Download - Steunpunt Opleidingsscholen

STUDIEWIJZER
Lerarenopleidingen ILS-HAN
Onderwijseenheid
AFSTUDEERONDERZOEK
2014-2015
VOLTIJD
1
2
Voorwoord
Voor je ligt de studiewijzer afstudeeronderzoek. Deze studiewijzer biedt inzicht in de werkzaamheden
die je gaat verrichten, de beoordelingscriteria en de organisatie van de begeleiding. Het afstudeeronderzoek van de opleiding is een belangrijke onderwijseenheid en maakt in tijd en studiepunten uitgedrukt een kwart van de eindfase uit. Hier komen alle elementen uit de leerlijn onderzoek samen en zul
je zelfstandig inhoud moeten geven aan het voorbereiden en uitvoeren van een praktijkgericht onderzoek. Het onderzoek zal in de meeste gevallen samenvallen met de werkzaamheden die je verricht in
de eindstage en zal daarom ook veelal plaats vinden in de school. Dit samenvallen van eindstage en
afstudeeronderzoek biedt kansen. Het biedt in ieder geval de kans voor de keuze van een onderzoeksthema dicht bij je eigen onderwijspraktijk. Het biedt ook de kans om op zoek te gaan naar nieuwe en (nog) betere onderwijsaanpakken in jouw school. Kenmerkend voor de onderzoeksmatige aanpak is dat je daarbij zeer kritisch bent op je vooronderstellingen en op zoek gaat naar de juiste onderbouwingen. Je werkt daarbij zoveel mogelijk samen met belanghebbenden zoals collega’s en leerlingen in de school. Het einddoel is tenslotte dat niet alleen jij, maar ook je collega’s en de leerlingen er
beter van worden.
Het kan ook voorkomen dat je je afstudeeronderzoek doet zonder dat er sprake is van een gelijktijdige
eindstage. Dit is alleen mogelijk na overleg met je studieloopbaanbegeleider.
De begeleiding vindt over het algemeen genomen op vrijdagmiddagen plaats.
Veel succes!
Commissie Onderzoek ILS-HAN
Contact: [email protected]
Augustus 2014
3
Inhoudsopgave
1. Inleiding
5
2. Doelen en leerinhouden van de onderwijseenheid
5
3. Werkwijze in deze onderwijseenheid
6
3.1Begeleiding afstudeeronderzoek
6
3.2Beoordeling afstudeeronderzoek
6
3.3Planning
6
3.4Inleverdata
7
4
Onderwijsmateriaal
9
5
Specifieke studiebelasting
9
6
Planning
9
7
Tentaminering
9
Inhoudsopgave van de bijlagen:
1. Bijlage 1: Onderzoeksthema’s in de Academische Opleidingsschool
11
2. Bijlage 2 :Beschrijving onderwijseenheid afstudeeronderzoek
12
3. Bijlage 3: Curriculum afstudeeronderzoek
14
4. Bijlage 4:Formats
20
a. Format onderzoeksvoorstel
20
b. Format onderzoeksplan
21
c.
22
Format onderzoeksverslag
5. Bijlage 5: Feedforward- en beoordelingsformulieren afstudeeronderzoek
25
a. Feedforwardformulier onderzoeksvoorstel
27
b. Feedforwardformulier onderzoeksplan
31
c.
36
Beoordelingsformulier onderzoeksverslag (tentamen)
4
1. Inleiding
Tijdens de eindfase van de opleiding voer je een praktijkgericht onderzoek uit, in het kader van de
ontwikkeling van een onderzoekende houding, dat onderdeel uitmaakt van competentie zeven. Het
onderzoek zal veelal op de werkplek plaatsvinden. Veel opleidingsscholen hebben een onderzoeksprogramma. Voor zowel jezelf als de school kan het voordelen bieden om je onderzoek aan te laten
sluiten bij het onderzoeksprogramma. Opleidingsscholen die een onderzoeksprogramma hebben,
hebben dit opgenomen in hun profiel op de website van Bureau Extern.
De onderzoeksopdracht heeft:
• Een relatie met jouw competentieontwikkeling
• Een relatie met de schoolontwikkeling (bijvoorbeeld van het team of de sectie waar je onderdeel
vanuit maakt)
De onderzoeksopdracht:
• Komt voort uit een door jou en school ervaren probleem of vraagstuk
• Levert (voor jou en de school) nieuwe kennis op
• Is onderzoekbaar
• Leidt tot een onderzoek van voldoende omvang: 420 studiebelastinguren (SBU’n)
Je begint met een oriëntatie op onderwerpen. Je kunt daarbij gebruik maken van verschillende technieken en materialen (zie: HAN Scholar ‘onderzoek’ ). In bijlage 1 tref je een overzicht aan van veel
voorkomende thema’s in de school. Van een aantal van deze thema’s zullen afstudeeronderzoeksgroepen worden gerealiseerd, waarbinnen de onderzoeksbegeleiding plaatsvindt.
De eerste stappen in het onderzoek leg je vast in het onderzoeksvoorstel. Je levert dit voorstel in
voor feedforward en een advies (feedforwardmoment 1). Vervolgens werk je verder aan je onderzoeksplan waarin je beschrijft wat je op welke manier gaat onderzoeken. Ook dit lever je in voor feedforward en een advies (feedforwardmoment 2). Daarna staan alle seinen op groen om je onderzoek
uit te voeren en vervolgens te beschrijven in je onderzoeksverslag, de summatieve beoordeling
(deeltentamen) van deze onderwijseenheid.
2. Doelen en leerinhouden van de onderwijseenheid
In het afstudeeronderzoek komen alle elementen uit de leerlijn onderzoek samen en ga je een onderzoek zelfstandig voorbereiden en uitvoeren. Je werkt daarbij aan het onderzoeksdeel van competentie
zeven. Zie voor de beschrijving van de onderwijseenheid bijlage 2.
De Faculteit Educatie (FED) kent een set van negen eindkwalificaties voor de leerlijn onderzoek. Deze
set van negen eindkwalificaties is opgenomen in de beoordelingscriteria van het onderzoeksverslag.
De startbekwame leraar/docent/opleidingskundige aan de FED van de HAN laat bij onderzoek zien
dat hij:
1.
Een praktijkrelevant vraagstuk onderzoeksmatig kan beantwoorden.
2.
Een praktijkrelevant vraagstuk kan plaatsen in een bredere context.
3.
Data kan verzamelen en gebruiken in zijn werk.
4.
Zowel eigen als andermans inzichten en werkwijzen ter discussie kan stellen.
5.
Kan beargumenteren hoe zijn keuzen tot stand komen.
6.
Onderzoekresultaten kan vertalen naar toepassingen in de praktijk.
7.
Een consistente en navolgbare werkwijze kan hanteren.
8.
Belanghebbenden kan betrekken bij het onderzoeksproces.
9.
Zich aan de beroepsethische gedragsregels voor praktijkgericht onderzoek kan houden.
5
3. Werkwijze in deze onderwijseenheid
3.1 Begeleiding afstudeeronderzoek
Op vrijdagen werk je onder begeleiding in werkbijeenkomsten aan je afstudeeronderzoek. Indien je je
onderzoek verricht op één van de Academische Opleidingsscholen (AOS) dan volg je bovendien de
workshops onderzoek die daar worden georganiseerd. Deze vinden veelal plaats op donderdagmiddagen, soms ook op dinsdagmiddagen. De bijeenkomsten bereiden voor op de feedforwardmomenten
van het onderzoeksvoorstel en het onderzoeksplan en de beoordeling van het onderzoeksverslag. In
bijlage 3 tref je een planning van de werkbijeenkomsten aan. Via je begeleider op de AOS ontvang je
daarnaast een aanvullend schema met betrekking tot de workshops op school.
Actieve participatie in de werkbijeenkomsten en de workshops in de school
We gaan uit van een juiste beroepshouding. Onderdeel van deze beroepshouding is de wijze waarop
je je voorbereidt op, en uitvoering geeft aan, het onderzoek. Je wordt geacht actief te participeren in
de werkbijeenkomsten en workshops afstudeeronderzoek. Dit betekent dat je:
o Aanwezig bent bij de werkbijeenkomsten ILS en de workshops AOS, en je bij gegronde
redenen persoonlijk afmeldt bij de betreffende begeleider.
o De eventuele voorbereidingsopdrachten naar behoren uitvoert.
o Tijdens de bijeenkomsten een coöperatieve werkwijze hanteert.
Individuele begeleiding
Als je op een gewone (niet-AOS) school stage loopt, dan word je individueel begeleid door een onderzoeksbegeleider van het ILS. Als je op een AOS stage loopt dan word je individueel begeleid door
zowel een onderzoeksbegeleider van het ILS als een onderzoeksbegeleider van de school. Je opleidingscoördinator (of de coördinator eindfase van je opleiding) zal je in de loop van periode 1 voorzien
van de naam van de onderzoeksbegeleider ILS. De onderzoekscoördinator op de AOS zal je, indien
van toepassing, voorzien van de naam van de onderzoeksbegeleider op de school.
Met je onderzoeksbegeleider(s) maak je meteen bij het eerste begeleidingsgesprek afspraken over de
begeleiding en een begeleidingsplan. Een begeleidingsgesprek bereid je altijd voor door het formuleren van concrete vraagstukken waar je mee zit en waar je advies over vraagt. Je kunt bij de voorbereiding gebruik maken van zogenaamde pitstops: dit is een instrument voor tussentijdse zelfevaluatie
en kan je helpen je hulpvraag (beter) te formuleren (zie Scholarsite onderzoek).
Begeleidingsvraagstukken zoals verschil van inzicht over de keuze van het onderwerp, of problemen
bij de begeleiding of beoordeling kunnen worden voorgelegd aan en besproken met de coördinator
onderzoek van het ILS, Henk Delger [email protected].
3.2 Feedforward en beoordeling afstudeeronderzoek
Voor de procedure van de feedforward en het beoordelen zijn aparte bijlagen opgenomen (bijlage 5,
6 en 7). De feedforward en beoordelingsformulieren zijn ook digitaal te vinden op HAN- Scholar en
voor collega’s/begeleiders uit het werkveld op de website van Bureau extern.
3.3 Planning afstudeeronderzoek
Eerste feedforwardmoment: het onderzoeksvoorstel
Het eerste feedforwardmoment is een check op het concreet uitgewerkte onderzoeksthema. Dit voorstel is de opbrengst van het uitvoeren van de onderzoeksactiviteit oriënteren. Voor de onderdelen van
het onderzoeksvoorstel, de inleverdatum en het feedforwardformulier zie bijlage 4 en 5a.
6
Tweede feedforwardmoment: het onderzoeksplan
Je verkent het praktijkprobleem en de kernbegrippen aan de hand van literatuur en consultatie van
schriftelijke bronnen en belanghebbenden op school. Het onderzoeksplan is de opbrengst van het
uitvoeren van de onderzoeksactiviteiten oriënteren, richten en plannen. Voor de onderdelen van het
onderzoeksplan, de inleverdatum en het feedforwardformulier zie bijlage 4 en 5b.
Je krijgt een positief oordeel wanneer de onderzoeksopzet, in het licht van de (waar nodig aangescherpte) probleemverkenning, de doelstelling(en) en onderzoeksvraag, voldoende is uitgewerkt om
het onderzoek uit te voeren.
Beoordeling onderzoeksverslag
Dit verslag wordt gezien als het resultaat van de activiteiten zoals vermeld bij het onderzoeksplan,
aangevuld met de activiteiten data verzamelen, (ontwerpen), analyseren, concluderen, rapporteren en
presenteren. De student heeft het onderzoeksverslag behaald, indien voldaan wordt aan de cesuur
(cijfer >= 6,0). Voor de onderdelen van het onderzoeksverslag en de beoordeling zie bijlage 4 en 5c.
De ontvankelijkheidseisen
De ontvankelijkheidseisen worden voorafgaande aan de beoordeling gecontroleerd. Voldoen je niet
aan de ontvankelijkheidseisen, dan wordt de beoordeling gestaakt.
De knock-out criteria
De knock-out criteria betreffen een vijftal indicatoren waaraan voldaan moet zijn om op een voldoende
beoordeling uit te komen. De indicatoren waaraan voldaan moet zijn (deze zijn dus alle knock-out)
betreffen de correcte bronvermeling, de taaleisen, de samenvatting, de kennisdisseminatie, de reflectie en de feedforwards. Voor taaleisen en correcte bronvermeldingen kunnen geraadpleegd worden
Renkema respectievelijk Poelmans en Severijnen. Bij taaleisen gaat het om stijl, grammatica en spelling en hiervoor is het boek Schrijfwijzer (Renkema, 2012) een goed hulpmiddel. Bij correcte bronvermeldingen wordt de internationale standaard volgens APA-richtlijnen gehanteerd en hiervoor kan de
site van de han (http://specials.han.nl/themasites/studiecentra/verwerken-en-delen/bronnenvermelden/) het boek De APA-richtlijnen. Over literatuurverwijzing en onderzoeksrapportage (Poelmans en Severijnen, 2013) als ondersteuning dienen.
De inhoudelijke beoordeling
De kern van het beoordelingsmodel heeft de vorm van een rubric, waarbij aan een aantal indicatoren
voldaan moet zijn en een aantal indicatoren worden becijferd met punten.
De indicatoren die worden becijferd zijn onder te verdelen in drie hoofdgroepen: die van de probleemverkenning, die van de uitvoering van het onderzoek en die van de opbrengst van het onderzoek.
3.4 Inleverdata
Eerste moment: het onderzoeksvoorstel
De uiterste inleverdatum (eerste gelegenheid) voor het onderzoeksvoorstel is vrijdag 26 september
2014 om 12.00 uur.
De uiterste inleverdatum (tweede gelegenheid) voor het onderzoeksvoorstel is vrijdag 31 oktober 2014
om 12.00 uur.
Je levert het onderzoeksvoorstel via de mail in bij de je onderzoeks-/groepsbegeleider van het ILS.
Bij een positief advies kun je met inachtneming van de feedforward doorgaan met het onderzoek. Bij
een negatief advies dien je in onderling overleg met je begeleider(s) eerst een verbeterd voorstel in te
dienen, alvorens door te kunnen gaan met het onderzoeksplan. Bij een tweede keer een negatief ad7
vies zal in onderling overleg met je begeleiders worden bepaald of en hoe je door kunt gaan met de
onderwijseenheid.
De uiterste datum waarop je feedback krijgt, ligt 15 werkdagen na de inleverdatum.
Tweede moment: het onderzoeksplan
De uiterste inleverdatum (eerste gelegenheid) voor het onderzoeksplan is maandag 1 december 2014
om 12.00 uur.
De uiterste inleverdatum (tweede gelegenheid) voor het onderzoeksplan is maandag 19 januari 2015
om 12.00 uur.
Het onderzoeksplan lever je via mail in bij je beoordelaars en dien je in op de daartoe aangemaakte
pagina ‘afstudeeronderzoek’ op je DPF. Er wordt automatisch een check op plagiaat gedaan via Ephorus.
Bij een positief advies kun je met inachtneming van de feedforward doorgaan met het onderzoek. Bij
een negatief advies dien je in onderling overleg eerst een verbeterd onderzoeksplan in te dienen alvorens door te kunnen gaan met het onderzoek. Bij een tweede keer een negatief advies zal in onderling
overleg worden bepaald of en hoe je door kunt gaan met je afstudeeronderzoek.
De uiterste datum waarop je feedback krijgt, ligt 15 werkdagen na de inleverdatum.
Tentamen: beoordeling onderzoeksverslag
Ieder studiejaar wordt een tweetal kansen voor het tentamen vastgesteld, met daarbij uiterste inleverdata.
De uiterste inleverdatum (eerste kans) voor het tentamen onderzoeksverslag is maandag 13 april
2015 om 12.00 uur.
De uiterste inleverdatum (tweede kans) voor het tentamen beoordeling onderzoeksverslag is maandag 2 juni 2015 om 12.00 uur. 1
Het onderzoeksverslag lever je via mail in bij je beoordelaars en dien je in op de daartoe aangemaakte pagina ‘afstudeeronderzoek’ op je DPF. Er wordt automatisch een check op plagiaat gedaan via
Ephorus.
De uiterste datum van de beoordeling ligt 15 werkdagen na de inleverdatum.
1
Deze inleverdata maken het mogelijk om bij een voldoende beoordeling op 3 juli het diploma uitgereikt te krijgen. Later inleve-
ren zorgt ervoor dat een diploma-uitreiking binnen het studiejaar 2014-2015 niet meer mogelijk is.
8
4. Onderwijsmateriaal
De basis voor het afstudeeronderzoek is de methodiek voor praktijkonderzoek, zoals ontwikkeld door
Van der Donk en Van Lanen (2009 en 2012). In 2012 is de tweede herziene druk verschenen waarin
er meer aandacht is voor het gebruik van literatuur bij het uitvoeren van een praktijkonderzoek en
waarin de kernactiviteit ontwerpen en innoveren beter herkenbaar in de onderzoekscyclus is verwerkt.
Een aantal studenten heeft het boek Praktijkonderzoek in de school in eerdere jaren aangeschaft.
Alleen deze studenten krijgen supplementen uit de nieuwe editie (2012). Studenten die nog geen boek
hebben, wordt geadviseerd de tweede herziene druk aan te schaffen. Tevens zijn er op HAN Scholar
diverse onderwijsmaterialen te vinden: ILS-algemeen → Onderzoek.
5. Specificatie studiebelasting
De onderwijseenheid afstudeeronderzoek kent een totale studielast van 420 studiebelastingsuren.
Aangezien we uitgaan van zowel gemeenschappelijke tijdstippen waarop onderzoeksbegeleiding
plaats vindt als van individuele invulling die per student kan variëren, is onderstaande verdeling een
richtlijn.
-
Werkbijeenkomsten afstudeeronderzoek:
Workshops AOS (indien van toepassing):
Individuele begeleiding ILS:
Individuele begeleiding AOS (indien van toepassing):
Indicatie werkzaamheden onderzoeksvoorstel:
Indicatie werkzaamheden onderzoeksplan:
Indicatie werkzaamheden onderzoeksverslag:
Aanvullende zelfstudie:
36 uur
18-24 uur (afhankelijk van AOS)
10 uur
10 uur (afhankelijk van AOS)
30-50 uur
80-100 uur
160-190 uur
door student zelf te bepalen
6. Planning
Zie bijlage 3 curriculum afstudeeronderzoek.
7. Tentaminering
Verkorte beschrijving tentaminering:
Zie beoordelingsformulier bijlage 5
Deeltentamen
Titel
Toetsvorm
Schriftelijk verslag
Beschrijving
Onderzoeksverslag
Beoordelingscriteria
Zie beoordelingsformulier bijlage
Cesuur
Zie beoordelingsformulier bijlage
Aantal examinatoren
2
Examinatoren
Docenten ILS-HAN en docenten Academische Opleidingsscholen
Begeleidend docent ILS-HAN
Contactpersoon voor dit deeltentamen
Duur van het tentamen / studielast voor de
opdracht
Datum afname / inlevermoment
Variabel
Bijlagen
Zie beoordelingsformulier bijlage.
Zie uiterste inlevertijdstippen (3.2.2).
9
10
BIJLAGE 1 Onderzoekthema’s in de Academische Opleidings School (AOS)
Voor
de
onderzoeksagenda’s
per
http://specials.han.nl/sites/bureau-extern/
AOS
Digitalisering in het onderwijs
Contextrijk onderwijs
Omgaan met verschillen / differentiëren
De leerling op de juiste plaats (determinatie)
Leren met/door rubrics
Onderzoek doen door leerlingen
Onderzoek naar maatschappelijke stage
Ontwerpopdracht mentoraat / pedag. klimaat
Doorlopende leerlijn (onderbouw-bovenbouw)
Onderzoek naar leerlingtevredenheid
Ontwerpopdracht taal- en rekenbeleid
Vakdidactisch (ontwerp)onderzoek
Activerende didactiek
Onderzoekend leren
Samenwerkend leren
Onderzoek leerlijn Universum / Betacluster
Breinleren
Sociale veiligheid
Professionalisering
Excelleren
Opbrengstgericht werken
Kernvakken
Autisme in de bovenbouw
Veiligheid/pesten
Onderzoek naar transfer
Begeleiding van zorgleerlingen
Effectonderzoek taaldorp / taalonderwijs
Onderzoek naar projectonderwijs / vakoverstijgend
Onderzoek naar toetsing
Motivatie en studiegedrag / leerklimaat
Ouderbetrokkenheid
Interne communicatie docenten
Veldwerk
Internationalisering in het onderwijs/klas
11
per
individuele
school:
zie:
BIJLAGE 2: beschrijving onderwijseenheid afstudeeronderzoek
Onderwijseenheid
Code
Opleiding
Doelgroep
Onderwijsperiode
Beroepstaken
Afstudeeronderzoek (AFO)
Tweedegraads lerarenopleidingen ILS-HAN
Studenten voltijd/deeltijd eindfase
Periode 1-4
BT 1 Lesgeven en trainen in het vak
BT 2 Begeleiden van lerende(n)
BT 3 Ontwerpen van leerarrangementen in het vak
BT 4 Bijdragen aan de onderwijsorganisatie
BT 5 Ontwikkelen van vakdeskundigheid
Centrale beroepstaak
BT 1 Lesgeven en trainen in het vak
BT 2 Begeleiden van lerende(n)
(Beroeps)Producten
Onderzoeksvoorstel, onderzoeksplan, onderzoeksverslag.
Studiepunten, studielast
(les- en contacturen)
15 studiepunten, 420 studielasturen
46-76 uur contacttijd (lessen, hoorcolleges, werkbijeenkomsten)
374 uur zelfstudie
Samenhang met andere
onderwijseenheden
Deze onderwijseenheid vormt samen met de onderwijseenheid ‘integraal
handelen in de beroepspraktijk 3’ en de vakinhoudelijke onderwijseenheden de eindfase van de opleiding.
Deze onderwijseenheid vormt de afsluiting van de leerlijn onderzoek.
Ingangseisen en aanwezigheidsverplichting
Voldoende beoordeling voor de leertaak onderzoek uit de onderwijseenheid ‘integraal handelen in de beroepspraktijk 2’.
Aanwezigheidsplicht
Algemene omschrijving
In het afstudeeronderzoek komen alle elementen uit de leerlijn onderzoek
samen en moeten studenten een onderzoek zelfstandig kunnen voorbereiden en uitvoeren en schriftelijk vastleggen (?).
Algemene doelen afstudeeronderzoek:
Zelfstandig toepassen van de praktijkgerichte onderzoekscyclus op
hbo-bachelorniveau
Zoeken, bestuderen en aanwenden van (vak)literatuur
Werken met theoretische kijkkaders / perspectieven
Toepassen van geschikte dataverzamelingsmethoden
Toepassen van de begrippen betrouwbaarheid, validiteit en triangulatie
Toepassen van analyseren en concluderen
Schrijven van een onderzoeksplan en onderzoeksverslag
Onderkennen hoe praktijkgericht onderzoek een bijdrage kan leveren
aan de eigen onderwijspraktijk en die van anderen
Kennisbases
Vakkennisbasis
Thema
Categorie/kernconcept
[mogelijke relatie met de vakkennisbasis ….]
[mogelijke relatie met de vakkennisbasis…]
12
Generieke
kennisbasis
Competenties
Domein
Subdomein
6. Professionele docent
6.2. Praktijkonderzoek
1. Interpersoonlijk competent
2. Pedagogisch competent
3. Vakinhoudelijk en didactisch competent
4. Organisatorisch competent
5. Competent in samenwerken met collega’s
6. Competent in samenwerken met de omgeving
7. Competent in reflectie en ontwikkeling
De uitwerking van de competenties op de drie niveaus staat beschreven
in de Ruggengraat van de lerarenopleiding.
Beoordelingscriteria
Deeltentamen: Onderzoeksverslag
Basis voor deze beoordeling is het definitieve onderzoeksverslag met
toebehoren. Dit verslag wordt gezien als het resultaat van de activiteiten
oriënteren, richten, plannen, data verzamelen, (ontwerpen), analyseren,
concluderen, rapporteren en presenteren.
Met behulp van de Dublindescriptoren wordt het HBO-niveau beoordeeld
op kennis en inzicht, toepassen van kennis en inzicht, oordeelsvorming,
communicatie en leervaardigheden.
De uitgewerkte beoordelingscriteria (het beoordelingsmodel inclusief weging en cesuur) zijn te vinden in bijlage bij de Studiewijzer Afstudeeronderzoek.
Tentaminering /
Integrale toetsing
Verplicht
onderwijsmateriaal
Aanbevolen
onderwijsmateriaal
Werkwijze
(activiteiten en
werkvormen)
Maximum aantal
deelnemers
Deeltentamen: Onderzoeksverslag (schriftelijk verslaglegging)
C/ Minimale eis
Aantal kanToetsperiodes
Weging
V
sen
C 6,0
2
1-4
1
Aantal examinatoVoorlopige cesuur
Duur tentamen
ren
2
Minimaal 39 van de 65 punten
n.v.t.
én de knock-criteria ‘voldaan’
zijn voldoende
Donk, C. van der & Lanen, B. van (2009 of 2012). Praktijkonderzoek in de
school. Bussum: Coutinho.
Afhankelijk van het onderzoeksthema.
Colleges, workshops en individuele begeleidingsgesprekken.
Niet van toepassing
13
BIJLAGE 3 Curriculum afstudeeronderzoek
Opbouw curriculum onderzoek 2014 - 2015
Leeswijzer
In kolom 1 staan de geplande weeknummers en data. Voor de werkbijeenkomsten onderzoek op het
ILS worden de exacte data aangegeven. Voor de workshops op de scholen verwijzen we naar de
onderzoeksplanning hiervan bij de school. Sommige scholen voegen hun eigen data toe aan dit formulier en geven dit aan hun studenten. In kolom 2 wordt aangeduid om welke vorm van voorbereiding, begeleiding en/of beoordeling het gaat. In de derde kolom staat de globale inhoud beschreven.
Daarbij is een onderscheid aangebracht tussen de onderwerpen die behandeld worden en de werkafspraken voor de studenten.
Er zijn vier belangrijke werkafspraken die direct verbonden zijn met de procedure van begeleiding en
beoordeling:
1. Aanmelden onderzoeksthema
2. Indienen onderzoeksvoorstel
3. Indienen onderzoeksplan
4. Indienen onderzoeksverslag
Alle werkbijeenkomsten onderzoek ILS vinden om de twee weken plaats in het I/O-gebouw in Nijme2
gen. De bijeenkomsten bestaan uit twee blokken en duren van 12.45 tot 16.00 uur. De eerste bijeenkomst vindt plaats op vrijdag 12 september 2014.
In het eerste blok van 12.45-13.30 uur worden inspiratie/verdiepingscolleges aangeboden. Dit zijn
colleges over interessante onderzoeksthema’s en/of onderzoekpraktijken in de school, verzorgd door
docenten, studenten of onderzoekers van het Kenniscentrum Faculteit Educatie, het ILS of de scholen. Daarnaast worden colleges gegeven over specifieke onderzoeksmethoden, zoals data-analyses,
enqueteren, interviews houden enzovoort. Via Scholar is een overzicht van deze colleges te raadplegen en kan voor deze colleges worden ingeschreven.
Curriculum voor 2014 - 2015
Planning
Aanbod van voorbereiding,
begeleiding en/of beoordeling
Inhoud/onderwerpen en werkafspraken
Raadpleeg de Scholarsite Afstudeeronderzoek:
https://online.han.nl/sites/7-EDU-ILSALG/oz/default.aspx
Zo mogelijk
voor 4 juli
2014
Startgesprek op school
Informeer of de school of scholengroep een
onderzoeksprogramma en/of een onderzoeksgroep heeft en vraag wat dat voor jou betekent.
Start met een eerste oriëntatie met behulp van
een aantal oriëntatietechnieken (hoofdstuk 3 van
het handboek):

2
Brainstorm naar vragen en proble-
Invulling van het tweede blok verschilt per opleiding en kan ook op een ander moment op de vrijdag worden gegeven. Dit is
afhankelijk van het rooster van jouw opleiding.
14





Week 27
(P4.10)
Werkbijeenkomst onderzoek
VEF
Voorbereiding Eindfase (VEF)
30 juni-4 juli
2014
men
Een logboek bijhouden of nalezen
Reflectieverslagen maken of nalezen
In gesprek gaan met collega’s, leerlingen (en ouders)
Maak in ieder geval ook gebruik
van de Instructie onderwerpenbibliotheek op de Scholarsite. Je komt
daar via het kopje Inspiratie.
Zie ook bijlage 1 in deze studiewijzer
Inhoud/Onderwerpen
De kaders voor de onderzoeksopdracht
Keuze van het onderwerp
Voorbeelden van onderwerpen
Voorbereiding en begeleiding
Beoordeling van het onderzoek
Studiepunten
Informatie en literatuur
Hoe kom ik aan een geschikt onderwerp?
Werkafspraak:
Indienen aanmeldingsformulier onderzoekse
e
thema: aangeven 1 voorkeur en 2 voorkeur.
Gebruik hiervoor het format in bijlage 4
Onder andere aan de hand van de ingediende
aanmeldingsformulieren vindt de indeling in
themagroepen plaats.
Tot week 39
Indeling themagroepen en onderzoeksbegeleiding
Week 37
(P1.2)
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Inspiratiecollege 1: studentonderzoek
Inspiratiecollege 2: studentonderzoek
Inspiratiecollege 3: studentonderzoek
Inhoud/Onderwerpen
Terugblik informatie VEF
Lees de informatie over het afstudeeronderzoek
in de studiewijzer Afstudeeronderzoek
Bestudeer H1 en H2 van het boek
Neem voor iedere werkbijeenkomst en workshop je boek en je eigen onderzoeksmateriaal
mee!
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 1
- Inleiding op praktijkonderzoek en op
oriënteren
- Op zoek naar een
praktijkprobleem
- Verkenning van het
praktijkprobleem
vanuit de praktijk
Technieken om op zoek te gaan naar een praktijkprobleem
Verkenning van het praktijkprobleem (5xW+H)
Technieken om het praktijkprobleem te verkennen vanuit de praktijk
Vrijdag 12
september
2014
Week 39
(P1.4)
Neem kennis van de pitstops als instrument voor
onderzoeksbegeleiding en als check op de gevolgde onderzoeksstrategieen en gemaakte
keuzen.
Opbrengst: inzicht in aanleiding en context
Werkafspraak: Indienen onderzoeksvoorstel.
Gebruik hiervoor het format in bijlage 4
Inlevermoment onderzoekse
voorstel (1 gelegenheid)
15
Vrijdag 26
september
2014
Week 41
(P1.6)
Vrijdag 10
oktober 2014
Dit leidt tot feedforward en een advies
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Inspiratiecollege 1: Bregje de
Vries
Inspiratiecollege 2: Roel Grol
Inspiratiecollege 3: Cyrilla van
der Donk
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 2
- Oriënteren en richten
- Verkenning van het
praktijkprobleem
vanuit de theorie
Week 44
(P1.8)
Inlevermoment onderzoekse
voorstel (2 gelegenheid)
Vrijdag 31
oktober 2014
Opbrengst: overzicht van bestudeerde en nog te
bestuderen literatuur
Werkafspraak: Indienen onderzoeksvoorstel.
Gebruik hiervoor het format in bijlage 4.
Vrijdag 31
oktober 2014
Week 44
(P1.8)
Inhoud/Onderwerpen
Voortzetting probleemverheldering
Van ‘Probleem’ via ‘Doel’ naar ‘Vraag’
Overzicht begrippen
Definities van begrippen
Zicht krijgen op vooronderstellingen
Zicht krijgen op eerdere onderzoeksresultaten
Zicht krijgen op meerdere perspectieven
Dit leidt tot feedforward.
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: ontwerpen en innoveren
Verdiepingscollege 2: theorie
Verdiepingscollege 3: onderzoeksinstrumenten
Inhoud/Onderwerpen
Naar een theoretische verkenning
Data verzamelen
Onderzoeksinstrumenten
Inzoomen en uitzoomen en vooruit denken
Opbrengst: een eerste aanscherping van de
onderzoeksvraag en deelvragen
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 3
- Richten
Week 47
(P2.2)
Vrijdag 21
november
2014
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: ontwerpen en innoveren
Verdiepingscollege 2: theorie
Verdiepingscollege 3: onderzoeksinstrumenten
Inhoud/Onderwerpen
De theoretische verkenning verder uitgewerkt
Zicht op de te verzamelen data
Zicht op in te zetten onderzoeksinstrumenten
Opbrengst: een tweede aanscherping van de
onderzoekvraag en deelvragen; het onderzoeksplan staat in de steigers
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 4
- Richten en plannen
Week 49
(P2.4)
Inlevermoment onderzoeksplan
e
(1 gelegenheid)
Werkafspraak: Indienen onderzoeksplan.
Gebruik hiervoor bijlage 4 en 5.
Dien het onderzoeksplan op uiterlijk maandag 1
december 2014 12.00 uur in bij je begeleider
Maandag 1
december
16
2014
van het ILS.
Dit leidt tot feedforward
Week 49
(P2.4)
Vrijdag 5 december 2014
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: ontwerponderzoek fase 1
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Inhoud/Onderwerpen
Gedifferentieerd:
1. Onderzoeksplan uitwerken/invulling geven
2. Onderzoeksplan verbeteren
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 5
- Richten en plannen
- Data verzamelen
Week 3 (P2.8)
Vrijdag 16
januari 2015
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: ontwerponderzoek fase 1
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Inhoud/Onderwerpen
Gedifferentieerd:
1. Onderzoeksplan uitwerken/invulling geven
2. Onderzoeksplan verbeteren
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 6
- Richten en plannen
- Data verzamelen
Week 4(P2.9)
Inlevermoment onderzoeksplan
e
(2 gelegenheid)
Maandag 19
januari 2015
12.00 uur
Werkafspraak: Indienen onderzoeksplan.
Gebruik hiervoor bijlage 4 en 5.
Dien het onderzoeksplan op uiterlijk maandag
19 januari 2015 12.00 uur in bij je begeleider
van het ILS.
Dit leidt tot feedforward
Week 5 (2.10)
Vrijdag 30
januari 2015
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: ontwerponderzoek fase 2
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Inhoud/Onderwerpen
Gedifferentieerd:
1. Onderzoeksplan uitwerken/invulling geven
2. Data ordenen en analyseren
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 7
- Data verzamelen
- Data analyseren
Week 7 (P3.2)
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Inhoud/Onderwerpen
17
Vrijdag 13
februari 2015
Verdiepingscollege 1: ontwerponderzoek fase 2
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Gedifferentieerd:
1. Onderzoeksplan uitwerken/invulling geven
2. Data ordenen en analyseren
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 8
- Data verzamelen
- Data analyseren
Week 10
(P3.4)
Vrijdag 6
maart 2015
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Inhoud/Onderwerpen
Gedifferentieerd:
1. Data ordenen en analyseren
2. Concluderen
3. Schrijven
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 9
- Data verzamelen en
analyseren
- Concluderen
Week 12
(P3.6)
Vrijdag 20
maart 2015
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Inhoud/Onderwerpen
Gedifferentieerd:
1. Data ordenen en analyseren
2. Concluderen
3. Schrijven
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 10
- Data verzamelen en
analyseren
- Concluderen
Week 14
(P3.8)
Vrijdag 3 april
2015
Blok 1: 12:45-13:30 uur
Verdiepingscollege 1: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 2: thema
nog te bepalen
Verdiepingscollege 3: thema
nog te bepalen
Onderwerpen
Gedifferentieerd:
1. Data ordenen en analyseren
2. Concluderen
3. Schrijven
Blok 2: 13:30-16:00 uur
Werkbijeenkomst onderzoek 11
- Concluderen
- Rapporteren
Week 15
Inlevermoment: Onderzoeks-
Werkafspraak: Indienen onderzoeksverslag.
18
(P3.9)
e
verslag (1 kans)
Gebruik hiervoor bijlage 4 en 5.
Dien het onderzoeksverslag op uiterlijk maandag 13 april 2015 12.00 uur in bij je onderzoeksbegeleider van het ILS.
Maandag 13
april 2015
12.00 uur
Nader te bepalen
Eindpresentaties op de scholen
of het ILS
Eindpresentatie uitvoeren op de school of
het ILS.
Week 24
(P4.7)
Inlevermoment: Onderzoekse
verslag (2 kans)
Werkafspraak: Indienen onderzoeksverslag.
Gebruik hiervoor bijlage 4 en 5.
Dien het onderzoeksverslag op uiterlijk maandag 2 juni 2015 12.00 uur in bij je onderzoeksbegeleider van het ILS.
Maandag 2
juni 2015
12.00 uur
19
BIJLAGE 4 Formats
Formats voor:
-
Onderzoeksvoorstel
Onderzoeksplan
Onderzoeksverslag
Bijlage 4a Format onderzoeksvoorstel
Het onderzoeksvoorstel is voorzien van/ voldoet aan:
Een voorblad met de volgende gegevens:
-
naam, studentnummer en e-mailadres student
studierichting m.v.v. vt/dt
naam studieloopbaanbegeleider
naam van de school / onderzoekscontext
naam van de begeleider ILS
naam van de begeleider school
(werk)titel van het onderzoek
datum.
Vormeisen:
-
lettertype Arial, lettergrootte 10, regelafstand 1
Omvang (maximaal 2-4 A4)
APA-richtlijnen
Taaleisen
Ethiek (zie feedbackformulier in bijlage 5 voor een toelichting)
Betrokkenheid belanghebbenden (zie feedbackformulier in bijlage 5 voor een toelichting)
In het onderzoeksvoorstel wordt verslag gedaan van de probleemverkenning. Dit voorstel omvat de volgende onderdelen:
-
Aanleiding en context
Beschrijving van het probleem
Oriëntatie op bronnen en verheldering begrippen
Voorlopige vraagstelling
20
Bijlage 4b Format onderzoeksplan
Het onderzoeksplan is voorzien van/ voldoet aan
Een voorblad met de volgende gegevens:
-
naam, studentnummer en e-mailadres student
studierichting m.v.v. vt/dt
naam studieloopbaanbegeleider
naam van de school / onderzoekscontext
naam van de begeleider ILS
naam van de begeleider school
(werk)titel van het onderzoek- datum.
Vormeisen:
-
lettertype Arial, lettergrootte 10, regelafstand 1
Omvang (maximaal 5-8 A4)
Inhoudsopgave
paginanummering
APA-richtlijnen
Taaleisen
Ethiek (zie feedbackformulier in bijlage 5 voor een toelichting)
Betrokkenheid belanghebbenden (zie feedbackformulier in bijlage 5 voor een toelichting)
In het onderzoeksplan wordt verslag gedaan van de voortzetting van de probleemverkenning
en van de uitvoering van het onderzoek. Dit plan omvat de volgende onderdelen:
-
Aanleiding en context
Beschrijving van het probleem
Theoretisch kader en bespreken perspectieven
Vraagstelling en doelstelling
Bespreking en verantwoording van de onderzoeksgroepen
Bespreking en verantwoording van de onderzoeksmethode(n)
Bespreking en verantwoording van de onderzoeksinstrumenten
Bespreking en verantwoording van de beoogde analyse van verzamelde gegevens
Een uitwerkte planning van het onderzoek per week.
Bronnenlijst
21
Bijlage 4c Format onderzoeksverslag
Het onderzoeksverslag is voorzien van/ voldoet aan:
Een voorblad met de volgende gegevens:
-
Logo HAN aangevuld met logo school/scholengroep
naam, studentnummer en e-mailadres student
studierichting m.v.v. vt/dt
naam studieloopbaanbegeleider
naam van de school / onderzoekscontext
naam van de begeleider ILS
naam van de begeleider school
Titel van het onderzoek
datum.
Vormeisen:
-
lettertype Arial, lettergrootte 10, regelafstand 1
Omvang (15.000 woorden / 30 A4 +/-10% exclusief inhoudsopgave, bronvermeldingen, literatuurlijst en bijlagen)
Inhoudsopgave
paginanummering
APA-richtlijnen
Taaleisen
Kennisdisseminatie
Reflectie op het proces en resultaat
De feedforward zoals ontvangen op het onderzoeksvoorstel en plan
Ethiek (zie formulier in bijlage 5 voor een toelichting)
Betrokkenheid belanghebbenden (zie formulier in bijlage 5 voor een toelichting)
In het onderzoeksverslag wordt verslag gedaan van het geheel aan probleemverkenning, van
de uitvoering van het onderzoek en van de opbrengst van het onderzoek. Dit verslag omvat de
volgende onderdelen:
-
Samenvatting van het onderzoek
Aanleiding en context
Theoretisch kader: begrippen en bespreken van perspectieven
Vraagstelling en doelstelling
Onderzoeksgroepen
Onderzoeksmethode(n)
Onderzoeksinstrumenten
Wijze van dataverzameling
Analyse van verzamelde gegevens
Resultaten
Conclusies
Discussie
Reflectie
Ethiek
22
De hoofdstukindeling ziet er bij voorkeur als volgt uit:
1. Samenvatting: samenvatting van het onderzoek (doel, vraag, resultaten en conclusie) maximaal 1 a-4.
2. Inleiding:
1 aanleiding en context,
2 beschrijving van het probleem,
3 theoretisch kader (bespreking perspectieven en verheldering begrippen)
4 onderzoeksdoel en onderzoeksvraag
3. Onderzoeksopzet:
1 beschrijving onderzoeksgroep(en),
2 onderzoeksmethoden en instrumenten voor dataverzameling,
3 beschrijving van de wijze van dataverzameling.
4. Resultaten: overzichtelijke beschrijving van de analyse van de data
5. Conclusies: beantwoording van de onderzoeksvraag
6. Discussie:
1 De reikwijdte en beperkingen van de conclusies worden besproken.
2 Er worden aanbevelingen/suggesties voor de praktijk en, waar mogelijk voor vervolgonderzoek, aangedragen en gemotiveerd.
7. Reflectie
8. Bronnenlijst
9. Bijlagen
23
Eventueel logo school plaatsen
Titel afstudeeronderzoek
Naam
Email
Studierichting (vak + vt/dt)
Studentnummer
Naam school
Naam begeleider school
Naam begeleider ILS-HAN
Naam studieloopbaanbegeleider
Inleverdatum
24
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
Faculteit Educatie
Instituut voor Leraar en School
Feedforward en beoordeling Afstudeeronderzoek eindfase
studiejaar 2014-2015 VT-DT
25
Inleiding
In deze bijlage volgen de feedforward- en beoordelingsformulieren voor het afstudeeronderzoek. De drie opvolgende formulieren vormen een gefaseerde
begeleidings- en beoordelingslijn. De fasen zijn gebaseerd op de verschillende activiteiten tijdens een onderzoeksproces (zie bv Van der Donk & Van Lanen,
2012).
Algemene toelichting
De student is zelf verantwoordelijk voor de inhoud van het onderzoeksverslag;
Voor de feedforward op het onderzoeksplan en voor de beoordeling van het onderzoeksverslag gelden ontvankelijkheidseisen. Voorafgaande aan de
feedforward of de beoordeling wordt gecheckt of hieraan voldaan wordt. Indien voldaan dan wordt de feedforward of de beoordeling voorgezet, niet
voldaan betekent dat de feedforward of de beoordeling wordt gestaakt;
Examinatoren zijn docenten van de opleiding of van de school;
De beoordeling van het onderzoeksverslag vindt door twee door de Examencommissie ILS-HAN benoemde examinatoren onafhankelijk van elkaar
plaats;
De feedforward op het onderzoeksplan en de beoordeling van het onderzoeksverslag vindt onafhankelijk van de begeleiding plaats door minimaal één
van de examinatoren;
Deze bijlage bestaat uit drie formulieren:
a. Feedforward Onderzoeksvoorstel
b. Feedforward Onderzoeksplan
c. Beoordeling Onderzoeksverslag
a. Feedforward onderzoeksvoorstel
Basis voor de feedforward is een onderzoeksvoorstel. Dit voorstel wordt gezien als de opbrengst van het uitvoeren van de onderzoeksactiviteit oriënteren. De
student krijgt een positief advies wanneer de probleemverkenning, de doelstelling(en) en mogelijke onderzoeksvragen richting geven voor het uitwerken van
het onderzoeksplan.
b. Feedforward onderzoeksplan
Basis voor de feedforward is een onderzoeksplan. Dit plan wordt gezien als de opbrengst van het uitvoeren van de onderzoeksactiviteiten oriënteren, richten
en plannen. Het plan wordt van een feedforward voorzien door twee examinatoren die later het onderzoeksverslag gaan beoordelen. De student krijgt een
postief advies wanneer de onderzoeksopzet, in het licht van de (waar nodig aangescherpte) probleemverkenning, de doelstelling(en) en onderzoeksvraag,
voldoende is uitgewerkt om het onderzoek uit te voeren. Beide examinatoren vullen gezamenlijk één feedforwardformulier in.
4. C. Beoordeling onderzoeksverslag
Basis voor deze beoordeling is het definitieve onderzoeksverslag. Dit verslag wordt gezien als het resultaat van de activiteiten zoals vermeld bij het onderzoeksplan, aangevuld met de activiteiten data verzamelen, (ontwerpen), analyseren, concluderen, rapporteren en presenteren.
Spelregels cijfertoekenning:
Iedere indicator wordt becijferd met gebruikmaking van hele cijfers in een range van 1 tot 5 punten (1, 2, 3, 4 of 5 punten),
1= onvoldoende, 2= matig, 3= voldoende, 4=ruim voldoende, 5=goed,
De cesuur voor het behalen van een voldoende ligt bij 6,0 (39 van de 65 punten behaald) én alle knock-outcriteria ‘voldaan’.
26
Specifiek voor de beoordeling van het onderzoeksverslag:
De beoordeling van het onderzoeksverslag moet eerst door twee examinatoren onafhankelijk van elkaar worden uitgevoerd (elke examinator vult een eigen
beoordelingsformulier in: formulier examinator 1, respectievelijk formulier examinator 2). Vervolgens overleggen de examinatoren over hun bevindingen en het
voorlopige eindresultaat, met als doel hierin overeenstemming te vinden. Zijn zij het eens over de beoordeling dan wordt de totstandkoming van het eindcijfer
verantwoord op het daartoe bestemde deel op het beoordelingsformulier van examinator 1. Bij een beoordeling die uitkomt tussen de 6,0 en de 6,5 wordt een
derde examinator ingeschakeld. Deze checkt de totstandkoming van de beoordeling. Elke beoordeling wordt bekrachtigd door ondertekening door beide examinatoren op het beoordelingsformulier van examinator 1. Indien er sprake is van een derde examinator, ondertekent deze ook het beoordelingsformulier van
e
examinator 1. De 1 examinator controleert het geheel, verwerkt de uitkomst, communiceert de uitkomst naar de student (de student krijgt dus zowel het beoordelingsformulier van examinator 1 als 2) en draagt zorg voor archivering van de beoordelingen met toebehoren.
Indien de beide onafhankelijke examinatoren na onderling overleg niet tot een eensluidende afstemming komen, wordt een derde examinator geraadpleegd.
De derde examinator verstrekt uiteindelijk een bindend advies aan examinatoren.
Een extra check op de totstandkoming van het oordeel bij het onderzoeksverslag vindt periodiek plaats door de Examencommissie ILS-HAN.
27
Bijlage 5a Feedforwardformulier onderzoeksvoorstel
Feedforward Onderzoeksvoorstel
Naam student:
Naam beoordelaar:
Bronvermeldingen
Taaleisen
Ethiek
Kennisdisseminatie
Voldoende
De wijze waarop verwezen wordt naar bronnen is volgens APA-richtlijnen.
Het onderzoeksvoorstel voldoet aan de taaleisen zoals deze gelden voor hboeindniveau.
De student houdt zich aan de gedragscode/
eisen vanuit de wet op persoonsgegevens.
Over de opzet van het onderzoek is de student een open dialoog aangegaan met betrokkenen.
Datum:
Kans/gelegenheid:
Feedforward
28
Probleemverkenning
Voldoende
Aanleiding en context
De aanleiding en context geven duidelijk aan
vanuit welke handelingsverlegenheid / praktijkprobleem en context het onderzoek tot
stand is gekomen.
Het probleem wordt helder beschreven.
Er zijn relevante en actuele bronnen gebruikt
om mogelijke oorzaken van en oplossingsrichtingen voor het probleem vanuit verschillende perspectieven te verkennen; zowel
vanuit de literatuur als vanuit de onderzoekscontext (praktijksituatie).
Met behulp van de literatuur zijn de begrippen die gebruikt worden in de vraagstelling
duidelijk beschreven of gedefinieerd.
De onderzoeksvraag wordt onderbouwd door
de probleemverkenning en doelstelling van
het onderzoek. In hoofd- en eventuele deelvragen is duidelijk naar welke informatie of
inzichten wordt gezocht. Deze vragen zijn via
onderzoek te beantwoorden. Eventuele deelvragen leveren noodzakelijke gegevens op
voor het beantwoorden van de hoofdvraag.
De deelvragen hangen onderling samen.
Oriëntatie op bronnen en verheldering
begrippen
Onderzoeksvraag
Feedforward
29
Advies:
□
□
Positief: de uitwerking van de probleemverkenning, de doelstelling(en) en mogelijke onderzoeksvragen geven richting voor het uitwerken van het
onderzoeksplan.
Negatief (zie feedforward).
Toelichting
Datum en paraaf Examinator
30
Bijlage 5b Feedforwardformulier onderzoeksplan
Naam student: _______________________________________________________________
E-mailadres student: _________________________________________________________
Studierichting (vak + vt/dt): ____________________________________________________
Studentnummer: _____________________________________________________________
Naam school: _______________________________________________________________
Naam begeleider school: ______________________________________________________
Naam begeleider ILS HAN: ____________________________________________________
Naam studieloopbaanbegeleider: _______________________________________________
e
Naam 1 examinator: _________________________________________________________
e
Naam 2 examinator: _________________________________________________________
(Werk)Titel afstudeeronderzoek: _______________________________________________
Datum: _____________________________________________________________________
Gelegenheid: ________________________________________________________________
Ontvankelijkheidseis:
De omvang van het onderzoeksplan voldoet aan de eisen (5-8 A4)
In orde / niet in orde
31
Voldoende
Bronvermeldingen
Taaleisen
Ethiek
Kennisdisseminatie
De wijze waarop verwezen wordt naar
bronnen is volgens APA-richtlijnen.
Het onderzoeksvoorstel voldoet aan de
taaleisen zoals deze gelden voor hboeindniveau.
De student houdt zich aan de gedragscode/ eisen vanuit de wet op persoonsgegevens.
Goed
Feedforward
Vorige +
Student laat overwegingen van ethiek en onafhankelijkheid expliciet meewegen bij alle
stappen van het onderzoek .
Over de opzet van het onderzoek is de
student een open dialoog aangegaan met
betrokkenen.
32
1.Probleemverkenning
1.1 Aanleiding en
context
1.2 Theoretisch kader:
begrippen
1.3 Theoretisch kader:
bespreking van perspectieven
1.4 Onderzoeksvraag
Voldoende
De aanleiding en context geven duidelijk
aan vanuit welke handelingsverlegenheid /
praktijkprobleem en context het onderzoek
tot stand is gekomen.
Het probleem wordt helder beschreven
Met behulp van literatuur zijn de begrippen
die gebruikt worden duidelijk beschreven
en/of gedefinieerd.
De probleemverkenning is een samenhangend logisch betoog. Er zijn relevante en
actuele bronnen gebruikt om het probleem
te verkennen.
Mogelijke oorzaken van en oplossingsrichtingen voor het probleem worden vanuit
verschillende perspectieven verkend: zowel
vanuit de literatuur als vanuit de onderzoekscontext (praktijksituatie). De student
maakt op basis van theorie en praktijk een
onderbouwde keuze voor één van de perspectieven of een combinatie daarvan, die
leidt tot de onderzoeksvragen.
Er wordt minimaal één wetenschappelijk
artikel gebruikt.
De onderzoeksvraag wordt onderbouwd
door de probleemverkenning en doelstelling. In hoofd- en eventuele deelvragen is
duidelijk naar welke informatie of inzichten
wordt gezocht. Deze vragen zijn via onderzoek te beantwoorden. Eventuele deelvragen leveren noodzakelijke gegevens op
voor het beantwoorden van de hoofdvraag.
De deelvragen hangen onderling samen.
Goed
Vorige +
De beschrijving is kernachtig geschreven.
Vorige +
Diverse interpretaties van begrippen in de
literatuur worden tegen elkaar afgewogen om
tot een werkdefinitie te komen.
Vorige +
De gebruikte bronnen zijn ook internationaal
georiënteerd en geven inzicht in en overzicht
over de diverse (toonaangevende) opvattingen
ten aanzien van het probleem en mogelijke
oplossingen. Theoretische- en praktijkopvattingen worden vanuit een kritische distantie
besproken.
Het betoog is beknopt en precies.
Er worden twee of meer wetenschappelijke
artikelen gebruikt.
Vorige +
De formulering van de hoofd- en deelvragen is
specifiek en eenduidig. Duidelijk is hoe de
vragen in samenspraak met belanghebbenden
(bijv. opdrachtgever) tot stand zijn gekomen.
33
Feedforward
2.Uitvoering van het
onderzoek
Voldoende
Goed
2.1 De onderzoeksgroep
De (selectie van) onderzoeksgroep(en) is
beschreven en onderbouwd. Daarbij is
aandacht voor de kenmerken van de onderzoeksgroep(en) in relatie tot de onderzoeksvraag en/of het onderzoeksdoel.
De te volgen onderzoeksmethode(n) is
navolgbaar beschreven en passend om de
onderzoeksvraag te beantwoorden. De
gemaakte keuzes in en voor de methode(n)
zijn onderbouwd.
De in te zetten instrumenten zijn duidelijk
beschreven. De student onderbouwt hoe hij
een bewuste keuze heeft gemaakt uit
meerdere instrumenten. De samenhang
tussen de onderzoeksinstrumenten is duidelijk.
De wijze waarop en de mate waarin de
dataverzameling gaat plaats vinden wordt
navolgbaar beschreven evenals mogelijke
knelpunten in de uitvoering. Uit de beschrijving van de werkwijze van dataverzameling wordt duidelijk dat de student de
gegevens systematisch en doelgericht gaat
verzamelen.
De opzet voor data-analyse is navolgbaar
beschreven en verantwoord. Uit de beschrijving van de (werkwijze van) analyse
wordt duidelijk dat de student de gegevens
systematisch gaat analyseren.
Vorige +
De (selectie van) de onderzoeksgroep(en) is
verantwoord vanuit criteria zoals representativiteit en betrouwbaarheid.
2.2 Onderzoeksmethode
2.3 Instrumenten
2.4 Dataverzameling
2.5 Analyse van verzamelde gegevens
Feedforward
Vorige +
Er is daarbij aandacht voor de beperkingen
van de gekozen werkwijze.
Vorige +
Validiteit en betrouwbaarheid van instrument(en) ten aanzien van de onderzoeksvraag
zijn overtuigend en kritisch belicht.
Vorige +
Overwegingen m.b.t. validiteit en betrouwbaarheid van de opzet worden expliciet besproken.
Vorige +
Overwegingen m.b.t. validiteit en betrouwbaarheid van de (wijze van) analyse worden
expliciet besproken.
34
Advies:
□
□
Positief: in het onderzoeksplan is de onderzoeksopzet, in het licht van de (waar nodig aangescherpte) probleemverkenning, de doelstelling(en) en
de onderzoeksvraag, voldoende uitgewerkt om het onderzoek verder uit te voeren.
Negatief (zie feedforward).
Toelichting
Datum en paraaf Examinator 1
Datum en paraaf Examinator 2
35
Bijlage 5c Beoordelingsformulier onderzoeksverslag examinator 1
Naam student: _______________________________________________________________
E-mailadres student: _________________________________________________________
Studierichting (vak + vt/dt): ____________________________________________________
Studentnummer: ______________________________________________________________
Naam school: _______________________________________________________________
Naam begeleider school: ______________________________________________________
Naam begeleider ILS HAN: ____________________________________________________
Naam studieloopbaanbegeleider: _______________________________________________
e
Naam 1 examinator: _________________________________________________________
e
Naam 2 examinator: _________________________________________________________
Titel afstudeeronderzoek: _____________________________________________________
Datum: _____________________________________________________________________
Kans/gelegenheid: ___________________________________________________________
Ontvankelijkheidseisen:
De ontvankelijkheidseisen worden gecheckt voorafgaande aan de beoordeling. Indien deze niet in orde zijn, wordt de beoordeling gestaakt.
Het onderzoeksverslag is door Ephorus gecontroleerd op plagiaat en de uitkomst is in orde
De omvang van het onderzoeksverslag voldoet aan de eisen (15000 woorden of 30 A4 - +/-10%)
Knock-out criteria
Niet voldaan aan de knock-out criteria betekent automatisch een onvoldoende beoordeling.
36
In orde / niet in orde
In orde / niet in orde
Knock-out criteria
Beschrijving
Bronvermeldingen
De wijze waarop verwezen wordt naar bronnen (in tekst en literatuurlijst) is
volgens APA-richtlijnen.
Het onderzoeksverslag voldoet aan de taaleisen zoals deze gelden voor
eindniveau hbo.
De samenvatting geeft kort en bondig de onderzoekscontext, -vraag en het
onderzoeksdoel weer, en beschrijft welke opbrengsten het onderzoek heeft
opgeleverd.
Over de opbrengsten van het onderzoek is de student een open dialoog
aangegaan met betrokkenen (bijv. met collega’s, spd, onderzoeksbegeleider, ouders, mentor, bouw, team, evt. externen). Als bewijslast kan bijvoorbeeld in de bijlage worden opgenomen: een verslag van een activiteit, een
powerpointpresentatie, een verslag door een collega, een publicatie
(nieuwsbrief, vaktijdschrift), etc.
De student kijkt kritisch naar het verloop van het traject in relatie tot het
eigen handelen en maakt hierin de eigen ontwikkeling zichtbaar en verwerkt
de reacties van de begeleider(s). Er worden conclusies verbonden aan de
ervaringen van het doen van onderzoek aan de huidige en/of toekomstige
onderwijspraktijk.
De feedforward op het onderzoeksvoorstel en op het onderzoeksplan is als
bijlage toegevoegd.
Taaleisen
Samenvatting
Kennisdisseminatie
(bijlage)
Reflectie op het
doen van praktijkgericht onderzoek
(bijlage)
Feedforward (bijlage)
Voldaan/
Niet voldaan
37
Toelichting
1 Probleemverkenning
1.1 Aanleiding en
context
1.2 Theoretisch kader:
begrippen
Voldoende (3)
De aanleiding en context geven duidelijk
aan vanuit welke handelingsverlegenheid /
praktijkprobleem en context het onderzoek
tot stand is gekomen.
Het probleem wordt helder beschreven.
Met behulp van de literatuur zijn de begrippen die gebruikt worden duidelijk beschreven en/of gedefinieerd.
1.3 Theoretisch kader:
bespreking van perspectieven
De probleemverkenning is een samenhangend logisch betoog. Er zijn relevante en
actuele bronnen gebruikt om het probleem
te verkennen.
Mogelijke oorzaken van en oplossingsrichtingen voor het probleem worden vanuit
verschillende perspectieven verkend: zowel
vanuit de literatuur als vanuit de onderzoekscontext (praktijksituatie). De student
maakt op basis van theorie en praktijk een
onderbouwde keuze voor één van de perspectieven of een combinatie daarvan, die
leidt tot de onderzoeksvragen.
Er wordt minimaal één wetenschappelijk
artikel gebruikt.
1.4 Onderzoeksvraag
De onderzoeksvraag wordt onderbouwd
door de probleemverkenning en het onderzoeksdoel. In hoofd- en eventuele deelvragen is duidelijk naar welke informatie of
inzichten wordt gezocht. Deze vragen zijn
via onderzoek te beantwoorden. Eventuele
deelvragen leveren noodzakelijke gegevens op voor het beantwoorden van de
hoofdvraag. De deelvragen hangen onderling samen.
Goed (5)
Vorige +
De beschrijving is kernachtig geschreven.
Vorige +
Diverse interpretaties van begrippen in de literatuur worden tegen elkaar afgewogen om tot
een werkdefinitie te komen.
Vorige +
De gebruikte bronnen zijn ook internationaal
georienteerd en geven inzicht in en overzicht
over de diverse (toonaangevende) opvattingen
ten aanzien van het probleem en mogelijke
oplossingen. Theoretische- en praktijkopvattingen worden vanuit een kritische distantie besproken.
Het betoog is beknopt en precies.
Er worden twee of meer wetenschappelijke
artikelen gebruikt.
Vorige +
De formulering van de hoofd- en deelvragen is
specifiek en eenduidig . Duidelijk is hoe de
vragen in samenspraak met belanghebbenden
(bijv. opdrachtgever) tot stand zijn gekomen.
38
Pt
Toelichting
2. Uitvoering van het
onderzoek
Voldoende (3)
Goed (5)
2.1 De onderzoeksgroep
De (selectie van) onderzoeksgroep(en) is
beschreven en onderbouwd. Daarbij is aandacht voor de kenmerken van de onderzoeksgroep(en) in relatie tot de onderzoeksvraag en/of het onderzoeksdoel.
De onderzoeksmethode(n) is navolgbaar
beschreven en passend om de onderzoeksvraag te beantwoorden. De gemaakte keuzes in en voor de methode(n) zijn onderbouwd.
De gebruikte instrumenten zijn duidelijk beschreven. Er wordt onderbouwt hoe een
bewuste keuze is gemaakt uit meerdere instrumenten. De samenhang tussen de onderzoeksinstrumenten is duidelijk.
De wijze waarop en de mate waarin de dataverzameling heeft plaatsgevonden wordt
navolgbaar beschreven evenals aanpassingen of knelpunten in de uitvoering. Uit de
beschrijving van de werkwijze van dataverzameling wordt duidelijk dat de student de
gegevens systematisch en doelgericht heeft
verzameld.
De data-analyse is navolgbaar beschreven
en verantwoord. Uit de beschrijving van de
(werkwijze van) analyse wordt duidelijk dat
de student de gegevens systematisch heeft
geanalyseerd. Data-analysetechnieken zijn
correct uitgevoerd.
Vorige +
De (selectie van) de onderzoeksgroep(en) is
verantwoord vanuit criteria zoals representativiteit en betrouwbaarheid.
2.2 Onderzoeksmethode
2.3 Instrumenten
2.4 Dataverzameling
2.5 Analyse van
verzamelde gegevens
Vorige +
Er is daarbij aandacht voor de beperkingen
van de gekozen werkwijze.
Vorige +
Validiteit en betrouwbaarheid van instrument(en) ten aanzien van de onderzoeksvraag
zijn overtuigend en kritisch belicht.
Vorige +
Overwegingen m.b.t. validiteit en betrouwbaarheid van de opzet worden expliciet besproken.
Vorige +
Overwegingen m.b.t. validiteit en betrouwbaarheid van de (wijze van) analyse worden expliciet besproken.
39
Pt
Toelichting
3. Opbrengst van
het onderzoek
Voldoende (3)
Goed (5)
3.1 Resultaten
De resultaten worden overzichtelijk weergegeven en beschreven, op een manier die past bij
de verzamelde gegevens en de onderzoeksvraag.
Er is onderscheid tussen conclusies en resultaten. Conclusies vloeien logisch voort uit de
resultaten en geven een antwoord op de onderzoeksvraag. Er is aandacht voor opvallende
resultaten (waar van toepassing).
De resultaten worden beknopt, precies en
overzichtelijk weergegeven en in samenhang
beschreven, op een manier die past bij de
verzamelde gegevens en de onderzoeksvraag.
Vorige +
Validiteit en betrouwbaarheid van de resultaten
worden expliciet betrokken in de conclusie. De
bespreking van de conclusies is volledig en
nauwkeurig.(Opvallende) resultaten worden
kritisch beschouwd en er wordt geprobeerd de
resultaten te verklaren.
Vorige +
Conclusies worden, mede aan de hand van
recente en relevante bronnen, gerelateerd aan
een bredere context dan de onderzochte praktijksituatie.
Aanbevelingen voor de praktijk en (indien relevant) suggesties voor vervolgonderzoek worden onderbouwd.
3.2 Conclusies
3.3 Discussie
Conclusies worden in relatie gebracht met de
probleemverkenning en de onderzoeksopzet.
De reikwijdte en beperkingen van de conclusies worden besproken. Er worden aanbevelingen/suggesties voor de praktijk en, waar
mogelijk voor vervolgonderzoek, aangedragen
en gemotiveerd. De aanbevelingen sluiten aan
op de probleemstelling.
3.4 Ethiek en onafhankelijkheid bij
rapporteren van
resultaten
De student houdt zich aan de gedragscode/
eisen vanuit de wet op persoonsgegevens.
Vorige+
Student laat overwegingen van ethiek en onafhankelijkheid expliciet meewegen bij alle stappen van het onderzoek .
40
Pt
Toelichting
Cijferbepaling:
□ De ontvankelijkheidseisen zijn niet in orde: onvoldoende, eindcijfer 1.
□ Niet voldaan aan één of meerdere knock-out criteria: onvoldoende, eindcijfer 1
□ De ontvankelijkheidseisen zijn in orde, de knock-outcriteria zijn voldaan: het eindcijfer wordt berekend (totaal aantal gegeven punten gedeeld door
6,5).
Totaal aantal punten:
Voorlopig cijfer:
Toelichting:
Verantwoording/woordrapportage totstandkoming eindcijfer (alleen formulier examinator 1):
Datum en paraaf Examinator 1
Probleemverkenning:
Datum en paraaf Examinator 2
Datum en paraaf Examinator 3
Indien van toepassing bij cijfer 6,0-6,5
Uitvoering van het onderzoek:
Eindcijfer:
Opbrengst van het onderzoek:
41
Beoordeling Onderzoeksverslag examinator 2
Naam student: _______________________________________________________________
E-mailadres student: _________________________________________________________
Studierichting (vak + vt/dt): ____________________________________________________
Studentnummer: ______________________________________________________________
Naam school: _______________________________________________________________
Naam begeleider school: ______________________________________________________
Naam begeleider ILS HAN: ____________________________________________________
Naam studieloopbaanbegeleider: _______________________________________________
e
Naam 1 examinator: _________________________________________________________
e
Naam 2 examinator: _________________________________________________________
Titel afstudeeronderzoek: _____________________________________________________
Datum: _____________________________________________________________________
Kans/gelegenheid: ___________________________________________________________
Ontvankelijkheidseisen:
Het onderzoeksverslag is door Ephorus gecontroleerd op plagiaat en de uitkomst is in orde
De omvang van het onderzoeksverslag voldoet aan de eisen (15000 woorden of 30 A4 - +/-10%)
42
In orde / niet in orde
In orde / niet in orde
Knock-out criteria
Beschrijving
Bronvermeldingen
De wijze waarop verwezen wordt naar bronnen (in tekst en literatuurlijst) is
volgens APA-richtlijnen.
Het onderzoeksverslag voldoet aan de taaleisen zoals deze gelden voor
eindniveau hbo.
De samenvatting geeft kort en bondig de onderzoekscontext, -vraag en het
onderzoeksdoel weer, en beschrijft welke opbrengsten het onderzoek heeft
opgeleverd.
Over de opbrengsten van het onderzoek is de student een open dialoog
aangegaan met betrokkenen (bijv. met collega’s, spd, onderzoeksbegeleider, ouders, mentor, bouw, team, evt. externen). Als bewijslast kan bijvoorbeeld in de bijlage worden opgenomen: een verslag van een activiteit, een
powerpointpresentatie, een verslag door een collega, een publicatie
(nieuwsbrief, vaktijdschrift), etc.
De student kijkt kritisch naar het verloop van het traject in relatie tot het
eigen handelen en maakt hierin de eigen ontwikkeling zichtbaar en verwerkt
de reacties van de begeleider(s). Er worden conclusies verbonden aan de
ervaringen van het doen van onderzoek aan de huidige en/of toekomstige
onderwijspraktijk.
De feedforward op het onderzoeksvoorstel en op het onderzoeksplan is als
bijlage toegevoegd.
Taaleisen
Samenvatting
Kennisdisseminatie
(bijlage)
Reflectie op het
doen van praktijkgericht onderzoek
(bijlage)
Feedforward (bijlage)
Voldaan/
Niet voldaan
43
Toelichting
1.Probleemverkenning
1.1 Aanleiding en
context
1.2 Theoretisch kader:
begrippen
Voldoende (3)
De aanleiding en context geven duidelijk
aan vanuit welke handelingsverlegenheid /
praktijkprobleem en context het onderzoek
tot stand is gekomen.
Het probleem wordt helder beschreven.
Met behulp van de literatuur zijn de begrippen die gebruikt worden duidelijk beschreven en/of gedefinieerd.
1.3 Theoretisch kader:
bespreking van perspectieven
De probleemverkenning is een samenhangend logisch betoog. Er zijn relevante en
actuele bronnen gebruikt om het probleem
te verkennen.
Mogelijke oorzaken van en oplossingsrichtingen voor het probleem worden vanuit
verschillende perspectieven verkend: zowel
vanuit de literatuur als vanuit de onderzoekscontext (praktijksituatie). De student
maakt op basis van theorie en praktijk een
onderbouwde keuze voor één van de perspectieven of een combinatie daarvan, die
leidt tot de onderzoeksvragen.
Er wordt minimaal één wetenschappelijk
artikel gebruikt.
1.4 Onderzoeksvraag
De onderzoeksvraag wordt onderbouwd
door de probleemverkenning en het onderzoeksdoel. In hoofd- en eventuele deelvragen is duidelijk naar welke informatie of
inzichten wordt gezocht. Deze vragen zijn
via onderzoek te beantwoorden. Eventuele
deelvragen leveren noodzakelijke gegevens op voor het beantwoorden van de
hoofdvraag. De deelvragen hangen onderling samen.
Goed (5)
Vorige +
De beschrijving is kernachtig geschreven.
Vorige +
Diverse interpretaties van begrippen in de literatuur worden tegen elkaar afgewogen om tot
een werkdefinitie te komen.
Vorige +
De gebruikte bronnen zijn ook internationaal
georiënteerd en geven inzicht in en overzicht
over de diverse (toonaangevende) opvattingen
ten aanzien van het probleem en mogelijke
oplossingen. Theoretische- en praktijkopvattingen worden vanuit een kritische distantie besproken.
Het betoog is beknopt en precies.
Er worden twee of meer wetenschappelijke
artikelen gebruikt.
Vorige +
De formulering van de hoofd- en deelvragen is
specifiek en eenduidig . Duidelijk is hoe de
vragen in samenspraak met belanghebbenden
(bijv. opdrachtgever) tot stand zijn gekomen.
44
Pt
Toelichting
2. Uitvoering van het
onderzoek
Voldoende (3)
Goed (5)
2.1 De onderzoeksgroep
De (selectie van) onderzoeksgroep(en) is
beschreven en onderbouwd. Daarbij is aandacht voor de kenmerken van de onderzoeksgroep(en) in relatie tot de onderzoeksvraag en/of het onderzoeksdoel.
De onderzoeksmethode(n) is navolgbaar
beschreven en passend om de onderzoeksvraag te beantwoorden. De gemaakte keuzes in en voor de methode(n) zijn onderbouwd.
De gebruikte instrumenten zijn duidelijk beschreven. Er wordt onderbouwd hoe een
bewuste keuze is gemaakt uit meerdere instrumenten. De samenhang tussen de onderzoeksinstrumenten is duidelijk.
De wijze waarop en de mate waarin de dataverzameling heeft plaatsgevonden wordt
navolgbaar beschreven evenals aanpassingen of knelpunten in de uitvoering. Uit de
beschrijving van de werkwijze van dataverzameling wordt duidelijk dat de student de
gegevens systematisch en doelgericht heeft
verzameld.
De data-analyse is navolgbaar beschreven
en verantwoord. Uit de beschrijving van de
(werkwijze van) analyse wordt duidelijk dat
de student de gegevens systematisch heeft
geanalyseerd. Data-analysetechnieken zijn
correct uitgevoerd.
Vorige +
De (selectie van) de onderzoeksgroep(en) is
verantwoord vanuit criteria zoals representativiteit en betrouwbaarheid.
2.2 Onderzoeksmethode
2.3 Instrumenten
2.4 Dataverzameling
2.5 Analyse van
verzamelde gegevens
Vorige +
Er is daarbij aandacht voor de beperkingen
van de gekozen werkwijze.
Vorige +
Validiteit en betrouwbaarheid van instrument(en) ten aanzien van de onderzoeksvraag
zijn overtuigend en kritisch belicht.
Vorige +
Overwegingen m.b.t. validiteit en betrouwbaarheid van de opzet worden expliciet besproken.
Vorige +
Overwegingen m.b.t. validiteit en betrouwbaarheid van de (wijze van) analyse worden expliciet besproken.
45
Pt
Toelichting
3. Opbrengst van
het onderzoek
Voldoende (3)
Goed (5)
3.1 Resultaten
De resultaten worden overzichtelijk weergegeven en beschreven, op een manier die past bij
de verzamelde gegevens en de onderzoeksvraag.
Er is onderscheid tussen conclusies en resultaten. Conclusies vloeien logisch voort uit de
resultaten en geven een antwoord op de onderzoeksvraag. Er is aandacht voor opvallende
resultaten (waar van toepassing).
De resultaten worden beknopt, precies en
overzichtelijk weergegeven en in samenhang
beschreven, op een manier die past bij de
verzamelde gegevens en de onderzoeksvraag.
Vorige +
Validiteit en betrouwbaarheid van de resultaten
worden expliciet betrokken in de conclusie. De
bespreking van de conclusies is volledig en
nauwkeurig.(Opvallende) resultaten worden
kritisch beschouwd en er wordt geprobeerd de
resultaten te verklaren.
Vorige +
Conclusies worden, mede aan de hand van
recente en relevante bronnen, gerelateerd aan
een bredere context dan de onderzochte praktijksituatie.
Aanbevelingen voor de praktijk en (indien relevant) suggesties voor vervolgonderzoek worden onderbouwd.
3.2 Conclusies
3.3 Discussie
Conclusies worden in relatie gebracht met de
probleemverkenning en de onderzoeksopzet.
De reikwijdte en beperkingen van de conclusies worden besproken. Er worden aanbevelingen/suggesties voor de praktijk en, waar
mogelijk voor vervolgonderzoek, aangedragen
en gemotiveerd. De aanbevelingen sluiten aan
op de probleemstelling.
3.4 Ethiek en onafhankelijkheid bij
rapporteren van
resultaten
De student houdt zich aan de gedragscode/
eisen vanuit de wet op persoonsgegevens.
Vorige+
Student laat overwegingen van ethiek en onafhankelijkheid expliciet meewegen bij alle stappen van het onderzoek .
46
Pt
Toelichting
Cijferbepaling:
□ Het verslag komt niet goed door Ephorus: onvoldoende, eindcijfer 0
□ Er is niet voldaan aan één of meer van de knock-out criteria: onvoldoende, eindcijfer 1
□ Het verslag is goed door Ephorus gekomen, er is voldaan aan alle knock-out criteria en er is voldaan aan de spelregels cijfertoekenning: eindcijfer
is het totaal aantal gegeven punten gedeeld door 6,5.
Totaal aantal punten:
Voorlopig cijfer:
Toelichting:
Datum en paraaf Examinator 2
47