European Commission t.a.v. DG Communication

European Commission
t.a.v. DG Communication Networks, Content & Technology
Datum
Bijlage(n)
1 juli 2014
1
Contactpersoon
Doorkiesnummer
Fianne Bremmer
+ 31 33 460 8995
Ons kenmerk
Uw kenmerk
Onderwerp
mHealth Green Paper Consultation
Green Paper on mHealth
mHealth in de geestelijke gezondheidszorg
Geestelijke gezondheidsproblemen kosten Europa elk jaar € 610 miljard. De Europese
Commissie heeft onderzocht dat geestelijke gezondheidsproblemen leiden tot lagere
productiviteit, dreigend verlies van werk van de getroffenen en daarmee druk op sociale
voorzieningen. Dit leidt tot een krimpende beroepsbevolking, lagere productiviteit en hogere
collectieve uitgaven op een moment dat Europa alle capaciteiten nodig heeft om groei te
bevorderen. e-Mental Health is een van de belangrijkste ontwikkelingen om de
toegankelijkheid, kwaliteit en betaalbaarheid van geestelijke gezondheidszorg op
(middel)lange termijn te waarborgen.
Op dit moment legt de Europese Commissie de nadruk op lichamelijke gezondheidszorg en
producten en diensten die dat ondersteunen. Juist het economisch belang van een goede
geestelijke gezondheid voor de Europese economie is een reden om innovaties op het
gebied van e-mental health en de implementatie daarvan te versnellen.
e-Mental Health in the Netherlands
De Nederlandse geestelijke gezondheidszorg heeft de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in
de ontwikkeling van e-mental health1. Van online preventie en zelfhulp tot blended
behandelprogramma’s, serious games en mobile health. Nederland is één van de koplopers
in Europa als het gaat om de ontwikkeling van e-mental health. Om een goed beeld te
schetsen van de verdere ontwikkelingen in de Nederlandse ggz op het gebied van e-mental
health verwijzen wij naar de door GGZ Nederland ontwikkelde factsheet “e-mental health in
the Netherlands” in de bijlage.
1
Wanneer we spreken over e-mental health dan bedoelen we online geestelijke gezondheidszorg in de breedste zin van het
woord. Van stand-alone apps tot online behandelprogramma’s voor op de pc of tablet.
Grootschalige implementatie van eHealth/ mHealth kost nog heel veel investeringen, niet
alleen op het gebied van techniek en infrastructuur maar vooral ook in de adaptie door
hulpverleners en gebruikers. De betrokkenheid van gebruikers is daarbij belangrijk, een mooi
voorbeeld van het versterken van patiënten- en familieparticipatie is het project ‘Grip op
eHealth van het LPGGz2. Deze grote investeringen vragen om een gezond verdienmodel.
GGZ Nederland en LPGGz zien samen kansen om op een aantal punten de samenwerking
met andere Europese landen te versterken en hierdoor te komen tot kennisuitwisseling,
patiënten- en familie participatie en versnelde implementatie. Dit komt ten goede aan de
Europese economie.
Rol van Europese Commissie bij mHealth
We zien op een aantal punten een belangrijke rol weggelegd voor de Europese Commissie.
In de eerste plaats in het coördineren en ondersteunen van kennisuitwisseling tussen EU
landen, zodat niet overal het wiel opnieuw wordt uitgevonden. Daarnaast heeft Europa ook
een rol in het versterken van de (interne) Europese markt door het wegnemen van
belemmeringen en het creëren van randvoorwaarden. Concreet zouden de volgende
onderwerpen prioriteit moeten krijgen en in Europees verband opgepakt moeten worden ten
einde het gebruik van mHealth te bevorderen.
Wet en regelgeving
Ruimte voor innovatie
In dit stadium vindt GGZ Nederland het belangrijk om innovatieve initiatieven niet af te
remmen of te bemoeilijken met extra regelgeving. De huidige Nederlandse wet- en
regelgeving zijn ook van toepassing op mHealth. In het bijzonder bepalen verschillende
patiënten- en kwaliteitswetgeving, het privacy recht en het (product)aansprakelijkheidsrecht
de rechten van patiënten en de daaruit voorvloeiende verplichtingen van de zorgaanbieder.
De wetgeving in Nederland is streng (genoeg) en handhaving en toezicht door instanties als
de Inspectie voor de gezondheidszorg, College Bescherming Persoonsgegevens en de
rechterlijke macht is voldoende. We hebben nog wel enkele aandachtspunten:
Certificering van mHealth
Gebruikers (zowel burgers, patiënten en zorgaanbieders) van gezondheids-apps moeten met
enige zekerheid op de technische en inhoudelijke veiligheid van een app kunnen vertrouwen.
In Nederland wordt voor medische hulpmiddelen en/of medische software de CE-markering
toegepast en verplicht gesteld. Het al dan niet voldoen aan de CE-markering in geval van emental health toepassingen zegt niets over de inhoudelijke (klinische) kwaliteit van de
betreffende applicatie. Het is vooral gericht op de technische veiligheid en fysieke toepassing
van medische software. Voor mobiele applicaties in de GGZ heeft de CE-markering weinig
toegevoegde waarde en is het een administratieve last die vooral hogere kosten met zich
meebrengt.
2
Lees meer informatie via http://www.platformggz.nl/lpggz/project_vraagsturing/ehealth
2
Ook bestaat er onduidelijkheid over de inhoudelijke interpretatie van de betreffende
Europese Wet en Regelgeving. Deze lijkt ooit opgesteld voor apparatuur en is later
uitgebreid naar medische software. Op dit moment roepen zowel de vigerende regelgeving
als de Europese certificeringschema’s veel verwarring op. Mobiele dan wel online applicaties
voor de mentale gezondheid kunnen hierdoor onterecht als medisch hulpmiddel worden
bestempeld. In veel gevallen betreft het namelijk apps gericht op het domein van welzijn/
leefstijl die de mentale gezondheid wel kunnen ondersteunen, maar waarbij geen sprake is
van enige vorm van diagnostiek en/ of therapeutische behandeling. Hiervoor moeten dan ook
minder strenge regels gelden. Het is van belang dat de regelgeving opnieuw geconcipieerd
wordt, gericht op software met verschillende categorieën gebruikers (medisch personeel,
patiënten, etc.).
Wij zijn echter wel van mening dat meer inzicht in de kwaliteit van gezondheids-apps het
gebruik door patiënten en hulpverleners kan stimuleren. Een “CE- markering plus” heeft een
extra zorginhoudelijk certificaat en kan zo bijdragen aan dat inzicht. Wel hebben wij dan nog
vragen met betrekking tot het toetsen en handhaven hiervan. De toetsing op kwaliteit en
veiligheid en certificering van mHealth moet door een daartoe erkende, onafhankelijke
keuringsinstantie gedaan worden. Hoewel wij denken dat de patiënt hier zelf ook een rol in
heeft in de vorm van reviews en ratings, zoals dit ook op grote schaal gebeurt bij andere
mobiele apps, is het niet verstandig om dit (volledig) aan de particulier of de markt over te
laten. Individuele of commerciële belangen mogen niet de veiligheid en de kwaliteit van de
zorg gaan bepalen. De vraag is echter óf dit haalbaar is gezien de enorme hoeveelheid
gezondheids-apps die in omloop zijn. Wij vragen ons bijvoorbeeld af waar de betreffende
keurende instantie de benodigde kennis vandaan moet halen. Deze vragen zullen dus
allereerst onderzocht moeten worden, voordat een keurmerk in het leven wordt geroepen dat
slechts een schijn van zekerheid biedt. Bovendien kost certificering ook geld en dit is dan
ook alleen gerechtvaardigd wanneer een gezond verdienmodel mogelijk is.
Helderheid over datagebruik en risico’s
De betrokkene / patiënt levert momenteel bewust of onbewust data aan via mHealth, maar
krijgt nog onvoldoende zicht op de gegevens die over hem verzameld zijn. De patiënt weet
niet wat, waar en door wie zijn gegevens opgeslagen worden. Het moet voor betrokkenen
duidelijk zijn dat zij klachten bij de verantwoordelijke verwerker kunnen indienen of om
herstel kunnen vragen wanneer foutieve gegevens gegenereerd worden. Hier moet veel
meer geregeld worden vanuit klantperspectief. Dit begint in ieder geval met goede
voorlichting aan eindgebruikers over de risico’s van het gebruik van mobiele apps.
Interoperabiliteit
Koppelingen
Nu de toepassing van e-mental health modules haar weg vindt in de dagelijks zorgpraktijk
lopen we ook tegen meer technische hindernissen aan. Zorgaanbieders die e-mental health
modules willen integreren in hun operationele ICT-portfolio krijgen te maken met
onwelwillende traditionele leveranciers die geen koppelingen willen of kunnen bouwen, of
alleen als maatwerk tegen hoge kosten. Het is van vitaal belang dat de EU investeert in
initiatieven die deze koppelingen eenmalig voor hergebruik geschikt kunnen en willen
ontwikkelen. Losstaande medische apps zonder de mogelijkheid tot koppeling met de
systemen van de zorgaanbieder is geen reëel toekomstscenario en een gemiste kans om
3
data op een verantwoorde manier te gebruiken voor de verdere ontwikkeling van de
gezondheidszorg.
Vertaalfonds
De Nederlandse GGZ en verslavingszorg hebben de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in de
ontwikkeling van effectieve e-mental health programma’s. Helaas is het niet mogelijk om
deze waardevolle kennis en innovatieve producten zonder meer uit te wisselen met andere
Europese landen. Dit vraagt om een vertaling, zowel in taal als cultuur, en dit is voor
individuele zorgaanbieders en/ of ontwikkelaars niet te realiseren. Wij zien dan ook een rol
weggelegd voor de Europese Commissie om fondsen op te richten om producten en
diensten breder uit te zetten. Hierbij denken wij bijvoorbeeld aan een vertaalfonds dat het
mogelijk maakt om Nederlandse producten en diensten ook in andere landen te kunnen
aanbieden.
Validatie eHealth producten
De validatie van e-health producten is in andere landen een langdurend proces, waarbij niet
uitgesloten is dat de validatieprocedure de bescherming van lokale initiatieven als doel heeft
en op deze wijze het vrije verkeer van diensten belemmert. Het is de wens om dergelijke
validatie systemen te harmoniseren zodat de eisen aan innovatieve diensten in alle EU
landen hetzelfde is.
Implementatie en uitrol (deployment)
Bewustwording en implementatie
Er lijkt erg veel aandacht uit te gaan naar de ontwikkeling van mhealth, waarbij aandacht
voor de daadwerkelijke implementatie nog wel eens wordt vergeten. Uit onderzoek blijkt dat
het gemiddeld 17 jaar duurt voordat een kosteneffectieve innovatie in de gezondheidszorg
breed wordt toegepast. Deze lange duur heeft in grote mate te maken met de mensen en
niet met de technologie. De inzet van mHealth vraagt dan ook om investeringen in de
bewustwording van eindgebruikers, zowel behandelaren als patiënten, maar ook in tools om
mHealth op een verantwoorde manier te implementeren. Wij zien een belangrijke rol
weggelegd voor de Europese Commissie om op dit gebied de kracht van Europese lidstaten
te verenigen en te investeren in kennisuitwisseling, ontwikkeling van implementatietools en
bewustwording onder burgers.
Perverse prikkels
Er wordt veel nadruk gelegd op de mogelijke besparingen door mHealth. Wat hierbij niet
genoemd wordt zijn de enorme investeringen die hier tegenover staan zoals technische
ontwikkeling, inhoudelijke expertise, app-beheer en doorontwikkeling, databeheer- en
analyse. Daarnaast zijn bij medische apps ook behandelaren nodig die over de verzamelde
gegevens en leefstijlgedrag met de cliënt in gesprek gaan. De besparing op de
gezondheidskosten zal op korte termijn (komende tien jaar) minimaal zijn.
Door deze grote investeringen is het voor ggz-aanbieders lastig om een positieve business
case te maken. De kosten gaan niet alleen voor de baten uit, maar de baten komen ook nog
eens elders terecht. In Nederland bestaat een systeem van prestatiebekostiging:
zorgaanbieders worden betaald voor de tijd die zij aan een behandeling besteden. Dus hoe
meer behandelminuten des te meer omzet. Deze perverse prikkel belemmert de
grootschalige implementatie van e-mental health. Immers, de veronderstelling is dat door de
4
inzet van e-mental health de behandeling doelmatiger wordt en de behandeltijd afneemt. Dit
betekent minder inkomsten voor de zorgaanbieder terwijl deze tegelijkertijd wordt
geconfronteerd met extra kosten. In dit geval profiteert iedereen (de financier, de patiënt en
de overheid) van de efficiencywinst, maar niet de zorgaanbieder. Meer Europese landen
kampen met perverse prikkels, die de uitrol van mHealth belemmeren. De Europese
Commissie zou lidstaten kunnen adviseren hoe zij hier mee om kunnen gaan en hoe zij
positieve prikkels kunnen organiseren voor de uitrol van mHealth.
Onderzoek en ontwikkeling
Er is nog weinig kennis over de kosteneffectiviteit en klinische effectiviteit van mHealth. De
huidige onderzoeksmethoden sluiten niet aan bij de snelle technologische ontwikkelingen.
Een belangrijke vraag die op Europees niveau opgepakt moet worden is hoe we kunnen
komen tot onderzoeksmethoden die hier beter bij aansluiten.
Verder is er ook nog een wereld te ontdekken. Vragen als voor welke doelgroep werkt het
wel en voor welke niet (en waarom) wat zijn mogelijke side-effects en hoe kunnen
daadwerkelijk kosten worden bespaard zijn nog onbeantwoord. We zien dat veel mHealth
zich nog richt op de relatief lichte problematiek en/ of patiënten met voldoende cognitieve en
intellectuele capaciteiten. We zien bijvoorbeeld veel educatieve apps of apps om gegevens
te verzamelen en gezondheid of gedrag te monitoren. Daarnaast is mHealth in veel gevallen
nog vrij statisch en matig attractief, vooral bij langdurig gebruik.
Tegelijkertijd wordt in Nederland al veel geïnvesteerd en ontwikkeld rondom serious games
en virtual reality bijvoorbeeld bij angststoornis. Ook wordt in Nederland geëxperimenteerd
(onder leiding van TNO) met het verbinden van apps met kunstmatige intelligentie, waardoor
een applicatie een zogeheten ”e-partner” wordt en meegroeit met de gebruiker. Dit zijn
ontwikkelingen die wij in de toekomst verwachten meer te gaan zien.
Indieners
GGZ Nederland is de branchevereniging voor instellingen in de geestelijke gezondheidszorg
en verslavingszorg. De meer van honderd leden - variërend van grote regionale tot kleinere
gespecialiseerde zorgaanbieders – hebben een gezamenlijke omzet van ruim € 5 miljard. De
89.000 medewerkers in de ggz verlenen jaarlijks zorg aan circa 900.000 patiënten per jaar.
GGZ Nederland vertegenwoordigt zo ruim 90% van de zorg en het personeel in de ggz
Het Landelijk Platform GGz is dé koepel van, voor en door 20 cliënten- en familieorganisaties
in de ggz. Gezamenlijk vertegenwoordigen de organisaties meer dan een miljoen
Nederlanders die jaarlijks een beroep doen op de ggz. We streven ernaar de positie van die
kwetsbare mensen structureel te verbeteren.
Contactpersoon:
Fianne Bremmer: [email protected]
5