KWARTAALRAPPORTAGE Modules AGH en IAJ 1 e kwartaal 2014

KWARTAALRAPPORTAGE
Modules AGH en IAJ
1 e kwartaal 2014
T.b.v. Provincie Groningen
Modules `Ambulante Gezinshulpverlening'(AGH)en `Intensieve Ambulante Jeugdhulp'(IAJ)
MJD Groningen
H. Colleniusstraat 18
9718 KT Groningen
Tel.: 050-3126123
Fax: 050-3132603
[email protected]
Inhoudsopgave
1. Aanbiedingsbrief
2. Beleidsuitvoering
2.1 Inhoudelijke ontwikkelingen zorgaanbod
3. Prestatie-indicatoren
4. Clientaantallen
5. Financiele cijfers
Bijlagen
1
2
3
4
5
6
Formatie jeugdzorg en ziekteverzuim
Budgetvergelijkingsoveaicht
Jaaroverzicht
Bekostigingseenheden
Handelingskader
Methodiekbeschrijving Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
2
MJD Groningen
Aanbiedingsbrief
Aan het College van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen
Geacht College,
Met genoegen bled ik u de kwartaalrapportage van de MJD over het eerste kwartaal van 2014 aan.
Ook in 2014 blijven wij ons onverminderd inzetten voor kwalitatief goede zorg aan jeugdigen en
gezinnen. Met het verder experimenteren en ontwikkelen van diverse pilots in samenwerking met
ketenpartners willen we blijven anticiperen op de komende transities en transformatie van de
Jeugdzorg.
Ons doel is om een stevige sociale context to helpen creeren waarin kinderen, jeugdigen en hun
ouders veilig en gezond kunnen opgroeien, mee kunnen doen in de maatschappij en een voldoende
mater van welzijn ervaren. Als MJD willen wij hier een belangrijke bijdrage aan leveren.
Ik vertrouw erop u met deze rapportage voldoende to hebben geinformeerd. Mocht u nadere
toelichting wensen, dan kunt u contact opnemen met mevrouw T. van den Berg of met
ondergetekende.
_~4.
Met vriendelijke groet,
Bering
drs. J.E.
direcfeur-bestuurder
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
3
MJD Groningen
2.
Beleidsuitvoering
Voor 2014 heeft de MJD een subsidiebeschikking ontvangen voor het zorgaanbod geindiceerde
jeugdzorg bestaande uit Ambulante Gezinshulpverlening(AGH)en Intensieve Ambulante Jeugdhulp
(IAJ). Op basis van de subsidiebeschikking (inclusief de AREZgelden) kan er in 2014 uitvoering
gegeven worden aan 100 geindiceerde jeugdzorgtrajecten (52 instroom en 48 doorstroom).
Instroom en wachttijden
Op peildatum 31 maart 2014 komen we uit op in totaal 61 gebruikers.
De gemiddelde wachttijd voor de zorgstart in het eerste kwartaal ligt op 24 kalenderdagen. Ten
opzichte van het vorige kwartaal is de gemiddelde wachttijd redelijk gelijk gebleven en ligt het keurig
onder onze streefnorm om binnen vier weken to starten. Voor de meeste nieuw gestarte trajecten in
2014 is de wachttijd minder dan vier weken, voor vier clienten lag de wachttijd tussen de vier en
negen weken. Er hebben geen clienten langer dan negen weken moeten wachten op zorgstart.
In totaal zijn er 16 trajecten afgesloten in het eerste kwartaal van 2014. De gemiddelde doorlooptijd
van deze trajecten bedraagt 8.4 maand. De doorlooptijd ligt hiermee ook onder onze streefnorm van
negen maanden.
Instroomplanning
De instroom stagneerde in het afgelopen kwartaal kortdurend. Er bleek sprake to zijn van een
misverstand bij BJZ waardoor men meende niet meer voor ons jeugdzorgaanbod to kunnen indiceren.
Dit misverstand is opgelost en de aanmeldingen zijn inmiddels weer op gang gekomen. De
instroomplanning ligt op peildatum 31 maart 2014 weer goed op schema.
Beleidsontwikkelingen
In het kader van de transitie Jeugdzorg (Routekaart Jeugd) is een inventarisatie uitgevoerd bij
gemeenten en jeugd(zorg)instellingen Welke experimenten/pilots er al in uitvoering zijn en Welke
plannen er liggen om experimenten/pilots uit to gaan voeren, gekoppeld aan de thema's uit het
gezamenlijke Routekaarttraject. De MJD heeft hiervoor een aantal projecten voorgedragen aan de
gemeente Groningen. Hiervan zijn een tweetal projecten door de gemeenten geselecteerd die in
aanmerking kunnen komen voor de subsidie eerste tranche van experimentengelden. Beide projecten
zijn nog in de startfase, ze zijn vernieuwend en passen in het Groninger Functioneel Model. Op basis
daarvan heeft de gemeente twee van de door ons aangevraagde projecten ingediend ter subsidiering:
Ouders voor Altijd
Verbinding jeugdwerk en JHV met behandeling in Poortje gericht op resocialisatie.
Verbinding jeugdwerk en jeugdhulpverlening met behandeling in Het Poortje gericht op
socialisatie
Het afgelopen jaar is de MJD gestart met een samenwerkingsproject met het Poortje. Het project heeft
tot Joel om jongeren die een tijdje in het Poortje zijn behandeld, weer op een positieve manier actief to
laten participeren in de maatschappij.
Het project is er op gericht om een betere en warme overdracht to realiseren tussen de fase waarin de
jongeren nog in Poortje verblijven en het moment waarop ze terugkeren in de maatschappij. Een
mooie kans hierbij is het inzetten van reguliere jeugdwerkers van de MJD in de laatste fase van de
behandeling binnen Het Poortje. Hierbij wordt ingezet op talentontwikkeling van de jongeren en het
benutten van hun eigen kracht en sociale netwerk zodat ze op een goede wijze een plek na Het
Poortje kunnen hervinden door opleiding, werk en/of andere zinvolle dagbesteding. Ook zou de
expertise die Het Poortje bezit rondom het begeleiden van deze ingewikkelde doelgroep vooraf of in
een vervolgtraject een plek kunnen krijgen waardoor enerzijds voorkomen kan worden dat een
jongere uberhaupt in het Poortje behandeld moet worden en anderzijds terugval voorkomen kan
worden. Dit project is bedoeld om to onderzoeken op Welke wijze de schakelproblematiek het beste
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
4
MJD Groningen
aangepakt kan worden. We richten ons in het project op jongeren die vanuit Het Poortje Haar
zelfstandigheid toewerken (met eventueel begeleid wonen als tussenfase). Het Joel is niet om het
werk van de professionals van beide organisaties over to nemen. Het is nadrukkelijk de bedoeling
aanvullend to werken opdat de jongere een begeleiding op mast krijgt.
Er is een subsidie toegekend om dit project goed vorm to geven met als beoogd resultant:
Acht casussen waarbij intensief is samengewerkt en op basis van een vast format geevalueerd met
als resultant in beeld to krijgen:
• wat bijdraagt aan soepele resocialisatie van jongeren die in Poortje behandeld zijn;
• Welke factoren in deze samenwerking bijdragen aan een verblijfsverkorting van de jongere in
het Poortje;
• Welke factoren in de samenwerking bijdragen aan het voorkomen van terugval na verblijf;
• op Welke gebieden uitwisseling van expertise bijdraagt aan het op maat begeleiden van de
jongeren.
Het project wordt fasegewijs opgebouwd, steeds afhankelijk van de input en de opbrengst van de
eerdere fasen. Op dit moment lopen er meerdere casussen. Het proces wordt gevolgd door een
projectteam bestaande uit 2 beleidsmedewerkers en 2 gedragswetenschappers van beide
organisaties, twee jeugdhulpverleners van de MJD en een individueel trajectbegeleider van Poortje.
Ouders voor Altijd
Ouders voor Altijd is een methodiek waarbij ingezet wordt om ouders positief to laten communiceren
ten behoeve van hun kinderen. Ouders leren daarbij onderscheid to maken tussen contact op expartner niveau en contact op ouder niveau. Blokkades in de communicatie op ouder niveau worden
opgespoord en opgeruimd. Ouders zijn dan in staat om zelf zorg to dragen voor een goede
omgangregeling en een onbedreigde omgang van de kinderen met beide ouders.
Scheidingsproblemen staan zelden los van andere problemen, zoals opvoedingsproblemen,
problemen in het netwerk, financiele problemen en individuele kind problemen.
Het project is er op gericht het aanbod van `Ouders voor Altijd' o.a. binnen het CJG aan to bieden
waardoor het laagdrempelig, snel, effectief en integraal in to zetten is in samenwerking met overige
hulp/ dienstverleners en dus zo preventief mogelijk.
Het CJG is als laagdrempelige basisvoorziening in de wijk gericht op het bevorderen van de
Pedagogische Civil Society, met o.a. als belangrijke tank het versterken van het opvoedkundig klimaat
binnen gezinnen en het op tijd signaleren van zorgen en signalen. Door de methodiek van OvA aan to
bieden vanuit het CJG wordt hieraan een bijdrage geleverd.
Met de subsidietoekenning voor het project Ouders voor Altijd is het mogelijk om de methodiek verder
to kunnen ontwikkelen en to kijken Haar de mogelijkheid van een collectief aanbod in het kader van
consultatie en advies aan gescheiden ouders.
In de volgende kwartaalrapportages zullen we verder rapporteren over de inhoudelijk ontwikkelingen
van beide projecten.
Jongerenwerk Nieuwe Stijl
Zoals beloofd in de vorige kwartaalrapportage zal in de bijlage het handelingskader en de
methodiekbeschrijving m.b.t. Jongerenwerk Nieuwe Stijl worden toegevoegd.
Inspiratiemiddag `De School als Wijk'
Op 11 maart jongstleden organiseerde de MJD samen met de MBO instellingen en de GGD een
inspiratiemiddag met als thema'De school als wijk'. Maar liefst 100 mensen uit zowel de
gemeentelijke-, onderwijs- en zorg en welzijnswereld bezochten deze middag. Aanleiding was een
inspirerend voorbeeldproject'De school als werkplaats' uit Leeuwarden. In dit project is een
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
5
MJD Groningen
vertegenwoordiging van verschillende hulpverleners uit de eerste en tweede lijn als een team
werkzaam in school en in de klas naast de docent(coach). Na drie jaar School als Werkplaats is het
resultant in Friesland als volgt:
de voortijdige schooluitval is het laatste schooljaar met 7% afgenomen
de preventieve inzet werkt: 90% van de cursisten heeft gesprekken op school, zonder
doorverwezen to hoeven worden Haar de tweedelijns zorg
de lijnen tussen cursisten, docenten (coaches)en (jeugd)hulpverlening zijn kort
We hebben de deelnemers aan de inspiratiemiddag willen enthousiasmeren voor het project.
Daarnaast zijn we samen in gesprek gegaan om de mogelijkheden to bekijken of en hoe een
dergelijke aanpak in de provincie Groningen gerealiseerd zou kunnen worden. Dit heeft heel wat
inspirerende ideeen opgeleverd en we hopen binnenkort vervolg to geven aan deze middag.
2.1
Inhoudelijke ontwikkelingen zorgaanbod
Netwerkbijeenkomsten
Het Beraad
De acht bakens van Welzijn Nieuwe Stijl zijn bedoeld als handreiking om de transitie in cultuuromslag
van 'hulpverlener die problemen oplosY Haar 'hulpverlener die de eigen kracht van de client faciliteert'
to maken. In dit nieuwe jaar is verder gewerkt aan de ontwikkeling van de methodiek van "Het
Beraad", een methodiek waarbij er een netwerkbijeenkomst georganiseerd wordt door de client aan
de eigen 'keukentafel'. Baken 2: 'de eigen kracht van de burger, zijn netwerk, straat of wijk moet
gestimuleerd worden door de professional' en baken 4: `participatie van de burger wordt bevorderd
door een beroep to doen op de eigen mogelijkheden, inzet van sociale netwerken,
vrijwilligersinitiatieven en wijkverbanden', spelen hierbij een belangrijke rol.
Op dit moment is ook de 2e fase van het opleidingstraject van 8 medewerkers binnen de MJD, een
Beraad organiseren samen met een client, bijna afgerond. Er staan nog twee afspraken voor een
Beraad in de planning.
Ondertussen wordt er een afstudeeronderzoek uitgevoerd door 2 studenten van de Hanze
Hogeschool Groningen (SPH) metals onderzoeksvraag:
"Welke kne/punten komen hulpverleners tegen bij de invoering van Het Beraad en we/ke voorwaarden
zijn nodig om deze methodiek breed toepasbaar in to zetten voor de doelgroep binnen de MJD"
N.a.v. literatuuronderzoek en semi-gestructureerde interviews met respondenten zullen de deelvragen
worden beantwoord, conclusies worden getrokken en er zullen aanbevelingen worden gedaan.
In de volgende kwartaalrapportage zal hierover verder worden gerapporteerd.
Deskundigheidsbevordering
Signs of Safety:
Signs of Safety is een oplossingsgerichte werkwijze, bedoeld voor gezinnen waar (vermoedelijk)
kindermishandeling plaatsvindt of de risico's hierop groot zijn (Turnell &Edwards, 1999). Het doel is
een samenwerkingsrelatie op to bouwen met gezinnen, gezamenlijk een veiligheidsplan to
ontwikkelen en zo veiligheid voor het kind to creeren.
Zoals benoemd in eerdere rapportages wordt er op dit moment hard gewerkt aan de implementatie
van de werkwijze van Signs of Safety binnen de MJD. Zowel tijdens de casu~istiek als binnen de
MDO's wordt geexperimenteerd met deze nieuwe manier van werken. Er zijn reeds verschillende
`good practices' gedeeld en er wordt gekeken hoe deze werkwijze nog breder ingezet kan worden
binnen de organisatie. Medewerkers zijn gemotiveerd en weten elkaar to vinden voor feedback.
Gezinnen geven aan zich actiever betrokken to voelen bij het hulpverleningsproces en het meer
Kwartaalrapportage 1a kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
6
MJD Groningen
betrekken van kinderen in dit proces blijkt een werkzame factor. Een nieuwe methodiek
implementeren kost tijd en energie en we vinden het van belang hierin to blijven investeren.
In januari heeft een gezamenlijke evaluatie plaatsgevonden met verschillende ketenpartners. Door het
met meerdere ketenpartners volgen van de training SofS en de door BJZ georganiseerde
casu~istiekoverleggen, lijkt er meer eenheid to ontstaan tussen werkwijzen van de verschillende
organisaties. Ook komt er meer begrip voor elkaars werkveld en ontstaat er door het delen van
expertise een positieve, inspirerende samenwerking.
Afgesproken is dan ook om door to gaan met deze intercollegiate casu~istiekoverleggen en daarnaast
op casusniveau elkaar meer op to zoeken. Gedacht kan worden aan het vaker uitnodigen van
betrokken ketenpartners bij eigen casu~istiekbespreking of MDO. Ook het gezamenlijk organiseren van
zorgconferenties met gezinnen is een belangrijk punt.
Daarnaast is besloten per organisatie een aandachtsfunctionaris SofS aan to stellen die zorg draag
voor verdere implementatie.
Het onderzoek vanuit de RUG, afdeling Orthopedagogiek zal i.p.v. in februari in mei 2014 starten met
als onderzoeksvraag : `wat hebben medewerkers van de MJD nodig om de werkwijze van Signs of
Safety goed to kunnen imp/ementeren binnen hun hulpver/eningstrajecten'. Hierover zal verder bericht
worden in komende rapportages.
Triple P
In 2013 heeft de groepstraining Triple P voor ouders van tieners plaatsgevonden in het CJG Beijum.
De training bestond uit 5 groepsbijeenkomsten en 3 telefonische consultaties en werd gegeven door 2
geaccrediteerde medewerkers vanuit de zorgafdeling. Een belangrijk aspect van deze training is het
bevorderen van autonomie en zelfregulatie van ouders in het omgaan met hun tiener. Ook het geven
van informatie over de (nieuwe) ontwikkelingsfase van de tiener is een onderdeel van de training,
waarbij veel aandacht wordt besteed aan het leren omgaan met heftige emoties of uitbarstingen van
pubers.
Gezien de positieve resultaten in het CJG Beijum is besloten een vervolg to geven aan het bieden van
deze trainingen binnen de verschillende CJG's in Groningen.
In samenwerking met geaccrediteerd trainers van Elker zijn daarom in maart 2014 groepstrainingen
aangeboden in het CJG Zuid en het CJG Oosterpark. Beide trainingen zijn goed bezocht door ouders
van tieners.
Uit onderzoek van het Trimbos Instituut (2010) blijkt de groepstraining Triple P voor ouders van tieners
significant positieve effecten to laten zien op zowel kind gedrag als op opvoedingsvaardigheden
en welzijn van ouders.
Het collectieve aanbod past goed binnen de gedachte van Welzijn Nieuwe Stijl. Het biedt de
gelegenheid om kwetsbare en niet-kwetsbare burgers bij elkaar to brengen- aan elkaar to verbindenen vanuit dat contact de sociale netwerken op to bouwen die nodig zijn om zelfredzaamheid vanuit de
eigen kracht to bevorderen. Binnen de groepstrainingen Triple P zien we deze verbindingen ontstaan
en zien we ouders die vanuit herkenning in de eigen opvoedsituatie elkaar motiveren en stimuleren.
De effecten en resultaten van bovenstaande groepstrainingen zullen in de volgende rapportage
vermeld worden.
Op gemeentelijk niveau heeft opnieuw een overleg Triple P plaatsgevonden met de
aandachtsfunctionarissen van de verschillende ketenpartners(GGD/COP/Elker/MEE/MJD). Op dit
moment worden binnen de verschillende CJG's opfriscursussen/intervisiebijeenkomsten gegeven en
het lijkt een goed idee medewerkers van de zorgafdeling van de MJD hierbij aan to laten sluiten. Op
deze manier wordt een verbinding gemaakt met de verschillende interventieniveaus van Triple P en
kan men leren van elkaars expertise.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
7
MJD Groningen
Het werken met een evidence based programme als Triple P vraagt inhoudelijk, praktisch en
methodisch het nodige van medewerkers. Aangezien er vanuit de zorgafdeling van de MJD met name
Triple P niveau 4 en 5 wordt gegeven binnen gezinnen wordt de intervisie gericht op deze specifieke
niveaus nog enkele keren per jeer aan het team aangeboden.
Ethische dilemma's
In november 2013 heeft, in het kader van de professionalisering jeugdzorg, een training over onder
meer beroepscode en ethische dilemma's voor de jeugd- en gezinshulpverleners van de zorgafdeling
plaatsgevonden. De deelnemers waren zeer enthousiast over deze training en gaven aan vaker to
willen discussieren met college's over ethische dilemma's. Ook tijdens interne audits binnen de MJD
over onder meer privacy en veiligheid kwam diverse keren Haar voren dat medewerkers behoefte
hebben aan kaders voor het handelen. Hier werden ook dilemma's ingebracht wear medewerkers in
de praktijk tegen aan lopen.
Op dit moment is een inventarisatie onder medewerkers gaande over de manier waarop we dit
onderwerp systematisch onder de aandacht kunnen brengen/houden. Gedacht ken bijvoorbeeld
worden aan het periodiek organiseren van workshops/discussiebijeenkomsten voor medewerkers of
een uitwisseling via een digitaal forum. Na de inventarisatie zal hierover verder gerapporteerd worden.
Meldcode Kindermishandeling en Huiselijk Geweld
Binnen de MJD is in 2010 de meldcode `bottom-up' vorm gegeven. Met het basismodel van het
ministerie van VWS als uitgangspunt hebben medewerkers van verschillende disciplines actief
meegewerkt in co-creatiesessies aan de verder ontwikkeling van de meldcode. Het resultant is een
overzichtelijk stappenplan en een klant- en gebruiksvriendelijke handleiding.
Deze meldcode wordt nu gebruikt als richtlijn voor het ontwikkelen en implementeren van de
meldcode binnen de CJG's. Inzet is om de implementatie van de meldcode to verbinden met het
werkproces Zorg voor Jeugd en to komen tot heldere afspraken hoe om to gaan met zorgsignalen. Zo
moet er een duidelijke richtlijn komen voor alle medewerkers zodat ze efficient en adequaat kunnen
handelen bij vermoedens van huiselijk geweld en kindermishandeling. Middels interactieve sessies
met verschillende CJG teams wordt hier op dit moment vorm aan gegeven.
Met het team van aandachtsfunctionarissen KM/HG binnen de MJD dat eens in de zes weken
bijeenkomt, is besloten met grote regelmaat casu~istiek op de agenda to zetten. Mede door de reeds
veranderende rot van BJZ komen veel complexe casussen tangs in de wijkteams en bij de
zorgafdeling. Het werken met de meldcode, het gebruik van de verwijsindex Zorg voor Jeugd en de
inzet van de werkwijze van Signs of Safety met daarin interventies als oplossingsgerichte vragen
stellen, maken van een genogram en veiligheidsplan en het organiseren van zorgconferenties zijn
hierin belangrijke onderdelen.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
8
MJD Groningen
3.
Prestatie-indicatoren
Prestatie-indicatoren
2012
1e kwartaal
2e kwartaal
3e kwartaal
4e kwartaal
Mate van doelrealisatie
Doel niet ehaald
3%
Doel deels ehaald
36%
Doel gehaald
Mate van
clienttevredenheid
Gemiddeld
rapportcijfer
Jeugdigen
Ouders/verzorgers
Mate van reguliere
beeindiging
Door client eenzijdig
of ebroken
Door BJZ/MJD voortijdig
of ebroken
In overeenstemming
tussen client, BJZ en
I MJD beeindigd
I Andere redenen
61
9,6
8,4
6%
-
94%
-
-
-
Toelichting:
De scores van de mate van doelrealisatie worden gemeten per einddoel (maximaal 10 per client) van
de afgeronde trajecten.
De cijfers van doelrealisatie in het vierde kwartaal zijn gebaseerd op 89 indicatiedoelen. Het
percentage behaalde doelen ligt op 61%Het percentage behaalde doelen en deels behaalde doelen
ligt samen op 97%.
Het aantal respondenten van de afgeronde trajecten die de exitvragenlijst hebben ingevuld, ligt op
71 %Van totaal 16 afgeronde trajecten zijn 12 exitformulieren ingevuld door ouder en/of jeugdige.
De afsluitingen betroffen zowel ambulante gezinshulpverleningtrajecten als jeugdhulpverleningtrajecten. In geval van gezinnen met jeugdigen ouder dan 12 jaar zijn de exitvragenlijsten zowel door
de ouder(s) als de jeugdigen ingevuld. Zowel ouders als jeugdigen waarderen onze hulpverlening met
een gemiddeld rapportcijfer van respectievelijk een 8,4 en een 9,6.
In het eerste kwartaal 2014 is een traject voortijdig beeindigd.
Kwartaalrapportage 1a kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
9
MJD Groningen
4.
Clientaantallen
Aanmeldingen
In eerste kwartaal van 2014 mochten we in totaal 13 aanmeldingen ontvangen. Zes aanmeldingen
hebben we in december 2013 ontvangen maar in verband met de planning van de zorgstart hebben
we deze meegenomen in de instroomcijfers van 2014. Voor 10 van deze aangemelde clienten is op
peildatum 31 maart 2014 de zorg daadwerkelijk gestart. Het totaal aantal gebruikers (instroom 2014
en doorloop 2013) komt in het eerste kwartaal uit op 61.
Wachttijden
De gemiddelde wachttijd van de nieuwe aanmeldingen tot zorgstart ligt in het eerste kwartaal op 24
dagen. De gemiddelde wachttijd ligt iets onder onze streefnorm van vier weken. Voor 9 clienten (69%)
is de zorgstart gepland binnen de termijn van vier weken, voor 4 clienten bedraagt de wachttijd vier tot
negen weken. Van de in totaal 13 aangemelde clienten is op peildatum 31 maart 2014 voor 10
clienten de zorg daadwerkelijk gestart, 3 clienten wachten op peildatum nog op zorgstart.
Uitstroom trajecten
In het eerste kwartaal van 2014 zijn er totaal 16 trajecten uitgestroomd, een traject is voortijdig
beeindigd. De gemiddelde doorlooptijd van de uitgestroomde trajecten betreft 8.4 maanden, dit ligt
ook iets onder onze streefnorm van 9 maanden.
Op peildatum 31 maart 2014 zijn er totaal 45 actieve trajecten.
Kernaantallen voor 2014
Conform de afspraak met de Provincie Groningen biedt de MJD in 2014 op basis van de subsidie
beschikking (inclusief AREZgelden) plaats aan 100 geindiceerde jeugdzorgtrajecten in twee
hulpvarianten, de Ambulante Gezinshulpverlening en de Intensieve Ambulante Jeugdhulpverlening
(52 nieuwe instroom en 48 doorstroom).
Aantal gebruikers
Hulpvariant
waarvoor de client
is aangemeld
Ambulante
Gezinshulpverlening
(AGH)
Intensieve Ambulante
Jeugdhulpverlening
(IAJ)
Totaal
Stand per
01-012014
Instroom
Instroom
Instroom
Instroom
Kwartaal
1
Kwartaal
2
kwartaal
3
Kwartaal
4
Totaal
aantal
gebruikers
36
12
48
12
1
13
48*
13
61
Er heeft een correctie plaatsgevonden op het aantal doorstroom trajecten uit 2013. Het betreft indicatiebesluiten die we in
december 2013 hebben ontvangen en gematched maar waarvan de feitelijk zorgstart in januari 2014 ligt. Deze trajecten zijn
niet meegenomen als doorstroomtrajcten maar als instroom in 2014.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
10
MJD Groningen
Wachttijden instroom eerste kwartaal (kalenderdagen)
Wachttijd start
zorg
Module AGH
kalenderdagen
Totaal
gemiddelde
wachttijd
Module IAJ
24
34
15
Toelichtinq:
Het totaa/ gemidde/de wordt berekend Haar verhouding van het aantal instroomclienten per module.
Wachtlijst op peildatum 31 maart 2014
Hulpvariant waarvoor
de client is
aangemeld
Ambulante
Gezinshulpverlening
AGH)
Intensieve Ambulante
Jeugdhulpverlening
(IAJ)
Aanmeldingen
Totaal
Wachttijd
4 weken
<
12
8
1
1
13
9
Wachttijd
4 9 weken
-
Wachtlijst
Wachttijd
9 weken
>
4
0
-
-
0
-
4
0
-
Aantal afgesloten trajecten (uitstroom)
Hulpvariant
waarvoor de client is
aangemeld
Ambulante
Gezinshulpverlening
(AGH)
Uitstroom
Kwartaal
1
Uitstroom
kwartaal
2
Uitstroom
kwartaal
3
Uitstroom
kwartaal
4
Totaal
11
11
Intensieve Ambulante
Jeugdhulpverlening
(IAJ)
5
5
Totaal
16
16
Gemiddelde doorlooptijd trajecten (in maanden)
Hulpvariant
waarvoor de client is
aangemeld
Ambulante
Gezinshulpverlening
(AGH)
Doorloop
Kwartaal
1
Doorloop
kwartaal
3
Doorloop
kwartaal
2
Doorloop
kwartaal
4
Totaal
gemiddeld
9.5
9.5
Intensieve Ambulante
Jeugdhulpverlening
(IAJ)
7.3
7.3
Totaal gemiddeld
8.4
8.4
Kwartaalrapportage 1a kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
11
MJD Groningen
5. Financiele cijfers
Stichting MJD is op 6 januari 2014 gefuseerd met stichting Stiel to Groningen, waarbij stichting MJD
is aangemerkt als de verkrijgende stichting en stichting Stiel als verdwijnende stichting.
Het gehele vermogen van Stiel is onder algemene titel verkregen door MJD. De werkzaamheden van
Stiel worden door MJD voortgezet. De financiele gegevens van Stiel zijn met ingang van 1 januari
2014 opgenomen in de administratie van MJD.
In 2013 is een stelselwijziging doorgevoerd. Geplande inzet vanuit de beleidsagenda wordt nu gedekt
vanuit de bestemmingsreserves. Na dekking door de geplande inzet vanuit bestemmingsreserves, last
het resultaat van het eerste kwartaal van 2014 een licht positief resultaat zien.
Doordat organisatiekosten niet precies `matchen' in de tijd, kan het beeld gedurende het jaar
vertekenen. De prognose gebaseerd op de begroting en voortschrijdend inzicht is dat geheel 2014
ook met een neutraal tot positief resultant zal worden afgesloten. Mogelijke toekomstige bezuinigingen
kunnen gaan leiden tot een noodzakelijke reorganisatie. Dit kan het resultant van 2014 mogelijk wel
negatief gaan beinvloeden.
De toegerekende bedrijfsopbrengsten aan het resultant met betrekking tot de geindiceerde jeugdzorg,
zijn circa 4% van de totale baten van de MJD.
De balansposities zijn ook zeer wisselend in de tijd bijvoorbeeld als gevolg van vooruit ontvangen
subsidie termijnen. Dit verlengt de balans en dit geeft wel enige vertekening van de berekende
kengetallen.
Kengetallen
Vorderingen op korte termijn
Liquide middelen
Eigen vermogen
Schulden op korte termijn **
Totaal passiva
Liquiditeit(A+B)/D
Solvabiliteit(C/E)
A
B
C
D
E
Ultimo 1e
kwartaal 2014
1.919.000
6.674.000
4.736.000
3.897.000
8.846.000
2,2
53,5%
31-12-2013*
1.031.000
6.912.000
4.791.000
3.185.000
8.185.000
2,5
58,5%
Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden: betreft consolidatie van Stiel en MJD
"NB: exclusief voorzieningen
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
12
MJD Groningen
Bijlagen
7
8
9
10
11
12
Formatie jeugdzorg en ziekteverzuim
Budgetvergelijkingsoverzicht
Jaaroverzicht
Bekostigingseenheden
Handelingskader
Methodiekbeschrijving Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt
Kwartaalrapportage 1e kwartaa~ 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
13
MJD Groningen
Bijlage 1
Formatie jeugdzorg en ziekteverzuim
De afdeling die onder andere werkzaamheden verricht ten behoeve van de geindiceerde jeugdzorg,
bestaat uit circa 16 medewerkers.
Het ziekteverzuim tot en met het eerste kwartaal van 2014 bedroeg:
Inclusief zwangerschap:
6,12%
exclusief zwangerschap:
4,31
Langdurig ziekteverzuim beinvloedt niet de uitvoering omdat er dan sprake is van ziektevervanging.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
14
MJO Groningen
Bijlage 2
Budget vergelijkingsoverzicht
realisatie t/m
1e kw 2014
begroting t/m
1 e kw 2014
begroting
2014
Subsidie 2014
119.399
119.399
477.596
Totaal Baten
119.399
119.399
477.596
Normatieve lasten (uren x tarief) *
resultaat
134.708
15.309-
119.399
-
477.596
-
"Op basis van geschreven wren op clientdossiers, gewaardeerd tegen integrate kostprijs
De lineair toegerekende baten en de normatieve lasten laten per saldo een negatief resultaat zien. Dat
is to verklaren doordat conform afspraak MJD iets meer formatie inzet dan op basis van de subsidie
ingezet zou kunnen worden. Dit wordt gedaan om het afgesproken aantal gebruikers to halen. De
extra formatie-inzet is gedekt vanuit de egalisatiereserve Jeugdzorg. Daarnaast last het eerste halfjaar
een seizoenpatroon zien, de ureninzet is dan hoger dan gemiddeld op het hele jaar.
Kwartaalrapportage 18 kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
15
MJD Groningen
Bijlage 3
Jaaroverzicht
Stichting MJD to Groningen
Concept, tussentijdse cijfers
BALANS
31
-14
-mrt
ACTIVA
31-12-2013"
■
Vaste activa
Materiele vaste activa
Financiele vaste activa
Totaal vaste activa
231.000
22.000
253.000
242.000
0
242.000
Vorderingen en overlopende activa
Liquide middelen
Totaal vlottende activa
1.919.000
6.674.000
8.593.000
1.031.000
6.912.000
7.943.000
Totaal activa
8.846.000
8.185.000
31
31-dec-10
Vlottende activa
PASSIVA
-14
-mrt
€
Eigen vermogen
Collectief gefinancierd gebonden vermogen
Algemene reserve
Bestemmingsreserves en -fondsen
tussentijds resultaat
Totaal eigen vermogen
€
348.000
1.566.000
2.877.000
348.000
1.566.000
2.877.000
-55.000
4.736.000
4.791.000
213.000
209.000
Kortlopende schulden en overlopende passiva
3.897.000
3.185.000
Totaal passiva
8.846.000
8.185.000
Voorzieningen
Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden: betreft consolidatie van Stiel en MJD.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
16
MJD Groningen
Stichting MJD to Groningen
Concept, tussentijdse cijfers
RESULTATENREKENING
31-mrt-14
Som der bedrijfsopbrengsten
2013
2.982.000
14.486.000
2.603.000
11.527.000
16.000
62.000
440.000
2.773.000
Som der bedrijfslasten
3.059.000
14.362.000
BEDRIJFSRESULTAAT
-77.000
124.000
Financiele baten en lasten
22.000
92.000
RESULTAAT BOEKJAAR
-55.000
216.000
mutatie bestemmingsreserves
Te verdelen resultaat
-71.000
16.000
112.000
104.000
BEDRIJFSLASTEN:
Personeelskosten
Afschrijvingen op immateriele en materiele vaste activa
Overige bedrijfskosten
" Aangepast voor vergelijkingsdoeleinden: betreft consolidatie van Stiel en MJD.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
17
MJD Groningen
Bijlage 4
Bekostigingseenheden
De MJD hanteert in overleg met haar grootste opdrachtgever, de Gemeente Groningen, een
kostprijssystematiek metals resultant een prijs per uur dienstverlening.
Op basis van de subsidie die MJD ontvangt ten behoeve van de geindiceerde Jeugdzorg, wordt de
formatie bepaald die ingezet kan worden.
Op jaarbasis zal een eventueel positief resultant behaald bij de geindiceerde jeugdzorg gereserveerd
worden in een egalisatiereserve.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
18
MJD Groningen
Bijlage 5 Handelingskader
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
19
MJD Groningen
Jong, Zelf en Samen
Visie en handelingskader Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt
Kwartaalrapportage 1B kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
20
MJD Groningen
• Inleiding
Voor u ligt de visie en het handelingskader uan Jeugdwerk Nieuwe Stijl; Jong Zelf & Samen.
De visie en het handelingskader Jeugdwerk Nieuwe Stijl zijn van onderop opgebouwd, van
jeugdwerker tot manager, iedereen draagt zijn steentje bij. Een visie en handelingskader, ontstaan
vanuit ervaring, met onderbouwing vanuit de organisatie. Onze missie, de pedagogische visie en de
visie op het sociale domein in Groningen zijn het kader waarbinnen Jeugdwerk Nieuwe Stijl vorm
krijgt. Aansluitend op dit document is er de methodiekbeschrijving 'Jong, Zelf en Samen,
methodiekbeschrijving Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt', Welke meer ingaat op hoe we in de praktijk
invulling kunnen geven aan deze visie en het handelingskader.
Motto
Jong, Zelf en Samen is het motto dat de ambitie van Jeugdwerk Nieuwe Stijl bij de MJD weergeeft.
Jong, Zelf en Samen staat voor de eigen kracht van jeugdigen, de professionele ruimte van de
jeugdwerker en het gezamenlijk werken aan de bevordering van democratisch burgerschap onder
jeugdigen.
Legitimatie
De tendens is al lange tijd zichtbaar. We willen een samenleving waarin we zelf verantwoordelijk zijn
voor ons leven, niemand buitensluiten, ons verbonden voelen met elkaar en samen dingen tot stand
brengen. De verzorgingsstaat transformeert tot participatiemaatschappij waarin zelf doen en samen
doen centraal staan.
Zelf en samen. Dat vragen we van de jeugd, en dat vragen we ook van onszelf. Het jeugdwerk is al
jarenlang stevig verankerd in de wijken van de Groningse samenleving, en maakt proactief deze
ontwikkeling door. Jeugdwerk Nieuwe Stijl laat dit zien en geeft hier een krachtige impuls aan.
Visie
Jeugdigen van 4 tot 18 jaar staan centraal. Elke jeugdige mag er zijn en dat dragen wij uit. Jeugdwerk
Nieuwe stijl activeert en stimuleert jeugdigen zich to ontwikkelen tot zelfredzaamheid, emancipatie en
participatie in de samenleving. Jeugdigen krijgen de ruimte en de veilige omgeving die nodig is om to
leren en zich to ontwikkelen. ledere jeugdige heeft talenten en kwaliteiten en wij stimuleren hen in de
ontwikkeling hiervan. We zien hierbij de jeugdige als onderdeel van zijn sociale omgeving.
De jeugdwerkers krijgen en nemen de professionele ruimte om hun werk goed uit to oefenen. Wij
werken vraaggericht en outreachend.
We werken samen, in de wijk, met de jeugd, de professionals en de buurtbewoners en gaan hierbij uit
van ieders eigen kracht en professionele ruimte. Onze benadering is er op gericht een veilige
leeromgeving to creeren en samen met de jeugdigen to werken aan ontwikkelen van hun talenten,
het bevorderen van de zelfredzaamheid en het versterken van het eigen probleemoplossend
vermogen zodat ze (weer) grip krijgen op het leven door controle, bewustzijn en participatie
(empoweren)(zie pedagogische visie MJD).
Wij werken met heldere plannen en doelstellingen. Wij geven onze partners, opdrachtgevers en
bestuur inzicht in onze doelen en resultaten.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
21
MJD Groningen
• Handelingskader met link Haar 8 bakens Welzijn Nieuwe Stijl(WNS)
We gaan uit van acht uitgangspunten die samen het handelingskader Jeugdwerk Nieuwe Stijl vormen.
Deze uitgangspunten zijn gerelateerd aan de 8 bakens van Welzijn Nieuwe Stijl en de
methodiekbeschrijving Jeugdwerk Nieuwe Stijl. (zie: Jong, Zelf en Samen, methodiekbeschrijving
Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt).
1)
Ruimte om to leren
Bakens WNS: gericht op de vraag achfer de vraag, gebaseerd op eigen kracht van de burger.
Jeugdigen krijgen de ruimte om to leren. We dragen zorg voor een positieve band en sfeer met/onder
de jeugdigen en scheppen een positief leerklimaat. We benadrukken de kwaliteiten en talenten en
maken een inschatting van de eigen kracht waarbij we de eigen verantwoordelijkheid van de
jeugdigen aanspreken.
We gaan hierbij uit van de pedagogische visie van de MJD: `Jeugdigen zijn immers de volwassenen
van de toekomst. In het (leren) ontdekken van de eigen identiteit en het (leren) nemen van eigen
verantwoordelijkheden mogen jeugdigen, passend bij de /eeftijdsfase, ruimte nemen om to leren. Dat
betekent dat ze ook fouten mogen maken om daarvan to /eren, dus ervarend /eren of /eren door to
doen. Hiervoor is een veilige (leer)omgeving nodig en vindt in de context van hun eigen /eefomgeving
of netwerk (gezin, vrienden, school, buurt, etc.) p/aats. Binnen dit sociale netwerk is ruimte om to
oefenen in het ontwikke/en of versterken van sociale competenties.'
We stimuleren actieve jeugdigen en buurtbewoners die anderen kunnen ondersteunen en zoeken
contact met de sociale omgeving van de jeugdigen voor ondersteuning in dit proces.
2)
Profileren
Bakens WNS:formeel en informeel in optimale verhouding, integraal werken.
We nemen als basis onze visie op Jeugdwerk Nieuwe Stijl en het communicatieplan Jeugdwerk
Nieuwe Stijl. Onze jeugdigen, hun omgeving en onze netwerkpartners weten precies waarvoor zij bij
ons moeten zijn. Wij zetten onszelf op de (sociale)kaart, we zijn flexibel en voorspelbaar. Wij zijn
zichtbaar en bekend voor iedereen in de wijk en het is duidelijk wat wij doen. Onze expertise wordt
waar nodig ingezet.
We doen dit door consequent to zijn in ons handelen en dragen zorg voor continu'iteit in onze
werkzaamheden. We gebruiken ons netwerk als medium om ons to profileren en werken hiervoor
samen met netwerkpartners, jeugdigen en buurtbewoners. Daarnaast zorgen we ook intern voor de
juiste profilering zodat bij collega's bekend is wat we doen, hoe we dat doen en voor wie.
We gebruiken daarvoor verschillende (sociale) media, wijkkranten, het Intranet van de MJD,
verschillende werkoverleggen etc. We zijn hierbij proactief in het profileren van ons werk.
3) Methodisch werken
Bakens WNS: Nief vrijblijvend, maar resultaatgericht.
We werken methodisch. Dat wil zeggen dat het van belang is dat er op basis van een goede analyse
gekeken wordt wat er nodig/wenselijk is binnen een wijk. Wij brengen signalen, observaties en vragen
vanuit de wijk (jeugdigen) bijeen en maken de eerste aanzet voor een stappenplan/werkplan. Op basis
hiervan wordt gekeken wie er betrokken moet worden bij het maken van een definitief
stappenplan/werkplan. We definieren hierbij duidelijke doelen en gaan na hoe we deze kunnen halen.
Bovenstaande werkwijze kan zowel op grote schaal (wijkniveau) als op kleine schaal (individuele
jeugdige) worden toegepast. Dit zijn Been uitgebreide rapportages maar concrete
stappenplannen/werkplannen waarin beschreven wordt wie, wat, waar en hoe doet.
Voorwaarden om op deze manier methodisch samen to kunnen werken zijn:
- stabiliteit binnen de teams
- een duidelijke (pedagogische) visie
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
22
MJD Groningen
We zijn in het proces van methodisch werken flexibel, vraaggericht, zelfstandig, nieuwsgierig, niet
vrijblijvend en verantwoordelijk voor het resultaat.
Doelen van het methodisch werken:
• Uitdragen van normen en waarden en bijbrengen sociale vaardigheden;
• Doelgericht werken: activiteiten zijn middelen om samenwerkingsvaardigheden aan to leren
talenten, to ontwikkelen, to leren organiseren, rekenen, talent aanspreken, zelfstandigheid
bevorderen etc.;
• Structuur bieden aan zowel de professional als de kinderen. En het is niet vrijblijvend.
Professionalisering en professionele ruimte
4)
Bakens WNS: gebaseerd op ruimte voor de professional
We ontwikkelen Jeugdwerk Nieuwe Stijl door van elkaar to leren, Haar elkaar to kijken en betrokken to
zijn in het proces. We creeren `vrije ruimte' om to kunnen experimenteren met Jeugdwerk Nieuwe Stijl.
Dit doen we samen met onze collega jeugdwerkers, onze vrijwilligers, actieve wijkbewoners, ouders,
maar ook met onze interne en externe partners in de wijk. We maken gebruik van onze eigen talenten,
ideeen en ervaringen en staan open voor `nieuwe dingen'. We gebruiken onze samenwerking, ons
gezamenlijke doel en de mogelijkheden die dit biedt hierbij als basis.
We realiseren ons dat de maatschappij en ons werk continu in ontwikkeling zijn en dat wij hierin een
proactieve rol kunnen nemen. We profileren onszelf, waarbij we fouten mogen maken en nieuwe
mogelijkheden moeten onderzoeken. Dit is onderdeel van het proces van professionalisering en deze
accepteren we ook als zodanig. We zien continu'iteit als voorwaarde voor professionalisering en
professionele ruimte: goede ideeen en sterke professionals worden gekoesterd met de kwaliteit van
het werk als graadmeter.
We hebben een helikopterview. Dat wil zeggen, we hebben de professie om boven de materie to
kunnen hangen en to kunnen zien wat er nodig is. De professional bepaalt wat en hoe. Er ligt een plan
van de organisatie onder, die jij op jouw manier mag invullen.
Scholing is een belangrijk onderdeel van onze professionalisering: niet alleen collectief en
aanbodgericht. Maar ook individueel en vraaggericht is scholing belangrijk in de (door)ontwikkeling
van jeugdwerkers.
Het i.s.m. de leidinggevende vanuit je eigen idee professionele doelen en resultaatafspraken
vaststellen. Het wijkplan ligt onder deze afspraken. Het is maatwerk en in samenwerking met andere
partners. Hierbij hebben we professionele ruimte en vertouwen nodig.
Integraal samenwerken (in de pedagogische civil society)
5)
Bakens WNS: formeel en informeel in optima/e verhouding, direct erop af, doordachte balans
van individueel en collectief integraal werken.
Wij zijn sterk in samenwerken en onze signalerende en coachende rol in de wijk is daarbij belangrijk.
We zijn professioneel, we hebben kennis van de sociale kaart en we zijn proactief in het
samenbrengen van mensen en jeugdigen in de buurt. Daarnaast kunnen we ook een stap terug
nemen waar nodig en geven de jeugdigen en hun omgeving de ruimte om hun eigen
verantwoordelijkheid to nemen. We hebben een heldere positie in de wijk, het is duidelijk wat wij voor
de jeugdigen en buurtbewoners kunnen betekenen. We bewaken hierbij de balans tussen overleg en
uitvoering.
We werken integraal en methodisch Haar een gezamenlijk doel. De samenwerking is integraal met
verschillende disciplines. Jeugdwerk, straathoekwerk, jeugdhulpverlening en buurtsportwerk,
vrijwilligers en actieve buurtbewoners. werken nauw samen. Hierbij werken we vanuit de vraag van de
jongere aan de hand van een gezamenlijk gemaakt stappenplan. Hierbij staan de talenten,
mogelijkheden en vaardigheden van de jeugdigen centraal.
De basishouding van het integraal samenwerken is gericht op het tonen van interesse, geduld,
oprechtheid, respectvol zijn, consequent zijn en duidelijk zijn. Het `dreamteam' van het samenwerken
binnen Jeugdwerk Nieuwe Stijl ziet er als volgt uit:
Kwartaalrapportage 1a kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
23
MJD Groningen
Kernteam:
Jeugdwerk
Vrijwilligers en stagiaires
buurtsportwerk
straathoekwerk
jeugdhulpverlening
Schilteam:
opvoedingsondersteuning (bib, Iph)
schoolmaatschappelijk werk
externe (wijk) ketenpartners
6)
Eigen kracht en talentontwikkeling
Bakens WNS: gebaseerd op eigen kracht van de burger
Ons uitgangspunt is dat iedereen iets kan. Wij hebben de taak uit to zoeken wat dat dan is. We gaan
daarbij uit van de eigen kracht en talenten en zijn in dit proces niet probleem gestuurd. De individuele
vrijheid van jeugdigen hierin is belangrijk, als jeugdwerker scheppen wij hierbij het veilige kader om
zich to kunnen ontwikkelen.
We hebben geduld wanneer het gaat om talentontwikkeling en eigen kracht en we nemen onze
netwerkpartners mee in onze werkwijze hierin. Een goed voorbeeld van eigen kracht en het hierbij
samenwerken in de wijk is de Vreedzame wijk.
Om volledig de eigen kracht en talenten van jeugdigen aan to kunnen spreken hebben we een
positieve houding, geduld, denken we buiten de kaders om en geven we de jeugdigen/kinderen
vertrouwen.
Hiernaast zorgen we voor kennis en vaardigheden om peer-support toe to kunnen passen. Jeugdigen
voor jeugdigen is de ultieme uiting van eigen kracht en talentontwikkeling.
7)
Participeren
Bakens WNS: gebaseerd op eigen kracht van de burger
We onderscheiden 3 hoofdthema's, namelijk:
1. We belonen participatief gedrag (consumptief niet belonen);
2. We doen het samen met extra aandacht voor eigen kracht en eigen waarde;
3. We creeren draagvlak.
1) We belonen participatief gedrag.
We zorgen ervoor dat we geen gras voor de voeten wegmaaien van de doelgroep. (We geven de
jeugdigen 'ruimte' om to kunnen participeren);
We nemen de tijd en we geven de tijd;
We benoemen wat we doen, we geven inzicht in het process
We geven positieve aandacht aan actieve jeugdigen, we laten zien wat participeren oplevert.
2) We doen het samen met extra aandacht voor eigen kracht en eigen waarde.
We maken een inschatting wat de eigenkracht van een jongere is, we waken voor overschatting;
We maken jeugdigen bewust van het felt dat iedereen goed is in ie
We geven jeugdigen de tijd en complimenteren;
Het proces is minstens net zo belangrijk als het doel;
We focussen op het positieve, we blijven doorgaan.
3) We creeren draagvlak.
We hebben als doel draagvlak voor onze werkwijze to creeren onder jeugdigen, ouders, hun
omgeving en collega's;
We hebben een werkwijze die voor iedereen duidelijk is;
We zetten naast talent ook in op ontwikkeling;
We profileren Haar buiten toe wat het oplevert om to participeren.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
24
MJD Groningen
Samen met vrijwilligers
8)
Bakens WNS: gebaseerd op eigen kracht van de burger, gebaseerd op ruimte voor de
professional, integraal werken.
Belangrijk is dat vrijwilligers ingezet gaan worden op hun talenten. We zorgen ervoor dat we
inzichtelijk hebben wat deze talenten zijn en dat de vrijwilligers daarop worden ingezet.
Daarnaast zorgen we voor duidelijke kaders waarbinnen gewerkt wordt met vrijwilligers. Waar begint
en waar stopt hun eigen verantwoordelijkheid en waar ligt de verantwoordelijkheid van de
professional?
Wanneer de jeugdwerker verantwoordelijkheden krijgt voor het begeleiden van vrijwilligers moet deze
hierin gefaciliteerd worden. Er vindt een verschuiving plaats van taken voor jeugdwerkers, van meet
uitvoerend Haar ondersteunend, coachend, signalerend en verbindend.
De basis van de professional blijft in de wijk! Van daaruit werken ook de vrijwilligers.
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
25
MJD Groningen
Bijlage 6 Methodiekbeschrijving Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt
Kwartaalrapportage 1e kwartaal 2014
ten behoeve van de provincie Groningen
26
MJD Groningen
Inleiding
Deze methodiekbeschrijving is geschreven om praktische handvatten en
methodieken to bieden aan de huidige jeugdwerkers en aankomende jeugdwerkers
van de MJD. De jeugdwerker nieuwe Stijl werkt vanuit de 8 bakens van Welzijn
Nieuwe Stijl en binnen het handelingskader Jeugdwerk Nieuwe Stijl van de MJD.
Jong, Zelf en Samen
In deze beschrijving wordt per baken antwoord gegeven op de vraag hoe het
jeugdwerk met de 8 bakens kan werken. Bij elke baken wordt benoemd Welke
uitgangspunten van het handelingskader Jeugdwerk Nieuwe Stijl (JWNS) van de MJD
hieraan gekoppeld zijn. Bij elke baken staat als eerste beschreven wat Frank van
Strijen in zijn boek 'Jongerenwerk Nieuwe Stijl' zegt over dit baken en Jongerenwerk
Nieuwe Stijl. Daarna worden er handvatten en methodes geboden/beschreven die
als hulpmiddel kunnen dienen om binnen het handelingskader Jeugdwerk Nieuwe
Stijl to werken.
Methodiekbeschrijving Jeugdwerk Nieuwe Stijl in de buurt
Als jeugdwerker kan je deze methodiekbeschrijving erbij pakken om to leren hoe je
met de 8 bakens Jeugdwerk Nieuwe Stijl kan werken. Ook kan je het gebruiken om to
evalueren of er nog op de manier gewerkt wordt die aansluit bij Jeugdwerk Nieuwe
Stijl.
De MJD en jeugdwerk
De belangrijkste 10 kwaliteiten van een jeugdwerker nieuwe Stijl
Volgens Frank van Strijen
De M1D is bezig met een ontwikkelingstraject Jeugdwerk Nieuwe Stijl. De MJD had als
missie voor het jongerenwerk: 'longeren stimuleren om een actieve rol to spelen in de
samenleving, kwetsbare jongeren een steuntje in de rug of hulp bieden, zodat
iedereen het beste uit zichzelf kan halen.' Vanuit deze missie gaan we samen aan de
slag. We willen:
•
•
•
•
•
•
een integrate aanpak van hetjeugdwerk;
jongeren stimuleren om actief mee to doen;
jongeren en hun ouders informeren en adviseren;
knelpunten op tijd signaleren en passende hulp bieden;
jeugd maatschappelijk werk ontwikkelen;
de zorg goed op elkaar afstemmen.
Als jongerenwerkers streefden we verschillende doelen na, zoals: talent
ontwikkeling, stimuleren van zinvolle vrijetijdsbesteding, stimuleren in het
volbrengen van hun ontwikkelingstaken, het signaleren, doorverwijzen bij zorg,
voorkomen van jongerenoverlast op straat, jongeren voorbereiden en leren mee to
doen aan maatschappelijke activiteiten en aan laten sluiten bij de maatschappij.
Jong,Zelf en Samen
Als jeugdwerkers nieuwe Stijl slaan we een nieuwe weg in. Jong, Zelf en Samen is het
nieuwe motto. Met deze termen wordt eigen kracht van jeugdigen, de professionele
ruimte van de jeugdwerker en het gezamenlijk werken aan de bevordering van
democratisch burgerschap onder jongeren uitgedragen.
Als jeugdwerkers nieuwe Stijl activeren en stimuleren wij jeugdigen zich to
ontwikkelen tot zelfredzaamheid, emancipatie en participatie in de samenleving. Om
dit to bereiken bieden de jeugdwerkers jeugdigen in de wijken een veilige omgeving
geboden om zich to ontwikkelen, wordt er vraaggericht en outreachend gewerkt en
wordt er samengewerkt in de wijk en met netwerkpartners. De 8 bakens van Welzijn
Nieuwe Stijl bieden handvatten om dit to bereiken.
eevoegd
Stijl
heb je de relevante aangeleerde kennis om als
Als jeugdwerker nieuwe
jeugdwerker to werken. Deze kennis kan je zo gebruiken dat het resulteert in
constructief jeugdwerk.
eekwaam
Bekwaamheid leer je in de praktijk, als nieuwe jeugdwerker heb je tijd en ruimte
nodig om het vak in de praktijk to leren en ervaringen op to doen.
Body
Een jeugdwerker nieuwe Stijl is niet gemakkelijke van zijn stuk to brengen, de
persoon van de jeugdwerker wordt belangrijker en heeft het unieke, herkenbare en
persoonlijke van een jeugdwerker.
eewust
De jeugdwerker nieuwe Stijl is bewust(met aandacht) aan het werk.
Beinv/oedend
Als jeugdwerker nieuwe Stijl ben je je bewust van de invloed die je hebt op de
jongeren en maak je daar op een positieve manier gebruik van.
eenaderbaar en bevraagbaar
alleen
niet
Je bent
benaderbaar en bevraagbaar voor jongeren maar voor de totale
omgeving, buurtbewoners, professionals en netwerkpartners.
Betrokken
Als jeugdwerker ben je betrokken, het welzijn van de jongeren doet er voor je
persoonlijk toe.
eeweeglijk en beschikbaar
Je bent beweeglijk, flexibel en beschikbaar als jeugdwerker nieuwe Stijl. Die ruimte
moet door de organisatie ook gegeven worden.
Bestendig
Je kan als jeugdwerker een bestendige plek hebben in het leven van de jongeren.
Bevlogen
1e moet bevlogen zijn van het vak en van jongeren. De omgeving moet bevlogenheid
inspireren en werkervrijlaten.
Baken 1: gericht op de vraag achter de vraag
Uitgangspuni handelingskader JWNS: ruimte om to leren
Is mijn handelen
gerelateerd aan een
vraag/Hood van
jongeren?
Richt je samen met de client op de werkelijke vraag in p/aats van dat het aanbod de
vraag stuurt.
Nee
Bij vraaggericht werken ligt de focus niet altijd op de uitgesproken vraag, maar juist
op de onuitgesproken vraag. Soms is het dus belangrijk eerst de 'praktische' Hood to
ledigen, voordat je toekomt aan de echte vraag. De jeugdwerker die present werkt,
gaat nog een stap verder. Hij zoekt aansluiting om de aansluiting, los van de vragen
die er eventueel kunnen leven. Door present to werken zal hij zowel de gestelde als
Is er een andere
legitimering voor
datgene wat ik doe?
Nee
Activiteit/beleid staken
Ja
Handelen uitvoeren,
maar legitimering
bliiven controleren.
la
de onuitgesproken vraag sneller en beter in beeld krijgen en kunnen beantwoorden.
•
Bij vraaggestuurd werken last je je leiden door de ander, bij vraaggericht werken
neem je de ander als vertrekpunt.
•
Laat ik jongeren
participeren in het
handelen?
Je sluit bij de jeugdigen hun hulpvraag aan, zo nodig begeleid je hun Haar andere
hulp.
•
Wanneer de vraag helder is dan moet er gekeken worden wie wat doet. Wat
kunnen ze zelf doen en wat kunnen anderen in de omgeving betekenen.
•
Je neemt de onuitgesproken vragen en de vraag achter de vraag serieus, ziet ze
en anticipeert erop. Het is continu proactief anticiperen op de vragen achter de
Nee
Nee
Activiteit/beleid
pauzeren en jongeren
laten participeren.
la
Handelen uitvoeren
maar legitimering
bliiven controleren.
Ja
vragen.
•
Is er een legitieme
reden om dit niet to
doen?
Goed vormgegeven vraaggericht- en participatief werken levert een positief
eigendoms gevoel op bij de jeugdigen.
Laat ik jongeren de
wijze waarop ze
participeren zelf
formuleren?
"De belangrijkste vragen zijn: 'Wie kan je daarbij helpen? Wat heb je
zelf al gedaan om deze situatie to veranderen? Wat heb je nodig om
Nee
verder to komen?' Ook een realisatievraag is zinvol: `Hoe ga je dat
voor elkaar krijgen?"'
Is er een legitieme
reden om dit niet to
doen?
Nee
Ja~
Handelen uitvoeren
maar legitimering
blijven controleren.
la
Leestip: http://www.aandachtvooriedereen.nl/wmo/op-zoek-Haar-devraag-achter-de-vraag-3145.html
U bent vraaggericht en
participatief bezi~.
Boon: Jeugdwerk Nieuwe Stijl, Frank van Strijen
Activiteit/beleid
pauzeren en ~ongeren
manier van participeren
laten formuleren.
Baken 2: gebaseerd op de eigen kracht van de burger
Uitgangspunt handelingskader JWNS: ruimte om to leren, eigen kracht en
talentontwikkeling, participeren, samen met vrijwilliger
Ga eerst na wat de burger zelf kan (met hulp van de directe omgevingJ en bepaal
daarna of verdere ondersteuning nodig is.
Waarderend onderzoeken
Appreciative Inquiry / Waarderend onderzoeken(AI) is een aanpak voor verandering
waarbij mensen samen onderzoeken wat er werkt in plaats van wat er verkeerd gaat.
AI verlegt de focus van problemen Haar perspectief en van ontkennen, klagen en
kritiek geven Haar verantwoordelijkheid nemen, eigenaarschap en samenwerken. Dit
levert de creativiteit, betrokkenheid, acties en initiatieven op die nodig zijn om
Het risico zit hem voornamelijk in het over- of onderschatten van deze eigen kracht.
Het is goed om telkens to beginnen bij de ander en bij zijn niveau (van leven). De
veranderingen succesvol to realiseren.
groei die de persoon doormaakt moet ook steeds gemeten worden vanuit zijn
vertrekpunt en niet vanuit het punt zoals het, gemiddeld genomen, zou moeten zijn.
Vier vragen om kennis met AI to maken
Het is een precaire balans tussen enerzijds de ander niet overvragen in zijn
onvermogen en anderzijds hem prikkelend activeren.
•
•
Als jeugdwerker spreek je de eigen kracht en verantwoordelijkheid van de
•
Beschrijf een piekervaring in jouw leven, iets wat heel goed ging, waar je heel
tevreden over bent.
Wat vind je het leukst van jezelf? Jouw hobby? Jouw school, jouw relatie met
jouw vrienden?
Wat maakt jou heel blij, vertel eens een hele concrete situatie, wat zie je voor
•
•
je?
Welke Brie wensen, dromen, ambities heb jij voor de komende 1-3-5- jaar?
Wat van de dingen die je goed kunt kun je gebruiken om jouw wens/droom to
•
jongeren aan.
•
Jeugdigen zelf activeren en laten participeren maakt dat ze gaan zien wat ze
kunnen, ze leren hun eigen kracht kennen.
•
Als jeugdwerker heb je een afwachtende rol om jeugdigen een kans to
geven het zelf to doen.
•
Op microniveau: last de jeugdigen meewerken aan het dagelijks reilen en
bereiken?
zeilen van het jeugdwerk.
•
Mesoniveau: leugdigen worden/zijn betrokken bij werkzaamheden die zich
meer op inhoudelijk en organisatorisch niveau afspelen.
•
Macroniveau: laten meedenken op beleidsniveau. De jeugdigen krijgen in
stemming in beleidsmatige zaken in het jongerencentrum of in de gehele
[liscevcr
wee ~rt~e~re~r~~?
organisatie.
•
Je helpt en stimuleert jeugdigen om hun eigen talenten to ontdekken en
ontwikkelen. Als jeugdwerker spreek je de eigen kracht en talenten aan om
vertellen
de jongeren zelfredzamer to maken.
..,~
~`t
r+a~dor+wrdr~
Als jeugdwerker stel je je op als coach; het bedenken, organiseren,
uitvoeren en evalueren van activiteiten doen jeugdigen zelf. Zo nodig
betrek je andere organisaties, ouders en buurtbewoners. Het
jeugdwerk smeedt coalities met alle personen en organisaties die van
~^~r'~"""^w~ +~'~
"~, ,AIM
Vice-andcrtl~ema
V~rb~Nden
M
ou~~~~
V1St fciezern wy?
(BY~Y!fxlhVV~ll~pNgJ
belang zijn in het leven van de jeugdigen.
Vernfeuwen
Leestip: Jeugdwerk Nieuwe Stijl hoofdstuk 8.1 t/m 8.5
F3YL~4tCi1
W`tismoy~l~'~
~'~~
De 5 stappen van de ABCD methode
ABCD methode
Met de ABCD methode kan de jeugdwerker werken met de eigen kracht van de
buurt, deze methode kan ingezet worden om de positie van de jongeren in de wijk to
versterken. De jeugdwerker werkt dan niet alleen vanuit de jongeren maar vanuit het
versterken van de buurt. De jongeren hun krachten kunnen daarbij ingezet worden.
De ABCD methode heeft als Joel:
Het van binnenuit werken aan een in economisch, cultureel en sociaal opzicht
leefbare buurt, door sociale relaties tot stand to brengen en onvermoede
capaciteiten van bewoners, organisaties en instellingen binnen de lokale
gemeenschap to mobiliseren.
De wijk
•
•
•
Welke potenties zijn er in de wijk,
hoe willen de buurtbewoners hun
talenten en vaardigheden inzetten
Eigen bronnen van de wijk staan
centraal
Er wordt constant gewerkt aan
relaties tussen de bewoners van
de wijk, de groepen in de wijk,
professionals in de wijk en
ondernemers.
Stap 1
Inventarisatie capaciteiten
Capaciteiten en vaardigheden worden in beeld gebracht.
`Over Welke bronnen beschikken we om deze problemen zelf op to lossen?
Bestaande maar nog onvoldoende aangeboorde krachtbronnen in en rond een
gemeenschap worden gezocht, in plaats van met het benoemen van behoeften,
gebreken en problemen.
Bouwen aan relaties
Stap 2
Er komt een actieplan waarin staat hoe individuen in contact kunnen worden
gebracht met andere bewoners, groepen en organisaties. De bewoners nemen
samen met de professionals de leiding.
Activering van de wijk
Stap 3
Met de inventarisatie van de capaciteiten in de wijk en de mogelijkheid om mensen
in contact to brengen kan er gewerkt worden aan de relaties tussen bewoners,
groepen en instellingen.
Samenbrengen van de wijk
Stap 4
Een wijk wordt versterkt wanneer bewoners de handen ineenslaan met het doel een
probleem uit de wereld to helpen. Mensen gaan geloven dat ze zelf aan het roer
kunnen staan van probleemoplossing en mogelijkheden in de buurt. Het tastbare
resultaat is belangrijk, maar het is de kwaliteit van persoonlijke relaties die zorgt
voor de duurzaamheid.
Stap 5
Mobiliseren van een gemeenschap
Als er een basis in de wijk ligt dan kunnen ze opzoek gaan Haar steun en
economische steun van buiten.
Boon: Methodebeschrijving ABCD, www.movisie.nl
Baken 3: direct eropaf
Uitgangspunt handelingskader JWNS:integraal samenwerken
Benader ook mensen die niet om ondersteuning kunnen, durven of willen vragen.
De eropaf/aanpak is met name bedoeld voor degenen die zorg mijden en voor wie de
acute crisissituaties dreigen. Het gaat om een proactieve aanpak. Het komt dikwijls
voor dat jongeren de neiging hebben om zorg to mijden. Dan is het van groot belang
dat jeugdwerkers weten wat doorpakken in dergelijke situaties inhoudt.
•
•
De enige inzet is aanvankelijk om `er to zijn', to observeren en goed contact
to leggen, door zoveel mogelijk aan to sluiten bij de leefwereld van mensen.
Door er to zijn wordt het gedrag van binnenuit be~invloed.
De eerste stap in het outreachend werken is het respectvol contact leggen,
het nu van het contact bewijzen en het beginnen met ondersteunen.
Vervolgens is het voorkomen dat de jongere terugvalt en sterk genoeg
wordt om uit de problemen to blijven.
Als jeugdwerker sluit je aan bij de jongeren hun leefwereld, je bent dus waar
zij zijn.le stapt in de leefwereld van de jongeren, de inside/out benadering.
•
Door standvastig present to werken zal je op lange termijn door de
zorgmijders opgezocht worden.
Presentiebenadering
Als je als jeugdwerker nieuwe Stijl gaat werken ben je een presentwerker.
BEWEGING, PLAATS EN TUD
De presentwerker werkt niet vanuit een locatie, je komt Haar de ander toe in plaats
van omgekeerd. De presentwerker past zich aan aan het leefritme en leefmilieu van
de betrokkenen. Ook in overdrachtelijke zin wordt er niet gewerkt vanuit de
theoretische, theologische, ideologische plannen.
RUIMTE EN BEGRENZING
De presentwerker is niet touter aanspreekbaar op een type probleem of hulpvraag.
Je bent open, domein overschrijdend en breed inzetbaar. De betrokkenen hoeven de
aandacht en hartelijkheid van de presentwerker niet to verdienen en kunnen het ook
niet gemakkelijk verbruien. Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met de zaken, de
verhalen en de sociale structuren zoals ze zich voordoen.
Kenmerken betreffen
Strekking
1. beweging, plaats en
De beroepskracht volgt de ander
ijd
2. ruimte en begrenzing
Kenmerken van professionals die outreachend werken:
•
Een open en contactmakende houding
•
Steunend en respectvol
(in plaats van het omgekeerde)
uit een stuk werken / integralisme
(in plaats van fragmentatie en specialisering)
bij het geleefde leven zijn
3. aansluiting
in plaats van bij de bureaucratische schematisering ervan
het goede van de ander centraal zetten
4. zich afstemmen
•
Zacht op de relatie
(in plaats van de eigen - goede - bedoelingen
•
Waar nodig hard, confronterend en moraliserend op de
de ander is minstens bij een in tel (de ander staat op
inhoud en ook dan:
•
5. betekenis
Hummer een)
(erkenning en relatie wegen het zwaarst)
Werkend vanuit de interesse voor en contact met de
belevingswereld
•
Gericht op het herstellen van verbindingen
AANSLUITING
•
Gericht op het versterken van draagkracht en participatie
van clienten, families en groepen.
De presentwerker deelt in het leven van de betrokkenen. Bovendien staat niet de
jacht op problemen voorop, maar het vinden van een bevredigende verhouding tot
het leven. De present werker is aanwezig en denk niet aan zware hulpverlening
gesprekken, maar eerder aan met elkaar optrekken en daar doorheen ernstige zaken
aansnijden.
Leest(p: Manifest Eropaf! 2.0
Baken 4: formeel en informeel een optimale verhouding
AFSTEMMING EN OPENHEID
Doelen liggen niet vast, zeker niet van tevoren er wordt gesproken van een
Uitgangspunt handelingskader JWNS: profileren, integraal samenwerken
doelrichting. De presentwerker heeft een open agenda die de ander mag invullen.
De sturing van het werk is dus ook problematisch: reflectief, zonder vaste patronen,
Zoek Haar de ideate verhouding voor de toekomst tussen formele hulp (en
zonder een legitimatie vooraf, zonder veilige regels of een beschermende
professionele status.
afhankelijkheid daarvanJ en ondersteuning vanuit het sociale netwerk van de burger.
De nieuwe jeugdwerker moet de kunst verstaan om jongeren 'op eigen benen' to
zetten. In dit proces zal hij zich veelvuldig terughoudend moeten opstellen.
BETEKENIS
Het blijkt vooral betekenisvol voor mensen die maatschappelijk uitgestoten zijn. Juist
die mensen worden door presentwerkers uitgekozen, gevonden, gesterkt en erkend.
•
Doordat de presentwerker zich (nauwgezet) positioneert in het netwerk van de
reguliere zorg en het welzijnswerk, vormt deze vaak een brug.
•
Je kijkt wat het netwerk kan doen voor de jongeren, als professional neem
je het niet over.
Het jeugdwerk zal meer gaan samenwerken met het sociale netwerk van de
jongeren. Er moet gekeken worden of er ondersteuning uit dit netwerk kan
komen.
•
De jeugdwerker beseft dat mensen gelukkiger zijn als ze zelf hun problemen
•
Als jeugdwerker zoek je de balans tussen wat de jongere(n) op eigen kracht
kunnen doen en waar ondersteuning bij nodig is.
•
Als jeugdwerker stet je je terughoudend op. De kracht ligt er in om samen
met de jongeren to bezien op Welke wijze de jongeren zelf de problemen of
Br0~1: www.presentie.nl
oplossen of zich nuttig maken voor anderen.
klachten kunnen oplossen.
•
Het probleemoplossend vermogen,zowel van individuen als groepen moet
•
Structurele afhankelijkheid van de jeugdwerker en professional moet
geactiveerd worden.
vermeden worden.
Maak met jongeren een netwerkschema om het netwerk in kaart to
brengen en bij wie ze terecht kunnen met hun vragen en problemen.
Als daar niemand uitkomt kan professionele hulp gezocht worden.
J
~
Leestip: Gronings Goud
Supportgerichte benadering
mogelijke ondersteunings gebieden meegenomen
In de supportbenadering wordt gekeken Haar:
de mogelijkheden van de persoon: gericht op zelfontplooiing en zelfbepaling
•
de mogelijkheden van het sociale netwerk: gericht op optimale inzet en
•
wederkerigheid
de wensen en ondersteuningsbehoeften van de persoon
•
het functioneren in/van de samenleving: sociale inclusie en volwaardig
•
burgerschap
De client helpen keuzes to
Alternatieven op een rij
maken en doelen to stellen.
zetten.
3. Doelen stellen
Het stellen van
Prioriteiten stellen.
ondersteuningsdoelen.
--- -Fase 3:
Op basis van de wens die voor de client de hoogste prioriteit heeft, wordt een doel
gesteld. Het is van belang om to weten wat voor de persoon belangrijk is in verband
met het doel. We noemen dit persoonlijke voorkeuren. Deze maken concreet en
inzichtelijk wat belangrijke aspecten zijn van het doel.
Het kiezen uit beschikbare
methoden en strategieen.
Het opstellen van een plan
Het bepalen hoe deze ingezet
waarin activiteiten zijn
Worden. Het uitstippelen van
opgenomen die passen bij
4. Plan maken
een tijdpad.
de wensen, doelen en
Het ondersteunen van de
behoeften van de client.
client door samen to werken
aan een plan.
Fase 4:
Een plan bevat de acties die leiden tot het realiseren van het doel. Supportgericht
Werken is er op gericht om to helpen een zo krachtig mogelijk persoonlijk
steunsysteem to ontwikkelen. De kern bestaat uit de mogelijkheden om zichzelf to
helpen. Op de tweede en derde plaats komt het'natuurlijke' netwerk en
professionele ondersteuning.
Afhankelijk van inhoud plan.
Het uitvoeren van het plan.
5. Plan uitvoeren
Fase 5:
De regie bij de uitvoering van het plan ligt bij de client. Bij complexe situaties waarbij
meerdere hulpverleners nodig zijn, kan de inzet van een zorgcoordinator nodig zijn
om to coordineren, en er op toe to zien dat het plan kwalitatief goed uitgevoerd
wordt
Het volgen van de uitvoering Bijhouden van een logboek;
6. Monitoren,
houden van een
zodat waar nodig
evalueren, bijstellen
_evaluatiebespreking.
_
worden.
kan
bi~gestuurd
-- __
Fase 6:
Het gaat erom om na to gaan:
• of de relatie op het goede spoor zit (vragen: is er voldoende vertrouwen? Is er
sprake van een bevredigende wederzijdse communicatie? Handel ik vanuit de
belangen en het perspectief van de client?);
of
de activiteiten in de betreffende Ease goed verlopen;
•
• of er een goede en logische aansluiting is tussen de ene en de andere fase.
Als professional stel je je primair op aan de kant van de client. Je zult ook regelmatig
persoonlijke overwegingen moeten maken. Bij evalueren hoort dus ook zelfevaluatie, de evaluatie van je eigen handelen.
Fries
Doelen
Voorbeelden van activiteiten
1. Ontmoeting en
kennismaking
Elkaar wederzijds leren
kennen.
Leren kennen van de
leefwereld van de client
inclusief zijn leefomgeving
en het sociale netwerk.
Contactzoeken.
Koffie drinken.
Luisteren Haar het
levensverhaal.
Ervaringen uitwisselen.
Fase 1:
De relatie met de client wordt centraal gesteld. Het gaat in de eerste plaats niet om
het oplossen van problemen, maar vooral om het 'aandachtig aanwezig zijn'. De
relatie moet gekenmerkt worden door hoop en vertrouwen, en het geloof dat
ontwikkeling mogelijk is. Deze steun kent een grote mate van 'presentie', continu~iteit
en consistentie; het handelen is gericht op ontwikkeling en empowerment. Je kijkt
waar de ander zich prettig bij voelt.
Gegevens op een rij zetten
Informatie verzamelen die
met betrekking tot: wensen,
nodig is om tot een goed
I
persoonlijke voorkeuren,
Plan van Aanpak (en evt.
~ 2. Informatie
mogelijkheden en
verzamelen, ordenen ondersteuningsplan)to
beperkingen,
gewenste en
komen.
~ en analyseren
noodzakelijke steunbronnen,
De client helpen in een
ondersteuningsvragen.
zoekproces.
Fase 2:
Het verzamelen, ordenen en analyseren van de informatie die nodig is om
uiteindelijk tot de juiste acties to komen. Het gaat om het verkennen en analyseren
van de ervaren problemen of belemmeringen, het inventariseren van wensen,
persoonlijke voorkeuren en opties met betrekking tot het oplossen of verminderen
van de ervaren belemmeringen. Bij het verzamelen van informatie worden alle
~I,
'i
~I
'
( Bton: Supportgerichtwerken in de WMO, www.wmowerkplaatsen.nl
l
1
1
Baken 5: doordachte balans van collectief en individueel
Baken 6: integraal werken
Uitgangspunt handelingskader lWNS: integraal samenwerken
Uitgangspunt handelingskaderJWNS: profileren, iniegraal samenwerken,samen
met vrijwilligers
Ga uit van het stepped-care principe: doe collectief wat collectief kan en bled
individuele hulp als dit nodig is.
De jeugdwerker nieuwe stijl moet een goede verhouding hanteren tussen het
individu en de groep. De inzet hierachter is meer van pedagogische aard dan een
Werk samen met de keten (en netwerk)partners om tot een samenhangend en
volledig pakket van ondersteuning to komen, waarin de regie duidelijk is geregeld.
Goede zorg voor mensen (jong en oud) komt niet tot stand door losstaande
individuele organisaties.
financieel vraagstuk.
Jeugdwerk speelt zich of in een groep, er is respect voor ieder individu in die
•
•
Integraal werken is iets anders dan gezamenlijk overleg hebben met andere
•
Problemen die met elkaar samenhangen worden ook in samenhang worden
aangepakt. Niet het eigen aanbod of de rationaliteit van de eigen
professionals.
groep.
•
Collectieve aanpakken zijn niet alleen goedkoper, maar bieden ook vaak een
•
Activiteiten zijn een collectief middel met als doel jeugdigen optimaal to
laten participeren in de samenleving. Participatie vraagt van de individu
betere oplossing.
acceptabel gedrag. Het jeugdwerk kan dit op een collectieve manier aan de
organisatie vormt het vertrekpunt, maar de behoefte aan ondersteuning
van de klant
•
jeugdigen overbrengen.
het jeugdwelzijnswerk gebruikt primair methodieken van het groepswerk
die kinderen, tieners en jeugdigen uitnodigen om zich zowel individueel als
•
•
Goed met elkaar samenwerken is belangrijk. De aanbieders van
ondersteuning moeten zelf de verantwoordelijkheid voor ketenregie dan
ook oppakken.
sociaal to ontwikkelen.
•
Bij integraal werken is de klus of als het doel is behaald, niet als je als
partner je deeltaak hebt afgerond.
Individuele aandacht is er in de vorm van informatie en advies en
•
Bij integrate aanpak wordt een eigen beleid gecreeerd. Deze wordt weer
•
Als jeugdwerker kan je een verbindende schakel zijn tussen de openbare
meegenomen Haar de eigen organisaties.
probleemsignalering.
ruimte/vrije tijd, de thuissituatie en de diverse ketens, signaleren,
informatieleverancier, doorverwijzen en bieden van (lichte) ondersteuning.
Groepen zijn een essentiele meerwaarde voor:
Bij een integrate aanpak functioneer je als een geheel. Alle
identiteitsbeleving, zelfontplooiing, maatschappelijke emancipatie en
doelgroepen waar professionals/netwerkpartners zich op gericht
verantwoordelijkheid.
~
~
hebben zijn een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Als jeugdwerker
kan je dus ook in gesprek moeten gaan met ouders van jongeren,
waarvan de ouders overlast veroorzaken.
L998~ip: www.nji.nl-jeugdwelzijnswerk
Leestlp: ~eugdwerk Nieuwe Stijl hoofdstuk 5.3
Baken 7: niet vriJblijvend, maar resuitaatgericht
Uitgangspunt handelingskaderJWNS: methodisch werken
Definieer duidelijke doelen voor de korte en lange termijn en ga na hoe die to halen.
Als Jeugdwerk Nieuwe Stijl present wordt opgezet, is dit present zijn een doel op
zichzelf. Met als gevolg dat gewenste resultaten behaald worden.
•
De inzet van het jeugdwerk moet niet vrijblijvend zijn. Met de jeugdigen
worden concrete afspraken gemaakt over de vraag Welke ondersteuning er
geboden gnat worden, wat de eigen inzet er is en Welk resultant ze willen
behalen.
•
Als jeugdwerker kies je op Welke manier je wil werken. Na het signaleren en
verzamelen van de hulpvraag kies je met Welke methode je het wil
aanpakken.
•
Als presentwerker werk je vanuit wat de jeugdigen het meest belangrijk
vindt om to kunnen winnen of verliezen. Hiermee kan je met de jeugdigen
resultant halen op wat zij belangrijk vinden.
•
De afspraken moeten voor de jongeren haalbaar zijn, je sluit je als
jeugdwerker dus aan bij het niveau van leven van de jongeren.
•
Als presentwerker stop je niet als de vraag van de jeugdige is beantwoord, je
kijkt wat je kan doen in plants wat je moet doen om de vraag en eventueel
de vraag erachter to beantwoorden.
•
Je doelen als jeugdwerker hebben niet altijd een einddoel maar zijn
constant groeiende samen met de ontwikkelingen van de jongeren.
JongerenEffectWijzer
Jongerenwijzer is een kompas voor het jeugdwerk. Het geeft richting, maakt slimmer
en laat resultaten zien. De JongerenEffectWijzer maakt de resultaten van het
jeugdwerk inzichtelijk. Het kan goed gebruikt worden voor begeleiding en
ondersteuning, maar ook om inzichtelijk to maken wat de jeugdwerker doet en
methodisch to werken.
Jongerenwijzer bestaat uit drie modules.
Jongere en jeugdwerker stellen samen een persoonlijk plan op zodra een
professionele relatie is opgebouwd. Dit stimuleert de jongere om meer
eigen verantwoordelijkheid to nemen en geeft houvast aan de
jeugdwerker.
Jeugdwerkers maken via groepsformulieren ontwikkelingen en resultaten
van het groepsgericht jeugdwerk duidelijk. Zij koppelen concrete
werkdoelen aan de status van de groepen. Zo houden ze goed zicht op het
groepsproces en —deelname.
Instellingen krijgen via een gestandaardiseerde vragenlijst feedback van
samenwerkingspartners op de geleverde kwaliteit, informatie-uitwisseling
en hun meerwaarde. Dit geeft verbeterpunten voor de instellingen.
Voordelen van Jongerenwijzer
• longeren krijgen een duidelijker beeld van het jeugdwerk. Zij leren dat zij
zich verder kunnen ontwikkelen via het jeugdwerk.
• Jeugdwerkers leren nadenken over hun rol. Zij krijgen een meer coachende
rol en stimuleren individuele ontwikkeling.
Managers zetten het instrument in voor coaching van medewerkers. Het
geeft handvatten om doelen en resultaten to bespreken.
Gemeenten krijgen beter zicht op de vraag en behoefte van jongeren en de
opvattingen van ketenpartners.
De volgorde waarin handelen zich ontpiooit:
eerst wordt de betrekking op een specifieke, intense wijze
aangegaan (aandachtig, toegewijd),
dan pas (of: daardoor) kan blijken wie de hulpverlener voor de
ander kan zijn en om Welk verlangen of om Welke Hood het zal gaan
en wat zorg behoeft.
De relatie staat dus voorop, het probleemoplossende handelen is
opgeschort en de identiteit van de hulp- of zorgverlener ('wie kan ik
voor jou zijn?') staat niet vast maar vormt zich in een gedeeld
leerproces.
Leestip: https://www.jongerenwijzer.com/
JongerenEffectWijzer voor groepen
Met de JongerenEffectWijzer voor groepen mask je de resultaten van het
groepsgerichte jeugdwerk duidelijk. Het is een manier waarmee je de ontwikkelingen
in de groepen volgt, afgezet tegen jouw inzet als jeugdwerker. Zo kun je resultaten
van het werken met groepen zichtbaar maken en bijsturen.
De lijst is onderverdeeld in kenmerken, groepsproces en de mate van deelname. Je
beschrijft ook werkdoelen (bijvoorbeeld bijleren acceptabel gedrag in en om het
jongerencentrum, meer actief maken van de groep). Na drie maanden meet je de
ontwikkelingen binnen de groep nogmaals. 1e maakt daarmee de ontwikkelingen en
resultaten zichtbaar.
JongerenEffectwijzer voor individuen
Als het fundament van de professionele relatie met de jongere is opgebouwd, kan
met een deel van de jongeren een persoonlijk ontwikkelingsplan worden opgesteld.
Deze lijst helpt je bij resultaatgericht werken en ook bij het meer eigen
verantwoordelijkheid laten nemen door de jongeren. De JongerenEffectWijzer voor
individuen is een individueel plan dat je samen met de jongere opstelt om to komen
tot een aantal doelen. Uitgangspunt is dat jij samen met de jongere samen
verantwoordelijkheid bent voor de uitvoering. Dit maken jullie duidelijk door een
handtekening to zetten. De vraag van een jongere is het aanknopingspunt. De
afspraken zijn heel praktisch en moeten haalbaar zijn en prikkelend. De
JongerenEffectwijzer maakt inzichtelijk op Welke vlakken jullie resultaten en
vooruitgang boeken.
Baken 8: gebaseerd op ruimte voor de professional
Uitgangspunt handelingskader JWNS: professionalisering en professionele ruimte,
samen met vrijwilligers
Creeer ruimte voor de goed opgeleide professional om to werken en to handelen
volgens zijn of Naar kennis, ervaring en vaardigheden.
Autonomie staat behoorlijk hoog op de agenda. Dit is Been vrijblijvende zaak. Als de
werker zijn autonomie verantwoordt en kwalitatief vormgeeft, moet hij wel bereid
zijn om zijn kennis en vaardigheden continu op peil to houden. Jeugdwerk Nieuwe
Stijl: meer autonomie, maar ook meer verantwoordelijkheid.
•
Als jeugdwerker nieuwe stijl heb je ruimte om zelfstandig to handelen op
basis van een vrije beslissingsruimte.
•
Als jeugdwerker ben je dus bewust aan het werk, je kan je doelen,
methoden en resultaten verantwoorden. Hierdoor zorg je dat je de vrije
beslissingsruimte krijgt die je nodig hebt.
Als jeugdwerker investeer je in de 10 kwaliteiten die je zou moeten bezitten
om een goede jeugdwerker to zijn.
Ruimte voor de professional kan alleen bestaan wanneer er vooraf goede
afspraken zijn gemaakt over de to behalen resultaten en daarover achteraf
verantwoording wordt afgelegd.
Als jeugdwerker nieuwe stijl investeer je in kennisontwikkeling, je blijft zelf
op de hoogte van de ontwikkelingen binnen het jeugdwerk.
Als jeugdwerker moet je het vertrouwen verdienen. De kwestie is dan
niet of, maar hoeveel ruimte de professionals gegund wordt. En onder
Welke condities.
•
•
•
•
'Het nieuwe stelsel moet gebaseerd zijn op een fundamenteel
vertrouwen en geen fundamenteel wantrouwen!'
Leesdp: Jeugdwerk Nieuwe Stijl hoofdstuk 10
Bron: Amsterdams Jeugdwerk Nieuwe Stijl, www.invoeringwmo.nl
De vragende professional
~
I
_
I~ De actieve - er op
uittrekkende professional
~
De bevlogen professional
De ondernemende
I professional
~
~
De nieuwe professional heeft als
uitgangspunt dat de vraag van de
burger centraal staat en niet het
aanbod van de professional of
organisatie. Hij laat de burger zijn
hele verhaal vertellen, sluit aan bij
de vragen en behoeften van de
burger en zet in op het vergroten
van de zelfregie van de burger.
--_
____
__
_
De nieuwe professional maakt
proactief contact met de burgers.
Hij bouwt een vertrouwensrelatie
op met wijkbewoners en is
aanwezig om burgers to
ondersteunen op de manier die de
burger zelf als prettig ervaart. De
nieuwe professional is alert op
signalen en onderneemt actie
waar dit nodig is
De nieuwe professional is een
professional die passie en plezier
beleeft in het werken in de wijk en
het preventief aankloppen bij
wijkbewoners. De bevlogen
professional vindt het een
uitdaging om de vraag van de
burger helder to krijgen en met
een open onbevoordeelde
houding samen to werken met
wijkbewoners. Hij heeft
vertrouwen in de kracht van de
burger.
De nieuwe professional neemt
initiatief tot het aandragen van
strategieen die het beste
aansluiten bij de vraag van de
burger. Hij onderneemt actie om
bij burgers tangs to gaan en samen
to werken met andere
werksoorten. Hij houdt
zich bezig met het toeleiden Haar
specifieke hulpverlening of het
Sluit aan bij baken
1 WNS:
vraaggericht
werken.
De autonome
professional
_ __
Sluit aan bij baken
2 WNS:
direct er op af.
De effectieve professional
Sluit aan bij
baken 1 WNS:
vraaggericht
werken,
baken 3 WNS:
eigen kracht van
deburger
baken 8 WNS:
ruimte
professional.
Sluit aan bij
baken 4 WNS:
collectief versus
individueel
baken 6 WNS:
integraal werken.
De reflecterende
professional
initieren van collectieve
voorzieningen
De nieuwe professional kan
vertrouwen op zijn eigen oordeel
over de aanpak, strategie en
begeleidingsstijl. Hij functioneert
autonoom binnen de kaders van
de organisatie. Hij neemt zijn
verantwoordelijkheid richting alle
betrokken partijen, weet wat zijn
rol is binnen het grotere geheel en
kan zijn eigen grenzen in kennis
en kunde aangeven.
Hoe sneller er contact is met de
burgers, hoe eerder (dreigende)
problemen vroegtijdig, licht en
gericht kunnen worden aangepakt
door de burger. Waar mogelijk
schakelt hij het formele en
informele netwerk in. De nieuwe
professional kan prioriteiten
stellen, ingrijpen en sturen, maar
vooral ook op de juiste momenten
de regie loslaten.
De professional reflecteert
regelmatig op zijn eigen houding
en handelen en op zijn positie
binnen het grotere geheel. Zijn
professionele identiteit blijft hij
ontwikkelen door actief feedback
to vragen aan burgers en collega's
en door open to staan om to
blijven leren (in de praktijk).
Sluit aan bij
baken 7 WNS:
resultaatgericht
baken 8 WNS:
ruimte
professional.
Sluit aan bij
baken 3 WNS:
eigen kracht van de
burger,
baken 5 WNS:
informele versus
formele zorg
baken 6 WNS:
integraal werken.
Sluit aan bij
baken 8 WNS:
ruimte
professional.
BfOn: Zeg, bent u misschien die nieuwe professional, www.movisie.nl
Bronnen:
www.nesbi.nl
Frank van Streijen — leugdwerk Nieuwe Stijl
www.invoeringwmo.nl
http://www.invoeringwmo.nl/sites/default/files/Goud%20delven.pdf
http://www.aand achtvooriedereen.nl/wmo/op-zoek-naa r-de-vraag-achter-de-vraag3145.html
icipatiefjeugdwerk.pdf
/www.traversadvies.nl/fjc_documents/part
http:/
Van presentie tot correctie
Manifest Eropaf 2.0
http://www.hva.n I/ken n iscentru m-d mr/wp-content/uploads/2011/06/Pages-fromVangnet_mei2011_RK.pdf
http://www.jeugdkennis.nl/jgk/Artikelen-Jeugdkennis/Talentontwikkelingstimuleert-participatie-en-zelfvertrouwen?highlight=
Amsterdams Jeugdwerk Nieuwe Stijl
http://3d2010.vvj.be/sessies/1_identiteitJeugdwerk_visietekst_versie_maart.pdf
Niki Jelier
16 november 2013