SPELLINGBOEK 3

SPELLINGBOEK 3
DEEL A
De Taalbende 3
Spellingboek deel A
Plantyn
Plantyn
Motstraat 32, 2800 Mechelen
T 015 36 36 36
F 015 36 36 37
[email protected]
www.plantyn.com
Dit boek werd gedrukt op papier
van verantwoorde herkomst.
Ontwerp en opmaak cover: The Line, Handmade Monsters
Opmaak binnenwerk: PrePressMediaPartners
Ontwerp binnenwerk: Crius Group
Illustraties: 3link, Helga Bontinck, Yoeri Sleghers, Madeleine Van der Raad,
Johan Verheyen
Illustratieverantwoording: Fotolia.com: aessefotografia, Africa Studio,
Alexey Stiop, Alison Cornford, anandkrish16, Anastasia Bobrova, Anatolii,
Andrey Kuzmin, Anyka, apops, cbpix, Claude Nissens, cynoclub, DIA, DS,
edgardr, Edyta Pawlowska, Elena Schweitzer, Elnur, Eric Isselée, fivespots,
flowerstock, FocalPoint, fotomaster, gekaskr, gilles lougassi,
Glenda Powers, grabj, Ilja Mašík, Jacek Chabraszewski, James Steidl,
jelwolf, Jenny Thompson, Johnny Lye, Karlos Lomsky, Kati Molin, Kev303,
LDiza, Ljupco Smokovski, Lorelyn Medina, Luis Santos, marcincom,
Marzanna Syncerz - Fotoliacom, maximmmmum, Michal Adamczyk,
Morphart, msp12, Mushy, ninell, okinawakasawa, Olga Lyubkina,
Orlando Florin Rosu, PARKHYEJUN, Pavel Losevsky, Petr Malyshev,
Picture Partners, Robinson, RVC5Pogod, Sashkin, Scanrail, Sergey Galushko,
siloto, Slavko Slavcic, Tatty, Tatyana Gladskih, tiero, Tiler84, Tim,
Uros Petrovic, Valua Vitaly, vnstudio, vovan, Xebeche, yevgeniy11, ygrek,
Yuri Arcurs Corbis, iStockphoto, stck.xchng, Wikipedia
NUR 191
© Plantyn nv, Mechelen, België
Alle rechten voorbehouden. Behoudens de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets uit
deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar
gemaakt, op welke wijze dan ook, zonder de uitdrukkelijke voorafgaande en schriftelijke toestemming
van de uitgever. Uitgeverij Plantyn heeft alle redelijke inspanningen geleverd om de houders van intellectuele rechten op het materiaal dat in dit leermiddel wordt gebruikt, te identificeren, te contacteren
en te honoreren. Mocht u ondanks de zorg die daaraan is besteed, van oordeel zijn toch rechten op dit
materiaal te kunnen laten gelden, dan kunt u contact opnemen met uitgeverij Plantyn.
ISBN 978-90-301-4001-6
20357/0
D2013/0032/0548
Hallo!
Jij bent lid van De Taalbende, welkom!
In dit boek leer je spellen in vijf stappen.
DIT KAN IK AL!
We herhalen kort wat we in een vorige les hebben geleerd.
Deze les gaat over ...
We leren het nieuwe onderwerp kennen en herkennen.
Aan de slag!
We oefenen tot we het heel goed kunnen.
Flits!
We maken een flitstoets.
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
We kijken nog even terug op wat we hebben geleerd.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
ik makkelijk volgen:
Je geeft aan hoe de les ging. Je juf of meester doet dat ook.
Veel plezier!
De Taalbende
3
Thema
ThemaX1
Titel
De boefjes
thema
LES 1 Kort inbreken, lang in de
gevangenis zitten
DIT KAN IK AL!
Ik kan korte, lange en andere klanken herkennen.
Deze les gaat over ...
•
•
Schrijf de vetgedrukte woorden in de juiste kolom: kort, lang of anders.
Kijk bij stukjeswoorden alleen naar het eerste stukje!
De agent is een sterke man.
Hij denkt dat hij alles kan!
Hij is de baas op straat en komt nooit ergens te laat.
Hagel, wind of guur weer, hij regelt voor ons altijd het verkeer.
Je krijgt een boete als je hard rijdt.
Daarvan krijg je zeker spijt!
Dieven vangen is zijn taak,
maar na een hele dag werken ...
hangt hij zijn pet aan de haak!
6
Aan de slag!
Oefening 1 Leg het maar terug op de juiste plaats!
Vannacht werd er in de bibliotheek van Luistergem ingebroken. De boeven krijgen echter spijt.
Ze besluiten de volgende nacht terug te gaan en alle spullen terug op de juiste plaats te leggen.
Schrijf de klanken in het juiste boekenrek.
Weet je het nog?
Kort =
Lang =
Anders =
eeuw
ei
eu
oe
oo
ou
oei
ij
i
ieuw
u
ooi
o
ie
au
aa
uu
a
ee
ui
e
aai
7
Oefening 2 Boefjes
•
•
•
Lees de tekst.
Schrijf de vetgedrukte woorden in de juiste schotel: kort, lang of anders.
Kijk alleen naar het eerste stukje!
Elke woensdag mag Senne bij zijn moeke gaan spelen. Ze doen dan samen leuke
dingen. Deze keer gaan ze koekjes bakken. Senne vraagt of er een vriendje mag komen
helpen. Ze maken samen deeg. Daarna mogen de koekjes in de oven. ‘Jullie kunnen
nog een uur buiten spelen’, zegt oma. Na een halfuur haalt oma de koekjes uit de oven.
Ze zet ze buiten om af te koelen. Na een kwartier gaat oma kijken. De koekjes zijn
verdwenen. Senne en Broes hebben ze allemaal opgegeten. ‘Waar zijn die stoute
boefjes?’, roept oma.
8
Oefening 3 Gestolen
Acht boeven verlaten een gebouw, maar ze letten niet goed op. Ze laten hun voetsporen na.
Zoek uit wat de boeven hebben gestolen!
• Lees de woorden in de wolk. Volg het spoor van de boeven.
• Schrijf de juiste woorden op.
• Zet het symbool voor kort, lang of anders in het vakje onder het woord.
kisten
bekers
dozen
buizen
boeken
pennen
brieven
jassen
9
Oefening 4 Ben jij een goede speurneus?
•
•
•
Duid in het rooster 19 woorden aan die met dit thema te maken hebben.
Herlees de woorden zachtjes voor jezelf.
Schrijf elk woord bij de juiste boef.
TIP
Kijk goed naar hun T-shirt!
10
R
O
V
E
R
T
A
Y
E
W
E
D
E
N
V
S
T
E
L
E
N
U
E
F
T
Y
O
Y
I
O
Q
Z
N
S
C
H
U
R
K
E
N
N
L
G
B
V
N
E
S
Q
A
J
S
D
X
W
K
Z
L
S
R
S
X
O
D
C
N
A
P
R
F
E
Q
U
V
M
Z
U
D
Y
M
A
D
B
E
A
R
E
R
I
M
K
E
S
T
I
L
L
E
G
U
A
Z
E
E
W
S
E
Q
O
I
T
B
G
S
T
R
I
N
B
S
T
A
C
F
I
E
T
S
E
N
N
D
E
E
S
O
H
B
C
Z
N
U
H
O
E
F
X
E
N
P
U
C
B
O
E
O
K
M
K
Z
N
E
C
R
O
T
S
S
V
E
S
E
K
P
A
K
K
E
N
R
E
N
E
P
X
V
I
K
L
W
G
Z
H
E
E
U
I
B
C
Y
P
E
K
E
M
U
R
E
N
N
D
M
O
E
I
T
E
N
Z
N
A
U
T
O
Oefening 5 Slimme boef en domme boef
•
•
Schrijf de vetgedrukte woorden in de juiste kolom: kort, lang of anders.
Kijk bij stukjeswoorden alleen naar het eerste stukje!
Er waren eens twee dikke boeven.
De kleine boef was slimme boef.
De grote boef noemde men domme boef.
Domme boef en slimme boef hadden een plan.
Omdat ze allebei verzot waren op ijsjes,
besloten ze een volle ijskar te stelen.
Toen Jan de ijscoman even niet oplette,
sprong slimme boef op de kar.
Hij fietste sneller dan de wind.
Samen verstopten ze de ijskar in de struiken
en aten alle ijsjes op.
De grote boef at meer dan twintig bollen.
Daarna kreeg hij buikpijn.
Domme boef, wat heb je nu geleerd?
Dat je nooit een ijskar mag stelen!
11
Flits!
•
•
Luister goed. Is het kort, lang of anders?
Schrijf het woord in de juiste kolom.
•
Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed.
Vertel me hoe je het doet!
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
Ik herhaalde de korte, lange en andere klanken.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
12
ik makkelijk volgen:
LES 2 Pief, poef, paf, jij bent af
DIT KAN IK AL!
Ik ken de andere klanken ie, oe, eu, ei, ij, au, ou, aai, ooi, oei,
ieuw en eeuw.
Deze les gaat over ...
KatteNkwaad
Klimmen op de muren
zomaar aanbellen bij de buren
zout doen op broers boterham
spijtig mag dat niet van mam
gooien met papa zijn sloefen
pesten, krijsen en stoefen
lijm doen in zus haar kam
spijtig mag dat niet van mam
maar eigenlijk ben ik blij dat dat niet mag
want nu ben ik goed opgevoed
en krijg ik van iedereen een lach
www.kindergedicht.nl
13
Aan de slag!
Oefening 1 Laat geen sporen na!
•
•
Volg het spoor.
Schrijf het juiste woord bij de prent.
vliegtuig - haai - boekentas - meubels - stofzuiger - leeuw - ziekenhuis - boei
14
Oefening 2 Zotte zinnen
• Lees de zinnen.
• Welk woord hoort thuis in de zin?
• Schrijf de volledige zin op.
haai - leeuwen - kieuwen - konijn - oehoe - pauwen - klauwen - geitjes - dieren - koe
1De
slapen in hun kooi.
2Een
is een gevaarlijk dier.
3De
en de stier staan in de wei.
4 Goudvissen gebruiken
om te ademen.
5De
woont in de beuk.
6 Een beer heeft scherpe
.
7Het
verstopt zich in zijn holletje.
8 Ken je het sprookje van de wolf en de zeven
?
9 Op de boerderij wonen heel veel verschillende
.
10De
hebben een mooie staart.
15
Oefening 3 Geheimschrift
•
•
•
Welk tekentje hoort bij welke klank?
Vul het spiekbriefje in.
Schrijf elke zin voluit.
Mijn kl ne buurjongen haalt graag kattenkwaad uit.
Vorige week maakte hij een blaasp p.
Je kent dat wel, zo’n holle b s waardoor je kunt blazen.
Hij kneedde bolletjes van krantenpap£r.
Toen de postbode de br£ven in de br£venbus stak, blies hij uit volle kracht.
Het bolletje vloog pard%s in het oog van de postbode.
Nu ligt onze l£ve postbode in het z£kenh s.
Oefening 4 Politie en boef
•
•
•
Lees de zin.
Zoek de woorden met andere klanken.
Schrijf die woorden onder de zinnen.
Op woensdagmiddag moeten wij niet naar school.
Ik vraag aan mijn moeder of mijn vriend mag komen spelen.
Een kwartier later belt Broes aan. Oei, wat nu? Hij heeft zijn zus meegebracht.
16
‘Wat zullen we spelen?’, vraagt Lies. ‘Politie en boef’, antwoorden wij in koor.
‘Dat vind ik niet leuk!’, zegt Lies. ‘Jij mag de boef zijn’, zegt Broes tegen zijn zus.
‘Ik vind het niet eerlijk dat ik altijd de slechterik moet spelen.’
Oefening 5 Over fruitmuizen en een pauwklauw
• Bedenk zelf ten minste vijf nieuwe woorden met andere klanken.
• Leg in een korte zin uit wat je woord betekent.
Voorbeeld
Fruitmuis: een muis die alleen fruit eet
17
Flits!
•
•
Luister goed.
Vul de woorden in.
Er is een
ontsnapt uit de
.
Hij zat naast de beer met de scherpe
.
De
overal.
Waar is zijn
Zou hij in het
?
zitten?
Of ligt hij gewoon in een andere
•
te slapen?
Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed.
Vertel me hoe je het doet!
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
Ik leerde woorden met andere klanken schrijven.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
18
ik makkelijk volgen:
LES 3 Een geheim bezoekje
DIT KAN IK AL!
Ik kan woorden met be-, ge- en ver- schrijven.
Deze les gaat over ...
•
•
Duid alle woorden met be-, ge- en ver- aan.
Schrijf ze daarna in de juiste kolom.
be-
ge-
ver-
19
Aan de slag!
Oefening 1 De code gekraakt
De boeven zijn in de bank. Daar moeten ze de code kraken.
•
•
Kijk goed naar de oplossleutel. Schrijf de woorden op.
Start bovenaan en ga mee met de wijzers van de klok.
1
a
2
b
5
e
7
g
1
3
2
4
11
k
15
o
Oefening 2 Gevulde zakken
De boeven vullen hun zakken met het geld uit de kluis.
•
•
Schrijf in elke zak be-, ge- of ver- .
Schrijf het volledige woord op.
+ wijs
+ meen
+ schil
+ keer
+ zit
+ dicht
+ driet
+ voel
20
16
p
18
r
1
3
19
s
20
t
22
v
2
4
Oefening 3 Volg de voetsporen
• Lees jij wat er staat?
• Schrijf de zinnen op.
Oefening 4 De boef vertelt
• Kies uit de woorden in het kader.
• Vul ze op de juiste plaats in.
geheim - beloof - begint - verkeerd - geluid - vertrek - geluk
Het
Zonder
Ik
met een
briefje.
sluipen we de bank binnen.
met een zak vol geld.
.
Als we de bank buitenkomen, loopt het
We hebben geen
Ik
: we gaan in de boeien.
dat ik dit nooit meer zal doen.
21
Flits!
•
•
•
Veel geoefend?
Alles begrepen?
Flitsen maar!
Ik
je over die boeven.
Ze brengen een
Dat is niet zonder
Ze hebben een
Vond je dit een eng
•
aan de bank.
.
bij zich.
?
Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed.
Vertel me hoe je het doet!
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
Ik kan
herhaalde
de hoofdtijden
het schrijven
van werkwoorden
van woorden met
van be-,
Engelse
ge- en
herkomst
ver-. correct gebruiken.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
22
ik makkelijk volgen:
LES 4 Niet meer vrij
DIT KAN IK AL!
Ik schrijf woorden met ei, ij, au en ou.
Deze les gaat over ...
•
•
Zoek alle woorden met ei.
Schrijf ze op.
Toen Eibeltje nog een klein meisje was, ging ze eens op reis, samen met haar geit. Te voet over
het plein met de eik, toen een eind met de trein en daarna in haar eigen boot met een zeil.
Na een eind varen kwamen ze aan op een eiland. Het was mei en in een wei vonden ze een ei zo
groot als een kei en zo zwaar als klei. Einde.
•
•
Zoek alle woorden met au.
Schrijf ze op.
Oom Paul en tante Paula nemen Laura mee naar Rome. Ook neef Laurens gaat mee in de blauwe
auto. Langs de weg zien ze pauwen en Laura raapt gauw een paar veren op. Ze rijden door
nauwe straatjes. Op een groot plein eten ze rauwe groenten. Het smaakt wat flauw, dus Laura
doet er lekkere saus op. ‘Ik zie de paus!’, zegt oom Paul. De paus zwaait. Laura zwaait gauw terug
met de veren.
23
Alle woorden uit het ei-verhaal schrijf je met ei.
Alle woorden uit het au-verhaal schrijf je met au.
Aan de slag!
Oefening 1 Tekentijd
•
•
•
In de gevangenis is het heel saai. De boeven tekenen daarom maar wat.
Schrijf op wat je allemaal ziet.
Alle woorden bevatten ei, ij, au of ou.
Oefening 2 Op de lijnen
•
•
•
Op de boeven staan woorden in stukjes.
Zet de stukjes in de juiste volgorde.
Schrijf de woorden op.
to-au
land-ei
ger-tij
24
je-meis
bouw-ge
dijn-gor
heim-ge
ders-ou
vrouw-buur
Oefening 3 Niet gelijk
• De volgende woorden lijken op elkaar. Ze betekenen niet hetzelfde.
• Vul het juiste woord in.
mij / mei
In
leggen alle vogels een ei.
Die jas is niet van
.
wij / wei
zijn beste vrienden.
De schapen grazen in de
.
zij / zei
De meester
dat er morgen zwemles is.
speelt graag met de poppen.
Oefening 4 Dat wordt ei, ij, au of ou!
• Vervang elk teken door de juiste klank.
• Schrijf de zin opnieuw op.
• Kijk goed!
ei =
ij =
au =
ou =
Ik schr
f een mooie brief.
De lucht is bl
Een
w.
k is een grote boom.
.
We boetseren met kl
w.
De soep smaakt te f l
Buiten is het k
Elf min zes is v
Een f
d.
f.
t maken is niet erg.
25
Oefening 5 Gevangenis-quiz
•
•
Tegen de verveling geven de boeven een quiz aan elkaar.
Raad jij het woord?
Niet groot, maar ...
De kleur van smurfen
Dier dat graag wortels eet
Vijfde dag van de week
Niet warm, maar ...
Flits!
•
•
•
Flitstijd!
Denk aan het ei-verhaal en het au-verhaal.
Veel schrijfplezier!
1 In de gevangenis is het niet
2 De cel is veel te
3 Er is te veel
.
.
in de soep.
4 De groenten zijn nog
5 Er lijkt geen
•
.
aan te komen.
Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed.
Vertel me hoe je het doet!
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
Ik herhaalde het schrijven van woorden met ei of ij en au of ou.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
26
ik makkelijk volgen:
LES 5 ’k Zag twee leeuwen heel lang
geeuwen
DIT KAN IK AL!
Ik schrijf woorden met aai, ooi, oei, ij, ui, eeuw en ieuw, gevolgd
door een doffe e.
Deze les gaat over ...
De boeven zijn weer vrij. Ze moeten echter eerst nog heel wat taken doen voor ze weer
naar huis mogen. Ze beginnen in de dierentuin waar ze de dieren moeten verzorgen.
Ze worden nu zelf wel bang, vooral van de leeuwen ...
•
•
Kleur de woorden met eeuw, ooi, oei en aai.
Schrijf die woorden op.
’k Zag twee leeuwen heel lang geeuwen.
O, dat was een wonder!
’t Was een wonder boven wonder
dat die leeuwen geeuwen konden.
Hi hi hi, ha ha ha,
’k stond erbij en ik keek ernaar.
’k Zag twee vlooien mutsen plooien.
O, dat was een wonder!
’t Was een wonder boven wonder
dat die vlooien plooien konden.
Hi hi hi, ha ha ha,
’k stond erbij en ik keek ernaar.
’k Zag twee koeien bootje roeien.
O, dat was een wonder!
’t Was een wonder boven wonder
dat die koeien roeien konden.
Hi hi hi, ha ha ha,
’k stond erbij en ik keek ernaar.
’k Zag twee kraaien rondjes draaien.
O, dat was een wonder!
’t Was een wonder boven wonder
dat die kraaien draaien konden.
Hi hi hi, ha ha ha,
’k stond erbij en ik keek ernaar.
27
Aan de slag!
Oefening 1 Veel te veel
De boeven willen de gestolen letters teruggeven, maar geven nu te veel.
Welke letters zijn echt nodig?
•
•
•
Lees de zin. Welk woord ontbreekt?
Omkring eerst de twee klanken die je nodig hebt.
Schrijf de zin dan volledig op.
Op die bloemen zitten veel dr b vl / aai ij eeuw en.
Haaien hebben ook vl k r / ieuw aai en.
Wil je dat in de vuilnisbak kr g spr / eeuw ooi en?
Paddenstoelen pl gr fr / ieuw oei en vaak in het bos.
28
Oefening 2 Oei, oei, de boeven knoeien
De boeven schrijven een en ander op, maar maken er een knoeiboel van.
•
•
In elke zin staat een woord met een foute letter.
Schrijf de zin op, maar dan met de juiste letter.
Aan zee vliegen veel leeuwen.
In die wei staan bruine moeien.
Van oma heb ik een kieuwe pen gekregen.
Ik vind een maaie les niet leuk.
Op toerderijen lopen veel katten.
Oefening 3 Die boeven gaan eens wat proeven
De boeven moeten alles in mooie rijmen zetten. Help je hen?
•
•
•
Lees het eerste woord in de rij.
Maak twee rijmwoorden met de gegeven letters.
Schrijf de volledige rij woorden op.
zwaaien - kr
- dr
groeien - k
- bl
kooien - g
- vl
eeuwen - schr
- sn
29
Oefening 4 Wat zeggen de boeven?
•
•
Maak een rijm van twee regels voor elke boef.
Kies de rijmwoorden uit het kader.
maaien - boeien - leeuwen - aaien - spreeuwen - koeien
30
Oefening 5 Voor elk schoteltje een kopje
In het koffiehuisje van de dierentuin moeten de boeven de juiste kopjes op de schoteltjes
zetten. Vinden ze die wel?
•
•
Trek een streep van elk kopje naar het juiste schoteltje.
Schrijf de woorden op.
m
•
•
pl
•
•
aaien
k
•
• eeuwen
dr
•
•
oeien
b
•
•
bl
•
•
ooien
ijen
ooien
Flits!
•
•
Luister goed.
Vul de zinnen aan.
’k Zag twee
heel lang
’k Zag twee
mutsen
’k Zag twee
bootje
’k Zag twee
rondjes
•
.
.
.
.
Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed. Vertel me hoe je het doet!
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
Ik herhaalde het schrijven van woorden met aai, ooi, oei, ij, ui, eeuw
en ieuw, gevolgd door een doffe e.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
ik makkelijk volgen:
31
LES 6 Een nieuwe kans
DIT KAN IK AL!
Ik schrijf woorden met meerdere medeklinkers vooraan en woorden met meerdere medeklinkers achteraan.
Deze les gaat over ...
De boeven hadden letters gestolen, maar de zak met letters is teruggevonden.
We zoeken samen de juiste plaats voor elke letter.
Kleur de letter die wordt getrokken.
s
t
a
r
t
e
s
s
t
e
r
k
l
o
p
Aan de slag!
Oefening 1 Plak en klaar voor de start
•
•
•
32
Plak de kaart die je hebt gekregen op.
We spelen het spel nog eens.
Kleur telkens de letter die wordt getrokken.
r
i
n
s
Oefening 2 Van links naar rechts, van boven naar onder
Schrijf de woorden van Deze les gaat over ... en van oefening 1 op.
Oefening 3 Een boef in huis?
•
•
Zoek de woorden waarin vooraan meer dan één medeklinker staat.
Schrijf ze op de juiste plaats.
en
deur
n
e
e
n
a
klap v jn vader:
n
e
e
n
Da
an mi , niet in de
v
m
e
de st tout katje
s
‘Kom pen!’
o
gang l en boef!
e
Oef, g
Ik lag in bed.
Het was heel stil.
Ik hoorde alleen een vlieg.
Opeens hoorde ik beneden
een stap op de vloer.
Daarna een klop op de trap.
Ik trok vlug mijn deken over
mijn hoofd.
Ik voelde me zo klein.
Een traan rolde op mijn kussen.
st
vl
tr
kl
33
Oefening 4 Boeven met spijt
In het dorp is iets raars gebeurd. Een inbraak, maar dan wel een vreemde inbraak ...
•
•
Maak goede woorden van de vetgedrukte letters.
Schrijf de zin volledig op.
Er was een inbraak in de k k r e.
Iemand brak het l s o t open.
Maar het was wel heel d r ee m v.
Er was t ie n s verdwenen.
Zo te zien kregen de boeven t ij s p.
Er lag wat g l e d.
Op een r ie b f stond: ‘voor een nieuw slot’.
Er wordt niet gezocht naar een p oo r s.
w
eu
i
n
n
e
e
Voor
slot
34
Oefening 5 Grijp maar zelf!
•
•
Zoek letters in de zak van de boef.
Maak vier woorden van minstens vier letters.
r
a
e
i
v
Flits!
•
•
•
k
d
p
b
u
o
n
t
g
s
w
f
l
m
Luister goed.
Schrijf de woorden op.
1 Op de
5 In de
2 In de
6 In de
3 Op de
7 Al de
4 Aan de
8 Op het
Een foutje mag. Schrijf het hier eenmaal goed.
Vertel me hoe je het doet!
DIT HEB IK VANDAAG GELEERD!
Ik herhaalde het schrijven van woorden met meerdere medeklinkers
vooraan of achteraan.
Opmerkingen
Tijdens deze les
voelde ik mij:
Tijdens deze les kon
ik makkelijk volgen:
35