig afgebroken STP: - - - - jeugdigen met PIJ-maatregel jeugdigen met jeugddetentie/Iangverblijf 90% 60% 0 0 40°!, 25% 278% 0 0% 0% 52 0% 0% 0 0 0 0 1 0 100% 0% 10% 40% 100% 100% 600/, 100% 75% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0°!, 100,0% 100,0°!, 100,0% 0,0% 100,0% 40,0°k 38,9°/s 58,8°!, 46,0% -54,0% 100,0% 33,0% 33,3°!, 17,7% 28,0% -72,0% 100% 0% c. Uitstoom zonder STP: jeugdigen met PIJ-maatregel - jeugdigen met jeugddetentie/langverblijf - 72,% e 60% *% Voorbereiding op nazorg a. % Binnen 1 week besproken op netwerkberaad b. % Besproken op trajectberaad dmv: - fysiek aanwezig of - schriftelijke input c. % IJitgestroomde jeugdigen dat: 39 - - - beschikt over dagbesteding 95,0°!, 83,0°!, 88,2°/s 88,5% beschikt over woonplek 100,0°!, 100,0% 97,1°!, 99,2% beschikt over dagbesteding en woonplek 95,0°!, 83,0°!, 88,2% 88,5% 5,0% 17,0°!, 11,8°!, 11,5% 1,5 50,0°!, 0,0% 50,0°/s 21,4% ,4% 21 d. % Uitgestroomde jeugdigen datnkt beschikt over dagbesteding en/of woonplek: - niet beschikt over dagbesteding en/of woonplek van de jeugdigen zonder dagbesteding en/of woonplek_dat_is_overgedragen_aan_ketenpartners - ‘1, 100!, Pagina 23 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Pagina 24 van 64 Jaarverslag 2013 JiJ De Hunnerberg 1 05-03-2014 Financiële verantwoording 1 4 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 4.1. Balans In bijlage 3 is de balans 2013 opgenomen, met daarbij ook de toelichting op enkele specifieke posten. De verschillende onderdelen worden hieronder toegelicht. 4.1.1. Materiële vaste activa De afname in materiële vaste activa is voornamelijk ontstaan door de afboeking van de activa als gevolg van de afstoting van De Maasberg eind 2013. 4.1.2. Vorderingen De stand is aanmerkelijk hoger dan vorig jaar. De subsidie ESF over 2011, 2012 en 2013 is nog steeds niet ontvangen. De overige vorderingen zijn voornamelijk nog niet betaalde facturen over december 2013, zoals detacheringfactu ren, en de nog te ontvangen bijdrage van het hoofdkantoor. 4.1.3. Exploitatie reserve De afname van de exploitatie reserve wordt verklaard door het negatieve resultaat over 2013. Hierin is het voorstel voor afrekening van de bono’s verwerkt. 4.1.4. Aflossingen en rente De hoogte van het bedrag neemt af als gevolg van de aflossing van bestaande leningen en het feit dat er in 2013, evenals voorgaande jaren, geen nieuwe leningen zijn aangegaan. 4.1.5. Schulden en verplichtingen Deze post bestaat uit de volgende onderdelen: Het crediteurensaldo van € 111.350 betreft nog te betalen facturen. De te betalen onderlinge leveringen bestaan uit een factuur voor het wagenpark van DV&O en een factuur van het Opleidingsinstituut. De post ‘Nog te betalen bijdragen hoofdkantoor’ ter hoogte van € 297.338 bestaat uit meerdere posten en wordt in bijlage 3 onderbouwd. Er is een reservering opgenomen voor het vakantiegeld en de eindejaarsuitkering ten bedrage van € 398.000 en voor de nog te betalen TOD, overwerk en sociale lasten van € 83.000. De post ‘Overige nog te betalen’ bestaat voornamelijk uit nog te betalen detacherings vergoedingen en reserveringen met betrekking tot energie, schoonmaak, telecenter, ticketprinter, etc.. 4.1.6. Berekening exploitatiereserve 2012 De normatieve bijdrage is gebaseerd op de laatste bijdrage brief uit 2013, met daarin de correcties uit correctieperiode 1 en 2 verwerkt. Als gevolg van de definitieve afrekening van de bono’s kan dit bedrag nog bijgesteld worden, waardoor de bestemmingsreserve ook kan wijzigen. 4.2. Winst- en verliesrekening De winst- en verliesrekening 2013 is ook in bijlage 3 weergegeven. Hierop staan de bedragen per kosten- en opbrengstensoort weergegeven. Alle gegevens zijn gebaseerd op de boekingen t/m correctieperiode 2 2013. De meest opvallende afwijkingen worden hieronder toegelicht. 4.2.1. Personeelskosten In de daling van de personeelskosten t.o.v. 2012 zijn de laatste effecten van de reorganisatie zichtbaar. De kosten zijn uiteindelijk iets hoger dan begroot; met name de werkgeverslasten bleken als gevolg van de landelijke belasting maatregelen hoger dan verwacht. De opbrengsten uit detacheringen in 2013 vielen tegen: De Hunnerberg heeft redelijk vol gezeten en er is weinig ruimte/noodzaak om personeel te detacheren. Daarnaast is de inhuur hoger geweest dan gepland o.a. als gevolg van vervanging tijdens zwangerschapsverlof en langdurige ziekte. Maar ook doordat we constateren dat in de huidige personele bezetting weinig ruimte zit. 4.2.2. Materiële kosten Deze post bestaat uit een groot aantal rekeningen en in de analyse hiervan kom je al snel in de relatief kleine posten terecht. Enkele grote bijzonderheden: in de begroting zijn nog de kosten voor het SSC-I opgenomen, maar niet in de realisatie (€ 270.000); o de kosten van de RGD zijn € 300.000 hoger dan begroot; de energiekosten stijgen met bijna € 100.000 ten opzichte van 2012; overall in de kosten voor onderhoud, schoonmaak en overige bureaukosten een voorzichtige is een daling zichtbaar; in de kosten gerelateerd aan de jongeren een lichte stijging. De daling in de afschrijvingskosten wordt veroorzaakt door de afboeking van de activa <€ 2.000 eind 2012 die niet goed was opgenomen in de begroting en de afboeking van de activa van De Maasberg. De (gecorrigeerde) kosten van de afboeking zijn apart zichtbaar in de Winst- en verliesrekening. Pagina 26 van 19 Jaarverslag 2013 JiJ De Hunnerberg 1 05-03-2014 4.2.3. Opbrengsten De integrale bijdrage is t.o.v. 2012 gedaald. In de hier opgenomen bijdrage zijn de voorgestelde correcties verwerkt. De opbrengst ESF is met ruim € 100.000 gestegen als gevolg van een voorlopige eindafrekening ESF 2013 door bureau Noord. De overige opbrengsten vertonen een stijging omdat er meer ontvangen is aan restitutie WAO/ ziektegelden. Het blijft lastig om hier goed inzicht in te krijgen. 4.2.4. Resultaat Het resultaat in 2013 komt uit op een verlies van € 511.000. Het hele jaar heeft de inrichting in de rapportages aangegeven uit te komen op een verlies tussen de € 400.000 en 600.000. De bestemmingsreserve van de inrichting is daarmee zo goed als uitgeput. 4.3. Afrekening bono In bijlage 3 staat de onderbouwing bijdrage hoofdkantoor en aanwending geoormerkte bijdrage weergegeven. De verschillende onderdelen worden hieronder toegelicht. De bono voor afschrijvingskosten en rentekosten van bovennormatieve investeringen zijn budget neutraal. o De bono voor huisvestingskosten RGD is budget neutraal. De kosten RGD huur over 2013 zijn hoger dan de toegekende bono, waardoor er een aanvullende bono aangevraagd is ter dekking van de kosten. o De bono voor BHV toelage is hoger dan de uitbetaling van toelage in 2013, als gevolg van een onterechte aanname in de begroting. o Hbo-opleiding: er zijn uiteindelijk minder medewerkers in opleiding gegaan dan oorspronkelijk gepland en een groot deel is halverwege 2013 afgestudeerd, met als gevolg lagere vervangingskosten. De aanvraag voor de bono Tolken AMV is niet uitgeput als gevolg van het besluit begin 2013 dat de AMV-ers vanaf het voorjaar niet langer een doelgroep van De Hunnerberg zouden zijn. Door uitstel van verschillende verbouwingen (o.a. de perimeter) is het niet nodig geweest om extra beveiliging in te huren, met als gevolg dat de bono niet wordt uitgeput. De aangevraagde bono voor de boventalligheid is berekend op basis van het verschil tussen de normformatie voor een capaciteit van 66 plaatsen en de formatie zoals opgenomen in o ons O&F voor 72 plaatsen. Dit omdat 2013 letterlijk een tussenjaar was met een tijdelijk lagere capaciteit en het niet mogelijk! efficiënt is om voor deze periode personeel af te laten vloeien. Aangezien de berekening gemaakt is op basis van twee normatieve bedragen wijkt de realisatie niet af van de aanvraag. De medewerker P-beheer is ook gedetacheerd naar de Heuvelrug en deze opbrengsten zijn in mindering gebracht op de bono. Daardoor een kleine teruggave. De afgesproken resultaten van de testassistent zijn gerealiseerd. Voor de werkplekkosten is recent een opgave van het SSC-I ontvangen. Op basis hiervan is een correctie doorgevoerd, wat leidt tot een minder grote negatieve bono. In de bono-toekenning voor de versnelde afschrijving van De Maasberg bleek een kleine fout te zitten. Dit is in het overzicht gecorrigeerd. De cijfermatige onderbouwing van deze bono’s is opgenomen in bijgevoegde Excel-document. 4.4. Personeel In bijlage 3 zijn de overzichten ‘Specificatie raming personeelskosten excl. Uitzendkrachten en staglairs’ en ‘Inleen en uitleen personeel (detachering, uitzendkrachten)’ opgenomen. Pagina 27 van 19 Jaarverslag 2013 fl1 De Hunnerberg 1 05-03-2014 Pagina 28 van 19 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 5. Bij lagen 1 05-03-2014 1 Overzicht erkende gedragsinterventies 6E UA euI6Qd sanuaAJa4u!s5apa6 apuaia wD!zJaAo 1 t’ioz-Eo-so 1 6quunF-i Q IEr ETO beIsJoMeoc Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Overzicht erkende gedragsinterventies Bijlage 1: Overzicht erkende gedragsnterventies Pagina 31 van 19 Jaarverslag 2013 fl1 De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Overzicht erkende gedragsinterventies AR op Maat (compleet) Brains4Use L Geïndiceerd 3 0 0 2 0 0 0 0 0 0 0 0 Geïndiceerd 3 Gestart Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! 3 0 1 1 4 4 0 1 0 0 2 2 0 0 0 1 0 0 0 0 0 0 Geïndiceerd Gestart Afgerônd in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-!afgerond/uitval) 0 0 6 7 11 6 2 13 4 4 0 4 1 8 Geïndiceerd Gestart 0 0 0 0 0 0 Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 0 0 1 0 0 0 0 0 0 Gestart Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-!afgerond/uitval) 2 1 Out of crilce AR op Maat (module) 1 2 0 0 afoerond/uitv 0 In Control SoVa op Maat (compleet) Geïndiceerd Gestart 1 0 Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! afoerond/uitva 0 0 0 0 Geïndiceerd Gestart Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! afoerond/uitva 0 0 0 Buitenprogramma (WW) SoVa op Maat (module) Geïndiceerd 4 2 6 Geïndiceerd 0 0 0 Gestart Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 2 1 2 0 3 2 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 1 3 Gestart Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! afgerond/uitva 1) 0 0 0 8 5 1 0 3 4 11 9 Geïndiceerd Gestart 3 2 2 3 5 5 3 1 4 1 0 0 0 3 0 3 4 0 4 Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! fop ro nrf /11 itv I’l 2 0 2 Doorlopend (gestart-f afcierond/uitva 1) 0 0 2 Leren van delict (fase 2) Leren van delict (fase 1) Geïndiceerd Gestart Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-! afgerond/uitval) Totaal Totaal Aantal jongeren in aanmerking voor indicatie Aantal jongeren geïndioceerd voor 1 of meer interventies 29 2 31 Geïndiceerd 28 22 50 21 2 23 Gestart 19 15 34 3 7 2 14 5 5 10 7 Afgerond in 2013 Uitgevallen in 2013 Doorlopend (gestart-!fgerond/uitval) 19 — Pagina 32 van 19 -o S bi 0 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 1 Inleiding De missie en de visie van JJI De Hunnerberg sluit aan op de landelijke visie op incidenten in justitiële jeugdinrichtingen: “Van verwijtbaar naar vermijdbaar”, 2011. Vanuit een pedagogische opdracht wordt gewerkt met jongeren en niet alle incidenten zijn te voorkomen. Een deel van de incidenten is inherent aan de problematiek van de jongeren en daarom wordt een incident vaak beschouwd als een noodzakelijk leermoment voor de jongere en de direct betrokken medewerkers. Het incidentenbeleid van JJI De Hunnerberg is gericht op het voorkomen van vermijdbare incidenten en verwijtbaar handelen. Integer en transparant handelen staan voorop. Door het uitoefenen van evaluatie, zelfreflectie en feedback op de afdelingen en het registeren, analyseren van incidenten en het treffen van verbetermaatregelen, is JJI De Hunnerberg een lerende organisatie die streeft naar continue verbetering van de kwaliteit van haar dienstverlening. JJI De Hunnerberg kent het Incidentenloket en de Incidentencommissie. Het Incidentenloket heeft een coördinerende en controlerende rol bij het verzamelen en registreren van alle incidenten in de organisatie. Het Incidentenloket ziet er op toe dat ernstige incidenten (o.a. calamiteiten) of meer complexe incidenten (meerdere afdelingen zijn er bij betrokken) door de Incidentencommissie in behandeling worden genomen. Het Incidentenloket wordt bemand door de kwaliteitsmedewerker, de juridisch medewerker en de preventiemedewerker. De Incidentencommissie analyseert de incidenten op casusniveau. Verbeterrapportages worden opgesteld met suggesties voor verbetermaatregelen. Deze maatregelen worden in lijn met de procedure Corrigerende en Preventieve maatregelen door de proceseigenaar uitgezet en doorgevoerd. De Incidentencommissie bestaat uit een vertegenwoordiging van alle afdelingen binnen JJI De Hunnerberg. Het regulier analyseren van incidenten gebeurt op afdelingsniveau, daar waar het incident heeft plaatsgevonden. Het team of een aangewezen groep bespreekt het incident op casusniveau. Binnen de P&C cyclus worden incidenten tweemaandelijks gerapporteerd en besproken door de leidinggevende met het betreffende MT-lid. Hierbij wordt geanalyseerd op trends. Beide methodes leiden tot verbetermaatregelen op afdelingsniveau, die terug te vinden zijn in de verslagen van de teamvergaderingen. Incidenten worden geregistreerd in het incidentenregistratiesysteem. Daarmee heeft de inrichting overzicht over het aantal en soort incidenten. Naast incidenten die betrekking hebben op jongeren, worden ook incidenten geregistreerd die betrekking hebben op medewerkers of de organisatie. Bij elke calamiteit wordt een calamiteitenanalyse opgesteld en aan inspectie jeugdzorg gestuurd. De sectordirectie JJI ontvangt een melding bijzonder voorval indien een calamiteit heeft voorgedaan. Het jaar 2013 stond voor JJI De Hunnerberg in het teken van de transitie. Bepaalde doelgroepen, zoals de AMV-ers en de meisjes verdwenen en ook sommige afdelingen kregen een andere bestemming. De meisjes zijn op 2 april 2013 overgeplaatst naar De Heuvelrug en de AMV-ers zijn op 15 april 2013 overgeplaatst naar Het Keerpunt. Vanaf dat moment werd langzaam toegewerkt naar een volledige bezetting van acht afdelingen met alleen strafrechtelijk geplaatste jongens. Uiteindelijk heeft dit geleid tot twee korttraject afdelingen (A en B), vier langtraject afdelingen (C, D, E en F) en twee bijzondere zorg afdelingen (kort: G en lang: H).Vanwege de relatief korte periode dat de AMV-ers en de meisjes in 2013 binnen De Hunnerberg hebben verbleven en het geringe aantal incidenten waarbij deze doelgroepen betrokken was, hebben wij besloten deze twee groepen buiten beschouwing te laten in deze rapportage. Dit om de rapportage niet te complex te maken. Bijzonder aan deze rapportage is tevens dat dit de eerste jaarrapportage is. Voorheen werd elk halfjaar een incidentenrapportage opgesteld. Om de cijfers goed te kunnen vergelijken met de voorgaande periode hebben we de cijfers van het eerste en tweede halfjaar van 2012 bij elkaar opgeteld. Een aantal categorieën incidenten zijn echter in de tweede halfjaarrapportage van 2012 voor het eerst opgenomen. In die gevallen zou vergelijking van de cijfers een onjuist beeld geven en daarom laten we dit dan ook achterwege. Pagina 34 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 2 Reikwijdte analyse Soort analyse Analyse van het aantal incidenten in JJI De Hunnerberg: • Verbaal geweld jongeren onderling • Verbaal geweld jongeren tegen personeel • Fysiek geweld jongeren onderling • Fysiek geweld jongeren tegen personeel • Seksueel grensoverschrijdend gedrag Incidenten tijdens onderwijs • Beveiligingsincidenten • Aantal ordemaatregelen • Aantal disciplinaire straffen Analyse van Meldingen bijzonder voorval JJI De Hunnerberg Periode 2013 Capaciteit Totaal: 66 plaatsen A 6 C D E F G H kort kort lang lang lang lang lang kort trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling 10 plaatsen 10 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 10 plaatsen jongens jongens jongens jongens jongens jongens jongens bijzondere zorg jongens bijzondere zorg Bezetting 2013 Bestemminq Jan Feb Mrt Apr Mei Jun Jul Aug Sep Okt Nov Dec 104,7 89,497,8 90,1 99,3 NBI kort 97,0 66,540,8 79,7 96,0 73,8*100,7 NBI lang 108,3 109,5 117,7 99,4 88,9 89,6 94,8j 96,9 96,3j96,0 95,0 97,1 Beveiligingsniveau Alle leefgroepen van iii De Hunnerberg zijn normaal beveiligd. Pagina 35 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 3 Statistieken 3.1 Overzicht incidenten 3.1.1 Incidenten: verbaal en fysiek geweld tegen jongeren en personeel Verbaal tussen jonge ren A B C D E F G H Totaal Verbaal tegen medewerker Fysiek tussen jongeren Fysiek tegen medewerker Totaal 1 1 0 1 2 2 5 5 10 5 11 6 7 3 6 3 1 0 0 3 3 0 0 1 0 1 4 1 0 0 17 10 12 7 15 11 12 5 14 52 16 7 89 6 1 Bovenstaande tabel betreft het aantal incidenten dat heeft plaatsgevonden. Indien meerdere jongeren bij hetzelfde incident betrokken zijn geweest, is het incident één maal geteld. De periode betreft geheel 2013. In 2013 zijn er in totaal 89 meldingen geregistreerd van verbaal en fysiek geweld jongeren onderling en jongeren tegen personeel. Van dit totaal zijn er 66 meldingen verbaal geweld en 23 meldingen fysiek geweld. Gegevens die opvallen uit het registratieoverzicht incidenten verbaal en fysiek geweld: • Verbaal geweld tegen medewerker is het meest voorkomend geweld (58°h). • Verbaal geweld tegen medewerker heeft de hoogste score op afdelingen C en E. • Er zijn relatief meer incidenten op de groepen A, 8, C, E, F en G, voornamelijk verbaal geweld. • Zeer laag aantal incidenten verbaal en fysiek geweld op de groepen D en H. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): • Het totaal aantal incidenten is dit jaar ongeveer gelijk gebleven (van 87 naar 89). • Het aantal incidenten ‘Verbaal tussen jongeren’ is iets afgenomen (van 15 naar 14). Het aantal incidenten ‘Verbaal tegen medewerker’ is 33% meer (van 39 naar 52). Het aantal incidenten ‘Fysiek tussen jongeren’ is iets minder (van 18 naar 16). • Het aantal incidenten ‘Fysiek tegen medewerker’ is 53% minder (van 15 naar 7). Deze gegevens zijn feitelijk. Voor de betekenisgeving van de aantallen en de verschillen met de vorige periode verwijzen wij naar de analyses in hoofdstuk 4. 3.1.2 Incidenten: seksueel grensoverschrijdend gedrag In deze periode hebben zich geen incidenten voorgedaan die te maken hebben met seksueel grensoverschrijdend gedrag. Pagina 36 van 64 Jaarverslag 2013 iii De Hunnerberg 3.1.3 A B C D E F G H Totaal 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 Incidenten: contrabanden Bezit contrabande 5 15 4 3 3 7 1 9 47 Bovenstaande tabel betreft het aantal incidenten dat heeft plaatsgevonden. Indien meerdere jongeren bij hetzelfde incident betrokken zijn geweest, is het incident één maal geteld. De periode betreft geheel 2013. Gegevens die opvallen uit het registratieoverzicht incidenten bezit contrabande: Op afdeling G komt bezit contrabande zeer weinig voor in deze periode. Afdeling B heeft aanzienlijk meer incidenten ‘Bezit contrabande’ dan de andere afdelingen. — Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Deze categorie werd in de rapportage van juni december 2012 voor het eerst meegenomen. Deze rapportage besloeg een periode van een halfjaar. Het vergelijken van de cijfers van 2013 met de cijfers van de vorige rapportage zou geen juist beeld opleveren en wordt derhalve ook niet gedaan. — 3.1.4 Incidenten: onderwijs Weigeren gedragsinstructie Onrespectvol naar docent Onrespectvol naar medeleerlingen Agressie naar docent Agressie naar medeleerlingen Overige Incidenten tijdens onderwijs 36 25 5 3 1 29 99 Totaal Bovenstaande tabel betreft het aantal incidenten dat heeft plaatsgevonden. Indien meerdere jongeren bij hetzelfde incident betrokken zijn geweest, is het incident één maal geteld. De periode betreft geheel 2013. Gegevens die opvallen uit het registratieoverzicht incidenten onderwijs: • Weigeren gedragsinstructie is het meest voorkomende incident (36%). • De categorie ‘Overige’ (29%) en ‘Onrespectvol naar docent’ (25%) vinden relatief ook veel plaats. • De drie andere categorieën incidenten vinden aanzienlijk minder plaats. - Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Deze categorie werd in de rapportage van juni december 2012 voor het eerst meegenomen. Deze rapportage besloeg een periode van een halfjaar. Het vergelijken van de cijfers van 2013 met de cijfers van de vorige rapportage zou geen juist beeld opleveren en wordt derhalve ook niet gedaan. 3.1.5 Incidenten: beveiliging — In deze periode hebben zich geen beveiligingsincidenten voorgedaan. Pagina 37 van 64 ]aarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 3.2 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 Overzicht ordemaatregelen en disciplinaire straffen 3.2. .1 A B C D E F G H Totaal Ordemaatregelen Kamerplaatsing Plaatsing Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing > 4 uur <4 uur afzondering 61 0 5 24 32 3 58 11 0 44 28 2 17 0 9 52 1 1 37 13 7 0 90 37 46 33 0 2 21 10 25 3 0 6 16 0 23 11 0 12 196 150 23 1 370 Bovenstaande tabel betreft het aantal ordemaatregelen dat is opgelegd. In dien meerdere jongeren bij hetzelfde incident betrokken zijn geweest en zij allemaal een ordemaatregel opgelegd hebben gekregen, is elke maatregel geteld. De periode betreft geheel 2013. In 2013 zijn er in totaal 370 ordemaatregelen geregistreerd. Hiervan zijn 196 kamerplaatsingen korter dan vier uur, 150 kamerplaatsingen langer dan vier uur, 23 plaatsingen in de afzonderingscel en één overplaatsing. Gegevens die opvallen uit het registratieoverzicht ordemaatregelen: Afdeling H heeft slechts 6 plaatsingen in totaal. • • Afdelingen A, B, D en E hebben relatief veel plaatsingen in totaal, respectievelijk 61, 58, 52 en 90. • Afdelingen A, B, D en E hebben relatief veel kamerplaatsingen korter dan vier uur. • Afdelingen A en E hebben relatief veel kamerplaatsingen langer dan vier uur. • Afdeling E heeft het hoogste aantal plaatsingen in de afzondering. Afdeling H heeft geen afzonderingsplaatsingen. • • Er is slechts één overplaatsing, op afdeling D. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal ordemaatregelen is dit jaar 23% meer (van 299 naar 370). • • Het aantal kamerplaatsingen korter dan vier uur is 55% meer (van 126 naar 196). • Het aantal kamerplaatsingen langer dan vier uur is 35% meer (van 111 naar 150). % minder (van 62 naar 23). 2 • Het aantal plaatsingen in de afzondering is 6 Deze gegevens zijn feitelijk. Voor de betekenisgeving van de aantallen en de verschillen met de vorige periode verwijzen wij naar de analyses in hoofdstuk 4. Pagina 38 van 64 Jaarverslag 2013 fl1 De Hunnerberg 3.2.2 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 Disciplinaire straffen Uitsluiting activiteiten 22 25 13 14 9 43 5 14 A B C D E F G H Totaal Overplaatsing Totaal Plaatsing afzondering of andere ruimte 27 0 49 31 0 56 3 0 16 24 0 38 65 0 56 26 0 69 7 0 12 26 0 12 145 186 0 331 Bovenstaande tabel betreft het aantal disciplinaire straffen dat is opgelegd. Indien meerdere jongeren bij hetzelfde incident betrokken zijn geweest en zij allemaal een disciplinaire maatregel opgelegd hebben gekregen, is elke maatregel geteld. De periode betreft 2012. Gegevens die opvallen uit het registratieoverzicht disciplinaire straffen: • • • • In deze periode zijn er relatief veel incidenten die hebben geleid tot een disciplinaire straf. Van de 186 plaatsingen vonden slechts tien plaatsingen plaats in de afzondering. In vergelijking met het aantal opgelegde ordemaatregelen zijn er in deze periode iets minder disciplinaire straffen. Er zijn geen overplaatsingen. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): • • • Het totaal aantal disciplinaire straffen is dit halfjaar duidelijk vermeerderd (van 88 naar 331). Het aantal uitsluiting van activiteiten is sterk vermeerderd (van 5 naar 145). Het aantal plaatsingen op eigen kamer is veel meer (van 83 naar 186). Deze gegevens zijn feitelijk. Voor de betekenisgeving van de aantallen en de verschillen met de vorige periode verwijzen wij naar de analyses in hoofdstuk 4. Overzicht meldingen bijzonder voorval 3.3 In de Incidentencommissie is afgesproken dat elke Melding bijzonder voorval wordt besproken. Op basis van een aantal criteria (ernst, mate van vermijdbaarheid en risico) wordt besloten of de betreffende casus wel of niet verder dient te worden geanalyseerd. In 2013 hebben 27 incidenten plaatsgevonden waarvoor een melding bijzonder voorval is opgesteld. Hieronder volgt een overzicht van de meldingen bijzonder voorval van deze periode. Hierbij is in de laatste kolom aangegeven of de melding is geanalyseerd door de Incidentencommissie. De gekleurde meldingen zijn MBV’s waarbij een AMV-er of meisje betrokken was. Zoals in de inleiding reeds vermeld, nemen wij deze doelgroepen niet (meer) mee in onze analyse, maar voor de volledigheid worden ze hier wel vermeld. Analyse Ja Datum 14-01-2013 Categorie Ongeoorloofde afwezigheid Omschrijving Jongere is niet teruggekeerd na onbegeleid verlof. 25-01-2013 Ongeoorloofde afwezigheid Jongere is weggefietst tijdens begeleid verlof. 14-02-2013 Agressie tegen personeel dat letsel Jongere heeft medewerker geslagen. tot gevolg heeft Agressie tegen personeel Jongere heeft een medewerker geslagen toen deze zijn 16-02-2013 Nee Ja Ja Pagina 39 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunrierberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 dat kamer betrad om hem over te plaatsen naar de afzondering Jongere heeft groepsgenoot geslagen. Nee dat Jongere heeft een andere jongere geslagen. Nee dat Jongere heeft een glas gegooid naar een groepsgenoot. Ja dat Jongere heeft groepsgenoot geslagen. Ja Jongere heeft groepsgenoot geschopt en geslagen. Ja Jongere heeft een suïcidepoging ondernomen. Ja dat letsel tot gevolg heeft 09-03-2013 24-03-2013 Agressie tegen justitiabele letsel tot gevolg heeft Agressie tegen justitiabele letsel tot gevolg heeft Agressie tegen justitiabele letsel tot gevolg heeft Agressie tegen justitiabele letsel tot gevolg heeft Agressie tegen justitiabele dat letsel tot gevolg heeft Poging tot suïcide 26-03-2013 Poging tot ontvluchting 09-05-2013 11-05-2013 Agressie tegen justitiabele dat letsel tot gevolg heeft Aantreffen contrabande 13-05-2013 Ongeoorloofde afwezigheid 13-05-2013 Ongeoorloofde afwezigheid 23-05-2013 Ongeoorloofde afwezigheid 31-05-2013 Agressie tegen justitiabele dat letsel tot gevolg heeft Agressie tegen justitiabele dat letsel tot gevolg heeft Ongeoorloofde afwezigheid 15-03-2013 23-03-2013 23-03-2013 23-03-2013 13-08-2013 13-08-2013 Jongere heeft een poging ondernomen om te ontvluchten uit de inrichting. Jongere heeft groepsgenoot geslagen met het filter van de wasmachine. Bij controle van de kleding die door bezoek was ingevoerd, bleek er een klein zakmesje in één van de zakken van een broek te zitten. Jongere verbleef onder art. 48 in de instelling Schakenbosch in Leidschendam. Op school (op terrein) was een vechtpartij tussen andere jongeren waar zij bang van werd. Ze is weggerend en niet teruggekeerd. Jongere was op het moment van ophalen niet aanwezig op het afgesproken adres. Jongere was niet op tijd terug van onbegeleid verlof. Bij terugkomst in de inrichting had hij meerdere verwondingen en was hij onder invloed van alcohol. Jongere heeft groepsgenoot geslagen. Nee Nee Nee Nee Ja Ja Nee Jongere heeft groepsgenoot een kopstoot gegeven. Ja Jongere is tijdens begeleid verlof naar huis naar het toilet gegaan en niet meer teruggekeerd. Jongere heeft groepsgenoot geslagen. Ja Tijdens onderwijs hebben twee jongeren met meubilair gegooid richting de docent. Tijdens onderwijs hebben twee jongeren met meubilair gegooid richting de docent. Een jongere die in de inrichting verbleef in verband met een correctieplaatsing heeft een groepsgenoot geslagen. Ja Ja 26-09-2013 Agressie tegen justitiabele dat letsel tot gevolg heeft Ernstige ordeverstoring 26-09-2013 Ernstige ordeverstoring 02-10-2013 Agressie tegen justitiabele dat letsel tot gevolg heeft 19-10-2013 Politiecontact n.a.v. gepleegd delict door justitiabele tijdens STP Jongere is, terwijl hij een STP volgde, aangehouden door de politie. Hij bestuurde een auto zonder in het bezit te zijn van een rijbewijs en terwijl hij onder invloed van alcohol verkeerde. Ja 24-08-2013 Ja Ja 29-10-2013 Ongeoorloofde afwezigheid Jongere is niet teruggekeerd na onbegeleid verlof. Ja 06-11-2013 Algemeen Ja 06-12-2013 Ongeoorloofde afwezigheid Jongere is tijdens onbegeleid verlof aangereden op zijn fiets. Geen letsel. Zelfmelder heeft zich niet gemeld in de inrichting. Ja Pagina 40 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 4 Analyses 4.1 A B C D E F G H Inleiding: analyse algemeen kort kort lang lang lang lang lang kort trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling trajectafdeling 10 plaatsen 10 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 8 plaatsen 10 plaatsen jongens jongens jongens jongens jongens jongens jongens bijzondere zorg jongens bijzondere zorg De doeigroepkenmerken lijken bij de analyse een belangrijke indicatie voor de incidenten. Over het algemeen kan gesteld worden dat de kans op incidenten bij de groep ‘Jongens kort traject’ hoger is dan bij de andere groepen. Dit algemene beeld kan natuurlijk anders zijn, bijvoorbeeld als gevolg van kenmerken van het gedrag van specifieke jongeren. De afdelingen kort traject jongens (A en B) hebben over het algemeen meer incidenten dan de andere afdelingen. De samenstelling van de groep wisselt regelmatig en kan in een kort tijdsbestek veranderen. Jongeren hebben over het algemeen nog weinig probleembesef of hebben moeite met de acceptatie van de aan hen opgelegde preventieve hechtenis. Nieuwe jongeren moeten zich eerst veilig gaan voelen. Ze moeten wennen aan de structuur en het ritme en vaak ook nieuw gedrag aanleren alvorens ze zonder grote problemen meedraaien. De duur van het verblijf bepaalt de mate waarin het mogelijk is de jongeren in dit proces mee te nemen. • De afdelingen C, D, E en F zijn langtrajectafdelingen. Deze afdelingen kennen over het algemeen relatief weinig incidenten. Dit heeft onder andere te maken met het perspectief dat ervaren wordt door een groter deel van deze jongeren en daarnaast ook door andere factoren, waaronder groepsgrootte, duidelijkheid over de verblijfsduur en acceptatie van de opgelegde maatregel. • Afdelingen G en H zijn bijzondere zorg groepen. Deze groepen bevatten jongeren met (ernstige) psychiatrische problematiek en/of jongeren met een licht verstandelijk beperking (LVB). Dit vereist een specifieke aanpak. Afdeling G is een langtrajectgroep en afdeling H is een korttrajectgroep. De cijfers van deze periode worden vergeleken met die van de vorige periode. Eventuele verschuivingen en/of trends worden beschreven. 4.2 Vergelijking van de bezetting van deze periode met de vorige (2012) • De AMV-ers zijn per 15 april 2013 vertrokken uit De Hunnerberg. • Met ingang van 2 april 2013 verblijven er geen meisjes meer in De Hunnerberg. De bezetting op de groepen ‘Jongens kort trajectf’ (afdelingen A en B) was gedurende het afgelopen • jaar wisselend. Dit hangt samen met de transitie en de verschuivingen tussen de verschillende 8%, dus minder dan het jaar ervoor (96,5%). 1 afdelingen. Gemiddeld was de bezetting 77 De bezetting op de groepen ‘Jongens lang traject’ (afdelingen C, D, E en F) in 2013 is vergelijkbaar met • de bezetting in 2012, namelijk een vrijwel volledige bezetting gedurende de gehele periode. In verband met de grote veranderingen in de bestemmingen van de afdelingen zal het lastig zijn de bezettingspercentages op een zinnige wijze te betrekken bij de analyse per afdeling. Waar mogelijk en relevant zullen wij dit echter zoveel mogelijk trachten te doen. Pagina 41 van 64 05-03-2014 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 4.3 1 Incidentenanalyse 2013 Analyse incidenten 4.3.1 Analyse incidenten per afdeling: verbaal en fysiek geweld tegen jongeren en personeel AfrIIii A Verbaal tussen jongeren Verbaal tegen medewerker Fysiek tussen jongeren Fysiek tegen medewerker Totaal 0 17 5 6 6 A In deze periode waren er niet veel incidenten verbaal en fysiek geweld. In verhouding tot de andere afdelingen vonden op deze afdeling echter wel meer geweldsincidenten plaats. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal geweidsincidenten is hoger (van 9 naar 17). Dit heeft te maken met de nieuwe doelgroep. In 2012 verbleven er AMV-ers op afdeling A. Sinds 15 april is afdeling A een groep voor kort traject en dus een afdeling met veel in- en uitstroom van jongeren. Hierdoor verandert de samenstelling van de groep regelmatig en dit kan invloed hebben op het aantal incidenten in een bepaalde periode. Afdelin B Fysiek tussen Fysiek tegen Totaal Verbaal tussen Verbaal tegen jongeren medewerker medewerker jongeren 1 1 5 3 B Op deze afdeling zijn er weinig incidenten verbaal en fysiek geweld. 10 Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal geweldsincidenten is iets afgenomen (van 13 naar 10). Afdeling B is een afdeling met veel in- en uitstroom van jongeren. Hierdoor verandert de samenstelling van de groep regelmatig en dit kan invloed hebben op het aantal incidenten in een bepaalde periode. Afdplii, C Fysiek tussen Fysiek tegen Totaal Verbaal tegen medewerker medewerker jongeren 1 0 12 1 10 C Het aantal incidenten ‘Verbaal tegen medewerker’ is op deze afdeling hoger dan op andere afdelingen. Verbaal tussen jongeren Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal geweldsincidenten is afgenomen (van 19 naar 12), ondanks het feit dat de bezetting ongeveer gelijk is gebleven. Een verklaring hiervoor kan wellicht worden gevonden in het feit dat afdeling C een andere doelgroep heeft ten opzichte van 2012. Afdeling C was een afdeling voor bijzondere zorg en is nu een afdeling voor lang traject. Afdelir D Verbaal tussen jongeren Verbaal tegen medewerker Fysiek tussen jongeren Fysiek tegen medewerker Totaal 7 1 1 5 0 D afdelingen weinig incidenten ‘Verbaal en fysiek geweld’. zijn in verhouding tot de andere Op deze afdeling Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het aantal incidenten ‘Verbaal en fysiek geweld’ is op deze afdeling duidelijk afgenomen ten opzichte van 2012 (van 23 naar 7). Een verklaring hiervoor kan wellicht worden gevonden in het feit dat afdeling D niet langer een afdeling is voor kort traject, maar lang traject is geworden. Over het algemeen vinden op lang traject afdelingen minder incidenten plaats. Pagina 42 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 AfdIin’ E Verbaal tussen jongeren Fysiek tussen Fysiek tegen Totaal Verbaal tegen medewerker jongeren medewerker 11 E 0 0 4 15 Op deze lang trajectafdeling zijn in deze periode niet veel geweldsincidenten. Het aantal incidenten ‘Verbaal tegen medewerker’ is op deze afdeling het hoogst in vergelijking met de andere afdelingen. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het aantal geweldsincidenten is ten opzichte van de vorige periode toegenomen (van 7 naar 15). De bezetting is echter ongeveer gelijk gebleven. Het feit dat op deze afdeling meer geweldsincidenten plaats hebben gevonden, hangt samen met het gedrag van één specifieke jongere. Afdeli F Verbaal tussen jongeren Verbaal tegen medewerker Fysiek tussen jongeren Fysiek tegen medewerker Totaal F 1 6 3 1 11 Op deze afdeling voor lang traject zijn in deze periode niet veel geweldsincidenten. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal geweldsincidenten is ten opzichte van de vorige periode toegenomen (van 6 naar 11). De bezetting is daarentegen ongeveer gelijk gebleven. Hier is geen eenduidige verklaring voor te vinden. Afripiji ( Verbaal tussen jongeren Verbaal tegen medewerker Fysiek tussen jongeren Fysiek tegen medewerker Totaal 7 G 2 3 0 12 Op deze afdeling bijzondere zorg lang traject zijn in deze periode niet veel incidenten ‘Verbaal en fysiek geweld’. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal incidenten ‘Verbaal en fysiek geweld’ is in deze periode sterk toegenomen op deze afdeling (van 3 naar 12). In 2012 verbleven er meisjes op deze afdeling en nu is afdeling G een afdeling voor bijzondere zorg. Deze doelgroep kent over het algemeen meer incidenten. A r nmii.H - -- Verbaal tussen jongeren Verbaal tegen medewerker Fysiek tussen jongeren Fysiek tegen medewerker H 2 3 0 0 Deze afdeling kent het minste aantal geweldsincidenten in deze periode. Totaal 5 Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het aantal geweldsincidenten is afgenomen (van 8 naar 5). De doelgroep is veranderd ten opzichte van 2012. De meisjes hebben plaatsgemaakt voor bijzondere zorg kort traject. Er is geen eenduidige verklaring te geven voor het geringe aantal geweldsincidenten op deze afdeling. 4.3.2 Analyse incidenten: seksueel grensoverschrijdend gedrag In deze periode hebben zich geen incidenten voorgedaan die te maken hebben met seksueel grensoverschrijdend gedrag. Pagina 43 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 4.3.3 A B c D E F G H Totaal 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 Analyse incidenten: contrabanden Bezit contrabande 5 15 4 3 3 7 1 9 47 De drie kort traject afdelingen A, 3 en H zijn samen verantwoordelijk voor 60% van de incidenten ‘Bezit contrabande’. Dit past bij het beeld van de kort trajectafdelingen, waarbinnen jongeren nog moeten wennen aan de nieuwe omgeving en bijbehorend regels. Afdeling B heeft de meeste incidenten op dit gebied. Het gaat hierbij om contrabanden zoals drugs, sigaretten, aanstekers, vloeitjes, gestripte batterijen en adapters. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Deze categorie werd in de rapportage van juni december 2012 voor het eerst meegenomen. Deze rapportage besloeg een periode van een halfjaar. Het vergelijken van de cijfers van 2013 met de cijfers van de vorige rapportage zou geen juist beeld opleveren en wordt derhalve ook niet gedaan. — 4.3.4 Analyse incidenten: onderwijs Weigeren gedragsinstructie Onrespectvol naar docent Onrespectvol naar medeleerlingen Agressie naar docent Agressie naar medeleerlingen Overige Incidenten tijdens onderwijs 36 25 5 3 1 29 99 Totaal Weigeren gedragsinstructie is het meest voorkomende incident. In de meeste gevallen betekent dit dat een jongere weigert aan het werk te gaan of zich bezig houdt met andere zaken dan onderwijs of sport. De categorie ‘Overige’ scoort daarna het hoogst. Hieronder vallen verschillende soorten incidenten, zoals het piepen van een detectiepoort wegens het bij zich dragen van een stuk gereedschap of het bewust niet meenemen van boeken. Een derde categorie die vaak voorkomt is ‘Onrespectvol naar docent’. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (januari t/m juni 2012): Deze categorie werd in de rapportage van juni december 2012 voor het eerst meegenomen. Deze rapportage besloeg een periode van een halfjaar. Het vergelijken van de cijfers van 2013 met de cijfers van de vorige rapportage zou geen juist beeld opleveren en wordt derhalve ook niet gedaan. — 4.3.5 Analyse incidenten: beveiliging In deze periode hebben zich geen beveiligingsincidenten voorgedaan. Pagina 44 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Incidentenanalyse 2013 4.4 Analyse ordemaatregelen en disciplinaire straffen Ten aanzien van de analyse van ordemaatregelen en disciplinaire straffen op afdelingsniveau dient een algemene opmerking gemaakt te worden. In het afgelopen jaar is veel aandacht besteed aan de registratie van ordemaatregelen en disciplinaire straffen. Hierdoor zullen de cijfers over het algemeen hoger liggen dan over het jaar 2012. Aan de andere kant zijn de cijfers betrouwbaarder en geven ze een realistischer beeld van de werkelijke situatie in de inrichting. 4.4.1 Analyse ordemaatrege/en per afdeling Afdplir A Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Kamerplaatsing Plaatsing > 4 uur afzondering <4 uur 0 61 5 24 32 A Het aantal ordemaatregelen is gedurende deze periode hoog. Wat opvalt, is dat het aantal kamerplaatsingen langer dan vier uur relatief vaak voorkomt. De redenen om een jongere op kamer te plaatsen zijn divers, bijvoorbeeld vanwege het weigeren van een gedragsinstructie, maar ook wegens fysiek of verbaal geweld. De afzonderingsplaatsingen zijn opgelegd wegens fysiek geweld en het vernielen van rijkseigendommen. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Er zijn meer incidenten op deze afdeling (van 19 naar 61 incidenten). Dit hangt samen met de nieuwe doelgroep. De AMV-ers hadden over het algemeen minder incidenten dan een kort trajectafdeling. Afdeling A is sinds april 2013 een kort trajectafdeling. Dit betekent veel in- en uitstroom van jongeren. De situatie waarin een jongere binnenkomt en hoe de problematiek van de jongere zich uit richting anderen speelt mee bij het aantal incidenten. Ook de aantallen in- en uitstroom en de directe interactie tussen de jongeren beïnvloeden het groepsdynamisch proces en het aantal incidenten. Er wordt door de medewerkers gestuurd op structuur en een positief leefklimaat. Afdelin’ B Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Plaatsing Kamerplaatsing > 4 uur <4 uur afzondering 0 11 3 58 44 B Het aantal ordemaatregelen is gedurende deze periode hoog. Kamerplaatsingen korter dan vier uur komen veel voor. Dit hangt samen met een aantal gebeurtenissen op de afdeling waar onderzoek naar gedaan moest worden, bijvoorbeeld vermiste aanstekers of een verdwijning van een CD bij Vrije Tijd en Vorming. Jongeren worden gedurende dit onderzoek kortdurig op kamer geplaatst met een zelfevaluatieformulier ter opheldering van de situatie. Daarnaast zijn er gedurende deze periode drie plaatsingen in de afzondering geweest. Deze hingen samen met een geweldsincident waarbij een jongere personeel had aangevallen. Afdeling B is een kortverblijf afdeling met veel in- en uitstroom van jongeren. De situatie waarin een jongere binnenkomt en hoe de problematiek van de jongere zich uit richting anderen speelt mee bij het aantal incidenten. Ook de aantallen in- en uitstroom en de directe interactie tussen de jongeren beïnvloeden het groepsdynamisch proces en het aantal incidenten. Er wordt door de medewerkers op structuur en een positief leefklimaat gestuurd. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Op deze afdeling zijn er meer ordemaatregelen dan gedurende de periode hiervoor (van 44 naar 58). Zoals hierboven reeds vermeld, is afdeling B een afdeling met veel in- en uitstroom van jongeren. Hierdoor verandert de samenstelling van de groep regelmatig en dit kan invloed hebben op het aantal incidenten in een bepaalde periode. Afdeling C Pagina 45 van 64 Jaarverslag 2013 fl1 De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Plaatsing Kamerplaatsing > 4 uur <4 uur afzondering 0 28 2 9 17 C voorgekomen gedurende het zijn bij elkaar 26 maal langer dan vier uur kamerplaatsingen korter en De afgelopen jaar. Dit zijn gemiddeld drie kamerplaatsingen per maand. De redenen om jongere op kamer te plaatsen zijn uiteenlopend. Verbaal geweld tegen personeel is een reden om jongeren op kamer te plaatsen, maar ook weigeren deel te nemen aan het dagprogramma of het weigeren van een gedragsinstructie. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): In vergelijking tot de vorige periode is het aantal ordemaatregelen duidelijk verminderd (van 58 naar 28). Een verklaring hiervoor kan gevonden worden in de nieuwe doelgroep. Afdeling C was een bijzondere zorg groep en is nu een afdeling voor lang traject. Over het algemeen hebben afdelingen voor lang traject minder incidenten. AfdeIin fl Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Kamerplaatsing Plaatsing > 4 uur afzondering <4 uur 1 1 52 37 13 D Het aantal ordemaatregelen is gedurende deze periode hoog. Er zijn vooral veel kamerplaatsingen korter dan vier uur. Dit is een gemiddelde van drie kamerplaatsingen per maand. De redenen om een jongere op kamer te plaatsen zijn uiteenlopend. Het aantal kamerplaatsingen langer dan vier uur is minder dan het aantal kamerplaatsingen korter dan vier uur. Hierop is ook in deze periode duidelijk gestuurd door het afdelingshoofd. Dit is een positieve tendens. Op deze afdeling is sprake geweest van één overplaatsing. Dit hield verband met een heftig geweldsincident waarbij meerdere jongeren van één afdeling betrokken waren. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Er zijn minder ordemaatregelen op deze afdeling dan gedurende de periode hiervoor (van 67 naar 52). Afdeling D was in 2012 een afdeling voor kort traject en is nu een afdeling voor lang traject. Deze verandering van doelgroep kan deze vermindering verklaren. AfdIir E T Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Kamerplaatsing Plaatsing > 4 uur afzondering <4 uur 0 90 7 37 46 E Het aantal ordemaatregelen is gedurende deze periode het hoogst op deze afdeling. Dit is volledig terug te voeren op één specifieke jongere. Deze jongere weigerde iedere samenwerking met groepsleiding en ander personeel en wilde niet op de groep verblijven, waardoor hij regelmatig een ordemaatregel opgelegd kreeg. Opvallend is ook het relatief hoge aantal afzonderingsplaatsingen op deze afdeling. Deze hingen samen met fysiek geweld, het weigeren van een gedragsinstructie en het terugkeren van verlof onder invloed van alcohol. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Op deze afdeling zijn er veel meer ordemaatregelen dan in de periode hiervoor (van 34 naar 90). Een verklaring hiervoor kan gevonden worden in het gedrag van één jongere (zie hierboven). F Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Plaatsing Kamerplaatsing > 4 uur <4 uur afzondering 0 33 2 10 21 F Het totaal aantal ordemaatregelen op deze afdeling is niet hoog. Het aantal kamerplaatsingen langer dan vier uur is hoger dan het aantal kamerplaatsingen korter dan vier uur. Afdeliri Pagina 46 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 De redenen om een jongere op kamer te plaatsen zijn divers. Wel worden jongeren vaak op kamer geplaatst wegens het weigeren van het dagprogramma. Dit betekent dat zij niet deel willen nemen aan het dagprogramma (onderwijs) of dat zij niet op tijd klaar zijn voor de aanvang van het dagprogramma. Dit past bij een langtrajectafdeling, omdat jongeren in deze fase van hun behandeling zelf verantwoordelijk zijn voor dit soort zaken. Afdeling F is een lang traject groep waar de jongeren al geruime tijd met elkaar verblijven. Jongeren zijn voornamelijk bezig met hun eigen traject, waardoor er over het algemeen weinig incidenten plaatsvinden. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het aantal ordemaatregelen op deze afdeling is ongeveer gelijk gebleven vergeleken met de periode hiervoor (van 31 naar 33). Dit is te verklaren vanuit zowel de stabiele doelgroep als de stabiele bezetting. Afdplii G Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Plaatsing Kamerplaatsing > 4 uur <4 uur afzondering 25 3 0 16 6 G Op deze afdeling zijn er niet veel ordemaatregelen in deze periode. Het aantal kamerplaatsingen korter dan vier uur komt het meest voor. De redenen om een jongere op kamer te plaatsen zijn divers, zoals een negatieve invloed op het pedagogisch leefklimaat, weigeren dagprogramma en verbaal geweld richting andere jongeren. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het totaal aantal ordemaatregelen ligt lager dan in de periode hiervoor (van 36 naar 25). In de vorige periode verbleven er meisjes op afdeling G. Eén van deze meisjes sliep vanwege haar problematiek iedere nacht in de afzondering, waarvoor een ordemaatregel moest worden opgesteld. Dit resulteerde in een groot aantal plaatsingen in de afzondering bij de telling. Afdelii H Overplaatsing Totaal Kamerplaatsing Plaatsing Kamerplaatsing > 4 uur <4 uur afzondering 0 23 0 12 11 H Op deze afdeling zijn er niet veel ordemaatregelen in deze periode. Er zijn geen afzonderingsplaatsingen. Het aantal kamerplaatsingen korter dan vier uur en langer dan vier uur zijn ongeveer gelijk. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Ten opzichte van de vorige periode is het aantal ordemaatregelen behoorlijk toegenomen (van 10 naar 23). Dit is volledig te verklaren door de nieuwe doelgroep. Voorheen verbleven er meisjes op deze afdeling en nu is het een afdeling voor bijzondere zorg kort traject. 4.4.2 A B C D E F Analyse disciplinaire straffen Overplaatsing Totaal Plaatsing Uitsluiting activiteiten afzondering of andere ruimte 49 0 22 27 56 0 25 31 0 16 13 3 38 24 14 0 9 56 0 65 43 26 0 G 5 7 0 H 14 12 0 69 12 26 145 186 0 331 Totaal Pagina 47 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 In de afgelopen periode zijn de standaard disciplinaire straffen strenger ingezet. Dit heeft geleid tot meer disciplinaire straffen. Jongeren krijgen in beginsel een standaard disciplinaire straf voor roken op kamer, het bezit van contrabande, een positieve uitslag van de urinecontrole (of een hoge PH-waarde), niet op tijd klaar zijn of weigeren dagprogramma en wanneer zij uit de les worden gestuurd. Ook is meer gestuurd op het gebruik van de disciplinaire straf uitsluiting van activiteiten. Van de 186 plaatsingen in afzondering of andere ruimte, waren slechts tien plaatsingen in de afzondering. De overige 176 plaatsingen waren allemaal op eigen kamer. De redenen om een disciplinaire straf op te leggen zijn heel divers, maar vooral terug te voeren op de categorieën waarvoor standaard disciplinaire straffen zijn vastgesteld. Vergelijking van deze periode met de vorige periode (2012): Het aantal disciplinaire straffen ligt aanzienlijk hoger dan in de periode hiervoor (van 88 naar 331). Hiervoor zijn meerdere oorzaken aan te wijzen. Allereerst het feit dat disciplinaire straffen het afgelopen jaar beter zijn geregistreerd. Een tweede oorzaak is het strenger en consequenter inzetten van de standaard disciplinaire straffen. Ook is een oorzaak te vinden in het feit dat de populatie binnen de inrichting erg is veranderd. Twee doelgroepen met relatief weinig incidenten, maatregelen en straffen zijn verdwenen en er zijn meer langtrajectgroepen gekomen. Tenslotte kan de onrust die alle verschuivingen met zich mee heeft gebracht voor zowel jongeren als personeel als oorzaak voor de stijging worden gezien. Pagina 48 van 64 ]aarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 5 Verbetermaatregelen 5.1 Verbetermaatregelen 2013 De verbetermaatregelen naar aanleiding van deze incidentenrapportage en —analyse omvatten verbetermaatregelen op het vlak van incidentenbeleid (vaststellen en implementeren), registratie en verbetermaatregelen op afdelingsniveau. Bijlage 1 bevat een verbeteradvieslijst van de Incidentencommissie voor het MT. 5.2 Verbetermaatregelen: analyse 2012 In deze paragraaf worden de verbetermaatregelen, die in de vorige analyse zijn aangegeven en in deze periode nog niet zijn afgerond, nogmaals benoemd met de stand van zaken en mogelijk nieuwe verbetermaatregelen. 2012) 1. Er is behoefte aan meer duidelijkheid over de vraag wanneer een MBV precies dient te worden ingevuld en op welke wijze dit dient te gebeuren. Begin 2013 zal de landelijke Instructie MBV van DJI dan ook een agendapunt zijn voor de Incidentencommissie. Dit punt is besproken. 2012) 2. We willen dat analyses van incidenten op afdelingsniveau grondiger worden uitgevoerd. Ten behoeve hiervan zal in de komende periode een methode worden ontwikkeld. Deze methode is nog niet ontwikkeld. 2012) 3. JJI De Hunnerberg streeft er naar om het aantal kamerplaatsingen terug te dringen en zeker kamerplaatsingen langer dan 4 uur die als ordemaatregel worden gehanteerd. Hiervoor zijn! worden verbetermaatregelen getroffen zoals: a. Monitoren van het aantal kamerplaatsingen langer dan 4 uur door Unitmanager Zorg & Opvoeding. Kamerplaatsingen langer dan 4 uur worden de komende periode nader opgesplitst in de categorieën <2 uur, 2-4 uur, 4-8 uur, 8-12 uur, 12-24 uur en > 24 uur. Dit om inzicht te krijgen in de betekenis van langer dan 4 uur’ en hier ook beter op te kunnen sturen. b. Tijdens de P&C-gesprekken wordt aandacht besteed aan het aantal kamerplaatsingen langer dan 4 uur als ordemaatregel. Deze gesprekken zullen in 2013 plaatsvinden. c. Aansturen op het inzetten van alternatieve interventies. Dit blijft een aandachtspunt. 2012) 4. Onderzocht is welke alternatieven er zijn voor standaard uitsluiten van activiteiten na een positieve score bij aanwezigheid van middelen bij een urinecontrole. Op basis hiervan zijn nieuwe afspraken gemaakt welke op korte termijn worden geïmplementeerd. Langer durende kamerplaatsingen zullen hierdoor verminderen. Begin 2013 zijn standaard disciplinaire straffen ingevoerd, die aangeven welke sanctie volgt bij bepaald gedrag. 2011) 1. Evalueren van het Incidentenloket. Naar verwachting vindt dit na het eerste halfjaar (van 2012) plaats. De evaluatie heeft nog niet plaatsgevonden, omdat het loket sinds 1 mei 2012 operationeel is. Begin 2013 zal de evaluatie plaatsvinden. 2011) 2. Registratie op afdelingsniveau. Op twee afdelingen (E&F) is een pilot uitgezet om het registeren van een aantal gegevens waaronder incidenten die voor de aansturing van de afdeling van belang zijn te verbeteren, d.w.z. zo bewust en volledig mogelijk registreren. Het systeem is zo ingericht dat de gegevens direct beschikbaar zijn voor het afdelingshoofd. Belangrijkste doel is dat de gegevens dan ook direct gebruikt kunnen worden om — — Pagina 49 van 64 ]aarverslag 2013 Jil De Hunnerberg 05-03-2014 1 Incidentenanalyse 2013 verbeteringen op de afdeling door te voeren. Het systeem is operationeel op alle afdelingen. Begin 2013 wordt dit geëvalueerd. Tevens wordt gekeken welke in vloed het nieuwe jongeren volgsysteem (JVS) voor gevolgen heeft voor de registratie. Mogelijkerwijs vindt de registratie voortaan in dit systeem plaats en zijn de gegevens ook vanuit hier beschikbaar en wordt ons eigen registratiesysteem overbodig. Inmiddels is het nieuwe jongerenvolgsysteem (JVS) ontwikkeld. Momenteel zijn we bezig met de implementatie hiervan. Eén van de gevolgen van de invoering van dit systeem is dat incidenten voortaan op afdelingsniveau worden geregistreerd. 2011) 3. 331 De Hunnerberg streeft er na om het aantal kamerplaatsingen terug te dringen en zeker kamerplaatsingen langer dan 4 uur die als ordemaatregel worden gehanteerd. Hiervoor zijn! worden verbetermaatregelen getroffen. Een aantal van deze verbetermaatregelen zijn inmiddels uitgevoerd en worden hier dus niet meer vermeld. Onderstaande verbetermaatregel is nog niet volledig geïmplementeerd. • Bij een kamerplaatsing vult de pedagogisch medewerker ook een zelfevaluatieformulier in en bespreekt dit met de jongere (die ook een zelfevaluatieformulier heeft ingevuld); pas daarna besluit de medewerker welke maatregel passend is. Bij een pilot op 2 afdelingen van deze werkwijze leidde dit tot de volgende significante resultaten: een toenemend aantal time outs en een aanzienlijke vermindering van de tijd dat jongeren op kamer werden geplaatst. Deze methode wordt in de loop van het eerste haljaar 2012 ook uitgezet op de andere afdelingen. Deze verbetermaatregel is inmiddels uitgezet en wordt komende periode verder geïmplementeerd. Verwachting is dat vanaf 2013 elke afdeling deze werkwijze volgt. Pagina 50 van 64 ]aar7e-51a2 203 1J De Hunnerber 1 05-03-2014 t er-tenanyve 2013 Bijlage 1 Verbat-aradviaslijst vanuit de Incidantencommssie Incident nvt -> MBV’s bespreken tijdens Incidentencommissie Constatering Hierbij valt op dat de kwaliteit van de MBV’s onvoldoende is (taalgebruik, spelling, volledigheid, feitelijkheid), Oorzaak Er wordt weinig aandacht aan besteed, niet op gestuurd. Advies 1.1 Een factsheet over een MBV (inhoud, criteria wanneer op te stellen, proces) en communiceren naar de IV-ers. MTO-besluit 1.1 Hierover is nog geen besluit genomen. Advies 1.2 Een opgesteld MBV bespreken in het seniorenoverleg met de vraag wat men er van vindt en hoe het anders kan. Er op die manier een intervisie van maken. Hierover is nog geen besluit genomen. 1.2 MTO-besluit 2 nvt Onvoldoende bekendheid met het nieuw opgestelde incidentenbeleid. De vraag is of het incidentenbeleid wel voldoende is gecommuniceerd. Een factsheet en korte, krachtige PowerPoint over het incidentenbeleid en dit presenteren in het seniorenoverleg. Hierover is nog geen besluit genomen. 2.1 MTO-besluit Advies 2.2 IV-ers en geconsigneerden beschikken over een actuele 1V-klapper; updates worden gemaild, zodat iedereen de map kan actualiseren. Hierover is nog geen besluit genomen. 2.2 MTO-besluit 3 Incident Verdwijnen van spullen/geld Constatering Het is niet met lOO% zekerheid vast te stellen wie er wel/niet in het gebouw aanwezig is. Oorzaak Medewerkers die geen pasje bij zich hebben worden niet altijd geregistreerd. Incident Constatering Oorzaak Advies 2.1 Advies 3.1 Iedere medewerker die zich in het gebouw bevindt, is geregistreerd (pasje of getekend formulier). eemt dit mee tijdens de teamvergadering van beveiliging — 3.1 MTO-besluit 4 Incident Klacht van een jongere die gegrond is verklaard door de Commissie van Toezicht op basis van formele fouten. Constatering De documenten bevatten dramatisch veel slordigheden. Tijden en data kloppen niet en documenten bevatten tegenstrijdigheden. van rapportages is zwaar onder de maat. Schriftelijke mededelingen Kwaliteit Oorzaak zijn niet nauwkeurig en duidelijk ingevuld en verkeerd gebruikt. Data en tijdstippen kloppen niet, de omschrijving van het incident is onduidelijk/onvolledig. Hergebruik van documenten/tekstblokken leidt tot onzorgvuldig heden. Advies 4.1 Een schriftelijke mededeling dient zorgvuldig en helder leesbaar opgesteld te ei. worden. Dit is nog niet op gewenst niveau, n. mededelinge schriftelijke alle controleren JGekoppeld aan de 2-maandsrapportage een overzicht van de beoordelingen van de schriftelijke mededelingen een keer per twee maanden bespreken in het MT (hoeveel worden er goed opgesteld, hoeveel nog niet en welk soort fouten worden er gemaakt). MTO-besluit 4.1 De beoordeling wordt niet meegenomen in de 2-maandsrapportages of het P&C e mededelingen lijft met gesprek. — - Pagina 51 van 54 Jr.rsag 2013 331 D Hunirbrg 1 .cdentenan&s 2013 05032014 controTeren en eventueel bij sturen. Advies 4.2 Een schriftelijke mededeling in verband met een doseerprogramma of individueel programma dient altijd ondertekend te worden door een GZ psycholoog. im dit uit te MTO-besluit 4.2 Is dit volgens de BJJ noodzakelijk? Verzoek aai zoeken (actie Advies 4.3 Dagrapportage wordt speerpunt 2013. — MTO-besluit 4.3 Actie ligt bij — Incident Jongere heeft ‘s nachts kunnen ronddolen. Constatering Kamerdeur was de hele nacht niet op slot. Oorzaak Bij het oversluiten is niet goed gecontroleerd of de deur op slot was. Het lampje was stuk, waardoor AID onterecht veronderstelde dat de deur toch op slot was. Advies 5.1 AID checkt om 22,1S of de deur gesloten is en of de jongere zich op de kamer bevindt. MTO-besluit 5.1 Dit voorstel wordt niet overgenomen. Tijdens het volgende MTO wordt dit als agendapunt opgevoerd en wordt besloten op welke wijze dit wel gaat plaatsvinden. Pagr 52 vn 54 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 Financiële overzichten Bijlage 3: I9nandële overzichten Pagina 53 van 64 Jaarverslag 2013 iii De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Financiële overzichten Begin- en eindbalans Passiva Activa 31-12-2013 31-12-2012 1.541.680 1.541.680 2.554.846 2.554.846 31-12-2013 31-12-2012 Agentschapsvermogen Vaste activa Exploitatiereserve Immateriële vaste activa Materiële vaste activa Totaal 545.458 545.458 1.812.066 2.270.575 112.143 215.100 1.035.161 5.827 749.512 Aflossings- & rente dragend vermogen Voorzieningen Vlottende passiva Vlottende activa Voorraden, vooruitbetaalde bedragen 8.12613.562 831.516 1.619.218 Vorderingen Liquide middelen — 8.50 11.029 Schulden en verplichtingen Overige vlottende passiva Rekening courant Tussenrekeningen Rekening courant Tussenrekeningen Totaal 1.635.844 Totaal 1.250.854 Saldo boekjaar 3.177.524 Totaal 3.805.700 Totaal 14148 36.274 1.218.750 510.8933.177.524 2.132 22.923 774.567 - 3.805.700 Ontwikkeling Materiële Vaste Activa Boekwaarde 31-12-2012 Bij: Investeringen 2013 (aanschafwaarde) Af: Afschrijvingskosten 2013 Af: Desinvesteringen (boekwaarde) 2.554.846 .646 539.267 Boekwaarde 31-12-2013 1.541.680 Vorderingen Omschrijving vordering ESF Subsidie 2011 ESF Subsidie 2012 ESF Subsidie 2013 Totaal overige vorderingen Voorziening Totaal overige vorderingen Debiteuren <12 mnd. Totaal aan vorderingen > 12 mnd. < 12 mnd. Ouderdom mnd Bedrag 30 250.992 18 258.836 6 249.392 3.415 -1.765 819.363 38.985 1.619.218 Pagina 54 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 05-03-2014 1 Financiële overzichten Berekening Exploitatiereserve Normatieve bijdrage + bovennormatieve toeslagen Maximale omvang exploitatiereserve Exploitatiereserve per 31-12-2012 Resultaat lopend boekjaar 9.235.425 461.771 545.458 -510.893 34.565 Som Eventuele correctie (terug te betalen aan HK) Exploitatiereserve 31-12-2013 0 34.565 Ontwikkeling Leenfaciliteit Beginstand 31-12-2012 Bij: Nieuwe leningen 2013 Af: Aflossingen 2013 2.270.575 0 458.509 Eindstand 31-12-2013 1.812.066 Schulden en verplichtingen Omschrijving vordering Crediteuren Te betalen Onderlinge leveringen Terug te betalen bijdragen hoofdkantoor Te betalen vakantiegeld en eindejaarsuitkering Te betalen TOD, Overwerk en sociale lasten Overige nog te betalen Totaal aan schulden en verplichtingen - Bedrag 111.348 34.456 297.338 398.054 83.067 110.898 1.035.161 Pagina 55 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Financiële overzichten Verlies- en winstrekening Opbrengsten Kosten Begroting 2013 (cf laarolan) Bruto lonen (mcl. vakantietoeslag plus EJU> Kosten TOD, overwerk en verschuivingen Sociale lasten en pensioen premies Secundaire arbeidsvoorwaarden WKR-regeling Realisatie 2013 7.086.923 7.210.996 Realisatie 2012 7.538.755 879.305 925.400 964.713 1.964.428 2.290.447 2.233.245 397.169 396.264 510.127 0 1.657 -23.000 -4.012 -119.725 -301.500 60.622 -534.776 1S4.003 11.642 344,141 Materiële kosten 1) 6.314.450 6.541.602 6.556.570 Afschrijvings kosten 631.818 539.267 642.091 Materiële vaste activa 0 526.545 Lasten voorgaand jaar 0 45 103.911 18.500.475 18.239,054 Personeelskst niet-actieven Personeelskosten uitzendkrachten en externen Kosten OC&W i,k.v. ESF* Overige personeelskosten Saldo winst totaal Begroting 2013 (cf laarplan) Integrale bijdrage HK Realisatie 2013 Realisatie 2012 17.012.948 17.437089 17.817.681 verwachte ESF-subsidies 250.000 358.228 250.992 Overige opbrengsten 2> 54.000 125.192 82 0 69.073 109.078 510.893 22.020 17.316.948 18.500.475 18.239.054 Co-financiering 0C&W Saldo verlies 213.352 17.316.948 Baten vuorgaand jaar totaal Pagina 56 van 64 Jaarverslag 2013 J]I De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Financiële overzichten Onderbouwing bijdrage hoofdkantoor en aanwending geoormerkte bijdragen Bijdrage hoofdkantoor Integrale bijdrage cf, bijdragebrief nr. 05-2013 In 2013 vooruitontvangen bijdrage hoofdkantoor t.b.v. volgende jaren In voorgaande jaren vooruitontvangen bijdragen aangewend t.b.v. 2013 Terug te betalen (mcl. korting bij onderbezetting) Nog te ontvangen 17.012.948 297.338 721.479 Integrale bijdrage hoofdkantoor t.b.v. verslagperiode (gecorrigeerd) Geoormerkte bijdragen Huisvestingskosten Huisvestingskosten Rgd Huur Huisvestingskosten Rgd Service Afschrijvingskonten van bovennormatieve investeringen Standaard bovennormative toevoegingen Commissie van Toezicht STP/PV (zie overzicht Realisahe STP/proefveriof) Rentekosten bovennormatmeve investeringen Opleidingsplaats kind- en jeugdpsychiater of 2e opleidingsplaats_GZ-psycholoog BHV-opleidingakosten BHV-vervangingskosten BHV-toelage BHV extra inzet o.b.v. R1&E HBO opleidHqskosten groepsleiders in HBO (materieel) HBO vervanging groepsleiders in HBO Functiedifferentiatie groepsleiders_____________________________ Trainingen trainers gedragsinterventies 17.437.089 Bijdrage Realisatie Terug te betalen 173100 Te ontvangen 143100 (a) (b) als a-b >0 als b-a >0 4.452.008 168.000 458.509 4.913.743 458.509 0 0 293.735 0 10.000 10.973 0 0 80.948 41.782 14.450 44.544 82.000 155.504 36.000 255.144 125.680 39.000 80.948 41.782 976 46.400 36.030 155.504 30 170.096 158.495 28.538 0 13.474 0 45.970 0 4.000 85.048 0 10.463 0 973 9.904 0 0 0 1.856 0 0 0 0 32.815 0 0 50.000 45.000 876.150 102.546 150.000 10.028 4.589 876.150 105.424 123.895 30.000 28.800 -252.593 41.960 21.396 656.791 24.848 28.800 -213.847 46.622 21.396 630.048 46.835 69.073 96.448 123.554 39,972 40.411 0 0 26.105 0 5.152 0 0 0 0 26.743 0 0 0 0 0 0 0 2.878 0 0 0 0 38.746 4.662 0 0 46.835 69.073 96.448 123.554 7.777.523 8.201.664 297.338 721.479 — Bijzondere omstandigheden inrichting Tolken AMV Inhuur extra beveiligingspersoneel m.b.t. verbouwing Boventalligheid (capaciteit 2012 --> 2013) Reserve capaciteit Buitengebruikgestelde capaciteit (Maasberg) Kosten HPK (middelsvoorziening) Extra P-ondersteuning Project YOUTURN fase 3 (doorontwikkeling) Werkplekkosten Loonkosten Vink (FL0) Testassistent i.k.v. implementatie gedragsinterventies (vervolg) Versnelde afschrijving activa Locatie Maasberg Dotatie Reorganisatie voorziening Dotatie HPK 2014 Bono MV 2013 Reorganisatie besluitvorming 2012 totaal Door te schuiven 0 Pagina 57 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Financiële overzichten Specificatie raming personeelskosten excl. uitzendkrachten en stagiaires Functies (geen stagiaires) Management Midden kader Pedagogisch medewerker (senior) Pedagogisch medewerker Groepsleiders (overig) 67-psycholoog Overige gedragsdeskundigen Pupilgebonden functies Medische functies Beheersfuncties B ev ei lig ingsfu n cties overige functies: HPK Ete bezetting per 1-1-2013 5,9 8,9 FTE bezetting per 31-12-2013 5,8 8,0 748 776 3,1 4,8 2,6 16,5 2,7 22,9 27,0 3,1 16,8 3,7 20,1 28,2 ‘ 164,6 Totaal Gemiddelde bezetting in aantal fte’s over 2013 5,9 8,5 0,0 76,2 0,0 4,0 2,8 16,7 3,2 21,5 27,6 2,0 1,0 169,9 167,3 Gerealiseerde bruto jaarsalaris (mcl. vakantietoelage en EJU) in euro’s 587.196 534.000 4.856.565 373.037 107.604 1.125.380 227.851 1.210.851 1.768.892 104.891 10.896.267 Inleen en uitleen personeel (detachering, uitzendkrachten, stagiaires e.d.) Tn Inn Functieg roepen ‘TE’s Management Middenkader Pedagogisch medewerker (senior) Pedagogisch medewerker Groepsleiders (overig) GZ-psycholoog G ed ragsd esku ndigen Pupilgebonden functies Medische functies Beheersfuncties Beveiligingsfuncties Overige functies: psychiater Totaal Gemiddeld aantal ftes Kosten in euros 37.353 0,75 0,19 “ ‘ Baten in euro’s 87.855 17.876 0,30 34.083 0,89 47.109 0,50 18.029 0,30 41.704 1,55 0,00 102.494 4.589 0,20 10.642 1,56 192.161 0,30 0,00 ETE’s Uitleen Gemiddeld aantal ftes 0,57 3,99 ‘ 69.947 279.521 0 Pagina 58 van 64 Jaarverslag 2013 Jij De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Kerngegevens personeel Bijlage 4: Kerngegevens personeel Pagina 59 van 64 1 1 1 Kerngegevens personeel 1 54% 1 5 21 9 35 f 42°!. 6% 25% 11% 1 2 0 2 0 1 2% 0°k 2% 0°k 1831 35 39 9 100% 11% 42% 47% 83 12 IJ 1 100% 14% 70, 16 23 9 83 Aantsl Aantsl Aantal Aantal Totaal wenei qsplaatsen GZ/OG (opleidingen) lingsplaatsen bezet tr medische dienst! PMO met en zonder GZIOG registratie Senior Groepsleiders Pedagogisch medewerkers Senior Pedagogische medewerkers Totaal Bezetting o1 Percentage opl ater :wnF*ncrhnnnnrc 100°!. 19°!o 28% 11% 12.03 0,30 4,12 100% Met de term groepsleiders worden ook bedoeld senior groepsleiders ee (senior) pedagogisch medewerkers ilL Totaal * Aantal Asetal Volgt een MBO-opleidieg Volgt een HBO-opleiding Pagina 60 van 64 LET OP: het gaat om afgeronde studies met diploma. 0e medewerkers worden gescoord op reeds behaalde diploma’s. Het gaat NIET om de hoidige opleidingstrajecten. Voorbeeld: eee medewerker in bezit van een M8O-diploma, die nu een HBO-opleiding volgt valt in de categorie MBO-diploma’. Schaai Schaal 8 Schaal 9 35% 19% 0% Kerngegevens personeel 2013 1% • 29 1 16 0 0% 0 0% 0 45 t 1% Âiiiij Totaal * Met de term groepsleiders worden ook bedoeld senior groepsleiders en (senior) pedagogisch medewerkers Aantal Aantal 05-03-2014 Naam inrichting: ii! De Hunnerberg Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg Jaarverslag 2013 ]JI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Inventarisatie huisvestingsvoorzieningen Bijlage 5: Inventarisatie huisvestingsvoorzieningen Pagina 61 van 64 Jaarverslag 2013 JJI De Hunnerberg 1 05-03-2014 1 Inventarisatie huisvestingsvoorzieningen Overzicht IV.a - Inventarisatie huisvestingsvoorzieningen Eigenaa rsza ken Omschrijving 1. Gewenste functionele verbeteringen 1. Nieuwbouw kantoren 2. Klimaatbeheersing 3. Perimeterbeveiliging 4. Vervangen dakbedekking 2. Gewenste onderhouds voorzieningen, renovatie c.q. vervangingen. 1. Beheeronderhoud 3. Energie/milieu 1. Verbruik Oude/nieuwe aanvraag Indicatie van de kosten Het project is opgeleverd aan de inrichting. Het project is nog niet opgeleverd aan de inrichting. Er zijn diverse restpunten. De regie ligt nog bij de RGD. De verwachting is dat de afronding plaatsvindt in 2014. Het project is opgestart Het project is gestart en is wordt vooropgeleverd met enige narooipunten behorende bij perimeterproject. Al het beheeronderhoud is in 2013 opgestart en wordt begin 2014 uitgevoerd. Het verbruik in 2013 is schrikbarend gestegen in zowel gas (+141%) als stroom (+30%). Momenteel vindt er vanuit de RGD een onderzoek plaats naar de oorzaken. De gemeente Nijmegen heeft verzocht om een plan van aanpak vanuit de milieu-inspectie. 4. Eventuele overige opmerkingen De Maasberg is op 31 december 2013 opgeleverd middels een proces verbaal aan de Rijksgebouwendienst. Gebruikerszaken Omschrijving 1. Gewenste functionele verbeteringen. Oude/nieuwe aanvraag Indicatie van de kosten 150000 Modernisering grootkeuken inrichting. Aanvraag is nog lopende en in afwachting van de toekomstontwikkelingen. 2. Gewenste onderhoudsvoorzieningen, renovatie c.q. vervangingen. 1. Sanitaire en douchevoorzieningen afdelingen De aanvraag loopt. Het RGD voert momenteel onderzoek uit. 3. Energie/milieu 150000 Zie eigenaarszaken. 4. Eventuele overige opmerkingen 6.3 Vergunningen Vergunningen Omschrijving 1. Stand van zaken gebruiksvergunning per unit c.q. object. 1. Nijmegen Stand van zaken Vergunning is aanwezig en geldig. De brandweer is op de hoogte van alle ontwikkelingen aangaande verbouwingen en nieuwbouw. De nieuwbouw kantoren is besproken met de brandweer en gemeente. Aanvullende vergunning is nog niet binnen. 2. Overloon Gesloten, derhalve niet van toepassing. 2. Stand van zaken miieuvergunning per unit c. q. object 1. Nijmegen Geen vergunning nodig, laatste controle vindt plaats begin 2014. 3. Eventuele overige opmerkingen Pagina 62 van 64 JJI De Hunnerberg Bezoekadres Berg en Dalseweg 287 6522 CH Nijmegen Postadres Postbus 1188 6501 BD Nijmegen Telefoon: (088) 074 16 00 Email: [email protected] Internet: www.dehunnerberg.nl Twitter: ©dehunnerbergnij Facebook: J]I-De-Hunnerberg
© Copyright 2024 ExpyDoc