Résumé NL AFE Euro Equity Sectors OptiSelect June 2022

BIJLAGE - SAMENVATTING VAN DE UITGIFTE
Deze samenvatting heeft betrekking op Amundi Finance Emissions (FR) Euro Equity Sectors OptiSelect June
2022, zoals beschreven in de definitieve voorwaarden waarvan deze samenvatting een bijlage is (de 'Definitieve
Voorwaarden'). Deze samenvatting bevat de informatie uit de samenvatting van het Basisprospectus van de
Effecten en de relevante informatie uit de Definitieve Voorwaarden. De in het Basisprospectus en de Definitieve
Voorwaarden omschreven termen en uitdrukkingen hebben dezelfde betekenis wanneer ze in deze samenvatting
worden gebruikt.
Deze samenvatting dient gelezen te worden als inleiding op het Basisprospectus en de Definitieve Voorwaarden
(samen het 'Prospectus') en is bedoeld als hulpmiddel voor beleggers die in de Effecten wensen te beleggen,
maar niet ter vervanging van het Prospectus. Iedere beslissing om in de Effecten te beleggen moet worden
genomen op basis van het Prospectus in zijn geheel, met inbegrip van alle documenten waarnaar verwezen
wordt.
De samenvattingen bestaan uit gegevens die ingevolge Bijlage XXII van Gedelegeerde Verordening (EU)
nr. 486/2012, , 'Onderdelen' genoemd, moeten worden meegedeeld. Deze onderdelen worden opgesomd in de
delen A - E (A.1 - E.7).
Deze samenvatting bevat alle Onderdelen die in een samenvatting voor dit soort effecten en Emittent moeten
worden vermeld. De opname van bepaalde Onderdelen is niet verplicht, waardoor het mogelijk is dat de
nummering van de Onderdelen sprongen vertoont.
Hoewel het nodig kan zijn een Onderdeel wegens het type effect en Emittent in de samenvatting op te nemen, is
het mogelijk dat er over dit Onderdeel geen relevante informatie kan worden verstrekt. In dat geval wordt in de
Samenvatting een beknopte beschrijving van het betrokken Onderdeel gegeven, met de vermelding "Niet van
toepassing".
Afdeling A – Inleiding en waarschuwingen
A.1
A.2
Inleiding :
Toestemming :
Gelieve het volgende in acht te nemen :
•
Deze samenvatting moet gelezen worden als een inleiding op het
Basisprospectus.
•
Iedere beslissing om in de Effecten te beleggen moet gebaseerd zijn op
de bestudering van het gehele Basisprospectus door de belegger.
•
Wanneer een vordering met betrekking tot de informatie in het
Basisprospectus bij een rechterlijke instantie aanhangig wordt gemaakt,
is het mogelijk dat de belegger, volgens de nationale wetgeving van de
Lidstaten, de kosten voor de vertaling van het prospectus moet dragen
voordat de rechtsvordering wordt ingesteld;
•
Alleen personen die de samenvatting, inclusief de vertaling daarvan,
hebben ingediend, kunnen wettelijk aansprakelijk gesteld worden,
maar enkel indien de inhoud van de samenvatting misleidend, onjuist
of inconsistent is ten opzichte van de andere delen van het
Basisprospectus of indien ze, wanneer ze wordt gelezen samen met de
andere delen van het Basisprospectus, niet de kerngegevens bevat om
beleggers te helpen wanneer zij overwegen in die effecten te beleggen.
•
De Emittent en de Borg hebben ingestemd met het gebruik van dit
Basisprospectus in het kader van een Niet-vrijgestelde Aanbieding
door de Distributeur en Crelan S.A.. Elke financiële tussenpersoon die
ertoe gemachtigd is dergelijke aanbiedingen te doen uit hoofde van de
Richtlijn betreffende Markten voor Financiële Instrumenten (Richtlijn
2004/39/CE)/ bijkomende financiëe tussenpersonen na de datum van
de Definitieve Voorwaarden (ieder « Bevoegde Aanbieder »
genoemd) en in voorkomend geval, zullen de op hen betrekking
hebbende
informatie
publiceren
op
(www.amundi-financeemissons.com)
•
De Aanbiedingsperiode gedurende dewelke dergelijke aanbiedingen
mogen worden gedaan start op 22 mei 2014 (inbegrepen) en eindigt op
19 juni 2014 tot 12:00 (inbegrepen) (« De Aanbiedingsperiode »)
onder voorbehoud van een vervroegde afsluiting beslist door de
Emittent. De Lidstaten in dewelke de Bevoegde Aanbieders het
Basisprospectus mogen gebruiken voor een dergelijke aanbieding zijn
de volgende : België. Een belegger die Effecten wenst te verwerven of
verwerft bij een Bevoegde Aanbieder kan dit doen, en de aanbiedingen
en verkopen van de Effecten aan een belegger door een Bevoegde
Aanbiederzullen uitgevoerd worden, overeenkomstig de voorwaarden
en andere akkoorden afgesloten tussen de Bevoegde aanbieder en deze
belegger inclusief wat betreft de prijs, de uitkering, de
betalingsvoorwaarden en de eventuele kosten of belastingen ten laste
van de belegger (de « Voorwaarden van Niet-vrijgestelde
Aanbieding »). Noch de Emittent, noch de Garant zullen partij zijn bij
deze overeenkomsten met de beleggers (andere dan de Distributeur) voor
wat betreft het aanbod of de verkoop van de Effecten en dientengevolge
zullen dit Basisprospectus en de Definitieve Voorwaarden dergelijke
informatie niet bevatten. De Voorwaarden van de Niet-Vrijgestelde
Aanbieding zullen door de genoemde Bevoegde Aanbieder aan de
belegger in de betreffende periode overgemaakt worden. Noch de
Emittent, noch de Borg, noch de Distributeur of andere Bevoegde
Aanbieders kunnen verantwoordelijk worden gesteld voor deze informatie
noch of voor het gebruik ervan door de betrokken beleggers.
Afdeling B– Emittent en Garant
B.1
B.2
B.4b
OfficiËle
handelsnaa
m van de
Emittent :
Maatschapp
elijke zetel
en
rechtsvorm
van de
Emittent, de
wetgeving
waaronder
ze valt en
het land van
oprichting
Tendensen
Amundi Finance Emissions is de Emittent van de Effecten (de « Emittent »).
Crédit Agricole S.A. is de Garant van de uitgegeven Effecten (de « Garant ») sera le
garant des Titres émis (le "Garant").
Amundi Finance Emissions
Amundi Finance Emissions is een naamloze venootschap onder Frans recht met een
Raad van Bestuur, ingeschreven in het handelsregister van Parijs onder het nummer
529 236 085. De maatschappelijke zetel is gevestigd op 90, Boulevard Pasteur, 75015
Parijs, Frankrijk.
Crédit Agricole S.A.
Crédit Agricole S.A. est régi par le droit français et constitué en France sous la forme d'une
société anonyme soumise aux dispositions applicables aux sociétés commerciales de forme
anonyme, aux lois spécifiques régissant le Garant'Émetteur (articles 512-47 et seq.suivants
du Code monétaire et financier), et à ses statuts. L'Émetteur a été agréé en qualité de
d’établissement de crédit – banque mutualiste ou coopérative en France par l’Autorité de
Contrôle Prudentiel et de Résolution banque en France par la Banque de France et son
siège commercial est situé au 12 Place des États-Unis, 92127 Montrouge Cedex, France..
Economische en financiële omgeving
De fundamentals van de Amerikaanse groei zijn stevig genoeg om ertoe te leiden dat
de verwachtingen en beschrijvingen van markttrends vooral uitgaan van economisch
herstel en minder gericht zijn op het liquiditeitsaspect. Naar verwachting zal de groei
geleidelijk aan versnellen (1,9% in 2013, 2,6% in 2014 en 3% in 2015). De Fed is in
januari begonnen met het afbouwen van de obligatie-inkopen in een tempo van
USD 10 mld per maand, maar heeft zich verplicht tot het voortzetten van een zeer
accommoderend monetair beleid door de beleidsrente in ieder geval tot halverwege
2015 op een bijzonder laag niveau te houden, en versterkt daarmee de verwachtingen
van een niet ongelegen renteverhoging (3,75% voor de 10-jaars rente eind 2014).
De groei van de opkomende landen zal in 2014 naar verwachting licht toenemen, maar
stagneert in een aantal grote landen, zoals China (7,5% in 2014 en 7,2% in 2015
tegenover 7,7% in 2013). Ook de gevolgen van de Oekraïense crisis, vooral met
betrekking tot de handelsrelatie met Rusland, moeten nauwlettend worden gevolgd.
In de eurozone is het herstel van de economie begonnen met in het vierde kwartaal van
2013 een stijging van 0,4% kw op kw voor de gehele zone; in Duitsland was dat 0,4%
kw op kw en in Frankrijk 0,3%. In 2014 zal de groei in de eurozone oplopen tot 1,1%.
Voor Duitsland en Frankrijk zal dat respectievelijk 1,7% en 0,9% zijn. De
belangrijkste groeimotor is de tandem export-investeringen, waardoor de eurozone
zich geleidelijk zal kunnen aansluiten bij het wereldwijde economische herstel. Het
herstel verloopt echter bijzonder traag en ongelijkmatig (in Italië zou de groei blijven
steken op 0,6%). De werkloosheid blijft hoog en de inflatie is erg laag.
Begin november heeft de ECB zijn beleidsrente verlaagd, waarmee de bank te kennen
gaf bereid te zijn tot het handhaven van een uiterst accommoderend monetair beleid
met indien noodzakelijk, aanvullende monetaire versoepeling. Ondanks de lage inflatie
heeft de ECB tijdens de vergadering van maart geen nieuwe maatregelen genomen. De
ECB zou echter wel kredietverruimende maatregelen voor KMO's kunnen nemen. De
Duitse en Franse lange rente zouden langzaam moeten gaan stijgen, eind 2014 tot
2,50% voor de Duitse en tot 2,85% voor de Franse 10-jaars obligaties. De stijging van
de Amerikaanse lange rente en de afgenomen bezorgdheid over de
staatsobligatiemarkten van de eurozone hebben een renteverhogend effect, dat echter
gedeeltelijk gecompenseerd wordt door het trage herstel, de lage inflatie en de
voorzichtige verwachtingen over de ontwikkeling van de korte rente. Deze verhoging
van de Duitse en Franse lange rente zal naar verwachting gepaard gaan met een
verdere verlaging van de risicopremies van de Zuid-Europese landen. Dit strookt met
de licht verbeterde conjunctuur en de vorderingen op het gebied van
begrotingsconsolidatie.
Ten slotte zou de verwachte lichte daling van de euro (er wordt gestreefd naar een
koers tegenover de dollar van 1,30 eind 2014) de concurrentiepositie van de eurozone
moeten versterken en dus de export moeten stimuleren.
B.5
De groep en
de positie
van de
Emittent
binnen de
groep
De Emittent is een dochteronderneming (99,96%) van Amundi France die valt binnen het
toepassingsgebied van het corporate governance regime gevolgd door de groep Amundi,
die ernaar streeft de Emittent tegen onrechtmatige directe of indirecte controle te
beschermen . Amundi Finance is een dochteronderneming van de Amundi groep die deel
uitmaakt van de groep Crédit Agricole S.A. zoals hieronder aangegeven.
De Garant werd opgericht op grond van een wet van 1920 om de financiën te beheren van
een groep regionale coöperatieve banken bekend als de Caisses Régionales de Crédit
Agricole Mutuel (de "Caisses Régionales") en er in opdracht van de Franse Staat toezicht
op te houden. In 1988 heeft de Franse staat de Garant geprivatiseerd in het kader van een
mutualiseringsproces en werd de meerderheid van haar aandelen in de Garant
overgedragen naar de Caisses Régionales. In 2001 werd de Garant op de beurs Euronext
Parijs geïntroduceerd. Op hetzelfde moment verkreeg de Garant een belang van 25% in elk
van de Caisses Régionales, met uitzondering van de Caisse Régionale van de Crédit
Agricole Mutuel de la Corse (100% eigendom van de Garant sinds 2008). Zo waren er op
31 december 2012 39 Caisses Régionales, waarvan 38 voor ongeveer 25% in handen van
Crédit Agricole S.A.
De Borg is het Centrale Orgaan van het "Netwerk van de Crédit Agricole", zoals
bepaald door de wet en de Franse regelgeving, en bestaat hoofdzakelijk uit Crédit
Agricole S.A., de Caisses Régionales, de Caisses Locales en Crédit Agricole CIB. De
Borg bepaalt het commerciële- en marketingbeleid van de Caisses Régionales en
draagt, via de gespecialiseerde filialen, bij aan de ontwikkeling en het beheer van
financiële producten die hoofdzakelijk op de markt worden gebracht door de Caisses
Régionales en LCL. Daarnaast dient de Borg, uit hoofde van zijn functie als Centraal
Orgaan van het Netwerk van Crédit Agricole, als "centrale bank" van het netwerk op
het gebied van herfinanciering en controle. Bovendien staat de Borg in contact met de
Autorité de Contrôle Prudentiel et de Résolution ("ACPR"), Franse instantie voor
prudentieel toezicht en afwikkeling) en beheert en organiseert hij de financiële- en
kredietrisico's van alle leden van het netwerk en van de verbonden ondernemingen.
Overeenkomstig artikel L.511-31 van de Code monétaire et financier (Frans wetboek
voor monetaire en financiële zaken) dient de Borg in zijn hoedanigheid van Centraal
Orgaan van het "Netwerk van de Crédit Agricole", alle noodzakelijke maatregelen te
nemen om de liquiditeit en de kredietwaardigheid van alle onderdelen van het
"Netwerk van de Crédit Agricole", evenals die van het Netwerk zelf, te waarborgen.
Alle onderdelen van het "Netwerk van de Crédit Agricole" (inclusief de Borg)
profiteren van dit interne wettelijke financiële solidariteitsmechanisme.
De Caisses Régionales staan, in de vorm van een gezamenlijke solidariteitsgarantie ter
hoogte van hun geaggregeerde vermogen, in laatste aanleg garant voor de door de
Borg jegens derden aangegane verplichtingen en dekken iedere vorm van insolventie
van de Borg af in geval van vereffening of ontbinding. De wet van scheiding en
regulering van het bankwezen van 26 juli 2013 bevat diverse belangrijke wijzigingen
in de voor kredietinstellingen toepasbare regelgeving. Deze wet bevat met name een
regeling voor bankafwikkeling die van toepassing is in geval van het faillissement van
een kredietinstelling. Deze nieuwe maatregel voor afwikkeling heeft geen
consequenties voor het interne wettelijke financiële solidariteitsmechanisme van het
"Netwerk van de Crédit Agricole", zoals omschreven in artikel L.511-31 van de Code
monétaire et financier (Frans wetboek voor monetaire en financiële zaken) en dat in
principe moet worden toegepast vóór iedere vorm van afwikkeling. Door het toepassen
van de afwikkelingsprocedure binnen de Groupe Crédit Agricole kan voorkomen
worden dat de gezamenlijke, onderling solidaire, Caisses Régionales garant moeten
staan voor de door de Borg in 1988 aangegane verplichtingen jegens derden, in
zoverre dat de afwikkeling vóór de vereffening dient plaats te hebben.
Crédit Agricole S.A.
LOKALE BANK
IN
FRANKRIJK
LOKALE BANK
IN HET
BUITENLAND
GESPECIALISEERDE VERMOGENSBEHEER,
FINANCIËLE
DIENSTEN
VERZEKERINGEN EN
PRIVATE BANKING
EIGEN
REKENING EN
DIVERSEN
VERMOGENS
BEHEER
95.10%
LCL
LE CREDIT
LYONNAIS
4.90%
FINANCIERING
- EN
BELEGGINGSBANK
73.62%
SACAM
DEVELOPPEMENT
AMUNDI
GROUP
1.38%
SACAM
DEVELOPPEMENT
100%
25%
SOCIETE
GENERALE
AMUNDI
76.13%
23.87%
AMUNDI 99,96%
FINANCE
0,04%
EFFECTEN EN
FINANCIËLE DIENSTEN
85%
CACEIS
15%
100% CACEIS
CORPORATE
TRUST
NATIXIS
Amundi Finance
Emissions
B.9
Winstramin
g:
Niet van toepassing.
openbaar.
Noch de Emittent, noch de Garant maakt winstramingen
B.10
Voorbehou
d van het
Auditrappo
rt:
Niet van toepassing. Geen enkel voorbehoud is gemaakt in het auditrapport binnen de
rubriek historische financiële informatie van de Emittent en de Garant in het
Basisprospectus.
B.12
Geselectee
rde
historisch
e
financiële
kerninfor
matie en
significant
e
wijziginge
n van de
financiële
of
handelspo
sitie van
de
Emittent
na de
periode
van
historisch
e
financiËëe
informatie
Gegevens van de Emittent (in duizenden EUR)
31/12/2011 31/12/2012
(geauditeerd) (geauditeerd)
30/06/2013
(geauditeerd)
Balanstotaal
37
35
225
Exploitatieschulden
Totaal eigen
vermogen
Nettoresultaat
1
36
-4
1
34
-2
1
224
-1
Sinds de datum van de laatste gepubliceerde gecontroleerde financiële overzichten heeft er
zich geen negatieve wijziging van betekenis voorgedaan in de vooruitzichten van de
Emittent.
Sinds de laatste niet-geauditeerde tussentijdse financiële balans van 30 juni 2013 trad er geen
significante verandering op in de financiële- of handelspositie van de Emittent die gevolgen
zou kunnen hebben op de vooruitzichten van de Emittent.
Geselecteerde financiële informatie van de Garant
Geconsolideerde
resultaten in miljoenen
euro's)
31/12/2012
(bewerkt/nietgereviseerd1)
31/12/2013 (gereviseerd)
15.954
16.015
4.330
4.738
Netto resultaat
(6.431)
2.881
Netto resultaat (van de
Groep)
(6.389)
2.505
Winst-en
verliesrekening
Netto bankproduct
Bruto bedrijfsresultaat
Geconsolideerd resultaat
miljarden euro's)
in
Balanstotaal
Leningen en schuldvorderingen
aan
cliënten
en
kredietinstellingen
Schulden
aan
kredietinstellingen en klanten
Eigen vermogen
Groep)
(van
31/12/2012
(bewerkt/nietgereviseerd3)
31/12/2013 (nietgereviseerd)
1.617,4
1.536,9
715,3
670,1
644,3
638,6
40,2
42,3
45,7
47,9
de
Totaal eigen vermogen
1
In 2012 zijn Newedge, CA Bulgarije en Scandinavische entiteiten van de CACF bij de overgang naar IFRS 5
verwijderd; de gewijzigde waardebepaling van een beperkt aantal complexe derivaten is in deze gegevens
verwerkt
2
In de gegevens van 2012 zijn de compensatie-effecten verwerkt (verlaging van het geconsolideerde
balanstotaal, wat geen gevolgen heeft voor het nettoresultaat of het netto eigen vermogen). In de gegevens zijn
ook de correctie in de waardebepaling van een beperkt aantal complexe derivaten, evenals de
waardeherzieningen van schatkistpapieren en van vastrentende, niet-achtergestelde effecten verwerkt
Ratio's Crédit Agricole S.A.)
31/12/2012
(nietgereviseerd)
31/12/2013
(nietgereviseerd)
Basel 3 Common Equity Ratio Tier 1
n.v.t.
8,3%
Basel 2,5 Solvabiliteitssratio Core Tier
1 21
9,2%
10,0%
11,7%
10,9%
13,2%
15,8%
Basel 2,5 Solvabiliteitssratio Tier 1
Basel 2,5 Solvabiliteitssratio Totaal
.
Sinds 31 december 2013 waren er geen significante verslechteringen die voor de
vooruitzichten van de Garant gevolgen zouden kunnen hebben.
Sinds 31 december 2013 waren er geen significante veranderingen in de financiële- of
handelspositie van de Garant die gevolgen zouden kunnen hebben voor de
vooruitzichten van de Garant.
B.13
B.14
Recente
gebeurten
issen van
belang
voor de
beoordeli
ng van de
solvabilite
it:
Afhankeli
jkheid
van
andere
entiteiten
van de
groep:
Amundi Finance Emissions
Niet van toepassing. De Emittent is van oordeel dat er zich geen belangrijke
gebeurtenissen hebben voorgedaan die voor de beleggers van betekenis zijn bij de
evaluatie van haar solvabiliteit sinds 30 juni 2013.
Amundi Finance Emissions
Zie Onderdeel B.5 hierboven voor de groep en de positie van de Emittent in de groep.
Amundi Finance Emissions is afhankelijk van Amundi Finance, dochteronderneming
van de Amundi groep, voor 75% in handen van Crédit Agricole S.A.
Crédit Agricole S.A.
Zie Onderdeel B.5 hierboven voor de groep en de positie van de Garant in de groep.
B.15
Belangrij
kste
activiteite
n van de
Emittent
en de
Garant :
De Emittent heeft als doel financiële instrumenten van welke aard ook uit te geven en te
verwerven en het afsluiten van overeenkomsten dienaangaande.
De Garant is georganiseerd rond zes bedrijfsactiviteiten. De eerste twee bestaan uit: (i)
het netwerk van lokale banken in Frankrijk van de Groep Crédit Agricole: de Caisses
Régionales, waarin Crédit Agricole een deelname heeft van 25%, die geconsolideerd
zijn volgens de vermogensmutatiemethode en (ii) LCL, die geconsolideerd is via
integrale opname
De andere dochterondernemingen van de Garant zijn gegroepeerd rond vier
bedrijfsactiviteiten:
(i)
lokale bank op internationaal niveau;
(ii)
gespecialiseerde financiële diensten;
(iii)
vermogensbeheer, verzekeringen en private banking; en
(iv)
financierings- en beleggingsbank.
De Emittent is voor 99,96% eigendom van Amundi France die valt in het
toepassingsgebied van het corporate governance regime , gevolgd door de groep
Amundi.
Amundi Finance is een dochteronderneming van de groep Amundi die deel uitmaakt
van de groep Crédit Agricole S.A.. Amundi Finance valt aldus in het indirecte
controlegebied van Crédit Agricole S.A.
Per 31 december 2013 controleerden de Caisses Régionales de Garant op onrechtstreekse
wijze via SAS Rue la Boétie, met 56,18% van het kapitaal en 56,40% van de stemrechten.
B.16
Voornaa
mste
aandeelho
uders/cont
rôle
B.17
Rating
toegekend
aan de
Emittent
of aan zijn
Effecten
Niet van toepassing. Noch de Emittent, noch de Effecten worden onderworpen aan een
kredietnotering
B.18
Aard en
onderwer
p van de
Garantie :
Gegarandeerd bedrag
De Garant stemt ermee in om de Houders van de Effecten de hoofdsom en rente te
betalen die verschuldigd zijn uit hoofde van de Effecten, ingeval de Emittent, om welke
reden dan ook, niet voldoet aan de betaling van genoemde som op de vervaldag.
Type Garantie
Onvoorwaardelijke , onherroepelijke en zelfstandige garantie op eerste verzoek van de
Garant. De verplichtingen van de Garant in het kader van de Garantie zijn nietachtergestelde en niet-zekergestelde verplichtingen en zullen pari passu gelijke rang
innemen met alle andere niet-achtergestelde en niet-zekergestelde huidige en
toekomstige verplichtingen, behoudens de van toepassing zijnde wettelijke bepalingen
van openbare orde.
B.19
Informati
e
betreffend
e de
Garant:
Zie hiervoor het gehele Onderdeel van afdeling B van deze samenvatting
Afdeling C - De Effecten
C.1
Aard, categorie en
identificatienummer
van de Effecten:
De Effecten worden uitgegeven onder het serienummer 11 en onder
schijfnummer 1.
De Effecten zijn op een Index geïndexeerde Effecten
De ISIN-code is: FR0011856038
De algemene code is: 105871619
C.2
Valuta's:
De Effecten luiden en worden betaald in euro.
C.5
Vrije
verhandelbaarheid:
Behoudens enkele beperkingen met betrekking tot het aanbod, de verkoop en
de levering van de Effecten en het in omloop brengen van de
aanboddocumenten in de Verenigde Staten, in de Europese Economische
Ruimte, in het Verenigd Koninkrijk, in Frankrijk, in Monaco, in Zwitserland
en in België, zijn er geen beperkingen op de vrije verhandelbaarheid van de
Effecten.
C.8
Rechten verbonden
aan de Effecten,
rangorde van en
beperkingen op deze
rechten
Aan de Effecten verbonden rechten: De Effecten geven de Houders van de
Effecten recht op betaling van een Eindterugbetalingsbedrag zoals hieronder
aangegeven in C.18 en op rentebetalingen zoals hieronder beschreven in C.9.
Rangorde van de Effecten: De Effecten vormen rechtstreekse,
onvoorwaardelijke, niet-achtergesteldeverplichtingen van de Emittent
waarvoor geen zekerheid is gesteld en nemen (behoudens de uitzonderingen
waarin de wet voorziet) dezelfde rang in (pari passu) als alle andere nietachtergestelde huidige en toekomstige schulden en betalingsverplichtingen
van de Emittent waarvoor geen zekerheid is gesteld.
Rangorde van de Garantie: De verplichtingen van de Borg als bepaald in de
Garantie op de door de Emittent uitgegeven Effecten, zijn rechtstreekse,
onvoorwaardelijke, autonome en onherroepelijke verplichtingen van de
Borg, die onderling dezelfde rangorde innemen.
Nominale waarde van de Effecten: De nominale waarde van de Effecten
bedraagt € 1.000.
Geval van Wanprestatie: In Geval van Wanprestatie kunnen of moeten de
Effecten vervroegd opeisbaar worden gemaakt door de Vertegenwoordiger
van de Massa, op diens eigen initiatief of op schriftelijk verzoek van een of
meer Houders van Effecten, die, individueel of collectief, ten minste
vijfentwintig procent (25%) van het totale nominale bedrag aan uitstaande
Effecten vertegenwoordigen. Met de Effecten kunnen zich de volgende
Gevallen van Wanprestatie voordoen:
(1) Wanbetaling: indien de Emittent of de Borg de hoofdsom of een voor de
Effecten verschuldigd rentebedrag niet betaalt binnen dertig (30)
kalenderdagen na de opeisbaarheidsdatum;
(2) Overtreding van andere Verplichtingen: indien de Emittent of de Borg
een van zijn andere verplichtingen uit hoofde van de Effecten niet uitvoert of
nakomt, en hij verzuimt dit recht te zetten binnen vijfenveertig (45) dagen
nadat een schriftelijke
ingebrekestelling, opgesteld
door de
Vertegenwoordiger van de Massa, door de Emittent en de Betalingsagent
ontvangen is, met vermelding van de aard van het verzuim en de eis om
hieraan gevolg te geven; of
(3) Insolventie: (i) indien de Emittent of de Borg insolvent wordt of niet in
staat is om zijn schulden op de vervaldatum te betalen, (ii) indien een
bewindvoerder of vereffenaar wordt aangesteld voor de Emittent of de Borg,
of voor het geheel of een substantieel deel van de onderneming, de activa en
de inkomsten van de Emittent of de Borg (anders dan voor de behoeften of in
het kader van een fusie, reorganisatie of hergroepering die tot stand komt
terwijl de Emittent of de Borg in bonis is), (iii) de Emittent of de Borg een
maatregel treft om een gerechtelijk akkoord te sluiten met of ten behoeve van
de schuldeisers in het algemeen, of (iv) er een beslissing of daadwerkelijk
besluit ter ontbinding of vereffening van de Emittent of de Borg wordt
genomen (anders dan ten behoeve of in het kader van een fusie, reorganisatie
of hergroepering die tot stand komt terwijl de Emittent of de Borg in bonis
is); of
(4) Garantie: indien de Garantie niet meer ten volle van kracht is of de Borg
verklaart dat de Garantie niet meer ten volle van kracht is of nietig,
opgeheven of ongeldig wordt, om welke reden dan ook of krachtens een wet,
decreet, ordonnantie of regeling waarvan de afkondiging zou resulteren in
het onttrekken van de Effecten aan dekking door de Garantie of in de
beëindiging van de Garantie of in een dusdanige wijziging ervan dat
aanzienlijke schade wordt berokkend aan de belangen van de Houders, of de
Borg in de onmogelijkheid verkeert, om welke reden dan ook, om de
bepalingen van de Garantie na te leven.
Fiscaliteit: Alle betalingen in hoofdsom en rente op de Effecten door de
Emittent of de Borg worden (in voorkomend geval) verricht zonder enige
bronbelasting of aftrek uit hoofde van enige belastingen, heffingen, rechten,
bijdragen of overheidslasten van welke aard dan ook, die opgelegd,
ingehouden of geïnd worden door een land, politiek deelgebied of autoriteit
die bevoegd is om belastingen te heffen, tenzij een dergelijke bronbelasting
of deze vermindering wettelijk voorgeschreven is. Noch de Emittent, noch de
Borg is (in voorkomend geval) verplicht een hoger bedrag te betalen ter
compensatie voor een dergelijke bronbelasting of aftrek.
Toepasselijk recht: De Effecten en de Garantie vallen onder het Frans recht.
C.9
Rente, aflossing en
vertegenwoordiging:
Zie Onderdeel C.8 voor aan de Effecten verbonden Rechten, de rangorde
ervan en de beperkingen erop.
Wijze van aflossing van de lening met inbegrip van de desbetreffende
procedures:
Bedrag van de Eindterugbetaling: Behalve bij vervroegde aflossing, bij
terugkoop of bij annulering wordt elk Effect terugbetaald op 20 juni 2021 (de
"Vervaldatum"). Het Eindterugbetalingsbedrag wordt berekend zoals
beschreven in onderdeel C.18.Vervroegde Aflossing: n.v.t.
Vervroegde aflossing om fiscale redenen: de Effecten kunnen naar
goeddunken van de Emittent ook vervroegd worden terugbetaald om fiscale
redenen, en wel tegen het Bedrag van de Vervroegde Aflossing zoals
berekend volgens de Regels.
C.10
Derivatencomponent
in de rentebetaling:
(uitleg van de wijze
waarop de waarde van
de belegging wordt
beïnvloed door de
waarde van de
Onderliggende
Waarde, vooral onder
de omstandigheden
waarbij de risico’s het
duidelijkst zijn)
Niet van toepassing
C.11
Notering en toelating
tot de handel:
De Effecten zijn niet beursgenoteerd.
C.15
Beschrijving van de
wijze waarop de
waarde van de
belegging wordt
beïnvloed door de
Onderliggende
Waarde: (tenzij de
effecten een nominale
waarde hebben van
ten minste 100.000
Het bedrag van de verschuldigde aflossing van de Effecten wordt berekend
op basis van de Onderliggende Waarde.
Zie ook Onderdeel C.18 hieronder.
euro) :
C.16
Afloop/vervaldatum
van afgeleide
instrumenten uitoefeningsdatum/laat
ste referentiedatum:
Behalve bij vervroegde aflossing wordt elk Effect op de Vervaldatum
terugbetaald zoals beschreven in onderdeel C.9. tegen het
Eindterugbetalingsbedrag.
C.17
Vereffeningsprocedure
voor derivaten:
De Effecten worden in contanten vereffend.
C.18
Bepalingen betreffende
de opbrengst van de
derivaten:
Aflossing:
Behalve bij vervroegde aflossing, bij terugkoop of bij annulering wordt elk
Effect op de Vervaldatum terugbetaald tegen het Eindterugbetalingsbedrag,
dat wordt berekend als volgt:
Bedrag van de Eindterugbetaling =
[1 + Participatiegraad x Resultaat van de Onderliggende Waarde] x
Berekend bedrag
Waarbij:
"Participatiegraad": 100%
"Resultaat van de Onderliggende Waarde" verwijst naar de prestatie, met
een algemene Minimumwaarde, uitgedrukt als percentage van de
Onderliggende Waarde zoals vastgesteld door de Berekeningsagent in het
bepaalde van II.B.6 van Deel 1.3 (Wijze van vaststelling van het Resultaat
van de Onderliggende Waarde) van de Modaliteiten van de Effecten, die als
volgt berekend wordt:
Waarbij:
-
‘Minimumwaarde’: 0%
-
'Eindwaarde': Gemiddelde Basiswaarde zoals op de Gemiddelde
Observatiedata bepaald door de Berekeningsagent met betrekking
tot elke Datum waarop het Aflossingsbedrag wordt bepaald
overeenkomstig de bepalingen in deel 1.2 (Wijze van Vaststelling
van het Eindbedrag van de Onderliggende Waarde) van de
Modaliteiten van de Effecten,
-
'Beginwaarde': De Gemiddelde Basiswaarde zoals bepaald door de
Berekeningsagent op de Datum van Initiële Vaststelling
overeenkomstig de bepalingen in deel 1.2 (Wijze van Vaststelling
van de Beginwaarde van de Onderliggende Waarde) van de
Modaliteiten van de Effecten
-
'Gemiddelde Observatiedata met betrekking tot de Datum van
Initiële vaststelling': 25 juni 2014, 26 juni 2014 en 27 juni 2014
-
'Datum van Initiële Vaststelling': 27 juni 2014
-
'Gemiddelde Observatiedata met betrekking tot elke Datum
waarop het Aflossingsbedrag wordt bepaald': 01 juni 2015, 31
mei 2016, 31 mei 2017, 31 mei 2018, 31 mei 2019, 01 juni 2020, 31
mei 2021, 31 mei 2022
-
'Datum waarop het uiteindelijke Aflossingsbedrag wordt
bepaald': 31 mei 2022
'Onderliggend': Een korf van volgende indices
Index STOXX® Europe 600 Health Care (bloombergcode:
SXDP Index),
Index STOXX® Europe 600 Telecommunications (
bloombergcode: SXKP Index),
Index STOXX® Europe 600 Oil & Gas (bloombergcode:
SXEP Index)
Weging van elke index die deel uitmaakt van de korf: Beste weging
Index i
(van de waarde van de
hoogste Basisprestatie naar
de waarde van de laagste
Basisprestatie)
Index 1
Weging of “Wi”
Index 2
30%
Index 3
20%
50%
C.19
Uitoefenprijs/definitiev
e referentieprijs van
de Onderliggende
Waarde
Het Eindbedrag van de Onderliggende waarde wordt bepaald door de
Berekeningsagent conform de in Onderdeel C.18 hierboven vermelde
vaststellingsmechanismen.
C.20
Type van
Onderliggende
Waarde dat gebruikt
wordt en waar
informatie hierover te
vinden:
De Onderliggende Waarde wordt bepaald in Onderdeel C.18 hierboven.
Informatie over de Onderliggende Waarde kunnen worden verkregen bij
STOXX (samenstelling, berekeningsmethode en de prestatieontwikkeling
van de index op www.stoxx.com)
C.21
Vermelding van de
markt waarop de
waarden verhandeld
zullen worden en ten
behoeve waarvan het
prospectus wordt
gepubliceerd:
Zie Onderdeel C.11 voor aanwijzingen over de markt waarop de effecten
verhandeld zullen worden en waarvoor het Basisprospectus is gepubliceerd.
Afdeling D – Risico’s
D.2
Voornaamste risico’s
die specifiek zijn voor
Risicofactoren met betrekking tot de Emittent.
de Emittent en voor de
Garant
De activiteit van Amundi Finance Emissions bestaat uit het lenen en
ophalen van geld, inclusief maar niet beperkt tot de uitgifte van roerende
waarden van welke aard ook, zoals de Effecten. Amundi Finance Emissions
maakt gebruik van de netto-opbrengst van de uitgifte van Effecten voor de
financiering van haar activiteiten in het algemeen en de dekking van haar
verplichtingen uit hoofde van de Effecten.
Amundi Finance Emissions gebruikt aldus het geheel of een deel van de
opbrengst van de uitgifte van de Effecten voor het verwerven van activa
waaronder, niet-limitatief, een of meer roerende waarden, een of meer
deposito-overeenkomsten, een of meer ruilovereenkomsten (de "Hedging
Contracten").
Het vermogen van Amundi Finance Emissions om aan haar verplichtingen
aangaande de Effecten te voldoen zal afhangen van de ontvangst van de
verschuldigde betalingen uit hoofde van de Hedging Contracten. De Houders
zullen derhalve, onder voorbehoud van de bepalingen van de Garantie, worden
blootgesteld aan de kredietwaardigheid van de Emittent en ook aan die van zijn
tegenpartijen en aan hun vermogen om aan hun verplichtingen uit hoofde van
de Hedging Contracten te voldoen.
Risicofactoren met betrekking tot de Garant
Er zijn bepaalde factoren die van invloed kunnen zijn op het vermogen van
de Garant om zijn verplichtingen uit hoofde van de Garantie te voldoen.
Deze risicofactoren zijn gerelateerd aan de Garant, zijn activiteiten, zijn
bedrijfssector en structuur. Deze risicofacturen omvatten met name:
(a) De risico's die inherent zijn aan het bankwezen, zoals kredietrisico's,
marktrisico's, liquiditeitsrisico's, operationele risico's en
verzekeringsrisico's;
(b) Recente gebeurtenissen die van invloed zijn op de Europese
financiële markten en die een negatieve invloed uitoefenen en in de
toekomst kunnen uitoefenen op de Groep Crédit Agricole S.A. en op
de markten waarop de Groep Crédit Agricole S.A. actief is
(c) De wereldwijde financiële crisis, en met name de onrust die de
wereldwijde kredietmarkt beïnvloedde, heeft een negatieve invloed
gehad op de resultaten en de financiële positie van de Groep Crédit
Agricole en de negatieve impact zou in de toekomst kunnen
voortduren;
(d) Wetgevende maatregelen en reglementaire maatregelen genomen als
antwoord op de wereldwijde financiële crisis kunnen een wezenlijke
impact hebben op de Groep Crédit Agricole en de financiële en
economische omgeving waarin zij actief is;
(e) Europese wet- en regelgevende initiatieven inzake de remuneratie
zouden een aanzienlijke negatieve impact kunnen hebben op de
financierings- en belegging activiteiten
van de Groep Crédit
Agricole;
(f) De Garant wordt geconfronteerd met hevige concurrentie;
(g) Hoewel de bijdrage van de Caisses Régionales aan het nettoresultaat
van de Garant aanzienlijk is en hoewel de Garant op hen belangrijke
bevoegdheden uitoefent door zijn functie van Centraal Orgaan van
het Crédit Agricole Netwerk (Réseau du Crédit Agricole), zoals
omschreven in de Franse Code monétaire et financier, kan hij geen
invloed uitoefenen op de beslissingen die door hun leden worden
genomen;
(h) Indien het vermogen van het Garantiefonds onvoldoende blijkt te
zijn om de liquiditeit en solvabiliteit van een Caisse Régionale te
herstellen, kan de Garant ertoe worden gebracht extra middelen in
het fonds te injecteren; en
(i) De Caisses Régionales bezitten het merendeel van de aandelen van
de Garant en kunnen belangen hebben die afwijken van die van de
Garant.
(a)
D.3
Voornaamste risico’s
die specifiek zijn voor
de Effecten
Ter aanvulling van de risico's betreffende de Emittent en de Garant (inclusief
het risico van wanprestatie) die van invloed zouden kunnen zijn op het
vermogen van de Emittent en de Garant om aan hun verplichtingen uit hoofde
van de Effecten te voldoen, zijn bepaalde factoren belangrijk om de risico's die
verbonden zijn aan de Effecten, uitgegeven in het kader van het Programma, in
te schatten. Zij omvatten met name de risicofactoren betreffende:
•
De liquiditeit/verhandeling van de Effecten op de secundaire markt
De Effecten kunnen geen gevestigde handelsmarkt hebben op het moment
van uitgifte. Er kan geen garantie worden gegeven dat er zich een actieve
markt van de Effecten zal ontwikkelen op de beurs waarop de Effecten
genoteerd zijn of dat er op die markt op elk ogenblik liquiditeit zal zijn als
deze markt zich ontwikkelt. Dientengevolge kan het voorkomen dat de
Houders niet in staat zijn om hun Effecten vóór de vervaldatum te
verkopen. de marktwaarde van de Effecten
De marktwaarde van de Effecten kan met name worden beïnvloed door
de solvabiliteit van de Garant, evenals door een aantal andere factoren,
waaronder, maar niet beperkt tot, de waarde van de onderliggende
referentie (voor de Op Onderliggende Referentie Geïndexeerde
Effecten), de resterende duurtijd tot aan de vervaldatum en de
volatiliteit, Deze factoren duiden erop dat de marktwaarde van de
Effecten lager kan zijn dan het Eind-Aflossingsbedrag.
•
De wisselkoers: De beleggers wier financiële activiteiten voornamelijk
plaatsvinden in een andere valuta dan de uitgiftevaluta van de Effecten,
lopen een risico met betrekking tot de omwisseling van de valuta.
•
Het specifiek karakter en de structuur van een bepaalde uitgifte van
Effecten en meer bepaald wanneer een renteplafond of een bodemrente
worden toegepast, het berekenen van een gemiddelde en de weging van
de Aandelen van de Onderliggende Referentie
•
De Blootstelling, aan de aard en de kenmerken van de Onderliggende
Referentie
Een belegging in een Effect Geïndexeerd op een Onderliggende
Referentie kan belangrijke risico’s met zich meebrengen die gewone
schuldeffecten niet met zich meebrengen. Op Onderliggende Refentie
GeÏndexeerde Effecten brengen risicofactoren met zich mee, met
inbegrip van de blootstelling aan een korf van aandelen. Een dergelijk
Effect kan vergelijkbare of hogere risico’s met zich meebrengen (met
name in geval van een hefboomeffect) dan een directe belegging in de
Onderliggende Referentie. De Onderliggende Referentie draagt risico’s
die kenmerkend voor hem zijn en die de Houder blootstelt aan een
geheel of gedeeltelijk verlies van zijn kapitaal. Het bedrag van de rente
en/of het aflossingsbedrag van een dergelijk effect zal afhangen van de
prestatie van de Onderliggende Referentie en indien een gebeurtenis
voorvalt, kan deze een invloed hebben op de genoemde Onderliggende
Referentie De wetgeving en de fiscaliteit van toepassing op Effecten
De Effecten zijn onderworpen aan de Franse wet op de datum van het
Basisprospectus. Er kan geen zekerheid gegeven worden wat betreft de
gevolgen van een rechterlijke uitspraak of een wijziging van de wetgeving
of de interpretatie ervan na de datum van het Basisprospectus.
Potentiële kopers en verkopers van de Effecten dienen zich bewust te zijn
van de mogelijkheid dat zij belastingen of andere heffingen of gelijkaardige
rechten moeten vereffenen overeenkomstig de wetten en gebruiken van de
Staat waar de Effecten worden overgedragen.
•
Het Franse recht inzake collectieve schuldenregeling
In overeenstemming met het Franse recht inzake collectieve
schuldenregeling, worden de schuldeisers effectenhouders automatisch
gegroepeerd in een enkele groep schuldeisers voor de verdediging van
hun gemeenschappelijke belangen bij het openen van een
vrijwaringsprocedure (procédure de sauvegarde), van een versnelde
financiële vrijwaringsprocedure (procédure de sauvegarde financière
accélérée) of van een gerechtelijke bewindvoering of curatele
(procédure de redressement judiciaire) die in Frankrijk zou worden
ingesteld tegen de Emittent.
•
Een wijziging van de Voorwaarden van de Effecten
De niet-aanwezige en niet-vertegenwoordigde Houders op een Algemene
Vergadering waar gestemd wordt over wijzigingen van de Effecten,
kunnen gebonden worden door de stemming van de aanwezige of
vertegenwoordigde Houders, zelfs als zij het niet eens zijn met deze
stemming.
•
Potentiële belangenconflicten tussen de Emittent, de Garant, De
Berekeningsagent en de Houders .
De Emittent is een dochteronderneming van de Berekeningsagent en het is
mogelijk dat de potentiële belangenconflicten tussen de Emittent en de
Berekeningsagent gevolgen kunnen hebben voor de Houders.
Het is mogelijk dat de Effecten niet voor alle beleggers een passende belegging
zijn.
In bepaalde omstandigheden kunnen de Effectenhouders het geheel of een
aanzienlijk deel van hun belegging in hoofdsom verliezen of van hun belegging
in het algemeen.
D.6
Risicowaarschuwing
Zie Onderdeel D.3. voor de kernrisico’s die specifiek zijn aan de Effecten
WAARSCHUWING: BELEGGERS DIE BELEGGEN IN EFFECTEN DIE
BESTAAN UIT DERIVAATINSTRUMENTEN KRACHTENS DE
GEWIJZIGDE VERORDENING 809/2004/EC, KUNNEN DE VOLLEDIGE
WAARDE VAN HUN BELEGGING OF EEN DEEL ERVAN VERLIEZEN.
Afdeling E – Aanbieding
E.2b
Redenen voor de
aanbieding en gebruik
De nettoproductie van de uitgifte van de Effecten zal door de Emittent
worden gebruikt voor het financiëren van zijn activiteiten in het algemeen
E.3
van de producten
en het afdekken van zijn verplichtingen uit hoofde van de Effecten.
Modaliteiten en
Voorwaarden van de
aanbieding:
De Effecten worden aangeboden in het kader van een Niet-Vrijgestelde
Aanbieding in BelgiË
.
Voorwaarden van de aanbieding : Elk Effect wordt uitgegeven tegen een
uitgifteprijs gelijk aan 100% van de Aangegeven Nominale Waarde van
het Effect, of 1000 €.
Totaal nominaal bedrag van de Uitgifte : Het Definitief Totaal Nominaal
bedrag van de uitgifte zal gepubliceerd worden op datum van 20 juni 2014
op de Internet Site van de Emittent (www.amundi-financeemissions.com).
Aanbiedingsperiode en inschrijvingsprocedure : De Aanbiedingsperiode
start op 22 mei 2014 (inbegrepen) en eindigt op 19 juni 2014 tot 12:00
(inbegrepen) onder voorbehoud van een vervroegde afsluiting door de
Emittent
Het publiek kan inschrijven op de Effecten in de kantoren van het
banknetwerk van CRELAN N.V., binnen de limieten van het aantal
Effecten, beschikbaar onder de vorm van een directe inschrijving op de
Effecten.
E.4
Belangen van betekenis
voor de uitgifte:
Met uitzondering van de commissies die worden betaald aan de
verschillende partijen die tussenkomen in de uitgifte van de Effecten,
heeft, naar het beste weten van de Emittent, geen enkele persoon die
deelneemt aan de uitgifte van van Effecten een belang van betekenis in de
uitgifte.
E.7
Geraamde kosten
Het totaal bedrag van de commissies dat zal worden uitgekeerd voor de
effecten van de uitgifte zal maximum 1,50% van het totaal Nominaal
bedrag van de Effecten per jaar bedragen.