* DEFINITIEF ONTWERP * (Versie van 30 juni 2014) Referentiekader voor een overeenkomst tussen de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten en de Deense Scheepvaartautoriteiten ("Partijen") betreffende Nederlandse zeilcharterschepen1 Naderhand overeen te komen door uitwisseling van brieven Onverminderd de verschillende standpunten van de Partijen over de toepasselijkheid van SOLAS en Richtlijn 2009/45/EC op Nederlandse zeilcharterschepen, en erkennende dat SOLAS vrijstellingen toestaat voor schepen die, in het algemeen, opereren in beschutte wateren of in gunstige weersomstandigheden op minder dan 20 zeemijlen van het dichtstbijzijnde land, verklaren beide Partijen dat zij deze schepen zullen behandelen in overeenstemming met de hierna volgende bepalingen. Toepassing Deze overeenkomst is van toepassing op Nederlandse zeilcharterschepen wanneer zij opereren als passagierschip en maximaal 36 personen vervoeren, en op weg zijn naar of van Deense havens, of geplande stops maken op een veilige ankerplaats in de Deense territoriale wateren. Deze overeenkomst betreft de Nederlandse zeilcharterschepen zoals vermeld in de bijlage, waarin incidentele doorhalingen of toevoegingen kunnen worden gemaakt door de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten. Wijziging van deze overeenkomst, of beëindiging daarvan, door één van de betrokken partijen zal worden aangekondigd middels een schriftelijke kennisgeving, die van kracht wordt na een redelijke termijn. Vereisten Beide partijen verklaren dat alle schepen, ongeacht hun grootte, onder deze overeenkomst geacht worden te vallen, mits zij voldoen aan de volgende voorwaarden: • Gelijkwaardigheid met de veiligheidsvoorschriften uit Richtlijn 2009/45/EC betreffende veiligheidsvoorschriften en -normen voor passagiersschepen, overeenkomend met de zeegebieden D, C of B waarbinnen het schip van plan is te opereren • Implementatie van een werkend en goedgekeurd ISM systeem dat aangepast is aan deze categorie van passagiersschepen (ISM Light). Partijen komen overeen dat schepen die onder deze overeenkomst vallen zullen voldoen aan MARPOL en de MLC voor zover van toepassing. Voorts komen partijen overeen dat schepen die onder deze overeenkomst vallen niet ISPS-gecertificeerd hoeven te worden, op voorwaarde dat zij in hun ISM systeem procedures opgenomen hebben voor het beoordelen van veiligheidsbedreigingen tegen het schip en tegen relevante nabijgelegen havengebieden, en in hun ISM-systeem procedures geïmplementeerd hebben voor het omgaan met de gesignaleerde bedreigingen. Algemeen Schepen die meer dan 12 passagiers vervoeren en door zeegebied A (meer dan 20 zeemijlen van de kustlijn) varen op reizen naar en van Deense havens, moeten daarvoor goedgekeurd zijn door de Vlaggenstaat en volledig aan SOLAS voldoen. Op schepen die uitsluitend in zeegebieden tot 20 zeemijl uit de kustlijn varen zijn de volgende regelingen van toepassing: 1 Specifieke Nederlandse passagierscharterschepen die gekarakteriseerd worden doordat zij met zeilen uitgerust zijn Voor WR2005-1/1996 schepen: De Nederlandse Scheepvaartautoriteiten verklaren, dat de WR2005-1 en de WR1996 (Witte Rules) een veiligheidsniveau voorschrijven dat gelijkwaardig is aan dat van Richtlijn 2009/45/EC met betrekking tot bestaande schepen die opereren in zeegebied B zoals gedefinieerd in Richtlijn 2009/45/EC. De Deense Scheepvaartautoriteiten verklaren te accepteren dat schepen, die volgens de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten voldoen aan de WR2005-1 of WR1996, opereren in zeegebieden B, C of D zoals gedefinieerd in Richtlijn 2009/45/EC, onder de voorwaarde dat zij op alle andere gebieden een veiligheidsstandaard hebben die equivalent is aan de veiligheidseisen uit Richtlijn 2009/45/EC voor het van toepassing zijnde zeegebied D, C of B. Voor BR1992/1988 schepen, inclusief uitzonderingen betreffende eisen voor lekstabiliteit: Partijen zijn het er over eens, dat de BR1992 en BR1988 (Blauwe Rules) met betrekking tot lekstabiliteit niet een veiligheidsniveau voorschrijven dat equivalent is aan Richtlijn 2009/45/EC, maar de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten verklaren dat deze voorschriften in andere opzichten wel een veiligheidsniveau voorschrijven dat equivalent is aan dat van EU Richtlijn 2009/45/EC voor bestaande schepen die opereren in zeegebied B. De Deense Scheepvaartautoriteiten verklaren dat zij accepteren dat • schepen die, volgens de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten, voldoen aan BR1992/1988 en bovendien voldoen aan de eisen voor lekstabiliteit uit de WR2005-1 of WR1996 opereren in zeegebieden B, C of D zoals gedefinieerd in Richtlijn 2009/45/EC, onder de voorwaarde dat zij op alle andere gebieden een veiligheidsstandaard hebben die equivalent is aan de veiligheidseisen van Richtlijn 2009/45/EC voor het van toepassing zijnde zeegebied D, C of B • Op schepen die volgens de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten voldoen aan de BR1992/1988 maar niet voldoen aan de eisen voor lekstabiliteit uit de WR2005-1 of WR1996 is het volgende van toepassing: o Indien, volgens de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten, adequate maatregelen zijn genomen om het risico van hypothermie (onderkoeling a.g.v. lage watertemperaturen in april/mei en oktober) tegen te gaan, mogen zij opereren in zeegebieden D en C zoals gedefinieerd in Richtlijn 2009/45/EC, onder de voorwaarde dat de reizen plaatsvinden in de periode van Pasen tot aan het einde van de herfstvakantie en dat de weersomstandigheden goed zijn, d.w.z. een significante golfhoogte van minder dan 2.5 meter. o Bovendien, en onder dezelfde voorwaarden (periode en beperkte golfhoogte), verklaren de Deense Scheepvaartautoriteiten dat zij zullen accepteren dat zulke schepen het zeegebied B in de Kieler Bocht, westelijk van de meridiaan 11°E oversteken, onder de voorwaarde dat zij op alle andere gebieden een veiligheidsstandaard hebben die gelijk is aan de veiligheidseisen uit Richtlijn 2009/45/EC voor zeegebied C. Documentatie De Nederlandse Scheepvaartautoriteiten verklaren dat aan schepen die onder deze overeenkomst vallen een verklaring verstrekt zal worden waarin het voldoen aan de bepalingen van deze overeenkomst bevestigd wordt, en waarin bepaald is in welk(e) zeegebied(en), zoals gedefinieerd in richtlijn 2009/45/EC, het schip mag opereren. Inspecties De Nederlandse Scheepvaartautoriteiten verklaren dat zij Flag State Control uit zullen voeren en er op toe zullen zien dat schepen die onder deze overeenkomst vallen ook overeenkomstig de bepalingen in deze overeenkomst zullen opereren, bijvoorbeeld door beperkingen op hun veiligheidscertificaat. De Deense Scheepvaartautoriteiten verklaren dat schepen die onder deze overeenkomst vallen onderworpen zullen worden aan Port State Control in overeenstemming met richtlijn 2009/16/EC, ook bij regatta's. Tenzij er duidelijke aanwijzingen zijn van overtredingen op het gebied van de veiligheid of bescherming van het milieu, zullen de scheepsdocumenten (d.w.z. de door de Nederlandse Scheepvaartautoriteiten afgegeven verklaring van conformiteit) erkend worden als de basis voor de naleving van deze overeenkomst. 2009/45/EC zeegebieden in Denemarken (bron: DMA)
© Copyright 2024 ExpyDoc