Beantwoording_SchriftelijkeVragen_Ontwikkeling ADO

Gemeente Den Haag
BEANTWOORDING SCHRIFTELIJKE VRAGEN
van het raadslid mevrouw Van der Bijl
sv 2014.336
RIS 276041
Regnr. BSD/2014.914
Den Haag, 7 oktober 2014
Inzake: Ontwikkeling ADO
De gemeenteraad
Het raadslid mevrouw Van der Bijl heeft op 12 september 2014 een brief met daarin drie vragen aan
de voorzitter van de gemeenteraad gericht.
Overeenkomstig artikel 38 van het reglement van orde voor vergaderingen en andere werkzaamheden
van de raad, beantwoordt het college deze vragen als volgt.
Op 25 juni heeft de gemeente Den Haag als houder van het prioriteitsaandeel in NV ADO Den Haag
een formeel verzoek ontvangen tot goedkeuring van de overdracht van alle gewone aandelen in ADO
Den Haag door de Stichting Stadion Ontwikkeling aan United Vansen International Sports Co. Ltd.
Op 15 juli heeft u de Stichting Stadion Ontwikkeling geïnformeerd dat de gemeente haar goedkeuring
geeft aan de voorgenomen overdacht van aandelen.
In uw brief wijst u op de onzekerheid die de wisseling van aandeelhouderschap onvermijdelijk met
zich mee brengt en vraagt u aandacht voor het borgen van de continuïteit van de club en wijst u op de
maatschappelijke rol die ADO vervult in Den Haag en de regio. Helaas zijn er in het betaald voetbal
incidenten geweest van omkoping en fraude. Gezien het maatschappelijk belang van ADO voor onze
stad, zou het zeer onwenselijk zijn als dergelijke incidenten zich ook bij ADO zouden voordoen. Voor
de continuïteit van de club is het echter ook van belang dat er niet alleen aandacht is voor
onrechtmatigheden in de financiële administratie, maar dat ook maatschappelijk onwenselijke of
verdachte transacties worden gecontroleerd.
1. Op welke wijze kan u als prioritair aandeelhouder de begroting controleren op
onrechtmatigheden?
Allereerst wil het college opmerken dat de transactie van de voorgenomen aandelenoverdracht tussen
Stichting Stadion Ontwikkeling en United Vansen, niet via de begroting van ADO verloopt. Het geld
dat hier voor betaald wordt, loopt, wanneer het geld wordt vrijgegeven, van de rekening van United
Vansen via de rekening van de notaris naar een door Stichting Stadion Ontwikkeling opgegeven
rekening. Ten aanzien van die drie rekeningen heeft de gemeente geen controlemogelijkheden. Voor
zover er van controle sprake is bij deze geldbeweging, ligt die taak primair bij de behandelend notaris.
De gemeente heeft krachtens eerdere afspraken wel inzicht in en controlemogelijkheden op de
begroting van ADO zelf. In 2008 (RIS 160072) is afgesproken dat ADO de gemeente op regelmatige
basis inzicht verleent in de financiën van ADO. Het college rapporteert een aantal maal per jaar aan de
raad haar bevindingen.
BSD/2014.914
2
Ook de Gemeentelijke Accountsdienst (GAD) rapporteert jaarlijks vertrouwelijk aan de raad over de
cijfers van ADO (zie RIS 162560). De GAD kijkt daarbij ook naar de juistheid van de cijfers.
2. Op welke wijze heeft u de mogelijkheid om te controleren of er sprake is van maatschappelijk
onwenselijke of verdachte financiële transacties?
Voor zover dit transacties binnen de administratie van ADO betreft, zouden dergelijke transacties in
de eerste plaats bij de accountantscontrole van de huisaccountant van ADO naar boven moeten komen.
Daarnaast kijkt ook de GAD bij haar jaarlijkse controle naar de posten uit de jaarrekening. Wanneer
de GAD bij die posten bijzonderheden tegenkomt, zoomt ze daar op in en komt dat terug in de
rapportage van de GAD. Ten aanzien van transacties buiten de administratie van ADO (zoals
aandelenoverdrachten) heeft de gemeente geen mogelijkheden vanuit haar prioritair
aandeelhouderschap, behalve in het uiterste geval het weigeren van toestemming. Zoals wij u eerder
hebben bericht, was voor een dergelijke weigering geen grond.
Buiten de mogelijkheden via het prioritair aandeelhouderschap heeft de gemeente bijvoorbeeld nog het
BIBOB-instrument voorhanden. Daarmee kunnen de horecavergunning en de vastgoedtransactie
inzake de verhuur van het stadion aan een BIBOB-toets onderworpen worden. Maar een verandering
van de voornaamste aandeelhouder is juridisch gezien niet voldoende aanleiding om een bestaande
horecavergunning opnieuw ter discussie te stellen en daar een BIBOB procedure mee te
rechtvaardigen. Ook houdt de BIBOB toets op bij de grens omdat er nog onvoldoende juridische
kaders zijn voor de internationale uitwisseling van financiële, politiële en justitiële gegevens. En
daarom kunnen ook personen die net in Nederland gevestigd zijn, niet of nauwelijks worden getoetst.
Ten slotte heeft de gemeente, wanneer zij verdachte signalen opvangt, altijd de mogelijkheid (en de
plicht) om het Openbaar Ministerie (OM) daarvan in kennis te stellen. De taak voor opsporing en
eventuele vervolging ligt in dat geval bij het OM. Het OM heeft op zijn beurt de mogelijkheid om de
gemeente te tippen om een BIBOB-advies aan te vragen bij het Landelijk Bureau BIBOB als het
beschikt over informatie, waaruit blijkt dat er een verband bestaat tussen de
horecavergunning/vastgoedtransactie en strafbare feiten die gepleegd zijn of gepleegd worden.
3. Kunt u , in uw contact met ADO bewerkstellingen dat bijzondere aandacht uit gaat naar controle
van maatschappelijk ongewenste of verdachte financiële transacties?
Ja, het college zal, binnen haar mogelijkheden, er alles aan doen om zich er van te vergewissen dat
eventuele investeringen in ADO op de juiste wijze tot stand komen.
Het college van burgemeester en wethouders,
de secretaris,
de locoburgemeester,
mw. A.W.H. Bertram
mw. I.K. van Engelshoven